Paragraaf 8.1 : Recursieve en directe formule

Vergelijkbare documenten
Paragraaf 2.1 Toenamediagram

8.0 Voorkennis ,93 NIEUW

Paragraaf 14.0 : Eenheidscirkel

2.0 Voorkennis. Rekenregels machten: 5) a 0 = 1. p p q p q a p q q. p q pq p p p. Willem-Jan van der Zanden

Hoofdstuk 7 - veranderingen. getal & ruimte HAVO wiskunde A deel 2

Paragraaf 2.1 : Snelheden (en helling)

9.1 Recursieve en directe formules [1]

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3

6.0 Differentiëren Met het differentiequotiënt bereken je de gemiddelde verandering per tijdseenheid.

Paragraaf 4.1 : Kwadratische formules

fx-9860gii Toenames, veranderingen, hellingen e.d.

14.0 Voorkennis. De hierboven getekende functie herhaalt zich om de 6 seconden. Dit noemen we dan ook een periodieke functie.

Paragraaf 2.1 : Snelheden (en helling)

Paragraaf 13.1 : Berekeningen met de afgeleide

de Wageningse Methode Beknopte gebruiksaanwijzing TI84 1

Hoofdstuk 1 : De Tabel

Begeleid Zelfstandig Leren (BZL)

Paragraaf 6.1 : Kwadratische formules

2.0 Voorkennis. Herhaling merkwaardige producten: (A + B) 2 = A 2 + 2AB + B 2 (A B) 2 = A 2 2AB + B 2 (A + B)(A B) = A 2 B 2

16.1 De Afgeleide Functie [1] Met het differentiequotiënt bereken je de gemiddelde verandering per tijdseenheid.

6.0 Voorkennis [1] Algemeen: u n = u n-1 + u n-2 met u 0 = 1 en u 1 = 1. Bereken de 12 de term van deze rij

Paragraaf 9.1 : Twee soorten groei

10.0 Voorkennis. Herhaling van rekenregels voor machten: a als a a 1 0[5] [6] Voorbeeld 1: Schrijf als macht van a:

5.7. Boekverslag door P woorden 11 januari keer beoordeeld. Wiskunde B

Stoomcursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven VWO ( ) = = ( ) ( ) ( ) = ( ) ( ) = ( ) = = ( )

(g 0 en n een heel getal) Voor het rekenen met machten geldt ook - (p q) a = p a q a

Paragraaf 12.1 : Exponentiële groei

METACOGNITIEVE VRAGEN-kaart V4WA MW 10 H3: Telproblemen

Paragraaf 1.1 : Lineaire verbanden

13.0 Voorkennis. Links is de grafiek van de functie f(x) = 5x 4 + 2x 3 6x 2 5 getekend op het interval [-2, 2]; Deze grafiek heeft drie toppen.

Examencursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven VWO kan niet korter

Samenvatting Wiskunde Samenvatting en stappenplan van hfst. 7 en 8

Samenvatting Wiskunde B Leerboek 1 examenstof

Overzicht Discrete modellen 1/5

2.1 Lineaire formules [1]

Voorkennis : Breuken en letters

Functiewaarden en toppen

3.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x.

Hoofdstuk 2: Grafieken en formules

4. Exponentiële vergelijkingen

Grafieken, functies en verzamelingen. Eerst enkele begrippen. Grafiek. Assenstelsel. Oorsprong. Coördinaten. Stapgrootte.

Antwoorden Differentievergelijkingen 1

3.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x.

Differentievergelijkingen. Willem van Briemen

Paragraaf 13.0 : Limieten en absolute waarde

Formules en grafieken Hst. 15

Samenvatting Wiskunde Hoofdstuk 1 & 2 wisb

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x.

Voorkennis : Breuken en letters

Paragraaf 5.1 : Wortelvormen en Breuken

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x.

2.1 Lineaire functies [1]

. noemer noemer Voorbeelden: 1 Breuken vereenvoudigen Schrijf de volgende breuken als één breuk en zo eenvoudig mogelijk: 4 1 x e.

6.0 Voorkennis AD BC. Kruislings vermenigvuldigen: Voorbeeld: 50 10x ( x 1) Willem-Jan van der Zanden

Paragraaf 11.1 : Grafieken en Gebieden

Paragraaf 7.1 : Lijnen en Hoeken

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

1d) P U P u P U U 24000

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

Paragraaf 11.0 : Voorkennis

1.1 Rekenen met letters [1]

Paragraaf 5.1 : Machten en wortels

Dynamische modellen 1

1.1 Lineaire vergelijkingen [1]

Paragraaf 8.1 : Lijnen en Hoeken

Leerjaar 1 Periode 2. Grafieken en formules

Definitie 1.1. Een partitie van een natuurlijk getal n is een niet stijgende rij positieve natuurlijke getallen met som n

Hoofdstuk 1 boek 1 Formules en grafieken havo b klas 4

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen ( 15 x 3 = 45

Paragraaf 8.1 : Eenheidscirkel

Rijen met de Casio. Tijdgrafieken en webgrafieken Stelsels rijen en fasegrafieken

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

Deze stelling zegt dat je iedere rechthoekige driehoek kunt maken door drie vierkanten met de hoeken tegen elkaar aan te leggen.

Exponentiële vergelijkingen en groei

Hoofdstuk 5 - Recursie

Economie en Maatschappij(A/B)

Wisnet-HBO. update maart. 2010

Ruitjes vertellen de waarheid

Werken met Pienter. Ook interessante weetjes ontbreken niet: je vindt ze in de lichtblauwe kaders met het vraagtekenicoon.

Formules grafieken en tabellen

11.0 Voorkennis. Optellen alleen bij gelijknamige termen: 3a 3 + 4a 3 = 7a 3. Bij macht van een macht exponenten vermenigvuldigen: (a 5 ) 4 = a 20

Paragraaf 12.1 : Gonio vergelijkingen en herleidingen

Samenvatting Wiskunde B

1.1 Tweedegraadsvergelijkingen [1]

5.1 Lineaire formules [1]

Bij alle verbanden geldt dat je, als je een negatief getal in een formule invult, je altijd haakjes om dat getal moet zetten.

Paragraaf 7.1 : Eenheidscirkel en radiaal

HAVO 4 wiskunde A. Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen. checklist SE1 wiskunde A.pdf

Checklist Wiskunde B HAVO HML

opdracht 1 opdracht 2. opdracht 3 1 Parabolen herkennen Algebra Anders Parabolen uitwerkingen 1 Versie DD 2014 x y toename

Paragraaf 9.1 : Logaritmen

Rekenkundige rijen. WISNET-HBO update aug. 2013

Paragraaf 10.1 : Snelheden en raaklijnen

Lineaire verbanden. 4 HAVO wiskunde A getal en ruimte deel 1

Wiskunde - MBO Niveau 4. Eerste- en tweedegraads verbanden

Paragraaf 1.1 : Lineaire functies en Modulus

Les 1 Kwadraat afsplitsen en Verzamelingen

exponentiële standaardfunctie

Excel. Inleiding. Het meest gebruikte spreadsheet programma is Excel.

RESERVE VRAGEN WISKUNDE 5 PERIODEN DEEL B

Transcriptie:

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 1 van 11 Paragraaf 8.1 : Recursieve en directe formule Les 1 Rijen en recursievergelijking Definities : Wat is een rij Gegeven is de rij u = { 5,10,20,40 }.Voor deze rij geldt : Deze rij bestaat 4 termen (=getallen) u0 = 5, u1 = 10, u2 = 20 en u3 = 40 (dit is de vierde term!!) Let op : 1 e term = u0 2 e term = u1 etc. Je kunt deze rij eenvoudig op de GR berekenen door in te tikken (1) 5 enter (2) Ans 2 en dan zo vaak als nodig op enter drukken Definities : Recursievergelijking Recursievergelijking = { Een formule om de rij te beschrijven } Een formule van deze rij is : Volgende = 2 Vorige en startwaarde = 5 De recursievergelijking is dan un = 2 un-1 en u0 = 5 Gegeven is een rij met startwaarde 7 en iedere keer keer 2 en dan min 4 te doen. a. Bereken de vierde term b. Stel een recursievergelijking op. c. Bereken u(3) a. 7 enter Ans 2-4 u(3) = 28 b. un = 2 un-1 4 en u0 = 7 c. nn = 1 uu 1 = 2 uu 0 4 = 2 7 4 = 10 nn = 2 uu 2 = 2 uu 1 4 = 2 10 4 = 16 nn = 3 uu 3 = 2 uu 2 4 = 2 16 4 = 28

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 2 van 11 Les 2 Een directe formule en de GR Definities : Directe formule Directe formule = { een formule waarmee je meteen u(30) kunt berekenen } In de directe formule staat ALLEEN de letter n { dus geen u(n-1) } Voorbeeld van een directe formule is u(n) = 5 2 n-1. Deze bevat geen u(n-1) vandaar een directe formule. Je kunt nu direct bijv. u(11) uitrekenen : u(11) = 5 2 11-1 = 5120 Van een rij is de formule un = n 2 3n. a. Is dit een recursievergelijking of een directe formule? Waarom? b. Bereken u(6). Van een andere rij is de formule un = n 2 + un-1 en u0 = 8 c. Bereken u(20). d. Bereken vanaf welke term de formule groter is dan 10000. a. Deze bevat geen u(n-1) vandaar een directe formule. b. u6 = 6 2 3 6 = 18 c. Dit moet je op de GR doen : (1) Mode : FFFFFFFF SSSSSS (2) Y = : nmin = 0 : u(n) = n 2 + u(n-1) { de u boven de 7 ; de n is de x-knop } : u(nmin) = 8 (3) Tblset : TblStart = 20 en ΔTbl = 1 { Table begint bij 20 en stappen van 1 } (4) Table : u(20) = 2878 d. Gebruik weer de Table. Je ziet dan n un 30 9463 31 10424 Dus bij n = 31 dus de 32 e term.

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 3 van 11 Paragraaf 8.2 : Rekenkundige en meetkundige rij Les 1 : Rekenkundige rij Definitie Er zijn twee soorten rijen die vaak terugkomen 1. Rekenkundige rij = { Iedere keer een getal erbij tellen } 2. Meetkundige rij = { Iedere keer met een getal vermenigvuldigen } Rekenkundige Voor de rekenkundige rij gelden een aantal formules (1) De recursievergelijking : u(n) = u(n-1) + v, waarbij v een getal is. (2) De directe formule : u(n) = u0 + n v. Gegeven is de rij u = { 9,13,17,.} a. Stel een recursievergelijking op en bereken u4. b. Stel de directe formule op en bereken u58. a. u(n) = u(n-1) + 4 en u(0) = 9 De GR (1) nmin = 0 u(n) = u(n-1) + 4 u(nmin) = 9 (2) Table : u(14) = 61 b. u(n) = 9 + n 4 = 4n + 9 u(58) = 4 58 + 9 = 241 Opmerking Als de rij niet begint met u0, maar met bijv u3, dan wordt de directe formule : u(n) = u0 + v (n-3).

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 4 van 11 Les 2 : Meetkundige rij Definitie Meetkundige rij = { Iedere keer met een getal vermenigvuldigen } Voor de meetkundige rij gelden een aantal formules (1) De recursievergelijking : u(n) = r u(n-1), waarbij r een getal is. (2) De directe formule : u(n) = u0 r n. Gegeven is de rij u = { 3,6,12,.} a. Stel een recursievergelijking op en bereken u4. b. Stel de directe formule op en bereken u10. a. u(n) = 2 u(n-1) en u(0) = 3 De GR (1) nmin = 0 u(n) = 2 u(n-1) u(nmin) = 3 (2) Table : u(4) = 48 b. u(n) = u0 r n = 3 2 n u(10) = 3 2 10 = 3072 Opmerking Als de rij niet begint met u0, maar met bijv u3, dan wordt de directe formule : u(n) = u0 r n-3

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 5 van 11 Les 3 : Formule opstellen met twee termen Gegeven zijn de termen u3 = 256 en u7 = 625. Bepaal de recursievergelijking als : a. Dit een rekenkundige rij is. b. Dit een meetkundige rij is. a. (1) In vier stappen van 256 naar 625, dus : 4vv = 625 256 = 369 vv = 369 4 = 92,25 (2) Startwaarde (u0) is 3 stappen terug van u3, dus uu 0 = 256 3 92,25 = 20,75 (3) Recursievergelijking un = un-1 + 92,25 en uu 0 = 20,75 b. (1) In vier stappen van 256 naar 625, dus : 256vv 4 = 625 vv 4 = 625 256 4 vv = 625 = 1,25 256 (2) Startwaarde (u0) is 3 stappen terug van u3, dus uu 0 = 256: 1,25 3 = 131,072 (3) Recursievergelijking un = 1,25un-1 en uu 0 = 131,072

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 6 van 11 Paragraaf 8.3 : Somrijen Definitie Somrij SS nn = { SSSSSS vvvvvv dddd eeeeeeeeeeee (nn + 1) tttttttttttt vvvvvv dddd rrrrrr uu } = uu 0 + uu 1 + uu 2 +... +uu nn nn SS nn = uu ii = uu 1 + uu 2 +... +uu nn ii=0 Gegeven is de recursievergelijking u(n) = u(n-1) + 4 en u(0) = 9 3 a. Bereken ii=0 uu ii b. Bepaal de som van de eerste 12 termen. nn a. ii=0 uu ii = uu 0 + uu 1 + uu 2 + uu 3 = 9 + 13 + 17 + 21 = 60 b. (1) De eerste 12 getallen is u(0) t/m u(11)!! Dus we moeten SS 11 berekenen. (2) De GR gebruiken. Je hebt twee recursievergelijkingen nodig : nmin = 0 u(n) = u(n-1) + 4 u(nmin) = 9 v(n) = v(n-1) + u(n-1) + 4 { v(n-1) + de recursievgl van u(n) } v(nmin) = 9 { v(0) = u(0) = 9 } (3) Table : v(11) = 372

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 7 van 11 Voorbeeld 2 2 a. Bereken 3kk + 2 ii=0 8 ii=0 b. Bereken 3kk + 2 Oplossing 2 2 a. ii=0 3kk + 2 = (3 0 + 2) + (3 0 + 2) + (3 0 + 2) = 2 + 5 + 8 = 15 b. Ook dit kan gewoon met de GR. nmin = 0 u(n) = 3n + 2 u(nmin) = 2 v(n) = v(n-1) + 3n + 2 { v(n-1) + de recursievgl van u(n) } v(nmin) = 2 { v(0) = u(0) = 9 } Table : v(8) = 126

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 8 van 11 Paragraaf 8.4 Toenamediagram Les 1 Interval / Getallenlijn / x-notatie Interval Getallenlijn x-notatie <3,7] 3-------------7 3 < x 7 [-4, > ------------- x -4 [13, 18 >??? -------, 8??? 6 x 10 Opmerkingen Begrippen toenemend/afnemend dalend/stijgend Lees voorbeeld blz. 34

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 9 van 11 Les 2 Toenamendiagram tekenen Hier zie je de grafiek van het verloop van de koers van de dollar. Maak er een toenamediagram bij met stapgrootte 1 dag. Maak eerst een tabel met de toenames dag 0 1 2 3 4 5 Koers (centen) 117 119 120 122 121 118 toename Koers 2 1 2-1 -3 Dit geeft het toenamediagram :

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 10 van 11 Les 3 Grafiek maken uit een toenamendiagram Hier zie je het toenamediagram van de grafiek van een functie waarvan de grafiek door (4, 7) gaat. a. Maak nu een grafiek van deze functie. b. Geef aan waar de grafiek afnemend stijgend is. a. Maak eerst een tabel met alle bekende gegevens : x 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 y 1 2 3 2 1 0-1 -1-1 -1-1 -1 y 7 Vul alles in en je krijgt : x 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 y 1 2 3 2 1 0-1 -1-1 -1-1 -1 y 4 5 7 10 7 5 4 3 2 1 0 1 2 b. Van 3 naar 4 wordt de helling kleiner en hij blijft dalen tot x=5 (want daarna is hij nul en niet meer stijgend) Dus <3,5> of <3,4> of <4,5>

Hoofdstuk 8 Rijen en veranderingen (V5 Wis A) Pagina 11 van 11 Paragraaf 8.5 Differentiequotiënten Definitie differentiequotiënt Differentiequotiënt = { Gemiddelde helling / toename / snelheid } Differentiequotiënt op interval [a,b] = y y( b) y( a = ) x b a Gegeven is de grafiek : a. Bereken het differentiequotiënt op [1,4] Gegeven is de functie f(x) = x 2 + 3. b. Bereken het differentiequotiënt op [2,6] c. Bereken de gemiddelde helling / snelheid op [-4,-1] a. x = 1 y = 119 en x = 4 y = 121 y Differentiequotiënt op interval [1,4] = x 121 119 = 4 1 = 2 3 b. x = 2 y = 7 en x = 6 y = 39 y 39 7 32 Differentiequotiënt op interval [2,6] = = = = 8 x 6 2 4 c. x = -4 y = 19 en x = -1 y = 4 y 4 19 15 Gemiddelde helling / snelheid op [-4,-1] = = = = 5 x 1+ 4 3 Opmerking Differentiequotiënt is eigenlijk de r.c. van die lijn.