De bonussen Sophie Stenuick Advocate Tilleman van Hoogenbemt Kluwer Ragheno Business Park Motstraat 30 B-2800 Mechelen tel. 0800 94 571 fax 0800 17 529 www.kluwer.be e-mail: info@kluwer.be
ISBN: 978-90-4652-009-3 Depot: D/2009/2664/030 Verantwoordelijke uitgever: Hans Suijkerbuijk, Ragheno Business Park, Motstraat 30, B-2800 Mechelen. Kluwer klantenservice: tel. 0800 40 302 (gratis oproep) - +32 15 78 76 00 (vanuit het buitenland), fax 0800 17 529, e-mail: info@kluwer.be. 2009 Wolters Kluwer Belgium NV Behoudens de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de uitdrukkelijke voorafgaande en schriftelijke toestemming van de uitgever.
Inhoudstafel INHOUDSTAFEL INLEIDING 9 DEEL 1: DE BONUS IN HET ALGEMEEN BEGRIP LOON 11 1. Het begrip loon volgens de wet van 12 april 1965 11 2. Het begrip loon in het koninklijk besluit van 30 maart 1967 betreffende de jaarlijkse vakantie 13 3. Het jurisprudentieel begrip loon in het socialezekerheidsrecht 14 3.1. Loonvoordelen 14 3.2. Vrijgevigheden 15 4. Het loonbegrip in het arbeidsrecht 16 5. Het loonbegrip in fiscaal recht 18 5.1. Bij de werknemer 18 5.2. Bij de werkgever 19 DEEL 2: DE BONUS IN BEDINGEN EN BIJ BEËINDIGING ARBEIDSOVEREENKOMST 21 1. Inleiding 21 2. Het proefbeding, de overeenkomsten over de opzegging en het concurrentiebeding 21 2.1. Het proefbeding en de overeenkomsten over de opzegging 21 2.2. Het concurrentiebeding 22 3. De premies van de twaalf maanden voorafgaand aan de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 22 3
4. De premies die werden «verdiend» of «betaald» in de loop van de twaalf maanden die voorafgaan aan het ontslag 25 5. Reële of conventionele waarde? 27 6. Uitzonderlijke of eenmalige premies? 28 7. De voordelen toegekend krachtens de wet van 22 mei 2001 30 8. Niet-recurrente resultaatgebonden voordelen 31 9. De prestatiebonus die gebaseerd is op persoonlijke evaluatie: wat zijn de beperkingen? 32 DEEL 3: FINANCIËLE DEELNEMINGSPLANNEN 33 1. Inleiding 33 2. De doelstellingen die door de financiële participatieplannen worden nagestreefd 34 3. Te vervullen voorwaarden om in te tekenen op een financieel deelnemingsplan en wettelijke beperkingen 35 3.1. Verplichting om in te tekenen op een bonusplan? 35 3.2. Bonus als vervanging voor een deel van het loon? 36 3.3. Automatische inhoudingen op het loon? 36 3.4. Het begrenzingsbeding 37 3.5. Het heronderhandelingsbeding 37 3.6. Het beding van hermodulering van de berekeningsregels voor de toekenning van de bonus 38 4. Invoering van het plan 38 4.1. Vrije deelname 38 4.2. Taalgebruik 38 4.3. Gelijke beloning en non-discriminatie 39 4.3.1. De wetten van 10 mei 2007 39 4.3.2. De CAO nr. 35bis 41 5. De uitvoering van de financiële deelnemingsplannen 42 5.1. Plannen toegekend onder voorwaarden 42 4
Inhoudstafel 5.2. Vakantiegeld berekend op het veranderlijk loon wat met de bonus? 43 5.3. Wat als de berekeningsregels van de bonus niet zijn omschreven? 45 6. Eenzijdige wijziging van de arbeidsvoorwaarden 46 7. De verschillende mogelijke types van plan 47 7.1. Winstdeelnemingen 7.1.1. Algemene definitie 47 47 7.1.2. De wet van 10 juli 1998 die de winstdeelnemingen omschrijft 48 7.1.3. Winstdeelnemingen bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst 49 7.2. Kapitaaldeelnemingen 50 7.2.1. Aandelenoptieplannen 51 7.2.2. Aandelenoptieplannen 61 7.2.3. Artikel 609 van het Wetboek van Vennootschappen 64 7.2.4. Het stock award plan 66 7.2.5. De phantom stocks 67 8. Enkele bedenkingen over de transparantie van de deelnemings-plannen van werknemers 67 DEEL 4: DE WET VAN 22 MEI 2001 69 1. Inleiding 69 2. Definitie en persoonlijk toepassingsgebied 70 3. Het begrip groep 72 4. Fiscale behandeling 73 4.1. Participatie van de werknemers in het kapitaal van hun vennootschap 74 4.2. Participatie van de werknemers in de winst van hun vennootschap 75 5. Toepassingsvoorwaarden invoering van het plan 76 5.1. Het initiatief van de werkgever 76 5.2. De CAO 77 5.3. De toetredingsakte 78 5.4. Invoering van het participatieplan op het niveau van een groep 79 5.5. Mededeling van het participatieplan 80 5.6. Inhoud van het plan 80 5
6. Vaststelling van de totale bruto loonmassa en van de winst na belasting 82 7. Differentiëring ten gunste van bepaalde werknemers 83 8. De beëindiging van de arbeidsovereenkomst 84 DEEL 5: DE NIET-RECURRENTE RESULAATGEBONDEN VOORDELEN 87 1. Inleiding 87 2. Kenmerken van het nieuwe systeem 88 2.1. Een bonus die geen loon vormt 88 2.2. De beoogde werknemers 89 2.2.1. Welke werknemers kunnen deze niet-recurrente voordelen genieten? 89 2.2.2. Wat met de uitzendkrachten en de deeltijdse werknemers? 89 2.2.3. Moet het voordeel worden betaald aan de werknemers die afwezig zijn tijdens (een gedeelte van) de referteperiode? 90 2.3. Transparante te bereiken doelstellingen 91 2.3.1. Welke doelstellingen mogen worden opgelegd? 91 2.3.2. Welke referteperiode moet men in acht nemen? 92 2.3.3. Zijn graduele doelstellingen toegestaan? 93 2.4. Onzekere voordelen 93 2.5. Een duidelijk afgelijnd voordeel 94 2.6. Fiscale en parafiscale behandeling van het voordeel 95 2.7. Behandeling van het voordeel in het arbeidsrecht 96 2.8. Informatie aan de werknemers 97 2.9. Een niet-recurrent voordeel 98 3. Goedkeuringsprocedure 98 3.1. De collectieve arbeidsovereenkomst (op ondernemingsniveau) 99 3.2. De toetredingsakte 100 3.2.1. Fase 1: de opstellingsprocedure 100 3.2.2. Fase 2: de goedkeuringsprocedure 103 3.3. Het toekenningsplan van de niet-recurrente resultaatgebonden voordelen 3.3.1. Wanneer het bonussysteem bij CAO wordt ingevoerd 106 106 3.3.2. Wanneer het bonussysteem via toetredingsakte wordt ingevoerd 107 3.3.3. Hoe kan het plan gewijzigd worden? 107 6
Inhoudstafel 4. Omzetting van de bestaande systemen 108 5. Evaluatie van het systeem door de sociale partners 109 DEEL 6: ANDERE VORMEN VAN BONUSSEN 111 1. Moet een bonus steeds in geld worden uitbetaald? De regeling voor ondernemingsgeschenken 111 1.1. De RSZ-regeling 112 1.2. De fiscale behandeling 113 2. Start- en stagebonus 114 2.1. Inleiding 114 2.2. De startbonus 114 2.2.1. Begrippen en toekenningsvoorwaarden 114 2.2.2. Stappen om deze startbonus te verkrijgen 116 2.2.3. De bedragen 117 2.3. De stagebonus 118 2.3.1. Begrippen en toekenningsvoorwaarden 118 2.3.2. Stappen om deze stagebonus te verkrijgen 120 2.3.3. De bedragen 120 3. De werkbonus 121 3.1. Begrippen 121 3.2. Uitvoering en referteloon 122 4. Besluit 122 7