Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales

Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 1 : Hoeken ( Zie ook : boek pag 1 tot en met pag 33)

Atheneum Wispelberg - Wispelbergstraat Gent Bijlage - Leerfiche (3 e jaar 5u wiskunde): Meetkunde overzicht

Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren

Voorbereiding : examen meetkunde juni - 1 -

Hoofdstuk 3: De stelling van Pythagoras

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

Extra oefeningen wiskunde 3lawe 3wet Transformaties, Stelling van Thales, Homothetie. Meetkunde. Transformaties en Stelling van Thales.

werkschrift driehoeken

Spelen met passer en liniaal - werkboek

Voorbereiding : examen meetkunde juni - oplossingen Naam:. Klas:...

Hoofdstuk 8 : De Cirkel

2. Waar of vals: Als een rechte a evenwijdig is met een vlak α en dat vlak staat loodrecht op een vlak β dan staat a loodrecht op β.

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Voorbereiding : examen meetkunde juni - oplossingen =

Hoofdstuk 5 : De driehoek

uuur , DF en DB met kentallen. b) Laat zien door twee keer de stelling van Pythagoras in een rechthoekige uuur

De constructie van een raaklijn aan een cirkel is, op basis van deze stelling, niet zo erg moeilijk meer.

Paragraaf 4.1 : Gelijkvormigheid

14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen

Voorkennis meetkunde (tweede graad)

Over de construeerbaarheid van gehele hoeken

CEVA-DRIEHOEKEN. Eindwerk wiskunde Heilige-Drievuldigheidscollege 6WeWIi. Soetemans Dokus

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten

Neem [pr]=[ps] en beschrijf uit r en s twee cirkelbogen met dezelfde straal, die elkaar in c snijden. [cp] is de loodlijn op [ab].

1 Cartesische coördinaten

Wiskunde oefentoets hoofdstuk 10: Meetkundige berekeningen

Een bol die raakt aan de zijden van een scheve vierhoek

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie

Antwoordmodel - Vlakke figuren

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden

6 Ligging. Verkennen. Uitleg

1 Het midden van een lijnstuk

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1]

Wiskunde 1b Oppervlakte

Basisconstructies, de werkbladen 1 Het midden van een lijnstuk

1 Coördinaten in het vlak

Vlakke meetkunde en geogebra

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d.

Hoofdstuk 2 : Som Hoekgrootten van een veelhoek (boek pag 34)

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Opgave 1: bewijs zelf op algebraïsche wijze dat de lengte van DE gelijk is aan de helft van de lengte van BC.

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 7 les 2

7 Totaalbeeld. Samenvatten. Achtergronden. Testen

Blok 6B - Vaardigheden

Uitwerkingen toets 8 juni 2011

Oefenopgaven Stelling van Pythagoras.

Samenvatting VWO wiskunde B H04 Meetkunde

Vl. M. Nadruk verboden 1

Extra oefeningen: de cirkel

4.1 Rekenen met wortels [1]

6.1 Rechthoekige driehoeken [1]

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2

IMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 2014

Meetkunde. Trainingsweekend januari Gerichte hoeken. gerichte hoeken, driehoeksongelijkheid, Ravi

6.1 Kijkhoeken[1] Willem-Jan van der Zanden

OEFENTOETS VWO B DEEL 3

Driehoeksongelijkheid en Ravi (groep 1)

Tweepuntsperspectief I

5 Lijnen en vlakken. Verkennen. Uitleg

Een bekende eigenschap van de middens van de zijden van een driehoek is de volgende.

Willem-Jan van der Zanden

EXAMENVRAGEN RUIMTEMEETKUNDE I (niet-analytische meetkunde)

d = 8 cm 2 6 A: = 26 m 2 B: = 20 m 2 C: = 18 m 2 D: 20 m 2 E: 26 m 2

Vlakke Analytische Meetkunde

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : tweede ronde

1 Introductie. 2 Oppervlakteformules

Herhalingsles 3 Meetkunde Weeroefeningen

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden.

2.5 Regelmatige veelhoeken

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

Vlakke Meetkunde. Les 20 Nadruk verboden 39. Het construeren van figuren

Zeepvliezen PO. door M. van den Bosch- Knip Meetkunde Presentatie WiskundeCongres

PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2.

en een punt P BC zodat BP 2. CB.

5.1 Punten, lijnen en vlakken [1]

RECHTEN. 1. Vul in met of. co(a) = (-2,3) a y = -2x + 1 A a want 3-2.(-2)+3 co(a) = (4,1) a 3x -5y -2 = 0 A a want

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Afsluitende Opdrachten

Pienter 1ASO Extra oefeningen hoofdstuk 7

Bijlage 1 Rekenen met wortels

Dossier 4 VECTOREN. Dr. Luc Gheysens. bouwstenen van de lineaire algebra

Hoofdstuk 1 LIJNEN IN. Klas 5N Wiskunde 6 perioden

WISKUNDE-ESTAFETTE KUN 2002 Uitwerkingen

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Cabri-werkblad. Apollonius-cirkels

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3

Uitwerkingen toets 18 maart 2011

6 A: = 26 m 2 B: = 20 m 2 C:

SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN VAN SNIJDENDE KRACHTEN

8.0 Voorkennis. a De pijlen van O(0, 0) naar A(4, 2) en van A(4, 2) naar B(2, 3) zijn vectoren.

de Wageningse Methode Antwoorden H17 PYTHAGORAS VWO 1

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4. 3 Driehoeken 8. 4 Vierhoeken 12

Bewijs. Zie figuur 2. Zijn U en V de projecties van P en Q op r, dan geldt: PU = PR (in driehoek RQV met PU // QV) QV QR

Transcriptie:

Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales - 127 1. Projectie op een rechte (boek pag 175) x en y zijn twee... rechten. We trekken door het punt A een evenwijdige rechte met de rechte y en noemen het snijpunt met de rechte x : A. We trekken door het punt B een evenwijdige rechte met de rechte y en noemen het snijpunt met de rechte y : B. Trek een pijl van A naar A en van B naar B. We zeggen : A het... is van A door de projectie op x, evenwijdig met y B is het...van B door de... op x,... met y Het beeld van het lijnstuk door een evenwijdige projectie is een...

- 128 Taak : Teken het beeld van de driehoek C door de evenwijdige projectie op x, evenwijdige met de rechte y 2. Eigenschappen van de projectie: a) Construeer het midden van het lijnstuk [ ] en noem het M b) Teken de projectie van het punt A op de recht x evenwijdig met de recht y en noem het A c) Teken de projectie van het punt B op de recht x evenwijdig met de recht y en noem het B d) Teken de projectie van het punt M op de recht x evenwijdig met de recht y en noem het M

e) Meet de lengte van de volgende lijnstukken: - 129 AM MB =... cm =... cm =... cm M is het... van [ ] M ' M ' =... cm =... cm =... cm M ' is het... van [ ] Besluit: De evenwijdige projectie bewaart het.... 3. Projectiestelling Instap (boek pag 180) a. =... mm α =... =... mm cos α =... =...

b. Werkboek Meetkunde (cursus voor 5u) =... mm - 130 α =... =... mm cos α =... =... c. =... mm α =... =... mm cos α =... =... De Projectiestelling Als twee rechten x en y scherpe hoeken met grootte α maken dan geldt voor een lijnstuk [ ] en zijn loodrechte projectie [ ' ] A op x : A ' = cos α Bewijs : zie boek pag 181 Opgave: boek pag 182 nr.15 Bereken tot op 0,001 mm de lengte van het lijnstuk waarbij een vraagteken staat. a.

b. Werkboek Meetkunde (cursus voor 5u) - 131 c. Opgave: boek pag 182 nr. 19 Bereken voor de bijgevoegde figuur de lengte van het lijnstuk [ ]

- 132 4. Stelling van Thales: Op de tekening zijn de rechten a,b en c evenwijdig. Zij worden gesneden door de rechten d, e en f. De snijpunten zijn benoemd. Meet de lengte van volgende lijnstukken: A" B" BC C' B" C" Bereken de volgende verhoudingen: BC =... C' A" B" B" C" Wat stel je vast?... Besluit: De projectie op een rechte behoudt de verhouding van twee op een zelfde rechte gelegen lijnstukken.

Stelling van Thales: - 133 a // b // c // d snijden y in A, B, C, D snijden x in,, C', D' CD = C' D' Bewijs : Zie boek pag 186 Omgekeerde stelling: Als een rechte twee zijden van een driehoek in evenredige stukken verdeelt, dan is die rechte evenwijdig met de derde zijde. C met M [ ] en N [ AC] AM AN = MB NC MN // BC

- 134 Opgave: boek pag 187 nr.22 Voor de onderstaande figuren geldt: a // b // c // d. Bereken x en y. a. b. c. x + y = 24

- 135 Opgave: boek pag 187 nr. 23 Voor de driehoek C geldt dat MN // BC. AM = 2 cm MB = 1,5 cm BC = 3cm AC = 4 cm Waaraan is NC gelijk?......... 12 16 a. 1,5cm b. 1 cm c. cm d. 3 cm e. cm 7 3 Welk gegeven is overbodig?... Opgave: boek pag 187 nr. 25 Bereken voor de onderstaande figuren telkens x. a. b. // DE AE // CF // DG

c. Werkboek Meetkunde (cursus voor 5u) - 136 // FD // GC Opgave: boek pag 188 nr. 26 Voor nevenstaande trapezium CD geldt: EF // BC // AD en AE = 2 EB en CD = 24 mm Bereken: CF, FD Opgave: boek pag 188 nr.29 a. Je krijgt het lijnstuk [ ] geg. Gebruik de stelling van Thales om met passer en liniaal het lijnstuk in 7 even lange delen te verdelen.

- 137 b. Construeer voor een gegeven lijnstuk [ ] het punt P [ ] zó dat AP PB = 2 3 Opgave: boek pag 188 nr.31 Twee lijnstukken [ ] en [ CD ] zijn evenwijdig. De projecties van die lijnstukken op een rechte noemen we [ A ' ] en [ ' D' ] C. Bewijs : = CD C' D'

Opgave: boek pag 191 nr. 32 We geven voor een C een punt D [ ] en een punt E [ BC ] Voor welke gevallen geldt : DE // AC a. AD = 35 mm BE = 32 mm DB = 28 mm EC = 40 mm - 138 b. AD = 18 mm DB = 27 mm BE = 7 cm EC = 41mm Opgave: boek pag 191 nr. 33 Voor nevenstaande C geldt: = 6 cm AC = 9 cm Bereken x zodat MN // BC.

- 139 Samenvatting: De Projectiestelling Als twee rechten x en y scherpe hoeken met grootte α maken dan geldt voor een lijnstuk [ ] en zijn loodrechte projectie [ A ' ] op x : A ' = cos α Stelling van Thales: De projectie op een rechte behoudt de verhouding van twee op een zelfde rechte gelegen lijnstukken. a // b // c // d snijden y in A, B, C, D snijden x in,, C', D' CD = C' D' Omgekeerde stelling van Thales: Als een rechte twee zijden van een driehoek in evenredige stukken verdeelt, dan is die rechte evenwijdig met de derde zijde. C met M [ ] en N [ AC] AM AN = MB NC MN // BC

Opgave: boek pag 191 nr. 36-140 Een balk CDA B C D heeft als afmetingen: AD DD' DC = 4 cm = 3 cm = 4,5 cm We nemen P [ A ] zó dat P = 8 mm We trekken in het vlak AA D D door P de evenwijdige met A D en noemen Q het snijpunt met AD. We trekken in het vlak CD door Q de evenwijdige met AC en noemen R het snijpunt met CD. Bereken: CR