ZWEMWATERPROFIEL WYLERBERGMEER

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ZWEMWATERPROFIEL WYLERBERGMEER"

Transcriptie

1 ZWEMWATERPROFIEL WYLERBERGMEER Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008

2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding Zwemwaterprofiel Kwaliteitsklassen en richtwaarden Routekaart zwemwaterprofiel Cyanobacteriën Handreiking Zwemwaterprofiel Blauwalg Aanpak Gebiedsbeschrijving Wylerbergmeer Algemeen Hydromorfologie en ecologie Begrenzing Gezondheidsrisico s Historische data Jaartrends van de indicatororganismen Historische data-analyse in relatie tot weersomstandigheden Potentiële bronnen van fecale verontreiniging ZWEMPROF Zwemmers Afstromend wegwater Watervogels Dieren op het zandstrand Conclusie Cyanobacteriën Historie Wylerbergmeer Watertemperatuur Doorzicht Chlorofylconcentraties ph Microcystinemetingen Beoordeling Nadere beschrijving Wylerbergmeer Nutriënten Overige chemie In het verleden getroffen maatregelen P- en N-afgifte Evaluatie en conclusie Maatregelen en aanbevelingen Literatuur Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage

3 1. Inleiding De nieuwe Europese Zwemwaterrichtlijn (2006/7/EG) is begin 2006 vastgesteld. Het doel van deze richtlijn is het beschermen van de gezondheid van de zwemmers in oppervlaktewateren. In de nieuwe richtlijn worden bepalingen neergelegd met betrekking tot de monitoring en de indeling van de zwemwaterkwaliteit in kwaliteitsklassen (uitstekend, goed, aanvaardbaar en slecht) alsmede de verstrekking van informatie daarover aan het publiek en de Europese Commissie. Een proactief beheer van de zwemwaterkwaliteit wordt voorgeschreven, risico s moeten in kaart worden gebracht in een zwemwaterprofiel en maatregelen moeten worden uitgevoerd om minimaal een aanvaarbare kwaliteit te kunnen bereiken en blootstelling van zwemmers aan verontreiniging te voorkomen. 1.1 Zwemwaterprofiel Van iedere zwemwaterlocatie zal moeten worden ingeschat welke emissiebronnen via welke verspreidingsroutes de zwemwaterkwaliteit negatief beïnvloeden. Hierbij spelen de locatiespecifieke eigenschappen van het zwemwater een belangrijke rol. Alle bevindingen komen samen in een zwemwaterprofiel van de desbetreffende zwemwaterlocatie. Het opstellen van een zwemwaterprofiel is ook een verplichting volgens de nieuwe zwemwaterrichtlijn. Op basis hiervan kan de beheerder maatregelen nemen om het risico van besmetting van de zwemmer (verder) te reduceren. Op het ogenblik wordt hoofdzakelijk op basis van expert judgement geredeneerd. Het zwemwaterprofiel, eventueel aangevuld met een aantal extra metingen, maakt het mogelijk om eventuele beheersmaatregelen beter te onderbouwen. Financiële middelen worden hierdoor effectiever ingezet. Tevens kan het zwemwaterprofiel ingezet worden voor communicatie naar de maatschappij/burger over de kwaliteit van de zwemwater(locatie) en de genomen beheersmaatregelen. Een zwemwaterprofiel is in eerste instantie bedoeld om inzicht te verkrijgen in de fecale verontreinigingsbronnen en -routes en richt zich op de indicatoren voor fecale verontreinigingen (intestinale enterococcen en Escherichia coli). In deze zwemwaterprofielen worden echter ook overige gezondheidsrisico s meegenomen, zoals cyanobacteriën, zwemmersjeuk en botulisme. 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden In de nieuwe Europese Zwemwaterrichtlijn wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende kwaliteitsklassen. De indeling en de richtwaarden hierbij zijn weergegeven in tabel 1. Tabel 1. Parameter Intestinale enterococcen (kve/100 ml) Escherichia coli (kve/100 ml) Richtwaarden voor de verschillende kwaliteitsklassen voor zoet binnenwater wat betreft intestinale enterococcen en Escherichia coli * gebaseerd op een 95-percentiel ** gebaseerd op een 90-percentiel Uitstekende Goede kwaliteit * kwaliteit * Bevredigende/aanvaardbare kwaliteit ** Referentiemethoden voor de analyse ISO of ISO ISO of ISO

4 Als een fecale verontreiniging via oppervlaktewater naar een zwemwater wordt getransporteerd treedt verdunning op. De locatiespecifieke eigenschappen van het ontvangende zwemwater zijn van belang bij een beoordeling van de invloed van diverse routes op de microbiologische kwaliteit van het zwemwater. Een belangrijke onderverdeling hierin is de verdeling tussen geïsoleerd of doorstromend zwemwater. 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel Het RIZA heeft een aantal pilot-onderzoeken laten uitvoeren en is gekomen tot een algemeen protocol voor het opstellen van een zwemwaterprofiel. Dit heeft geleid tot een routekaart (Fig. 1) welke voor het opstellen van de zwemwaterprofielen gebruikt is. Deze aanpak volgens de routekaart resulteert in een algemeen beeld van de zwemwaterlocatie, zijn omgeving en de mogelijke bronnen, met een indicatie van de grootte van de bijdrage van deze bronnen op de waterkwaliteit in de zwemlocatie. Figuur 1. Algemene routekaart om te komen tot een zwemwaterprofiel Waterschap Rivierenland heeft een zwemwaterprofiel opgesteld voor Wylerbergmeer en heeft daarbij gebruik gemaakt van de Handreiking voor het opstellen van een zwemwaterprofiel (Grontmij, RWS-RIZA 21 juni 2005). 3

5 1.4 Cyanobacteriën Naast de problemen met fecale bacteriën richt de Europese Zwemwaterrichtlijn zich ook op de risico s van cyanobacteriën. In het bijzonder in artikel 8 van de richtlijn komen de risico s van cyanobacteriën aan de orde. Volgens artikel 6 van de richtlijn is het opstellen van een Zwemwaterprofiel verplicht. In Bijlage III van de richtlijn is dit Zwemwaterprofiel uitgewerkt. In zo n profiel dient naast een beschrijving van kenmerken van het zwemwater (inclusief de mogelijke bronnen van bacteriële verontreiniging en de verontreinigingsroutes) een beoordeling van de mogelijke proliferatie van cyanobacteriën opgenomen te worden (Fig. 2). Figuur 2. De plaats van de blauwalgenrapportage en het CIW protocol in het beheer van zwemwater In maart 2007 is een nieuwe versie van de handreiking Zwemwaterprofielen Blauwalgen opgesteld die dient als hulpmiddel bij het opstellen van het cyanobacteriedeel van het Zwemwaterprofiel. In deze handreiking ligt de nadruk op de gezondheidsrisico s van eventueel optredende cyanobacteriebloei. Die risico s schuilen onder andere in de toxines die door cyanobacteriën van de geslachten Microcystis, Anabaena, Aphanizomenon en Planktothrix worden geproduceerd. De diverse toxines hebben uiteenlopende gezondheidseffecten, de handreiking concentreert zich op het cyanotoxine microcystine en microcystineproducerende cyanobacteriën. De nadruk op de microcystine en microcystineproducerende cyanobacteriën is onder andere gebaseerd op het advies van de Gezondheidsraad (2001), die op haar beurt weer het advies van de WHO opvolgt. 4

6 1.5 Handreiking Zwemwaterprofiel Blauwalg Het Zwemwaterprofiel voor Blauwalgen wordt opgebouwd in stappen (Fig. 3), het aantal stappen is afhankelijk van de hoeveelheid beschikbare informatie en het oordeel over de kans op toxische bloei. Voor locaties die nooit problemen kennen met blauwalgen is het profiel eenvoudig. Voor locaties waar een aanzienlijke kans bestaat op een toxische bloei, is het profiel uitgebreider. Figuur 3. Stappenplan uit de handreiking Zwemwaterprofielen Blauwalgen Uit het stappenplan blijkt dat er voor elk zwemwater een basale beschrijving van het systeem gegeven wordt. Vervolgens dient er een historisch databestand aangemaakt worden. Zo n historisch databestand is noodzakelijk om een beoordeling te kunnen geven over de mogelijke proliferatie van toxische cyanobacteriën in de komende jaren. Een gedegen beoordeling kan alleen plaats vinden als er voldoende informatie beschikbaar is. Daarom is een stap ingebouwd waarin beoordeeld wordt of er inderdaad voldoende informatie beschikbaar is. Wanneer de beschikbare informatie onvoldoende blijkt moeten er extra meetinspanningen plaatsvinden. Als er wel voldoende informatie is volgt de beoordeling op grond van de verzamelde gegevens. Als de beoordeling luidt dat het niet waarschijnlijk is dat er een aanzienlijke kans is dat in de komende vijf jaar een toxische bloei optreedt, is het cyanobacteriedeel van het Zwemwaterprofiel gereed. Wanneer op basis van de historische data-analyse blijkt dat er een aanzienlijke kans is dat er in de komende vijf jaar een toxische bloei optreedt dient een nadere beschrijving van het systeem te worden gemaakt. Bovendien dient er een passende monitoring te worden uitgevoerd in de komende seizoenen. Een nadere beschrijving van het systeem waarin de zwemlocatie zich bevindt, heeft tot doel inzicht te geven in de mogelijke werking van het systeem met betrekking tot het ontstaan van toxische cyanobacteriebloeien. Dit betekent dat de achterliggende oorzaken/factoren worden beschreven die mogelijk leiden tot de bloei van toxische blauwalgen. De nadere beschrijving maakt het mogelijk een oordeel te vormen over de meeste effectieve maatregelen om de kans op cyanobacteriebloei te doen afnemen. 5

7 2. Aanpak Voor het opstellen van het zwemwaterprofiel en het zwemwaterprofiel blauwalg zijn, aan de hand van de in hoofdstuk 1 genoemde handreikingen, alle stappen doorlopen. Hieronder is aangegeven in welke onderwerpen deze stappen terugkomen en waar in de rapportage deze terug zijn te vinden. De gepresenteerd aanpak kan dan ook worden gezien als leeswijzer. Hoofdstuk 3. Gebiedsbeschrijving Wylerbergmeer Algemeen Hierin wordt de locatie beschreven. In het kort wordt aangegeven waar de locatie zich bevindt, wat de voorzieningen en bezigheden in en rond de plas zijn, waar de zwemzone en het monsterpunt zich bevinden en hoeveel bezoekers te verwachten zijn. Hydromorfologie en ecologie In deze paragraaf wordt, zover mogelijke, informatie gegeven over waterstromingen in het gebied en invloeden door kwel genoemd. Ook wordt het landgebruik rond de plas nader toegelicht en wordt de ecologie in de plas besproken. Begrenzing Hierin wordt de begrenzing van de zwemzone vastgesteld aan de hand van de richtlijnen in het rapport KRW en oppervlaktewater, Bescherming van zwemwater en oppervlaktewater voor drinkwaterbereiding onder de Europese Kaderrichtlijn Water, Ministerie V&W/RWS/RIZA (DHV, 2005). Gezondheidsrisico s In deze paragraaf worden de door de Provincie Gelderland ontvangen gezondheidsklachten genoemd. Hoofdstuk 4. Historische data Jaartrends van de indicatororganismen Hierin worden voor de indicatororganismen voor fecale verontreiniging intestinale enterococcen, Escherichia coli en thermotolerante bacteriën van de coligroep de jaartrends uitgezet. Kort worden, indien aanwezig, de overschrijdingen van de richtwaarden genoemd. Historische data-analyse in relatie tot weersomstandigheden Hierin worden grafieken neergezet die de relatie tussen weersomstandigheden en de concentraties van de indicatororganismen voor fecale verontreiniging laten zien. Gekeken wordt of de overschrijdingen die eventueel in de jaartrends zijn aangetroffen gekoppeld kunnen worden aan weersomstandigheden zonne-uren, maximale luchttemperatuur, windrichting en neerslag. Ook kan hierbij gekeken worden naar de invloed van bepaalde bronnen, zoals recreanten. Hoofdstuk 5 Potentiële bronnen van fecale verontreiniging In dit hoofdstuk wordt een opsomming gegeven van alle mogelijke bronnen en routes van fecale verontreiniging. Ook bronnen die geen invloed lijken te hebben worden genoemd, omdat wellicht in combinatie met andere bronnen wel een invloed op de waterkwaliteit uitgeoefend wordt. Deze opsomming is tot stand gekomen door middel van de data-analyse, literatuuronderzoek en het veldbezoek. Bij elke bron wordt een korte beschrijving gegeven. Hoofdstuk 6. ZWEMPROF Met behulp van een eenvoudig spreadsheetmodel (ZWEMPROF) wordt de invloed van bronnen geschat. Hierbij wordt zowel naar de individuele invloed van bronnen als naar de gezamenlijke invloed van bronnen op de waterkwaliteit gekeken. 6

8 Door te variëren met de waarden voor de bronnen kan bekeken worden wanneer bronnen een invloed op de waterkwaliteit kunnen hebben. Het model geeft als resultaat aan of er a) geen invloed, b) geringe invloed, c) wezenlijke invloed of d) grote invloed ondervonden wordt door de belangrijkste fecale verontreinigingen. Hoofdstuk 7. Cyanobacteriën In dit hoofdstuk wordt gekeken naar de kans op een mogelijke proliferatie van cyanobacteriën in de (nabije) toekomst. Hiervoor wordt eerst naar een aantal parameters gekeken die een basis kunnen geven voor een schatting op de kans op proliferatie, daarna zullen de concentraties van verschillende nutriënten bekeken worden. Historie Wylerbergmeer Hierin wordt voor de parameters watertemperatuur, doorzicht, chlorofyl-a en ph overzichten gegeven over de laatste jaren. Indien aanwezig worden microcystinemetingen vermeldt. Uiteindelijk wordt een beoordeling gegeven over de mogelijkheid tot een proliferatie van cyanobacteriën in de (nabije) toekomst. Nadere beschrijving Wylerbergmeer Op basis van deze beoordeling wordt besloten om een nadere beschrijving van het systeem te geven. In deze nadere beschrijving worden de nutriënten stikstof en fosfaat extra uitgelicht, omdat wateren vaak stikstof- en/of fosfaatgelimiteerd zijn en deze nutriënten dus een grote invloed kunnen hebben op de groeisnelheid van de cyanobacteriën. Ook worden chlorideconcentraties genoemd en worden eventuele in het verleden getroffen maatregelen tegen blauwalgenbloei genoemd. Hoofdstuk 8. Evaluatie en conclusie Alle gegevens die afkomstig zijn uit de voorgaande stappen zijn naast elkaar neergelegd en bekeken. Hierbij is vooral onderzocht welke potentiële bronnen die uit de analyse van de data van de waterkwaliteitsbeheerders, het veldbezoek en de plattegronden volgen, relevant zijn voor de zwemwaterkwaliteit op de locatie en zijn de resultaten van de spreadsheet modellering (ZWEMPROF) gebruikt. Daarnaast is een rangschikking van belangrijke fecale bronnen gemaakt. Op deze manier is duidelijk waar de mogelijke knelpunten zitten en waar eventueel maatregelen genomen zouden moeten worden. Voor het blauwalgendeel wordt de waterkwaliteit als in het eerste deel van hoofdstuk 7 kort opgesomd. Hierna wordt kort een oordeel gegeven over de mogelijkheid tot proliferatie van cyanobacteriën in de (nabije) toekomst, waarna een uitgebreidere beschrijving van het systeem gegeven wordt door te kijken naar stikstof en fosfaat. Hierbij wordt kort aangegeven of deze nutriënten een invloed kunnen hebben op de proliferatie van cyanobacteriën. Hoofdstuk 9. Maatregelen en aanbevelingen Indien er geen problemen zijn geconstateerd bestaat er in beginsel weinig aanleiding om maatregelen te nemen. Indien er wel relevante verontreinigingsbronnen zijn gevonden of indien er onduidelijkheid is over de betrouwbaarheid van (enkele) resultaten, wordt in deze paragraaf een doorkijk gegeven naar mogelijke maatregelen. Hierbij worden eerst de problemen kort toegelicht, waarna een maatregel of een aanbeveling gegeven wordt. Als laatste zullen, indien nodig, algemene aanbevelingen gedaan worden. 7

9 3. Gebiedsbeschrijving Wylerbergmeer 3.1 Algemeen Het Wylerbergmeer is een recreatieplas van ongeveer 4,2 ha groot en wordt beheerd door Recreatiegemeenschap Veluwe (RGV). In 1973 is de plas ontstaan door een deel van het Wylermeer hydrologisch te isoleren, zodat de optimale omstandigheden konden worden gecreëerd voor waterrecreatie. Via het Omleidingskanaal werd het water van het Wylermeer naar Het Meer geleid. De plas ligt in de Ooijpolder ten oosten van Nijmegen tegen de Nederlands - Duitse grens aan. Aan de zuidzijde wordt het gebied begrensd door de N325 (Fig. 4). De omgeving van de plas wordt gekenmerkt door sportvelden en stedelijke bebouwing in het westen, landbouw in het noorden en oosten en een bosrijke stuwwal in het zuiden. De belangrijkste activiteiten in en rond het water zijn: zonnen, zwemmen en vissen. Verder kan men in de omgeving van de plas wandelen en fietsen. Na toestemming van de terreinbeheerder is het mogelijk om te barbecueën, een kampvuur aan te maken, sportdagen en diverse (sportieve) evenementen te organiseren. Honden zijn welkom in het gebied, maar mogen niet op het strand komen en moeten op de ligweiden aangelijnd blijven. De hondenbezitter wordt geacht eventuele hondenpoep op te ruimen. Buiten het seizoen om is het wel toegestaan om met honden over het strand te lopen. De honden mogen buiten het seizoen wel het water in, tenzij andere bezoekers het als overlast ervaren. Figuur 4. Locatie Wylerbergmeer (is rood omcirkeld; bron: 8

10 De plas heeft aan de westzijde een zwemzone met op de oever een zandstrand en een aangrenzende ligweide. De zwemzone is afgebakend met een ballenlijn (Fig. 5). Aan de oostzijde van de plas is de oever begroeid met riet. Ook hier is een ligweide aangelegd, voornamelijk voor nudistenrecreatie. Hoger op de oever staan bomen. Vlak voor de oostelijke oever van de plas ligt een boomrijk eilandje. Er zijn twee toiletgebouwen en een kiosk die tijdens het zwemseizoen geopend zijn. In het gebied zijn afvalbakken aanwezig. Ook zijn er parkeerplaatsen en fietsenstallingen, voor kinderen is een waterspeeltoestel op de oever geplaatst en staan een glijbaan en een wip op het zandstrand. Figuur 5. Zwemzone Wylerbergmeer 9

11 In de plas is één monsterpunt aanwezig. Dit punt heeft als monstercode 72 en als coördinaten x= en y= Het punt ligt binnen de zwemzone ter hoogte van een pad dat vanaf de parkeerplaats op de plas uitkomt (Fig. 6). Op dit punt worden microbiologische/ biologische/fysische/chemische metingen verricht. In Bijlage 1 worden de gemeten parameters genoemd. Figuur 6. Locatie monsterpunt 72 (wit kruis) Het Wylerbergmeer wordt goed bezocht. Op een topdag kunnen zich rond de plas ongeveer bezoekers bevinden, terwijl dit op een mooie dag ongeveer bezoekers kunnen zijn. Volgens RGV bedraagt de maximale capaciteit van het recreatiegebied ongeveer bezoekers. 10

12 3.2 Hydromorfologie en ecologie Het Wylerbergmeer is hydrologisch afgesloten en wordt alleen gevoed door regenwater en een kleine hoeveelheid kwel afkomstig van de stuwwal ten zuiden van de plas. De kwel komt met name in het noordelijke deel van de plas omhoog, terwijl in het zuiden van de plas juist matige infiltratie plaatsvindt. In het zuiden werd de plas gevoed door de Filosofenbeek, maar vanwege hoge nitraatconcentraties in de beek is deze in 1981 afgekoppeld. Door middel van een duiker wordt het water naar het Wylermeer geleid. In het noorden is een overlaat aanwezig om overtollig water uit het meer in Het Omleidingskanaal te laten afvloeien (Fig. 7). Het waterpeil van het meer is verhoogd zodat er geen invloed van het voedselrijke water uit het Wylermeer is. De diepte van het meer is gemiddeld drie meter, de maximale diepte is ongeveer vijf meter. Figuur 7. Locatie van de overlaat Waterplanten zijn in de plas aanwezig, voornamelijk vlakbij de overlaat in het noorden en in het zuiden van de plas. Het gaat hierbij vooral om smalle waterpest. Op de oever staan veel bomen en in het water staat veel riet. Bij bladval zal veel blad van de bomen in het water terechtkomen. Het landelijke gebied rond de plas bestaat voornamelijk uit graslanden waar extensieve veeteelt bedreven wordt en uit maïsvelden. Kleinere stukken grond ten noordoosten en noordwesten van de plas worden gebruikt voor het verbouwen van granen en bieten. De bodemsoorten variëren rond de plas sterk door de invloed van de rivier ten noorden en de stuwwal ten zuiden van de plas. 11

13 De bodem ten noorden van de plas bestaat voornamelijk uit rivierkleigronden, ten oosten en ten westen kunnen kalkloze zandgronden worden aangetroffen. Ten zuiden van de plas wordt de bodem meer gekenmerkt door leem- en podzolgronden. In opdracht van HSF Midden Nederland is door Sportvisserij Nederland op 22 februari 2007 een visserijkundig onderzoek uitgevoerd. De hengelsportvereniging wilde hierbij laten onderzoeken wat het visbestand in de plas was en RGV wilde graag weten of in het aanwezige visbestand een mogelijke oorzaak te vinden was voor de proliferatie van cyanobacteriën. Bij een visserijkundig onderzoek wordt niet alleen gekeken naar de visstand, maar ook naar omgevingsfactoren en de kwaliteit van het watermilieu. Hierbij wordt onder andere gekeken naar de hoeveelheid waterplanten, zuurstofgehalte en doorzicht. Hieruit kwam naar voren dat de huidige situatie van het Wylerbergmeer als een ruisvoorn - snoek viswatertype getypeerd kan worden. Het water is op twee manieren bemonsterd. Met een zegen, een groot net dat in het water uitgelegd wordt en op de kant getrokken wordt en met behulp van electrovissen. Hierbij wordt een negatieve pool aan de achterkant van een boot in het water gelaten en wordt een positieve pool aan de voorkant van de boot in het water gestoken. Hierdoor ontstaat een elektrisch veld rond de boot en worden de vissen verdoofd. Op de wal wordt de vis nogmaals licht verdoofd door middel van een verdovingsvloeistof, zodat de vis gemeten en gewogen kan worden zonder veel beschadigingen en kans op stressverschijnselen. De resultaten zijn soortensamenstellingtabellen en -grafieken, lengtefrequentie- en conditiegrafieken van de meest voorkomende vissoorten en een biomassa schatting. In het Wylerbergmeer zijn slechts acht vissoorten gevangen, waar een landelijk gemiddelde op elf staat. Bovendien ontbreken twee veel voorkomende soorten, blankvoorn en ruisvoorn. Ook baars en zeelt komen in lage dichtheden voor. Brasems zijn daarentegen in grote aantallen vertegenwoordigd. Opvallend is dat het visbestand als oud gezien kan worden, de jongste jaarklassen ontbreken bij een aantal vissoorten en het zijn, voornamelijk bij brasem, veelal grote exemplaren. De verwachting is dat de komende jaren de samenstelling van het visbestand zal verschuiven wanneer de grote brasems aan een natuurlijke dood zullen sterven. Door het ontbreken van voldoende vegetatie kunnen jonge vissen moeilijk schuilen en worden ze eerder gepredeerd door zowel roofvissen als aalscholvers. Het cyanobacterieprobleem kan deels in het visbestand teruggevonden worden. Brasem woelt door de bodem op zoek naar voedsel, waardoor sediment opgewerveld wordt. Door deze opwerveling komt stikstof en fosfaat beschikbaar voor de bacteriën. Door de opwerveling krijgen waterplanten minder mogelijkheden om te groeien en krijgen cyanobacteriën de ruimte om in aantallen toe te nemen. Brasem zou daarmee deels verantwoordelijk kunnen zijn voor een proliferatie van blauwalgen. Eerder is in 1995 een visserijkundig onderzoek uitgevoerd. Hierin kwam een ander beeld naar voren. Zo is in 1995 nauwelijks brasem gevangen, terwijl zeelt, snoek en baars in grote aantallen voorkwamen. 12

14 December 2007 zijn een aantal organisaties waaronder RGV, Waterschap Rivierenland en Sportvisserij Nederland een werkgroep gestart om tot een beter visstand- en visserijbeheer te komen. De werkgroep heeft een aantal doelen vastgelegd die moeten resulteren in een planmatig beheer van de plassen, een goed overleg tussen alle partijen, nieuwe huurovereenkomsten en een optimalisering van de sportvisserij, binnen de kaders van de doelstellingen. Wylerbergmeer is daartoe aangewezen als één van de vier pilotgebieden. 13

15 3.3 Begrenzing De begrenzing van de zwemzone is voorgesteld aan de hand van de richtlijnen in het rapport KRW en oppervlaktewater, Bescherming van zwemwater en oppervlaktewater voor drinkwaterbereiding onder de Europese Kaderrichtlijn Water, Ministerie V&W/RWS/RIZA (DHV, 2005). In het Wylerbergmeer is aan westzijde van het meer een ballenlijn in het water gelegd. Deze blijft liggen doordat de lijn aan metalen palen bevestigd is. De gemiddelde diepte bij de ballenlijn is ongeveer 1,5 meter. Volgens het protocol kan bij een diepte van 1,5 meter bij de ballenlijn er vanuit gegaan worden dat 95% van de zwemmers zich binnen de ballenlijn zal bevinden. Hierdoor kan de ballenlijn als begrenzing van de zwemzone gezien worden (Fig. 8). Figuur 8. Zwemzone Wylerbergmeer (rood vlak) 14

16 3.4 Gezondheidsrisico s Bij de Provincie Gelderland worden gezondheidsklachten en algemene klachten ontvangen die mogelijk een oorzaak zouden kunnen hebben in de waterkwaliteit. In Bijlage 2 wordt de volledige lijst met gezondheidsklachten weergegeven. Hieronder zal kort samengevat worden wat voor soort klachten bij de Provincie Gelderland bekend zijn. In de periode zijn diverse klachten binnengekomen. Van drie verschillende jaren, 2003, 2004 en 2006 is bekend dat er microcystinemetingen verricht zijn en dat in ieder geval in 2004 en 2006 drijflagen aanwezig zijn geweest. In 2003 zijn waarschuwingsborden geplaatst en in 2006 is een zwemverbod afgekondigd. In 2002 en in 2006 zijn twee gevallen van zwemmersjeuk geconstateerd. Er zijn nog een aantal gevallen bekend dat last ondervonden werd van jeukende bulten, maar daarbij is zwemmersjeuk niet met zekerheid vastgesteld. Er zijn meerdere meldingen geweest van mensen die last hadden van misselijkheid, koorts, maag/darmklachten en soortgelijke klachten. Bij deze klachten is de relatie tot het zwemwater niet duidelijk geweest. In 2001 is een man opgenomen in het ziekenhuis met de ziekte van Weil, die veroorzaakt kan worden na het in contact komen met rattenurine. 15

17 4. Historische data De analyse van de historische data is opgebouwd uit twee delen. Ten eerste is gekeken naar de jaartrends van de indicatororganismen voor fecale verontreiniging van de afgelopen jaren. Hierbij is gekeken naar drie indicatororganismen, namelijk intestinale enterococcen, E coli en thermotolerante bacteriën van de coligroep. Ten tweede is een historische data-analyse uitgevoerd met deze data uit de periode , in vergelijking met de weersgegevens uit die periode. 4.1 Jaartrends van de indicatororganismen Het Wylerbergmeer wordt gedurende het zwemseizoen elke twee weken of vaker op monsterpunt 72 bemonsterd. In Bijlage 3 worden de meetdata en de gemeten concentraties van de indicatororganismen weergegeven. In onderstaande figuren zijn de jaartrends van intestinale enterococcen (Fig. 9A) en E coli (Fig. 9B) weergegeven voor de periode en voor thermotolerante bacteriën van de coligroep (Fig. 9C) voor de periode A Jaartrends van intestinale enterococcen Extreem 2006 Richtwaarde 600 Intestinale enterococcen (kve/100ml) apr mei jun jul aug sep 16

18 B 1500 Jaartrends van E coli Extreem 2006 Richtwaarde 1700 E coli (kve/100ml) apr mei jun jul aug sep C Jaartrends van thermotolerante bacteriën van de coligroep Richtwaarde 3000 Thermotolerante bact. v.d. coligr. (kve/100ml) apr mei jun jul aug sep Figuur 9. Jaartrends van intestinale enterococcen (A), E coli (B) en thermotolerante bacteriën van de coligroep (C) op monsterpunt 72 Bovenstaande figuren laten twee overschrijdingen van de richtwaarden zien, beiden in Op 8 augustus 2006 is voor intestinale enterococcen een waarde van 440 kve/100 ml gemeten, waar de richtwaarde voor goed zwemwater op 400 kve/100 ml ligt. 17

19 Op 18 juli 2006 is voor E coli een waarde van 1700 kve/100ml gemeten, waar een richtwaarde voor goed zwemwater van 1000 kve/100 ml gehanteerd wordt. De overige waarden zijn allen onder de richtwaarden en benaderen de richtwaarden ook niet. Een indeling in een kwaliteitsklasse mag nog niet, omdat daarvoor metingen uit minstens drie opeenvolgende jaren nodig zijn. Wanneer een indicatie van de kwaliteitsklasse gegeven zou moeten worden, dan zou Wylerbergmeer op basis van de gemeten concentraties ingedeeld worden in de kwaliteitsklasse uitstekend. Het 95-percentiel voor de gemeten waarden van intestinale enterococcen ligt op 124 kve/100ml, wat onder de 200 kve/100ml ligt, de richtwaarde voor uitstekend zwemwater. Ook E coli is ingedeeld in de klasse uitstekend, door een 95-percentiel voor de gemeten waarden van 480 kve/100ml, wat net onder de richtwaarde voor uitstekend zwemwater van 500 kve/100ml ligt. De waarde voor E coli is veroorzaakt door één hoge overschrijding van 1700 kve/100ml en een verhoging van 520 kve/100ml in Historische data-analyse in relatie tot weersomstandigheden Om een beeld te krijgen van mogelijke verontreinigingsbronnen en -routes voor de zwemplas is een historische data-analyse uitgevoerd voor de periode Om de weersinvloed te bepalen zijn microbiologische gegevens van het zwemwater vergeleken met de weergegevens van het KNMI in De Bilt. Neerslaggegevens zijn afkomstig van het neerslagstation van het KNMI in Nijmegen. Daarnaast is gekeken of een jaarlijks terugkerende gebeurtenis in een bepaald gedeelte van het seizoen invloed heeft op de waterkwaliteit. In deze analyse zijn de meetresultaten van intestinale enterococcen en E coli uit de periode en de resultaten van de thermotolerante bacteriën van de coligroep uit de periode meegenomen. Voor de monsterpunten is de data-analyse uitgevoerd en de resultaten daarvan staan hieronder beschreven. Ondanks dat bij twee metingen een overschrijding is aangetroffen, zijn de overige gemeten waarden laag. Het is hierbij dus erg moeilijk om aan te geven of er een verband zou kunnen zijn tussen de gemeten waarden en de weersomstandigheden (Fig ). De twee gemeten overschrijdingen voor intestinale enterococcen en E coli zijn waarschijnlijk incidenten. Doordat de overige metingen laag zijn, ook wanneer het aantal zonne-uren hoog is, is een relatie moeilijk aan te geven. In Fig. 12 en Fig. 14 staan 3, 2 en 1 voor het aantal dagen voorafgaande aan de dag van de meting. 18

20 Maximale luchttemperatuur en intestinale enterococcen 2006 Richtwaarde Intestinal enterococcen Max Luchttemperatuur Intestinale enterococcen (kve/100 ml) Luchttemperatuur ( C) apr mei jun jul aug sep Figuur 10. Concentratie intestinale enterococcen in relatie tot de maximale luchttemperatuur in 2006 Neerslag en intestinale enterococcen 2006 Richtwaarde Intestinal enterococcen Neerslag Intestinale enterococcen (kve/100 ml) Neerslag (mm/d) 5 0 apr mei jun jul aug sep Figuur 11. Concentratie intestinale enterococcen in relatie tot neerslag in

21 16 Zonne-uren en E coli E coli Richtwaarde Zonne-uren (uren) E coli (kve/100 ml) apr 9-mei 22-mei 7-jun 20-jun 4-jul 18-jul 8-aug 22-aug 5-sep 19-sep Figuur 12. Concentratie E coli in relatie tot zonne-uren in 2006 E coli en windrichting 2007 Meetgegevens Richtwaarde Figuur 13. Concentratie E coli in relatie tot windrichting in

22 Zonne-uren en thermotolerante bacteriën v.d. coligroep Thermotol. v.d coligr Richtwaarde Zonne-uren (uren) Thermotolerante bact v.d. coligr. (kve/100 ml) apr 1-mei 22-mei 5-jun 19-jun 2-jul 16-jul 31-jul 13-aug 28-aug 12-sep 25-sep Figuur 14. Concentratie thermotolerante bacteriën van de coligroep in relatie tot zonne-uren in

23 5. Potentiële bronnen van fecale verontreiniging Op basis van de beschikbare informatie over de plas en de directe omgeving, door middel van data-analyse, literatuuronderzoek en veldbezoek zijn een aantal potentiële verontreinigingsbronnen naar voren gekomen. Dit zijn: Zwemmers Op een topdag kunnen totaal ongeveer zwemmers in de plas aanwezig zijn, op een mooie dag kunnen dit ongeveer zwemmers zijn. Afstromend wegwater De N325 ten zuidwesten en de parkeerplaatsen ten westen van de plas kunnen invloed uitoefenen op de waterkwaliteit. Watervogels Tijdens het veldwerk zijn weinig watervogels gezien, ongeveer 15 watervogels. Dieren op het zandstrand In het gebied worden honden uitgelaten. 22

24 6. ZWEMPROF Met behulp van ZWEMPROF is een schatting gemaakt van de invloed die verschillende bronnen kunnen hebben op de kwaliteit van het zwemwater. Hierbij is gekeken naar de invloed van de verschillende theoretische bronnen apart van elkaar, maar ook naar combinaties van bronnen. Met de gebruikte waarden zal in het model gevarieerd worden, zodat de invloed van de bronnen op de zwemwaterkwaliteit verduidelijkt wordt. De nieuwe zwemwaterrichtlijn wordt gebruikt als uitgangspunt, waarbij de nieuwe richtwaarden voor de verschillende kwaliteitsklassen gelden. Deze kwaliteitsklassen staan reeds in tabel 1 vermeld. Het model kijkt alleen naar de invloed van intestinale enterococcen en E coli, de parameters uit de nieuwe richtlijn en niet naar de invloed van thermotolerante bacteriën van de coligroep op de kwaliteit van het water. In Bijlage 4 wordt het invulblad van ZWEMPROF volledig ingevuld weergegeven. 6.1 Zwemmers De plas is een drukbezochte plek. Op een topdag kan het aantal bezoekers oplopen tot ongeveer mensen. Op een mooie dag zullen ongeveer bezoekers aan de plas aanwezig zijn. Aangenomen wordt dat ongeveer ¾ deel van de bezoekers zwemt, wat op een topdag ongeveer zwemmers betekent en op een mooie dag ongeveer zwemmers. Wanneer bovenstaande getallen in het model gebruikt worden en alle overige bronnen uitgesloten worden, dan hebben zwemmers volgens ZWEMPROF een verwaarloosbare invloed op de waterkwaliteit. Wanneer het aantal echter oploopt tot ongeveer zwemmers dan kan de waterkwaliteit een geringe invloed ondervinden van zowel intestinale enterococcen als E coli. Wanneer het aantal verder toeneemt tot ongeveer zwemmers, kan de waterkwaliteit een wezenlijke invloed door intestinale enterococcen ondervinden en een geringe invloed door E coli. Volgens RGV komen op een topdag ongeveer bezoekers naar de plas. De maximale capaciteit voor het recreatiegebied is echter bezoekers, waardoor bezoekers verantwoordelijk kunnen zijn voor een verminderde waterkwaliteit. 6.2 Afstromend wegwater Ten zuiden van de plas loopt de N325 waarvan het afstromend wegwater in de plas terecht kan komen. Over een afstand van 450 meter loopt een weg van ongeveer tien meter breed. Uitgegaan is van een bui van ongeveer 50 mm. Ook het afstromend wegwater van de parkeerplaats ten westen van de plas kan de waterkwaliteit beïnvloeden. Het totale oppervlak van de parkeerplaats in ongeveer m 2. Het totale wegoppervlak dat een invloed kan uitoefenen bedraagt ongeveer m 2. De gemiddelde afstand tot de zwemzone is ongeveer 300 meter en de fractie van het afstromend wegwater dat het zwemwater bereikt is gesteld op 0,5. Wanneer alleen afstromend wegwater een bron voor fecale verontreiniging zou zijn, zou het water een verwaarloosbare invloed van deze bron ondervinden. Omdat de invloed van deze bron weinig variabel is, zal met deze bron niet gevarieerd worden. 6.3 Watervogels Tijdens het veldbezoek zijn weinig watervogels op het water gezien. In totaal waren ongeveer 15 vogels in de plas aanwezig. Dit kan nog toenemen, omdat mogelijk een aantal vogels op de kant was en niet zichtbaar was. Een gemiddeld aantal van 25 watervogels is realistischer. De gemiddelde afstand tot de zwemplek wordt geschat op ongeveer 175 meter. 23

25 In het model zijn eerst bovenstaande waarden ingevuld. Daarna is gevarieerd met zowel de aantallen watervogels als de gemiddelde afstand tot de zwemzone. Watervogels kunnen zowel als puntbron als diffuse bron gezien worden. Voor de analyse zijn watervogels in het model opgenomen als puntbron. Voor watervogels geldt dat door de fecessamenstelling een overschrijding van de richtwaarde van intestinale enterococcen eerder gemeten zal worden dan een overschrijding van E coli. Wanneer in het model bovenstaande getallen in het model ingevoerd worden en watervogels worden gezien als enige fecale verontreinigingsbron, dan is de invloed van watervogels op de waterkwaliteit verwaarloosbaar. Om duidelijkheid over de invloed van watervogels op de waterkwaliteit te krijgen, is met het aantal watervogels en de gemiddelde afstand tot de zwemzone gevarieerd. Wanneer het aantal watervogels toeneemt kan de invloed op de waterkwaliteit toenemen. Bij een toename van het aantal watervogels tot ongeveer 65 watervogels kan de invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen gering zijn. Wanneer er ongeveer 225 watervogels aanwezig zijn, kan de invloed door intestinale enterococcen groot en door E coli gering zijn. Bij deze aantallen zijn maatregelen noodzakelijk. Een kleinere afstand tot de zwemzone kan ook de invloed op de waterkwaliteit vergroten. Wanneer de gemiddelde afstand bij 25 watervogels afneemt tot ongeveer 75 meter, kan de invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen gering zijn. Neemt de afstand verder af tot 28 meter, dan kan de invloed door intestinale enterococcen groot en door E coli gering zijn. Maatregelen zullen bij deze afstand noodzakelijk zijn. Om de invloed van de variaties in aantallen watervogels en de gemiddelde afstand tot de zwemzone te verduidelijken is in Bijlage 5 een tabel weergegeven met de invloed op de waterkwaliteit bij verschillende combinaties. 6.4 Dieren op het zandstrand Rond de plas wordt met honden gewandeld. Hierbij is uitgegaan van dagelijks tien honden in het gebied. Hoewel stedelijke bebouwing dichtbij is, zijn in de omgeving meerdere gebieden waar goed met honden gewandeld kan worden, waardoor het aantal honden bij de plas waarschijnlijk beperkt zal blijven. Omdat voor de hond geen richtgetallen voor de biologische samenstelling van de feces beschikbaar zijn, is op basis van expert judgement de invloed van een hond gelijk gesteld aan vijf watervogels. Op basis van deze getallen is de dagelijkse belasting gelijk aan ongeveer 50 watervogels. Er is gekozen voor een gemiddelde afstand tot de zwemplek van 150 meter en een fractie van 0,5. Net als bij watervogels is met honden in het model gevarieerd met zowel aantallen als de gemiddelde afstand tot de zwemzone. Wanneer tien honden dagelijks op een afstand van 150 meter van de zwemzone aanwezig zijn, is volgens ZWEMPROF de invloed op de waterkwaliteit verwaarloosbaar. Om duidelijkheid over de invloed van honden op de waterkwaliteit te krijgen, is met het aantal honden en de gemiddelde afstand tot de zwemzone gevarieerd Wanneer het aantal honden toeneemt zal de invloed op de waterkwaliteit toenemen. Bij een toename tot 23 honden kan volgens het model de invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen gering zijn. Bij een toename tot 75 honden per dag kan de invloed door intestinale enterococcen groot en door E coli gering zijn. Bij deze aantallen zijn maatregelen noodzakelijk. Een kleinere afstand tot de zwemzone vergroot ook de invloed op de waterkwaliteit. Wanneer de gemiddelde afstand tot de zwemzone af zou nemen tot ongeveer 75 meter, kan de invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen gering zijn. 24

26 Bij een afname tot minder dan 30 meter kan de invloed door intestinale enterococcen groot en door E coli gering zijn. Maatregelen zullen noodzakelijk zijn. In Bijlage 5 is een tabel weergegeven waarin de invloed op de waterkwaliteit wordt gegeven bij variaties van het aantal honden en de gemiddelde afstand tot de zwemzone. 6.5 Conclusie Geen van de bronnen heeft een invloed op de waterkwaliteit, zowel individueel als gezamenlijk. Dit geldt alleen wanneer de aantallen en afstanden ingevuld worden die tijdens het veldbezoek bepaald zijn (Fig. 15). Wanneer echter gevarieerd wordt met het aantal bezoekers, watervogels en honden of met de gemiddelde afstand van watervogels en honden tot de zwemzone, kan de invloed op de waterkwaliteit veranderen. Afstromend wegwater heeft een verwaarloosbare invloed op de waterkwaliteit, ook wanneer zwemmers, watervogels en honden in hoge aantallen aanwezig zijn. Het aantal zwemmers dat nodig is om een geringe invloed op de waterkwaliteit te kunnen veroorzaken (4.100 zwemmers) ligt niet veel hoger dan het maximale aantal zwemmers dat volgens RGV de plas bezoekt (3.750 zwemmers). Dit zou mogelijk kunnen zijn. Om een wezenlijke invloed door intestinale enterococcen en een geringe invloed door E coli te kunnen veroorzaken zijn zwemmers nodig. Hoewel dit hoger is dan de door RGV opgegeven maximale capaciteit van het recreatiegebied, is het niet onmogelijk om op één dag dit aantal bezoekers te trekken. Zwemmers kunnen een invloed op de waterkwaliteit uitoefenen. Voor watervogels en honden geldt een vergelijkbare situatie. Bij het toenemen van het aantal individuen of een afname van de gemiddelde afstand tot de zwemzone neemt de invloed op de waterkwaliteit toe. Een toename van het aantal watervogels tot 65 watervogels kan zorgen voor een geringe invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen. Deze aantallen zijn gezien de grootte van de plas mogelijk. Voor honden geldt dat een toename tot 23 honden kan leiden tot de geringe invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen. Gezien de nabijheid van stedelijke bebouwing zou dit aantal mogelijk kunnen zijn. Wanneer zowel zwemmers, watervogels en honden aanwezig zijn, kunnen zich verschillende scenario s voordoen. Hierbij kan de situatie ontstaan dat de verschillende bronnen individueel geen invloed op de waterkwaliteit hebben, maar gezamenlijk wel een invloed op de waterkwaliteit uitoefenen. Hierbij kan dan gesproken worden over een gecombineerd effect. Een voorbeeld hiervan is wanneer het maximaal aantal zwemmers aanwezig is (3.750 zwemmers), in totaal tien honden in het gebied uitgelaten worden die zich gemiddeld op 50 meter van de zwemzone bevinden en in de plas 50 watervogels aanwezig zijn op een gemiddelde afstand van 175 meter. Nu kan volgens ZWEMPROF door intestinale enterococcen een wezenlijke invloed op de waterkwaliteit en een geringe invloed door E coli verwacht worden (Fig. 16). Individueel zouden de zwemmers en de watervogels een verwaarloosbare invloed op de waterkwaliteit hebben. Honden zouden een geringe invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen uitoefenen. 25

27 Bijdrage bronnen legenda EC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (E.c <200KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (E.c tussen 200 en 500KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (E.c tussen 500 en 900KVE/100ml) Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (E.c >900KVE/100ml) Naam locatie: Datum beoordeling: legenda IC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (IE <100KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (IE tussen 100 en 200KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (IE tussen 200 en 330KVE/100ml) Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (IE >330KVE/100ml) gemiddeld EC zeer druk EC gemiddeld IE zeer druk IE eindoordeel EC eindoordeel EC Zwemmers gemiddeld zeer druk Recreatievaart RWZI 0 0 eindscore IC eindscore IC Agrarisch achterland 0 0 gemiddeld zeer druk RioolOverstort gemengd stelsel 0 0 gescheiden stelsel 0 0 Lozingen slachthuis of mestverwerkend bedrijf 0 0 Ongezuiverde lozingen 0 0 Afstromend wegwater 2 0 Beroepsvaart 0 0 Jachthavens 0 0 Watervogels 0 0 Dieren op het strand 0 0 Lokale bron (Incidenteel) 0 0 Lokale bron (continue belasting) 0 0 Figuur 15. Uitslagensheet ZWEMPROF bij de gevonden waarden tijdens het veldwerk Bijdrage bronnen legenda EC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (E.c <200KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (E.c tussen 200 en 500KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (E.c tussen 500 en 900KVE/100ml) Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (E.c >900KVE/100ml) Naam locatie: Datum beoordeling: legenda IC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (IE <100KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (IE tussen 100 en 200KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (IE tussen 200 en 330KVE/100ml) Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (IE >330KVE/100ml) gemiddeld EC zeer druk EC gemiddeld IE zeer druk IE eindoordeel EC eindoordeel EC Zwemmers gemiddeld zeer druk Recreatievaart RWZI 0 0 eindscore IC eindscore IC Agrarisch achterland 0 0 gemiddeld zeer druk RioolOverstort gemengd stelsel 0 0 gescheiden stelsel 0 0 Lozingen slachthuis of mestverwerkend bedrijf 0 0 Ongezuiverde lozingen 0 0 Afstromend wegwater 0 0 Beroepsvaart 0 0 Jachthavens 0 0 Watervogels Dieren op het strand 3 3 Lokale bron (Incidenteel) 0 0 Lokale bron (continue belasting) 0 0 Figuur 16. Uitslagensheet ZWEMPROF bij de aanwezigheid van zwemmers, 50 watervogels en 10 honden 26

28 7. Cyanobacteriën 7.1 Historie Wylerbergmeer Historische gegevens zijn noodzakelijk om een beoordeling te kunnen geven over de mogelijke proliferatie van toxische cyanobacteriën voor de komende jaren. Zoals in de inleiding reeds is vermeld, moet voor plassen waarvan bekend is dat in het verleden proliferaties van cyanobacteriën opgetreden zijn een extra profiel opgesteld worden. Dit profiel is opgebouwd uit verschillende stappen en het aantal stappen is afhankelijk van de aanwezige hoeveelheid informatie. In Fig. 17 is het stappenplan voor het extra profiel weergegeven. Voor elke plas wordt in het stappenplan begonnen bij Aanwezigheidscheck gegevens cyanobacteriën. Daarna wordt het stappenplan doorlopen door antwoord te geven op de gestelde vraag. In de beschouwing van de historische data komen de algemene zwemwater parameters (watertemperatuur, zuurgraad en doorzicht) en eventueel fytoplanktongegevens (biomassa en soortsamenstelling) en cyanotoxines (met name microcystines) aan de orde. De historische data bestrijken bij voorkeur de laatste vijf jaar, maar minimaal één jaar. Indien er niet voldoende data beschikbaar zijn dienen aanvullende metingen te worden verricht. Figuur 17. Stappenplan uit de handreiking Zwemwaterprofielen Blauwalgen Van Wylerbergmeer zijn waterkwaliteitsgegevens bekend van de periode Het historische record heeft als voornaamste doel om in te schatten of in de nabije toekomst de kans op proliferatie van cyanobacteriën aanwezig is. Voor het cyanobacteriedeel van het zwemwaterprofiel wordt gebruik gemaakt van de fysisch-chemische parameters zoals die bekend zijn voor het monsterpunt 72. Voor Wylerbergmeer geldt dat de gegevens over cyanobacteriën niet of onvoldoende aanwezig zijn. 27

29 Fytoplanktonanalyses zijn niet uitgevoerd, informatie over de aanwezigheid van drijflagen zijn sporadisch bekend, informatie over kolonies van cyanobacteriën of algen/blauwalgen op de oever/waterlijn is niet bekend en microcystinemetingen zijn alleen verricht wanneer een duidelijk drijflaag aanwezig was. Volgens het stappenplan is een analyse van de toestandsvariabelen hierna noodzakelijk Watertemperatuur De watertemperatuur geeft gedurende elk zwemseizoen een vergelijkbaar beeld (Fig. 18). In de watertemperatuur zit een redelijke spreiding. De temperaturen variëren tijdens het zwemseizoen tussen de 9,5 C en de 26,5 C. Gedurende de maanden juli en augustus komt de watertemperatuur slechts enkele malen onder de 20 C. Een watertemperatuur van boven de 20 C wordt beschouwd als ideaal voor cyanobacteriebloei. Opvallend is verder dat de gemiddelde watertemperatuur de afgelopen jaren sterk is toegenomen, van gemiddeld 15,4 C in 2001 tot gemiddeld 20,2 C in De watertemperatuur laat zien dat een cyanobacteriebloei in de plas mogelijk is. 30 Jaartrends van de watertemperatuur Watertemperatuur ( C) apr mei jun jul aug sep Figuur 18. Jaartrends van de watertemperatuur 28

30 7.1.2 Doorzicht Het doorzicht in de plas is van belang voor de veiligheid van de zwemmers. Wanneer het doorzicht te laag is, kan de zwemmer mogelijke kuilen, stenen en scherpe voorwerpen op de bodem niet zien en kan zich hieraan verwonden. De norm ligt op één meter. Een doorzicht onder de meter kan veroorzaakt worden door hoge (blauw)algenconcentraties. Het doorzicht in de plas is goed (Fig. 19). In de periode is bij twee meting een doorzicht van minder dan één meter aangetroffen. In 2005 is slechts eenmaal het doorzicht gemeten, waarbij een waarde van 80 cm werd gemeten. In 2007 is een tweede maal een doorzicht van 80 cm gemeten. Het doorzicht geeft geen aanleiding tot het verwachten van een cyanobacteriebloei, omdat op twee metingen na bij alle metingen een minimaal doorzicht van één meter is geconstateerd. De twee metingen van minder dan één meter doorzicht zijn geconstateerd in jaren dat er geen problemen waren met cyanobacteriebloei. 150 Jaartrends van het doorzicht Grens Doorzicht (cm) apr mei jun jul aug sep Figuur 19. Jaartrends van het doorzicht 29

31 7.1.3 Chlorofylconcentraties Chlorofylmetingen zijn alleen in het zwemseizoen 2007 gedaan. Hiervan zijn geen van de gemeten waarden boven de 50 µg/l, de grens waarboven de aanwezigheid van grote hoeveelheden blauwalg mogelijk is. Gedurende het zwemseizoen 2007 is te zien dat de chlorofylconcentraties toenemen naar het eind van het zwemseizoen en hierbij de norm benaderen (Fig. 20). Om een beter beeld te krijgen van de chlorofylmetingen gedurende het zwemseizoen zullen echter over meerdere seizoenen metingen verricht moeten worden. Deze metingen laten zien dat in 2007 de kans op cyanobacteriebloei niet aanzienlijk is geweest, maar naar het einde van het zwemseizoen wel groter werd. 75 Chlorofyl-a Grens Chlorofyl-a concentratie (ug/l) apr mei jun jul aug sep Figuur 20. Chlorofylmetingen in

32 7.1.4 ph ph-waarden hoger dan ph 9 kunnen de zuurgraad van de huid aantasten en daarmee huidirritaties veroorzaken. De ph-waarden variëren van ph 7,2 tot ph 8,9 (Fig. 21). Geen van de gemeten ph-waarden ligt boven ph 9, maar deze waarde wordt wel meerdere malen benaderd. De afgelopen jaren is de gemiddelde ph-waarde gestegen van ph 8,1 in 2001 naar ph 8,4 in Jaartrends van de ph Grens 9 ph apr mei jun jul aug sep Figuur 21. Jaartrends van de ph Microcystinemetingen In Wylerbergmeer zijn in het verleden problemen geweest met blauwalgen. In de periode is in 2003 een waarschuwing afgevaardigd, in 2004 is een drijflaag geconstateerd die niet alarmerend bleek en in 2006 is een zwemverbod ingesteld. Bij metingen op 18 augustus 2003 werd door een monsternemer toxinevormende cyanobacteriën geconstateerd. Metingen gaven aan dat de concentratie microcystine 19,1 µg/l was. In 2004 is op 23 augustus een drijflaag geconstateerd. Metingen gaven een microcystineconcentratie van 4,5 µg/l. In het monster zijn onder andere de blauwalgensoort Anabaena Flos Aqua aangetroffen. In 2006 zijn in augustus drijflagen geconstateerd. Metingen gaven microcystineconcentraties van 270 µg/l bij het strand en zelfs >4000 µg/l bij de stuw. Volgens RGV zijn drijflagen, wanneer aanwezig in de zuidoostelijke hoek en bij de stuw te vinden. 31

33 7.1.6 Beoordeling Wylerbergmeer is gedurende de periode bemonsterd op monsterpunt 72, midden voor het zandstrand. Hierbij zijn de parameters temperatuur, doorzicht en ph gemeten. Chlorofylconcentraties zijn alleen in het zwemseizoen 2007 gemeten. Door de aanwezigheid van drijflagen zijn in 2003, 2004 en 2006 microcystinemetingen verricht. De waterkwaliteit van Wylerbergmeer in de periode kan als volgt worden samengevat: Watertemperaturen variëren in het zwemseizoen over het algemeen tussen de 9,5 C en de 26,5 C. Het doorzicht voldoet op twee metingen na tijdens alle metingen aan de grenswaarde van één meter. Chlorofylmetingen zijn onvoldoende om een oordeel te geven, maar stijgen tijdens het zwemseizoen 2007 tot net onder de norm van 50 µg/l. De zuurgraad is aan grote spreiding onderhevig. ph-waarden variëren van ph 7,2 tot ph 8,9. Hoewel het doorzicht in de plas bijna constant boven de meter was en de ph nooit boven ph 9 is geweest, geeft de watertemperatuur wel reden tot een mogelijke bloei. De watertemperatuur is gedurende de maanden juli en augustus slechts enkele malen onder de 20 C geweest, de temperatuur waarboven een cyanobacteriebloei mogelijk is. Het aantal chlorofylmetingen is onvoldoende om aan te kunnen geven of de kans op een cyanobacteriebloei in de toekomst aanwezig is. Doordat in 2003, 2004 en 2006 drijflagen geconstateerd zijn met hoge microcystineconcentraties en in 2006 een zwemverbod afgekondigd is, is een gerede kans aanwezig op een proliferatie van cyanobacteriën in de (nabije) toekomst. In dit geval schrijft de handreiking Zwemwaterprofiel Blauwalgen voor dat een nadere beschrijving van het systeem opgesteld dient te worden. 32

34 7.2 Nadere beschrijving Wylerbergmeer Er is een gerede kans dat in de (nabije) toekomst een toxische bloei van cyanobacteriën kan optreden. In zo n geval schrijft de handreiking Zwemwaterprofiel Blauwalgen voor dat een meer diepgaande beschrijving van het watersysteem gegeven wordt. Hierbij wordt gekeken naar eventuele oorzaken die ten grondslag kunnen liggen aan de proliferatie van cyanobacteriën. Volgens de handreiking zullen hydromorfologie, nutriënten, overige chemie, vegetatie en visstand en in het verleden getroffen maatregelen besproken worden. Hydromorfologie en vegetatie en visstand zijn echter reeds in hoofdstuk drie besproken en zullen in dit hoofdstuk niet opgenomen worden Nutriënten Op monsterpunt 72 zijn gedurende de periode geen nutriëntenconcentraties gemeten. In het seizoen 2007 zijn mede vanwege het opstellen van de zwemwaterprofielen metingen voor nutriëntenconcentraties meegenomen. Voor cyanobacteriën zijn voornamelijk de nutriënten stikstof en fosfaat van belang, omdat de meeste wateren stikstof- en/of fosfaatgelimiteerd zijn. Dit betekent dat de groeisnelheid van cyanobacteriën bepaald wordt door de hoeveelheid beschikbare stikstof en/of fosfaat. Bij de inschatting of nutriënten verantwoordelijk kunnen zijn voor een proliferatie wordt gebruik gemaakt van de d.d. medio 2006 geldende waarden die behoren bij het Maximaal Toelaatbaar Risico (MTR-waarde), afkomstig uit de Vierde Nota Waterhuishouding (Ministerie van V & W, 1998). De MTR-waarde voor totaalfosfaat is 0,15 mg/l en voor totaalstikstof 2,25 mg/l. Voor orthofosfaat en opgelost anorganisch stikstofverbindingen (Dissolved Inorganic Nitrogen = DIN) zijn de MTR-waarden 0,01 mg/l en 0,08 mg/l. 33

35 Voor totaalfosfaat is in geen van de metingen een waarde gemeten die hoger lag dan de MTRwaarde van 0,15 mg/l (Fig. 22). Het grootste deel van de gemeten concentraties lag op de detectiegrens van 0,05 mg/l. Het tijdstip waarop gemeten is, heeft geen invloed gehad op de gemeten concentratie. Totaalfosfaat lijkt gedurende het zwemseizoen limiterend te zijn voor een proliferatie van cyanobacteriën. 0,2 Totaalfosfaat Grens Totaa fosfaat-concentratie (mg/l) 0,15 0,1 0,05 0 apr mei jun jul aug sep Figuur 22. Totaalfosfaat in

36 Voor de beschouwing van totaalstikstof is gebruik gemaakt van de som van Kjeldahl-stikstof, nitraat en nitriet. Voor totaalstikstof zijn geen waarden gemeten boven de MTR-waarde van 2,25 mg/l (Fig. 23). De nitraat- en nitrietconcentraties lagen bij bijna alle metingen op de detectiegrens van 0,06 mg/l. Naar het einde van het zwemseizoen (juli september) zijn de stikstoftotaal-concentraties verhoogd, maar benaderen zij de MTR-waarde niet. Ook totaalstikstof lijkt gedurende het zwemseizoen limiterend te zijn voor een proliferatie van cyanobacteriën. 3 Totaalstikstof Grens Totaalstikstof -concentratie (mg/l) apr mei jun jul aug sep Figuur 23. Totaalstikstof in

37 Voor orthofosfaat liggen alle gemeten waarden op de detectiegrens van de analysemethode. Deze detectiegrens ligt op 0,05 mg/l, wat boven de MTR-waarde van 0,01 mg/l is (Fig. 24). Het is dus niet mogelijk om aan te geven of de gemeten concentraties orthofosfaat boven of onder de norm liggen en of orthofosfaat limiterend kan zijn voor de groei van cyanobacteriën. 0,06 Orthofosfaat Grens Orthofosfaat-concentratie (mg/l) 0,05 0,04 0,03 0,02 0,01 0 apr mei jun jul aug sep Figuur 24. Orthofosfaat in

38 Naast nitraat en nitriet behoort ammonium ook tot de opgeloste anorganische stikstofverbindingen (Dissolved Inorganic Nitrogen = DIN). Bij een DIN-concentratie lager dan 0,08 mg/l is stikstof limiterend voor de groei van cyanobacteriën. Voor DIN geldt net als voor orthofosfaat dat de detectiegrens van de analysemethode hoger ligt dan de MTR-waarde. Drie van de gemeten concentraties DIN liggen boven de detectiegrens en liggen daardoor zeer waarschijnlijk ook boven de MTR-waarde. In het begin (april - mei) en het eind (september) van het zwemseizoen lijkt DIN niet limiterend te zijn voor cyanobacteriebloei. Gedurende de maanden juni - augustus lijkt DIN wel limiterend te zijn voor cyanobacteriebloei (Fig. 25). DIN Grens 0,4 DIN-concentratie (mg/l) 0,3 0,2 0,1 0 apr mei jun jul aug sep Figuur 25. DIN in

39 7.2.2 Overige chemie Chloride-concentraties zijn laag en liggen tussen de 20 mg/l en 25 mg/l (Fig. 26). Er zijn echter te weinig metingen om eventuele fluctuaties binnen het zwemseizoen te kunnen waarnemen. 30 Chloride Chloride-concentratie (mg/l) apr mei jun jul aug sep Figuur 26. Chloride in

40 7.2.3 In het verleden getroffen maatregelen In de plas zijn in het verleden enige maatregelen getroffen voor het tegengaan van een proliferatie van blauwalgen. In 1975 is in de plas gebaggerd. In 1979 is het stuw aan de noordzijde van de plas zo aangepast dat geen verontreinigd water vanuit Het Meer het Wylerbergmeer in kon stromen. In 1981 is de Filosofenbeek van het Wylerbergmeer afgekoppeld en op het Wylermeer aangesloten en zijn de woningen op de heuvelrand en Park Tivoli op de Nijmeegse riolering aangesloten. Tot afkoppeling van de Filosofenbeek is voornamelijk gekomen vanwege het erg hoge nitraatgehalte van de beek. In 1982 is over de gehele lengte van het strand een strook van 50 meter breed en 70 centimeter diep ontgraven om zo het opwervelend slib te verminderen. In 1984 en 1985 heeft de hengelsportfederatie grote brasems en snoekbaars uit de plas weggevangen. In 1991 en 1993 zijn nieuwe verbeteringswerken op het strand uitgevoerd. 7.3 P- en N-afgifte Op tien locaties in het Wylerbergmeer zijn in opdracht van RGV in maart 2007 door middel van een happer bodemmonsters genomen (Fig. 27). Deze bodemmonsters zijn voor onderzoek overgedragen aan het laboratorium van het Waterschap Rivierenland. Het doel van het onderzoek is om een beeld te krijgen van mogelijke P- en N-afgifte door baggerspecie aan het water. In Bijlage 6 is het gehele rapport te lezen. Volgens het rapport is op vier plaatsen (1, 2, 4 en 5) een aanzienlijk gehalte organische stof in combinatie met vrij aanzienlijke gehaltes kleine minerale deeltjes (<50 µm). Op deze locaties zijn ook verhoogde gehaltes van stikstof, nitraat, nitriet en fosfaat gemeten. Omdat op de vier locaties ook verhoogde gehaltes ijzer en calcium zijn gemeten, is het aannemelijk dat de nutriënten in de baggerspecie gebonden zijn en dat uitwisseling met de waterkolom niet aan de orde is. De overige zes locaties worden gekenmerkt als zanderig en bevatten geen verhoogde gehaltes organische stof en nutriënten. Figuur 27. Locaties bodemmonsters 39

41 8. Evaluatie en conclusie Algemene beschrijving Het Wylerbergmeer is een plas in de buurt van Nijmegen. De plas is ontstaan door een deel van het Wylermeer af te sluiten en het Omleidingskanaal aan te leggen. Dit is gedaan om de waterkwaliteit voor zwemmers te verbeteren. Ten zuiden ligt een stuwwal en ten noorden ligt de Ooijpolder. De plas ligt afgelegen en is voor auto s alleen via een doodlopende weg bereikbaar, voetgangers kunnen vanaf de Provinciale weg bij de plas komen. Op de westelijke oever is een zandstrand met een ligweide aangelegd. Hier zijn een aantal speeltoestellen geplaatst. De Provincie Gelderland verzamelt gezondheidsklachten die mogelijk gerelateerd kunnen zijn aan de waterkwaliteit. In de periode zijn meerdere gezondheidsklachten gemeld. In 2002 en 2006 zijn meldingen over zwemmersjeuk binnengekomen en verder zijn in de periode meerdere meldingen van een algemeen ziektebeeld binnengekomen. In 2001 is een man in het ziekenhuis opgenomen met de Ziekte van Weil. Indicatororganismen voor fecale verontreiniging Voor dit profiel is gebruik gemaakt van de metingen van drie indicatororganismen voor fecale verontreiniging, namelijk intestinale enterococcen, Escherichia coli en thermotolerante bacteriën van de coligroep. De eerste twee indicatororganismen zijn in de nieuwe zwemwaterrichtlijn opgenomen en zijn in de periode gemeten, het derde indicatororganisme komt voort uit de oude zwemwaterrichtlijn en is in de periode gemeten. Gedurende het zwemseizoen (mei - september) wordt één- tot tweewekelijks bemonsterd op monsterpunt 72. Op het monsterpunt 72 is voor zowel intestinale enterococcen als E coli één overschrijding gemeten in Op 8 augustus 2006 is voor intestinale enterococcen een waarde gemeten van 440 kve/100ml, waar de richtwaarde voor goed zwemwater 400 kve/100ml is. De overige gemeten waarden zijn laag te noemen. Voor E coli is op 18 juli 2006 een waarde gemeten van 1700 kve/100ml, waar de richtwaarde voor goed zwemwater 100 kve/100ml is. Voor E coli is daarnaast één waarde gemeten die verhoogd is, de overige metingen zijn voor alle indicatororganismen laag te noemen. Voor thermotolerante bacteriën van de coligroep is in de periode geen overschrijding gemeten. Voor Wylerbergmeer lijken geen relaties aanwezig te zijn tussen de gemeten waarden van de indicatororganismen en de weersomstandigheden. Ondanks de twee overschrijdingen zijn de overige gemeten waarden over het algemeen te laag om aan weersomstandigheden te kunnen koppelen. De overschrijdingen worden gezien als incidenten. Een indeling in een kwaliteitsklasse mag nog niet, omdat daarvoor metingen uit minstens drie opeenvolgende jaren nodig zijn. Wanneer een indicatie van de kwaliteitsklasse gegeven zou moeten worden, dan zou Wylerbergmeer op basis van de gemeten concentraties ingedeeld worden in de kwaliteitsklasse uitstekend. Het 95-percentiel voor de gemeten waarden van intestinale enterococcen ligt op 124 kve/100ml, wat onder de 200 kve/100ml ligt, de richtwaarde voor uitstekend zwemwater. Ook E coli is ingedeeld in de klasse uitstekend, door een 95-percentiel voor de gemeten waarden van 480 kve/100ml, wat net onder de richtwaarde voor uitstekend zwemwater van 500 kve/100ml ligt. De waarde voor E coli is veroorzaakt door één hoge overschrijding van 1700 kve/100ml en een verhoging van 520 kve/100ml in

42 ZWEMPROF Op basis van de beschikbare informatie over de plas en de directe omgeving, door middel van data-analyse, literatuuronderzoek en veldbezoek zijn een aantal potentiële verontreinigingsbronnen naar voren gekomen. Dit zijn: Zwemmers Afstromend wegwater Watervogels Dieren op het zandstrand In het spreadsheetmodel ZWEMPROF kan data ingevoerd worden, waarna het model aangeeft of bepaalde bronnen of combinaties van bronnen verantwoordelijk kunnen zijn voor een slechtere kwaliteit van het zwemwater. Alle bronnen hebben een verwaarloosbare invloed op de waterkwaliteit, zowel individueel als gezamenlijk. Dit geldt wanneer de waarden in het model ingevuld worden die tijden het veldwerk bepaald zijn. Bij variatie van de bronnen kan de invloed op de waterkwaliteit ook veranderen. Zwemmers kunnen voor een geringe invloed op de waterkwaliteit zorgen. Bij een toename tot zwemmers kan door zowel intestinale enterococcen als E coli een geringe invloed op de waterkwaliteit verwacht worden. Bij een verdere toename tot zwemmers kan de invloed door intestinale enterococcen wezenlijk en door E coli gering zijn. Deze aantallen zijn hoog, maar niet geheel onmogelijk, aangezien de maximale capaciteit van het recreatiegebied bezoekers is. Watervogels en honden kunnen beiden bij een toename van de aantallen of een afname van de gemiddelde afstand tot de zwemzone verantwoordelijk zijn voor een grotere invloed op de waterkwaliteit. Een toename van het aantal watervogels tot 65 watervogels kan zorgen voor een geringe invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen. Deze aantallen zijn gezien de grootte van de plas mogelijk. Voor honden geldt dat een toename tot 23 honden kan leiden tot de geringe invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen. Gezien de nabijheid van stedelijke bebouwing zou dit aantal mogelijk kunnen zijn. Een gezamenlijk effect van alle bronnen kan mogelijk zijn. Een voorbeeld hiervan is wanneer zwemmers, tien honden op gemiddeld 50 meter afstand en 50 watervogels op een gemiddelde afstand van 175 meter aanwezig zijn. Individueel hebben honden een geringe invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen. Zwemmers en watervogels hebben een verwaarloosbare invloed op de waterkwaliteit. Gezamenlijk is de invloed op de waterkwaliteit door intestinale enterococcen wezenlijk en door E coli gering. 41

43 Cyanobacteriën Wylerbergmeer is gedurende de periode tweewekelijks bemonsterd op monsterpunt 72, waarbij onder andere de parameters temperatuur, doorzicht en ph gemeten zijn. In 2007 is de parameter chlorofyl toegevoegd. Wylerbergmeer heeft in het verleden problemen gekend met blauwalgen. Op 18 augustus 2003 is een waarschuwing afgevaardigd vanwege de aanwezigheid van drijflagen, een zwemverbod bleef uit. Op 23 augustus 2004 zijn drijflagen geconstateerd. Microcystinemetingen gaven lage concentraties microcystine aan, waardoor de aanwezigheid van de drijflagen niet alarmerend genoeg was voor een waarschuwing of een verbod. In 2006 zijn erg hoge microcystineconcentraties gemeten, waardoor op 23 augustus een zwemverbod werd ingesteld. Hoelang het verbod ingesteld is geweest is niet duidelijk. De waterkwaliteit van Wylerbergmeer in de periode kan als volgt worden samengevat: watertemperaturen variëren in het zwemseizoen over het algemeen tussen de 9,5 C en de 26,5 C; het doorzicht voldoet op twee metingen na tijdens alle metingen aan de streefwaarde van één meter; het aantal chlorofylmetingen is onvoldoende om een oordeel over te geven, maar de waarden stijgen tijdens het zwemseizoen tot net onder de norm van 50 µg/l; de zuurgraad is aan grote spreiding onderhevig. ph-waarden variëren van ph 7,2 tot ph 8,9. Voornamelijk op basis van de drijflagen in de afgelopen jaren kan worden geconcludeerd dat een gerede kans bestaat op een proliferatie van cyanobacteriën in de (nabije) toekomst. Hiertoe is een uitgebreidere beschrijving van het systeem opgesteld. Bij de uitgebreidere beschrijving van het systeem is gekeken naar de nutriënten stikstof en fosfaat, omdat de meeste wateren fosfaat- en/of stikstofgelimiteerd zijn. Dit betekent dat de groeisnelheid van cyanobacteriën bepaald wordt door de hoeveelheid beschikbare fosfaat en/of stikstof. De concentraties totaalfosfaat liggen onder de MTR-waarden. De concentraties orthofosfaat liggen boven de norm, maar hierbij moet aangetekend worden dat de gemeten concentraties op de detectiewaarde liggen en deze detectiewaarde boven de norm ligt. Hierdoor is het niet aan te geven of de gevonden concentraties ook daadwerkelijk boven of onder de norm liggen. Het is hierdoor mogelijk dat Wylerbergmeer fosfaatgelimiteerd is. Voor de concentraties totaalstikstof en DIN geldt voor een groot deel hetzelfde als voor totaalfosfaat en orthofosfaat. De concentraties totaalstikstof liggen onder de MTR-waarde. De concentraties DIN liggen op drie metingen na, allen op de detectiewaarde. Het zou dus ook kunnen zijn dat Wylerbergmeer stikstofgelimiteerd is. Voor DIN lijkt het dat de concentraties buiten het seizoen boven de norm liggen, maar tijdens het seizoen tot onder de detectiegrens en zeer waarschijnlijk ook onder de normwaarde dalen. Een bodemonderzoek door het laboratorium van het Waterschap Rivierenland heeft aangetoond dat, hoewel hoge concentraties nutriënten in de bodem aanwezig zijn, deze hoogstwaarschijnlijk gebonden zijn aan calcium en ijzer. Uitwisseling met het water lijkt onwaarschijnlijk te zijn, hoewel dit door opwerveling door vissen en zwemmers wel mogelijk zou kunnen zijn. 42

44 9. Maatregelen en aanbevelingen Wylerbergmeer is een recreatieplas met problemen op het gebied van blauwalgen. Om deze in de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen zullen maatregelen getroffen moeten worden. Probleemgebieden zullen hieronder vermeld worden, waarna eventuele maatregelen en/of aanbevelingen gegeven worden. Tijdens het zwemseizoen 2007 zijn stikstof- en fosfaatconcentraties limiterend voor algenbloei. Het is echter onbekend hoe hoog de concentraties buiten het zwemseizoen zijn en wat de mogelijke invloeden van nutriënten buiten het zwemseizoen zijn. Hoewel met het bodemonderzoek is aangetoond dat nutriënten gebonden zijn aan hoge gehaltes calcium en ijzer in de bodem, wordt aanbevolen om het nutriëntenonderzoek door te zetten en uit te breiden met metingen buiten het zwemseizoen. Om het aantal nutriënten in de zwemplas niet op te laten lopen wordt aanbevolen om bomen, voornamelijk op de oostelijke oever te kappen. Door deze kap zal minder blad in het water terecht komen, waardoor minder nutriënten beschikbaar zullen komen. Een aantal bomen is inmiddels gekapt, maar de tijd zal uitwijzen of het aantal gekapte bomen voldoende is. Uit het visserijonderzoek is naar voren gekomen dat weinig diversiteit in het visbestand aanwezig is, van veel vissoorten zijn alleen grote exemplaren aanwezig en ontbreken de juveniele groepen. Dit is voornamelijk van toepassing op brasem. Volgens het onderzoek is te verwachten dat de komende jaren op een natuurlijke wijze de grote exemplaren plaats zullen maken voor kleine en jonge vis. Een actief visbeheer wordt hiervoor toegepast. Van het Wylerbergmeer is bekend dat in 2004 onder andere Anabaene Flos Aqua in de drijflagen aangetroffen is. Maar welke andere soorten aangetroffen zijn, wordt nergens vermeld. Om een beter beeld te krijgen van de fytoplanktonsamenstelling zal een analyse uitgevoerd moeten worden om de soortsamenstelling te kunnen bepalen. Hoewel in het verleden enkele maatregelen getroffen zijn om een proliferatie van cyanobacteriën te voorkomen, is nog geen oplossing gevonden. Het is hierdoor voorlopig ook zaak om effectgerichte maatregelen te treffen indien drijflagen aangetroffen worden. Hierbij kan gedacht worden aan maatregelen als verstoren van de drijflagen, het bestrijden van blauwalgen door middel van ultrasone geluidgolven en het waarschuwen van zwemmers/het instellen van een zwemverbod. Er zal gekeken moeten worden naar de meetmethoden voor de nutriëntenconcentraties, omdat de detectiegrens voor orthofosfaat en DIN boven MTR-waarden liggen. Het is daardoor niet mogelijk om te oordelen of orthofosfaat en/of DIN limiterend zijn voor de groei van blauwalgen. 43

45 10. Literatuur DHV (2005): Rapport KRW en oppervlaktewater, Bescherming van zwemwater en oppervlaktewater voor drinkwaterbereiding onder de Europese Kaderrichtlijn Water, Ministerie V&W/RWS/RIZA RIZA & DHV (2007): Rapport Handreiking Zwemwaterprofiel Blauwalgen; Hulpmiddel bij het opstellen van het voor blauwalgen relevante deel van Zwemwaterprofielen Sportvisserij Nederland (2007): Rapport Visserijkundig onderzoek Wylerbergmeer te Beek- Ubbergen; op 22 februari 2007 uitgevoerd in opdracht van de HSV Midden Nederland Waterschap Rivierenland (2007): Rapport van de afdeling Laboratorium Onderzoek naar P- en N-afgifte door baggerspecie uit Wylerbergmeer Zuiveringschap Rivierenland (1996): Waterkwaliteit Zwemplas Wylerbergmeer ; een onderzoek naar knelpunten en oplossingen vanuit een watersysteembenadering Website: 44

46 Bijlage 1. Gemeten parameters op monsterpunt 72 in 2007 Parameter Eenheid Parameter Eenheid Ammonium (NH4-N) mg/l Kleur - Bezoekersaantal - Kroosbedekking - Bicarbonaat (HCO3) mmol/l Magnesium (Mg) mg/l Bromide (Br) mg/l Monstern Oppvlw - BZV-05 mg/l Monstern Zwemw - Calcium (Ca) mg/l Natrium (Na) mg/l Carbonaat (CO3) mmol/l Nitraat (NO3-N) mg/l Chloride (Cl) mg/l Nitriet (NO2-N) mg/l Chlorofyl-a - Olie - Coli E. (TP) per 100 ml Onderhoud strand - Coli Thermotoler. per 100 ml ph-veld - Coli Totaal per 100 ml Regen - Diepte m Schoning - Dode watervogels - Schuim - Doorzicht m Stroomrichting - Drijflaag - Stroomsnelheid cm/s Droge stof OB mg/l Sulfaat (SO4) mg/l EGV-veld ms/m Temperatuur lucht oc Enterococcen Int. per 100 ml Temperatuur water oc Faeofytine - Tot. Stikstof (N) mg/l Fauna - Vee - Fosfaat (PO4) mg/l Vuil - Fosfor (P) mg/l Windrichting - Geur - Zichtbare verontr - Gloeirest OB % (m/m) Zon - Huisdieren - Zuurstof mg/l Kalium (K) mg/l Zuurstofpercentage % KjN-aa (N) mg/l Zwerfvuil - 45

47 Bijlage 2. Gezondheidsklachten 21 september 2001 is een man opgenomen in het ziekenhuis met de ziekte van Weil, een ziekte die opgelopen kan worden na het in contact komen met rattenurine. Hij had half augustus in het Wylerbergmeer gezwommen. Onderzoek wijst uit dat er een natuurlijke populatie ratten bij de plas aanwezig is en dat het oplopen van de ziekte een toevalstreffer is geweest. In 2002 kwam op 16 juli een melding binnen van twee personen die telkens na het zwemmen last hadden van verkoudheid/slijmvliesontsteking en niezen. De klachten zijn doorgegeven aan RGV, maar de relatie met het zwemwater is onduidelijk gebleven. Op 31 juli 2002 is een melding van vier personen binnengekomen met klachten over overgeven daags na het zwemmen. De relatie met het zwemwater is niet duidelijk gebleken. Een man heeft op 5 augustus 2002 gemeld dat hij last had van rode bultjes en jeuk na het zwemmen op 28 juli Hier wordt gedacht aan zwemmersjeuk Op 20 augustus 2002 is een melding binnengekomen van een moeder en drie kinderen. Zij hebben op twee opeenvolgende dagen gezwommen en hebben hierna last gehad van overgeven, buikpijn, hoofdpijn en het slecht verdragen van licht en geluid. Er werd gedacht aan een lichte zonnesteek. Een melding over het beperkt openstellen van de toiletgroepen kwam op 16 juli 2002 binnen. Op 23 juli 2003 is een melding binnengekomen van twee personen met klachten over hoofdpijn, braken en maagdarmklachten. 6 augustus 2003 is melding gemaakt van vijf kinderen met jeuk, huiduitslag en kleine ronde vlekjes. Het Waterschap Rivierenland heeft op 19 augustus 2003 bij de provincie aangegeven dat er toxinevormende blauwalgen zijn aangetroffen. Metingen lieten bovendien zien dat de concentratie microcystine op 18 augustus ,1 µg/l was. Hierop zijn op 19 augustus 2003 waarschuwingsborden geplaatst. Op 28 augustus 2003 is de waarschuwing ingetrokken. Op 30 juli 2004 is een klacht binnengekomen over een kind met rode bultjes en jeuk. De overige kinderen hadden geen last. Op 23 augustus 2004 is door een monsternemer van het waterschap een drijflaag aangetroffen. Onderzoek geeft onder andere Anabaena Flos Aqua en een microcystine-gehalte van 4,5 µg/l. De situatie lijkt niet alarmerend. Op 5 juli 2006 is een melding binnengekomen van een kind dat last had van maagdarmstoornissen. De huisarts heeft aangegeven dat het om een infectie ging. 16 en 18 augustus 2006 zijn meldingen binnengekomen over zwemmersjeuk. Beide meldingen betroffen elk twee personen. 46

48 Op 18 augustus is op een luchtbed naar de overkant van de plas gezwommen waar veel riet staat en veel watervogels zwemmen. Op 16 augustus 2006 is ook een melding binnengekomen van een man die zes maal per week in de plas zwemt. Hij meldde dat er al wekenlang drijflagen aanwezig zijn. Hij had regelmatig last van wat jeuk. Na controle van RGV bleken de drijflagen aanwezig te zijn, maar niet in de buurt van het strand. Vanaf 16 augustus 2006 is door RGV is de situatie dagelijks in de gaten gehouden. Waterschap Rivierenland heeft op 16 augustus 2006 monsters ter bepaling van het microcystinegehalte genomen. Op 23 augustus 2006 waren de resultaten bekend. Het microcystinegehalte bij het strand bedroeg 270µg/l en bij de stuw zelfs >4000µg/l. Vanaf 23 augustus 2006 is een zwemverbod ingesteld. Dit zwemverbod blijft van kracht to het einde van het zwemseizoen. 25 september 2006 is door een persoon gemeld dat er geen waarschuwingsborden geplaatst zijn, terwijl er nog wel het zwemverbod nog steeds van kracht is. RGV is verzocht om het zwemverbod beter aan te geven. Op 13 september 2007 is een melding binnengekomen van een vrouw die haar hond in de plas heeft laten zwemmen. Deze hond is naderhand ziek geworden en heeft daarbij onder andere moeten overgeven. Een dag later is een familielid met een hond ook wezen zwemmen in de plas en ook daarbij is de hond ziek geworden. Verder werd gemeld dat het water er groenig uit zag. De melder is hierna teruggebeld met de mededeling dat de waterkwaliteit goed was. De honden waren inmiddels weer gezond. De melder is medegedeeld dat het niet toegestaan is om met een hond in de plas te zwemmen. 47

49 Bijlage 3. Gemeten concentraties van de indicatororganismen in kve/100ml Datum Intestinale E coli Thermotolerante enterococcen bacteriën van de coligroep

50 Datum Intestinale E coli Thermotolerante enterococcen bacteriën van de coligroep

51 Bijlage 4. Invulblad ZWEMPROF ZW EMPROF ZW EMw aterprofielen Naam locatie: Datum beoordeling: Type systeem plas 1 Overstort gemengd stelsel (incidenteel) Jachthavens (continue belasting) breedte plas (m) 84 afstand overstort gemengd stelsel (m) 0 Uitwisselingsdebiet met overig water (m3/sec) 0 lengte plas (m) 500 Overstortvolume (m3) 0 afstand tot zwemplek (m) 0 gemiddelde diepte plas (m) 3 Fractie naar zwemwater 0 Fractie naar zwemwater 0 1 oppervlak zwemzone (m2) 8400 Overstort gescheiden stelsel (incidenteel) W atervogels (continue belasting) oeverlengte zwemstrand (m) 390 afstand overstort gescheiden stelsel 0 Aantal 25 Overstortvolume 0 afstand tot zwemplek (m) 175 Zw emmers Fractie naar zwemwater 0 Fractie naar zwemwater 1 gemiddeld aantal per dag 2250 aantal bij extreme drukte 3750 Lozingen slachthuis of mestverw erkend bedrijf Lokale bron (incidenteel) Debiet lozing (m3/sec) 0 concentratie E. coli (KVE/l) 0 Recreatievaart afstant tot zwemplek (m) 0 concentratie enterokokken (KVE/l) 0 aantal boten per dag 0 Fractie naar zwemwater 0 volume (m3) 0 aantal; bij extreme drukte 0 afstand tot zwemplek (m) 0 Afstand tot zwemplek (m) 0 Ongezuiverde lozingen (incidenteel) Fractie naar zwemwater 0 Fractie naar zwemwater 0 Volume lozing (m3) 0 afstand tot zwemplek (m) 0 Lokale bron (continu) RW ZI Fractie naar zwemwater 0 belasting E. coli (KVE/halfjaar) 0 Debiet (m3/sec) 0 belasting enterokokken (KVE/halfjaar) 0 afstand tot zwemplek (m) 0 Afstromend w egw ater (incidenteel) afstand tot zwemplek (m) 0 Fractie naar zwemwater 0 Volume lozing (m3) 668 Fractie naar zwemwater 0 afstand tot zwemplek (m) 300 Agrarisch achterland Fractie naar zwemwater 0,5 Dieren op het zw emstrand Bodemtype klei 1 aantal honden/dag 10 aantal hectare 0 Beroepsvaart (continue belasting) aantal paarden/dag 0 mestsoort Kippen 2 Aantal boten per dag 0 afstand tot zwemplek 150 afstand tot zwemplek (m) 0 afstand tot zwemplek (m) 0 fractie naar zwemwater 0,5 Fractie naar zwemwater 0 Fractie naar zwemwater 0 52

52 Bijlage 5. Invloed op de waterkwaliteit bij variatie in aantallen watervogels en de gemiddelde afstand tot de zwemzone Aantal watervogels Gemiddelde afstand Invloed op waterkwaliteit Invloed op waterkwaliteit tot zwemzone (Intestinale enterococcen) (E coli) Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk 15 8 Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot 53

53 Invloed op de waterkwaliteit bij variatie in aantallen honden en de gemiddelde afstand tot de zwemzone Aantal Honden Gemiddelde afstand Invloed op waterkwaliteit Invloed op waterkwaliteit tot zwemzone (Intestinale enterococcen) (E coli) Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar 5 42 Gering Verwaarloosbaar 5 23 Wezenlijk Gering 5 15 Groot Gering 5 11 Groot Wezenlijk 5 6 Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Verwaarloosbaar Verwaarloosbaar Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot Gering Verwaarloosbaar Wezenlijk Gering Groot Gering Groot Wezenlijk Groot Groot 52

54 Bijlage 6. Rapport van de afdeling Laboratorium Onderzoek naar P- en N-afgifte door baggerspecie uit Wylerbergmeer. Bestemd voor: Afdeling Kennis en Beleid, Hans Meijer. Van: Afdeling Laboratorium, Johan van Rooij. Datum onderzoek: maart 2007 Rapportage: 1 juli Inleiding. In het oppervlaktewater van het Wylerbergmeer is regelmatig een aanzienlijke bloei van algen te zien. Een mogelijk oorzaak hiervan is de uitwisseling van fosfor (P) en stikstof (N) vanuit de bodem. Om te bekijken of de baggerspecie P en N bevat dat mogelijk afgegeven kan worden aan het bovenstaande oppervlaktewater, is op 10 plaatsen in het Wylerbergemeer baggerspecie verzameld (door de beheerder van de plas) en aan het laboratorium van Waterschap Rivierenland aangeboden. In dit rapport zijn de bevindingen van het onderzoek gegeven. 2. Het onderzoek. In tabel 1 zijn de parameters gegeven die zijn onderzocht met hierbij de reden van het onderzoek naar deze parameter. Opgemerkt dient te worden dat een beperkte hoeveelheid baggerspecie is aangeboden. Verder is niet bekend waar de 10 afzonderlijke monsters zijn genomen. Wellicht is de specie van de bovenste laag (< 10 cm) genomen (= aanname). Tabel 1 Overzicht en reden van onderzochte parameters in de baggerspecie. Nr Parameter Reden om deze parameter te bepalen Opmerking 1 Droge stof Het resultaat wordt gerapporteerd in mg/kg droge stof - 2 Organische stof Organisch stof kan een potentiële bron van N- en P- verbindingen zijn. Bij een hoog organisch stofgehalte is de kans groter dat er organische P- en N- verbindingen aanwezig zijn, dan bij een laag organisch - stofgehalte. 3 Deeltjesgrootte De binding van P en N aan baggerspeciedeeltjes is groter naarmate er kleinere deeltjes aanwezig zijn. Er is een scheiding gemaakt tussen de aanwezigheid van kleine slibdeeltjes (< 50 µm) en grotere slibdeeltjes (> 50 µm). 4 Kjeldahlstikstof Deze parameter geeft het totaal gehalte aan van aanwezig ammonium en gebonden organisch stofgehalte in de baggerspecie. 5 Totaal fosfor Deze parameter geeft het totaal gehalte aan van vrij en gebonden fosfor. 6 Nitriet opgelost Opgelost nitriet, nitraat en fosfaat zijn nutriënten die direct door algen ogenomen kunnen worden voor de synthese van nieuw algenmateriaal. Daar er weinig monstermateriaal aanwezig was, is o.a. niet de fractie lutum (deeltjes met een grootte van maximaal 2 µm) bepaald kunnen worden. - - Opgelost nitriet is verkregen door 20 g baggerspecie gedurende 53

55 Nr Parameter Reden om deze parameter te bepalen Opmerking 1 uur te schudden met 20 ml gedemineraliseerd water en in het gefiltreerde residu de meting uit te voeren. 7 Nitraat Zie nitriet Zie nitriet Opgelost 8 Ortho-fosfaat opgelost Zie nitriet Zie nitriet 9 Calcium Calcium heft de eigenschap om fosfaat vast te leggen - in de waterbodem. Naarmate meer calcium aanwezig is, naarmate minder fosfaat naar het oppervlaktewater uitgewisseld kan worden. 10 IJzer Zie calcium - 3. De resultaten van het onderzoek. In tabel 2 zijn de resultaten van het onderzoek weergegeven. Tabel 2 Resultaten van het onderzoek van de 10 baggerspeciemonsters. Monsterpunt Punt QMA-code Parameter Droge stof (ds) in m/m % Organische stof in m/m % Deeltjesgrootte < µm in m/m % Kjeldahl stikstof in g/kg ds Totaal fosfor in g/kg ds Opgelost nitriet in mg/kg ds Opgelost nitraat < < in mg/kg ds Opgelost fosfaat 2.13 < < 0.01 < < in mg/kg ds Calcium in g/kg ds IJzer in g/kg ds

56 4. Conclusies. Uit het onderzoek blijkt dat naast het gehalte aan nitraat in de baggerspecie ook in dezelfde orde van grootte nitriet aanwezig is. Dit is wellicht ook aannemelijk daar in de meestal anaerobe slibfase anoxische micro-organismen zuurstof vrijmaken uit het aanwezige nitraat waardoor nitriet ontstaat. Bij de uitwisseling van nitriet naar de zuurstofrijke waterfase ontstaat nitraat dat dan als nutriënt direct beschikbaar is voor o.a. algen. Uit literatuuronderzoek is gebleken dat een verhouding tussen ortho-fosfaat (het vrije fosfaat) en ijzer(ii)fosfaat (gebonden fosfaat) (PO 4 3- /Fe 3 (PO 4 ) 2 informatie kan geven over de eutrofiërende eigenschappen van een waterbodem. Als deze factor groter is dan circa 0,05 dan zou de waterbodem een aanzienlijke invloed kunnen hebben op de eutrofiëring van het oppervlaktewater. Op basis van de resultaten van het onderzoek wordt in geen enkele situatie deze verhoudingsfactor overschreden. Echter deze factor geld voor baggerspecie die in rust op de waterbodem aanwezig is. Door opdwarrelen van de specie door badgasten, pleziervaart, vissen, aanzienlijke stroming, etc. kan de uitwisseling van fosfaat en nitriet/nitraat vanuit de waterbodem naar het oppervlaktewater plaatsvinden. Uit de gegevens blijkt dat een viertal locaties (punten 1, 2, 4 en 5) een aanzienlijk gehalte hebben aan organische stof in combinatie met een vrij aanzienlijk gehalte aan kleine minerale deeltjes (< 50 µm). Ook de gehalten aan calcium en ijzer is aanzienlijk t.o.v. de zanderige locaties (3, 6, 7, 8, 9 en 10). In deze vier locaties is ook een verhoogd gehalte aan stikstof, nitriet, nitraat en fosfaat te zien. Deze locaties hebben in potentie een aanzienlijke mogelijkheid om fosfaat en nitraat uit te wisselen met het oppervlaktewater. Door het beschreven opdwarrelen is het mogelijk dat hierdoor nitriet/nitraat en fosfaat in het oppervlaktewater terecht komt waardoor voor o.a. algen een aanzienlijke hoeveelheid nutriënten beschikbaar komt. 55

57 Bijlage 7. Veldbezoek Wylerbergmeer Bezoektijd: Maandag 4 juni 2007, 11.30u 13.00u Aanwezig: Jeroen Pelser, Karlijn Holthaus (Grontmij), Imke Leenen (Grontmij), Adriaan van der Linden (RGV) Weer: Zonnig, enkele wolk, ongeveer 21 C Het bezoek aan deze kleine plas begint op de parkeerplaats. Vanaf hier is de plas nog niet zichtbaar, maar zijn al wel een aantal borden te zien. Er staat hier een bord van RGV zelf (Fig. 1A), een bord met informatie over wandelroutes in de omgeving (Fig. 1B) en een informatietafel over het meer (Fig. 1C). Hiernaast loopt een smal pad richting het gebied. Figuur 1. Informatieborden bij de ingang naar de plas (A + B) en een overzichtsbord van het gebied (C) We zijn met de richting van de klok mee het meer rondgelopen. Wat opvalt tijdens het lopen langs het strand is dat het zand zwart is wanneer het omgewoeld wordt (Fig. 2A). Ook is er een zwavelgeur aanwezig bij dit zand. Wat overigens voor de spelende kinderen niks uitmaakte (Fig. 2B). Er staat hier een waterspeeltoestel waarvan de pomp stuk is en inmiddels ook weggehaald is. Iets verder op werd in het water gekeken en was goed te zien dat het niet helemaal helder is en dat er veel organisch materiaal op de bodem van de plas ligt, onderwaterplanten zijn hier niet aanwezig (Fig. 2C). Vanaf deze kant, bij het strand, is ook goed te zien dat aan de overkant veel riet langs de oever staat en dat ook de bomen dicht langs het water staan (Fig. 2D). 56

58 Figuur 2. Omgewoeld zand (A), spelende kinderen op het strand (B), organisch materiaal op de bodem bij het strand (C) en de oostelijke oever gezien vanaf het zandstrand (D) Aan de noordkant van de plas is een overloop aanwezig (Fig. 3). Hier stroomt volgens Adriaan constant water een slootje in, waarbij het uitkomt in Het Meer. Het water kan alleen het meer uit en niet in (Fig. 4). Het water in Het Meer lijkt niet van goede kwaliteit te zijn, er is bijna geen doorzicht, het water lijkt een bruine soep. Wanneer vlak na de overloop weer in het water gekeken wordt, zijn er ineens wel waterplanten te zien. Het gaat hierbij om waterpest, in het rapport van Jan de Rooij uit 1996 staat smalle waterpest vermeld. 57

59 Figuur 3. Overloop vanaf de brug gezien 58

60 Figuur 4. Het water loopt vanuit het Wylerbergmeer (A) Het Meer in (B) Wat opvalt tijdens het lopen is dat er weinig watervogels aanwezig zijn. Er zijn enkele meerkoeten in het water, maar verder niet veel. Zangvogels zijn in de bomen rond het meer in groten getale aanwezig en in het riet zitten ook verschillende vogeltjes. Wel zijn er redelijk wat kikkers die luid en duidelijk aanwezig zijn. De oever tegenover het strand loopt schuin af richting het water. Wanneer het regent, loopt het water met voedingstoffen het water in. Ook staan er redelijke aantallen brandnetels (Fig. 5A), wat ook wel aangeeft dat het voedselrijk is. Bij de zuidkant van de plas liggen een aantal betonnen platen en balken op de oever en in het water. Het is niet helemaal duidelijk waarvoor deze zijn, maar waarschijnlijk zijn het overblijfselen van het zwembad dat op deze plek gelegen heeft. In 1981 is de Filosofenbeek, een beek die in het Filosofendal ontstaat en richting het meer stroomt (Fig. 5B), omgeleid. Dit omdat de waterkwaliteit van deze beek slecht was voor de waterkwaliteit van het meer zelf. Bij de beek aangekomen zagen we een duiker, maar we wisten niet waar deze heen liep (Fig. 5C). Na het bekijken van de kaart die Adriaan mee had genomen, bleek dat de duiker in het Wylermeer uitkomt. 59

61 Figuur 5. Brandnetels (A), de Filosofenbeek (B) en de omleiding van de Filosofenbeek door middel van een duiker (C) Op het terrein staan 3 gebouwtjes, 2 toiletgebouwtjes en een beheerdergebouwtje met daar onder een kiosk (Fig. 6A). Eén van de toiletgebouwtjes en het beheerdergebouwtje waren gesloten. Het ene toilet dat geopend is (Fig. 6B), is niet groot, maar wel redelijk schoon. Verder zijn er op het terrein nog een volleybalveldje en een aantal picknicktafels te vinden. Gewone zitbankjes en afvalbakken zijn ook aanwezig. Alle voorzieningen zijn alleen aan de kant van het zandstrandje te vinden. Figuur 8. Het beheerdersgebouw met de kiosk eronder (A) en een toiletgebouw (B) 60

ZWEMWATERPROFIEL DE GROENE HEUVELS

ZWEMWATERPROFIEL DE GROENE HEUVELS ZWEMWATERPROFIEL DE GROENE HEUVELS Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel de Haarrijnse plas

Zwemwaterprofiel de Haarrijnse plas Zwemwaterprofiel de Haarrijnse plas 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie 4 2.3 Risicobronnen

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Plas Laagraven (Down under)

Zwemwaterprofiel Plas Laagraven (Down under) Zwemwaterprofiel Plas Laagraven (Down under) 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie 4

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Agnietenplas

Zwemwaterprofiel Agnietenplas Zwemwaterprofiel Agnietenplas Waterschap Groot Salland Zwolle, 26 maart 2008 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Zwemwaterprofiel... 3 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel plas Cattenbroek

Zwemwaterprofiel plas Cattenbroek Zwemwaterprofiel plas Cattenbroek 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie 4 2.3 Risicobronnen

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Plas Strijkviertel

Zwemwaterprofiel Plas Strijkviertel 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie 4 2.4 Risicobronnen 4 2.5 ZWEMPROF 5 3 Analyse

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Milligerplas

Zwemwaterprofiel Milligerplas Zwemwaterprofiel Milligerplas Waterschap Groot Salland Zwolle, 26 maart 2008 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DE BELDERT

ZWEMWATERPROFIEL DE BELDERT ZWEMWATERPROFIEL DE BELDERT Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Wijthmenerplas

Zwemwaterprofiel Wijthmenerplas Zwemwaterprofiel Wijthmenerplas Waterschap Groot Salland Zwolle, 26 maart 28 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Zwemwaterprofiel... 3 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DE BERENDONCK

ZWEMWATERPROFIEL DE BERENDONCK ZWEMWATERPROFIEL DE BERENDONCK Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel de Kibbelkoele

Zwemwaterprofiel de Kibbelkoele Zwemwaterprofiel de Kibbelkoele Uitgave Waterschap Velt en Vecht, 21 december 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 1.1 Aanleiding 2 2 Uitgevoerde werkzaamheden 3 2.1 Algemene werkwijze 3 2.2 Locatiebezoek

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel De Rietplas

Zwemwaterprofiel De Rietplas Zwemwaterprofiel De Rietplas 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie 4 2.3 Risicobronnen

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Speelvijver Voorveldsepolder

Zwemwaterprofiel Speelvijver Voorveldsepolder Zwemwaterprofiel Speelvijver Voorveldsepolder 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel De Witte Berg

Zwemwaterprofiel De Witte Berg Zwemwaterprofiel De Witte Berg Maart 2016 2 18 Zwemwaterprofiel De Witte Berg Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 1.1 Europese Zwemwaterrichtlijn 4 1.2 Leeswijzer 4 2. Uitgevoerde werkzaamheden 5 2.1 Algemene

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL PLAS BIJ HAGESTEIN

ZWEMWATERPROFIEL PLAS BIJ HAGESTEIN ZWEMWATERPROFIEL PLAS BIJ HAGESTEIN Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL KURENPOLDER ZWEMPLAS

ZWEMWATERPROFIEL KURENPOLDER ZWEMPLAS ZWEMWATERPROFIEL KURENPOLDER ZWEMPLAS Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DEN DONK

ZWEMWATERPROFIEL DEN DONK ZWEMWATERPROFIEL DEN DONK Vastgesteld door Waterschap Rivierenland 2008 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1 Zwemwaterprofiel... 2 1.2 Kwaliteitsklassen en richtwaarden... 2 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel...

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel De Grote speelweide Amsterdamse Bos 2017

Actualisatie zwemwaterprofiel De Grote speelweide Amsterdamse Bos 2017 Actualisatie zwemwaterprofiel De Grote speelweide Amsterdamse Bos 2017 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 18.077462 postadres: versie: 01 postbus 156 auteurs: P. v.d. Wee / D. Slot 2300 AD Leiden oplage: 1

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL Dagstrand Fun Beach

ZWEMWATERPROFIEL Dagstrand Fun Beach ZWEMWATERPROFIEL Dagstrand Fun Beach 2 DHV B.V. ZWEMWATERPROFIEL FUN BEACH 1 INLEIDING 4 1.1 Zwemwaterprofiel 4 1.2 Kwaliteitsklassen en normen 4 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 5 2 GEBIEDSBESCHRIJVING

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Kotermeerstal

Zwemwaterprofiel Kotermeerstal Zwemwaterprofiel Kotermeerstal Uitgave Waterschap Velt en Vecht, 21 december 2010 Zwemwaterprofiel 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 1.1 Aanleiding 2 2 Uitgevoerde werkzaamheden 3 2.1 Algemene werkwijze 3

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL PLAS ORANJEPOLDER

ZWEMWATERPROFIEL PLAS ORANJEPOLDER ZWEMWATERPROFIEL PLAS ORANJEPOLDER ZWEMWATERPROFIEL PLAS ORANJEPOLDER 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitsklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 4 2 AANPAK 5 3 GEBIEDSBESCHRIJVING

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL KRABBEPLAS

ZWEMWATERPROFIEL KRABBEPLAS ZWEMWATERPROFIEL KRABBEPLAS ZWEMWATERPROFIEL KRABBEPLAS 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 4 2 AANPAK 5 3 GEBIEDSBESCHRIJVING 7 3.1 Algemeen

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Naaktrecreatie Spaarnwoude

Zwemwaterprofiel Naaktrecreatie Spaarnwoude Zwemwaterprofiel Naaktrecreatie Spaarnwoude Archimedesweg 1 Piet vd Wee postadres: Dianne Slot postbus 156 Afdeling Beleid 23 AD Leiden Team Monitoring telefoon (71) 3 63 63 Versie 1. / Oplage: telefax

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL PLAS DONKERSLOOT

ZWEMWATERPROFIEL PLAS DONKERSLOOT ZWEMWATERPROFIEL PLAS DONKERSLOOT ZWEMWATERPROFIEL PLAS DONKERSLOOT 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 4 2 AANPAK 5 3 GEBIEDSBESCHRIJVING

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel zwembad. de Meent te Breukelen. J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing

Zwemwaterprofiel zwembad. de Meent te Breukelen. J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing Watersysteem Beheer en Besturing Zwemwaterprofiel zwembad de Meent te Breukelen 2011 J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam T 0900 93 94 (lokaal

Nadere informatie

Actualisatie Venegat. Archimedesweg 1 postadres: postbus AD Leiden telefoon (071) telefax (071)

Actualisatie Venegat. Archimedesweg 1 postadres: postbus AD Leiden telefoon (071) telefax (071) Actualisatie Venegat 2018 Archimedesweg 1 postadres: postbus 156 2300 AD Leiden telefoon (071) 3 063 063 telefax (071) 5 123 916 CORSA nummer: versie: definitief auteur: Piet van der Wee datum: april 2019

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL WALBURGEN

ZWEMWATERPROFIEL WALBURGEN ZWEMWATERPROFIEL WALBURGEN Foto veldbezoek 06-08-2015 2016 1 Colofon Titel: Zwemwaterprofiel Walburgen Uitgegeven door: Waterschap Rivierenland Opgesteld door: Waterschap Rivierenland Betrokken provincie:

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Het Grasbroek

Zwemwaterprofiel Het Grasbroek Zwemwaterprofiel Het Grasbroek April 2015 2 18 Zwemwaterprofiel Het Grasbroek Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 1.1 Europese Zwemwaterrichtlijn 4 1.2 Leeswijzer 4 2. Uitgevoerde werkzaamheden 5 2.1 Algemene

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Meijepark 2017

Actualisatie zwemwaterprofiel Meijepark 2017 Actualisatie zwemwaterprofiel Meijepark 2017 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 18.077470 postadres: versie: 01 postbus 156 auteurs: P. v.d. Wee / D. Slot 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL KRALINGSE ESCH (ZWEMBAD) Actualisatie

ZWEMWATERPROFIEL KRALINGSE ESCH (ZWEMBAD) Actualisatie ZWEMWATERPROFIEL KRALINGSE ESCH (ZWEMBAD) Actualisatie Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard Februari 2012 Colofon Titel: Uitgegeven door: Oorspronkelijke versie (2006) uitgevoerd door: Actualisatie:

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Peddelpoel 2016

Actualisatie zwemwaterprofiel Peddelpoel 2016 Actualisatie zwemwaterprofiel Peddelpoel 2016 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april 2016

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Peddelpoel

Zwemwaterprofiel Peddelpoel Archimedesweg 1 Piet vd Wee postadres: Dianne Slot postbus 156 Afdeling Beleid 23 AD Leiden Team Monitoring telefoon (71) 3 63 63 Versie 1. / Oplage: 1 telefax (71) 5 123 916 Mei 28 2 Hoogheemraadschap

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland 2017

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland 2017 Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland 2017 Archimedesweg 1 CORSA nummer: 18.077479 postadres: versie: 01 postbus 156 auteurs: P. v.d. Wee / D. Slot 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL BINNENBEDIJKTE MAAS MIJNSHEERENLAND

ZWEMWATERPROFIEL BINNENBEDIJKTE MAAS MIJNSHEERENLAND ZWEMWATERPROFIEL BINNENBEDIJKTE MAAS MIJNSHEERENLAND Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: Binnenbedijkte Maas

Nadere informatie

GROTE PLAS DELFTSE HOUT

GROTE PLAS DELFTSE HOUT ZWEMWATERPROFIEL GROTE PLAS DELFTSE HOUT ZWEMWATERPROFIEL GROTE PLAS DELFTSE HOUT DHV / Grontmij 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitsklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 4

Nadere informatie

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Westeinderplassen Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie postadres: versie: 0

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Westeinderplassen Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie postadres: versie: 0 ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL Westeinderplassen - Archimedesweg CORSA nummer: zie. postadres: versie: postbus auteur: Piet van der Wee AD Leiden oplage: telefoon () datum: i telefax () projectnummer: Hoogheemraadschap

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIELEN BINNENBEDIJKTE MAAS

ZWEMWATERPROFIELEN BINNENBEDIJKTE MAAS ZWEMWATERPROFIELEN BINNENBEDIJKTE MAAS Recreatieoord Binnenmaas Mijnsheerenland DHV / Grontmij INHOUDSOPGAVE ZWEMWATERPROFIELEN BINNENBEDIJKTE MAAS SAMENVATTING... 5 I. ALGEMEEN... 8 VOORWOORD... 9 1 INLEIDING

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Avonturenspeelplaats

Zwemwaterprofiel Avonturenspeelplaats Zwemwaterprofiel 2017 Avonturenspeelplaats Zwemwaterprofiel Avonturenspeelplaats Delfland 2017.. Colofon Uitgave van: Hoogheemraadschap van Delfland Sector Bestuur, Beleid en Communicatie Team Watersysteemkwaliteit

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL PLAS MIDDELWAARD. Actualisatie 2010

ZWEMWATERPROFIEL PLAS MIDDELWAARD. Actualisatie 2010 ZWEMWATERPROFIEL PLAS MIDDELWAARD Actualisatie 21 Rijkswaterstaat Oost-Nederland November 21 2 Colofon Titel: Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Oorspronkelijke versie (28) uitgevoerd door:

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Beersterplas

Zwemwaterprofiel Beersterplas Zwemwaterprofiel Beersterplas Naam auteur: J. Schuurke Afdeling: Schoon Water Plaats/Datum: Assen, 12-01-2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 1.1 Aanleiding... 1 1.2 Leeswijzer... 1 2 Uitgevoerde werkzaamheden...

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DE MOSTERDPOT. Actualisatie 2010

ZWEMWATERPROFIEL DE MOSTERDPOT. Actualisatie 2010 ZWEMWATERPROFIEL DE MOSTERDPOT Actualisatie 21 Rijkswaterstaat Zuid-Holland November 21 2 Colofon Titel: Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Oorspronkelijke versie (27) uitgevoerd door: Actualisatie:

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL Tweede Maasvlakte Badstrand

ZWEMWATERPROFIEL Tweede Maasvlakte Badstrand ZWEMWATERPROFIEL Tweede Maasvlakte Badstrand (foto: www.maasvlakte2.com) Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status:

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL KRAAIJENBERGSE PLAS 3

ZWEMWATERPROFIEL KRAAIJENBERGSE PLAS 3 ZWEMWATERPROFIEL KRAAIJENBERGSE PLAS 3 Colofon Titel: Kraaijenbergse Plas 3 Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel vijver camping Weltevreden

Zwemwaterprofiel vijver camping Weltevreden Zwemwaterprofiel vijver camping Weltevreden Archimedesweg 1 Piet vd Wee postadres: Dianne Slot postbus 156 Afdeling Beleid 2300 AD Leiden Team Monitoring telefoon (071) 3 063 063 Versie 1.0 / Oplage: 5

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Plas Wilhelminapark

Zwemwaterprofiel Plas Wilhelminapark Zwemwaterprofiel 2017 Plas Wilhelminapark Zwemwaterprofiel Wilhelminapark Delfland 2017.. Colofon Uitgave van: Hoogheemraadschap van Delfland Sector Bestuur, Beleid en Communicatie Team Watersysteemkwaliteit

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Dobbeplas

Zwemwaterprofiel Dobbeplas Zwemwaterprofiel 2017 Dobbeplas Zwemwaterprofiel Dobbeplas Delfland 2017.. Colofon Uitgave van: Hoogheemraadschap van Delfland Sector Bestuur, Beleid en Communicatie Team Watersysteemkwaliteit Kenmerk:

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Put te Werve

Zwemwaterprofiel Put te Werve Zwemwaterprofiel 2017 Put te Werve Zwemwaterprofiel Put te Werve Delfland 2017.. Colofon Uitgave van: Hoogheemraadschap van Delfland Sector Bestuur, Beleid en Communicatie Team Watersysteemkwaliteit Kenmerk:

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Veerplas

Zwemwaterprofiel Veerplas Zwemwaterprofiel Veerplas 22 oktober 2008 Zwemwaterprofiel Veerplas Zwemwaterprofiel van de zwemlocatie in de Veerplas ten oosten van Haarlem Verantwoording Titel Zwemwaterprofiel Veerplas Opdrachtgever

Nadere informatie

Actualisatie Waterspeelplaats Cronesteijn

Actualisatie Waterspeelplaats Cronesteijn Actualisatie Waterspeelplaats Cronesteijn 2018 Archimedesweg 1 postadres: postbus 156 2300 AD Leiden telefoon (071) 3 063 063 telefax (071) 5 123 916 CORSA nummer: versie: definitief auteur: Piet van der

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel versie

Zwemwaterprofiel versie Zwemwaterprofiel versie 1.0 2015 1 VERANTWOORDING WATERSCHAP waterschap Hollandse Delta Handelsweg 100 2988 DC Ridderkerk Postbus 4103 2980 GC Ridderkerk t 088 974 33 00 f 088 974 30 01 i www.wshd.nl AFDELING

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Zwembad de Kikker

Zwemwaterprofiel Zwembad de Kikker Zwemwaterprofiel Zwembad de Kikker 1 Methode 1 1.1 Aanpak 1 2 Beschrijving van de zwemlocatie 3 2.1 Algemene omschrijving 3 2.2 Kenmerken van de locatie 3 2.3 Hydromorfologie en hydrologie 4 2.4 Risicobronnen

Nadere informatie

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Europapark Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie

ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL. Europapark Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie ACTUALISATIE ZWEMWATERPROFIEL Europapark - 2013 Archimedesweg 1 CORSA nummer: zie 14.20468 postadres: versie: postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL. herziening 2012 BO 52Z BERNISSE OOSTZIJDE ZUIDLAND

ZWEMWATERPROFIEL. herziening 2012 BO 52Z BERNISSE OOSTZIJDE ZUIDLAND ZWEMWATERPROFIEL herziening 2012 BO 52Z BERNISSE OOSTZIJDE ZUIDLAND ZWEMWATERPROFIEL BERNISSE OOSTZIJDE ZUIDLAND 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Westbroekplas

Zwemwaterprofiel Westbroekplas Zwemwaterprofiel Westbroekplas 22 oktober 2008 Zwemwaterprofiel Westbroekplas Zwemwaterprofiel Westbroekplas bij Velserbroek Verantwoording Titel Zwemwaterprofiel Westbroekplas Opdrachtgever Hoogheemraadschap

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL. Brouwershaven

ZWEMWATERPROFIEL. Brouwershaven ZWEMWATERPROFIEL Brouwershaven Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Betrokken waterbeheerder: Status: Brouwershaven Gemeente

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL AMELAND WEST

ZWEMWATERPROFIEL AMELAND WEST ZWEMWATERPROFIEL AMELAND WEST Rijkswaterstaat Noord-Nederland November 28 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat Noord-Nederland

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel. Henschotermeer. Dorien Roubos Waterschap Vallei & Eem November 2009 Definitief

Zwemwaterprofiel. Henschotermeer. Dorien Roubos Waterschap Vallei & Eem November 2009 Definitief Zwemwaterprofiel Henschotermeer Dorien Roubos Waterschap Vallei & Eem November 2009 Definitief 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding...5 1.1 Aanleiding... 5 1.2 Doel... 5 1.3 Werkwijze... 6 2 Beschrijving van de

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Waterspeeltuin Korftlaan

Zwemwaterprofiel Waterspeeltuin Korftlaan Zwemwaterprofiel 2017 Waterspeeltuin Korftlaan Zwemwaterprofiel Waterspeeltuin Korftlaan Delfland 2017.. Colofon Uitgave van: Hoogheemraadschap van Delfland Sector Bestuur, Beleid en Communicatie Team

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Loosdrecht. Strand Vuntus. J.F. de Groot-Abbenes J. Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing

Zwemwaterprofiel Loosdrecht. Strand Vuntus. J.F. de Groot-Abbenes J. Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing Watersysteem Beheer en Besturing Zwemwaterprofiel Loosdrecht Strand Vuntus 2011 J.F. de Groot-Abbenes J. Stoffels Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam T 0900 93 94 (lokaal

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Watergeus

Actualisatie zwemwaterprofiel Watergeus Actualisatie zwemwaterprofiel Watergeus - 2015 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april 2016

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DE VIERSPRONG

ZWEMWATERPROFIEL DE VIERSPRONG ZWEMWATERPROFIEL DE VIERSPRONG DHV / Grontmij ZWEMWATERPROFIEL DE VIERSPRONG 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 4 2 AANPAK 5 3 GEBIEDSBESCHRIJVING

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL T ZWARTE PLASJE. Actualisatie

ZWEMWATERPROFIEL T ZWARTE PLASJE. Actualisatie ZWEMWATERPROFIEL T ZWARTE PLASJE Actualisatie Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard Februari 212 Colofon Titel: Uitgegeven door: Oorspronkelijke versie (27) uitgevoerd door Actualisatie: Zwemwaterprofiel

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Ruskenveen

Zwemwaterprofiel Ruskenveen Zwemwaterprofiel Ruskenveen 9 februari 2011 Zwemwaterprofiel Ruskenveen Zwemwaterprofiel van de zwemlocatie Ruskenveen te Groningen Verantwoording Titel Zwemwaterprofiel Ruskenveen Opdrachtgever Waterschap

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Plas Madestein

Zwemwaterprofiel Plas Madestein Zwemwaterprofiel 2017 Plas Madestein Zwemwaterprofiel Plas Madestein Delfland 2017.. Colofon Uitgave van: Hoogheemraadschap van Delfland Sector Bestuur, Beleid en Communicatie Team Watersysteemkwaliteit

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIELEN WAAL

ZWEMWATERPROFIELEN WAAL ZWEMWATERPROFIELEN WAAL Waalboezem Wevershoek 2 DHV / Grontmij DHV/Grontmij INHOUDSOPGAVE ZWEMWATERPROFIELEN WAALBOEZEM SAMENVATTING...5 I. ALGEMEEN...7 Voorwoord...8 1 inleiding zwemwaterprofiel...9 1.1

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel. Zeumeren. Dorien Roubos Waterschap Vallei & Eem November 2009 Definitief

Zwemwaterprofiel. Zeumeren. Dorien Roubos Waterschap Vallei & Eem November 2009 Definitief Zwemwaterprofiel Zeumeren Dorien Roubos Waterschap Vallei & Eem November 2009 Definitief 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding...5 1.1 Aanleiding... 5 1.2 Doel... 5 1.3 Werkwijze... 6 2 Beschrijving van de zwemlocatie...7

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL ABBERTSTRAND

ZWEMWATERPROFIEL ABBERTSTRAND ZWEMWATERPROFIEL ABBERTSTRAND Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: Abbertstrand Rijkswaterstaat Midden Nederland

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL ROCKANJE 2 E SLAG

ZWEMWATERPROFIEL ROCKANJE 2 E SLAG ZWEMWATERPROFIEL ROCKANJE 2 E SLAG Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: Rockanje, 2 e Slag Rijkswaterstaat Zee

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL PUT TE WERVE

ZWEMWATERPROFIEL PUT TE WERVE ZWEMWATERPROFIEL PUT TE WERVE ZWEMWATERPROFIEL PUT TE WERVE 1 INLEIDING 3 1.1 Zwemwaterprofiel 3 1.2 Kwaliteitklassen en normen 3 1.3 Routekaart zwemwaterprofiel 4 2 AANPAK 5 3 GEBIEDSBESCHRIJVING 7 3.1

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL MUIDERBERG

ZWEMWATERPROFIEL MUIDERBERG ZWEMWATERPROFIEL MUIDERBERG Rijkswaterstaat IJsselmeergebied November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat IJsselmeergebied

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL HET STRAND LEMMER

ZWEMWATERPROFIEL HET STRAND LEMMER ZWEMWATERPROFIEL HET STRAND LEMMER Rijkswaterstaat IJsselmeergebied November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL. Rhederlaag Bahrse Strand

ZWEMWATERPROFIEL. Rhederlaag Bahrse Strand ZWEMWATERPROFIEL Rhederlaag Bahrse Strand Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: Rhederlaag Bahrse Strand Rijkswaterstaat

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL BERGSE DIEPSLUIS NOORD BADSTRAND

ZWEMWATERPROFIEL BERGSE DIEPSLUIS NOORD BADSTRAND ZWEMWATERPROFIEL BERGSE DIEPSLUIS NOORD BADSTRAND Rijkswaterstaat Zeeland November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Het Verlaat

Zwemwaterprofiel Het Verlaat Zwemwaterprofiel Het Verlaat Naam auteur: J. Schuurke/ H. Klomp Afdeling: BPG Plaats/Datum: Veendam, 25-02-2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 1.1 Aanleiding... 1 1.2 Leeswijzer... 1 2 Uitgevoerde werkzaamheden...

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel ringsloot bij Watergeus

Zwemwaterprofiel ringsloot bij Watergeus Zwemwaterprofiel ringsloot bij Watergeus 21 oktober 2008 Zwemwaterprofiel ringsloot bij Watergeus Zwemwaterprofiel ringsloot bij het outdoorcentrum de Watergeus in het recreatiegebied Spaarnwoude Verantwoording

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Haarlemmermeerse Bos 2016

Actualisatie zwemwaterprofiel Haarlemmermeerse Bos 2016 Actualisatie zwemwaterprofiel Haarlemmermeerse Bos 2016 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel. Landal Landgoed t Loo te Oldebroek. Waterschap Vallei en Veluwe September 2014 Definitief

Zwemwaterprofiel. Landal Landgoed t Loo te Oldebroek. Waterschap Vallei en Veluwe September 2014 Definitief Zwemwaterprofiel Landal Landgoed t Loo te Oldebroek Waterschap Vallei en Veluwe September 2014 Definitief 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 1.1 Aanleiding... 5 1.2 Doel... 5 1.3 Werkwijze... 6 2 Beschrijving

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL ALMEERDERSTRAND

ZWEMWATERPROFIEL ALMEERDERSTRAND ZWEMWATERPROFIEL ALMEERDERSTRAND Rijkswaterstaat IJsselmeergebied Februari 213 Colofon Titel: Zwemwaterprofiel Almeerderstrand Verantwoordelijke RWS Dienst: Oorspronkelijke versie (28) uitgevoerd door:

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel. Camping De Fontein. Eibergen

Zwemwaterprofiel. Camping De Fontein. Eibergen Camping 2 Titel rapport Onderwerp : Camping : Zwemwater Versie : 1 Status : Eindrapport Datum : Update januari 2015 Projectnummer : - Opgesteld door : Waterschap Rijn en IJssel, ing. M.L. Lammertink 3

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL WEST NIEUWLAND

ZWEMWATERPROFIEL WEST NIEUWLAND ZWEMWATERPROFIEL WEST NIEUWLAND Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: West Nieuwland Rijkswaterstaat Zee en Delta

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL. van het ZWEMWATER DUINMEERTJE HEE

ZWEMWATERPROFIEL. van het ZWEMWATER DUINMEERTJE HEE ZWEMWATERPROFIEL van het ZWEMWATER DUINMEERTJE HEE januari 2011 voorblad: zwemwater -- 2 -- Inhoud 1. Inleiding...5 2. Werkwijze...7 3. Huidige toestand...9 3.1 Terrein... 9 3.2 Gebruikers...11 3.3 Beheer...11

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL ZWANEWATER. Actualisatie

ZWEMWATERPROFIEL ZWANEWATER. Actualisatie ZWEMWATERPROFIEL ZWANEWATER Actualisatie Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard April 2014 Colofon Titel: Uitgegeven door: Oorspronkelijke versie (2006/2012) uitgevoerd door: Actualisatie 2014

Nadere informatie

Concept. Zwemwaterprofiel. Grote Maarsseveense plas. J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing

Concept. Zwemwaterprofiel. Grote Maarsseveense plas. J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing Watersysteem Beheer en Besturing Concept Zwemwaterprofiel Grote Maarsseveense plas 2011 J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam T 0900 93 94 (lokaal

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL KRABBENDIJKE ROELSHOEK

ZWEMWATERPROFIEL KRABBENDIJKE ROELSHOEK ZWEMWATERPROFIEL KRABBENDIJKE ROELSHOEK Rijkswaterstaat Zeeland November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS dienst: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat Zeeland Uitgevoerd door:

Nadere informatie

Kenmerken Waterspeeltuin Tanthof. 13 Waterspeeltuin Tanthof, Lage Abtswoudse Polder, gemeente Delft. 1.1 Gebiedsbeschrijving

Kenmerken Waterspeeltuin Tanthof. 13 Waterspeeltuin Tanthof, Lage Abtswoudse Polder, gemeente Delft. 1.1 Gebiedsbeschrijving 13 Waterspeeltuin Tanthof, Lage Abtswoudse Polder, gemeente Delft 1.1 Gebiedsbeschrijving De waterspeeltuin aan de Geitenkamp in de wijk Tanthof in Delft is een goed bezochte waterspeeltuin. De waterspeeltuin

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel. De Vrolijk. Laren

Zwemwaterprofiel. De Vrolijk. Laren De Vrolijk Laren Titel rapport Status : De Vrolijk Laren : Eindrapport e versie Datum : Oktober 2016 Opgesteld door : Waterschap Rijn en IJssel, ing. Merel Lammertink 2 Inhoudsopgave 1. INLEIDING 1.1.

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland (speelvijver) 2015

Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland (speelvijver) 2015 Actualisatie zwemwaterprofiel Vlietland (speelvijver) 2015 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum:

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL WOUDE

ZWEMWATERPROFIEL WOUDE ZWEMWATERPROFIEL WOUDE Colofon Titel: Uitgegeven door: Opgesteld door: Betrokken provincie: Dagelijks beheerder / Exploitant zwemwaterlocatie: Status: Zwemwaterprofiel Woude Gemeente Ridderkerk RPS advies-

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL BRAAKMAN HAVEN BUITENZIJDE BADSTRAND

ZWEMWATERPROFIEL BRAAKMAN HAVEN BUITENZIJDE BADSTRAND ZWEMWATERPROFIEL BRAAKMAN HAVEN BUITENZIJDE BADSTRAND Rijkswaterstaat Zeeland November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat Zeeland Uitgevoerd

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL BADPAVILJOEN HINDELOOPEN

ZWEMWATERPROFIEL BADPAVILJOEN HINDELOOPEN ZWEMWATERPROFIEL BADPAVILJOEN HINDELOOPEN Rijkswaterstaat IJsselmeergebied November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel. Belterwijde

Zwemwaterprofiel. Belterwijde Zwemwaterprofiel Belterwijde Zwemwaterprofiel Belterwijde Organisatie Auteurs Waterschap Reest en Wieden Johan Schadenberg Hydroloog meetnet Contact 0522-276842 Versie 5.0 Definitief Datum maart 2011-2

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Spijkerboor

Actualisatie zwemwaterprofiel Spijkerboor Actualisatie zwemwaterprofiel Spijkerboor - 2015 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Honswijkerplas

Zwemwaterprofiel Honswijkerplas Zwemwaterprofiel Honswijkerplas 3 maart 2015 Verantwoording Titel Zwemwaterprofiel Honswijkerplas Opdrachtgever Recreatie Midden-Nederland Projectleider ir. J.J.(Jasper) Arntz Auteur(s) dr. S. (Susan)

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Oosterduinsemeer

Zwemwaterprofiel Oosterduinsemeer Zwemwaterprofiel Oosterduinsemeer 17 december 2008 Zwemwaterprofiel Oosterduinsemeer Zwemwaterprofiel zwemlocaties Zuidoever en Westoever in het Oosterduinsemeer bij Noordwijkerhout Verantwoording Titel

Nadere informatie

Zwemwaterprofiel Zwembad. Zwemlust Nieuwersluis. J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing

Zwemwaterprofiel Zwembad. Zwemlust Nieuwersluis. J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels. Watersysteem Beheer en Besturing Watersysteem Beheer en Besturing Zwemwaterprofiel Zwembad Zwemlust Nieuwersluis 2011 J.F. de Groot-Abbenes J.Stoffels Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam T 0900 93 94 (lokaal

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DILKENSPLAS 2

ZWEMWATERPROFIEL DILKENSPLAS 2 ZWEMWATERPROFIEL DILKENSPLAS 2 Rijkswaterstaat Limburg April 2009, aanvullingen maart 2010 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL ZWEMSTRAND ALMERE HAVEN

ZWEMWATERPROFIEL ZWEMSTRAND ALMERE HAVEN ZWEMWATERPROFIEL ZWEMSTRAND ALMERE HAVEN Rijkswaterstaat IJsselmeergebied November 28, aanvullingen december 29 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Actualisatie zwemwaterprofiel Westbroekplas 2016

Actualisatie zwemwaterprofiel Westbroekplas 2016 Actualisatie zwemwaterprofiel Westbroekplas 2016 Archimedesweg 1 CORSA nummer: postadres: versie: 01 postbus 156 auteur: Piet van der Wee 2300 AD Leiden oplage: 1 telefoon (071) 3 063 063 datum: april

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL DE HOLLE POARTE MAKKUM

ZWEMWATERPROFIEL DE HOLLE POARTE MAKKUM ZWEMWATERPROFIEL DE HOLLE POARTE MAKKUM Rijkswaterstaat IJsselmeergebied November 2008 Colofon Uitgegeven door: Verantwoordelijke RWS Dienst: Uitgevoerd door: Opmaak: Rijkswaterstaat Waterdienst Rijkswaterstaat

Nadere informatie

ZWEMWATERPROFIEL ZEVENHUIZERPLAS. Actualisatie

ZWEMWATERPROFIEL ZEVENHUIZERPLAS. Actualisatie ZWEMWATERPROFIEL ZEVENHUIZERPLAS Actualisatie Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard Maart 212 Colofon Titel: Uitgegeven door: Oorspronkelijke versie (26) uitgevoerd door (niet bij nieuw): Actualisatie:

Nadere informatie