Politie als partner van het lokaal verkeersveiligheidsbeleid Joris Willems PCVO Limburg - Hogeschool voor Verkeerskunde Diepenbeek (www.pcvolimburg.be) DEEL 3 CATEGORISERING VAN WEGEN 1
1. 2. 3. 4. 5. 6. INHOUD 1. Doel van categorisering 2. Eisen aan categorisering 3. Werkwijze categorisering 4. Functies van de wegen 5. Gebruik van de wegen 6. Vorm van de wegen 1. DOEL VAN CATEGORISERING Inhoudelijk: verhogen verkeersveiligheid verhogen leefbaarheid verhogen doorstroming beleidsmatig: efficiënt beleid consistent beleid beargumenteerd beleid 2
2. EISEN AAN CATEGORISERING consistentie (binnen één categorie) continuïteit (overal doorvoeren) uniformiteit (overal hetzelfde doorvoeren) herkenbaarheid: SELF-EXPLAINING EXPLAINING ROAD (essentiële herkenbaarheidskenmerken) 3. WERKWIJZE CATEGORISERING 5 stappen: 1. vaststellen gewenste functie (visie-element) element) 2. vaststellen gewenst gebruik (o.b.v. functie) 3. vaststellen gewenste vorm (o.b.v functie/gebruik) 4. vergelijken bestaande en gewenste situatie 5. nemen van maatregelen en acties 1. 2. 3. 4. 5. Categorisering is dus actie-gericht 3
4. FUNCTIES VAN DE WEGEN Het RSV onderscheidt 3 typen functies van wegen: verbinden verzamelen toegang geven Schaalniveau (inter)nationaal Type gebied GSG Type weg Hoofdweg Vlaams RSG Hoofdweg/ Primair 1 Primair 2 regionaal KSG secundair 1 secundair 2-3 lokaal (intra-)lokaal Hoofddorp Kern, wijk, buurt, individuele bestemming lokaal 1 lokaal 2 lokaal 3 4
Definities Verbindingsfunctie: het verbinden van herkomst- en bestemmingsgebieden. Verzamelfunctie: het verzamelen van verkeer binnen de herkomstgebieden en het distribueren binnen de bestemmingsgebieden (aansluiting tussen de verschillende niveau s Erffunctie: : de functie die het wegvak vervult t.a.v. de langsheen de weg gelegen percelen Belangrijk: een weg heeft idealiter slechts één functie Dus: Het RSV onderscheidt 4 wegtypen: hoofdwegen (ASW( ASW) primaire wegen (type 1 en 2) secundaire wegen (type 1, 2 en 3) lokale wegen (type 1, 2 en 3) Tevens 4 schaalniveau s: (inter)nationaal Vlaams (gewestelijk, bovenregionaal) Provinciaal (regionaal, bovenlokaal) Gemeentelijk (lokaal) 5
Functie Wegtype Hoofdweg Primair 1 Primair 2 Secundair 1 Secundair 2 Secundair 3 Lokaal 1 Lokaal 2 Lokaal 3 Verbinden Verzamelen Toegang geven (inter)nation. X X Vlaams X X X Vlaams X Regionaal X X X Regionaal X OV/fiets Regionaal X Lokaal X X X Lokaal X X X Lokaal 6
7
8
Doorwerking naar de bestuursniveau s RSV = Vlaams niveau: legt hoofd- en primaire wegen vast PRS = regionaal/provinciaal niveau: legt secundaire wegen vast GRS/gemeentelijke mobiliteitsplannen = gemeentelijk/lokaal niveau: legt lokale wegen vast 5. GEBRUIK VAN DE WEGEN = 2e stap Verschil tussen feitelijk en gewenst gebruik: vraagvolgend / vraagsturend evt. aan te passen aan lokale situatie (lintbebouwing, in centrumgebied, landbouwgebied, ) Criteria: (o.a.): soort verkeer toegelaten snelheid streefwaarde intensiteit parkeermodaliteiten voorrangssituatie, 9
Voorbeelden gewenst gebruik Primaire weg type 1: typen verkeer: alle gemotoriseerd verkeer, uitgezonderd landbouwverkeer intensiteit: zo hoog mogelijk (tot cap. grens en filekans < 5%) snelheid: 90 (120) km/u. parkeren: niet toegelaten voorrang: voorrangsweg Lokale weg 3 (in centrumgebied): alle verkeer, uitgez intensiteit: max. 50-150 snelheid: 30 km/u. uitgez.. + 3.5 ton (niet plaats.) 150 vtg/u. parkeren: mogelijk voorrang: geen voorrangsweg 10
6. VORM VAN DE WEGEN = 3e stap evt. aan te passen aan lokale situatie (lintbebouwing, bebouwde zone, landbouwgebied, ) Criteria (o.a.): ontwerpsnelheid type horizontaal alignement (tracé) type lengteprofiel type dwarsprofiel type remmende maatregelen type parkeerplaatsen type verharding type verlichting type knooppunten en aansluitingen, Voorbeelden gewenste vorm Primaire weg type 1: ontwerpsnelheid: 100 km/u. horizontaal alignement: strak, ruime bogen dwarsprofiel: 2X2 (of 2X1 met tussenberm) remmende maatregelen: geen type verharding: asfalt of beton type verlichting: hoge masten knopen: ongelijkvloers aansluitingen hogere categorie: ongelijkvloers aansluitingen lagere categorie: lichten of rotonde 11
Lokale weg type 3 (in bebouwde zone): ontwerpsnelheid: 30 km/u. horizontaal alignement: bewust bochtig dwarsprofiel: gemengd verkeer, geen rijstroken remmende maatregelen: in principe kan alles type verharding: klinkers, kasseien (asfalt/beton) type verlichting: esthetisch knopen: gelijkvloers aansluitingen hogere categorie: gelijkvloers Praktijkvoorbeelden 12
Praktische toepassing van categorisering in het ontwerp: verwachtingspatronen Samenspel weten weten-kunnen-willen-voelen leidt tot bepaald bewustzijnsniveau (beredeneerd-gewoonte-impulsgedrag) leidt tot fouten of frustratie indien conflicten 2 typen overtredingen: bewuste onbewuste 13
Voorbeeld Bekijk de onderstaande woorden en zeg de kleur van het woord luidop en niet het woord zelf GEEL BLAUW ORANJE ZWART ROOD GROEN BRUIN GEEL ROOD ORANJE GROEN ZWART BLAUW ROOD BRUIN GROEN BLAUW ORANJE Film: discrepantie wegbeeld-regels (gewoonte- beredeneerd gedrag) Dus: diverse bronnen (w-k-w-v)( ) moeten dezelfde info geven Voorbeeld: te snel rijden Houding bestuurder bij overtreding Bewust: niet willen niet kunnen Diagnose Incidenteel Structureel Voorbeeld Het was rustig Ik was te laat De snelheidsduivel zoekt kick Oplossing Voorlichting, handhaving (infrastructuur) Voorlichting, handhaving infrastructuur: kick-effect Onbewust: niet niet weten niet niet voelen Incidenteel Structureel Bord niet gezien, praten met passagiers, verstrooidheid Onbekendheid regels Onduidelijke omgeving Infrastructuur, voorlichting, GSM-verbod bij rijden Medische keuring Opleiding wegbeeld, infrastructuur 14
Hoe infrastructuur aanpassen? Via risico-homeostase theorie Mensen leven met bepaalde risico- verwachting en vinden dit zelfs prettig ( kick ) Als GEVOEL van risico toeneemt tot boven de acceptatie, past men het gedrag aan Als GEVOEL van risico te laag is, lager attentieniveau en ook aanpassing gedrag Dus: zodanige info in wegbeeld dat zekere mate van risico-overschatting overschatting ontstaat (ook via communicatie, ) En dus: Via ontwerp de intuïtieve herkenbaarheid verhogen van het WAARGENOMEN risico-niveau om zodoende: gewenst (en uniform!) rijgedrag per wegcategorie te verkrijgen 15
Duurzaam veilige weginrichting Principes Duurzaam Veilig: Nederlands concept: begin 90 Hoofduitgangspunt: de mens als maat der dingen. Mens is feilbaar. Dus alles zo ontwerpen dat dit aansluit bij de menselijke capaciteiten en beperkingen. Dus: stapsgewijze voorkoming van ongevallen (actieve veiligheid) EN de evt. gevolgen (passieve veiligheid) Integrale benadering via mens-voertuig voertuig- weg én via E-E-E 16
1 2. 3. 4. Vertaling principes D.V. volgens CROW Realisatie van zo groot mogelijke aaneengesloten verblijfsgebieden Minimaal deel van de rit over relatief onveilige wegen Ritten zo kort mogelijk maken Kortste en veiligste route laten samenvallen Principe D.V. (Algemeen) Functionaliteit 5. 6. 7. Zoekgedrag vermijden Wegcategorieën herkenbaar maken Aantal verkeersoplossingen beperken en uniformeren Herkenbaarheid en voorspelbaarheid 8. 9. 10. 11. 12. Conflicten met tegemoetkomend verkeer vermijden Conflicten met kruisend en overstekend verkeer vermijden Scheiden van voertuigsoorten Snelheid reduceren op potentiële conflictpunten Vermijden van obstakels langs de weg Homogeniteit Duurzaam veilig en infrastructuur: update D.V. principe Functionaliteit van wegen Homogeniteit van massa, snelheid en/of richting Herkenbaarheid en voorspelbaarheid Vergevingsgezindheid van omgeving en weggebruikers Beschrijving Monofunctionaliteit van wegen en hiërarchie van wegennet Sterker naarmate snelheid toeneemt Wegontwerp + omgeving moet verwachtingen ondersteunen Letselbeperking (passieve veiligheid) + anticipatie 17
Enkele concrete uitwerkingen en voorbeeldmaatregelen Diverse technische maatregelen conform categorisering, o.a.: Ventwegen (homogeniteit vergroten) Strikte koppeling snelheid-wegtype Striktere scheiding rijrichtingen en meer inhaalverboden D.V. toepasbaar in Vlaanderen? D.V. is goed principe, maar: nauwelijks aandacht voor R.O. nauwelijks aandacht voor vervoersmanagement erg duur naar implementatie, zelfs in Nl. Meer weten?: www.swov.nl Boek: Door met Duurzaam Veilig 18
Effecten en neveneffecten van infrastructurele maatregelen b.v. Zebrapaden op voorrangswegen Voor de automobilist (weten, willenw illen voelen, kunnen): Onvoorspelbaar gebruik Voor de voetganger: voelen en kunnen niet noodzakelijk hetzelfde: gedrag automobilist ook onvoorspelbaar Dus: zebrapaden zijn NOOIT een veiligheidsmaatregel, enkel een oversteekbaarheidsmaatregel!!! Zebrapaden naast fietsoversteken uit de voorrang (weten weten!) Ook hier: onvoorspelbaar gedrag 19
permanente zone 30 in schoolomgevingen op verkeerswegen (weten willen, willen, voelen, kunnen) 20
Aandacht voor wegbeelden in relatie tot snelheid (weten, willenw illen voelen, kunnen) 21
Verhoogde kruispunten: Op voorrangswegen, of juist niet? (weten, willen voelen, kunnen) herkenbaarheid 22
Rotondes: lokaal meestal veiliger (fiets???) effecten op routekeuze verlegging van problemen elders? 23
Rotondes met fietsers in de voorrang Rotondes met fietsers uit de voorrang 24
Dode hoek problematiek Dode hoek op rotonde met fiets UIT de voorrang 25
Dode hoek op rotonde met fiets IN de voorrang Rotonde met bajonet-oversteek oversteek 26
Beveiligde fietsoversteken (met middengeleiders) (weten, willen voelen (suggestie van voorrang)) Omkeren van verwachtingspatroon! Voorspelbaarheid, homogeniteit??? (cfr. zebrapaden) Overige tegenstrijdige zaken parkeren in zones 70-90? vrijliggende fietspaden in zones 50 fietspaden in zone 30 sluikverkeer oogluikend toelaten instant- korte termijn effect versus globale visie op lange termijn 27
Diverse in-car technologie ABS en afgeleide vormen ESP Airbag Vierwielaandrijving GPS Beredeneer effecten via risico- homeostase theorie Ook: paradox: hoog motorvermogen = veilig inhalen? Is vooral auto-gericht; staat dus fundamentele oplossing (vervoersmanagement) in de weg! Op termijn nochtans groot potentieel! 28
Rol politie meedenken over de functie, met oog op latere handhaving Snelheid: infrastructureel af te dwingen op de lagere wegcategorieën, handhaving nodig op de hogere categorieën Meedenken over alternatieven van handhaving Tot slot Categorisering: heilige drievuldigheid: functie vorm gebruik. Altijd vertrekken van de functie Consistentie over functie-vorm vorm-gebruik is essentieel, anders ontstaan van sluiproutes, verkeersonveiligheid en hinder Ook consistentie binnen functie, vorm en gebruik afzonderlijk Categorisering is DE BASIS voor elk verkeersplan en de verkeersveiligheid 29