Protocol. Echogeleide Nervus Radialis Block

Vergelijkbare documenten
Disclosure belangenverstrengeling van de sprekers van de AZO-scholingsavond

Protocol Echogeleid Fascia Iliaca Compartiment Blok (FICB)

Tabel van de perifere zenuwen [terminale takken]: bovenste extremiteit

* short head: eind van coracoid van scapula * long head: supraglenoid deel scapula. * Ulna. * halverwege voorkant humerus.

DE INTRINSIEKE MUSCULATUUR VAN DE HAND: ANATOMIE EN FUNCTIE

Is het wel een carpaal tunnel syndroom? Cathelijne Gorter de Vries Neuroloog

Erector spinae plane blok

CRITICAL APPRAISED TOPIC Schouderluxatie. Merel Trijzelaar Onderwijsdag 6 mei 2014

LOCOREGIONALE ANESTHESIE / PERIFERE BLOCKS

** Flexie van de pols wordt ook wel palmairflexie genoemd, extensie van de pols wordt ook dorsaal flexie of dorsaal extensie genoemd.

Nascholing Traumachirurgie 2015 Workshop Onderzoek van de pols en hand. Donderdag 22 januari 2015

Luxaties van schouder elleboog en vingers. Compagnonscursus 2012

Anesthesiologisch beleid bij heupfracturen. Vrijdagochtendkrans 26/09/2014 Sarah Cornelis DrP Van Loon

Perifere zenuw blokkade bij een patiënt at risk voor compartiment syndroom? Lucie van Genugten 3 e jaars AIOS Anesthesiologie 7 November 2014

M. supraspinatus. Origo: Insertio: Innervatie: Functie: Fossa supraspinata. Tuberculum maius. N. suprascapularis. Abductie arm

Infiltratietechnieken Hand - Pols

FICB: Fascia Iliaca Compartiment Blok bij heup-/proximale femurfracturen

Opleidingsprogramma. Percutaneous Needle Electrolysis (PNE)

Perifere zenuwletsels van hand en arm

De 5 klassieke blocks. De 5 klassieke blocks. Deze uiteenzetting

Elleboog, onderarm en hand

Citation for published version (APA): Wegener, J. T. (2013). Educational and clinical aspects of peripheral nerve blockade

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen

Handchirurgische technieken

Aneurysma Spurium. Het zorgnetwerk van ons allemaal

Onderwerpen. Geleidingsanaesthesieën en puncties van synoviale holten bij het paard. Vormen van lokaal anaesthesie. Waarom lokale anaesthesie?

NEDERLANDSE ECHOGRAFIE ACADEMIE CURSUS ZENUWECHOGRAFIE

Het Steindler-effect bij het obstetrisch plexus brachialis letsel : Elleboog flexie ondanks paralytische m.biceps.

Anesthesiologische behandelmogelijkheden schouderpijn

Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool?

Afdeling Handchirurgie


(1) Naam en Geb. datum (2) Type trauma scherp crush - avulsie - moderate crush - severe crush

Echografie Abdominale Aorta

Elleboog-arthroscopie

Afdeling Handchirurgie

Post MDO IC praatje. Schoenmaker blijf bij je leest Hugo den Boogert, AIOS Neurochirurgie

Werkwijze (assisteren bij) arterielijn inbrengen en bloed afname.

WORKSHOP INJECTIES IN DE POLS EN HAND DOOR DE PLASTISCH CHIRURGEN VAN HET MARTINI ZIEKENHUIS

Origineel: N. Jafari, D.W.J. Dippel, M. Scheltens- de Boer. September 2012 Update: C. Walgaard, J. Drenthen. Januari 2015

Registratie-richtlijnen D001 WERKGERELATEERDE AANDOENINGEN VAN DE BOVENSTE EXTREMITEIT

LEVEND HANDLETSELBOEK VOOR SEH-ARTSEN

Behandeling van een trigger finger. Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar

Eveline Claes Co-assistentAnesthesie Dr. F. De Buck

Inleiding tot de VWING

Inleiding. Anatomie. Humerus

Split-skin grafts & de REMBRANDT trial: Evidence-based behandelingen voor donor sites Dr Hester Vermeulen

1. Welke structuur verbindt trochanter minor met de linea aspera? Linea pectinea

ERASMUS MC MODIFICATIE VAN DE (REVISED) NOTTINGHAM SENSORY ASSESSMENT Handleiding

Wat is een zenuwblok? (plexusverdoving of perifeer zenuwblok)

Dr. Hilde Van Kerckhoven

Polikliniek Carpale Tunnelsyndroom (CTS)

Bloed voor onderzoek verzamelen via een venapunctie

Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten. Vrijdagochtendkrans 10/04/2015


Maatschap Orthopedie Zaans Medisch Centrum

De axillaire plexus brachialis blokkade anno 2014 Overzicht en toekomstperspectief

Nascholing 9 november 2015

Chirurgie / Neurologie

Clinic Allemaal Transmuraal

Spiergroep Spier (onderdeel) Origo Insertie Innervatie Functie Ventrale spieren van de bovenarm (flexoren onderarm)

ANESTHESIE: ENKEL- EN VOETCHIRURGIE

Orthopedie. Carpaal Tunnel Syndroom

In Search of the Best Analgesic Solution using Interscalene Block for postop pain after Day-case Shoulder Surgery

FUNCTIESTORING VAN GEWRICHTEN

Carpale tunnelsyndroom

Bijlagen. Bijlage 1 De tenniselleboog: oefenprogramma 135. Verwijzingen naar eerder verschenen Orthopedische casuïstiek 139.

Maatschappelijk handelen

HAND EN POLS. CFM Welters Regiomaatschap Plastische Reconstructieve en Handchirugie

Posterolaterale hoek letsels

DUO-dagen Injectie-technieken Orthopedisch chirurgen IJsselland Ziekenhuis

Titel: Anatomische predispositieplaatsen voor compressie van de n. medianus, n. radialis en de n. ulnaris: een kinesitherapeutische beslissingsboom.

Samenvatting. Introductie

De ziekte van Dupuytren en de anatomie van de hand

Gesloten vragen Functionele Anatomie II

Perifeer of centraal, met noradrenaline kan het allemaal?!

Ulnaropathie ter hoogte van de elleboog: something old, something new

RKZ Afdeling Handchirurgie. M. De Quervain. informatie voor patiënten.

Carpaal tunnelsyndroom

Afdeling Handchirurgie

Basis en veelvoorkomende MSK echografie

VGN immobilisatieprotocollen

Epidurale verdoving. tijdens de arbeid en de bevalling INFORMATIEBROCHURE VOOR DE PATIËNT EN INFORMED CONSENT

Injecties in en rondom grote gewrichten. Bas Knobben Orthopedisch chirurg

Pijncentrum. Perifere zenuwbehandeling

Inhoud. Lijst van auteurs 1. Verwijzingen naar eerder verschenen Orthopedische. Inleiding 5 Koos van Nugteren

Samenvatting, Nederlands

CARPAL TUNNEL SYNDROOM

Cornelis Visser. Locatie Leiderdorp & Alphen a.d. Rijn.

Plaatselijke of locoregionale verdoving PATIËNTENBROCHURE

CARPALE INSTABILITEIT

Compressie van de nervus ulnaris in de tunnel van Guyon

Medicatie: ml ropivacaïne0,75% 15 ml ropivacaïne 0,375% 20 ml ropivacaïne0,5%

Vasculaire pathologie - technieken Endoveneuze ablatie

Carpale tunnel syndroom (CTS)

Tennis-en Golferselleboog: genezen ze allemaal vanzelf?

Informatie. CTS-straat Behandeling van het Carpale tunnelsyndroom

Carpale-tunnel-syndroom

Transcriptie:

Protocol Echogeleide Nervus Radialis Block Auteur: Matthijs Kreeft Met medewerking van: Amber Hoek, Yvonne van de Pas, Roy Welsing, Roy Pigge, Anouk Figee, Joris Datema, Vincent Rietveld April 2018

Protocol Echogeleide Nervus Radialis Block Inleiding Pijn is nog steeds één van de belangrijkste redenen waarom patiënten de SEH bezoeken. Daarnaast ondergaan patiënten op de SEH vaak pijnlijke procedures in het kader van hun behandeling. Het vinden van de meeste optimale methode van pijnbestrijding is dan ook één van de belangrijke pijlers om de kwaliteit van de patiëntenzorg op de SEH te verbeteren. Uit de ruim voorhanden zijnde literatuur weten we dat echogeleide regionale anesthesie een veilige en effectieve methode is om pijnbestrijding te realiseren. Doel Implementatie van een uniform, veilig en effectief uit te voeren echogeleid supracondylair n. radialis block door SEH-artsen (i.o.) op de SEH met als doel betere pijnbestrijding voor de SEH-patiënt te realiseren. 1

Nervus Radialis Block Het n. radialis block is een relatief eenvoudig echogeleid perifeer blok. Indicaties zijn laceraties van de huid in het gebied van de n. radialis en in combinatie met een n. medianus block ook uitgebreidere wonden of fracturen van de duim en wijsvinger. In dit protocol is gekozen voor een radialis block volgens de supracondylaire benadering. De supracondylaire benadering geeft een makkelijker te visualiseren grotere zenuw, waar vaak geen grote arterie zich in de nabijheid bevindt. Daarnaast geeft het ook een ergonomisch voordeel. Het is goed te realiseren dat een supracondylair n. radialis block zich proximaal van de splitsing in diepe en oppervlakkige takken bevindt. Dit houdt in dat er behalve sensibele blokkade ook motorische uitval plaats kan vinden, in de vorm van een dropping hand ofwel parese van de pols extensoren. Indicaties Pijnstilling bij en/of pijnlijke procedures in het verzorgingsgebied van de n. radialis. Denk hierbij vooral aan uitgebreide laceraties of incisie en drainage van abcessen. Fracturen of luxaties van dig 1 of 2, in combinatie met n. medianus blokkade. Notabene: voor een fractuur in de distale radius is een n. radialis block niet geschikt (ook in combinatie met een nervus medianus en/of ulnaris blokkade geeft dit helaas niet een adequate pijnstilling aangezien een deel van de pols ook door een aftakking van de nervus musculocutaneus geinnerveerd wordt) Contra-indicaties Absoluut Allergie lokaal anestheticum Actieve infectie gebied van injectie Relatief Verhoogd bloedingsrisico (doorgeschoten INR > 4,5) Pre-existente neurologische afwijkingen in gebied van n. radialis Niet goed kunnen beoordelen van de neurologische status Risico op compartimentsyndroom Complicaties Systemische Toxiciteit Lokaal Anestheticum (LAST) Behandeling volgens lokaal protocol Zenuwbeschadiging Expectatief, meestal herstel binnen 6 maanden na ontstaan klachten Bij klachten langer dan 6 maanden verwijzing naar de neuroloog Infectie Het risico voor een infectie na een single shot perifere zenuwblock is verwaarloosbaar klein Anatomie De n. radialis verloopt in de bovenarm van de mediale naar laterale zijde, posterieur om de humerus heen. Posterieur verloopt de zenuw in een groeve in de humerus, waarna de zenuw via de laterale zijde van de bovenarm naar de dorsale zijde van de onderarm verloopt (zie figuur 3). Ter hoogte van de elleboog splitst de n. radialis zich in de ramus 2

superficialis en profundus. De ramus superficialis verzorgt de sensibele functie en de ramus profundus verzorgt de motorische functie van de n. radialis. De n. radialis verzorgt de sensibiliteit van de dorsale zijde van de onderarm en met name dorsale zijde van de duim en de radiaire zijde van het dorsum van de hand. De motorische functie van de n. radialis houdt met name extensor functies in. Alle extensoren van de pols (m. extensor carpi radialis longus en brevis, m. extensor carpi ulnaris), extensoren van vingers (m. extensor digitorum en minimi, m. extensor pollicis longus en brevis), flexor van de duim (m. flexor pollicis brevis, m. abductor pollicis longus) worden geïnnerveerd door de n. radialis. Figuur 1 Sensibele innervatie hand Figuur 2 Sensibele innervatie onderarm 3

Figuur 3 Anatomie: n. radialis in relatie met de spieren (groen) en neurovasculariteit (lichtblauw) Echografische anatomie en landmarks Bij het supracondylaire radialis block wordt de probe transversaal op het anterolaterale aspect van de bovenarm gepositioneerd op ongeveer 3-4 cm boven elleboog gewricht, op overgang van middelste naar distale 1/3 van de bovenarm. De n. radialis ligt gelokaliseerd in de ruimte tussen fascie van m. brachioradialis en m. brachialis, geringe afstand verwijderd van de humerus. Indien de zenuw niet te lokaliseren is, verplaats de transducer meer naar proximaal op zoek naar de radialis die aan de posterieure zijde van de humerus van mediaal naar lateraal slingert. Meer proximaal ligt de zenuw dichtbij humerusschacht in de spiraalgroeve. Daar bevinden zich ook collateraal arteriën, aftakkingen van de a. brachialis profunda. Dit kan een handige landmark zijn. Indien dit het beeld is, vervolg de zenuw en ga verder naar dorsaal voor de locatie van de injectie. Gebruik color doppler om de collateraal arteriën in beeld te brengen. 4

Figuur 4 Echografische landmarks: supracondylair Figuur 5 Echografische landmarks: distale afsplitsing n. radialis Voorbereiding Blockbak benodigdheden Protocol echogeleide blocks Protocol LAST (systemische toxiciteit) Echonaalden Lokale anesthetica (kort/langwerkend) NaCl 0.9% Spuit(en) (10-20 ml) Tegaderm en/of steriele probe cover Steriele gel Huid desinfectant Medische marker Indicatie en informed consent Indicatie stellen en team inlichten Contra-indicaties checken Patiënt inlichten over de procedure en evt. complicaties 5

Lichamelijk onderzoek VAS score Controleer de neurovasculaire en motorische status Vitale functies checken Cardiovasculaire monitoring niet strikt noodzakelijk, monitoring hartfrequentie middels pulse-oximetrie is aan te raden Positionering patiënt in plane benadering In zittende of liggende houding met geflecteerde elleboog, de hand op het abdomen. Positie echomachine recht tegenover de injectieplaats blikrichting=prikrichting. Probe keuze en voorbereidende echo Lineaire probe Desinfectie probe Setting instellen, gebruik zo mogelijk vooraf ingestelde nerve setting Diepte en gain optimaliseren Visualiseer zenuw en vaten/omliggende structuren Gebruik color doppler om vaatstructuren duidelijker in beeld te brengen en bepaal naaldtraject naar zenuw toe Anestheticum Er kan worden gekozen voor een kortwerkend anestheticum, bijv. lidocaïne 1 of 2% 5 ml. Naald Gekozen wordt bij voorkeur voor een block naald 22-gauge 50 mm aangesloten op een spuit. Er kan eventueel ook worden gekozen voor een punctie naald 22-gauge. 6

Uitvoering Time out-procedure Check: Patiëntnaam en geboortedatum Indicatie Contra-indicaties Zijde 5 ml lidocaïne 1 of 2% Desinfectie aan te prikken gebied, steriel veld niet geïndiceerd. Gebruik handschoenen. Gebruik steriele probecover of tegaderm. Gebruik steriele gel. Visualiseer met reeds ingestelde diepte, gain en setting van te voren bekeken echografische structuren. Uitvoering nervus radialis block Prik de naald in de van te voren bepaalde en evt. verdoofde insertieplek. Prik het block van lateraal naar mediaal, dus door of langs de m. brachioradialis. Na positioneren van de naaldpunt op de gewenste plaats aspireer tenminste éénmaal. Herhaal het aspireren meermalen tijdens het injecteren om intravasculaire injectie vroegtijdig te herkennen. Injecteer het anestheticum onder voortdurende visualisatie van de naald(punt). Mocht de naaldpunt tijdens de procedure niet meer gevisualiseerd kunnen worden stop dan met injecteren, herpositioneer de probe en naald totdat deze weer in beeld is en vervolg de procedure. Visualiseer de verspreiding anestheticum rond de n. radialis. Mocht er geen zichtbare verspreiding zijn van het lokaal anestheticum stop dan met de injecteren, herpositioneer de probe en de naald en hervat de procedure. Stop ook met injectie bij: Te hoge inspuitdruk Paresthesieën of plotselinge toename pijn aangegeven door de patiënt Tekenen van LAST Wacht minimaal 10-15 min voor starten met pijnlijke procedure, check voor start hiervan de werking van het block. Controle block Check de neurovasculaire status, VAS scores, evt. vitale functies. Noteer met een medische marker op de patiënt het type block en tijdstip, plak af met tegaderm. Verslaglegging Type block, links / rechts Tijdstip start block, start procedure, einde procedure Hoeveelheid en type anestheticum Type en lengte naald Neurovasculaire status voor en na het block 7

VAS scores: voor, na het block, tijdens procedure, na procedure Block uitgewerkt voor verlaten SEH? Ja/ Nee Uitleg aan patiënt gegeven: wanneer retour, complicaties korte en lange termijn Pearls & Pitfalls Indien de n. radialis niet goed a vue te krijgen is, verplaats de transducer naar proximaal waar de zenuw meer posterieur en dichtbij de humerus ligt. Vaak wordt de zenuw daar omringt door collaterale arteriën. Wees bewust van de motorische blokkade van het supracondylaire radialis block. In combinatie met n. medianus block goede en uitgebreide anesthesie van de gehele radiaire zijde van de hand. Stroomschema block Patiënt positie Rugligging of zittend Elleboog 90 flexie, hand op abdomen Settings Diepte 2-4 cm Lineaire probe 6-12 MHz Positie echoapparaat: blikrichting=prikrichting Transducer positie Transversaal op anterolaterale humerus 3-4 cm proximaal van de elleboog N. radialis gevonden? Verplaats transducer naar craniaal Gebruik color doppler ter visualisatie collateraal arteriën Aspireer ter controle Injecteer lateraal in-plane Lidocaïne 2% 3-5 ml Controleer neurovasculaire status 8

Referenties Amini R, Kartchner JZ, Nagdev A, Adhikari S. Ultrasound-Guided Nerve Blocks in Emergency Medicine Practice. J Ultrasound Med. 2016 Apr;35(4):731-6. Driscoll EB, Maleki AH, Jahromi L, Hermecz BN, Nelson LE, Vetter IL, Evenhuis S, Riesenberg LA. Regional anesthesia or patient-controlled analgesia and compartment syndrome in orthopedic surgical procedures: a systematic review. Local Reg Anesth. 2016 Oct 6;9:65-81. ecollection 2016. Review. Sohoni A, Nagdev A, Takhar S, et al. Forearm ultrasound-guided nerve blocks vs landmark-based wrist blocks for hand anesthesia in healthy volunteers. Am J Emerg Med. 2016;34(4):730-734. Frenkel O, Liebmann O, Fischer JW. Ultrasound-guided forearm nerve blocks in kids: a novel method for pain control in the treatment of hand-injured pediatric patients in the emergency department. Pediatr Emerg Care. 2015;31(4):255-259. Lewis SR, Price A, Walker KJ, McGrattan K, Smith AF. Ultrasound guidance for upper and lower limb blocks. Cochrane Database Syst Rev. 2015 Sep 11;(9):CD006459. Sehmbi H, Madjdpour C, Shah UJ, Chin KJ. Ultrasound guided distal peripheral nerve block of the upper limb: A technical review. J Anaesthesiol Clin Pharmacol. 2015 Jul- Sep;31(3):296-307. Jason H. Bredenkamp; Brian P. Jokhy; Dennis T. Uehara. Injuries to the elbow and forearm. In: Tintinalli JE, Stapczynski JS, editors. Emergency Medicine: A Comprehensive study Guide. 7thedition, McGraw-Hill; 2011. Sohoni, A., Hering AA., Stone MB., Nagdev A., Focus on: Ultrasound-guided fore arm nerve blocks. ACEP News. October 2011. Frederickson MJ, Kilfoyle, Neurological complication analysis of 1000 ultrasound guided peripheral nerve blocks for elective orthopaedic surgery: a prospective study. Anaesthesia, 2009, 64, pages 836 844. Walker KJ, McGrattan K, Aas-Eng K, Smith AF. Ultrasound guidance for peripheral nerve blockade. Cochrane Database Syst Rev. 2009;(4): CD006459. McCartney CJ, Constantinescu C et al. Ultrasound examination of peripheral nerves in the forearm. Reg Anesth Pain Med. 2007;32:434-9. Foxall GL, Skinner D, Hardman JG, Bedforth NM. Ultrasound anatomy of the radial nerve in the distal upper arm. Reg Anesth Pain Med. 2007;32:217 20. Todd KH, Ducharme J, Choiniere M, et al. Pain in the emergency department: results of the pain and emergency medicine initiative (PEMI) multicentre study. J Pain. 2007;(6):460-466. Liebmann O, Price D, Mills C, et al. Feasibility of forearm ultrasonography-guided nerve blocks of the radial, ulnar, and median nerves for hand procedures in the emergency department. Ann Emerg Med. 2006; 48(5): 558-62. PMID: 17052557 Waldman SD. Radial Nerve block at the humerus. Atlas of Interventional Pain Management. 2nd ed. WB Saunders; 2004. Chap 43, pp 166-70. Relevante sites 5 Min Sono http://5minsono.com/rnb/ ACEP Now http://www.acepnow.com/article/perform-ultrasound-guided-forearm-nerveblocks-provide-non-drug-pain-relief-acute-injuries/ NYSORA https://www.nysora.com/ultrasound-guided-forearm-block https://www.nysora.com/ultrasound-guided-wrist-block CORE EM https://coreem.net/core/common-forearm-nerve-blocks/ 9

Highland Emergency Ultrasound http://highlandultrasound.com/forearm-blocks/ 10