3 Bijlage: types niveau lager nderwijs en secundair nderwijs 3.1 Nieuwe telatingsvrwaarden lager nderwijs Type basisaanbd Vr kinderen vr wie de nderwijsbeheften dermate zijn en vr wie al tijdens het gewn kleuternderwijs f tijdens het gewn lager nderwijs aantnbaar blijkt dat aanpassingen, waarnder remediërende, cmpenserende f dispenserende maatregelen fwel disprprtineel, fwel nvldende zijn m de leerling binnen het gemeenschappelijk curriculum te kunnen blijven meenemen in een schl vr gewn nderwijs. Type 2 Kinderen met een verstandelijke beperking meten vlden aan alle criteria: a) Ze hebben significante beperkingen in het intellectueel functineren, wat p basis van een psychdiagnstisch nderzek tt uiting kmt in een ttaal intelligentiequtiënt p een gestandaardiseerde en genrmeerde intelligentietest kleiner f gelijk aan 60, rekening hudend met het betruwbaarheidsinterval; b) Ze hebben significante beperkingen in het sciale aanpassingsgedrag, wat p basis van psychdiagnstisch nderzek tt uiting kmt in een uitslag p een gestandaardiseerde en genrmeerde schaal vr sciaal aanpassingsgedrag, die minstens drie standaarddeviaties beneden het gemiddelde ligt ten pzichte van een nrmgrep van leeftijdsgenten, rekening hudend met het betruwbaarheidsinterval; c) De functineringsprblemen zijn ntstaan vr de leeftijd van 18 jaar; d) Het besluit verstandelijke beperking wrdt genmen na een peride van prcesdiagnstiek. Type 3 Vr kinderen met een emtinele f gedragsstrnis die niet vlden aan criteria type 2. Kinderen met een emtinele f gedragsstrnis zijn kindren bij wie p basis van gespecialiseerde, dr een multidisciplinair team aangeleverde diagnstiek, met inbegrip van psychiatrisch nderzek, een van de vlgende prblematieken wrdt vastgesteld: a) Een aandachtstekrtstrnis met hyperactiviteit; b) Een ppsitineel-pstandige gedragsstrnis; c) De gedragsstrnis in enge zin, cnduct disrder ; d) Een angststrnis; e) Een stemmingsstrnis;
f) Een hechtingsstrnis. Type 4 Kinderen met een mtrische beperking zijn kinderen bij wie p basis van specifieke medische diagnstiek, een uitval wrdt vastgesteld in de neurmusculskeletale en beweginggerelateerde functies, meer bepaald: a) De functies van gewrichten en beenderen; b) De spierfuncties, meer bepaald de spierkracht, de tnus en het uithudingsvermgen, met gedeeltelijke f vlledige uitval van: a. Een van de f beide f bvenste f nderste ledematen; b. De linkerzijde, de rechterzijde f beide zijden; c. De rmp; d. Overige. c) De bewegingsfuncties; d) Een dr medische diagnstiek gebjectiveerde prblematiek met weerslag p het beweginggerelateerd functineren die niet meer terug te brengen is tt criterium a) tt en met c) maar met een duidelijke impact p schlse activiteiten. Type 5 Vr kinderen die pgenmen zijn in een ziekenhuis, een residentiële setting f verblijven in een preventrium. De regering bepaalt de vrwaarden waaraan de residentiële setting met vlden pdat er een schl vr buitengewn nderwijs type 5 aan verbnden zijn. Kinderen in type 5 beantwrden aan alle nderstaande vrwaarden: a) De medische, psychiatrische f residentiële pvang f begeleiding laat niet te dat de kinderen vltijds in een schl aanwezig zijn; b) De kinderen hebben behefte aan een individueel f geïndividualiseerd aanbd dat in de residentiële mgeving verstrekt wrdt. Vr de telating van een leerling tt het type 5, is een attest vereist dat uitgereikt is dr de behandelende geneesheer van de medische f psychiatrische vrziening fwel dr de directeur van residentiële setting. De Vlaamse Regering bepaalt wat het attest met inhuden. Het CLB met geen attest en geen verslag pmaken.
Type 6 Kinderen met een visuele beperking zijn kinderen bij wie p basis van specifieke gheelkunde diagnstiek een gezichtsstrnis werd vastgesteld die beantwrdt aan minstens een van de vlgende criteria: a) Een ptimaal gecrrigeerde gezichtsscherpte die kleiner dan f gelijk is aan 3/10 vr het beste g; b) Een f meer gezichtsvelddefecten die meer dan 50% van de centrale zne van 30 beslaan f die het gezichtsveld cncentrisch tt minder dan 20 verkleinen; c) Een vlledige altitudinale hemianpsie, een ftalmplegie, een cculmtrische apraxie f een scillpsie; d) Een ernstige gezichtsstrnis die uit een gebjectiveerde cerebrale pathlgie vrtvleit, zals cerebrale visuele inperking; e) Een dr een garts gebjectiveerde visuele prblematiek die niet tt criterium a) tt en met d) terug te brengen is, maar met een duidelijke impact p schlse activiteiten. Onder altitudinale hemianpsie wrdt verstaan: halfzijdige blindheid f blindheid in de helft van het gezichtsveld met verschillende varianten die dr hersenbeschadiging verrzaakt is. Onder cculmtrische apraxie wrdt verstaan: het niet kunnen fixeren van de gen p één vrwerp en het niet kunnen vlgen van bewegende vrwerpen. Onder ftalmplegie wrdt verstaan: verlamming van de gspieren. Onder scillpsie wrdt verstaan: subjectieve instabiliteit van het gezichtsveld f het symptm waarbij het beeld dat iemand van de mgeving heeft, beweegt zdra het hfd wrdt gebgen. Type 7 dven en slechthrenden Vr kinderen met een auditieve beperking die p basis van audilgisch nderzek dr een NKO-arts beantwrden aan een van de nderstaande criteria: a) Vlgens de fletcher-index een gemiddeld gehrverlies hebben vr de frequenties 500, 1000 en 2000 Hz van 40dB f meer vr het beste r znder crrectie; b) Als de fletcher-index minder dan 40dB bedraagt: een fneemscre van 80% f minder hebben bij de spraakaudimetrie met wrden met een MKM samenstelling bij 70dB geluidsterkte;
c) Een dr een NKO-arts gebjectiveerde auditieve prblematiek die niet terug te brengen is tt criterium a f b, maar met een duidelijke impact p de schlse activiteiten. Kinderen met een spraak- f taalstrnis (die niet vlden aan criteria type 2) waarvr p basis van ene multidisciplinair nderzek dr een erkend gespecialiseerd team met minstens een lgpedist, audilg en NKO-arts een van de vlgende prblematieken wrdt vastgesteld: a) Vr leerlingen jnger dan 6 jaar a. Kinderafasie met een terugval in de taalntwikkeling f; b. Een vermeden van ntwikkelingsdysfasie, gebaseerd p de vaststelling van een zeer meizame spraak- en taalntwikkeling en met een duidelijke impact p schlse activiteiten. b) Vr leerlingen vanaf 6 jaar: diagnse ntwikkelingsdysfasie f kinderafasie. Type 9 Vr kinderen met ASS die niet vlden aan criteria type 2. Op basis van gespecialiseerde, dr een multidisciplinair team aangeleverde diagnstiek, met inbegrip van psychiatrisch nderzek, een van de vlgende prblematieken wrdt vastgesteld: a) De autistische strnis; b) Een pervasieve ntwikkelingsstrnis niet-anders-mschreven. 3.2 Nieuwe telatingsvrwaarden buitengewn secundair nderwijs Bijkmende telatingsvrwaarde BuSO Vr een inschrijving in pleidingsvrm 1, 2 f 3 geldt: a) Dat de fasen van het zrgcntinuüm vr de betreffende leerling werden drlpen, tenzij de schl in uitznderlijke mstandigheden kan mtiveren dat het drlpen van een bepaald fase niet relevant is; b) Dat met tepassing van de principes van artikel 136/2 de aanpassingen, waarnder remediërende, differentiërende, cmpenserende en dispenserende maatregelen die ndig zijn m de leerling binnen een gemeenschappelijk curriculum te blijven meenemen, fwel disprprtineel, fwel nvldende zijn; c) Dat de nderwijsbeheften van de leerling werden mschreven met tepassing van een classificatiesysteem (ICF) dat wetenschappelijk nderbuwd is en gebaseerd is p een interactinele visie en een sciaal mdel van handicap;
d) Dat de nderwijsbeheften van de leerling niet luter te te schrijven zijn aan een gelijkekansenindicatr; e) Welk type en welke pleidingsvrm vr de leerling van tepassing is. Bijkmende telatingsvrwaarde BuSO OV4 Hiervr geldt: a) Dat de fasen van het zrgcntinuüm vr de betreffende leerling werden drlpen, tenzij de schl in uitznderlijke mstandigheden kan mtiveren dat het drlpen van een bepaald fase niet relevant is; b) Dat met tepassing van de principes van artikel 136/2 de aanpassingen, waarnder remediërende, differentiërende, cmpenserende en dispenserende maatregelen die ndig zijn m de leerling binnen een gemeenschappelijk curriculum te blijven meenemen binnen de cntext van een gewne schl disprprtineel zijn; c) Dat de inzet van paramedisch, sciaal, medisch, psychlgisch f rthpedaggisch persneel in een gespecialiseerde nderwijsmgeving ndzakelijk is m de nderwijsdelen te bereiken; d) Dat de nderwijsbeheften van de leerling werden mschreven met tepassing van een classificatiesysteem (ICF) dat wetenschappelijk nderbuwd is en gebaseerd is p een interactinele visie en een sciaal mdel van handicap; e) Dat de nderwijsbeheften van de leerling niet luter te te schrijven zijn aan een gelijkekansenindicatr; f) Welk type vr de leerling van tepassing is. Verschillen met Buitengewn Lager Onderwijs - Er wrdt gesprken ver jngeren in plaats van kinderen - Basisaanbd: Verwijzing naar kleuter verdwijnt in basisaanbd Geldigheid attest in basisaanbd tt na de pleidingsfase Verlenging mgelijk vr de kwalificatiefase die k tegang verleent tt facultatieve integratiefase - Type 7 spraak en taalstrnis Diagnse ntwikkelingsdysfasie f afasie ndig