PSYCHIATRIE IN NIEUWE ONTWIKKELINGEN DISCLOSURE BELANGEN SPREKER. (potentiële) belangenverstrengeling

Vergelijkbare documenten
Bijlage 25: Autismespectrumstoornis in DSM-5 (voorlopige Nederlandse vertaling) 1

ASS in de DSM 5. Ernst Horwitz, psychiater UMCG Groningen

Lezing voor de NVA. Door Harmke Nygard-Smith Klinisch psycholoog. Ontwikkelingsstoornissen Dimence

Op naar de DSM 5! Autismespectrumstoornis. J. Wolthaus, GZ-psycholoog en C. Schoenmakers, GZ-psycholoog

Autisme Spectrum Stoornissen Van DSM IV naar DSM 5

Workshop: Met STiP op één! Theo Ingenhoven, psychiater Han Berghuis, klinisch psycholoog. Altrecht & Sympopna, 22 januari 2014

FEEDBACK DSM-IV code combinaties

Van somatoforme stoornissen naar somatisch symptoom stoornis

Wie doet wat? 8 maart 2016 Danielle Cath, Psychiater Altrecht Christine Weenink, Kaderhuisarts GGZ

Disclosure belangen spreker

ASS in de verzekeringsgeneeskundige praktijk

Ieder kind is uniek, maar vooral dat van mij. Kinderen en psychiatrie Dr. Pieter De Kimpe Kinder- en Jeugdpscychiater

Op naar DSM 5. Mariken van Onna Klinisch psycholoog-psychotherapeut Supervisor VGCt Karakter Nijmegen Universitair Centrum Kinder- en jeugdpsychiatrie

Nederlandse samenvatting

DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools

DSM-5 interview autismespectrumstoornis

DSM-5 De belangrijkste veranderingen t.o.v DSM-IV

Autisme spectrum conditie

Impact van de ingebruikname van de DSM-5

DSM-5 interview autismespectrumstoornis

25% DSM5 & Zorgvraagzwaarte. 3.5% in ggz. Creëer markt 3.5% 20.5% 3.5% Explosie in ggz. 2004: Wachtlijstenproblematiek. 2004: Wachtlijstenproblematiek

Vroegdetectie van een autismespectrumstoornis bij jonge kinderen. Dr. Jo Wellens, kinder- en jeugdpsychiater TheA

Prevalentie primaire ziektebeelden in de psychiatrische opnames van PZ en PAAZ: 2013

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Psychotraumatologie: eenheid en verscheidenheid in een veelstromenland. Prof. dr. Rolf Kleber Ede, 19 april 2012

Autisme en de gevolgen Els Ronsse / MDR

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme

DSM-5: de algemene wijzigingen ten opzichte van de DSM-IV

Diagnose en classificatie in de psychiatrie

Autisme en de DSM-5 symposium autismenetwerk Zuid- Holland Zuid Autismeweek

Psychotische stoornissen in DSM V. Mirjam Klein (supervisor Erik Giltay) Afdeling Psychiatrie LUMC, Leiden

DSM-5 Inleiding in de belangrijkste veranderingen

DSM IV interview. Semi-gestructureerd anamnestisch interview ter beoordeling of er sprake is van een autismespectrumstoornis.

Voorstellen en vragen 1. Hoe wordt de diagnose autisme gesteld?

Een (Lichte) Verstandelijke Beperking. Karlijn Vermeulen (kinder- en jeugd)psychiater Klinisch onderzoeker i.o.

Welkom. DGM en Autisme. Esther van Efferen-Wiersma. Presentatie door

Asperger en werk. Een dynamisch duo

Onverklaard maakt onbemind. 8 februari 2011 Utrecht

Overleg rond de psychiatrische patiënt in de thuissituatie

Somatoforme stoornissen. Bert van Hemert, psychiater

Somatoforme stoornissen

Autisme in beweging: Inhoud. HGR 20 juni Context Veranderingen in DSM-5 Impact van de veranderingen. Ilse Noens 1

Welkom. DGM en Autisme. Esther van Efferen-Wiersma. Presentatie door

Oolgaardt lezing 28 November 2006 Ze kunnen het wel, maar ze

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Autisme, wat weten we?

Autismespectrumstoornis. SPV REGIOBIJEENKOMST MIDDEN NEDERLAND Mandy Bekkers

Wat moeten leraren weten over informatieverwerkingsproblemen, autisme spectrum stoornissen en andere hersenpathologie? Hilgo Bruining Kinder en

Dysthymie Aanpassingsstoornis Diagnoses met een beperking? Sascha Russo, psychiater

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Somatoforme stoornissen

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners

Autisme en een verstandelijke beperking 20 september 2016

Centrum voor Lichamelijk Onverklaarde Klachten (CLOK)

Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het. Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met. een Psychotische Stoornis.

Praktische vaardigheden in het objectiveren van psychische klachten. Sascha Russo, psychiater 1 juni 2018

Het enige middel dat je in het werken met mensen hebt, is jezelf.

Psychiatrie & Psychologie bij 22q11DS

Is het depressie? Dr. M. Zuidersma, UMCG of is het een onderliggend neurodegeneratief beeld? Maar is dit wel zo? Disclosure belangen spreker

EEN NETWERKBENADERING

Autisme spectrum stoornissen: van molecuul tot maatschappij. Wouter Staal, 19 mei, 2017

Dagboek metingen in de zorg

(potentiële) belangenverstrengeling

Onder de tafel of op de (keuken) tafel?

KNETTERGEK WORD JE ER VAN! DE SOMATISERENDE PATIENT

Comorbiditeitspatronen bij OCD. Resultaten van de NOCDA studie

Het stimuleren van sociaalcommunicatieve vaardigheden bij jonge kinderen met een autismespectrumstoornis

PK Broeders Alexianen Tienen

Verslavingsgedrag van DSM-IV naar DSM-5

Summary 124

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Autisme en psychose. Phrenos-congres Zwolle WS Do.8 december 2016 Ernst Wentink psychiater (KJ, VW)

University of Groningen. The Friesland study Bildt, Alida Anna de

Persoonlijkheidsstoornissen

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Schizophrenia spectrum and other psychotic disorders (dsm5.org) profile-based psychosen-zorg. Dr. Richard Bruggeman

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

Richtlijn Aanpassingsstoornis bij patiënten met kanker. Tineke Vos, psychiater HMC Den Haag

Terugvalpreventie bij anorexia nervosa

NISPA en Radboud(umc) Let s get together. Let s get together: medicine/psychiatry & addiction - Universitair Medisch Centrum

De CAMS Workshop R E M C O D E W I N T E R, S G A C U U T N I E N K E K O O L, S G P E R S O O N L I J K H E I D S S T O O R N I S S E N

MIDDELENGERELATEERDE en VERSLAVINGSSTOORNISSEN. Dr. Marie-Catherine Monté en Dr. Marieke Waignein

Yvette Dijkxhoorn, Autisme en Bewegen

ICD-Io en de classificatie van psychische stoornissen

De CAMS Workshop REMCO DE WINTER, KD ACUUT DAG VAN DE INHOUD ROTTERDAM 29 SEPTEMBER

Correcties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

SOLK Inleiding. Dr. E.M. van de Putte, kinderarts-sociale pediatrie. SOLK Aristo 15 maart 2016

Citation for published version (APA): Holwerda, A. (2013). Work outcome in young adults with disabilities Groningen: s.n.

Dr. P. D Hondt Psychiater

Verzamel stoornis: van probleem naar uitdaging cursus NOOP 11 oktober 2017 Heerenveen

18/03/2016. inhoud. Zorg voor jongeren met psychiatrische problemen. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie

Publications. Publications

Persoonlijkheidsstoornissen

Ben je voor of tegen?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Wat betekent autisme voor een persoon met een verstandelijke beperking?

Ontwikkelingsproblemen bij kinderen in de huisartsenpraktijk

Transcriptie:

PSYCHIATRIE IN 2016 NIEUWE ONTWIKKELINGEN DISCLOSURE BELANGEN SPREKER (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder Andere relatie, namelijk Geen Geen 1

BESTUURLIJK AKKOORD GGZ 2012 NIEUWE PSYCHOFARMACA 2

BEELDVORMING EN GENETICA IN PSYCHIATRIE PERSONALIZED TREATMENT IN PSYCHIATRY 3

STAGERING EN PROFILERING PREVENTIE 4

VIRTUAL REALITY PSYCHOSEN E-HEALTH 5

E-HEALTH DSM-5 IN DE MEDIA 6

NOT SO VERY LONG AGO 1950 s: Little agreement among psychiatrists in diagnosing patients DSM-5 HISTORISCHE CONTEXT 7

GESCHIEDENIS DSM DSM I 1952: opsomming 106 disorders, m.n. voor administratief gebruik, psychoanalytische invloed DSM II 1968: 182 disorders, reactieve aspect verdwenen DSM III 1980: 265 disorders; reactie sterke kritiek op psychiatrie, aansluiten bij medische traditie met betrouwbare en valide diagnosen, nadruk observeerbare symptomen, invoer algoritmen DSM IV 1994: 297 disorders weinig substantiële veranderingen Agenda DSM-5 (vanaf 1999): neo-kraepeliaanse paradigma omverwerpen, aansluiting ICD- 11, neurobiologische en dimensionele aard disorders benadrukken, duidelijke afgrenzing normaal Diagnostic inflation? Number of diagnoses 450 400 350 300 250 DSM-IV DSM-IIIR DSM-III 200 150 DSM-II 100 DSM-I 50 0 1945 1955 1965 1975 1985 1995 2005 2015 Publication year 8

PARIS: PROBLEMEN PSYCHIATRISCHE CLASSIFICATIE Lack of knowledge about mental disorders Need for biological markers Diagnostic validity Comorbidity Algorithmic diagnosis (ipv prototypen) Dimensionality Expert consensus (J.Paris: The intelligent clinician s guide to the DSM-5) Categorical vs. Dimensional 9

PARIS: CONSTITUENCIES DSM-5 Research Clinical practice Pharmaceutical industry Legal system General public APA zelf! (J. Paris: The intelligent clinician s guide to the DSM-5) Definitie Mental Disorder Bij alle stoornissen moet hieraan worden voldaan! A mental disorder is a syndrome characterized by clinically significant disturbance in an individual s cognition, emotion regulation, or behavior that reflects a dysfunction in the psychological, biological, or developmental processes underlying mental functioning. Mental disorders are usually associated with significant distress or disability in social, occupational, or other important activities. An expectable or culturally approved response to a common stressor or loss, such as the death of a loved one, is not a mental disorder. Socially deviant behavior (e.g., political, religious, or sexual) and conflicts that are primarily between the individual and society are not mental disorders unless the deviance or conflict results from a dysfunction in the individual, as described above. 10

Veranderingen Wegvallen van het vijf-assensysteem Lumpers winnen van splitters Geen groei aantal stoornissen Hergroepering van stoornissen Geen aparte sectie kinderleeftijd/adolescentie Categoriale indeling van stoornissen gehandhaafd Volgorde hoofdstukken obv ontwikkelingsfase Veel veranderingen in diagnostische criteria Specifiers: aard, ernst, klinisch relevante items (b.v. suicidaliteit) Functioneren beter gedefinieerd (GAF = exit) Section II: Chapters DSM-5 A. Neurodevelopmental Disorders B. Schizophrenia Spectrum and Other Psychotic Disorders C. Bipolar and Related Disorders D. Depressive Disorders E. Anxiety Disorders (Separation anxiety Dis, Selective Mutism, Specific Phobia, Socal Anxiety Dis, Panic Dis, Agorophobia, GAD, ) F. Obsessive-Compulsive and Related Disorders (OCD, Body Dysmorphic Disorder, Hoarding Disorder, Trichotillomania, Excoriation(skin/picking) Disorder ) G. Trauma- and Stressor-Related Disorders (Reactive Attachment Dis, Disinhibited Social Engagement Dis, PTSD, Acute Stress Dis, Adjustment Dis, other ) H. Dissociative Disorders 11

Section II: 15 New Disorders DSM-5 1. Social (Pragmatic) Communication Disorder 2. Disruptive Mood Dysregulation Disorder 3. Premenstrual Dysphoric Disorder (DSM-IV appendix) 4. Hoarding Disorder 5. Excoriation (Skin Picking) Disorder 6. Disinhibited Social Engagement Disorder (split from Reactive Attachment Disorder) 7. Binge Eating Disorder (DSM-IV appendix) 8. Central Sleep Apnea (split from Breathing-Related Sleep Disorder) 9. Sleep Related Hypoventilation (split from Breathing-Related Sleep Disorder) 10. Rapid Eye Movement Sleep Behavior Disorder (Parasomnia NOS) 11. Restless Legs Syndrome (Dyssomnia NOS) 12. Caffeine Withdrawal (DSM-IV Appendix) 13. Cannabis Withdrawal 14. Major Neurocognitive Disorder with Lewy Body Disease (Dementia Due to Other Medical Conditions) 15. Mild Neurocognitive Disorder (DSM-IV Appendix) WHODAS - DISABILITY SCALE DOMAINS: Understanding and communicating Getting around Self Care Getting along with people Life activities household work or school Participation in Society 12

Subtypes and specifiers DSM-5 Subtypes: mutually exclusive subcategories Specifiers: not mutually exclusive; one or more Course Severity Discriptive features Insight Suicidality Comorbidity Codering: vierde, vijfde en/of zesde getal BELANGRIJKSTE VERANDERINGEN DSM-5 Introductie van term verslaving bij middelengebruik, geen onderscheid afhankelijkheid/misbruik Somatische symptomen stoornis i.p.v. somatoforme stoornis Introductie ASS 13

SUBSTANCE USE DISORDER (SUD) (SUBSTANCE-RELATED AND ADDICTIVE DISORDERS) Consolidate substance abuse with substance dependence into a single disorder called substance use disorder Rationale: Dependence is a misunderstood term that has negative connotations when in fact it refers to normal patterns of withdrawal that can occur from the proper use of medications. Copyright 2013. American Psychiatric Association. SOMATISCHE SYMPTOOMSTOORNIS - Vervanging van pijnstoornis, ongedifferentieerde somatoforme stoornis, somatoforme stoornis NAO en somatisatiestoornis - In categorie valt ook: conversiestoornis (functioneelneurologische-symptoomstoornis), psychische factoren die een somatische aandoening beïnvloeden, ziekteangststoornis (eerder hypochondrie), nagebootste stoornis 14

SOMATISCHE SYMPTOOMSTOORNIS - Vooral bedoeld om negatief criterium ( ontbreken van medische verklaring voor somatische klacht ) te omzeilen; - En omdat er vaak ook gediagnosticeerde somatisch aandoening aanwezig is; - Kern is het omgaan met die klacht (problematische gedachten, gevoelens en gedrag) onafhankelijk van verklaring; - Is ook vaak het aanknopingspunt voor behandeling - Vraag is of dit bezwaren van patiënten(-verenigingen) zal wegnemen (blijft psychologische invalshoek behandeling) Autism Spectrum Disorder DSM-5 DSM-IV (Pervasive Developmental Disorders) Autistic Disorder Asperger Disorder Pervasive Developmental Disorder NOS Childhood Disintegrative Disorder Rett Disorder DSM-5 Autism Spectrum Disorder 15

DIAGNOSTISCHE CRITERIA ASS DSM-5 A. Voortdurende beperkingen in sociale communicatie en sociale interactie binnen verschillende contexten, tot uiting komend (momenteel of in het verleden) op de volgende wijze: 1. beperkingen in sociaal-emotionele wederkerigheid, variërend van (bijvoorbeeld) beperkingen in het vermogen om een gesprek te beginnen en te onderhouden; tot tekorten in het spontaan delen van interesses, gevoelens, of affect; en beperkingen in het initiëren van of reageren op sociale interactie. 2. beperkingen in non-verbale communicatie, variërend van slecht geïntegreerde verbale en non-verbale communicatie; tot problemen in oogcontact en begrip en gebruik van gebaren; tot de afwezigheid van mimiek en non-verbale communicatie 3. beperkingen in het ontwikkelen, onderhouden en het begrijpen van relaties, variërend van problemen in het aanpassen van gedrag aan wisselende sociale contexten; tot problemen in het komen tot gezamenlijk fantasiespel of het aangaan van vriendschappen; tot de afwezigheid van interesse in leeftijdsgenoten. Specificeer de huidige ernst: deze ernst is gebaseerd op beperkingen in sociale communicatie en zich herhalende stereotype patronen van gedrag, belangstelling DIAGNOSTISCHE CRITERIA ASS DSM-5 B. Beperkte, zich herhalende patronen van gedrag en belangstelling zich uitend in ten minste 2 van de volgende, momenteel of in het verleden: 1. Stereotype of zich herhalende bewegingen, gebruik van objecten, of taalgebruik (bv. motorische stereotypieën, echolalie, op een rij zetten van speelgoed) 2.Insistence on sameness, vastzitten aan routines, of verbale of non-verbale rituelen (bv. zeer overstuur bij kleine veranderingen, begroetingsrituelen, rigide denkpatronen) 3. Zeer beperkte, vastliggende interesses die abnormaal zijn qua intensiteit of focus (bv. sterke preoccupatie met objecten) 4. Hyper- of hyporeactiviteit t.a.v. sensorische stimuli of ongewone interesse in sensorische aspecten van de omgeving (bv. ongevoelig voor pijn, temperatuur; fascinatie voor licht, bewegingen) Specificeer de huidige ernst: deze ernst is gebaseerd op beperkingen in sociale communicatie en zich herhalende stereotype patronen van gedrag, belangstelling e.h.horwitz umcg 2014 16

DIAGNOSTISCHE CRITERIA ASS DSM-5 C. Symptomen moeten aanwezig zijn tijdens de vroege ontwikkeling (maar kunnen nog niet geheel tot uiting komen tot de (beperkte) draagkracht overschreden wordt, of kunnen gemaskeerd worden door aangeleerde strategieën op latere leeftijd ). D. Symptomen veroorzaken klinisch significante beperkingen in sociaal- of beroepsmatig functioneren, of in andere belangrijke levensgebieden. E. Symptomen kunnen niet beter worden verklaard als veroorzaakt door verstandelijke beperkingen. N.B. Bij mensen bij wie eerder de diagnose PDD werd gesteld moet de diagnose ASS worden vastgesteld. Bij personen met duidelijke beperkingen in de sociale communicatie die niet voldoen aan de criteria van ASS moet de diagnose Sociale Communicatie Stoornis worden overwogen. NADERE SPECIFICATIE ASS Met of zonder aanwezigheid van intellectuele beperkingen Met of zonder aanwezigheid van een bijkomende taalstoornis Geassocieerd met een bekende medische of genetische aandoening of omgevingsfactor Geassocieerd met een andere ontwikkelingsstoornis, psychiatrische- of gedragsstoornis Met catatonie 17

NIVEAUS VAN ERNST Niveau van ernst ASS Sociale communicatie Beperkte interesses en repetitief gedrag Niveau 1: ondersteuning nodig Niveau 2: substantiële ondersteuning nodig Niveau 3: zeer substantiële ondersteuning nodig Zonder ondersteuning enige tekortkomingen in de sociale communicatie Duidelijke tekorten met beperkt initiatief en verminderde of atypische respons Minimale sociale communicatie Rigide gedrag interfereert significant met functioneren in ten minste 1 context Beperkingen vallen op aan anderen en treden op in verschillende contexten Rigide gedrag interfereert met functioneren op alle levensgebieden SOCIALE (PRAGMATISCHE) COMMUNICATIE STOORNIS A. Voortdurende problemen in het sociale gebruik van verbale en non-verbale communicatie zoals blijkt uit: 1. Beperkingen in het gebruik van communicatie voor sociale doeleinden, zoals groeten en uitwisselen van informatie, op een wijze passend binnen de context. 2. Beperkingen in het vermogen communicatie aan te passen aan een wisselende context of de behoefte van de luisteraar 3. Moeite om regels voor conversatie en het vertellen van een verhaal toe te passen (taking turns etc.) 4. Moeite met het begrijpen van impliciete boodschappen, metaforen, humor. 18

VOOR-/NADELEN ASS IN DSM5 Nadelen: uitsluiten mensen van noodzakelijke behandeling, discontinuiteit in onderzoek. Voordelen: sluit beter aan bij recent onderzoek, beperken domein, meer homogeniteit ASD. 19