Onderwerp Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen



Vergelijkbare documenten
Nr. 2012/82 16 mei 2012 ISSN: X HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH

Regionaal Programma Bedrijventerreinen 2013

Aanwijzing woningmarktregio

Woningbouw Het plan maakt de ontwikkeling van twee woningen aan het Landaspad mogelijk. Tegen deze ontwikkeling hebben wij geen bezwaar.

Regionaal Programma Werklocaties (RPW)

Toelichting over de behandeling van:

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Samenwerking ICT regio Nijmegen

Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp OBGZ financiële situatie. BW-nummer. Programma / Programmanummer Cultuur / Portefeuillehouder H.

Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Toekenning garantstelling Museum WO II

Ondertekening Retaildeal

Onderzoek bedrijventerreinenbeleid

Onderwerp Vaststellen brief aan GEM Waalsprong inzake aansluiting watersingel Citadel

Zienswijze windvisie Provincie Gelderland

Raadsmededeling. De volgende stukken zijn voor u bijgevoegd:

Regionaal Programma Werklocaties (RPW)

Onderwerp Vragen Groen Links over gratis draadloos internet in binnenstad Nijmegen

Beroep tegen reactieve aanwijzing GS van Gelderland inzake bestemmingsplan en exploitatieplan Bedrijventerrein De Grift Noord

Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp verwerving perceel Slachthuis Nijmegen

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad,

Uw kenmerk Uw brief Zaaknummer Documentnummer 2016/ U Raadsbrief 2016, nr oktober 2016

Doetinchem, 19 juni Te besluiten om: 1. Het Regionaal Programma Werklocaties Achterhoek met bijlagen (RPW Achterhoek) vast te stellen.

1. Deel te nemen aan de stichting Legal Valley 2. De brief aan de raad als reactie op de ingediende wensen en bedenkingen vast te stellen

Zienswijze kaderbrief MGR

1. In te stemmen met de voorgestelde statutenwijziging van stichting Alliantie Voortgezet Onderwijs. Voorstel aan de Raad

NOTITIE COLLEGES BESLUITVORMING AFSPRAKEN KWALITEIT BEDRIJVENTERREINEN REGIO GRONINGEN-ASSEN

De geactualiseerde begrenzing van de bebouwde kom Boswet voor Nijmegen vast te stellen.

Wijziging statuten Alliantie voortgezet onderwijs

Regionaal Programma Werklocaties. Presentatie aan: Raadsleden gemeenten regio Arnhem Nijmegen

Concept Convenant Voorraadbeheersing en Afstemming Werklocaties Flevoland. 1. Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere,

GEMEENTE. i^oqyy^)('< ^'^ Ons kenmerk Q310/

Besluitvorming aan de Raad Formele advisering van de Raad

2. De van het rijk ontvangen bonus begeleid werken over 2011 ter hoogte van aan Breed verstrekken.

Statutenwijziging Alliantie voortgezet onderwijs

Regionale en subregionale Woonagenda s

Ter besluitvorming door het college Brief aan Rijkswaterstaat over bijdrage aan groot onderhoud Waalbrug vast te stellen.

Onderwerp Beantwoording vragen raadskamer over het rapport Evaluatie Bestuurlijke Arrangementen Antillianengemeenten

In eerste instantie is gekozen voor portefeuillehoudersoverleggen op de volgende terreinen: Economie; Mobiliteit; Wonen.

Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel Openbaar

Beslispunten In te stemmen met het revitaliseringsplan bedrijventerrein West-Betuwe in Geldermalsen

Verzoek aan provincie om bijdrage aanlegkosten Dorpensingel

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar

Plan: Bestemmingsplan Buitengebied Valburg-18 (Bedrijventerrein De Grift Noord) IMRO-idn: NL.IMRO.9925.RADeGriftNoordbedr-vst1 status: Vastgesteld

Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad (uiterlijk 28 september 2010)

Welke partijen heeft u betrokken bij het beantwoorden van de vragen in deze vragenlijst?

Aanvullende subsidie Bed, bad en brood 2015

Antwoord op vragen concretisering Duitse plannen Economic Board

Advies OR inzake Werkbedrijf

Raadsvoorstel Instemming met opheffing Gemeenschappelijke Regeling Stadsregio Arnhem Nijmegen

In de bijgevoegde brief is antwoord gegeven op deze vragen.

Samenwerkingsovereenkomst Stichting Huis van de Nijmeegse Geschiedenis

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar

Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 19 november 2008 / 227/2008. Fatale termijn: besluitvorming vóór: december 2008

Raadsvoorstel. 22 mei Geachte raad,

Snelfietsroute Nijmegen-Mook-Cuijk

Reactienota concept geactualiseerd Woningbouwprogramma gemeente Harlingen

RAADSVOORSTEL NR april Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan Parallelweg 3 Bunnik. Aan de raad,

Besluit tot coördinatie procedures Ressen/Bouwmarkt

Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Windturbines De Grift

X Ter besluitvorming door de Raad. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Directie Dar NV. BW-nummer

Datum: 5 november 2013 Portefeuillehouder: De Graaf

Op 3 maart 2014 heeft Breed ons op de hoogte gesteld van de voortgang van deze opdracht. Hiervan stellen wij de raad op de hoogte.

Ons kenmerk C930/ Aantal bijlagen

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A. van Hunnik (GroenLinks) (d.d. 15 maart 2016) Nummer 3156

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Belastingsamenwerking. BW-nummer

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Zienswijze conceptbegroting 2017 Gemeenschappelijk Orgaan Regio Arnhem Nijmegen. Onze zienswijze is dat wij instemmen met de conceptbegroting 2017.

Vereniging van Zeeuwse Gemeenten. Aan de colleges van burgemeester en wethouders van de Zeeuwse gemeenten. ledenbrief

Openbaar. Subsidieverlening aan Stichting De Bastei t.b.v. NME taken. Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad

Onderwerp: Regionaal Convenant Bedrijventerreinen Utrecht-West

Aan de Raad. Raadsvergadering d.d. 3 oktober Made, 27 september Agendapunt: 7. Ontwikkeling bedrijventerrein t Spijck fase II.

Beantwoording art. 39 vragen Museum het Valkhof

Openbaar. Ontwerp Talent Centraal Nijmegen

Procesafspraken. tussen de. gemeenten Ridderkerk, Rotterdam en Barendrecht, de stadsregio Rotterdam en de provincie Zuid-Holland

Middels deze brief informeren wij u over de publiciteitscampagne(s) rondom het Advies-en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG) Gelderland-Zuid.

Openbaar. Vaststellen Onderzoeksopzet Workfast. Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel.

Behoefteraming bedrijventerreinen Zuid-Holland. Stec Groep Hub Ploem Bestuurlijk overleg Midden-Holland 2 oktober 2017

Datum uw brief. Tijdens de Politieke Avond van 22 oktober 2008 heeft uw Raad een aantal moties aangenomen. In deze brief geven wij een reactie daarop.

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 4. Doetinchem, 14 februari 2018 ALDUS VASTGESTELD 22 FEBRUARI 2018

Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad (uiterlijk ) Collegevoorstel Openbaar

2. Brief aan de raad over de digitalisering van openbare bekendmakingen vast te stellen.

UilllllIII IIIIIIIIII

Onderwerp Motie "Investeren in cultuurhistorie is investeren in de economie"

Voortgangsbrief beleidskader Onderwijs 0 tot 12 jaar

Datum: Informerend. Datum: Adviserend 01/11/ /09/ /1/2019

Raadsvoorstel Zaaknr: 37837

Openbaar. Uitvoering SP motie Horen, zien, maar niet zwijgen

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar

1. Onderwerp Huisvesting bijzondere doelgroepen in de regionale woonagenda 2017 Holland Rijnland. 2. Rol van het

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Erkenning archeologisch depot. BW-nummer

beantwoording schriftelijke vragen Nijmeegse Fractie inzake de woonfunctie in bestemmingsplannen

Ter besluitvorming door de Raad. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Raadvoorstel ivm begrotingswijziging vanwege uitbetaling schadevergoeding

2017). Datum: Informerend. Datum: Adviserend

Provincie Staten van Gelderland T.a.v. Programmabureau Postbus GX ARNHEM. Geachte Staten,

Adviesnota voor de raad

Stadsontwikkeling Ingekomen stuk D20 (PA 15 mei 2013) Bureau Planologie en Ruimtelijke Ordening. Datum uw brief

Raadsvoorstel agendapunt

POL-uitwerking werklocaties - Regionale visie detailhandel Noord Limburg

Raadsvoorstel Advies van de Commissie voor bezwaarschriften inzake een bezwaarschrift van Nieuw Leefbaar Nijmegen

Beantwoording schriftelijke vragen SP over dreigend faillissement TSN Thuiszorg

B&W-Aanbiedingsformulier

Transcriptie:

Voorstel aan de Raad Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 29 juni 2011 / 88/2011 Fatale termijn: besluitvorming vóór: 1 augustus 2011 Onderwerp Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen Programma / Programmanummer Economie & Toerisme / 1041 Portefeuillehouder B. Jeene Voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d. 14 juni 2011 Samenvatting De Provincie Gelderland heeft in het kader van de Structuurvisie Bedrijventerreinen alle regio s in de provincie gevraagd om een Regionaal Programma Bedrijventerreinen op te stellen. In het concept Regionaal Programma Bedrijventerreinen zijn zowel op stadsregioniveau, als op subregionaal niveau afspraken gemaakt over vraag-/aanbod (tot 2025), monitoring, toepassing SER-ladder, segmentering, herstructurering, zorgvuldig ruimtegebruik, grondprijsmethodiek duurzaamheid en parkmanagement. De gemeente Nijmegen maakt onderdeel uit van 2 subbzones (A 15 zone en A 73 zone). De regionale afspraken worden onderdeel van de concept Bestuursoverkeenkomsten Verstedelijking (BOV s). Per brief van 9 mei 2011 wordt om een gemeentelijke reactie gevraagd. De gemeentelijke reactie is een bevoegdheid van uw raad. Hiervoor is een concept-reactie opgesteld die als bijlage bij een brief aan uw Raad wordt aangeboden. In de brief aan uw raad wordt de inhoudelijke context van de gemeentelijke reactie geschetst. Voorstel om te besluiten 1. De brief aan het College van Bestuur van de stadsregio Arnhem Nijmegen met daarin de Nijmeegse reactie op het concept Regionaal Programma Bedrijventerreinen vast te stellen. Opgesteld door, telefoonnummer, e-mail Carin Derks, 2773, c.derks@nijmegen.nl Raadsvoorstel.doc

Voorstel aan de Raad Aan de Raad van de gemeente Nijmegen 1 Inleiding De Stadsregio Arnhem Nijmegen heeft samen met de 20 regiogemeenten het concept Regionaal Programma Bedrijventerreinen opgesteld. In dit Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB) zijn per subregio ( A 73 zone, A 15 zone en A12 zone) afspraken gemaakt over vraag-/aanbod, monitoring, toepassing SER-ladder, segmentering, herstructurering, grondprijsmethodiek, zorgvuldig ruimtegebruik, duurzaamheid en parkmanagement. Gemeente Nijmegen maakt onderdeel uit van 2 subregio s: A 73 zone en A 15 zone. Over dit concept RPB is overeenstemming bereikt in het Portefeuillehoudersoverleg Werken van de stadsregio en met de gedeputeerden Ruimtelijke Ordening en Economische Zaken van de Provincie Gelderland. Per brief van 9 mei 2011 vraagt de stadsregio om een gemeentelijke reactie. 1.1 Wettelijk kader of beleidskader Zoals u in bijgevoegde stukken kunt zien vindt vaststelling van de gemeentelijke reactie op het RPB plaats door middel van een door uw raad vast te stellen brief. Met de vaststelling van de gemeenschappelijke regeling Stadsregio Arnhem Nijmegen in 2008 heeft de gemeente gekozen voor verlengd lokaal bestuur voor de taakstelling van de stadsregio. Dit betekent dat in principe alle besluiten die betrekking hebben op het takenpakket van de stadsregio worden voorbereid door het dagelijks bestuur van de stadsregio (en in sommige gevallen wordt besloten door de stadsregioraad). Uitzondering hierop zijn de jaarstukken van de stadsregio die verplicht een gemeentelijke consultatieronde kennen. Voor wat betreft beleidsmatige kaderstellende stukken is Nijmegen meestal een belanghebbende. Dat geldt ook voor het voorliggende Regionale Programma Bedrijventerreinen. De stadsregio stelt om die reden de gemeente Nijmegen in de gelegenheid om een reactie te geven. Voor de stadsregio maakt het niet uit of wij als college of u als raad deze reactie verwoordt in een brief. In beide gevallen wordt dit beschouwd als een gemeentelijke reactie. In het gemeentelijk delegatiebesluit van 28 oktober 2009 zijn wij bevoegd om een reactie te formuleren voor de jaarstukken van de stadsregio. De bevoegdheid om een reactie te leveren op voorstellen zoals het voorliggende RPB, is niet geëxpliciteerd en behoort om die reden toe aan uw raad. 1.2 Relatie met programma De zorg voor voldoende en kwalitatief geschikte ruimte voor bedrijvigheid is één van de hoofddoelstellingen van het programma Economie en Toerisme. Het beleid is er op gericht om eerst zoveel mogelijk bestaand bedrijventerrein te benutten, dan wel te herstructureren voordat overgegaan wordt tot de aanleg van nieuw bedrijventerrein. Het RPB raakt meerdere gemeentelijke programma s waaronder Programma Grondbeleid en Programma Ruimte en Cultuurhistorie. 2 Doelstelling Een tijdige inhoudelijke reactie op het door de stadsregio Arnhem Nijmegen toegezonden concept Regionaal Programma Bedrijventerreinen. Tijdig wil in dit geval zeggen, besluitvorming door uw raad op 7 juli aanstaande. Raadsvoorstel.doc

Voorstel aan de Raad Vervolgvel 2 3 Argumenten Door te reageren draagt de gemeente Nijmegen inhoudelijk bij aan sturing van het regionale beleid voor bedrijventerreinen. Het concept RPB is vanuit regionale optiek bezien kaderstellend voor gemeentelijk beleid. Het bedrijventerreinenbeleid staat niet op zichzelf, maar heeft raakvlakken met de verstedelijkingsvisie en de mobiliteitsaanpak die uw raad op 27 april jl. heeft besproken. 4 Klimaat N.v.t. 5 Risico s N.v.t. 6 Financiën N.v.t. 7 Communicatie N.v.t. 8 Uitvoering en evaluatie De conclusies van het voorliggende concept RPB zullen worden opgenomen in de Bestuursovereenkomsten die de stadsregio met de gemeenten in de stadsregio wil gaan sluiten. De stadsregio verwerkt de reacties op het concept RBP in een reactienota en deze wordt tegelijkertijd met de concept BOV s ter besluitvorming voorgelegd aan de Stadsregioraad van 15 december aanstaande. Op grond van de besluitvorming door de Stadsregioraad zal de stadsregio daarna een bestuursovereenkomst over het RPB sluiten met de Provincie Gelderland. College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester, De Gemeentesecretaris, mr. Th.C. de Graaf drs. B. van der Ploeg Bijlage(n): Ter inzage: Brief aan College van Bestuur van de Stadsregio Arnhem Nijmegen Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen Raadsvoorstel.doc

Directie Grondgebied Economische Ontwikkeling Aan de gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 95 80 E-mail gemeente@ nijmegen.nl Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen Datum 14 juni 2011 Ons kenmerk G410/11.0011703 Contactpersoon Carin Derks Onderwerp Regionaal Programma Bedrijventerreinen Datum uw brief Doorkiesnummer (024) 3292773 Geachte leden van de raad, Inleiding Op 9 mei 2011 heeft de stadsregio Arnhem Nijmegen ons het concept Regionaal Programma Bedrijventerreinen aangeboden met het verzoek daarop voor 1 augustus een reactie te geven. Reageren op een dergelijk beleidsdocument is een bevoegdheid van uw Raad. Vandaar dat wij u de bijgevoegde conceptreactiebrief ter vaststelling voorleggen (zie bijlage). Ter toelichting het volgende: In december 2009 is het Convenant bedrijventerreinen 2010 2020 gesloten tussen het IPO (Interprovinciaal Overleg), de VNG en de Ministers van VROM en EZ namens het Rijk. Volgend op dit Convenant bedrijventerreinen heeft de Provincie Gelderland de provinciale structuurvisie bedrijventerreinen en werklocaties vastgesteld. Dit is het provinciale beleidskader waarbinnen de regionale uitwerking van de (her-) ontwikkeling en programmering van bedrijventerreinen moet plaatsvinden. Deze structuurvisie vervangt het bedrijventerreinenbeleid uit het Streekplan Gelderland 2005. Parallel aan de provinciale structuurvisie is onder regie van de stadsregio het Economisch Programmerings- en Ontwikkelingsdocument Bedrijventerreinen (EPO) opgesteld. Het EPO 2009 is uitgewerkt in een Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB). Uiteindelijk doel van het RPB is het realiseren van voldoende ruimte voor bedrijfsontwikkeling van de juiste kwaliteit en het voorkomen van overschotten en leegstand. Gemeente Nijmegen maakt onderdeel uit van 2 subregio s: A 73 zone en A 15 zone. De voornaamste afspraken in het RPB - Het overaanbod bedrijventerreinen binnen de stadsregio Arnhem Nijmegen is teruggebracht met ruim 300 ha naar een acceptabel overaanbod op papier van 66 ha tot 2025. Door fasering van plannen en door plannen on hold te zetten is dit resultaat bereikt. Voor de plannen die kunnen doorgaan betekent dit dat de gemeente verder kan met de planvorming en de verwerving. In het bestemmingsplan dient de gemeente definitief aan te tonen dat is voldaan aan de voorwaarden dat er voldoende vraag is en dat de SER-ladder goed wordt toegepast. www.nijmegen.nl Brief aan de raad.doc

Gemeente Nijmegen Directie Grondgebied Economische Ontwikkeling Vervolgvel 1 - Daarnaast worden er afspraken gemaakt over monitoring, toepassing SER ladder, segmentering, herstructurering, grondprijsmethodiek en duurzaamheid. Voortgang RPB Het RPB is een dynamisch document. Jaarlijks wordt vraag- en aanbod gemonitord en wordt door de stadsregio een voortgangsrapportage opgesteld die in het bestuurlijk BOV overleg per subregio, in het Portefeuillehoudersoverleg Werken van de stadsregio en met de provincie zal worden besproken. Elke twee jaar zal het RPB zo nodig worden aangepast indien er wijzigingen zijn. Het aanpassen van het RPB gebeurt via het ambtelijk subregio overleg en bestuurlijk BOV overleg dat hiervoor in overleg met de betreffende gemeente(n) elke twee jaar een advies zal voorleggen aan het CvB van de stadsregio. Proces Het RPB staat niet op zichzelf. De stadsregio wil graag per gemeente afspraken maken over het wonen, de mobiliteit, het openbaar vervoer en de verstedelijking in de stadsregio. Dit is verwoord in de visie Van Koers naar Keuze. Hierover heeft uw raad 27 april een reactie gegeven aan de stadsregio. De stadsregio wil per gemeente een BOV sluiten. De Stadsregio wil de afspraken uit het RPB implementeren in de BOV s. Daarom wordt qua proces het RPB vanaf nu opgenomen in het BOV traject. Consequenties RPB voor onze gemeente A. Afstemming vraag en aanbod. Nijmegen maakt onderdeel uit van de A15 zone en A73 zone A15 zone. Voor de A15 zone is tot en met 2025 een vraag naar bedrijventerreinen van 96 hectare. Voor Nijmegen zijn er nu geen uitgeefbare bedrijventerreinen in de A15 zone. Voor de ontwikkeling van nieuwe plannen tot en met 2025 wordt ingestemd met het doorgaan van de ontwikkeling van De Grift. Wel dient in de toelichting van het bestemmingsplan door de gemeente te worden aangetoond dat er voldoende vraag is en dat de SER ladder is toegepast. Er wordt in het RPB ook ingestemd met de ontwikkeling van het plan Overbetuwe 1 e fase Aamse Plas. In de A15 zone wordt het plan Overbetuwe 2 e fase Aamse Plas on hold gezet. Dit betekent dat de gemeente Overbetuwe dient te stoppen met de planvorming en verwervingen voor dit plan. Elke twee jaar wordt beoordeeld of die status blijft gehandhaafd of moet worden gewijzigd. A73 zone Voor de A73 zone is er een vraag tot en met 2025 van 117 hectare. Er is sprake van 2 uitgeefbare Nijmeegse bedrijventerreinen: Bijsterhuizen en Winkelsteeg. Het nieuw te ontwikkelen noordelijk gedeelte van Bijsterhuizen in de A 73 zone, de opvolger van Bijsterhuizen wordt in het RPB on-hold gezet. Dit betekent dat wordt geadviseerd om te stoppen met de planvorming en verwervingen. Over twee jaar zal worden bepaald of deze status dient te worden gehandhaafd of te worden gewijzigd. Overige plannen in de A73 zone die on-hold zijn gezet betreffen Groesbeek 2 e fase Hulsbeek en de plannen Breekwagen Bergharen en Bedrijventerrein Oost/Terrein Floor in Wijchen. Er wordt ingestemd met de ontwikkeling van de plannen Groesbeek 1 e fase Hulsbeek, Heumen Sluispoort en Ubbergen Lieskes Wengs. www.nijmegen.nl Brief aan de raad.doc

Gemeente Nijmegen Directie Grondgebied Economische Ontwikkeling Vervolgvel 2 B. Er zijn op subregionaal niveau afspraken gemaakt ten aanzien van: - Jaarlijkse monitoring vraag en aanbod door middel van IBIS; - Toepassing SER-ladder door middel van een handreiking SER ladder die wordt opgesteld; - Inspanningsverplichting om voldoende ruimte te creëren voor bepaalde categoriën bedrijvigheid (logistiek, HMC(hogere milieucategorie)-bedrijven, agrobusiness en kadegebonden bedrijvigheid; - Herstructurering: herontwikkeling van Winkelsteeg tot Novio Tech Campus (werktitel) is opgenomen in het Provinciaal Herstructureringsprogramma 2010 2013; - Grondprijsmethodiek: in de stadsregio is sprake van marktconforme grondprijzen, er is geen aanleiding om van grondprijssystematiek te veranderen; - Zorgvuldig ruimtegebruik, duurzaamheid en parkmanagement: er wordt een wegwijzer duurzaamheid bedrijventerreinen opgesteld die gebruikt kan worden bij de ontwikkeling van de Grift, de herstructurering van Mercuriuspark (werktitel) en de ontwikkeling van de Novio Tech Campus (werktitel) op Winkelsteeg. Standpunt Wij kunnen ons vinden in de afspraken die gemaakt zijn met betrekking tot bedrijventerrein de Grift in de A 15 zone en het nieuwe te ontwikkelen terrein in de A 73 zone (locatie ten noorden van Bijsterhuizen). Voor ons is het van essentieel belang dat bedrijventerrein de Grift als onderdeel van de plannen in Nijmegen Noord kan worden ontwikkeld. Voor de nieuw te ontwikkelen locatie in de A 73 zone bestaan geen plannen om die op korte termijn in ontwikkeling te nemen. Dit standpunt vindt u terug in de conceptbrief aan de stadsregio die als bijlage bij deze brief is gevoegd. Hoogachtend, college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester, De Gemeentesecretaris, mr. Th.C. de Graaf drs. B. van der Ploeg Aantal Bijlagen: 1 Concept-reactiebrief namens de Gemeenteraad van Nijmegen aan de stadsregio www.nijmegen.nl Brief aan de raad.doc

Directie Grondgebied Economische Ontwikkeling Aan het College van Bestuur van de Stadsregio Arnhem Nijmegen Postbus 6578 6503 GB Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 95 80 E-mail gemeente@ nijmegen.nl Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen Datum Ons kenmerk G410/11.0011704 Contactpersoon Carin Derks Onderwerp Nijmeegse reactie op het Regionaal Programma Bedrijventerreinen Datum uw brief 9 mei 2011 Doorkiesnummer (024) 3292773 Geacht College, Graag maken wij gebruik van de mogelijkheid te reageren op het concept Regionaal Programma Bedrijventerreinen. Allereerst spreken wij onze waardering uit over het resultaat dat is bereikt met dit Regionaal Programma Bedrijventerreinen. Er worden afspraken gemaakt over programmering en fasering van bedrijventerreinen en daarmee wordt het overaanbod aan bedrijventerreinen in de stadsregio Arnhem Nijmegen aanzienlijk teruggebracht. We willen echter wel een aantal opmerkingen plaatsen bij het voorliggende concept RPB: 1. Doorgaan plan de Grift in de A 15 zone en het on hold zetten van het nieuw te ontwikkelen terrein in de A 73 zone voor een periode van 2 jaar. Wij kunnen instemmen met deze beleidslijn. Wel willen wij benadrukken dat het voor ons van essentieel belang is dat bedrijventerrein de Grift kan worden ontwikkeld. Bedrijventerrein de Grift maakt onderdeel uit van de totale gebiedsexploïtatie Nijmegen Noord. Zoals wij ook al schreven in onze reactie op de verstedelijkingsvisie zijn de beide centrumsteden de motoren van de regionale economische ontwikkeling en de basis voor onze regionale samenwerking. De inzet van Nijmegen is gericht op realisatie van de verstedelijkingsopgave in het middengebied van de stadsregio. Daar hoort de economische ontwikkeling van het kerngebied nadrukkelijk bij wat zich vertaald in realisatie van werklocaties in Nijmegen Noord, waaronder bedrijventerrein de Grift. Wij hebben nu nog geen plannen om het nieuw te ontwikkelen terrein ten noorden van Bijsterhuizen in de A 73 zone in ontwikkeling te nemen. Wel vinden we het van belang om vraag- en aanbod in deze zone goed te blijven monitoren om zonodig tijdig te kunnen bijsturen. 2. Benadering RPB De benadering in het RPB is op sommige plaatsen nogal defensief, hierbij doelen we m.n. op passages die betrekking hebben op het onderbouwen van het besluit om een nieuw plan in www.nijmegen.nl B riefnijmeegse reactierpb.2.doc

Gemeente Nijmegen Directie Grondgebied Economische Ontwikkeling Vervolgvel 1 ontwikkeling te nemen. Het is vanzelfsprekend dat wij de marktbehoefte goed onderbouwen en daarbij het principe van zorgvuldig ruimtegebruik hanteren (SER ladder). Bij verschil van inzicht pleiten wij voor een overlegmodel en niet voor het inzetten van het instrument van het indienen van zienswijzen. Wij zouden de defensieve benadering in het RPB willen ombuigen in een constructieve benadering waarin wij de Stadsregio en Provincie nadrukkelijk betrekken bij de ontwikkeling van in ons geval bedrijventerrein de Grift. 3. Toepassing SER ladder De gemeente Nijmegen werkt al een aantal jaren volgens de SER ladder: eerst bestaande terreinen benutten en inzetten op herstructurering, voordat overgegaan wordt tot de ontwikkeling van nieuwe locaties. Om plannen in ontwikkeling te kunnen nemen moet aangetoond worden dat er marktvraag is en dat de SER ladder wordt toegepast. Wij gaan er hierbij vanuit dat niet alleen sprake is van een kwantitatieve benadering, maar dat ook naar kwalititatieve criteria wordt gekeken: onderscheid in doelgroepen en type terreinen en onderscheid tussen lokaal versus regionaal bedrijventerrein (geen appels met peren vergelijken). Hoogachtend, de Raad der Gemeente Nijmegen, De voorzitter, De Griffier, mr. Th.C. de Graaf drs. M.M.V. Mientjes www.nijmegen.nl B riefnijmeegse reactierpb.2.doc

Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen Concept Uitgevoerd in opdracht van: Stadsregio Arnhem Nijmegen College van Bestuur 21 april 2011

Samenvatting Doel RPB. Doel van het RPB betreft het realiseren van voldoende ruimte voor bedrijfsontwikkeling van de juiste kwaliteit en het voorkomen van overaanbod en leegstand. Dat gaan wij doen door op bestaan de en nieu we bedrijventerreinen in te zetten op de af stemming tussen vraagaanbod, zorgvuldig ruimtegebruik, intensivering, fasering, profilering/segmentering, kwaliteit en herstructurering van bestaande bedrijventerreinen. In de Stadsregio Arnhem Nijmegen is sprake van drie subregio s: de A12 zone; A15 zone en A73 zone. In het RPB wordt de afstemming van vraag-aanbod, de he rstructurering en de han dreiking SER-ladder per subregio weergegeven, de overige aspecten worden voor de stadsregio als geheel weergegeven. Om het bedrijventerreinenbeleid tot en met 2025 meer af te stemmen met de andere stedelijke ontwikkelingen binnen de stadsregio zal het RPB qua voortgang en aanpassingen worden opgenomen in het bestaande bestuurlijk subregio overleg over de BOV s 1. De conclusies van het RPB zullen worden geïmplementeerd in de BOV s per gemeente. Structuur Het RPB is een dyna misch document dat elke twee jaar wordt geactualiseerd. De voortgang wordt jaarlijks voorgelegd aan het PHO werken, het bestuurlijk subregio BOV overleg en de provi ncie. Elke twee jaar ad viseert het bestuurlijk subregio BOV overleg o ver een eventuele actualisering van het RPB aan het CvB van de stadsregio. Vraag aanbod: overaanbod teruggebracht met 305 hectare. Voor het bepalen van de vraag wordt uitgegaan van het door het rijk en provincies gekozen economisch TM 2 groeiscenario, aangevuld met de vervangingsvraag en de beleidsopgaven (verderop samen de TM vraag genoemd). Het aanbod wordt bepaald door de uitgeefbare hectares o p de bestaa nde bedrijventerreinen, de in ontwikkeling zijnde bed rijventerreinen met een definitief vastgesteld bestemmingsplan en de plannen die in overleg tussen de provincie, de stadsre gio en de gemeenten de status van doorgaan hebben gekregen. Op grond van ons Regio naal Plan 3 was in relatie tot de TM vraag nog spr ake van een aanzienlijk overaanbod aan bedrijventerreinen tot en met 2025 (>360 ha). Door het EPO 4 is dit overaanbod in 2009 met 165 ha teruggebracht tot ongeveer 200 ha. In dit RPB is nogmaals een slag gemaakt om het overaanbod verder terug te brengen. Door fasering en door plannen on-hold te zetten is nu nog sprake van een overaanbod op papie r van 66 hectare tot 1 2 3 4 BOV staat voor Bestuurlijke Overeenkomst. De Stadsregio wil met elk van de 20 gemeenten afspraken vastgeleggen over mobil iteit, de ruimtelijke ont wikkeling van Openbaar Vervoer-knooppunten en de verstedelijking.. Transatlantic Market scenario betreft een van de vier europese economische groeiscenario s. Het TM is het op een na hoogste groeiscenario. Regionaal Plan Stadsregio Arnhem Nijmegen 1995-2020, vastgesteld oktober 2006 in de Stadsregioraad Ec onomisch Programmerings- en Ontwikkelingsdocument betreft d e voorloper van het RPB. H et EPO is in juni 2009 vastgesteld in de Stadsregioraad.

2025. De situatie verschilt wel per subregio. In de A12 en in de A15 is sprake van een overaanbod van elk 50-60 hectare, maar in de A73 zone is er een tekort va n 60 hectare. He t overaanbod op papier van in totaal 66 hectare is acceptabe l voor de provincie, de gemeenten en de stadsregio. Het overaanbod van 66 ha is een overaanbod op papier omdat de gemeenten met de plannen die nu de status doorgaan hebben gekregen niet of later zullen gaan ontwikkelen als er geen vraag is of als niet aan de SER-ladder kan worden voldaan. Elke twee ja ar zal worde n bepaald o f de faserin g van de bestaande terr einen en de status van de plan nen die op doorgaan en on-hold zijn gezet kunnen worden gehandh aafd of moeten worden gewijzigd. Plannen op doorgaan of on-hold. Hoe bepalen we dat? Om te bepa len of plann en door kun nen gaan of on hold moeten worden gezet hebb en we criteria bepaald. Het gaat daarbij met name om de vraag-aanbod situat ie in de subregio; de SER-ladder; de verworven grondposities; de mate van planvorming; h et regionaal belang ; of het bedrijventerrein lokaal passend is en of het bedrijventerrein past binnen de afg esproken segmentering van bedrijvigheid. Voor de pla nnen die ku nnen doorgaan beteken t het dat de gemeente (of private ontwikkelaar) verder kan met de planvormi ng en de verwerving. Echter in h et bestemmingsplan 5 dient de gemeente definitief aan te tonen dat is voldaan aan de voorwaa rden, in dit geval of er voldoende vraag is e n of de SE R-ladder goed is toegepast in de subregio. Dat wordt in een overleg van de su bregio getoetst op grond van de SER-ladder toelichting in het bestemmingsplan Voor de plannen die op grond van d e criteria on-hold zijn gezet is het de gemeentelijke verantwoordelijkheid om te stoppen met de planvorming en de verwerving. Elke twee jaar (voor de eerste keer in 2013) wordt op grond van de criteria beoo rdeeld of de status van on-hold moet worden gehandhaafd of dat d e status moet worden omgezet in doorgaan. Indien een gemeente met een pla n on-hold to ch doorgaat met de pla nvorming en/of verwervingen en een bestemmingsplan o pstelt doet de gemeente dit geheel op eigen risico. De sta dsregio en de provincie zullen dan een zienswijze indienen tegen het plan en de provincie heeft de mogelijkheid voor het g even van e en reac tieve aanwijzing. De schade die een gemeente door een dergelijke procedure oploopt kan de gemeente niet verhalen op de stadsregio of provincie. Monitoring Voor alle uitgeefbare bedrijventerreinen en voor de plannen met de sta tus doorgaan zijn uitgifteprognoses opgesteld per jaar (zie bijlage 1). Monitori ng van de u itgiften speelt een cruciale rol voor het kunnen bepalen of de geprognosticeer de uitgiften in het RPB overeen komen met de daadwerkelijke uitg iften. Dit is weer bepalend of nieu we plannen kunnen worden ontwikkeld of moeten worden doorgesch oven. De monitoring geschiedt via het IBIS systeem van de provincie. Elk jaar vóór 1 april zullen de geme enten de uitgifte cijfers doorgeven aan de provincie e n de stadsregio. Op grond van deze ci jfers maakt de stadsregio elk jaar een voortgan gsrapportage RPB. 5 Op grond van de nieuwe AMVB Ruimte dient in de toelichting van het bestemmingsplan te worden aangetoond dat aan de SER-ladder is voldaan

De stadsregio wordt SER-ladder proof! Naast voldoende m2 bedrijventerreinen wil de stadsregio ook kwaliteit! Voor voldoende bedrijventerreinen van de juiste kwaliteit zet de stadsregio vooral in op gebruik van de SER ladder. Met de SER-ladder regelen we een integrale aanpak voor de kwantitatieve en kwalitatieve afstemming van vraag en aanbod, segmentering, herstructurering en zorgvuldig ruimtegebruik. De SER-ladder wordt bij de meeste gemeenten individueel al toegepast maar nu gaat de SER-ladder ook worden toegepast op subregio niveau. Het gaat daarbij om het toepassen van de SER-ladder om te toetsen of nieuwe plannen kunnen worden ontwikkeld. In totaal gaat het dus om twee niveaus: - Bij de ontwikkeling van nieuwe plannen moet worden voorkomen dat er sprake is van een overaanbod van bedrijventerreinen en dat gemeenten elkaar beconcurreren bij de vestiging van nieuwe bedrijven. Om dit te voorkomen zal bij de ontwikkeling van nieuwe plannen in de subregio in het bestemmingsplan moeten worden aangetoond dat de ontwikkeling conform de SER-ladder noodzakelijk is. Het gaat daar bij, naast een kwantitatieve beoordeling of er voldoende vraag is, met name om de toegevoegde waarde van het plan op grond van kwaliteit en segmentering. Per plan zal in een overleg in de subregio worden getoetst of aan de voorwaarden is voldaan. - Op kavelniveau zal bij de verplaatsing/uitbreiding van bestaande bedrijven of bij de vestiging van nieuwe bedrijven door de gemeente worden nagegaan of er mogelijkheden zijn qua inbreiding of uitbreiding op bestaande locaties of terreinen voordat vestiging op een nieuw bedrijventerrein wordt overwogen. Om dit te gaan realiseren is aan het bureau STEC een opd racht verleend om een Handreiking SER-ladder op te stellen per subregio. De handreiking gaat de gemeenten en d e subregio s help en om de SER-ladder goed uit te voeren. De handreiking i s een geza menlijk initiatief van de stadsregio, de gemeenten, de provincie, de Kamer van Koophandel en Oost NV. De implementatie van d e SER-ladder verschilt per subregio. In de A12 zone wor dt onderzocht of hie rvoor een in tentieovereenkomst kan worden gesloten tussen de gemeen ten. In de A15 en A73 zone zijn het RPB en de handreiking het uitgangspunt voor het toe passen van de SER-ladder. Het juiste bedrijf op de juiste plaats Het is belan grijk dat er voor alle so orten bedrijven ruimte i s in de stad sregio. De g eografische omvang van de su bregio s is hiervoor te beperkt. Voor de thema s logist iek, bedrijven uit de hoger e milieu cat egorieën (HMC bedrijvi gheid), kad egebonden bedrijvigheid, agrobusinessparken, biomassavergistin gsinstallaties en heliko pterterreinen is bepaald waar deze bedrijvigheid in de stadsregio kan c.q. dient plaats te vinden. Er geldt ee n inspannin gsverplichting voor de stadsregio e n de gemeenten om hieraan te voldoen, met name voor wat betreft de HMC bedrijvigheid. Indien er maatwerk nodig is om een bedrijf te vestigen of te verplaatsen binnen de stadsregi o zal gezamenlijk naar e en oplossing worden gezocht. Bij de eerste evaluatie van het RPB over twee jaar zal worden beoordeeld of de inspanningsverplichting voldoende is, of dat moet worde n gekozen voor een protocol.

De herstructureringsopgave Herstructurering van bedrijventerreinen heeft h oge prioriteit. Door herstructurering ontstaat ruimte voor nieuwe bedrijven of uitbrei dende bedrijven en ho even er minder nieuwe bedrijventerreinen te worden ontwikkeld. Tevens wordt door herstructurering de continuïteit van het bedrijventerrein en de bedrijven voor l angere termijn gewaarborgd en hoeven bedrijven niet te verplaatsen naar andere terreinen. In het PHP (Provinciaal Herstructureringsplan) van de Provincie Gelderland en in dit RPB is een inventarisatie van de herstruct ureringsprojecten opge nomen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen projecte n waarvan de planvorming en financiering al is geregeld (F1 projecten), de projecten die in de periode 2010 2013 van start kunnen gaan (F2 projecten) en de projecten die op langere termijn (na 2013) voor herstructurering in aanmerking komen. In het RPB ligt de fo cus op de F2 projecten. Waar nodig kan de provincie via het A-Team (Aanjaag-Team) de gemeenten ondersteunen bij de planvo rming voor de herstructurering. Door de inzet van specialisten onde r regie van Oost NV kan dit A-Tea m een vastgoedanalyse opstellen op grond waarvan de gemeente k an bepalen in hoeverre de herstruct urering noodzakelijk is en wordt gedragen door de private partijen. Op grond van het plan kan voor de F2 projecten subsidie worden gevraagd bij de provincie. Reële en marktconforme grondprijzen Er dient in de gehele stadsregio sp rake te zijn van marktconforme reële grondprijzen. Om inzichtelijk te maken hoe in de gemeenten de grondprijzen t ot stand komen en o m te bepalen of sprake is van marktconforme grondprijzen is door Metrum een quickscan u itgevoerd. Er zijn drie methoden van grondprij smethodiek onderzocht: de vergelijkende methode, de grondquote methode en de residuele methode. Uit het onderzoek is gebleken dat de gemeenten in de stadsregio hun grondprijzen bepalen op grond va n de vergelij kende (comperatieve) methode. Afhankelijk van de ligging van de gemeente en of sprake is zichtlocaties schommelen de prijzen in de stadsregio tussen 130-2 00 m2. Deze grondprijzen zijn mar ktconform. Er is geen noodzaak om over te stappen op een residuele grondwaarde methode. Er is geen of beperkt sprake van financiële ruimte om te kunnen verevenen. Zorgvuldig ruimtegebruik, duurzaamheid en beheer Zorgvuldig ruimtegebruik is be langrijk, daarom zullen de g emeenten de handreikin g SERladder gaan toepassen en bij de a anpassing van de be stemmingsplannen nagaan of er mogelijkheden zijn voor intensief ru imtegebruik, of er meer in de hoogte kan worden gebouwd of dat de beste mmingen kunnen worden aangepast waardoor meer waard ecreatie kan worden gerealiseerd voor de vastgoedeigenaren. Wij gaan voor een duurzame ontwi kkeling en h erstructurering van de b edrijventerreinen in de regio. Duurzaamheid is een last ig te hanteren begrip. Het is veelomvattend en wordt op verschillende manieren geïnterpreteerd. De insteek milieu is vaak sterk vertegenwo ordigd, duurzaamheid betekent vaak dat de focus ligt op verminderen, op het beperken van de negatieve impact op de leefomgeving omdat het moet. Een belangrijk ar gument voor duurzaamheid is echter juist gelegen in de economische sfeer; duurzaamheid beteken t naast besparen ook dat aandacht uit gaat naar kwaliteit, levensbestendigheid en waardeontwikkeling en -behoud. Ons uitgangspunt is dat het economisch perspectief op duurzaamheid voorop moet staan bij de invulling van een concrete werkwijze. Daarnaast moet duurzaamheid gericht moeten zijn op het juiste schaalniveau, in dit ge val de drie subregio s en moet sprake zijn van concrete maatregelen.

De stadsregio en de gemeenten vinden een goed, duurzaam en structureel beheer essentieel. Voorkomen moet worden dat opnieuw veroudering ontstaat. Bij de ontwikkeling en herstructurering van bedrijventerreinen zullen er afspraken moeten worden vastgelegd tussen gemeente en ondernemers/ondernemersvereniging over een goed groenbeheer en het beheer van de openbare ruimte.

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Algemeen 1.2 Voortgang en aanpassen van het RPB 1.3 De subregio s Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 8 Vraag en aanbod 2.1 Vraag naar bedrijventerreinen 2010-2025 2.2 Vraag en aanbod in de subregio s 2.2.1 A12 zone 2.2.2 A15 zone 2.2.3 A73 zone 2.3 Confrontatie vraag en aanbod 2.4 Kanttekening bij de geografische afbakening 2.5 Monitoring De stadsregio wordt SER-ladder proof Segmentering en programmatische verevening Programmering van de herstructurering Reële en marktconforme grondprijzen Zorgvuldig ruimtegebruik, duurzaamheid en beheer Uitvoeringsprogramma Bijlagen Bijlage 1 De geprognosticeerde uitgiften 2010-2025 Bijlage 2 Het TM scenario per subregio en gemeenten Bijlage 3 Quickscan Metrum over grondprijzen in de stadsregio. Conclusies en aanbevelingen

Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Algemeen De stadsreg io heeft in haar Regionaal Plan d e ambitie uitgesproken om in 2020 de best economisch presterende regio buiten de Randstad te zijn. Die ambitie is daarna uitgewerkt in onder andere onze Economische Agenda met een uitvoe ringsprogramma. De stadsregio is niet allee n het stedelijk kerngeb ied van de provincie, maar ook zee r zeker het economisch kerngebied. Om die positie te kunnen behouden zijn goede bedrijventerreinen nodig, ook in de toekomst. De Provincie Gelderland heeft op 29 juni 2010 de Structuurvisie bedrijventerreinen en werklocaties vastgesteld. De provinciale structuur visie vormt het provinciale beleidskader waarbinnen de r egionale uitwerking van de (her)ont wikkeling en programmering van bedrijventerreinen moet plaatsvinden. De re gio is het ju iste schaa lniveau om af spraken te maken over planning van bedrijventerreinen. De stadsregio Arnhem Nijmegen heeft op gr ond van de concept structuurvisie het EPO (Economisch Programmerings- en Ontwikkelingsdocument van 2009) opgesteld 6 en nu is dit verder u itgewerkt in het Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB). De (subregionale) afspraken in het RPB zullen worden opgenomen in de Bestu urlijke Overeenkomst (BOV) die in 2011 worden gesloten tussen de stadsregio en de 20 gemeenten. In de BOV wo rden de concrete verstedelijkingsafspraken vastgelegd, tezamen met afsprake n over mobi liteit, de ru imtelijke ontwikkeling van Openbaar Vervoerknooppunten en verstedelijking. Om de bestuurlijke afst emming tus sen het RPB en d e BOV s te waarborgen wordt het RPB ondergebracht bij h et bestuurlijk (BOV) overleg per subregio. Dit bestaande overleg wordt op deze momenten aangevuld met de portefeuillehouders werken. 1.2 Voortgang en aanpassen van het RPB Het RPB is een dynamisch do cument. Er wo rdt jaarlijks ee n voortgangsrapportage opge - steld door d e stadsregio die wordt besproken in het PHO werken, met de provincie en het ambtelijk/bestuurlijk overleg per subregio. Elke twee jaar zal het RPB zo nodig worden aangepast, met name voor wat betreft het aanpassen van de fasering van de uitgif ten en van de status va n de planne n. Het aanpassen van het RPB gebeurt op grond van het advies van het bestuurlijk (BOV) overleg pe r subregio door het CvB van de stadsregio en in overleg met de betreffende gemeente(n). Doel van het RPB betreft het realiseren van voldoende ruimte voor bedrijfsontwikkeling van de juiste kwaliteit en het voorkomen van overschotten en leegstand. Dat gaan wij doen door op bestaan de en nieu we bedrijventerreinen in te zetten op de af stemming tussen vraagaanbod, zorgvuldig ruimtegebruik, intensivering, fasering, profilering/segmentering, kwaliteit en herstruct urering van bestaande bedrijventerreinen. De implementati e gaat ge schieden door het maken van regionale afspraken, de implementatie van de SER-ladder en pe riodieke monitoring. 6 Het EPO is op 18 juni 2009 vastgesteld Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen 8

In dit RPB zijn de volgende onderwerpen uitgewerkt: - Vraag volgens het TM scenario, de vervangingsvraag en de beleidsambities/opgaven in de periode 2010 2015; 2016 2020 en 2021 2025 (hoofdstuk 2.1); - Aanbod van de uitgeefbare bedrijventerreinen en de plannen in de periode 2010 2015; 2016 2020 en 2021 2025 (hoofdstuk 2.2 2.4) ; - Confrontatie vraag - aanbod (2.3); - Kanttekening bij de geografische afbakening van het RPB (2.4); - Monitoring (hoofdstuk 2.5); - Implementatie SER-ladder (hoofdstuk 3); - Segmentering en programmatische verevening (hoofdstuk 4); - Programmering van de herstructurering (hoofdstuk 5); - Reële en marktconforme grondprijzen (hoofdstuk 6); - Zorgvuldig ruimtegebruik, duurzaamheid en parkmanagement (hoofdstuk 7); - Het uitvoeringsprogramma 2010 2015 (hoofdstuk 8). 1.3 De subregio s De stadsregio heeft een hoge economische ambitie, die van invloed zal zijn op de t oekomstige vraag naar bedrijventerreinen. Binnen de Stadsregio Arnhem Nijmegen zijn drie subregio s te o nderscheiden. Economische dyna miek vindt voornamelijk plaat s bin nen deze drie subregio s. Daar waar mogelijk en noodzakelij k worden in dit RPB afspraken gemaakt op het niveau van de subregio s. Het betreft de volgende subregio s: A12-zone A15-zone A 73-zoneT Tabel 1 Indeling subregio s naar gemeenten A12 zone A15 zone A73 zone Arnhem Noord Arnhem Zuid Beuningen Doesburg Lingewaard Groesbeek Duiven Overbetuwe Heumen Montferland Renkum Mook & Middelaar Rheden Nijmegen De Grift Millingen ad. Rijn Rijnwaarden Nijmegen excl. De Grift Rozendaal Ubbergen Westervoort Wijchen Zevenaar Voor een beperkt aantal onderwerpen zijn af spraken op stadsregio niveau gemaakt en niet per subregio. Dit zijn o nderwerpen die subr egio grensoverschrijdend zijn. Het gaat daarbij om afspraken met betrekking tot de vestigingslocaties voor: - Logistiek - Bedrijven uit de Hogere Milieu Categorieën (HMC bedrijvigheid) - Kadegebonden bedrijvigheid - Agrobusiness - Biomassave rgistingsinstallaties - Helikopterte rreinen Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen 9

Hoofdstuk 2 Vraag en aanbod 2.1 Vraag naar bedrijventerreinen 2010-2025 De totale vraag voor de periode 2010 2025 bedraagt 330 hectare netto. Het rijk 7 en de Provincie Gelderland 8 hanteren voor het bepalen van de basis vraag naar bedrijventerreinen tot 2020-2040 het europees Transatlantic Market - scenario (TM). In het TM scenario is de economische groei tamelijk hoog maar de bevolkingsgroei stagneert en de werkgelegenheidsgroei is marginaal. Op korte- en middellange termijn kan nog worden uitgegaan van enige bevolkings- en werkgelegenheidsgroei, rond 2020 buigt de lijn om. Het TM sce nario komt voort uit de Bedrijfslocatiemonitor (BLM) van het CPB. Hierin is d e totale uitbreidingsvraag naar bedrijventerreinen bepaald voor vier toekomstscenario s. Het TM scenario is het één na hoogste scenario qua bepaling van de vraag. Uitgaande van het TM is de vraag voor de stadsregio in de periode 2010 2025 236 hectare 9. Tabel 3 TM vraag 2010 2025 (Structuurvisie provincie 29 juni 2010 in netto ha) Periode stadsregio A12 zone A15 zone A73 zone 2010-2015 166,2 66,8 33,1 66,3 2016 2020 66,7 25,5 20,7 20,5 2021 2025 3,0-1,0 1,5 2,5 Totaal 235,9 91,3 55,3 89,3 Voor het be palen van d e totale vraag wordt he t TM cijfer verhoogd met de vervangingsvraag en met de beleidsopgaven. De vervangingsvraag betreft: - De vraag naar nieuw terrein voor bedrijven waarvan de terreinen worden getransformeerd naar niet bedrijfsmatige bestemmingen zoals woningbouw. - De vraag naar nieuw terrein omdat het bestaande aanbod economisch verouderd is. Dit betreft met name de vraag naar nieuwe ruimte van bedrijven die vertrekken vanwege sterke veroudering van de bestaande bedrijventerreinen waar ze op gevestigd zijn of doordat bedrijven geen ruimte hebben om op het bestaande bedrijventerrein uit te breiden. De beleidsopgaven/ambities betreffen de extra vraag naar bedrijventerreinen voor bepaalde omstandigheden die wel de vraag beïnvloeden maar niet in de TM mod elberekeningen zijn begrepen. De vraag met betrekking tot de verva ngingsvraag en de beleidsopgaven is hieronder voor de stadsregio en de subregio s uitgewerkt. 7 Nieuwe AmvB bedrijventerreinen, gebaseerd op de Bedrijfslocatiemonitor 8 Structuurvis ie bedrijventerreinen van 29 juni 2010, waarbij de vraag is gebaseerd op de actualisatie van de studie Gelderland in vier bedrijven, 2006 9 Ten opzichte van het EPO is in dit RPB uitgegaan van de periode 2010 2015 in plaats van 2009 2015. Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen 10

De vervangingsvraag voor de periode 2010 2025 betreft 56 hectare en de beleidsopgaven betreffen in totaal 38 hectare. Voor een specificatie per subregio wordt verwezen naar 2.2. Tabel 4 Vervangingsvraag 2010-2025 Periode stadsregio A12 zone A15 zone A73 zone 2010-2015 52 16 8 28 2016 2020 4 4 0 0 2021 2025 0 0 0 0 Totaal 56 20 8 28 Tabel 5 Beleidsopgaven 2010-2025 Periode stadsregio A12 zone A15 zone A73 zone 2010-2015 12 5 7 0 2016 2020 15 0 15 0 2021 2025 11 0 11 0 Totaal 38 5 33 0 De totale vraag, dus het TM aange vuld met de vervangingsvraag en d e beleidsop gaven komt daardoor voor de periode 2010 2025 op 330 hectare. Tabel 6 de totale vraag voor 2010-2025 Periode stadsregio A12 zone A15 zone A73 zone 2010-2015 230,2 87,8 48,1 94,3 2016 2020 85,7 29,5 35,7 20,5 2021 2025 14,0-1,0 12,5 2,5 Totaal 329,9 116,3 96,3 117,3 In het Economisch Programmerings- en Ontwikkelingsdocument (EPO ) zijn een aantal ambities aangegeven van de stadsregio: De stadsregio groeit, ook in bevolkingsaantal en beroepsbevolking (met name in Nijmegen en Arnhem), nog door tot 2040; 2 Er sprake zal zijn van extra bedrijvigheid en extra werkgelegenheid door de doortrekking A15 tot aan de A12 bij Zevenaar. Deze verlenging betekent een sterke verbetering van de verbinding Rotterdam met Oost Europa en zal zijn weerslag kennen in de regio; 3 Er zal sprake zijn van overloop van bedrijvigheid en werkgelegenheid uit de Rand stad; De stadsregio als logistieke hotspot extra logistieke aantrekkingskracht heeft op nieuwe logistieke vestigingen in de regio; 5 Er extra (beleidsmatige- en acquisitie-)inspanningen en investeringen komen in kansrijke clusters vanuit de Economische Agenda van de stadsregio. Op grond van een voorlopige ambtelijke evaluatie van de Economische Agenda medio 2010 lijken deze mogelijkheden te liggen in de clusters Energie en Milieutechnologie, Food, Agrobusiness, Health en Semi conductors; Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen 11

6 Er sprake is van een forse transformatieopgave, die betekent dat er vervangende ruimte noodzakelijk is voor de te verplaatsen bedrijvigheid; 7 Er sprake is van een grote en kostbare herstructureringsopgave in de stadsregio. De ambities van de stadsregio, zoals hierboven verwoord blijken voor een deel al opgenomen in het TM voor de gemeenten in de stadsregio. Het zijn dus geen beleidsambities/opgaven die bovenop het TM kunnen worden geteld voor de vraag. Het gaat daarbij om de toename beroepsbevolking (1); de overloop uit de randstad (3) en de toename van de logistieke bedrijvigheid (4). Die zijn al verwerkt in het TM voor de stadsregio. Een aantal ambities kan mogelijk wel extra vraag opleveren, maar niet al s plan/ambitie, pas als blijkt dat ze succesvol zijn en echt meer vraag opleveren. Het gaat daarbij om de mogelijke extra vraag in verb and met de doortrekkin g van de A15 (2), extra bedrijvigheid door vraag in het Food cluster en Agrobusiness (5). Voor de afstemming tussen vraag en aanbod wordt binnen de stadsregio uitgegaan van de vraag aanbod cijf ers per subregio. Er zijn drie subregio s: de A12 zon e, de A15 zone en de A73 zone. 2.2 Vraag en aanbod in de subregio s 2.2.1 A12 zone De A 12 zone bestaat uit de volgende gemeenten: - Arnhem Noord - Doesburg - Duiven - Montferland - Rheden - Rijnwaarden - Rozendaal - Westervoort - Zevenaar De A12 zone kenmerkt zich door het EMT cluster, de basiseconomie en de logistiek. Er is sprake van een goede samenwerking op vele terreinen, waaronder bedrijventerreinen. Op bestuurlijk niveau ke nt de regio het Contact Liemerse Gemeenten (CLG), zowel Klein als Groot. Klein betreft Westervoort, Duiven, Zevenaar, Mo ntferland en Rijnwaarden. Groot zijn dezelfde gemeenten met Doesburg en Rheden. Daar wordt ook Arnhem bij uitgenodigd. Op ambtelijk niveau (Groot, inclusi ef Arnhem) worden de onderwerpen die hier besproken worden voorbesproken. Voor het RPB geldt dit ambtelijk overleg als overlegstructuur De gemeente Montferland maakt onderdeel uit v an de stadsregio, maar ook van de Achterhoek. Voor het RPB en de vergelijking met het TM scenario valt de gemeente onder het TM scenario van de Achter hoek. De ge meente heeft in het kader van de o ntwikkeling van het Euregionaal Bedrijvente rrein (EBT) en de her structurering van de bed rijventerreinen een samenwerkingsovereenkomst gesloten met 3 andere gemeenten in de Achterhoek. De gemeente Montferland vervult voor de stadsregio wel een logistieke rol. Voor het Euregionaal Bed rijventerrein is 10 hecta re gereserv eerd om de extra logistieke vraag voor de stadsregio op te kunnen vangen. Het is echter op formele gronden niet mogelijk om deze 10 Regionaal Programma Bedrijventerreinen Stadsregio Arnhem Nijmegen 12