RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE BOOGURT

Transcriptie

1 RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE BOOGURT Plaats : Budel BRIN-nummer : 18HK Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : Rapport vastgesteld te Eindhoven op 20 mei 2010

2

3 Inhoud 1 Onderzoek 5 2 Bevindingen 7 3 Conclusie 11 Bijlage 13 pagina 3 van 14

4

5 1 Onderzoek Op heeft de inspectie basisschool De Boogurt bezocht. Het bezoek is afgelegd vanwege de verplichting van de inspectie om scholen voor primair onderwijs ten minste eenmaal per vier jaar te bezoeken. Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kan beoordelen of de school op belangrijke onderdelen onderwijs van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen, op de zorg en begeleiding en op de kwaliteitszorg. Daarnaast zijn enkele verplichtingen van de school in het kader van de naleving van wet- en regelgeving gecontroleerd, waaronder de onderwijstijd. De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden gehandhaafd. Eventueel geconstateerde tekortkomingen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse. Indien tijdens het onderzoek echter blijkt dat er mogelijk sprake is van zwakke of zeer zwakke onderwijskwaliteit, dan zet de inspectie het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek, na overleg met het bevoegd gezag, om in een kwaliteitsonderzoek. In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek op basisschool De Boogurt naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie. Onderzoeksopzet Deze rapportage over het onderzoek is gebaseerd op: Een beperkte set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo 2009 van de inspectie. Het toezichtkader is te vinden op Analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Schoolbezoek, waarbij: schooldocumenten en handelingsplannen zijn bestudeerd; enkele groepsbezoeken zijn afgelegd voor het beoordelen van de planmatige uitvoering van de zorg; gesprekken met de directie en de intern begeleiders zijn gevoerd. pagina 5 van 14

6

7 2 Bevindingen De bijlage van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. Uit dit overzicht valt op te maken dat op basisschool De Boogurt de kwaliteit van het onderwijs voor de meeste onderzochte indicatoren op orde is. De indicatoren voor het aspect opbrengsten heeft de inspectie met een voldoende gewaardeerd. Bij de aspecten zorg en begeleiding en kwaliteitszorg heeft de inspectie nog enkele indicatoren met een onvoldoende gewaardeerd. Algemeen beeld Uit de primaire detectie van de inspectie, was naar voren gekomen dat de eindopbrengsten van de school een sterk wisselend beeld vertonen. In 2010 waren de eindopbrengsten onvoldoende. In 2009 lagen de gemiddelde eindopbrengsten boven de bovengrens en in 2008 waren deze onvoldoende. Gemiddeld voldoen de scores op de eindtoetsen van de afgelopen drie jaren aan de normen van de inspectie. In 2010 hadden elf leerlingen een LWOO-indicatie. Uit de analyses blijkt dat de tussenopbrengsten eveneens een wisselend beeld te zien geven. Deze wisselende resultaten zijn vooral te zien in het technisch leesonderwijs. Ook blijkt dat de school voor leerlingen, waarvoor duidelijk is dat zij het aanbod van eind groep 8 niet zullen halen, nog geen aangepaste individuele leerlijnen of ontwikkelingsperspectieven heeft vastgesteld. Inmiddels heeft de school hier wel een begin mee gemaakt. Bovendien is de school gestart met het maken van trendanalyses. De ontwikkelingen zijn echter nog pril. Wat betreft de kwaliteitszorg heeft de inspectie de evaluatie van het onderwijsleerproces en de borging van de kwaliteit nog met een onvoldoende gewaardeerd. De inspectie licht haar bevindingen op deze indicatoren in het navolgende verder toe. Toelichting Opbrengsten In 2010 lagen de gemiddelde eindopbrengsten onder de norm die de inspectie hanteert. De school verklaarde deze onvoldoende eindopbrengsten voornamelijk door de populatie leerlingen in deze groepen. De onvoldoende eindopbrengsten in 2008 konden door de school niet worden verklaard. Zoals bij het algemeen beeld al is vermeld, zaten er in 2010 in de groepen 8, elf leerlingen met een LWOO-indicatie. Tijdens het bezoek heeft de inspectie met de directeur en de ib'ers enkele historische overzichten geanalyseerd van deze groep LWOO'ers. pagina 7 van 14

8 Uit deze historische overzichten bleek dat daarin voornamelijk procesmatige beschrijvingen waren opgenomen van acties die de school had ondernomen. Onduidelijk was welke doelen in de handelingsplanning werden nagestreefd en of deze doelen ook tot effecten binnen de daarvoor gestelde tijd hadden geleid. Op grond van deze beschrijvingen kon niet worden opgemaakt waarom deze leerlingen een achterstand van gemiddeld twee jaar hadden opgelopen. Voor de groepen 8 die in 2010 de Cito Eindtoets hebben gedaan, was duidelijk dat vanaf groep 3 de resultaten op technisch lezen voor een groot aantal van deze leerlingen zijn achtergebleven. Achterblijvende resultaten op het begrijpend lezen in deze groepen zouden ook te maken kunnen hebben met de resultaten op technisch lezen. Dit betekent dat de achterblijvende resultaten op de Cito Eindtoets niet geheel aan de samenstelling van de huidige leerlingenpopulatie kunnen worden toegeschreven. De gemiddelde resultaten op tussenmomenten voldoen eveneens aan de norm van de inspectie, al laten deze scores ook soms sterk wisselende resultaten zien. De gemiddelde scores voor technisch lezen in groep 3 en 4, voor begrijpend lezen in groep 6 en voor rekenen en wiskunde in groep 4 en 6 zijn echter voldoende. De inspectie heeft een kanttekening geplaatst bij het voorlezen van de toets voor begrijpend lezen aan dyslectische leerlingen. Dit is niet volgens de richtlijnen. Bovendien konden leerlingen die in de omgeving zaten van de juf die voorlas, de voorgelezen tekst ook horen. Op deze manier komt de betrouwbaarheid van de scores onder druk te staan. De vorderingen van sociale competenties van leerlingen heeft de inspectie niet kunnen beoordelen, omdat de school instrumenten gebruikt die (nog) niet genormeerd zijn. Zorg en begeleiding De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties van leerlingen. Zij hanteert hiervoor een toetskalender. Met deze instrumenten signaleert de school vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. De gegevens worden inmiddels nauwkeurig geregistreerd in een digitaal leerlingvolgsysteem. In sommige groepen werd gewerkt met een groepsplan. In groep 3 gold dit groepsplan voor ongeveer de helft van de leerlingen, namelijk voor degenen die op C-, D- of E- niveau scoorden. Omdat de spreiding van de prestaties van deze leerlingen groot was, kunnen de doelen in een dergelijk groepsplan niet helder en concreet worden omschreven. Ook in groep 4 werd gewerkt met een groepsplan, waarvoor ook geldt dat er op het gebied van technisch en begrijpend lezen nog winst gemaakt kan worden door doelen voor een korte periode, concreet te beschrijven. Op deze manier kan vervolgens worden vastgesteld, of er successen worden gehaald en wanneer de volgende stap kan worden gemaakt. Op basis van deze observaties en de sterk wisselende resultaten met name op het gebied van technisch en begrijpend lezen, heeft de inspectie de planmatigheid van de zorg en daarmee samenhangend, de evaluatie van de effecten van de zorg nog met een onvoldoende gewaardeerd. De nadruk moet hierbij echter liggen op het woordje 'nog', omdat de school hard bezig is, om op basis van de trendanalyses, die bovendien regelmatig in de bouwbesprekingen aan de orde komen, de planning van de zorg op orde te krijgen. Kwaliteitszorg pagina 8 van 14

9 Het schoolplan geldt voor de periode De informatie in het schoolplan is inmiddels echter gedateerd. De inspectie heeft de indicator waarmee het inzicht van de school in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie wordt beoordeeld, met een voldoende gewaardeerd. De school heeft voldoende inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. Ze zou deze inzichten echter nog concreter kunnen vertalen in strategische doelen voor de verbetering van de onderwijskwaliteit. Deze zijn nu nog te algemeen. Inmiddels maakt, zoals beschreven, de school periodiek en systematisch trendanalyses van de resultaten op toetsen. Dit doet zij mede in het kader van de managementrapportages die zij halfjaarlijks moet aanleveren aan het bestuur. De gegevens uit de rapportages worden ook besproken met een vertegenwoordiger van het bestuur. De evaluatie van de verbeteractiviteiten en de borging van de reguliere onderwijskwaliteit heeft de inspectie nog met een onvoldoende gewaardeerd. De directeur bezoekt wel regelmatig de groepen om de implementatie van de verbeteractiviteiten te kunnen volgen. In de schoolgids staat beschreven welke verbeteractiviteiten de school heeft ondernomen en welke zij in het volgende schooljaar zal gaan ondernemen, maar de resultaten van de verbeteractiviteiten worden niet genoemd. Verder neemt de school periodiek tevredenheidsonderzoeken af onder ouders, leraren en leerlingen. De gegevens uit deze enquêtes heeft de school geanalyseerd en daarop, indien mogelijk, acties ondernomen. Over het algemeen waren ouders, leraren en de leerlingen tevreden over de kwaliteit van de school. De respons van leerlingen en leraren was 100%, van de ouders 57%. De school communiceert regelmatig met de ouders en de MR. Zo heeft de school een ouderavond georganiseerd om de ouders de gelegenheid te geven om na te denken over de resultaten van de enquêtes. Op deze manier verantwoordt de school zich aan belanghebbenden over de onderwijskwaliteit. De inspectie heeft de school een compliment gemaakt voor de overzichtelijke wijze waarop zij de resultaten op tussenmomenten in haar schoolgids heeft opgenomen en op die manier voor ouders toegankelijk heeft gemaakt. pagina 9 van 14

10

11 3 Conclusie De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op basisschool De Boogurt op de onderzochte onderdelen grotendeels op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de school op die gebieden beperkt tekortkomingen kent. Om die reden wordt het reeds aan de school toegekende basisarrangement gehandhaafd. De inspectie wijst wel op de geconstateerde tekortkomingen bij de leerlingenzorg en de wisselende resultaten bij de Eindtoets. Deze vragen om een noodzakelijke verbetering. De bevindingen zullen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse, waarbij opnieuw de vraag aan de orde is of het toezichtarrangement eventueel moet worden aangepast. Bij de invoering van het zogenoemde Hoorns model is in de huidige groep 2 een tekort ontstaan van 18,5 uur op de totale basisschooltijd. De directie van basisschool De Boogurt heeft toegezegd ervoor zorg te dragen dat dit tekort voor deze groep wordt ingelopen. pagina 11 van 14

12

13 Bijlage Overzicht indicatoren en bevindingen. Met de scores 1 tot en met 5 wordt tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren op de school zijn gerealiseerd: 1 slecht; 2 onvoldoende; 3 voldoende; 4 goed; 5 niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten). Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten. (De nummering van de indicatoren verwijst naar de nummering van de volledige set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, zijn gemarkeerd met een asterisk*.) Het kwaliteitsprofiel van basisschool De Boogurt Tabel 4.1 Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht. Tabel 4.2 Kwaliteitsaspect 7a: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. pagina 13 van 14

14 Tabel 4.3 Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. Tabel 4.4 Kwaliteitsaspect 9: De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg. 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. Tabel 4.5 Wet- en regelgeving ja nee N1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 13). N2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 12). N3 Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 19). N4 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WPO, art. 8). pagina 14 van 14