Leerjaar 5: Stageboek Assistent Textiel wassen en herstellen voor leerroute A



Vergelijkbare documenten
Leerjaar 5: Stageboek Assistent Schilderen voor leerroute A

Leerjaar 5: Stageboek Assistent Dierverzorging voor leerroute A

Leerjaar 5: Stageboek Assistent Medewerker Horeca voor leerroute A

Stageklapper. De inhoud van deze klapper mag zonder schriftelijke toestemming Onderwijsgroep Buitengewoon niet worden vermenigvuldigd

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

LESBRIEF BIJ STAGE LOPEN

maandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING...

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Verslag snuffelstage week St. Aloysiuscollege. 12 t/m 16 oktober Naam: Klas 3:

Waarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Stagedagboek NAAM: BEDRIJF: PERIODE: TRAJECT:

STAGEBOEK MaS+ Samenwerking tussen leerlingen van Pleincollege Nuenen en van Novaliscollege Eindhoven. Klas :

2. Hoe moet je dit experimentele stagewerkboek gebruiken?

STAGEBOEKJE NEGENDAAGSE SNUFFELSTAGE

STAGE LOGBOEK 3MAVO Naam: Klas:

Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan

STAGEBOEKJE VIERDAAGSE SNUFFELSTAGE

STAGEBOEKJE DRIEDAAGSE SNUFFELSTAGE

STAGEBOEKJE ZEVENDAAGSE SNUFFELSTAGE In de periode van:

Stagebedrijf: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Leerroute: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Naam: Klik hier als u tekst wilt invoeren.

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A Thema 1: Communiceren en sociaal contact onderhouden

ERN. Klantgericht handelen. Taak. Doelen. Werk jij ook zo klantgericht dat elke klant met een tevreden gevoel de winkel verlaat?

STAGEBOEK 2014 VAN AFDELING..

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Inkijkexemplaar. Dit deel gaat over de taalstage. Wat kun je?

PRESENTATIE BEROEPENSTAGE

Werkboek LINTSTAGE NAAM: KLAS:

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

INHOUDSOPGAVE... 1 GEGEVENS VAN DE LEERLING... 3 DOEL VAN DE STAGE... 4 INSTRUCTIE... 5 AFSPRAKEN... 6 AANWEZIGHEIDSFORMULIER WEEK 1...

S T A G E W E R K B O E K

Leerlijn werken Pedologisch Instituut, CED-Groep

stageboekje STAGE sector economie administratief 3 e klas Handel en Administratie Naam: Klas: (administratief)

STAGEBOEKJE VIJFDAAGSE SNUFFELSTAGE

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Ondersteunen bij activiteiten

Inhoud en competenties leer-werkboeken

NB: Alleen voor de gekleurde doelen zijn taakkaarten voor Stage/WEP. In LVS2000 staat taakkaart getypt achter betreffende doelen.

maandag 11 mei inleveren!

LINT STAGEBOEK VAN Techniek. Neem dan op een leuke manier afscheid van je stage plaats en bedank je collega s en stagebegeleider (s )

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

Stageboek GL

STAGEBOEKJE 2016 / 2017

OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG

WERKEN IN DE ZORG EN WELZIJN

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding

Online Titel Competentie Groepsfase Lesdoel Kwink van de Week

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie

Werkboek Buitenschoolsleren Het Buurthuis. Wat ga ik doen?

Stageboek Lever dit stageboek uiterlijk dinsdag 9 mei in bij jouw afdeling Met de handtekening van de stagebegeleider!

LINT STAGEBOEK VAN ZORG EN WELZIJN

Inkijkexemplaar. Dit deel gaat over de opdrachten tijdens de stage.

Begeleide interne stage

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties leerroute A

Handleiding Proeve van Bekwaamheid voor de deelnemer. Dossiers VMBO

Inhoudsopgave. Stagewerkboek AKA

Thema Op het werk. Les 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? Veel succes!

ORIËNTATIE OP DE NEDERLANDSE ARBEIDSMARKT

Kerntaak 1 Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning. STER opdracht: helpen bij een creatieve activiteit

Werkboek Buitenschoolsleren Het Woonzorgcentrum. Wat ga ik doen? Zorg en Welzijn Leerjaar 3 en 4

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Werkboek Buitenschoolsleren De Voedingsdienst. Wat ga ik doen? Zorg en Welzijn

Regio Alblasserwaard/Vijfheerenlanden

Ontwikkellijn 1: Ik zorg ervoor dat ik aan het werk ga en blijf!

Maatschappelijke stage op het Trias 1. Verschil tussen maatschappelijke stage en beroepsoriënterende stage 2. Tips voor ouders 3

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

dat ik aan mijn baas en collega s moet doorgeven welke werkzaamheden ik heb gedaan en wat nog gedaan moet worden.

WERKEN IN DE ZORG EN WELZIJN

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

PRESENTATIE BEROEPENSTAGE MVI

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

maatschappij.nl

Communiceren is teamwork

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

MAATSCHAPPELIJKESTAGE

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

STAGE sector economiedetailhandel/bedrijven/instellingen. Stageboekje detailhandel/bedrijven/instellingen 3 E KLAS HA/MC. Sector economie.

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE STUDENT

STAGE. Informatieboekje over stage op de Oost ter Hout School voor Praktijkonderwijs

Aflevering 3: Werken en leren

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

STAGEBOEK BEROEPSGERICHT D&P LEERJAAR 3 SAENREDAM COLLEGE

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

DE ZES-STAPPENMETHODE ZELF WERKEN AAN JE WERKPROCESSEN. Illustraties: Corien Bögels

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema

Inleiding. Succes! In dit boek lees je dat werken leuk is. Maar dat werken ook zwaar kan zijn. Met dit boek leer je hoe het werkt in de praktijk!

Waarom dit boekje? Begeleiding. Informatie. Stagedocent. Toekomst. Stageplek

voorwoord VOORBEELDPAGINA S Bestelnr De ander en ik

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Werken in het horecabedrijf

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

Transcriptie:

Leerjaar 5: Stageboek Assistent Textiel wassen en herstellen voor leerroute A Thema 5: Verrichten van huishoudelijk werk Stageboek van: <naam leerling> Bij stagebedrijf: Stageperiode: <van tot > Stagebeoordeling door: In dit stageboek staan opdrachten die je helpen om je externe stage goed uit te voeren en af te ronden. Op je stageadres wordt je begeleid door een werkbegeleider. Dit is jouw aanspreekpunt in het stagebedrijf. Met je werkbegeleider spreek je af aan welke opdrachten je op welk moment gaat werken en hoe je dat het beste kan doen. Vanuit school wordt je begeleid door je stagebegeleider (of stagedocent). De stagebegeleider bespreekt me jou de voortgang van de stage. Ook spreekt hij/zij met je af wat je op school gaat doen om je stage (nog) beter uit te voeren. Inhoud stageboek Textiel 1. Voorbereiding op stage 2. Algemene en sociale werknemersvaardigheden 3. Beroepsspecifieke opdrachten voor stage Textiel 4. Logboek en Begeleidingsgesprekken 5. Beoordeling en terugkijken op stage Textiel VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 1

1 Voorbereiding op stage (voor alle sectoren gelijk) Opdracht 1.1 Voorbereiding op het kennismakingsgesprek Je gaat samen met je stagedocent naar je nieuwe stagebedrijf om kennis te maken. In het kennismakingsgesprek vertel je iets over jezelf, wie je bent en waarom je graag stage wil lopen in dit bedrijf. Bereidt dit gesprek samen met je stagebegeleider voor. Wat wil jij vertellen over jezelf dat belangrijk is voor je werkgever om te weten? Waarom wil je graag daar stage lopen? Wat wil je graag leren op je stageplaats? Waar ben je goed in? Opdracht 1.2 Het kennismakingsgesprek Tijdens het kennismakingsgesprek maken jullie met de werkbegeleider afspraken over de stage. Schrijf de afspraken op. Naam werkbegeleider: Datum eerste stagedag: Stagedagen: Maandag/dinsdag/woensdag/donderdag/vrijdag Stagetijden: Pauzetijden: Van uur tot uur Van uur tot uur Van uur tot uur Taken/activiteiten: Regels stagebedrijf: Indien van toepassing: toegankelijkheid gebouw (bijvoorbeeld rolstoeltoegankelijkheid, invalidentoilet): VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 2

Opdracht 1.3 Adresgegeven stagebedrijf en de reis daarheen Je hebt gekozen voor een stagebedrijf. Je bent daar aangenomen. Vul de adresgegevens in. Naam bedrijf: Plaats en adres: Telefoonnummer: Hoe is het vervoer naar je stageadres geregeld? Vervoermiddel: fiets / scooter / bus / trein / anders, namelijk Reisduur naar stage adres: Vertrektijd naar stage adres: Aantekeningen over je reis: Opdracht 1.4 Kleding en verzorging Bij veel bedrijven zijn er speciale kledingvoorschriften. Je bent dan verplicht om bepaalde kleding te dragen. In veel winkels, in de horeca en in de zorg draag je bedrijfskleding. Zo kunnen klanten zien dat jij daar werkt en dat ze je om hulp kunnen vragen. Ook moet je er netjes en verzorgd uitzien. Soms mag je geen sieraden dragen, bijvoorbeeld omdat sieraden in het eten kunnen vallen. Wat zijn de kledingvoorschriften op je stageplaats? Welke kleding moet je zelf aanschaffen en welke kleren krijg je van het bedrijf? Waarom zijn die kledingvoorschriften er? Wat doe je voor je persoonlijke verzorging? Wat voor kleren doe je aan? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 3

Opdracht 1.5 De stage overeenkomst Als je stage loopt bij een bedrijf, krijg je een stageovereenkomst. Daarin staan je plichten en je rechten als stagiair. Als je straks als werknemer aan de slag gaat in een bedrijf, dan krijg je een arbeidsovereenkomst. Daarin staan je plichten en rechten als werknemer. Pak je stageovereenkomst en schrijf op: Duur van de stage: van tot Werkdagen: Werktijden: Werkzaamheden: Afspraken over begeleiding en coaching: Regels voor ziekmelding: Regels voor aanvragen vrije dag: Andere regels: Stagevergoeding: VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 4

2 Algemene en sociale werknemersvaardigheden (voor alle sectoren gelijk) Opdracht 2.1 Kennismaken met collega's Op stage werk je samen met verschillende mensen, bijvoorbeeld met collega's. Maak kennis met je nieuwe collega's. Bij de kennismaking met je collega's vertel je iets over jezelf. En je stelt vragen aan de collega's. Dit kun je op school oefenen in rollenspel. Wie zijn je collega's? Noem drie namen: 1. 2. 3. Opdracht 2.2 Omgaan met collega`s Met welke collega heb je al eens gepraat in de pauzes? Wat heb je over jezelf verteld aan collega's? Wat heb je aan een collega gevraagd? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 5

Opdracht 2.3 Collega`s helpen en hulp vragen Tijdens het werk is het fijn als jij en je collega's elkaar helpen. Je kunt collega's om hulp vragen. Ook kun je veel leren van je collega's. Zij werken er meestal al langer dan jij en hebben meer ervaring. Je kunt collega's ook helpen of hulp aanbieden. In wat voor situatie zou je een collega om hulp vragen? Waarvoor heb je wel eens hulp gevraagd? In welke situatie heb jij een collega geholpen? Opdracht 2.4 Vriendelijk blijven Misschien vind je sommige collega's niet zo aardig. Of heb je soms helemaal geen zin om te werken. Toch moet je proberen om tegen iedereen vriendelijk te doen. Collega's doen dan ook meestal vriendelijk tegen jou. In welke situatie vond je een collega niet aardig? Wat heb je toen gedaan? In welke situatie had je geen zin om te gaan werken? Wat heb je toen gedaan? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 6

Opdracht 2.5 Ruzie met je collega Stel je hebt een collega die je niet zo mag. Stel, je moet met deze collega de werkplanning voor de komende dag bespreken. Stel, die collega wil jou overreden om langer door te werken dan op je rooster staat. Maar jij hebt daar geen zin in. Met wie heb je wel eens een conflict gehad? En wat heb je toen gedaan? Op school kun je in een rollenspel voordoen hoe je dit zo vriendelijk mogelijk oplost. Je stagebegeleider speelt de collega. Opdracht 2.6 Je mening zeggen Als je het ergens niet mee eens bent, mag je dat best zeggen. Zeg het wel op een vriendelijke manier. In welke situatie was jij het niet eens met een collega? Wat heb je toen gezegd of gedaan? Hoe is dat afgelopen? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 7

Opdracht 2.7 Omgaan met je werkbegeleider De werkbegeleider is belangrijk. De werkbegeleider vertelt je wat je precies moet doen en op welke manier. De werkbegeleider vertelt je wat je al goed doet en wat nog beter moet. Ook kun je de werkbegeleider om hulp vragen als je iets niet weet of als je een probleem hebt. Hoe vaak heb jij een gesprek met je werkbegeleider? Welke instructies of aanwijzingen krijg je van je werkbegeleider? Noem minstens 2 voorbeelden. Wat vertelt je werkbegeleider je over hoe (goed) je je werk doet? Noem minstens 2 voorbeelden Wat vind je van die feedback? Hoe reageerde je op die feedback? Bedenk drie dingen die je tegen je werkbegeleider wil zeggen. Geef twee voorbeelden van (hulp)vragen die je aan je werkbegeleider gesteld hebt. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 8

Opdracht 2.8 Werkoverleg In het stagebedrijf heb je te maken met overleg. Er is werkoverleg en ongepland overleg. Het werkoverleg gaat over de dagelijkse gang van zaken en de verdeling van het werk. De punten waarover jullie praten, staan op de agenda van het werkoverleg. Vaak is er een voorzitter. Hij of zij zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt en dat alle agendapunten worden besproken. Vaak is er ook een notulist. Hij of zij maakt de notulen. Dat betekent: maakt verslag en schrijft alle gemaakte afspraken op, et cetera. Hoe vaak heb je werkoverleg op je stagebedrijf? Noem drie agendapunten die tijdens het werkoverleg in je stagebedrijf zijn besproken. a. b. c. Bedenk, wat je zelf wilt inbrengen of bespreken in het werkoverleg. Opdracht 2.9 Ongepland overleg Soms overleg je buiten het werkoverleg om. Zonder dat het gepland is. Het kan zijn dat je het dan met je collega's hebt over dingen waar jullie tegenaan lopen. Noem drie situaties waarin je met je collega's ongepland overlegd hebt: a. b. c. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 9

3 Beroepsspecifieke opdrachten voor stage Textiel wassen en herstellen In dit stageboek kom je de volgende beroepsspecifieke opdrachten tegen als je stage loopt in de Textiel: 1. Oriëntatie op je werkzaamheden op je stageplaats 2. Oriëntatie op de apparatuur en middelen die gebruikt worden 3. Het ophalen van de was b.v. bij klanten 4. Het sorteren van de was 5. Het programmeren en inschakelen van de wasmachine en droger 6. Het herstellen van de was (kleine werkzaamheden) 7. Het strijken van de was 8. Het vouwen, stapelen en vervoerklaar maken van de was 9. De was wegbrengen of afleveren bij of aan de klant 10. Opruimen en schoonhouden van de werkplek 11. Veiligheid en hygiëne 12. Signaleren van problemen 13. Omgaan met stress 14. Rekenen in het vak van wasverzorger 15. Vaktaal binnen het vak van wasverzorger Niet alle opdrachten hoef je te maken. Welke opdrachten je gaat doen is afhankelijk van wat bij jou en je stagebedrijf past. Hierover maak je afspraken met je werkbegeleider. Opdracht 3.0 Vul samen met je werkbegeleider in welke opdracht(en) je in welke week gaat doen: Week Opdracht Inleverdatum: Afgetekend? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 10

Opdracht 3.1 Oriëntatie op je werkzaamheden op je stageplaats Er zijn verschillende soorten bedrijven waar textiel gewassen en gestreken wordt. Bijvoorbeeld in een hotel of ziekenhuis kan er een aparte afdeling zijn om de was te doen van het hotel of het ziekenhuis. Maar er zijn ook bedrijven die alleen maar de was doen voor anderen. Dan praten we over een wasbedrijf of een stomerij. Plak hier een foto van het bedrijf waar je stage loopt: Foto Noem vijf werkzaamheden die op je stagebedrijf worden uitgevoerd: a. b. c. d. e. Je hebt al kennis gemaakt met je werkbegeleider. Hij of zij heeft je verteld wat je gaat doen op stage. Noem activiteiten die je de komende week gaat uitvoeren: VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 11

a. b. c. d. Opdracht 3.2 Oriëntatie op de apparatuur en middelen die gebruikt worden Je gaat helpen bij het wassen en strijken van grote hoeveelheden was. Je maakt dan gebruik van de apparaten en middelen die bij je stagebedrijf gebruikt worden. Hoe werken de verschillende apparaten: - Wasmachine - Droger - Strijkmachine Welke middelen worden er gebruikt: - wasmiddelen - speciale vlekkenmiddelen - andere middelen, zoals:.. Hoe werkt de wasmachine? Teken hieronder de knoppen die je op de wasmachine ziet. Schrijf erbij hoe je ze moet instellen. tekening Waar moet je speciaal opletten bij het gebruik van de wasmachine (vraag het aan je werkbegeleider): VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 12

Hoe werkt de droger? Teken hieronder de knoppen die je op de droger ziet. Schrijf erbij hoe je ze moet instellen. tekening Waar moet je speciaal opletten bij het gebruik van de droger (vraag het aan je werkbegeleider): Hoe werkt de strijkmachine? Teken hieronder het apparaat. Schrijf erbij hoe je ze het moet gebruiken en instellen. tekening Waar moet je speciaal opletten bij het gebruik van de strijkmachine (vraag het aan je werkbegeleider): VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 13

Zijn er nog meer apparaten, die je gaat gebruiken? Welke: a) b) c) Omschrijf hieronder de werking van dit of deze apparaten? Hoe werken de andere apparaten en waar moet je speciaal opletten bij het gebruik van de andere apparaten (vraag het aan je werkbegeleider): a. b. c. Welke middelen worden er gebruikt om de was te doen en om te strijken? Vul het schema hieronder in. Elk product op een nieuwe regel. Bijvoorbeeld: product: wasmiddel voor de witte was op regel a, enzovoorts. a Product: Wanneer gebruik je het middel? Hoeveel gebruik je? Waar moet je opletten bij het gebruik? b c d VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 14

Opdracht 3.3 Het ophalen van was Je helpt op je stage bij het ophalen van de was bij bijvoorbeeld een andere afdeling of bij een klant: een ander bedrijf waarvoor, op je stageplaats, de was voor wordt gedaan. Je let hierbij goed op hoe de verschillende was apart wordt gehouden en hoe deze gelabeld wordt. Labelen is belangrijk omdat anders de was van verschillende afdelingen of klanten door elkaar komt. Vul het schema hieronder in voor alle was die je ophaalt bij verschillende afdelingen en klanten: Wordt de was gebracht, vul dan alleen kolom 3 en 4 in. 1. Waar wordt de was opgehaald? B.v.: Bij een andere afdeling binnen b.v. het ziekenhuis of het hotel? Bij een ander bedrijf, welk bedrijf dan? 2. Hoe wordt de was opgehaald? B.v.: Met de auto? Te voet? Met een karretje? In kratten? In zakken? 3. Wat voor was is het? B.v.: Kleding? Beddengoed? Linnen: tafelkleden, servetten? Handdoeken, washandjes? 4 Hoe wordt de was apart gehouden? B.v.: In aparte zakken/kratten met de naam van de afdeling/klant erop? Elk wasonderdeel heeft het kenmerk van de afdeling/de klant? Of nog anders a klant/afdeling 1) Waar wordt de was opgehaald 2) Hoe wordt de was opgehaald? 3) Wat voor was is het? 4) Hoe wordt de was apart gehouden? b klant/afdeling c klant/afdeling VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 15

d klant/afdeling e klant/afdeling Waar let je nog speciaal op bij het ophalen van de was? Wat doe je was die gemaakt moet worden omdat er iets kapot is? Opdracht 3.4 Het sorteren van de was Elke soort was heeft een ander wasproces nodig: warmere of koudere temperatuur, speciale wasmiddelen, langer of korter. Daarom sorteer je de was, voordat deze de machine ingaat. Ook is het belangrijk om te weten of de was van de verschillende klanten/afdelingen apart worden gewassen of met elkaar. Hoe wordt de was op je stageplaats gesorteerd? Wordt er gesorteerd op: kruis aan: Kleur Stofmateriaal Klant/afdeling Grootte van de wasstukken Hoeveelheid Of de was wel of niet in de droger gaat Of de was daarna wel of niet gestreken moet worden Soort wasmiddel dat er gebruikt gaat worden Wordt de was van diverse afdelingen/klanten bij elkaar in de wasmachine gedaan? Ja / nee Waarom wel of waarom niet? Als de was van verschillende klanten/afdelingen bij elkaar wordt gedaan, hoe wordt de was uit elkaar gehouden, weer gescheiden? -------------------------------------------------------------------- VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 16

Opdracht 3.5 Het programmeren en inschakelen van de wasmachine en droger De was is nu gesorteerd op soort bij soort. Elke soort was heeft een andere instelling nodig van de wasmachine en de droger. Je weet de werking van de wasmachine en de droger: hoe je die moet instellen en bij welke was. Nu ga je het ook echt uitvoeren. Welke wassen heb je in de wasmachine gedaan, vul in? a Wat voor soort was? Hoe was de instelling van de wasmachine? Welk wasmiddel heb je gebruikt? Hoe was de instelling van de droger? b c d Opdracht 3.6 Het herstellen van de was Een van de extra werkzaamheden kan zijn: het herstellen van kapot wasgoed. Bijvoorbeeld er is een knoop af of een zoom is los. Als dit gemaakt wordt, noem je dat herstelwerkzaamheden. Worden er ook op jouw stageplaats herstelwerkzaamheden gedaan? ja nee Als er herstelwerkzaamheden worden gedaan, welke? Welke herstelwerkzaamheden mag en kan je uitvoeren: Oefen met: Het aannaaien van een knoop: o Wat is daar moeilijk aan: o Hoe vond je dat jij het deed: VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 17

Het dichtnaaien van een naadje dat los is o o Wat is daar moeilijk aan: Hoe vond je dat jij het deed: Het dichten van een gaatje: o o Wat is daar moeilijk aan: Hoe vond je dat jij het deed: Het herstellen van een zoom: o o Wat is daar moeilijk aan: Hoe vond je dat jij het deed: Andere herstelwerkzaamheden, namelijk: Opdracht 3.7 Het strijken van de was Je gaat helpen met het strijken van de was op je stagebedijf. Kijk eerst goed hoe dat in z n werk gaat. Waar moet je opletten bij het strijken van de was? Noem drie dingen: a. b. c. Welke apparaten worden gebruikt bij het strijken? a. b. c. Wat vind jij makkelijk aan strijken? a. b. c. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 18

Wat vind jij moeilijk aan strijken? d. e. f. Opdracht 3.8 Het vouwen, stapelen en vervoerklaar maken van de was Je gaat helpen met het vouwen, stapelen en vervoerklaar maken van de was Kijk eens hoe de was gevouwen wordt, gestapeld en vervoerklaar gemaakt wordt. a Wat voor soort was? Hoe wordt deze gevouwen? Hoe wordt deze gestapeld? Hoe wordt de was vervoer klaar gemaakt? b c d Welke was wordt niet gevouwen, maar opgehangen? Opdracht 3.9 De was wegbrengen of afleveren bij of aan de klant Als je schone was wegbrengt of aflevert is het belangrijk dat de was er netjes uitziet en dat je de klant klantvriendelijk benadert. Kijk ook naar je collega s hoe zij dat doen. a. Wat doe jij om er voor te zorgen dat de was er netjes uitziet bij aflevering? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 19

b. Hoe lever je de was klantvriendelijk af aan de klant/afdeling? c. Wat valt je op bij het afleveren van de was als dat gedaan wordt je collega s van het stagebedrijf? Zou je het zelf zo ook doen? ja / nee ja / nee ja / nee Opdracht 3.10 Opruimen en schoonhouden van de werkplek De werkplek zal geregeld opgeruimd moeten worden om er voor te zorgen dat je voldoende ruimte houdt om te werken: was sorteren, strijken, vouwen en stapelen. Een schone werkplek is ook van belang. Schone was mag immers niet vuil worden. Dus de werktafels maar ook de vloer zullen geregeld goed schoongemaakt moeten worden. Bedenk drie situaties waarin jij er voor kunt zorgen dat de werkruimte opgeruimd blijft? 1. Als dan doe ik 2. Als dan doe ik 3. Als dan doe ik Wanneer wordt de werkruimte schoongemaakt? Bij welke schoonmaakwerkzaamheden mag en kan jij helpen? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 20

Opdracht 3.11 Veiligheid en hygiëne Ook hygiëne en veiligheid zijn belangrijk in een stomerij of in een wasbedrijf. Veiligheid omdat er gewerkt wordt met elektriciteit, water en hoge temperaturen. Hygiëne omdat je altijd met schone handen en kleding moet werken om zo schone was te krijgen en te houden. Welke regels voor hygiëne gelden op jouw stageplaats? Geef van elke regel aan waarom die belangrijk is. a. omdat b. omdat c. omdat d. omdat e. omdat Welke regels voor veiligheid gelden op jouw stageplaats? Geef van elke regel aan waarom die belangrijk is. f. omdat g. omdat h. omdat VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 21

i. omdat j. omdat Opdracht 3.12 Signaleren van problemen Soms zie je dat er iets niet klopt op je werkplek. Of gaan er dingen anders dan gebruikelijk. Zo kan er opeens een alarm afgaan van de wasmachine of stopt het strijkijzer met stomen omdat er geen water meer inzit. Jij zult dan moeten handelen en ervoor moeten zorgen dat het mogelijke probleem wordt opgelost. Ook kan je dingen die niet kloppen doorgeven, zodat ze opgelost worden door je baas. Bijvoorbeeld: een strijkijzer wordt niet goed warm of er is geen waspoeder meer. Dat ga je melden bij een ervaren collega. Die moet er dan iets aan doen. Bedenk zelf drie situaties die je zou melden bij een ervaren collega of je baas: a. Als waarschuw ik een collega/de baas omdat b. Als waarschuw ik een collega/de baas omdat c. Als waarschuw ik een collega/de baas omdat Bedenk zelf drie gebeurtenissen die anders zijn dan gebruikelijk, waarin van je verlangd wordt dat je actie onderneemt: a. Als dan doe ik het volgende b. Als dan doe ik het volgende VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 22

c. Als dan doe ik het volgende Opdracht 3.13 Omgaan met stress Soms moet er veel tegelijk gebeuren: was sorteren, in de wasmachine. Gewassen was in de droger, strijken en vouwen van gewassen en gedroogde was, enzovoorts. Er kunnen ook onverwachte dingen gebeuren. Als je in een wasbedrijf of stomerij werkt, moet je kunnen omgaan met de stress die dat geeft. Op welk moment van de dag is het het drukst op jouw stagebedrijf? Op welk moment van de dag is het rustig op jouw stagebedrijf? Wat doe je als je iets extra s moet doen, terwijl je het al heel druk hebt? Als het druk is, lukt het jou dan om je werk goed te doen? Ja / nee, want Wat doe je, als je (te) veel stress voelt op het werk? Opdracht 3.14 Rekenen in het vak van wasverzorger Je moet soms dingen uitrekenen als je aan het werkt bent. Geef zelf 3 voorbeelden van dingen die je moet uitrekenen op je stageplaats. Schrijf ook op hoe je dit hebt uitgerekend 1. 2. 3. Kom je op stage wel eens dingen op rekengebied tegen, die je (nog) niet kunt oplossen? Ja / nee Zo ja, welke zijn dat? Bespreek samen met je docent, hoe je hiermee op school kunt oefenen. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 23

Opdracht 3.15 Vaktaal binnen het vak van wasverzorger Op stage kom je woorden en begrippen tegen, die bij dat vak of dat beroep horen. Dat zijn 'vaktaal woorden'. In deze opdracht oefen je met vaktaal woorden. pakbon of leverbon Onderstreep de vaktaal woorden of afkortingen die je op deze bon tegenkomt. Maak hieronder een lijst van vaktaal woorden en begrippen die je tegenkomt in de wasserij. Zet de betekenis er achter. a. betekent: b. betekent: c. betekent: d. betekent: e. betekent: f. betekent: g. betekent: h. betekent: i. betekent: Kom je op de stage wel eens woorden of begrippen tegen, die je nog niet kent? Zo ja, welke zijn dat? Schrijf ze hieronder op. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 24

Bespreek met je docent, hoe je op school hiermee kunt oefenen. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 25

4. Logboek en begeleidingsgesprekken (voor alle sectoren) Op school willen ze weten hoe je stage loopt en wat je leert op stage. Op je stageplek willen ze weten hoe het op school met je gaat. En wat je op school nog moet /kunt leren dat nuttig is voor je stage. Daarvoor houd je zelf een logboek bij. In het logboek schrijf je iedere dag op wat je gedaan hebt en hoe dat ging Iedere week krijg je een beoordeling. Hoe ging je stage in die week? De werkbegeleider vult daartoe een formulier in. En je hebt begeleidingsgesprekken met je stage- en/of werkbegeleider. Gebruik je e-logboek en de wekelijkse beoordeling bij de begeleidingsgesprekken. Daarmee kun je samen met je begeleider nagaan, hoe je stage verloopt. Het resultaat van het begeleidingsgesprek legt de begeleider vast in het overdrachtsformulier dat door ieder ondertekend wordt. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 26

Opdracht 4.1 Logboek Vul iedere dag het logboek in. <per dag een aparte bladzijde> Datum: Ik heb vandaag de volgende werkzaamheden verricht: Dit ging erg goed: Dit ging minder goed: Het leukste van de dag was: Het vervelendste van de dag was: Ik heb vandaag hulp nodig gehad bij Van mijn werkbegeleider kreeg ik (vul in wat van toepassing is): - een compliment voor ; dat vond ik - kritiek op ; dat vond ik - tips voor verbetering, namelijk ; dat vond ik VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 27

In te vullen door werkbegeleider: wekelijkse beoordeling De werkbegeleider vult elke week een tussentijds beoordelingsformulier in. De werkbegeleider beoordeelt je dan op de volgende punten: Periode wekelijkse beoordeling: Van tot Hoe deed de stagiair zijn werk in de afgelopen periode? Wat was zijn werktempo? - + + ++ - + + ++ Deed hij zijn werk planmatig? - + + ++ Deed hij zijn werk met plezier? - + + ++ Had hij veel hulp nodig? - + + ++ Kon hij goed met zijn collega`s opschieten? Was hij op tijd op zijn werk? - + + ++ - + + ++ Is er reden om zijn takenpakket te veranderen? - + + ++ VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 28

Opdracht 4.2 Planning begeleidingsgesprekken Vul in wanneer je begeleidingsgesprekken hebt, en met wie. Dat kunnen bijvoorbeeld gesprekken zijn met je stagebegeleider of met je werkbegeleider. Dat zal eens in de paar weken gebeuren. Op basis van de ingevulde logboeken en wekelijkse beoordelingen, kan je je voorbereiden op dit gesprek. Gesprek 1. met (naam begeleider) Datum Tijdstip 2. 3. 4. 5. 6. 7. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 29

In te vullen door stagebegeleider/werkbegeleider: overdrachtsformulier Je stagebegeleider (of werkbegeleider) maakt een verslag van het begeleidingsgesprek. Daarvoor gebruikt hij/zij het volgende formulier Datum: Wat ging goed? Wat ging minder goed? Mogelijke aanpassingen voor stage-werkzaamheden Wat moet de stagiair op school nog bijleren? Overige afspraken: Naam Handtekening Stagiaire: Werkbegeleider: Stagebegeleider: VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 30

5. Beoordeling en terugkijken op de stage Textiel wassen en herstellen Als je een (beroeps)taak goed beheerst, dan maak je er een 'bewijs' voor. Je overlegt met je werkbegeleider, welk bewijs je gaat maken en wanneer. Met zo'n bewijs maak je voor jezelf en anderen zichtbaar welke (beroeps)taken je hebt uitgevoerd op stage. Bij ieder bewijs hoort een beoordeling met beoordelingspunten. Samen met je werkbegeleider 'scoor' je je prestaties aan de hand van de beoordelingspunten. Daarnaast geeft je werkbegeleider aan, hoe je het in het algemeen op stage gedaan hebt; en wat logische vervolgstappen zijn ten aanzien van (afronding van) je opleiding. Opdracht 5.1 beoordelen van (beroeps)taken Bespreek met je werkbegeleider, voor welke (stage-)opdrachten je een bewijs kunt halen. Maak deze bewijzen en neem ze op in je portfolio. Bij een stage in een wasserij kun je denken aan: Bewijs 'was sorteren' (opdracht 3.4) Bewijs wasmachine en droger juist bedienen (opdracht 3.5) Bewijs 'kleine herstelwerkzaamheden uitvoeren' (opdracht 3.6) Bewijs 'strijken van de was' (opdracht 3.7) Bewijs 'was vouwen en vervoerklaar maken (opdracht 3.8) Kies samen met je werkbegeleider, welke bewijzen je gaat maken, en in welke volgorde. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 31

Naam/Logo stagebedrijf Bewijzenblad voor Assistent Textiel wassen en herstellen Werkproces: Kruis aan welk bewijzenblad de leerling gaat invullen Bewijs 'was sorteren' Bewijs 'wasmachine en droger juist bedienen Bewijs 'kleine herstelwerkzaamheden Bewijs 'strijken van de was Bewijs 'was vouwen en vervoerklaar maken' Naam stagebedrijf: Naam leerling: Mijn prestatie: (Plak hier een foto, een kort verslag of iets anders dat je zelf bedenkt) VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 32

Beoordelingspunten / indicatoren (in te vullen door leerling en door werkbegeleider 1 ) vak-vaardigheden (x punten) 2 (in te vullen door werkbegeleider) voorbeelden 3 : Leerling Begeleider Ja Nee Ja Nee beroepsspecifieke aandachtspunten (x punten) Ik let op veiligheid. Ik ben vriendelijk en behulpzaam tegen klanten. Algemene werknemersvaardigheden (x punten) Ik volg instructies goed op. Ik werk goed samen. Ik doe mijn werk volgens de bedrijfsvoorschriften (Arbo,hygiëne, ) Ik werk volgens een (stappen)plan. Ik zet de juiste spullen klaar voor ik aan de slag ga Ik deel mijn tijd goed in. Ik gebruik de juiste materialen en middelen. Ik gebruik deze middelen op de goede manier (doelmatig). Ik controleer mijn eigen werkzaamheden. De kwaliteit van mijn werk is in orde. Ik werk zo zelfstandig mogelijk. Ik vraag collega's om hulp als dat nodig is. Ik meld problemen (als er iets niet klopt) bij een ervaren collega. Sociale vaardigheden (x punten) Ik ga goed om met de collega's. Ik kan goed omgaan met kritiek. Ik kan omgaan met stress. Ik houd mijn gevoelens onder controle. Ik geef mijn eigen grenzen op tijd aan. Ik stel me hulpvaardig op. Ik toon belangstelling voor wat er om me heen gebeurt. Ik ga respectvol om met verschillen tussen mensen. Totaal punten (maximaal 100 punten): onvoldoende matig voldoende Goed 0-25 pt. 25-50 pt. 50-75 pt. 75-100pt. 1 Beoordeling vindt plaats op basis van de totaalindruk over de laatste stageperiode. Grote verschillen in de beoordeling door leerling en begeleider zijn aanleiding voor een gesprek. De puntentelling vindt plaats op basis van de beoordeling van de begeleider. 2 De werk- of stagebegeleider bepaalt van te voren hoeveel punten er per aspect behaald kunnen worden. Bij de ene leerling is bijvoorbeeld de houding belangrijk en wordt de leerling daar 'zwaarder' op beoordeeld. 3 Vakvaardigheden zijn afhankelijk van de te beoordelen beroepsactiviteit. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 33

Opdracht 5.2 Eindgesprek Lees nog eens je logboek door. Pak ook de beoordelingen van je werkbegeleider erbij. Praat met je begeleiders na over de volgende vragen: Wat vond je het leukst? Waar was je goed in? Heb je weleens positieve feedback gekregen? Zo ja, geef een voorbeeld: Heb je weleens kritiek gekregen? Zo ja, geef een voorbeeld: Hoe ging je om met kritiek of tegenslag? Als je iets moeilijk vond of niet wist, vroeg je het dan? Heb je zelf nog opmerkingen of vragen? VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 34

Na afronding van je stage kijk je ook vooruit. Wat wil je doen of leren ná deze stage? Wat moet je nog leren op de volgende gebieden: - Beroeps vaardigheden: - Algemene vaardigheden: - Taal op de werkvloer: - Rekenen op de werkvloer: In welke branche denk je te gaan werken? Waarom? Vind je werkbegeleider jou geschikt om in de toekomst in dit bedrijf / in deze branche te werken? Ja/nee Reden: Opdracht 5.3 Naar keuze: eindverslag of eindpresentatie Maak een kort schriftelijk verslag van het eindgesprek op de tekstverwerker. Zorg voor een mooie opmaak. Neem het eindverslag ook op in je portfolio. Of maak een eindpresentatie over je stage (in ppt) en presenteer die mondeling op school of in het stagebedrijf. VOx is ontwikkeld in opdracht van OCW door KPC Groep, SLO en CED-Groep 35