UITGANGSPUNTENNOTITIE 2013-2016



Vergelijkbare documenten
UITGANGSPUNTEN voor de Programmabegroting

UITGANGSPUNTEN voor de Programmabegroting

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting

Bijlagen 1 Voorjaarsnota

Kaders Financieel gezond Brummen

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen)

Het college van burgemeester & wethouders stelt de raad voor het volgende te besluiten:

Raadsvoorstel agendapunt

Zaaknummer : Raadsvergadering : Agendapunt : Commissie :

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

Financiële kadernota Samen kom je verder! Gemeente Leiderdorp

Financiële begroting 2016

Samenleving, Bestuur en Ruimte

Inhoudsopgave. 1 Inleiding... 5

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Voorgesteld wordt de volgende uitgangspunten voor de begroting 2014 te hanteren:

Inhoudsopgave blz. 3. Kadernota blz. 5. Algemene uitgangspunten.blz. 7. Raadsbesluit.blz. 9. Meerjarenperspectief.blz. 11

2. Financieel kader gemeenschappelijke regelingen in de regio van Hollands-Midden

Financiële positie. Financieel perspectief. Financiële uitgangspositie

Portefeuillehouder: H.J. van Schaik

Nota Reserves en Voorzieningen

INHOUDSOPGAVE. I. Inleiding. II. Voorjaarsnota III. Uitgangspunten voor de begroting Ontwikkelingen 2015 en volgende jaren

Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 4. Bijlage(n): Najaarsrapportage 2016

Gemeente. Beoordeling begroting Samenvattend overzicht kengetallen. Maak keuze. Begroting. Maak keuze Meerjarenbegroting

OXT.?W III III MUI MUI INI II Advies B&W. Beslissing. Bespreken. Burgemeester Gelok. Registratienummer

Begroting Aanbieding Gemeenteraad 20 september 2013

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP

Notitie Rentebeleid 2007

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 10 november 2016

Onderstaand overzicht uit de voorjaarsnota 2017 is bijgewerkt met de resultaten van de meicirculaire 2016.

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven.

Raadsinformatiebrief llllllllllllllll llll! llllllllllllllllllll illllillllillllllii

Collegevoorstel Onderwerp Programma / Programmanummer BW-nummer Openbare besluitenlijst 18 december 2007 Col egevergadering no 47 Portefe

Raadsinformatiebrief. Onderwerp Septembercirculaire 2014 algemene uitkering

INFORMATIEFORMULIER TEN BEHOEVE VAN BEGROTINGSBEOORDELING. Begroting 2010 GEMEENTE

BIJDRAGE CONCERN AAN DEEL 3 BELEIDSBEGROTING d.d

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Kaders begroting III Financiële beschouwing begroting 2014 en meerjarenraming 4

Programma : 12. Financiën en belastingen

Toetsingsaspecten. Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente (merge Gelderse colleges van B&W) 1 april

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB RV

Gemeente Lelystad Ingekomen 18 DEC 20U

Memo van het College van B&W

Begroting Bedragen x 1.000,00

Kadernota begroting

Voorstelnummer: Houten, 1 oktober 2013

Nieuw begrotingsresultaat

Algemene uitkering

Bijlage 4. Stresstest. Kadernota mei Kadernota 2018 Bijlage 4: Stresstest 1

i^v RAADSINFORMATIEBRIEF

Kadernota Afdeling bedrijfsvoering Team financiën Ad Schoenmakers

Financiële vertaling Bestuursakkoord

Economisch hart van de Kempen

Begroting Aanbieding Raad

4.1.2 Woonlasten (lokale lastendruk)

Raadsbesluit. Heemstede. Raadsvergadering: 8 en 9 november ONDERWERP Eerste begrotingswijziging 2019

Toetsingskaders Gemeenschappelijke Regelingen

Onderwerp: Verordeningen gemeentelijke belastingen 2018

Voorstel raad en raadsbesluit

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Gedeputeerde Staten. 1. de Gemeentewet; 2. de Algemene wet bestuursrecht; Gemeenteraad van Nissewaard Postbus AA SPIJKENISSE

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015

Bijlage 1 bij de raadsmededeling meicirculaire 2017 gemeentefonds

Financiële ontwikkelingen na gereedkomen primitieve begroting

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel

19 mei 2015 Corr.nr , FC Nummer 36/2015 Zaaknr

In de bijgevoegde analyse wordt weergegeven waardoor de verschillen ten opzichte van de meicirculaire zijn ontstaan.

BEGROTINGSCIRCULAIRE 2019

Leiden. Illllllllllllllllllllil III i min G Raac ld..'.?.tíftŵ7.teŵ.*nr. Ĩ R. Q r J ^ Wethouder. Bereikbaarheid, Financiën en Economie

stresstest Een financieel beeld van gemeente Geldermalsen

Gemeente Langedijk. 2e Kwartaalrapportage Verzonden aan de raad 23 juli e Kwartaalrapportage Gemeente Langedijk - 1 -

Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll

BIEO Begroting in één oogopslag

Onderwerp : Zienswijzemogelijkheid programmabegroting 2018 en jaarverantwoording met resultaatbestemming 2016 Veiligheidsregio Brabant-Noord.

VOORJAARSNOTA

4.2. Financiële positie en toelichting

Toetsingsformulier jaarstukken 2014 en begroting 2016 RSW

Datum : 6 september 2005 Nummer : PS2005BEM41 Dienst/sector : CS Commissies : Alle. Inhoudsopgave Samenvatting pag. 1. Ontwerpbesluit I pag.

Provincie Noord-Holland

Onderwerp: 1e begrotingswijziging 2019, begroting 2020 en jaarverslag 2018 Veiligheidsregio Rotterdam- Rijnmond (VRR)

Veiligheidsregio Noord-Holland Noord

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Nota reserves en voorzieningen

Raadsvoorstel agendapunt

Nota reserves en voorzieningen

onderwerp Zienswijze SWA ontwerp programmabegroting 2016 en SWA meerjarenbegroting

Reactienotitie informatieavond Perspectiefnota (19 juni 2014) beantwoording/toelichting

1e Bestuursrapportage

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA

3. Beoogd resultaat Vaststellen van de concept begrotingen 2018 van Wedeka bedrijven en de EMCO-groep.

Onderwerp: De 10e wijziging van de begroting 2006 van de provincie Flevoland en de beschikbaarstelling

Presentatie rapport financiële scan Hoeksche Waard. Mijnsheerenland, 12 mei 2016

Accountantscontrole 2013

3.1. Lokale heffingen

2012 actuele begroting op

Transcriptie:

UITGANGSPUNTENNOTITIE 2013-2016 1

1. Inleiding In 2011 is in samenspraak met de Raad gewerkt aan een hernieuwde planning en controlcyclus. Een van de wijzigingen in 2012 is dat er geen Perspectiefnota wordt opgesteld. Deze is vervangen door de voorliggende Uitgangspuntennotitie. De Uitgangspuntennotitie is hét startdocument voor de Begroting 2013-2016. Met deze notitie worden de beleidskaders en uitgangspunten voor het samenstellen van de Begroting 2013-2016 bepaald. Het collegeprogramma samen aan de slag is leidend geweest bij de formulering van de voorliggende uitgangspunten. De uitgangspunten worden omkaderd weergegeven. De Begroting 2013-2016 is een begroting die moet worden opgesteld in financieel onzekere tijden. De tekorten op de grondexploitaties zijn van grote invloed op het weerstandsvermogen van de gemeente. Daarnaast zullen de bezuinigingen op de Rijksbegroting hun weerslag hebben op de gemeentelijke begroting. Op dit moment is er nog veel onduidelijk over wat er precies op de gemeente en de burgers in de komende jaren af gaat komen. Deze onzekerheid is terug te vinden in deze notitie. Ondanks dat is het streven een structureel sluitende begroting te presenteren die rekening houdt met de onzekerheden. 1. We streven naar een structureel sluitende begroting waarin de vastgestelde uitgangspunten zijn verwerkt en waarin het weerstandsvermogen wordt vergroot. 2 Samenvatting Zoals gezegd worden in deze notitie de uitgangspunten voor de begroting 2013-2016 gepresenteerd. Hieronder worden de uitgangspunten gegroepeerd weergegeven. Voor verdere toelichting wordt verwezen naar de inhoud van deze notitie. 1. We streven naar een structureel sluitende begroting waarin de vastgestelde uitgangspunten zijn verwerkt en waarin het weerstandsvermogen wordt vergroot. 2. Continueren van de voorbereiding op de decentralisaties. De financiële effecten van de decentralisaties worden verwerkt in de begroting. 3. Verhogen van het vrij te besteden bedrag in de Nuon reserve naar 15 miljoen per 2019. 4. Het negatieve effect ( 100.000 in 2013 tot 300.000 structureel vanaf 2015) van het verhogen van het vrij te besteden gedeelte van de Nuon reserve ten laste te brengen van de begroting. 5. In deze uitgangspuntennotitie gaan we uit dat de Rijksbezuinigingen een negatief effect op het gemeentefonds hebben oplopend tot 791.000 vanaf 2015. Dit zal worden bijgesteld aan de hand van de meicirculaire. 6. Aansluiten door de gemeente bij de door het Rijk opgelegde taken en taakstellingen in verband met de decentralisaties. 7. Opnemen van een stelpost in de begroting van 300.000 in verband met de decentralisaties. 8. Laten vrijvallen van de in de Perspectiefnota 2012 opgenomen risicobuffer en het saldo toe te voegen aan het exploitatiesaldo. Dit betekent een positief effect van 510.000 in 2013 oplopend tot 800.000 in 2016. 9. Stopzetten van de toevoeging van rente aan de exploitatie vanuit de reserve Weerstandsvermogen. 10. Overhevelen van 1,8 miljoen van de reserve Dekkingsmiddel naar de algemene reserve Vrij besteedbaar. 11. Opnemen van de afbouw van de precariobelasting in de begroting indien het wetsvoorstel tijdig wordt aangenomen. 12. Uitvoering geven aan de overgangsregeling door de daling van de opbrengst van de precariobelasting te corrigeren met een stijging van de onroerend zaak belasting. 13. Hanteren van de technische richtlijnen uit hoofdstuk 4 bij het opstellen van de begroting 2013-2016. 2

Deze uitgangspunten leiden tot de volgende voorlopige begrotingsaldi voor 2013-2016: 2013 2014 2015 2016 Saldo begroting 2013-2016 46.000-62.000 60.000 307.000 3. Ontwikkelingen in Begroting 2013 3.1 Decentralisaties 3.1.1. Algemeen kader In de komende jaren staan er veel beleidswijzigingen op stapel in het kader van de drie decentralisaties (3D),de extramurale begeleiding van de AWBZ naar de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Wet werken naar vermogen (Wwnv) en de jeugdzorg. In 2011 is in het bestuursakkoord afgesproken dat een aantal taken die de Rijksoverheid nu nog uitvoert in de komende jaren op het bord van de gemeente komen te liggen. Over de inhoud van deze decentralisaties zijn de gemeenten en het rijk het wel in grote lijnen eens. Een knelpunt is wel, en daarom heeft onder andere de gemeente Nieuwkoop tegen het bestuursakkoord gestemd, dat het Rijk tegelijkertijd een flinke efficiencykorting heft. Deze discussie heeft enige tijd in beslag genomen. Het bereikte compromis is dat het Rijk wel een korting toepast, maar ook bijdraagt in de frictiekosten die de decentralisaties met zich mee brengen. Het is niet duidelijk welk effect de val van het kabinet op het afgesloten Bestuursakkoord, en daarmee op de decentralisaties gaat hebben. Vooralsnog gaan de voorbereidingen op de decentralisaties gewoon door en zullen eventuele financiële effecten, die zichtbaar worden in de meicirculaire, verwerkt worden in de begroting. 2. Continueren van de voorbereiding op de decentralisaties. De financiële effecten van de decentralisaties worden verwerkt in de begroting. 3.1.2 Bijdrage decentralisaties Nieuwkoop in regio Holland Rijnland Onder het motto: regionaal wat moet, lokaal wat kan is onder de vlag van Holland Rijnland het project 3D gestart. Op 15 februari hebben de portefeuillehouders Sociale Agenda het startdocument: 'Op eigen kracht' vastgesteld, waarin de samenwerking en het te voeren proces zijn verwoord. De gemeente Nieuwkoop draait ambtelijk volop mee in dit project. 3.1.3 Wet werken naar vermogen (Wwnv) / Sociale Werkvoorziening Alphen (SWA) Het ziet er momenteel naar uit dat het wetsvoorstel Wwnv controversieel wordt verklaard en de Wwnv niet per 2013 wordt ingevoerd. Dit betekent dat inwoners met een beperking die nu instromen in de Wajong omdat zij geen volledige loonwaarde hebben per 2013 nog niet onder de verantwoordelijkheid van de gemeente komen. Nieuwe instrumenten van de Wwnv met name loondispensatie komen nog niet beschikbaar. Onduidelijk is of de forse kortingen op het participatiebudget en de rijksbijdrage Wet sociale werkvoorziening en de herstructureringsfaciliteit gehandhaafd blijven. Het opvangen van de forse kortingen is een grote uitdaging van de Wwnv. Op subregionaal niveau neemt de gemeente deel aan het proces omtrent de transitie van de SWA. De Wwnv stelt andere eisen aan het SW-bedrijf en aan de gemeente. Vanuit de gedachte dat mensen zo veel mogelijk participeren in betaalde arbeid, en dus in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien, zijn de Rijnstreekgemeenten gezamenlijk op zoek naar het beste toekomstscenario. Momenteel wordt hard gewerkt aan een parallelspoor: enerzijds het opstellen van een businesscase Wwnv (waarvan de SWA een deel van de uitvoering op zich zal nemen) en anderzijds in bredere zin voorbereiden van de uitvoering van de op handen zijnde wetswijziging. Dit proces blijft gewoon door gaan ondanks de val van het kabinet en het eventueel controversieel verklaren van de Wwnv. 3

3.2 Actualisatie grondexploitaties en effect op de begroting 3.2.1. Algemeen kader De huidige economische omstandigheden zijn van grote invloed op de woningmarkt. Dit is terug te zien in de actualisatie van de grondexploitaties per 1 januari 2012 waarin de aanpassing van de parameters ervoor heeft gezorgd dat er veel is afgeboekt. De negatieve ontwikkeling op de woningmarkt zorgt ervoor dat de resultaten van de projecten onder druk blijven staan. Dit blijft een groot financieel risico voor de gemeente. 3.2.2. Nuon reserve als achtervang voor Noordse Buurt en Sleutelprojecten Bij de actualisatie van de grondexploitatie is gebleken dat het tekort van de sleutelprojecten en de Noordse Buurt is opgelopen tot 19 miljoen. De verliezen op reguliere grondexploitaties worden verwerkt in de voorziening negatieve complexen, maar dit is niet het geval met het tekort op de sleutelprojecten en Noordse Buurt. Voor dit tekort staat de volledige Nuon-reserve garant. Op dit moment wordt de rente die wordt toegerekend aan de Nuon-reserve gebruikt als dekkingsmiddel (opbrengst) in de begroting. Een gedeelte van de Nuon-reserve wordt in 2019 gebruikt om het tekort op de sleutelprojecten en de Noordse Buurt te dekken. Het is van belang om de ervoor te zorgen dat de Nuon-reserve voor dat specifieke gedeelte vrij te besteden is. Op dit moment is al reeds 5,5 miljoen vrij te besteden door maatregelen die genomen zijn in de begroting 2012. Het voorstel is om in de komende begrotingsjaren het vrij te besteden bedrag uit de Nuon reserve op te hogen tot 15 miljoen. Dit betekent een negatief effect (minder renteopbrengsten) op de begroting van 100.000 in 2012 tot 300.000 structureel vanaf 2015. 3. Verhogen van het vrij te besteden bedrag in de Nuon reserve naar 15 miljoen per 2019. 4. Het negatieve effect ( 100.000 in 2013 tot 300.000 structureel vanaf 2015) van het verhogen van het vrij te besteden gedeelte van de Nuon ten laste te brengen van de begroting. 3.3 Overige ontwikkelingen 3.3.1 Wet Houdbaarheid Overheidsfinanciën (wet HOF) Lokale overheden dragen bij aan het EMU-saldo van Nederland. Als de Wet Hof een feit is, dreigen sancties voor gemeenten als ze te veel investeren. De VNG is dan ook nog volop in gesprek met het Rijk om de gevolgen voor de gemeenten te minimaliseren. Het is de lidstaten van de Europese Unie verboden een begrotingstekort te hebben dat boven de norm van 3% komt. De Wet Hof neemt gemeenten, provincies en waterschappen bijeen. Gezamenlijk mogen zij niet boven hun deel van deze norm komen. Het aandeel van de lagere overheden in de norm van 3 procent is 0,5 procent. Als het begrotingstekort te groot wordt en Brussel kiest ervoor om Nederland te sanctioneren dan kan het Rijk dit aan lagere overheden doorberekenen. Vanaf 1 januari 2013 moet deze wet van kracht zijn. Indien bij de opstelling van de begroting 2013 meer duidelijkheid komt omtrent deze conceptwet zal dit worden meegenomen in de analyse. Eventuele effecten zullen worden toegelicht. 3.3.2 Afvalstoffenheffing Eind 2012 wordt de nieuwe Dienstverleningsovereenkomst met Cyclus afgesloten. Deze overeenkomst heeft naar verwachting positieve consequenties voor de afvalstoffenheffing. In 2011 is besloten om de egalisatiereserve versneld af te bouwen. Deze afbouw wordt in 2013 versterkt voortgezet. 4

3.3.3 Capaciteit begraafplaatsen In het 4 e kwartaal van 2012 wordt het plan van aanpak capaciteit algemene begraafplaatsen vastgesteld. De uitwerking van deze notitie brengt financiële consequenties met zich mee in de vorm van een benodigd krediet. 3.4 Financiële ontwikkelingen 3.4.1 Gemeentefonds in relatie tot economische ontwikkelingen De huidige recessie in Nederland leidt tot tegenvallende groeicijfers van de economie. Zodra deze verwachte groeicijfers in negatieve zin afwijken heeft dit effect op de totale omvang van het gemeentefonds en de uitkering aan de gemeente. De effecten zullen naar verwachting zichtbaar worden in de meicirculaire. 3.4.2 Gemeentefonds in relatie tot Rijksbezuinigingen De uitkering uit het Gemeentefonds is gekoppeld aan de uitgaven van het Rijk. Als het Rijk meer uitgeeft dan stijgt het Gemeentefonds, als het Rijk bezuinigt dan daalt het fonds. Op basis van het begrotingsakkoord 2013 valt nog niet af te leiden wat het effect is voor gemeenten. Op basis van eerdere berichten uit de media hebben we een inschatting gemaakt van de korting op het gemeentefonds. We hebben een inschatting gemaakt van het effect van de Rijkstaakstelling op het gemeentefonds. De VNG gaat er van uit dat ongeveer de helft van de totale bezuiniging van het Rijk via de departementen wordt bezuinigd. Wanneer uit wordt gegaan van een bezuinigingsopgave van 10 miljard, betekent dit dat de departementen ongeveer 5 miljard moeten bezuinigen. Via het gemeentefonds wordt ongeveer 18% van de taakstelling van de departementen opgevangen. Dat betekent dan dat het gemeentefonds ongeveer met 900 miljoen wordt gekort. Nieuwkoop heeft een aandeel van ruim één promille van het totale gemeentefonds. Rijksbezuinigingen Punten uitkeringsfactor Effect Nieuwkoop 10 miljard 75 1.054.000 5 miljard 37 527.000 We zijn uitgegaan van een middenscenario ( 7,5 miljard) waarbij de korting op het gemeentefonds een negatief effect heeft van 360.000 in 2013 tot 791.000 in 2015 en 2016. Dit scenario is gebaseerd op een Rijksbezuiniging via de departementen oplopend tot 3.75 mld. Het akkoord dat nu is bereikt bevat voor het overgrote deel bezuinigingen of lastenverzwaringen via belastingverhogingen. Deze maatregelen hebben geen effect op het Gemeentefonds. De belangrijkste maatregelen die wel een effect op het Gemeentefonds hebben zijn het bevriezen van de ambtenarensalarissen ( 1,6 mln), het bevriezen van de zorgkosten ( 1 mld) en het verhogen van de AOW leeftijd ( 3 mln). Omdat vooral de laatste maatregel pas gefaseerd effect zal hebben, is het zeer lastig om het directe effect in te schatten. 5. In deze uitgangspuntennotitie gaan we uit dat de Rijksbezuinigingen een negatief effect op het Gemeentefonds heeft oplopend tot 791.000 vanaf 2015. Dit zal worden bijgesteld aan de hand van de meicirculaire. 3.4.3 Financieel kader decentralisaties Vanuit het Rijk worden de decentralisaties ook voorbereid. De gemeente volgt de ontwikkelingen nauwgezet en zal aansluiten bij de door het Rijk aangegeven taakstelling. Vanwege de zorgen om de financiële haalbaarheid van de plannen stellen we voor om een bedrag van 300.000 als stelpost meerkosten decentralisaties op te nemen. Anders dan de risicobuffer die in de Perspectiefnota 2012 in de begroting is opgenomen is deze stelpost specifiek gerelateerd aan de drie decentralisaties. 5

6. Aansluiten door de gemeente bij de door het Rijk opgelegde taken en taakstellingen in verband met de decentralisaties. 7. Opnemen van een stelpost in de begroting van 300.000 in verband met de decentralisaties. 3.4.4 Voortgang bezuinigingen 3.4.4.1 Structurele effecten jaarrekening 2011 In de jaarrekening 2011 zijn er structurele financiële effecten gesignaleerd. De betreffende budgetten zijn doorlopen. Resultaat hiervan is dat er structureel tot 600.000 bezuinigd gaat worden op lopende personele- en materiële budgetten. De gevolgen voor 2012 zijn meegenomen in de Voorjaarsnota en de structurele effecten voor 2013 en verder worden opgenomen in de begroting. 3.4.4.2 Risicobuffer In de Perspectiefnota 2012-2015 is besloten tot het instellen van een risicobuffer van 500.000 in 2012 oplopend tot 800.000 in 2016. Deze risicobuffer is ingesteld vanwege het risico op afschaffing van de precariobelasting op ondergrondse kabels en leidingen en het risico op de grondexploitaties en de afbouw van de toevoeging van rente aan de exploitatie vanuit de Nuon reserve. Inmiddels zijn reeds 2 besluiten genomen met betrekking tot het inzetten van de risicobuffer in 2012 (projectmanager decentralisaties en cofinanciering herstructureringsfaciliteit). Door de diverse maatregelen die worden voorgesteld voor 2013, is het aanhouden van een algemene risicobuffer niet langer wenselijk. In deze uitgangspunten zijn beheersmaatregelen voorgesteld ter afdekking van de risico s zoals deze vorig jaar werden voorzien. Voorgesteld wordt om de risicobuffer vrij te laten vallen ten gunste van het exploitatiesaldo. De risicobuffer in de begroting laat de volgende ontwikkeling zien: 2013 2014 2015 2016 Risicobuffer 600.000 700.000 800.000 800.000 Projectmanager decentralisaties -90.000-90.000 Restant risicobuffer 510.000 610.000 800.000 800.000 8. Laten vrijvallen van de in de Perspectiefnota 2012 opgenomen risicobuffer en het saldo toe te voegen aan het exploitatiesaldo. Dit betekent voor 2013 een positief effect van 510.000 oplopend tot 800.000 in 2016. 3.4.4.3 Weerstandsvermogen In de nota Weerstandsvermogen en risicomanagement zijn door de Raad de kaders aangegeven inzake de berekening van het risicoprofiel, het weerstandsvermogen en de weerstandsratio. Met name door de forse tekorten op de grondexploitaties is het weerstandsvermogen zodanig gedaald, dat de gemeente op dit moment nog net voldoet aan de minimale eisen die gesteld worden. Het is dan ook van belang dat het weerstandsvermogen wordt vergroot. Door Financiën worden de reserves en voorzieningen kritisch doorgenomen en wordt zo nodig de nota reserves en voorzieningen herijkt. Vooruitlopend daarop wordt voorgesteld om een tweetal voorstellen reeds te verwerken in de begroting: 1. Reserve Weerstandsvermogen, Op dit moment wordt over een bedrag van 1,2 miljoen rente toegevoegd aan de exploitatie. Hierdoor wordt dit gedeelte van de reserve niet meegerekend in het weerstandsvermogen. Voorgesteld wordt om de rente niet langer toe te rekenen aan de exploitatie. Dit zorgt voor een structureel negatief effect van 48.000 op de begroting met ingang van 2013. 2. Reserve Dekkingsmiddel, Op dit moment wordt er over het saldo rente toegevoegd aan de exploitatie. Het voorstel is om 1,8 miljoen van deze reserve over te hevelen naar de algemene reserve vrij besteedbaar. Door dit bedrag over te boeken naar de algemene reserve vrij besteedbaar wordt het 6

weerstandsvermogen versterkt. Dit zorgt voor een structureel negatief financieel effect van 72.000 op de begroting met ingang van 2013. 9. Stopzetten van de toevoeging van rente aan de exploitatie vanuit de reserve Weerstandsvermogen. 10. Overhevelen van 1,8 miljoen van de reserve Dekkingsmiddel naar de algemene reserve Vrij besteedbaar. 3.4.4.4 Overige bezuinigingsmogelijkheden In de voorbereiding op de begroting worden de onderstaande financieel technische bezuinigingsmogelijkheden nog opgepakt en eventueel verwerkt. Het financiële effect is op dit moment nog niet bekend. Onderwerp Tarieven Parameters in de Algemene uitkering Reserves en voorzieningen doorlichten Rente effecten Terughoudend met toekennen van inflatie Regionale samenwerking Lean management / Deregulering Uitwerking De tarieven van afvalstoffenheffing en rioolrecht zijn hoger dan de toegerekende kosten rechtvaardigen. Of door een gewijzigde administratieve systematiek (rioolrecht), of door dalende kosten (afvalstoffenheffing). Onderzocht wordt of alle toegestane kosten ook daadwerkelijk worden toegerekend. Uit de jaarrekening 2011 blijkt dat bij onze berekening van de Algemene Uitkering gebruik is gemaakt van constante parameters. Mede daarom wijkt de werkelijke hoogte van de algemene uitkering aanzienlijk af van de raming. Om de kwaliteit van de raming te verbeteren, en de raming zelf waarschijnlijk op te hogen, analyseert financiën de parameters van het gemeentefonds. Ook het risico dat recreatiewoningen niet meer worden meegeteld bij de berekening van de Algemene Uitkering (casus Zijpe) wordt hierbij betrokken. In verband met het versterken van het Weerstandsvermogen is het noodzakelijk om de reserves en voorzieningen door te lichten. We hebben een totaal aan reserve positie van 84 miljoen en aan voorzieningen hebben we ruim 25 miljoen per 31/12/2011. We zullen beoordelen in hoeverre de reserves en voorzieningen aangewend worden, wat het minimum niveau is en hoe de voeding plaatsvindt. Uit het jaarresultaat 2011 is gebleken dat een aanzienlijk deel van het saldo kan worden verklaard uit rente-effecten. We maken een meerjarige analyse van de renteresultaten en de oorzaken van afwijkingen op de begrotingen. Op basis hiervan kan wellicht de raming van rente realistischer worden opgenomen in de begroting. In de begroting 2012-2015 is terughoudend omgesprongen met het toekennen van inflatiecorrectie. De opbrengsten zijn wel standaard verhoogd, de geplande uitgaven niet. Per saldo heeft dit ongeveer 300.000 aan begrotingsruimte opgeleverd. De inflatie over de lasten is in deze uitgangspuntennotitie volledig meegenomen. Wij werken regelmatig en op verschillende vlakken samen met andere gemeenten. Wij hanteren als uitgangspunt bij regionale samenwerking het moet zichtbare meerwaarde opleveren. Gevolgen van regionalisering moeten uitgedrukt worden in geld, kwaliteit, kwetsbaarheid, etc. Wij geloven vooral in een procesgerichte benadering van samenwerking. Wij inventariseren in 2012 de mogelijkheden Medio 2012 starten we met het doorlichten van processen via lean management principes. Dit zal wellicht niet direct concrete resultaten opleveren voor de begroting 2013, maar moet ertoe leiden dat de processen goedkoper, sneller en kwalitatief beter worden uitgevoerd. 7

Personeels- en bedrijfsvoeringskosten De personeelskosten maken een groot deel uit van de begroting. Daarom stuurt het college al een aantal jaar kritisch op vrijkomende formatieruimte. In 2012 wordt er een strategische personeelsplanning opgesteld. 3.4.5 Afschaffen precariobelasting De Tweede Kamer heeft in december 2010 een motie aangenomen met betrekking tot vrijstelling van precariobelasting op netwerken en nutsbedrijven. Het voorgenomen wetsvoorstel betekent dat er een wettelijke vrijstelling komt, die ertoe leidt dat geen precariobelasting kan worden geheven met betrekking tot netwerken die zich bevinden onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond van de gemeente, de provincie of het waterschap. Voor gemeenten die reeds precariobelasting heffen komt een overgangsregeling. Deze overgangsregeling houdt in dat gemeenten de precariobelasting in 10 jaar af dienen te bouwen en dat tegelijkertijd een verhoging van de onroerend zaak belasting (OZB) tot stand wordt gebracht. Dit komt neer op een verschuiving van 60.000 per jaar van de precariobelasting naar de onroerend zaak belasting. Als het wetsvoorstel om precariobelasting af te schaffen in 2012 wordt aangenomen, wordt de afbouw opgenomen in de begroting en zal aan de Raad worden voorgesteld om de OZB te verhogen. Dit zorgt dan voor een budgetneutrale wijziging. Door een verwachte daling van de afvalstoffenheffing in de komende jaren blijft het uitgangspunt van het college om de woonlastenstijging van de inwoners zoveel als mogelijk te beperken door kritisch te kijken naar het totale woonlastenplaatje. 11. Opnemen van de afbouw van de precariobelasting in de begroting indien het wetsvoorstel tijdig wordt aangenomen. 12. Uitvoering geven aan de overgangsregeling door de daling van de opbrengst van de precariobelasting te corrigeren met een stijging van de onroerend zaak belasting. 3.4.6 Risico s inclusief eventuele beheersmaatregelen Als gemeente hebben wij aan Vestia een aflossingsvrije lening verstrekt van ruim 4.000.000 met een rentepercentage van 7,8%. Op deze lening wordt niet afgelost. Daarnaast hebben via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) een garantie in de achtervang afgegeven voor leningen van Vestia tot een totaal van bij 15.000.000. Samen met het rijk vormen wij de tertiaire zekerheid. Op het moment dat Vestia niet langer aan haar verplichtingen kan voldoen kan er een beroep worden gedaan op de tertiaire zekerheid (verstrekken renteloze lening aan WSW) en lopen we risico op de hoofdsom van de uitstaande geldlening. 4. Technische richtlijnen 4.1 Vorm van toezicht De gemeente Nieuwkoop valt onder repressief toezicht. Repressief toezicht wordt verkregen wanneer de begroting en jaarrekening op tijd zijn ingezonden en de begroting naar het oordeel van Gedeputeerde Staten materieel in evenwicht is. Deze vorm van toezicht is het uitgangspunt. Materieel evenwicht betekent dat de structurele lasten tenminste worden gedekt door de structurele baten. Preventief toezicht wordt ingesteld wanneer de begroting niet materieel in evenwicht is en de meerjarenraming niet aannemelijk maakt dat er een herstel van het evenwicht komt. Het instellen van preventief toezicht is tevens mogelijk indien de termijn van inzending wordt overschreden of wanneer (meerjarige) tekorten in de jaarrekeningen voorkomen. Om aan het uitgangspunt van repressief toezicht te voldoen is het van belang dat zowel de begroting 2013 als de meerjarenschijven materieel sluitend zijn. 8

4.2 Peildatum De basis voor de begroting 2013 is de actuele meerjarenbegroting 2012 2015 incl. de door de raad vastgestelde 1 e begrotingswijziging 2012. Tevens zullen de gevolgen van meicirculaire die eind mei, begin juni verschijnt zullen meegenomen bij het opstellen van de begroting 2013. 4.3 Prijsontwikkeling De verwachte inflatie door het Centraal Plan Bureau is 1,75% in 2013. De inflatie waarmee is gerekend voor de begroting 2012 is 1,5%. Echter de inflatie is in maart 2012 voor de derde maand op rij uitgekomen op 2,5 procent. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De inflatie is al negen maanden lang vrijwel stabiel. Daarom wordt voor de begroting 2013 uitgegaan van 2,75%. Dit is gebaseerd op een aanname voor 2013 van 1,75% plus een correctie van 1% voor 2012 voor de directe kosten en opbrengsten. De inflatie voor de kosten worden in eerste instantie opgenomen via een stelpost, de inflatie voor de opbrengsten wordt direct doorgerekend. Een uitzondering hierop vormt de inflatiecorrectie voor: Veiligheidsregio Hollands Midden (brandweer) Samenwerkingorgaan Holland-Rijnland Milieudienst West-Holland Regionale dienst Openbare gezondheidszorg/ggd Gemeenten in het samenwerkingsgebied Hollands-Midden hebben afgesproken dat zij voorafgaande aan een nieuwe begrotingscyclus gezamenlijk afspraken maken over de financiële kaderstelling van gemeenschappelijke regelingen. Deze afspraken gelden vooralsnog voor een periode tot en met 2015. De indexering vanaf 2012 is gebaseerd op de publicatie van de nominale ontwikkeling, gebaseerd op het Bruto Binnenlands Product (BBP) uit de Macro Economische Verkenning, in de septembercirculaire (T-2) van het nieuwe begrotingsjaar. In de septembercirculaire 2011 wordt een ontwikkeling van het BBP verwacht van 1,96%. Deze afspraak geldt ook voor de Dienst Verlenings Overeenkomst die per 1 april 2012 met Alphen a/d Rijn is afgesloten voor de uitvoering van de Wet werk en bijstand. 4.4 Personeelskostenbegroting De berekening van de verwachte loonkosten in de begroting 2013 wordt gebaseerd op de berekening van de begroting 2012. Deze gegevens worden bijgewerkt met de gevolgen van de meest actuele doorontwikkeling van de organisatie en de nieuwe CAO-afspraken. Dit zorgt ervoor dat de salarissen ten opzichte van de begroting 2012 met 1,6% stijgen en dat de werkgeverslasten (bijv. pensioen) met 1,75% stijgen. We gaan uit van een stijging van 300.000. 4.5 Kapitaallasten De door de gemeente te betalen rentekosten voor eigen vermogen (reserves) en vreemd vermogen (leningen opgenomen geld) worden toegerekend aan de investeringen. Bij financiële vaste activa met een rentevergoeding hanteren wij hetzelfde rentepercentage als opgenomen in de overeenkomst. De overige rentekosten worden aan de overige investeringen toegerekend via een omslagpercentage. We rekenen 5% rente toe (bestendige gedragslijn) over de geactiveerde kapitaaluitgaven. Bij het berekenen van het omslagpercentage wordt rekening gehouden met 3% (circa de geldmarktrente) bij een financieringsoverschot. Aan de reserves wordt 4% rente toegerekend. Met uitzondering van de bestemmingsreserves waarvoor een vast percentage is bepaald. Aan reserves ter dekking van kapitaallasten wordt hetzelfde rentepercentage toegerekend als de rente toegerekend aan de investering. Aan grondexploitaties rekenen we, zoals over de geactiveerde kapitaaluitgaven, in beginsel 5% rente toe, zowel in geval van positief als van een negatief saldo. Uitzondering hierop 9

vormen de sleutelprojecten en de Noordse Buurt grondexploitaties, daar wordt een rentepercentage van 4% gehanteerd. De vrijvallende kapitaallasten komen ten gunste van het begrotingsresultaat. 4.6 Woonlasten In het collegeprogramma en het collegeakkoord staat dat de woonlasten niet met meer stijgen dan met de inflatie. Hierin is besloten dat de totale opbrengst gemeentelijke belastingen, exclusief autonome ontwikkeling (areaaluitbreiding, effecten herwaardering) en trendmatige verhogingen (inflatie), gelijk moet blijven. De inflatie op de inkomsten gelijk is aan de inflatie op de materiële budgetten. Bij de tariefsbepaling wordt ook rekening gehouden met de korting op de algemene uitkering als gevolg van mutaties in de gemiddelde WOZ-waarde. Uitgangspunt hiervoor is het vastgestelde rekentarief dat het Ministerie van Binnenlandse Zaken in de meicirculaire 2012 presenteert. Voor de overige belastingen en heffingen geldt als uitgangspunt dat deze kostendekkend in de begroting worden verwerkt. 4.7 Onvoorzien Artikel 8 (lid 1 en lid 6) van het BBV verplicht iedere gemeente een bedrag voor onvoorziene uitgaven op te nemen in de begroting. Voor de post onvoorzien is een bedrag van 130.000 opgenomen. Kanttekeningen Het is mogelijk dat het nodig is om tijdens het proces van de begroting de geformuleerde uitgangspunten aan te passen. Dat geldt bijvoorbeeld voor informatie over loon- en prijsindexatie, nieuwe inzichten rond de algemene uitkering of door andere factoren zoals de wet Hof. 4.8 Samenvatting technische richtlijnen begroting 2013-2016 In het volgende overzicht staan de belangrijkste uitgangspunten voor de meerjarenbegroting 2013-2016 weergegeven: Omschrijving 2013 2014 2015 2016 Vorm van toezicht repressief repressief repressief repressief Algemene uitkering mei circulaire mei circulaire mei circulaire mei circulaire Prijsontwikkeling gemeente 2,75% 2,75% 2,75% 2,75% Prijsontwikkeling verbonden 1,96% 1,96% 1,96% 1,96% partijen Personeel / lonen 1,6% 1,6% 1,6% 1,6% Personeel / werkgeverslasten 1,75% 1,75% 1,75% 1,75% Rente 5% 5% 5% 5% Rente aan reserves 4% 4% 4% 4% Rente aan grondexploitaties 5% 5% 5% 5% (excl. Sleutelprojecten en Noordse Buurt) Sleutelprojecten en Noordse 4% 4% 4% 4% Buurt Kapitaallasten 5% 5% 5% 5% Woonlasten Max 2,75% Max 2,75% Max 2,75% Max 2,75% Onvoorzien 130.000 130.000 130.000 130.000 Aantal inwoners 26.965 26.965 26.965 26.965 13. Hanteren van de technische richtlijnen uit hoofdstuk 4 bij het opstellen van de begroting 2013-2016. 10

5. Financieel startpunt begroting 2013 De opgenomen uitgangspunten leiden tot het volgende begrotingsbeeld: 2013 2014 2015 2016 Begroting 2012-2015 97.000 164.000 136.000 136.000 Struct. Effecten TR-2 2011 7.000 7.000 7.000 7.000 Septembercirculaire 2011-111.000 130.000 224.000 224.000 Saldo begroting 2012-2015 -7.000 301.000 367.000 367.000 Verschil AU 2015-2016 (correctie - - - 248.000 jaarschijf) Voorjaarsnota 2012 582.000 570.000 538.000 537.000 Saldo begroting 2013-2016 575.000 871.000 905.000 1.152.000 4. Beperken rentetoerekening -100.000-200.000-300.000-300.000 Nuon reserve 5. Korting gemeentefonds -360.000-783.000-791.000-791.000 6. Stelpost decentralisaties -300.000-300.000-300.000-300.000 8. Vrijval risicobuffer 510.000 610.000 800.000 800.000 Perspectiefnota 2012 9. Stopzetten rentetoerekening -48.000-48.000-48.000-48.000 reserve weerstandsvermogen 10. Rente-effect reserve -72.000-72.000-72.000-72.000 dekkingsmiddel 13.Technische richtlijnen Inflatie kosten en opbrengsten Personeelskosten Correctie algemene uitkering voor inflatie -253.000-300.000 394.000-234.000-300.000 394.000-228.000-300.000 394.000-228.000-300.000 394.000 Saldo begroting 2013-2016 46.000-62.000 60.000 307.000 11