Beleidscyclus verdeling programmabudget Regionalisering IZB

Vergelijkbare documenten
Notitie projecten impulsbudget Samenwerking

Projectplan. Informatie arrangementen als app. s-hertogenbosch, 6 december 2011

Functieprofiel: Projectleider Functiecode: 0302

Plan van Aanpak regiovisie en vorming AMHK Zeeland

Nieuws Netwerk IZB Infectieziektebestrijding september 2006

Functieprofiel Projectleider Functieprofiel titel Functiecode 00

Samenvatting projectplan Versterking bevolkingszorg

Project Versterking Regionale Samenwerking Infectieziektebestrijding Noord Nederland

Projectvoorstellen maken

Beoordelingsformulier projectvoorstellen KFZ

170417test_Saskia_platte_tekst_website In onderstaande artikel leest u voorbeelden van veldnormen die de afgelopen jaren zijn verzameld.

Beschrijving aanvraagprocedure/aanvraagformulier

Nadat je projectvoorstel goedgekeurd is, kun je je projectvoorstel uitwerken in een projectplan.

Besluitvorming aan de Raad Formele advisering van de Raad. Conform advies Aanhouden Anders, nl. Collegevoorstel Advies: Openbaar

STIMULERINGSREGELING VERNIEUWENDE HR-PROJECTEN

In de Gemeente Marum

Gemeenten leggen de rode loper uit voor kwetsbare jongeren richting school en werk

BESTUURSOPDRACHT MAJEURPROJECT VOORTGEZET ONDERWIJS Gemeenteraad

Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

Plan van aanpak Centrum Jeugd en Gezin BMWE-gemeenten Februari 2010

Werkwijze Cogo abcdefgh. Cogo publicatienr Ad Graafland Paul Schepers. 3 maart Rijkswaterstaat

Projectplan Duurzaam Inkopen

Aanvraagformulier voor internationale projecten

Jaarplan Palliatieve Zorg Laurens

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aanvraagformulier Subsidie Wetenschappelijk Fonds NVFB

Raadsbijlage Voorste1 tot het aangaan van een Samenwerkingsovereenkomst Medische Opvang Asielzoekers

Bezoekadres Kenmerk Bijlage(n) Samenvatting

Planning & control cyclus

Oproep tot het indienen van aanvragen promotieonderzoek voor het Programma Onderzoeken in de Praktijk

Onderwerp: Risico inventarisatie project rwzi Utrecht Nummer: Dit onderwerp wordt geagendeerd ter kennisneming ter consultering ter advisering

Afspraken patiëntbetrokkenheid bij medisch specialistische richtlijnen

Onderzoeksvoorstel voor wetenschappelijk onderzoek in het kader van de Onderzoeksagenda Veteranenzorg Defensie

Onderzoek in het kort Project Huisbezoek II


Stichting VHAN. Reglement Wetenschapscommissie

Projectaanvraag. Gegevens aanvrager. Samenvatting project. Aanleiding aanvraag/project. Datum aanvraag. Naam organisatie.

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING DIRECTEUR BEDRIJFSVOERING VERSIE 3 APRIL 2017

Subsidievoorwaarden Maag Lever Darm Stichting. Wetenschappelijk Onderzoek Patiëntenverenigingen

Vrijwilligersbeleid vereniging X

<<Naam document>> <<Organisatie>>

Werkwijze Praktijktest

PROJECTPLAN Proeftuin AWBZ naar Wmo

Projectmatig creëren Stappen en richtlijnen om een project mee te doorlopen

Klantprofilering. Objectieve meting voortgang en resultaten trajecten

Nationaal Plan Zeldzame Ziekten

Voorlopig governance-document. NIVEL Zorgregistraties eerste lijn

Referentie: Toelichting:

Geraadpleegd

Notitie toetsingsprocedure Initiële aanvraag EQUAL

Social Action Research Plan

Projectidee. Algemene gegevens. Inhoud. Projecttitel: Geplande startdatum: Geplande duur: Datum indiener: Aanvrager: Samenwerking met: Samenvatting:

Olde Bijvank Advies Organisatieontwikkeling & Managementcontrol. Datum: dd-mm-jj

Beschikking. Beleidsregel sociale veiligheid Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Pagina 1 van 10. Legenda voortgang. Resultaten Veilig Thuis NHN Datum 1 april 2019

Plan van aanpak aanvulling Regionale bedrijventerreinenstrategie Holland Rijnland in verband met aansluiting gemeenten in de Rijnstreek

Organisatieprestatiescan. Deze techniek wordt gebruikt in de focus- en analysefase bij het analyseren van de huidige situatie.

Probleemstelling : Op korte termijn moet gestart worden met Werkprogramma 2020.

Raadsvoorstel. 3. Inleiding

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00

Aanvraagformulier voor projecten in Nederland

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede- fase 2

- Veilig. Noord-Holland Noord. Resultaten Veilig Thuis NHN Datum 1 mei 2019

projectvoorstel behandeling van een projectvoorstel Eerste fase tweede fase Derde fase

Monitor aanpak wachtlijsten 2018 Pagina 1 van 7

Evaluatie bijdrageregeling Regionale samenwerking -samenvatting-

Werkveld Datum Instemming/Advies Vastgesteld CvB Org. &Vert. September 2014 GMR Instemming GMR

Subsidieregeling VUvereniging / VCAS

Wmo-innovatiefonds gemeente Drimmelen

ONDERZOEK & ONTWIKKELING

Voorbeeld projectplan

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Governance-document. NIVEL Zorgregistraties eerste lijn. Documentnaam: Governance document NIVEL Zorgregistraties v

Aan de slag Plan van aanpak Naar een meer Leeftijdsbewust Personeelsbeleid Waterschap..

Beschrijving DCTF Werkgroep Workflow

VAN PLAN NAAR PROJECT

Factsheet project Versterking bevolkingszorg tbv organisatie interregionale bijeenkomsten

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 -

nr. 527 van MATTHIAS DIEPENDAELE datum: 3 mei 2018 aan PHILIPPE MUYTERS Kmo-groeisubsidie - Aanvragen

Toets uw eigen continuïteitsplan

Nationaal Evaluatie Comité Lerende mobiliteit (KA1) Call 2018

Het indienen van ICT- projecten

Onderzoeksplan Rekenkamercommissie 2011

Aanvraagformulier voor projecten in Nederland

Non satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback. Aanleiding

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

REGIONALE ZORGNETWERKEN ANTIBIOTICARESISTENTIE NOORD-HOLLAND & FLEVOLAND

Stappenplan nieuwe Dorpsschool

Comeniusprogramma. Voorlichtingsdag 8 juni 2018

Ondersteunende richtlijnen voor het indienen van een project

Gelet op artikel 4 van de Algemene subsidieverordening gemeente Lingewaard 2016;

Samenvatting F-Scan. Onderzoek naar de effectiviteit en efficiency van de kerntaken binnen NOC*NSF. April 2011

Datum: Adviserend. 11 juli 2018

Het project heeft de volgende doelen. De doelen worden gefaseerd opgepakt:

Ondersteuning huisartsen bij opzet/implementatie Zorgvernieuwingsproject PROCESBESCHRIJVING

3TU Electronic Resource Management

Transcriptie:

Beleidscyclus verdeling programmabudget Regionalisering IZB, stagiaire IZB GGD Hart voor Brabant Den Bosch, december 2006

Voorwoord Voor u ligt de beleidsnotitie met conclusies en aanbevelingen betreffende de verdeling van het programmabudget behorende bij de regionalisering van de infectieziektebestrijding in Nederland. Dit project is uitgevoerd in opdracht van het Regionaal Overleg Infectieziekten - Organisatorisch van de regio Zeeland en Brabant. Mijn dank gaat uit naar Clementine Wijkmans en Emmi de Vos, die mij zo goed begeleid hebben in de afgelopen weken. Den Bosch, december 2006, Stagiaire GGD Hart voor Brabant Beleidscyclus verdeling programmabudget 2

Inhoud Voorwoord...2 Inhoud...3 Samenvatting...4 1. Inleiding...5 2. Achtergrond en ontwikkelingen...6 2.1 Ontwikkelingen in Nederland...6 2.2 Organisatie regio ZeeBra...7 2.3 Stand van zaken verdeling programmabudget...7 2.4 Probleemstelling...8 2.5 Doelstellingen...8 3. Opdracht en werkwijze...9 3.1 Opdracht...9 3.2 Randvoorwaarden besteding programmabudget...9 3.3 Deelvragen...9 3.4 Werkwijze...9 4. Resultaten...11 4.1 Inventarisatie overeenkomsten en verschillen...11 4.2 Bijeenkomst ROI-O...15 5. Aanbevelingen...18 Referenties...20 Bijlage 1: Plan van aanpak...21 Bijlage 2: Format RIVM...22 Bijlage 3: Werkinstructie...24 Bijlage 4: Voorloper-format...25 Beleidscyclus verdeling programmabudget 3

Samenvatting Vanwege de verhoogde dreiging van infectieziekten zijn er van rijkswege sinds 2004 een aantal maatregelen genomen om de infectieziektebestrijding in Nederland te verbeteren. Het Centrum voor Infectieziektebestrijding (CIb) is opgericht als ketenregisseur tussen de verschillende partijen binnen de infectieziektebestrijding en er zijn zeven bovenregionale samenwerkingsverbanden tussen de GGD en gevormd. Voor iedere regio is of wordt een regionaal consulent-arts infectieziekten aangesteld en is een budget beschikbaar gesteld voor een inhoudelijk programma. Voor de verdeling van dit inhoudelijke programmabudget bestaat geen uniforme methode binnen de GGD en in de regio Zeeland en Brabant (ZeeBra). Vanuit deze regio is daarom de volgende opdracht geformuleerd: ONTWIKKEL EEN BELEIDSCYCLUS VOOR DE VERDELING VAN HET PROGRAMMABUDGET BEHORENDE BIJ DE REGIONALISERING VAN DE INFECTIEZIEKTEBESTRIJDING Om deze opdracht tot een goed resultaat te brengen, is gekozen om een aantal belanghebbenden te interviewen en een knelpuntenanalyse uit te voeren op de resultaten van deze interviews. Dit resulteert in een inventarisatie van de overeenkomsten en verschillen tussen de meningen van deze belanghebbenden. Deze inventarisatie is meegenomen naar het Regionaal Overleg Infectieziekten - Organisatorisch (ROI-O), waar overeenstemming is bereikt over een meerderheid van de punten uit de interviews. Al deze informatie is verwerkt tot een beleidscyclus in de vorm van een werkinstructie. Het is wenselijk om alle suggesties voor het programmabudget via het Regionaal Overleg Infectieziekten - Inhoudelijk (ROI-I) te laten verlopen. Binnen het ROI-I is voldoende inhoudsdeskundigheid aanwezig om een prioriteitstelling op inhoud uit te voeren. Vervolgens zal de voorzitter van het ROI-I de suggesties meenemen naar het ROI-O, waar het wenselijk is om de beoordeling van de suggesties uit te voeren. Hiertoe kunnen de leden van het ROI-O zich baseren op de prioriteitstelling uit het ROI-I en op een aantal organisatorische criteria die tijdens de interviews met belanghebbenden naar voren zijn gekomen. De projecten die positief door de beoordeling van het ROI-O zijn gekomen zullen tenslotte ter goedkeuring worden voorgelegd aan het CIb. Beleidscyclus verdeling programmabudget 4

1. Inleiding De aanleiding voor deze beleidsnotitie is de opdracht die op 26 september 2006 is gegeven door het Regionaal Overleg Infectieziekten - Organisatorisch van de regio Zeeland en Brabant. De stagiaire M.A.H. Bogaerts is hierbij gevraagd de volgende opdracht uit te voeren: ONTWIKKEL EEN BELEIDSCYCLUS VOOR DE VERDELING VAN HET PROGRAMMABUDGET BEHORENDE BIJ DE REGIONALISERING VAN DE INFECTIEZIEKTEBESTRIJDING De projectopdracht bestond uit een onderzoek naar een uniforme methode binnen de regio Zeeland en Brabant voor de verdeling van het programmabudget behorende bij de regionalisering van de infectieziektebestrijding. Deze notitie schetst de achtergrond van de opdracht en de werkwijze die is toegepast om tot een beleidscyclus te komen. Deze werkwijze resulteert in een inventarisatie van overeenkomsten en verschillen tussen de meningen van de verschillende belanghebbenden. Na het bereiken van overeenstemming met het ROI-O over de meerderheid van de punten in deze beleidsnotitie zijn aanbevelingen geformuleerd die verwerkt zijn in een werkinstructie. Beleidscyclus verdeling programmabudget 5

2. Achtergrond en ontwikkelingen 2.1 Ontwikkelingen in Nederland In 2004 heeft minister Hoogervorst van VWS besloten dat er een aantal veranderingen moesten plaatsvinden binnen de infectieziektebestrijding in Nederland 1. De dreiging van infectieziekten is in de afgelopen jaren toegenomen en de infectieziektebestrijding is daar onvoldoende op voorbereid. De belangrijkste knelpunten die door de minister genoemd werden, zijn onvoldoende kwaliteit, de ongelijke aanpak en de te kleine capaciteit van de verschillende uitvoerende instanties. Daarnaast is er sprake van een versnippering van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden over de instanties zonder een helder aanspreekpunt. Tenslotte gaf de minister aan dat er onvoldoende mogelijkheden waren om zowel in reguliere als in crisissituaties vanuit de landelijke overheid te beslissen over het beleid en de uitvoering van de infectieziektebestrijding. In de jaren daaropvolgend heeft de minister een aantal maatregelen genomen om de infectieziektebestrijding te verbeteren. Het Centrum voor Infectieziektebestrijding (CIb) is opgericht, als onderdeel van het RIVM, om nationaal en internationaal een duidelijk aanspreekpunt te hebben voor partijen in de infectieziektebestrijding en voor de aansturing en ondersteuning van deze partijen op professioneel gebied. Het CIb werkt als ketenregisseur en zorgt dat de afzonderlijke schakels in de infectieziektebestrijding, die afzonderlijk goed werken, ook hecht zijn verbonden 2. Daarnaast heeft de minister middelen ter beschikking gesteld waarmee een aantal aanbevelingen van de stuurgroep Versterking Infrastructuur Infectieziektebestrijding (VISI) zijn uitgevoerd. Met deze middelen is de ondersteuning van de regio in een samenhangend pakket geregeld, uitgaande van de primaire verantwoordelijkheid van de GGD en. Er zijn zeven samenwerkingsverbanden tussen de GGD en gevormd, die zich onder andere richten op het ontwikkelen van programma s, expertise en innovatie in de infectieziektebestrijding 3. Ter ondersteuning is per regio tevens van rijkswege toegevoegd: een regionaal consulent-arts infectieziekten, een regionaal consulent medisch microbioloog en een regionaal budget voor labdiagnostiek 4. De regionaal consulent-artsen infectieziekten kunnen zowel in rustige tijden als tijdens crises een belangrijke bijdrage leveren aan het goed functioneren van het landelijk netwerk infectieziektebestrijding. In rustige tijden is hun taak gericht op de inhoudelijke kwaliteitsbevordering van het werk in hun regio en het faciliteren van goede relaties en samenwerking tussen specialisten van het CIb en de GGD en. Zij worden daarbij gestuurd door de behoeften in hun eigen regio. Tijdens crises geven zij steun aan hun collega s, coördineren waar nodig tussen GGD en en treden op als verbindingsofficier wanneer de situatie daarom vraagt. De regionaal consulent-arts infectieziekten staat dus primair tot dienst van de regio en is begroot op 1.0 fte, maar wordt aangesteld voor 0.5 fte. Het overige budget van 7 maal 0.5 fte is naar rato van het bevolkingsaantal per regio verdeeld en toegekend voor de uitvoering van een inhoudelijk programma dat de GGD en in de regio gezamenlijk en met goedkeuring van het CIb opstellen. Beleidscyclus verdeling programmabudget 6

2.2 Organisatie regio ZeeBra Sinds 1 januari 2006 is het regionale samenwerkingsverband van de regio Zeeland en Brabant actief onder de naam GGD plus. Uitgangspunt bij de opzet van de GGD plus is dat het een hulpstructuur is die de aangesloten GGD en helpt bij het organiseren en coördineren van gemeenschappelijk uit te voeren activiteiten, waarbij de GGD en hun verantwoordelijkheden behouden. Het bestuur van de stichting GGD plus wordt gevoerd door de directeuren van de aangesloten GGD en. Elke directeur fungeert als eerst verantwoordelijke voor de in de GGD plus samengebrachte activiteiten, zowel op inhoudelijk als op bedrijfsvoeringterrein en heeft zijn eigen portefeuille. Door de directeuren is voor elk portefeuille een operationeel manager (OM) aangewezen. De organisatie voor de portefeuille algemene infectieziektebestrijding (IZB) is schematisch weergegeven in figuur 2.1 en bestaat uit het Regionaal Overleg Infectieziekten Organisatorisch (ROI-O) en het Regionaal Overleg Infectieziekten - Inhoudelijk (ROI-I), die beiden vier maal per jaar bijeenkomen. Daarnaast bestaat de organisatie uit een werkgroep preventie (WP) die ook vier maal per jaar bijeenkomt en tot taak heeft om één preventieproject op regionaal niveau per jaar af te ronden. RC = regionaal consulent-arts OM = operationeel manager TL = teamleider Vk = verpleegkundige vz = voorzitter ROI-O OM IZB TL TL TL TL TL Directeuren GGD en R C O M vz Andere OM ROI-I R TL Werkgroep preventie C vz Artsen en Vk en IZB Vk Vk Vk Vk Vk TL vz Figuur 2.1: Organisatie algemene infectieziektebestrijding binnen de GGD plus Het ROI-O bestaat uit de teamleiders infectieziektebestrijding van de vijf GGD en in de regio, waarvan één teamleider tevens voorzitter is van het ROI-I, en één voorzitter van de werkgroep preventie. De regionaal consulent-arts infectieziekten is de secretaris van het ROI-I en heeft een adviserende rol binnen het ROI-O. 2.3 Stand van zaken verdeling programmabudget De procedure voor de verdeling van het programmabudget 2006 is door tijdsdruk anders verlopen dan gewenst door het ROI-O. Vanuit het CIb is in oktober 2006 besloten dat de projectvoorstellen die in aanmerking komen voor het programmabudget 2006 vóór 1 november 2006 bij het CIb ingeleverd moesten zijn. Via de regionaal consulenten is vervolgens een oproep gedaan aan de teamleiders infectieziektebestrijding om zo spoedig mogelijk de projectaanvragen in te dienen. Er was echter in de periode tussen deze oproep en 1 november 2006 geen mogelijkheid om een extra ROI-O overleg te plannen, waardoor iedere GGD eigen projecten heeft ingediend. Deze zijn beoordeeld in het overleg Beleidscyclus verdeling programmabudget 7

van de regionaal consulent-artsen infectieziekten, waarna aan de teamleiders infectieziektebestrijding is gevraagd de goedgekeurde projectvoorstellen in een RIVM format te verwerken. Op dit moment liggen de projectvoorstellen ter goedkeuring bij het RIVM. Bij deze methode van budgetverdeling heeft dus geen onderling overleg tussen de GGD en plaatsgevonden. 2.4 Probleemstelling In de regio Zeeland en Brabant bestaat geen uniforme methode om het programmabudget behorende bij de regionalisering van de infectieziektebestrijding gestructureerd te kunnen verdelen. 2.5 Doelstellingen Ontwikkelen van een uniforme beleidscyclus voor de verdeling van het programmabudget. Met deze beleidscyclus wordt tevens de infectieziektebestrijding in de regio Zeeland en Brabant versterkt door de samenwerking tussen de verschillende GGD en en wordt voorkomen dat het programmabudget plaatsvervangend wordt ingezet voor courante gemeentelijke taken. Beleidscyclus verdeling programmabudget 8

3. Opdracht en werkwijze 3.1 Opdracht Vanuit het ROI-O, onderdeel van de GGD plus, is de volgende opdracht geformuleerd: ONTWIKKEL EEN BELEIDSCYCLUS VOOR DE VERDELING VAN HET PROGRAMMABUDGET BEHORENDE BIJ DE REGIONALISERING VAN DE INFECTIEZIEKTEBESTRIJDING Deze beleidscyclus kan tevens dienen als hulpmiddel bij de aanvraag voor het programmabudget 2007. 3.2 Randvoorwaarden besteding programmabudget Ten aanzien van de besteding van het programmabudget heeft het CIb een aantal randvoorwaarden gedefinieerd. Het CIb beoogt een inhoudelijke besteding, waarbij het nut of de lering voor andere regio s een pré is. De inrichting en onderhoud van de regionale infrastructuur (secretarieel, administratief, logistiek etc.) zijn een zaak van de regio zelf 4. Het programmabudget kan zowel aangewend worden ter bekostiging van (tijdelijk) personeel als van materiële projectkosten. De toekenning van de gelden zal op grond van een subsidieregeling dan wel via een contract plaatsvinden. Daarnaast moeten de projectvoorstellen voor het programmabudget jaarlijks voor 1 januari van het jaar waar het programmabudget voor bedoeld is ter goedkeuring aangeleverd zijn bij het CIb. De GGD plus moet tevens een verantwoording van gekregen gelden afleggen aan het CIb over de besteding van het programmabudget, zodat een procedure voor de kwaliteitscontrole wenselijk is. 3.3 Deelvragen Een belangrijk onderdeel van een probleemdefinitie is het formuleren van relevante deelvragen. Met behulp van een inventarisatie van methoden van budgetverdeling van andere instellingen, zoals ZonMw, en rekening houdend met de achtergrond van het programmabudget zijn de volgende deelvragen geformuleerd: 1. Wie mag (een deel van) het programmabudget aanvragen? 2. Op welke wijze moet een projectvoorstel ingeleverd worden? 3. Wie beoordeelt de projectvoorstellen? 4. Op basis van welke criteria worden de projectvoorstellen beoordeeld? 5. Wie is verantwoordelijk voor de kwaliteitscontrole? 6. Op welke wijze wordt de kwaliteitscontrole uitgevoerd? 7. Hoe vindt implementatie van de beleidscyclus plaats? 8. Wat is de rol van de regionaal consulent ten opzichte van het programmabudget? 3.4 Werkwijze Op basis van een analyse van mogelijke methoden en van de beschikbare tijd, is gekozen voor interviews met belanghebbenden bij de verdeling van het programmabudget. Door hen vroegtijdig bij de beleidscyclus te betrekken, zal het draagvlak voor de beleidscyclus vergroot worden. Een knelpuntenanalyse van de Beleidscyclus verdeling programmabudget 9

interviews dient als input voor een discussie tijdens het ROI-O overleg op 28 november 2006, waarvan het doel is overeenstemming te bereiken over de invulling van de beleidscyclus. 3.4.1 Interviews De belanghebbenden die geïnterviewd zijn, bestaan uit de volgende personen: - Regionaal consulent-arts infectieziekten regio ZeeBra - Teamleiders infectieziektebestrijding, tevens leden ROI-O - Operationeel manager infectieziektebestrijding, tevens voorzitter ROI-O - Directeur-portefeuillehouder infectieziektebestrijding GGD plus - Coördinator overleg regionaal consulent-artsen infectieziekten - Hoofd Landelijke Coördinatiestructuur Infectieziektebestrijding (LCI) Een plan van aanpak waarin de namen en functies van de respondenten zijn beschreven, is in deze beleidsnotitie opgenomen in bijlage 1. Tijdens de interviews zijn de deelvragen zoals geformuleerd in paragraaf 3.3 gesteld. Vervolgens is een knelpuntenanalyse uitgevoerd op de antwoorden van de verschillende respondenten. De knelpuntenanalyse is geen wetenschappelijke benadering, maar een vergelijking van de antwoorden van de verschillende belanghebbenden op de deelvragen in de interviews. Hierbij is gekeken welke meningen tegenovergesteld aan elkaar zijn, de zogenaamde knelpunten, maar ook welke meningen overeenkomen. Dit resulteert in een inventarisatie van overeenkomsten en verschillen. 3.4.2 Bijeenkomst ROI-O Tijdens het ROI-O op 28 november 2006 is een uur gereserveerd ter behandeling van deze beleidsnotitie. Gedurende de bijeenkomst zijn de meeste deelvragen ter besluitvorming aan de leden van het ROI-O voorgelegd. Vervolgens hebben de leden van het ROI-O met behulp van het zogenaamde stickeren bepaald welke criteria het meest belangrijk zijn bij de beoordeling van de voorstellen voor het programmabudget. Alle criteria die genoemd zijn tijdens de interviews zijn hiertoe samengevat en op twee flap-overs verdeeld in inhoudelijke en organisatorische criteria. Vervolgens hebben alle leden van het ROI-O tien stickers gekregen die zij volgens een vast schema hebben verdeeld over de criteria. De leden van het ROI-O konden hierbij de vier belangrijkste criteria voor hen persoonlijk uitzoeken, waarop ze één, twee, drie of vier stickers mochten plakken. De meeste stickers gingen hierbij naar het belangrijkste criterium. Hierna zijn alle stickers geteld, zodat ieder criterium een waardering heeft gekregen. Deze waardering zal een rol gaan spelen bij de beoordeling van de voorstellen voor het programmabudget. Tenslotte is in de bijeenkomst van het ROI-O een voorstel voor een implementatieplan besproken. Op basis van de informatie uit de interviews is hiertoe een flap-over gemaakt met losse notitieblaadjes waar acties op beschreven zijn. Tijdens een discussie over het implementatieplan zijn deze notitieblaadjes verplaatst en zijn nieuwe notitieblaadjes toegevoegd, zodat overeenstemming bereikt is over het implementatieplan. Beleidscyclus verdeling programmabudget 10

4. Resultaten 4.1 Inventarisatie overeenkomsten en verschillen In deze paragraaf is per deelvraag (zie paragraaf 3.3) een korte samenvatting van de meningen van de belanghebbenden gegeven, waarin een onderverdeling is gemaakt in de overeenkomsten en verschillen. Eventuele individuele aanvullingen van respondenten zijn in het kopje verschillen & aanvullingen verwerkt. 4.1.1 Aanvraag programmabudget Overeenkomsten De respondenten van het CIb hebben aangegeven dat de aanvraag van het programmabudget een bottom-up proces zou moeten zijn, omdat juist suggesties van inhoudsdeskundige personen uit het veld wenselijk zijn om met het programmabudget te financieren. Deze mening was ook alle leden van het ROI-O toegedaan. Zij gaven aan om de suggesties voor het programmabudget vanuit het ROI-I te laten komen. Hier is veel inhoudsdeskundigheid aanwezig en op deze manier wordt tevens gebruik gemaakt van de bestaande structuur van de GGD plus, waardoor de samenwerking tussen de GGD en versterkt wordt. Het initiatief zou echter bij het ROI-O moeten blijven, omdat de eindverantwoordelijkheid voor het programmabudget bij hen ligt. Verschillen & aanvullingen De meningen van de verschillende respondenten spraken elkaar niet tegen. Door enkele respondenten is genoemd dat de suggesties vanuit alle niveaus binnen de GGD en kunnen komen. Dit zou echter wel gestructureerd moeten gebeuren. Een andere genoemde methode is een inventarisatie per GGD door de teamleiders infectieziektebestrijding, waarna alle suggesties samengebracht worden in het ROI-O. 4.1.2 Format projectvoorstel Overeenkomsten Alle respondenten zijn de mening toegedaan dat er een uniform format gebruikt moet worden voor de aanvraag van het programmabudget. Voor de projectvoorstellen voor het programmabudget 2006 is door de regionaal consulent een standaard format van het RIVM aangeleverd (zie bijlage 2). Op dit moment wordt dit format door alle GGD en gebruikt, omdat de aanvragen voor het programmabudget 2006 op deze wijze aangeleverd moeten worden bij het RIVM. Het format is niet door het RIVM aangepast aan de GGD en, maar dit zou op termijn wel kunnen gebeuren. Verschillen & aanvullingen Alle GGD en hebben een eigen format voor projectvoorstellen, maar er is geen uniform format dat door alle GGD en gebruikt wordt. Volgens een aantal respondenten is het een mogelijkheid om een nieuw format te ontwikkelen voor het programmabudget. Voor dit nieuwe format zijn gedurende de interviews een aantal inhoudelijke suggesties gegeven, namelijk een inhoudelijke onderbouwing en een methode voor kwaliteitsborging. Daarnaast is ter sprake gekomen dat twee formats gebruikt zouden kunnen worden, namelijk een uitgebreid format voor projecten die zeker bij het RIVM ingebracht worden en een simpeler format om een idee uit te werken. Op deze manier wordt de drempel om een idee ter Beleidscyclus verdeling programmabudget 11

goedkeuring binnen de GGD en voor te leggen verlaagd en wordt de totale tijd die aan de verdeling van het programmabudget besteed wordt verkleind. Indien deze suggestie uitgevoerd zou worden, moet echter wel gewaakt worden voor teveel bureaucratie. 4.1.3 Beoordeling projectvoorstellen Overeenkomsten Alle respondenten zijn de mening toegedaan dat de beoordeling van voorstellen voor het programmabudget binnen het ROI-O moet gebeuren. Verschillen & aanvullingen Vanuit het CIb is aangegeven dat er voldoende inhoudsdeskundigheid in het ROI-O aanwezig moet zijn voor de beoordeling van suggesties voor het programmabudget. Om dit probleem te ondervangen is vanuit het ROI-O de suggestie gekomen dat in het ROI-I reeds een prioriteitstelling op inhoud uitgevoerd kan worden die vervolgens meegenomen wordt in de beoordeling door het ROI-O. Daarnaast is door respondenten bij het CIb aangegeven dat het betrekken van een extern persoon bij de beoordeling wenselijk is, om te voorkomen dat politiek strategische overwegingen een grote rol gaan spelen. De meningen van de respondenten bij de GGD en hierover zijn echter verdeeld. Genoemde argumenten tegen het betrekken van een extern persoon zijn dat de GGD en voldoende deskundig personeel in huis hebben, het CIb reeds een externe beoordelaar is, het teveel geld voor een beperkt budget kost en dat een extern persoon de samenwerking tussen de GGD en kan belemmeren. 4.1.4 Criteria beoordeling Inhoudelijke criteria Organisatorische criteria Samenhangend met problematiek in regio Haalbaarheid Effect op lange termijn SMART geformuleerd Effect op grote populatie Voldoende capaciteit Innovatie Buiten reguliere activiteiten Passend in filosofie GGD en Kosten / batenverhouding Moet in de wereld staan Draagvlak in de regio Versterking infectieziektebestrijding Nationaal gebruik mogelijk Must-haves eerst Passend in regionaal beleid Uitlegbaar aan bevolking Uitlegbaar aan gemeenten Ontbreken van gegevens Bestuurlijke argumenten Relevantie Product / resultaatgericht Praktijkgericht Geen mogelijkheid tot andere financiering Geen basale besteding gelden Uitlegbaar aan bevolking Gelijkwaardige verdeling mensen en middelen Figuur 4.1: Overzicht inhoudelijke en organisatorische criteria Overeenkomsten Voor de beoordeling van het programmabudget 2006 zijn bij het overleg tussen de regionaal consulent-artsen infectieziekten bij het CIb de volgende criteria gebruikt: - praktijkgericht - geen mogelijkheid tot andere financiering - versterking infectieziektebestrijding - nationaal gebruik mogelijk Beleidscyclus verdeling programmabudget 12

- korte doorlooptijd Het laatste criteria is uitsluitend vanwege de tijdsdruk voor het programmabudget 2006 gebruikt en zal in de aankomende jaren waarschijnlijk niet gebruikt worden bij de beoordeling van het programmabudget bij het CIb. Verschillen & aanvullingen Omdat er vrijwel geen overeenkomsten tussen de genoemde criteria waren, zijn alle genoemde criteria samengevat in figuur 4.1 en is besloten deze lijst voor te leggen aan de leden van het ROI-O tijdens het overleg op 28 november 2006. 4.1.4a Mogen politiek strategische overwegingen een rol spelen bij de verdeling van het programmabudget? Overeenkomsten Naast de vraag over criteria die een rol spelen is aan alle respondenten gevraagd in hoeverre politiek strategische overwegingen een rol zouden mogen spelen bij de beoordeling en verdeling van het programmabudget. Alle leden van het ROI-O zijn de mening toegedaan dat politiek strategische overwegingen zeker niet genegeerd kunnen worden. Verschillen & aanvullingen Volgens het CIb zouden politiek strategische overwegingen geen rol mogen spelen in de beoordeling en verdeling van het programmabudget. De regionaal consulent-arts infectieziekten of een extern persoon zou gedeeltelijk kunnen voorkomen dat dit gebeurt. Binnen het ROI-O zijn de meningen over de mate waarin politiek strategische overwegingen een rol zouden mogen spelen verdeeld. Een aantal genoemde overwegingen zijn hieronder beschreven: - er moet wel een zekere roulatie in zitten - hier moet je een sleutel in vinden - dit mag niet los staan van goede suggesties - ze mogen geen rol spelen - het uitgangspunt moet gelijkwaardigheid tussen de GGD en zijn 4.1.4b Welk soort projecten moeten gefinancierd worden met het programmabudget? Overeenkomsten Alle respondenten zijn de mening toegedaan dat met het programmabudget praktijkgericht onderzoek gefinancierd kan worden, mits de wetenschappelijke kant van het onderzoek niet te groot is. Voor wetenschappelijke projecten kan aangesloten worden bij de academische werkplaatsen bij de universiteit van Tilburg en de Radboud Universiteit of er kan subsidie aangevraagd worden bij grote subsidieverstrekkers zoals ZonMw. Verschillen & aanvullingen Over het financieren van procesafspraken is niet iedereen dezelfde mening toegedaan. Het is mogelijk dat procesafspraken ontwikkeld worden uit praktijkgericht onderzoek, zodat ze indirect wel gefinancierd worden, maar het direct financieren van procesafspraken is niet voor alle respondenten een goede optie. Een derde mogelijkheid is het financieren van oefeningen. Hier zijn echter al andere subsidies beschikbaar voor gesteld. Andere genoemde projecten die gefinancierd kunnen worden met het programmabudget zijn afspraken over communicatie, innovatie van de werkwijze van GGD en, het opzetten van preventieprogramma s, het uniform verzamelen van data en materiële zaken zoals folders en reclame. Beleidscyclus verdeling programmabudget 13

4.1.5 Verantwoordelijkheid kwaliteitscontrole Overeenkomsten Alle respondenten zijn het erover eens dat de eindverantwoordelijkheid voor de kwaliteitscontrole bij het ROI-O ligt. De projectleider blijft echter verantwoordelijk voor zijn eigen project en zal dus verantwoording moeten afleggen aan het ROI-O. Het ROI-O moet jaarlijks een verantwoording van gekregen gelden afleggen bij het RIVM. Door de respondenten bij het CIb is aangegeven dat er over enkele jaren hoogstwaarschijnlijk een evaluatie van het totale programmabudget zal plaatsvinden vanuit het RIVM. Verschillen & aanvullingen Het ROI-O komt 4 maal per jaar bijeen en dit is mogelijk te weinig om een goede kwaliteitscontrole te onderhouden. Aan de respondenten van het ROI-O is gevraagd of het voor hen een optie was om jaarlijks een extra overleg van het ROI-O in te plannen. Hier waren de meningen over verdeeld. Een andere genoemde optie voor de kwaliteitscontrole is dat de regionaal consulent-arts een grotere rol gaat spelen, omdat hij in verhouding met de leden van het ROI-O het meest op regionaal niveau werkt. 4.1.6 Uitvoering kwaliteitscontrole Overeenkomsten Alle respondenten is de mening toegedaan dat een beschrijving van de kwaliteitscontrole per project reeds in de projectbeschrijving zou moeten staan. Verschillen & aanvullingen Voor de uitvoering van de kwaliteitscontrole zijn verschillende mogelijkheden genoemd. De regionaal consulent-arts infectieziekten kan als coördinator van de projectleiders optreden, waarbij aan hem verantwoording over de projecten wordt afgelegd. De regionaal consulent-arts infectieziekten kan dit vervolgens inbrengen in het ROI-O. De projectleiders kunnen ook direct aan het ROI-O rapporteren, maar dit zal slechts vier maal per jaar mogelijk zijn. De rapportage kan zowel schriftelijk als persoonlijk plaatsvinden. Een evaluatie over het programmabudget als geheel kan over enkele jaren uitgevoerd worden, mogelijk door een stagiaire of een beleidsmedewerker van één van de GGD en in de regio ZeeBra. Een ander punt dat door een van de respondenten genoemd is, is dat er wel toetsbare criteria geformuleerd moeten worden om een project goed te kunnen evalueren. 4.1.7 Implementatieplan Overeenkomsten Alle respondenten waren de mening toegedaan dat het implementatieplan helder moet zijn, zodat de beleidscyclus makkelijker uitgevoerd kan worden. Verschillen & aanvullingen De respondenten hebben uiteenlopende meningen over de persoon of organisatie die verantwoordelijk zou moeten zijn voor de implementatie van deze beleidscyclus. De volgende mogelijkheden zijn genoemd: - regionaal consulent-arts infectieziekten - ROI-O - voorzitter van het ROI-O Voor de tijdsfasering moet er rekening mee gehouden worden dat het ROI-O op dit moment vier maal per jaar bijeenkomt, hoewel dit mogelijk in de toekomst kan Beleidscyclus verdeling programmabudget 14

veranderen. De tijdsfasering is afhankelijk van de besluiten over de overige deelvragen en kan dus pas beschreven worden na de bijeenkomst van het ROI-O op 28 november 2006, waar de deelvragen besproken zullen worden. 4.1.8 Rol regionaal consulent-arts infectieziekten Overeenkomsten De regionaal consulent-arts infectieziekten is een spreekbuis tussen de GGD en en het CIb, waarbij hij altijd het belang van de GGD en in het oog houdt. Daarnaast is hij aanwezig bij het ROI-O en zal een rol hebben bij de beoordeling van de projectvoorstellen van het programmabudget. Verschillen & aanvullingen Naast bovengenoemde taken zijn een aantal taken voor de regionaal consulentarts infectieziekten genoemd waar niet alle respondenten dezelfde mening over toegedaan is, namelijk: - Coördinator kwaliteitscontrole bij de lopende projecten - Verantwoordelijkheid voor implementatie beleidsnotitie - Initiatie en motivatie ROI-I met betrekking tot het programmabudget - Ondersteuning inhoudelijke discussie over gemeenschappelijke thema s - Regionale problematiek meenemen naar het CIb - Projectleider van (grote) projecten gefinancierd met het programmabudget 4.2 Bijeenkomst ROI-O 4.2.1 Punten ter besluitvorming Suggesties voor het programmabudget moeten vanuit het ROI-I komen Over dit punt is overeenstemming bereikt op voorwaarde dat ook de werkgroep preventie op een structurele manier suggesties voor het programmabudget in het ROI-I in kan brengen. Wanneer alle aanvragen in het ROI-I samenkomen is dit bevorderlijk voor de stroomlijning en organisatie van de verdeling van het programmabudget. Het RIVM format wordt om praktische reden als eindformat gebruikt, maar er moet ook een simpeler voorloper-format ontwikkeld worden voor suggesties voor het programmabudget Ook over dit punt is overeenstemming bereikt. Het RIVM format zal waarschijnlijk in de loop der tijd aangepast worden aan de GGD en en de regionaal consulentarts infectieziekten zal het nieuwe format vervolgens aanleveren aan het ROI-I en ROI-O. In het voorloper-format moeten ook kosten en formatie beschreven worden, zodat op basis van dit format een beoordeling op organisatorische gronden plaats kan vinden. Afgesproken is dat een voorloper-format opgenomen zal worden in deze beleidsnotitie. De aanvragen worden beoordeeld door het ROI-O, nadat het ROI-I een prioriteitstelling op de aanvragen heeft uitgevoerd Er is overeenstemming bereikt over deze stelling, op voorwaarde dat alle aanvragen uiteindelijk in het ROI-O terechtkomen. Het ROI-I voert dus een prioriteitstelling uit zonder daadwerkelijk projecten af te keuren. De projectleiders zijn verantwoordelijk voor de kwaliteitscontrole en leggen verantwoording af aan het ROI-O Ook over dit laatste punt is overeenstemming bereikt. Afhankelijk van het aantal projecten kan het afleggen van verantwoording aan het ROI-O schriftelijk of Beleidscyclus verdeling programmabudget 15

mondeling gebeuren. In de periode tussen de bijeenkomsten van het ROI-O kan de regionaal consulent-arts infectieziekten een rol spelen bij de kwaliteitscontrole. 4.2.2 Criteria beoordeling Door middel van het stickeren heeft elk criteria een waardering gekregen van de leden van het ROI-O (zie figuur 4.2). Hierbij is wel opgemerkt dat een aantal criteria ingevoegd konden worden in andere criteria. SMART geformuleerd omvat bijvoorbeeld haalbaarheid en versterking infectieziektebestrijding is een zeer breed criterium. Inhoudelijke criteria Organisatorische criteria Samenhangend met problematiek in regio 5 Haalbaarheid 4 Effect op lange termijn 0 SMART geformuleerd 4 Effect op grote populatie 3 Voldoende capaciteit 0 Innovatie 7 Buiten reguliere activiteiten 0 Passend in filosofie GGD en 0 Kosten / batenverhouding 0 Moet in de wereld staan 2 Draagvlak in de regio 1 Versterking infectieziektebestrijding 15 Nationaal gebruik mogelijk 0 Must-haves eerst 0 Passend in regionaal beleid 0 Uitlegbaar aan bevolking 0 Uitlegbaar aan gemeenten 4 Ontbreken van gegevens 0 Bestuurlijke argumenten 0 Relevantie 3 Product / resultaatgericht 3 Praktijkgericht 9 Geen mogelijkheid tot andere 0 financiering Geen basale besteding gelden 0 Uitlegbaar aan bevolking 0 Gelijkwaardige verdeling mensen en middelen 0 Figuur 4.2: Waardering genoemde criteria 4.2.3 Implementatieplan Met behulp van een flap-over met verplaatsbare notitieblaadjes is er tijdens het laatste deel van de bijeenkomst van het ROI-O overeenstemming bereikt over het onderstaande implementatieplan (figuur 4.3). In dit implementatieplan is gebruik gemaakt van de bestaande structuur, die jaarlijks bestaat uit vier bijeenkomsten van het ROI-O en vier bijeenkomsten van het ROI-I, waarbij de bijeenkomsten van het ROI-I altijd vóór de bijeenkomsten van het ROI-O gepland zijn. Het implementatieplan kan van start gaan voor het programmabudget 2008, waarvan de cyclus begint op 1 januari 2007. Voor het programmabudget 2007 kan mogelijk wel gebruik gemaakt worden van de verschillende stappen, maar volgens een aangepaste tijdlijn. Beleidscyclus verdeling programmabudget 16

ROI-O ROI-I Opstarten goedgekeurde projecten Evaluatie lopende projecten Opstarten suggesties inventarisatie ROI-I dec jan ROI-O nov feb Evaluatie lopende projecten Goedkeuring RIVM okt sep mrt apr Extra ROI-I Inventarisatie suggesties Prioriteren op inhoud ROI-O ROI-I Beoordeling projectplannen Evaluatie lopende projecten ROI-I aug jul Figuur 4.3: Implementatieplan jun Suggesties omzetten in projectvoorstellen Vanuit het CIb is aangegeven dat de deadline voor de aanvragen voor het programmabudget jaarlijks op 1 januari zal liggen. Tijdens de bijeenkomst van het ROI-O zijn de leden overeengekomen dat de beoordeling van de voorstellen eerder zou moeten gebeuren, omdat door de tijd die het kost om een project voor te bereiden een project pas in het tweede kwartaal van het lopende jaar opgestart kan worden. Afgesproken is dat de regionaal consulent-arts infectieziekten deze argumenten mee zal nemen naar het RIVM en zich daar hard zal maken voor een vervroegde deadline rond 1 oktober. Daarnaast hebben de leden van het ROI-O overeenstemming bereikt over een extra bijeenkomst van het ROI-I, waar ook de voorzitter van de werkgroep preventie bij aanwezig zal zijn. Deze kan gepland worden rond maart/april en moet voornamelijk gericht zijn op een inventarisatie van suggesties voor het programmabudget en een prioriteitstelling op deze suggesties. Deze prioriteitstelling kan dan door de voorzitter van het ROI-I meegenomen worden naar het volgende ROI-O, waar de uiteindelijke beoordeling van de voorstellen uitgevoerd kan worden. Goedgekeurde voorstellen kunnen in de periode tussen deze en de volgende bijeenkomst van het ROI-O omgezet worden in het RIVM format, waarna een laatste korte beoordeling van het project plaats kan vinden in het volgende ROI-O. Een evaluatie van de lopende projecten zou in ieder ROI-O plaats moeten vinden. Afhankelijk van het aantal projecten kunnen de projectleiders mondeling of schriftelijk verantwoording afleggen aan het ROI-O. Uit de resultaten zoals hier beschreven worden in hoofdstuk 5 aanbevelingen gedaan met betrekking tot de verdeling van het programmabudget behorende bij de regionalisering van de infectieziektebestrijding. Er is gekozen voor de vorm van een werkinstructie (zie bijlage 3), waarin alle cyclische stappen uit het implementatieplan (figuur 4.3) verwerkt zijn. mei ROI-O Beoordeling voorstellen Evaluatie lopende projecten Beleidscyclus verdeling programmabudget 17

5. Aanbevelingen Het is wenselijk om alle suggesties voor het programmabudget via het ROI-I te laten verlopen. Hiermee wordt gebruik gemaakt van de bestaande structuur en zal het proces meer gestroomlijnd verlopen. Daarnaast is het programmabudget bedoeld voor een inhoudelijk programma en is de meeste inhoudelijke deskundigheid aanwezig in het ROI-I. De werkgroep preventie van de GGD plus is ook een mogelijke bron van suggesties voor het programmabudget. Het is wenselijk dat deze suggesties ook structureel in het ROI-I ingebracht worden. De voorzitter van de werkgroep preventie zal hiertoe aanwezig zijn bij het ROI-I waarin de suggesties geïnventariseerd en besproken worden. Er is een voorloper-format ontwikkeld om de suggesties in te verwerken, welke aan deze beleidsnotitie is toegevoegd als bijlage 4. In het voorloper-format dienen kort de aanleiding en achtergrond alsmede de doelstellingen van het project beschreven te worden. Vervolgens wordt gevraagd naar de fasering en activiteiten van het project en naar het gewenste eindresultaat. Belangrijk voor de organisatorische beoordeling van dit voorloper-format zijn de formatie en begroting, waarbij gebruik wordt gemaakt van de standaardsalarissen van het RIVM, zoals ook voor het programmabudget 2006 zijn gebruikt. Tenslotte is het wenselijk dat de criteria waaraan het project mogelijk voldoet aangekruist worden. Het is wenselijk om dit voorloper-format in het eerste ROI-I en de eerste werkgroep preventie van het jaar te verspreiden onder de leden van het ROI-I en de werkgroep preventie, waarbij zij in de periode tot het volgende ROI-I suggesties kunnen verzamelen. Tijdens dit ROI-I kunnen de suggesties inhoudelijk geprioriteerd worden, zonder dat suggesties daadwerkelijk afgekeurd worden. De waardering voor de inhoudelijke criteria zoals aangegeven in figuur 4.2 kan hierbij als hulpmiddel dienen. Vervolgens raad ik aan de beoordeling van de suggesties in het voorloper-format over te laten aan het ROI-O. Binnen deze structuur is draagvlak voor deze beleidscyclus en op deze manier vindt tevens inbedding van het programmabudget in de organisatie van de GGD plus plaats. Daarnaast is binnen het ROI-O veel organisatorische kennis op het gebied van de infectieziektebestrijding aanwezig. Met behulp van de organisatorische criteria zoals geformuleerd in paragraaf 4.1.4 en de inhoudelijke prioriteitstelling van het ROI-I voeren zij een beoordeling van de suggesties uit. Hierbij is het de bedoeling dat er meer projecten overblijven dan dat er gefinancierd kunnen worden, omdat het CIb ook projecten af kan keuren. Het voorloper-format zal na goedkeuring door het ROI-O door de beoogde projectleider omgezet worden in het RIVM-format (zie bijlage 2), dat waarschijnlijk in de loop van de tijd nog aangepast wordt aan de GGD en. Het implementatieplan zoals beschreven in hoofdstuk 4.2.3 is het meest wenselijk om door te voeren. Dit betekent dat er een extra ROI-I overleg gepland zal moeten worden rond maart of april, waar ook de voorzitter van de werkgroep preventie bij aanwezig zal zijn. De verantwoordelijkheid voor deze planning kan het beste liggen bij de voorzitter van het ROI-I, die tevens lid is van het ROI-O en dus opdrachtgever van deze beleidsnotitie is. Beleidscyclus verdeling programmabudget 18

Om dit implementatieplan door te kunnen voeren, zal er ook een verandering bij het CIb bewerkstelligd moeten worden. De regionaal consulent-arts infectieziekten is de aangewezen persoon om dit te realiseren, omdat hij wekelijks bij het CIb werkzaam is. Hij zal zich bij het CIb hard moeten maken voor een vervroegde deadline en beoordeling van de projectvoorstellen van het programmabudget. Daarnaast kan de voorzitter van het ROI-O dit bij GGD Nederland aankaarten, omdat hier ook veel mensen van het CIb actief zijn. Het argument dat hiervoor gebruikt moet worden is het tijdsaspect. Voor de projecten van het programmabudget moet personeel geworven worden en moeten soms dingen structureel geregeld worden, wat veel tijd kan kosten. Wanneer de goedkeuring pas na 1 januari plaatsvindt, kunnen projecten pas ver in het lopende jaar daadwerkelijk opgestart worden. Het is wenselijk dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteitscontrole van projecten gefinancierd door het programmabudget bij het ROI-O ligt. Ik raad aan dat de projectleiders tijdens iedere bijeenkomst van het ROI-O verantwoording afleggen. Wanneer het een groot project betreft kan dit persoonlijk, voor kleinere projecten is een schriftelijke verantwoording meer op zijn plaats. De aanbevelingen in dit hoofdstuk zijn verwerkt in een werkinstructie (bijlage 3) om de uitvoering van de aanbevelingen te vergemakkelijken. In de werkinstructie wordt verwezen naar de verschillende formulieren die gebruikt worden in de beleidscyclus. Deze beleidsnotitie zal ter kennisname naar de leden van het ROI- O en het ROI-I en naar het CIb gestuurd worden. Beleidscyclus verdeling programmabudget 19

Referenties 1. Strategie infectieziektebestrijding, brief van minister Hoogervorst aan de voorzitter van de Tweede Kamer, 19 maart 2004. Kenmerk POG/ZP- 2.466.522 2. Versterken infectieziektebestrijding, brief van minister Hoogervorst aan de voorzitter van de Tweede Kamer, 13 oktober 2004. Kenmerk PG/ZP 2.507.890 3. Projectplan: versterken van de driehoek Centrum Infectieziektebestrijding GGD Nederland samenwerkingsverbanden GGD en, november 2005 4. Voorstellen voor een structurele versterking van de infrastructuur voor de algemene infectieziektebestrijding en medische microbiologie ten behoeve van de openbare gezondheidszorg. RIVM/CIb bureau beleid en beheer, 6 maart 2006 5. Voorstudie maatschappelijke stage,, intern rapport GGD Hart voor Brabant, oktober 2006 Beleidscyclus verdeling programmabudget 20

Bijlage 1: Plan van aanpak Datum Activiteit Met wie Resultaat 25/10 Afspraken maken voor interviews en - Agenda 31/10 bijeenkomsten 26/10 Oefenen / brainstormen interactief werken Judith Piek Draaiboek interactieve bijeenkomst 07/11 Brainstorm opbouw werkinstructie Brigitte van der Broek Eerste opzet werkinstructie 31/10 Interview / gesprek Jim van Steenbergen Criteria CIb (hoofd LCI) 14/11 Interview / gesprek Hans van den Kerkhof (coördinator regionaal consulent-artsen IZB) 09/11 Interview / gesprek Jan Wassenaar (directeur-portefeuillehouder IZB GGD plus ) 09/11 Symposium - - 07/11 Interview / gesprek Ronald ter Schegget (regionaal arts IZB ZeeBra) 10/11 Interview / gesprek Jos van de Sande (OM IZB ZeeBRa) 02/11 Interview / gesprek Clementine Wijkmans (GGD HvB) 09/11 Interview / gesprek Esther Lodder (GGD WB) 10/11 Interview / gesprek Ruud van Vlerken (GGD ZOB) 08/11 Interview / gesprek Rick Daemen (GGD Eindhoven) 02/11 Interview / gesprek Evert van Dijk (GGD Zeeland) Suggesties voor beleidscyclus, criteria CIb Suggesties voor beleidscyclus Draagvlak, suggesties voor beleidscyclus Draagvlak, overzicht knelpunten, suggesties voor beleidscyclus 28/11 Interactieve bijeenkomst ROI-O Consensus eindresultaat Overige dagen Beleidscyclus schrijven - Beleidscyclus Beleidscyclus verdeling programmabudget 21

Bijlage 2: Format RIVM TITEL PROJECTPLAN, PROJECTNUMMER, Auteur Versie (datum) Versiebeheer Versie Datum Status Verzendlijst Projectdefinitie en aanpak Projectstructuur Vermeld hier betrokken afdelingen/instituten en namen van onderzoeksmedewerkers. Vermeld tevens de overlegstructuur (doel en frequentie overleg). Relaties met andere projecten en externe partners Vermeld relaties met ander onderzoek binnen RIVM of daarbuiten, vermeld externe onderzoekspartners Ondersteuning Denk bv. aan ondersteuning voor diagnostiek, epidemiologie en statistisch advies e.d. Projectbeschrijving 2.4.1 Doelstelling(en) van het onderzoek 2.4.2 Achtergrond en relevantie voor de volksgezondheid Beleidscyclus verdeling programmabudget 22

2.4.3 Onderzoeksplan (methode, werkwijze en analyseplan) Voorbereiding Onderzoekspopulatie(s) Denk o.a. aan Case-definities Pathogenen en diagnostiek Poweranalyse Bereken de benodigde omvang van de onderzoekspopulatie Vragenlijsten Analyseplan 2.4.4 Tijdspad voor de gehele periode 2.4.5 Gedetailleerd werkplan en start- en opleverdata producten 2.4.6 Referenties Nazorg van het project Product- en Projectplanning (financieel) Investering Jaar Bedrag [ ] Risico s Noem de meest relevante risico s voor het welslagen van het project Ondertekening Projectleider Datum Hoofd verantwoordelijke eenheid Datum Beleidscyclus verdeling programmabudget 23

Bijlage 3: Werkinstructie Versiedatum: 19 december 2006 Toepassing/regio: GGD plus Doel/resultaat: Verdeling van het programmabudget AAA.00.P001 Bijeenkomst Procedurestappen & Documentatie Verantwoordelijke 1 e ROI-I Uitleg voorloper-format aan leden ROI-I, opstarten inventarisatie van suggesties 1 e WP Uitleg voorloper-format aan leden werkgroep preventie, opstarten inventarisatie van suggesties 1 e WP/ROI-I tot Verzamelen suggesties en verwerking in voorloper-format extra ROI-I Voorzitter ROI-I Voorzitter WP Leden ROI-I en WP Extra ROI-I Inventarisatie en prioriteitstelling op inhoud van alle Voorzitter ROI-I suggesties, zonder suggesties af te keuren 2 e ROI-O Beoordeling van alle suggesties in het ROI-O Voorzitter ROI-O 2 e ROI-O tot 3 e ROI-O Omzetten voorloper-format gekozen suggesties in RIVMformat (Beoogd) projectleider 3 e ROI-O Verzamelen projectvoorstellen in RIVM-format en inleveren Voorzitter ROI-O bij het RIVM 4 e ROI-O Opstarten goedgekeurde projecten Voorzitter ROI-O Alle ROI-O Evaluatie lopende projecten Voorzitter ROI-O Toelichting De werkinstructie zal jaarlijks ingaan op 1 januari. Geplande bijeenkomsten: 1 e ROI-I en ROI-O: februari 2 e ROI-I en ROI-O: mei 3 e ROI-I en ROI-O: augustus 4 e ROI-I en ROI-O: november Extra ROI-I: maart/april (inclusief voorzitter WP) Informatie Proceseigenaar Inhoudelijk verantwoordelijke Voor wie bestemd Prestatie-indicator Materialen Afkortingen/definities WP = werkgroep preventie ROI-O = Regionaal Overleg Infectieziekten - Organisatorisch ROI-I = Regionaal Overleg Infectieziekten - Inhoudelijk RIVM = Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Beleidscyclus verdeling programmabudget 24

Bijlage 4: Voorloper-format Projectopzet Naam project (Beoogd) projectleider Probleem / vraagstuk / uitdaging Aanleiding en achtergrond Doelstellingen Fasering & activiteiten Indicatie tijdspad Eindresultaat Formatie Begroting Kwaliteitsborging Voldoet aan de volgende criteria (aankruisen indien van toepassing): Handtekening (beoogd) projectleider Datum handtekening Conclusie ROI-I Wat is de aanleiding van het idee? Welke relatie is er met andere projecten? Wat zijn de globale doelen van het voorgenomen project? Beschrijf de fasering en activiteiten per fase op hoofdlijn Geef een indicatie van het tijdspad per fase Welk eindresultaat wordt beoogd? (SMART geformuleerd) Schatting van het aantal uren Raming van de kosten, volgens standaardsalarissen RIVM Arts 85,= Verpleegkundige 59,= Beleidsmedewerker / epidemioloog 75,= Administratief medewerker 42,= Op welke manier wordt de kwaliteit van het project geborgd? Samenhangend met problematiek in regio Effect op grote populatie Effect op lange termijn Innovatie Passend in filosofie GGD en Staat in de wereld Uitlegbaar aan bevolking Praktijkgericht Relevant Ontbreken van gegevens Must-haves eerst Versterking infectieziektebestrijding Datum conclusie ROI-I Conclusie ROI-O Datum conclusie ROI-O Beleidscyclus verdeling programmabudget 25