AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Transcriptie

1 Raad vanstate 2011Ö6683/1/V1. Datum utspraak: 10 aprl 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Utspraak met toepassng van artkel 8:54, eerste ld, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: en appellanten, (herna: de vreemdelngen), tegen de utspraak van de rechtbank 's-gravenhage, nevenzttngsplaats Amsterdam, van 19 me 2011 n zaken nrs. 10/44986 en 10/44987 n de gedngen tussen: en de vreemdelngen de mnster van Butenlandse Zaken (herna: de mnster).

2 /1/V aprl Procesverloop Bj beslut van 15 aprl 2010 heeft de mnster een aanvraag van de vreemdelngen om hun een machtgng tot voorlopg verbljf te verlenen afgewezen. Bj beslut van 6 december 2010 heeft de mnster het daartegen door de vreemdelngen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Dt beslut s aangehecht. Bj utspraak van 19 me 2011, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdelngen ngestelde beroep ongegrond verklaard. Deze utspraak s aangehecht. Tegen deze utspraak hebben de vreemdelngen bj bref, bj de Raad van State bnnengekomen op 16 jun 2011, hoger beroep ngesteld. Deze bref s aangehecht. De mnster van Bnnenlandse Zaken en Konnkrjksrelates (lees: de mnster) heeft een verweerschrft ngedend. Vervolgens s het onderzoek gesloten. 2. Overwegngen 2.1. Hetgeen n het hogerberoepschrft s aangevoerd en aan artkel 85, eerste en tweede ld, van de Vreemdelngenwet 2000 voldoet, kan net tot vernetgng van de aangevallen utspraak leden. Omdat het aldus aangevoerde geen vragen opwerpt de n het belang van de rechtseenhed, de rechtsontwkkelng of de rechtsbeschermng n algemene zn beantwoordng behoeven, wordt, gelet op artkel 91, tweede ld, van deze wet, met dat oordeel volstaan Het hoger beroep s kenneljk ongegrond. De aangevallen utspraak dent te worden bevestgd Voor een proceskostenveroordelng bestaat geen aanledng.

3 /1/V aprl Beslssng De Afdelng bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende n naam der Konngn: bevestgt de aangevallen utspraak. Aldus vastgesteld door mr. G. van der Wel, ld van de enkelvoudge kamer, n tegenwoordghed van mr. J.J. Schuurman, ambtenaar van staat. w.g. Van der Wel ld van de enkelvoudge kamer w.g. Schuurman ambtenaar van staat Utgesproken n het openbaar op 10 aprl Verzonden: 10 aprl 2012 Voor eensludend afschrft, de secretars van de Raad van State,

4 IG jun :45 ADVOCATENKANTOOR JRNGALI 020G9632G7 utspraak O RECHTBANK 's-gravenhage Sector Bestuursrecht Zuoghoudendc te Amsterdam zaaknummers: AWB 10/44986 en AWB 10/44987 V-nrs: en utspraak van de enkelvoudge kamer voor vreemdelngenzaken n het gedng tussen: geboren op, eser. geboren op _, eseres, tezamen ook aangedud als 'esers', beden van Ghanese natonaltet, gemachtgde: mr. S.S. Jangal, advocaat te Amsterdam en: de mnster van Butenlandse Zaken, venyeerder, gemachtgde: mr. E. van der Wejden, werkzaam bj de Immgrate- en [Naturalsatedenst. Procesverloop BLj bestut van 15 aprl 2010 heeft verweerder de aanvragen van 9 september 2008 ora verlenng van een machtgng tot voorlopg verbljf (raw) met als doel ''verbljf bj ouder" afgewezen. Het daartegen gemaakte bezwaar s bj beslut van 6 december 2010 ongegrond verklaard. Op 31 december 2010 heeft de rechtbank de beroepschrften van esers ontvangen. Het onderzoek ter zttng heeft plaatsgevonden op 21 aprl Esers zjn vertegenwoordgd door hun gemachtgde. Verweerder s vertegenwoordgd door zjn voornoemde gemachtgde. Ter zttng zjn tevens verschenen mevrouw referente van esers (herna: referente), en C van Lngen, tolk n de Engelse taal. De rechtbank heeft het onderzoek ter zttng gesloten. Overwegngen I. Verweerder heeft de mvv-aanvragen van esers afgewezen omdat - kort gezegd - net s voldaan aan de voorwaarden voor verlenng van een verbljfsvergunnng bepaalde tjd onder eer beperkng verband houdend met geznsherengng. Esers hebben volgens verweerder net aangetoond dat referente hun moeder s en de geboortedata van esers staan net vast..

5 16.jun :46 ADVOCATENKANTOOR JHNGRLI p.12 Zaaknummers; AWB 10/44986 nzake AWB 10/44987 nzake Pagna 2 van 6 2. Hét bestreden beslut zet op de afgfte van een vsum n de zn van het Soeveren Beslut van 12 december Op grond van artkel 72, tweede ld, van de Vreemdelngenwet (Vw) 200Q wordt een dergeljk beslut voor toepassng van wetteljke voorschrften over bezwaar en beroep geljkgesteld met een beslut gegeven krachtens de Vw Verweerder hanteert de vaste bestuurspraktjk dat een mvv wordt verleend n gevallen waarn zodang s voldaan aan de gestelde voorwaarden dat de mnster van Immgrate en Asel tot verlenng van een verbljfsvergunnng reguler zou overgaan. 4. Op grond van artkel 16, eerste ld, aanhef en onder a, van de Vw 2Ö0O kan een aanvraag tot het verlenen van een verbljfsvergunnng voor bepaalde tjd worden afgewezen nden de vreemdelng net beschkt over een geldge mvv, de overeenkomt met het verbljfsdoel waarvoor de verbljfsvergunnng s aangevraagd. 5. pp grond van artkel 3.14, eerste ld» aanhef en onder c, van het Vrecmdelngenbeshnt (Vbj) 2000 wordt de verbljfsvergunnng, onder de beperkng verband houdend met geznsherengng, verleend aan het mnderjarge bologsche of jurdsche knd van de hoofdpersoon, dat naar het oordeel van de mnster van Justte feteljk behoort en reeds n het land van herkomst behoorde tot het gezn van de hoofdpersoon en dat onder het rechtmatge gezag van de hoofdpersoon staat. 6. Verweerder hanteert beled als neergelegd n de Vreemdelngencrculare (Vc) Volgens paragraaf B2/5.5 van de Vc 2000 wordt de verbljfsvergunnng net n het kader van geznsherengng verleend, nden het knd naar Nederlands recht meerderjarg a. Volgens paragraaf B2/5.5.2 moet de geboortedatum van net mnderjarge knd vast staan op grond van gelegalseerde offcële documenten afgegeven door de bevoegde autorteten van het! land van herkomst. In paragraaf B2/8.6 staat over de toepassng van DNA-onderzoek vermeld dat verweerder bettokkene op de mogeljkhed van DNA-onderzoek moet wjzen nden bj de aanvraag geen gelegalseerde documenten zjn overgelegd, waar dat wel had gemoeten en op bass van onderzoek door het mnstere van Butenlandse Zaken s komen vast te staan dat betrokkene n bewjsnood verkeert. Dat laatste doet zch, zo bljkt ut paragraaf B2/8.5 van de Vc 2000, met name voor n het geval dat de regsters van de burgerljke stand n het land waar de documenten vandaan moeten komen net bestaan dan wel onvolledg zjn of wanneer n dat land geen stukken kunnen worden verkregen vanwege de bestaande polteke stuate, 7. Esers hebben bj hun aanvraag gelegalseerde geboorteakten ('certfed copy of entry n regster of brths') overgelegd. De akte op naam van eser vermeldt dat hj op s geboren en dat referente zjn moeder s. De akte op naam van eseres vermeldt dat zj s geboren op _ en dat referente haar moeder s. Bede documenten zjn gedateerd op Verweerder stelt dat gerede twjfel s ontstaan over de nhoud van de akten«nu de geboortedata van esers en de naam van eseres net overeenkomen met hetgeen herovet staat vermeld op een aanvraagformuler verfcate- en legalsateprocedure op naam van referente. Verweerder heeft naar aanledng van deze twjfel een verfcateonderzoek laten verrchten naar de nhoud van de overgelegde geboorteakten. Het ortderzoek heeft plaatsgevonden n het zekenhus dat op de geboorteakten staat vermeld als plaats van geboorte. In het onderzoeksrapport s vermeld dat de 'Delvery Books' en voorts alle relevante regsters van de gestelde perode beschkbaar waren. De concluse van het onderzoek s dat esers net geboren zjn op de op de geboorteakten vermelde plaats. \

6 RDVOCRTENKnMTQQR JfNGRLI Zaaknummers: AWB 10/44986 nzake en Pagna 3 van 6 AWB 10/44987 nzake 8. Esers betwsten verweerders standpunt dat net s aangetoond dat er een moeder-kndrelate s en wat de geboortedata zjn. Hertoe voeren zj aan dat wel degeljk kan worden utgegaan van de geboorteakten, nu dt gelegalseerde documenten zjn. Voorts heeft referente op het aanvraagformuler verfcate- en legalsateprocedure net haar handtekenng gezet. De handtekenng op het formuler s net gelegalseerd, dus het kan net worden vastgesteld dat deze echt s. 8.1 De rechtbank acht n dt verband het volgende van belang. Het aanvraagformuler verfcate- en legalsateprocedure s afgegeven door de Ambassade van het Konnkrjk der Nederlanden n Ghana, waarmee het een offceel document s van de Nederlandse staat. Dt document s n het kader van référantes procedure om een verbljfsvergunnng gebrukt, hetgeen door esers net s betwst. Op het formuler staat twee maal een handtekenng geplaatst naast referentes naam. Verweerder stelt dat deze handtekenngen overeenkomen met andere handtekenngen n het dosser, waarvan net n geschl s dat de van referente zjn, waaronder de handtekenng op referentes paspoort De geljkens s door gemachtgde van esers ter zttng bevestgd. Ook s van belang dat op het formuler referentes (geljkende) pasfoto s bevestgd. Onder deze omstandgheden s een enkele ontkennng, zonder nadere onderbouwng, dat referente haar handtekenng op het formuler heeft gezet onvoldoende om aan de echthed van het formuler te twjfelen. Voor zover esers bedoelen te stellen dat het formul er vervalst s, s hertoe evenmn een onderbouwng gegeven, zodat de stellng reeds daarom geen stand houdt. Ter zttng hebben esers nog aangevoerd dat referente zch ten tjde van de ondertekenng van het formuler n het butenland bevond en dat de handtekenng daarom dende te worden gelegalseerd. Dt kan evenwel zonder nadere onderbouwng, de ontbreekt, net afdoen aan het voorgaande. Verweerder heeft dan ook het aanvraagformuler verfcate- en legalsateprocedure n zjn beslutvormng kunnen betrekken. 9. Esers hebben zch op het standpunt gesteld dat verweerder de plcht had meer onderzoek te verrchten. Het s bekend dat admnstrates n derde wereldlanden net te vergeljken zjn met de n Westerse landen. Daarom valt net ut te sluten dat de geboorten net zjn geregstreerd. Referente hernnert zch net of zj betalende klant van het zekenhus s geweest of dat zj ut lefdadghed s geholpen. Verder had verweerder de door esers overgelegde doop- en sen ooregstrates aan een vérfe ateonderzoek moeten onderwerpen. Ook heeft verweerder ten onrechte geen DNA-onderzoek ngesteld of gefaclteerd. Dt had op: verweerders weg gelegen omdat n Ghana geen erkende nstellng s voor het verrchten van DNA-onderzoek. Esers verwjzen naar de utspraak van de rechtbank 's Gravenhage, zttngsplaats Amsterdam, van 14 oktober 2010 (AWB 10/2935, net gepublceerd). 9.1 Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder voldaan aan de vereste zorgvuldghed en de op hem rustende onderzoeksplcht. Naar aanledng van de twjfel over de; geboorteakten s onderzoek verrcht n de regsters van het zekenhus waar esers geboren zouden zjn. Daarbj s geconstateerd dat alle relevante regsters aanwezg waren. Deze regsters zjn ook gecontroleerd. Gezen de utkomst van het onderzoek, dat esers net op de door de geboorteakten gestelde tjd en plaats zjn geboren, heeft verweerder tot de concluse kunnen komen dat de gestelde geboortedata en de moeder-knd-relate net zjn aangetoond. Voor zover esers met hun stellng dat nét valt ut te sluten dat de geboorten net zjn geregstreerd, wllen aanvoeren dat het verfcateonderzoek naar de geboorteakten onvolledg of onjust s geweest, worden zj hern, nu enge onderbouwng ervan ontbreekt, net gevolgd. Dat rererente zch net kan hernneren of ze betalende klant was bj het zekenhus of wellcht ut lefdadghed s geholpen, maakt dat net anders. Ook anderszns

7 ls.jun :48 RDV0CRTENKRNT00R JflNGRLI 02069G3267 Zaaknummers: AWB 10/44986 nzake Pagna 4 van 6 A WB 10/44987 nzake hebben esers nets aangevoerd op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat het verrchte verfcateonderzoek onjust en/of onvolledg s geweest. De beroepsgrond faalt. 9.2 Wat betreft het door esers gewenste verfcateonderzoek naar overgelegde doop- en schoolregsters overweegt de rechtbank dat, zoals ut het beled van verweerder volgt, de geboortedata van aanvragers moeten vaststaan op grond van gelegalseerde offcële documenten. In dt geval zjn er welswaar gelegalseerde geboorteakten overgelegd, maar staan de geboortedata just net vast. Verweerder heeft naar het oordeel van de rechtbank door verfcateonderzoek te laten verrchten naar de geboorteakten op dt punt voldoende onderzoek verrcht en voldoende zorgvuldghed betracht. 9.3 Tèn aanzen van het door esers gewenste DNA-onderzoek overweegt de rechtbank dat hermee de afstammng kan worden vastgesteld, maar net de geboortedata van esers kunnen worden achterhaald. Van belang s her dat een verbljfsvergunnng - en dus ook een mvv - n het k^der van geznsherengng net wordt verleend aan meerderjarge knderen van een hoofdpersoon. De mnderjarghed moet, zoals verweerder conform zjn beled heeft gesteld, vast staan op grond van gelegalseerde documenten. Hervoor s reeds geoordeeld dat de gestelde geboortedata - en daarmee de mnderjarghed - van esers net zjn aangetoond. Reeds daarom zal een DNA-onderzoek net tot het gewenste resultaat kunnen leden. Voorts s net gebleken dat esers voldoen aan de crtera zoals vermeld n paragraaf B2/8.6 van de Vc 2000 ten aanzen van het DNA-onderzoek. Esers hebben mmers just wel gelegalseerde documenten overgelegd en hebben gesteld noch bewezen n bewjsnood te verkeren. Door een DNA-onderzoek te wegeren heeft verweerder net n strjd gehandeld met de vereste zorgvuldghed. De beroepsgrond faalt. Een beroep op het geljkhedsbegnsel n verband met de utspraak van deze rechtbank en zttngsplaats van 14 oktober 2010 (AWB 10/2935), waarnaar esers verwjzen, baat hen net In dé betreffende zaak was eveneens twjfel ontstaan over de justhed van een gelegalseerde geboorteakte op grond van verfcate- en legalsateformuleren, maar s de geboorteakte net onderworpen aan een verfcateonderzoek. Dat laatste s n onderhavge zaak wel het geval. Reeds herom kan een vergeljkng met genoemde utspraak net opgaan. 10. Esers stellen zch tot slot op het standpunt dat verweerder geen zorgvuldge belangenafwegng n het kader van artkel $ van het van het Verdrag tot beschermng van de rechten van de mens en de fundamentele vrjheden (EVRM) heeft gemaakt Op grond van artkel 8, eerste ld, van het EVRM, voor zover thans van belang, heeft een eder recht op respect voor zjn famle- en geznsleven. Ingevolge het tweede ld s geen nmengng van eng openbaar gezag n de utoefenng van dt recht toegestaan, dan voor zover bj de wet s voorzen en n een democratsche samenlevng noodzakeljk s n het behng van de natonale velghed, de openbare velghed of het economsch welzjn van het land, het voorkomen van wanordeljkheden en strafbare feten, de beschermng van de gezondhed of de goede zeden cf voor de beschermng van de rechten en vrjheden van anderen Volgens jursprudente van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (onder meer de utspraak van 26 aprl 2007, nr /03, Konstatnov tegen Nederland; JV 2007/251) dent, ongeacht of sprake s van een posteve of negateve verplchtng, een "far balance" te worden gevonden tussen enerzjds de belangen van het betrokken ndvdu en anderzjds het betrokken algemeen belang van de betreffende ldstaat. k

8 IG.jun :48 RDVOCflTENKRNTOOR JRNGRLI 02069G32G7 p. 15 Zaaknummers: AWB 10/44986 nzake en Pagna 5 van 6 AWBKV44987 nzake 10.3 Verweerder heeft zch op het standpunt gesteld dat net s aangetoond dat er een geznsleven s, waardoor geen sprake kan zjn van een nbreuk op artkel 8 van het EVRM. Subsdar stelt verweerder dat geen sprake s van nmengng als bedoeld n artkel 8 van het EVRM, omdat esers geen verbljfsttel wordt ontnomen. Voorts stelt verweerder dat er op hem ook geen posteve verplchtng rust om esers desondanks verbljf toe te staan en heeft verweerder aangevoerd dat er geen objecteve belemmerngen bestaan het gestelde geznsleven elders ut te oefenen De rechtbank stelt vast dat esers hun beroep op artkel 8 van het EVRM net hebben onderbouwd. Verweerder heeft esers ten tjde van de procedure n bezwaar needs n de gelegenhed gesteld de stellng te onderbouwen, maar hervan hebben esers geen gebruk gemaakt. Ook ter zttng hebben zj dat, ondanks de mogeljkhed daartoe, nagelaten. Onder de omstandgheden kon verweerder met de motverng zoals hervoor onder 10.3 weergegeven, terecht tot de concluse komen dat met de wegerng van de gevraagde mw geen nbreuk wordt gemaakt op het geznsleven van esers met referente, als bedoeld n artkel 8 van het EVRM. Ook deze beroepsgrond slaagt net 11. Gelet op het voorgaande overweegt de rechtbank dat verweerder op goede gronden de aanvragen van esers heeft afgewezen, nu esers net hebben aangetoond te voldoen aan de voorwaarden als genoemd n artkel 3.14, eerste ld, aanhef en onder c, van het Vb De rechtbank verklaart de beroepen dan ook ongegrond. 12. Voor een proceskostenveroordelng bestaat geen aanledng.

9 IG, jun :49 ADVOCATENKANTOOR JANGALI 02069G3267 p. 16 Zaaknummers: AWB 10/44986 nzake Pagna 6 van 6 AWB 10/44987 nzake Beslssng De rechtbank, n de zaken geregstreerd onder nummers: AWB 10/44986 en AWB 10/44987, verklaart de beroepen ongegrond. Deze utspraak s gedaan door mr. M.S.F. Vosbens, rechter, n aanwezghed van mr. R. Kouwenhoven, grffer. De beslssng s n het openbaar utgesproken op 19 me U^JUUÜJJJÜU5^ rechter Afschrft verzonden aan partjen op: 1 9 M EI 2011 Conc.:LP Coll;: Rfc D:C VK Kope cdnfft^e grffer Tegen deze utspraak kunnen partjen bnnen ver weken na de dag van verzendng daarvan hoger beroep nstellen bj de Afdelng bestuursrechtspraak van de Raad van State (adres: Raad van State, Afdelng bestuursrechtspraak, Hoger beroep vreemdelngenzaken, Postbus 16113,2500BC's-Gravenhage). Naast de veresten waaraan het beroepschrft moet voldoen op grond van artkel 6:5 van de Awb (zoals het overleggen van een afschrft van deze utspraak) dent het beroepschrft ngevolge artkel 85, eerste ld, van de Vw 2000 een of meer, greven te bevatten. Artkel 6:6 van de Awb (herstel verzum) s net van toepassng.

10 IS jun 2QU 19:38 HDVOCRTENKHMTOOR JflNGflLI Advocatenkantoor Jangal Totaal : l8 pagna's Tevens per tejefax: (orgnele bref tevens per aangetekende post) Aan de Afdelng bestuursrechtspraak van de Raad van State Hoger beroep vreemdelngenzaken Postbus BC Den Haag SMGEKOMEM mw mr S.S. Jangal p.1 /s. Hoogoord 3 B 1102 CA Amsterdam Z.O. Telefoon Telefax Correspondetlteadres: Postbus DZ Amsterdam Z.O. Amsterdam: 16 jun 2011 Uw Referente: Dossernummer 213-1:1 -SJ 1 6 JUN 2011 rtn ZAAKMR, AAN: ' 'f BEHANDELD: D9l PAR: Inzake: geboren op van Ghanese natonaltet. geboren op van Ghanese natonaltet. Betreft: Hoger beroepschrft ngevolge de Vreemdelngenwet geboren op van Ghanese natonaltet, en geboren op van Ghanese natonaltet, wonende te Ghana, te dezen vertegenwoordgd door, en utdrukkeljk domcle kezende bj, hun bepaaldeljk gevolmachtgde mr. S.S. Jangal, advocaat te 'Amsterdam, kantoorhoudende aan de Hoogoord nummer 3B te Amsterdam (postcode 1102 CA), telefoon: ; telefax: , de voorts verklaart tot het nstellen van dt beroep bepaaldeljk te zjn gevolmachtgd, geven het volgende te kennen: Appellanten hebben op 31 december 2010 beroep ngevolge de Vreemdelngenwet 2000 (Vw 2000) ngesteld bj de Rechtbank Den Haag, nevenzttngsplaats te Amsterdam, tegen de ongegrondverklarng van de Mnster van Butenlandse Zaken van hun bezwaren nzake de afwjzng van een machtgng tot voorlopg verbljf, Bj utspraak d.d. 19 me 2011 (regstratenummers AWB 10/44987 en AWB 10/44986) heeft voornoemde; rechtbank deze beroepen ongegrond verklaard. Een afschrft van deze utspraak s bjgevoegd (bjlage 1). Appellanten; kunnen zch net verengen met deze utspraak van de rechtbank en komen daartegen bj Uw Afdelng n hoger beroep. Appellanten! voeren ter onderbouwng van hun hoger beroep de volgende greven aan tegen genoemde utspraak.

11 G jun :38 ADVOCATENKANTOOR JANGALI 020G9G3267 P Advocatenkantoor Jangal Pagna 2 Gref 1 Ten onrechte heeft de rechtbank n het kader van onderdeel 8.1 net alle beroepsgronden van appellanten besproken en daarop een oordeel gevormd De onder onderdeel 8.1 aangevoerde beroepsgrondén zjn derhalve onvolledg weergegeven. In rechtsoverwegng 8.1 overweegt de rechtbank dat verweerder het aanvraagformuler verfcate- enjlegalsateprocedure n zjn beslutvormng heeft kunnen betrekken. De rechtbank overweegt n cjt onderdeel voorts onder meer: "Voorl zover esers bedoelen te stellen dat hetformder vervalst s, s kertoe evenmn een onderbouwng gegeven, zodat de stellng reeds daarom geen stand houdt". Allereerst voeren appellanten aan dat zj hebben aangegeven dat de handtekenngen op de pagna van hjet verfcateformuler genaamd authorsatonform net door hun moeder zjn geplaatst en dkt het verfcateformuler net door hun moeder s ngevuld. Zj kan derhalve net de verantwoordeljkhed krjgen toegeschoven voor de nhoud van dt formuler. De gevolgen van de onjuste nvullng van de geboortedata op dt verfcateformuler van de moeder tevens door te schuven op de conto van appellanten, de mnderjarg waren en nets van doen hadden met het forrrtuler s onjust. Door het verweer van appellanten louter en ten onrechte te kwalfceren als een opmerkng dat het formuler vals s, geeft de rechtbank bljk van een onjuste beoordelng van deze grond. Daarnaast heeft de rechtbank kenneljk een voorstellng van zaken van het verfcareformuler dat net overeenkomt met de werkeljkhed. Wat de opmerkng ven de rechtbank dat het gaat om een offceel document, van nvloed s op de aard en nhoud va het document, wordt net gemotveerd. Daarnaast wjzen appellanten erop dat dt formuler vóór de afschaffng van het verfcatetraject voor de zogenaamde probleemlanden n september 20J05, deze formuler va dverse nstantes te verkrjgen waren en door een eder ngevuld en ondertekend kon worden. Just n stuates waarbj een aanvrager n het butenland zt, was het!beled van de ambassade om te vragen om de n het butenland geplaatste handtekenng! te laten legalseren doorgaan door de advocaat van betrokkene of door het gemeentehus. Nu de moeder van appellanten bljkens de bref aan de rechtbank d.d. 14 aprl 2011 (bjlage 2), betwst de handtekenng te hebben geplaatst en het formuler te hebben ngevuld s het ontbreken van een legalsatestempel, waarut bljkt dat de handtekenng s geplaatst doojr de moeder van betrokkene, een deugdeljke onderbouwng van de stellng van appellanten dat de nhoud van het formuler hen net kan worden tegengeworpen. Ten onrechte heeft de rechtbank geoordeeld dat appellanten geen onderbouwng hebben gegeven voor hun argument. Voorts voerep appellanten aan dat zj hebben geconstateerd dat bj de bestreden beschkkng van 6 december 2010 een legalsateformuler als bjlage s bjgevoegd. Appellanten, referente en gemachtgde;zjn nmmer eerder n de gelegenhed gesteld om op dt document te reageren, hetgeen onder andere n strjd s met het zorgvuldghedsbegnsel en het begnsel van far play. De belange^ van appellanten zjn herdoor ernstg geschonden. De rechtbank s n rechtsoverwegng 8.1 ten onrechte aan dt aangevoerde voorbj gegaan, terwjl bljkens de bestreden beschkkng de rechtbank waarderng hecht aan dt formuler en de nhoud daarvan. Net s gebleken waarom verweerder dt formuler net tjdens de bezwaarprocedure had kunnen overleggen én appellanten de gelegenhed had kunnen beden om daarop te reageren. Appellanten hebben dan ook aangevoerd dat verweerder door overleggen van het

12 jun : 39 fldvocrtenkhntqor JFlNGfLI Advocatenkantoor Jangal Pagna 3 verfcateforrnuler na afrondng van de bezwaarprocedure gehandeld n strjd met de wet en de begnselen van behoorljk bestuur waaronder het zorgvuldghedbegnsel. Appellanten hebben zoals bljkt ut hun bref aan de rechtbank van 14 aprl 2011, aangevoerd dat deze handelswjze reeds grond s Voor vernetgng van de bestreden beschkkng. De rechtbank s ten onrechte aan dt argument vborbj gegaan. Voorts hebben appellanten n bezwaar en beroep aangevoerd dat hun tante (mevrouw r ten tjjïe van de legalsateprocedure van hun moeder n een ntervew geboortedata van ben heeft genoemd, zonder zch eerst ervan te vergewssen of de geboortedata just zjn. Zj had geen geboorteakten van appellanten. De tante was zch ten tjde van het ntervew (welke gng om documenten van de moeder van appellanten en net van appellanten zelf), zch er net van bewust welk gevolg haar utlatngen zouden hebben voor appellanten. Daarnaast s er op gewezen dat de utlatngen de de tante heeft gedaan net onder eed zjn gedaan, maar n een gesprek met ee n onderzoeker van de ambassade, zonder dat haar was meegedeeld welk gewcht er aan de nformate werd toegekend, dan wel later kon worden toegekend. Voorts zjn n bezwaar de volgende verklarngen overgelegd: vetklarng d.d 11 jul 2010 van mevrouw Zj verklaart dat zj n het verleden onnadenkend ets vermeld heeft over de geboortedata van de knderen. Zj beyestgt de juste geboortedata als zjnde respecteveljk en verklarng van d.d. 6 augustus De heer verklaart dat hj nçt s geïntervewd n 2001 door een vertegenwoordger van de Nederlandse Arhbassade n Daarbj wjst hj er overgens nog op dat hj kan schrjven en derhalve altjd een handtekenng zet, en noot een vngerafdruk. Deze verklarng wtlrdt overgelegd ter onderbouwng van het fet dat de onderzoeken met al te nauwkeurg plaatsvonden, Verweerder s n de beslssng op bezwaar ten onrechte aan deze door appellanten aangevoerde argumenten enjde overgelegde documenten voorbj gegaan, en ook de rechtbank s ten onrechte voorbj gegaan! aan deze door argumenten en de nhoud van de overgelegde documenten.. Appellante hebjben n hun bref aan de rechtbank met aanvullende gronden d.d. 14 aprl 2011 het volgende aangegeven: "Met betrekkng tot hetgeen s aangevoerd over de verklarng van de tante van esers, te weten. overleggen esers de utspraak van rechtbank Den Haag d.d 9 jul 2008 (bjlage). Vooral van belang s rechtsoverwegng 8.2, waarbj de rechtbank ngaat op de vraag hoe dent te worden aangekeken tegen verklarngen n het kader van een legalsateonderzoek, waar n een later stadum op terug wordt gekomen In de procedwe hadden een aantal geïntervewden verklaard dat betrokkenen was gehuwd en zjn daarop later, mddels schrfteljke onder eed afgelegde verklarngen (affdavts), op terug gekomen. Vermeerder n de zaak stelde zch op het standpunt dat aan de affdavts geen waarde toekomt en terzjde kunnen worden gelegd. De rechtbank volgde verweerder net n deze redenerng. Onder verwjzng naar het arrest van de Hoge Raad van 31 januar 1992, overweegt de rechtbank: "de benaderng laat zelf net de mogeljkhed open dat de persoon n kweste zch eerder heeft vergst of ets heeft verklaard waarvan hj de consequentes voor de

13 1,6 jun :40 RDVOCRTENKRNTOOR JflNGRLI Advocatenkantoor Jangal Pagna 4 drect betrokkene destjds net (voldoende) heeft overzen, zodat met een neuwe afßavt utendeljk eek nhoudeljk juste verklarng tot stand s gekomen ", Esers verwjden naar deze utspraak 1er onaerbomvng van hun standpunt dat de tante van eseres ten tjde van de legalsateprocedure n een ntervew geboortedata van esers heeft genoemd, zonder zch eerst ervan te vergewssen of de geboortedata just zjn. Zj had geen geboorteakten van de knderen. De tante was zch ten tjde van het ntervew (welke gng om documenten vm de moeder van esers en net van esers zelf), zch net van bewust welk gevolg haar utlatngen zouden nebben voor esers. Daarnaast wj st zj erop dat de utlatng de zj heeft gedaan net onder eed s gedaan, maar n een gesprek net een onderzoeker van de ambassade, zonder dat haar was meegedeeld welk gewcht er aar de nformate werd toegekend, dan wel later kon worden toegekend Op geen enk* Ie wjze s de rechtbank ngegaan op de overgelegde utspraak van rechtbank, terwjl just u de utspraak de status van een affdavt aan de orde komt en hoe zch dat verhoudt tot r et bewjsrecht. Appellanten stellen dat aan de beslssng van de rechtbank ook op grond hervan een motverngsgebrek kleeft, waardoor deze net n stand kan bljven. Derhalve nee t de rechtbank n het kader van onderdeel 8.1 net alle beroepsgronden van appellanten besproken en daarop een oordeel gevormd. Gref 2 j In onderdeel!?.1 heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat verweerder heeft voldaan aan de vereste zorgvuldghed en de op hem rustende onderzoeksplcht; heeft de rechtbank ten onrechte ove wogen dat appellanten geen onderbouwng hebben gegeven voor het betoog dat het verfcate onderzoek onvolledg of onjust s geweest; en heeft de rechtbank ten onrechte overwogen d; t appellanten ook anderszns net hebben aangevoerd waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat het verrchte verfcate onderzoek onjust/en of onvolledg s geweest j In bezwaar en n beroep s utgebred gemotveerd door appellanten dat verweerder ten onrechte n het geheel geen onderzoek heeft verrcht, dan wel laten verrchten, naar de school regsters en doopregsters van appellanten, en dat reeds op dt punt het verfcateonderzoek onvolledg en onjust s verrcht.! Door appellanten zjn n bezwaar schoolbescheden overgelegd (waaronder zelfs een copy van een "admsson regster" van een school), alsmede doopbescheden. Aan de hand van deze documenten Jad wel degeljk aanvullend verfcateonderzoek verrcht denen

14 1,6 jun EOll 13:40 RDVOCflTENKRNTOGR JHNGB4J SG3267 p.5 Advocatenkantoor Jangal Pagna 5 te worden naar de bereffende schooregsters en doopregsters. Immers, schoolregsters en doopregsters tetreffende objecteve regsters/bronnen waarmee n het kader van verfcate wel degeljk re tenng gehouden dent te worden en waarnaar onderzoek verrcht dent te worden. In het geval van verfcate wordt door de Nederlandse Ambassade n Accra per defnte onderzoek verrcht naar de volgende objecteve regsters/bronnen: zekenhusregkers, schoolregsters en doopregsters. Door verweerder had derhalve wel degeljk de Nederlandse Ambassade n Accra verzocht denen te worden om nader onderzoek te verrchten. Verder s door appellanten gemotveerd aangevoerd dat zj zjn geboren n het zekenhus; dat hun moeder z ;h net kan hernneren of zj ets betaald heeft aan het zekenhus; dat hun moeder deels t nalfabeet en laag ontwkkeld s; dat zj zch ook net kan hernneren of zj bj de geboorte van de twee knderen als patënt s geregstreerd n het zekenhus of dat zj als armlastge ut humaan oogpunt s geholpen s bj de bevallngen; en dat n zo'n geval het dan ook net utges loten s dat er geen admnstrateve verwerkng heeft plaatsgevonden en een regstrate her van dus net te vnden s. Daarnaast bestaat de mogeljkhed van een gebrekkge admnstrate en archverng, waardoor nformate net te traceren kan zjn. Het s een fet van algemene bekendhed dat de admnstrate n derde wereld landen net te vergeljken s met de van een modern westers land en dat zeker ten tjde van de geboorten er veel mnder technsche mddelen en mogeljkheden aanwezg waren voor het opslaan, verwerken en Dewaren van gegeven. Dat s nu just ook de reden dat door de Nederlandse Ambassade n Accra bj verfcate alle mogeljke obj acteve regsters/bronnen worden onderzocht, te weten zekenhusregsters, schoolregst ers, en doopregsters. Dt had eveneens voor verweerder een reden moeten zjn om aanvul lentfl verfcateonderzoek te laten verrchten naar de schoolregsters en doopregsters. In dt verband wordt voorts verwezen naar de "Aanwjzng probleemlanden" (offcële mededelng v n de mnster van Butenlandse Zaken d.d. 7 maart 1996; Staatscourant 1996/49), weke aanwjzng welswaar s ngetrokken naar aanledng van de utspraak d.d. 8 september van uw Afdelng, doch wel een kader aangaf voor de wjze waarop verfcateonderzoek verrcht dent te worden en naar welke objecteve bronnen onderzoek verrcht dent te worden, te weten: zekenhusregsters, schoolregsters, en doopregsters. Op de gebrukte E anvraagforrnuleren denden destjds door de aanvrager/vreemdelng alle gegevens van geboorteplaats (zekenhus), scholen (schoolregsters) en doop (doopregster) ngevuld te warden, waarnaar dan onderzoek verrcht werd. Bj de behandelng ter terechtzttng hebben appellanten bj monde van hun gemachtgde gewezen naa het fet dat er thans n het geheel net bekend s op grond van welke regelgevng of beledsregel het verfcateonderzoek plaatsvndt en welke maatstaven er worden gehanteerd. E aamaast s ook gewezen naar de utspraak van rechtbank Haarlem van 10 augustus 199Ü, RV Deze utspraak s welswaar oud, maar s nog mmer relevant nu verweerder künneljk opneuw begonnen s met verfcate, zonder dudeljkhed te geven over de wjze waarop het onderzoek plaatsvndt en de maatstaven de worden gehanteerd. Dt s

15 Iß jun :41 ADVOCATENKANTOOR JflNGHLÏ p.6 Advocatenkantoor Jangal Pagna 6 van belang, aangezen n onderhavge geval de rechtbank ten onrechte n punt 9.1 oordeelt dat verweerder mocht concluderen dat verweerder zorgvuldg onderzoek heeft verrcht. In dt verband gaat de rechtbank geheel voorbj aan het fet dat de admnstrate n derde wereld landen gebrekkg s en het derhalve van belang s te weten welke maatstaven er worden gehanteerd en >velke concluses er ut onderzoeksresultaten getrokken mocht worden. Het fet dat de geboorte van de knderen net s terug te vnden n de gevonden zekenhus admnstrate betekent n het geheel net dat de knderen net n het zekenhus zjn geboren, danwe net de anderen van de moeder zjn, danwe dat hun geboortedatum net klopt. In dt verband cteren appellanten ut de utspraak van rechtbank Haarlem van 10 augustus 1998, RV 9839, waa bj de rechtank tot het volgende oordeel kwam over het verfcateonderzoek: "Ner gebleken s dat de wjze waarop het onderzoek plaatsvndt, de maatstaven voor verfcate de c 'aarbj worden aangelegd en de wjze waarop de betrokkenen n dat onderzoek kan partcperen op energerle wjze, laatstaan behoorljk, zjn geregeld. Dt laatste s temeer bezwaarljk waar de kans bestaan dat ten onrechte het waarhedsgehalte van documenten ut de probleemlarden maatstaven worden aangelegd de n verband met gebrekkge regstratepraktjk n deze landen en de daarut voortvloeende foutenmarge overtrokken zjn.». De nhoud en strekkng van deze utspraak gaat nog mmer op n onderhavge stuate, De rechtbank heeft ten onrechte en ongefundeerd groot gewcht toegekend aan het fet dat de geboorte van de knderen net s getraceerd n het zekenhus, zonder aan te geven op grond van welke maatstaven dat gerechtvaardg s. De argumenten van appellanten over de gebrekkge admnstrate of de mogeljkhed dat de moeder wellcht als net betalende patënt n het geheel net was geregstreerd, worden door de rechtbank ten onrechte ongemotveerd gepasseerd, dan. wel ten onrechte gekwalfceerd als ontbreken van motverng aan de zjde van appellanten. Ten onrechte oordeelt de rechtbank dat appellanten hun argumenten net hebben onderbouwd. Ut hetgeen s aangevoerd n beroep s wel degeljk te concluderen dat appellanten hun stellngen hebben onderbouwd. Derhalve heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat verweerder heeft voldaan aan de vereste zorgvuldghed en de op hem rustende onderzoekplcht; heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat appellanten geen onderbouwng hebben gegeven voor het betoog dat het verfcateo derzoek onvolledg of onjust s geweest; en heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat appellanten ook anderszns net hebben aangevoerd waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat het verrchte verfcateonderzoek onjust/en of onvolledg s geweest. Gref3 In onderdeel9.1 heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat verweerder, door verfïcateondezoek te laten verrchten naar de geboorteakten, voldoende onderzoek heeft verrcht en voldoende zorgvuldghed heeft betracht. Ook de verwjzng van de rechtbank n onderdeel 9.2 r aar het beled van verweerder, doet net af aan het fet dat het verfcateonderzoek onjust en onvolledg s utgevoerd.

16 16 jun :42 RDV0CRTENKRNT00R JfNGflLI 020G9B32G7 p.7 Advocatenkantoor Jangal Pagna 7 Doordat verweerder zch slechts heeft beperkt tot het onderzoek bj n het zekenhus, en geheel voorbj Ie gaan aan de overge bronnen de hadden denen te worden onderzocht en waarvoor stukken aanwezg zjn, heeft verweerder eveneens gehandeld n strjd met haar onderzoeksplcht zoals geformuleerd artkel 3:2 AWB: "bj de voorberedng van een beslut vergaart het bestuursorgaan de nodge kenns omtrent relevante fetet en de af te wegen belangen ". In bezwaar en n beroep s utgebred gemotveerd door appellanten (en onderbouwd met documenten) d t verweerder ten onrechte n het geheel geen onderzoek heeft verrcht, dan wel laten verrchten, naar de schoolregsters en doopregsters van appellanten, en dat reeds op dt punt het vefcateonderzoek onvolledg en onjust s verrcht en n strjd s gehandeld met artkel 3:2 AW B. Ten onrechte heeft de rechtbank geconcludeerd dat het onderzoek zorgvuldg heeft plaatsgevonden. Het s zeer van onafhankeljke ntrekkng van belang dat verweerder zorgvuldg onderzoek verrcht en daarbj geen bronnen, zoals schoolregster en doopregsters, passeert, aangezen sedert de de "Aanwjzng probleemlanden", door ndvduen zelf nmmer verzocht kan worden om ve fcate. Enkel bestuursorganen kunnen een Nederlandse Ambassade verzoeken om vefcateonderzoek te verrchten naar documenten, zoals n casu s gesched. Dt betekent dat een ndvdu nmmer de Nederlandse ambassade kan verzoeken om onderzoek te verrchten naar een schoolregster of doopregster, doch dat een dergeljk verzoek van een. bestuursorgaan afkomstg dent te zjn. Het s danook van evdent belang dat het verfcateonderzoek zch ver genoeg utstrekt en dep genoeg gegraven wordt naar objecteve bronen voordat er concluses worden verbonden aan de gevonden nformate. Nu het onderzoek zch heeft beperkt tot het zekenhus hebben appellanten zch terecht op het standpunt gesteld dat het onderzoek onzorgvuldg heeft plaatsgevonden en dat de rechtbank ten onrechte heromtrent anders oordeelde. Verweerder h&eft net voldaan aan de vereste zorgvuldghed en de op hem rustende onderzoeksplcht In dt verband wordt verwezen naar het hetgeen door appellanten heromtrent s aangevoerd onder gref 1. en gref 2 Door de Nederlandse Ambassade n Accra denen bj verfcate alle mogeljke o bject eve regsters/bronnen te worden onderzocht, te weten zekenhusregsters, schoolregster;, en doopregsters. Derhalve had verweerder een aanvullend verfcateonderzoek denen te laten verrchten naar de schoolregsters en doopregsters van appellanten. N dt aanvullend onderzoek net s verrcht door de Nederlandse Ambassade, heeft verweerc er onvoldoende onderzoek verrcht dan wel laten verrchten, en s het beslut net met voldo ;nde zorgvuldghed genomen door verweerder. Derhalve heefl de rechtbank ten onrechte overwogen dat verweerder heeft voldaan aan de vereste zorgvjldghed en de op hem rustende onderzoekplcht Gref 4 I In rechtsoverwegng 9.3 heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat verweerder, door een DNA-onderzoek te wegeren, net gehandeld heeft n strjd met de zorgvuldghed.

17 ß jun :43 HDVOCRTENKHNTOOR JflNGflLI p.a Advocatenkantoor Jangal Pagna 8 Voorts heeft n 1 rechtsoverwegng 9.3 de rechtbank ten onrecht overwogen dat een beroep op het geljkhedoegnsel n verband met de utspraak van de rechtbank te Amsterdam van 14 oktober 2010 QA.WB 10/2935), waarnaar appellanten verwjzen, hen net baat. Verweerder hajd wel degeljk n casu de Nederlandse Ambassade denen te verzoeken om afname van DNA materaal te faclteren, gelet op het fet dat n Ghana geen betrouwbare DNA afname mogeljk s en derhalve altjd de medewerkng van de Nederlandse Ambassade n Ghana nod; s. In eerste aanleg en bezwaar heeft gemachtgde er reeds op gewezen dat gemachtgde c ontact heeft gehad met een n Nederland geaccredteerd laboratorum (Beslut DNA-onderzo k vaderschap, Staatsblad 2008/417), waarbj aan gemachtgde s medegedeeld dat de medewerkng van de Nederlandse Ambassade n Accra absoluut noodzakeljk s n verband met de n het kader van de accredtate door de overhed gestelde esen aan het DNA traject onder 130 regels. Appellanten hebben n eerste aanleg en n bezwaar dverse keren aangegeven bj verweerder dat zj bered zjn om de kosten van DNA zelf volledg te dragen, maar dat voor DNA afname altjd de medewerkng de Nederlandse Ambassade n Accra nodg s en da daarvoor deze ambassade een nstructe van de Vsadenst wenst te ontvangen. Appellanten hebben zch verder beroepen op de utspraak d.d. 14 oktober 2010 van de rechtbank te J.msterdam (10/2935), waarn de rechtbank overweegt dat verweerder de vreemdelng t ïgemoet dent te komen met het faclteren van DNA-onderzoek nu n Ghana geen erkende nstellngen zjn met betrekkng tot het verrchten van DNA-onderzoek. In de zaak s overgens ook door verweerder (de Nederlandse Ambassade n Accra) erkend dat geen betrouwbare DNA afname mogeljk s n Ghana aangezen er geen betrouwbare nstellngen zjn. Het gaat n casu net om de vraag n hoeverre de zaak van appellanten tot n detal geljk s aan de zaak onder nummer 10/2935, doch het beroep op deze zaak zet toe op de bevestgng, deze utspraak van het fet dat n Ghana geen erkende nstellngen zjn met betrekkng to het verrchten van DNA-onderzoek, en dat derhalve nmmer n Ghana DNAonderzoek op egen ntatef kan worden opgestart, en dat altjd medewerkng van de Nederlandse, ambassade n Accra nodg s. Het beroep op de utspraak onder nummer 10/2935 baat appellanten derhalve wel degeljk. Verder s n c ezwaar en n beroep aangevoerd door appellanten dat door verweerder zelf ter zttng d.d. IV oktober 2010 s aangegeven dat de IND/Vsadenst n Den Bosch voor wat betreft DNA- onderzoek n de praktjk anders handelt dan de letter van de crculare (B2/8.6 van de Vc 20 00), te weten dat door verweerder ook n gevallen waarn de geboorteakten wel gelegalseerd zjn, verweerder DNA-aanbod kan doen n geval van twjfel. In bezwaar heeft gemachtgde dt n haar bref van 3 november 2010 (bjlage 3) zelf nog onderbouwd mddels een beroep o; ) een dretal zaken. Derhalve handelt verweerder n de praktjk anders dan de letter n de crculare, te weten dat verweerder ook n gevallen waarn de geboorteakten wel gelegalseerd zjn doch er ondudeljkhed of twjfel s over de nhoud, dat dan toch een bewjsnood wordt aangenomen door verweerder en dat dan een DNA aanbod kan worden gedaan door verweerder. Verweerder passeert ten onrechte n bezwaar volledg het aangevoerde heromtrent. Ook de rechtbank gaat n de utspraak ten onrechte volledg aan dt punt voorbj Derhalve had verweerder n casu wel degeljk appellanten tegemoet denen te komen met het

18 G jun :44 RDVOCflTENKRNTOOR JRNGRLI Advocatenkantoor Jangal Pagna 9 faclteren van DNA-onderzoek, te meer daar appellanten hebben aangegeven bered te zjn de kosten van 0N A -onderzoek zelf volledg te dragen. f Gelet op het vorenstaande heeft verweerder wel degeljk gehandeld n strjd met de zorgvuldghed!door het faclteren van een DNA-onderzoek te wegeren Derhalve heeft de rechtbank n rechtsoverwegng 9.3 ten onrechte overwogen dat verweerder, door een DNAen voorts heeft de rechtbank ten onrecht overwogen dat een beroep op het geljkhedbegnsel onderzoek te wegeren, net gehandeld heeft n strjd met de zorgvuldghed, n verband metde utspraak van de rechtbank te Amsterdam van 14 oktober 2010 (AWB 10/2935), waarnaar appellanten verwjzen, hen net baat. Gref 5 Ten onrechte heeft de rechtbank n onderdeel 10 van de utspraak het beroep van appellanten op artkel 8 EVRM verworpen. j Verweerder stolt zch op het standpunt dat net s aangetoond dat er sprake s van geznsleven. Dt standpunt onjust. Er s wel degeljk sprake van geznsleven n de zn van artkel 8 EVRM tussen appellar ten en hun moeder aangezen referente de bologsche moeder van appellanten s. Reeds om dez* reden heeft verweerder n het kader van toetsng van artkel 8 EVRM voor een geheel verkeerd utgangspunt gekozen n haar belangenafwegng. Op dt punt s de beslssng van verweerder net met de vereste zorgvuldghed genomen. In onderdeel L).4 overweegt de rechtbank dat appellanten tjdens de hoorzttng zouden hebben nagelaten het beroep op artkel 8 EVRM nader te onderbouwen. Dt s een onvolledge voorstellng van hetgeen tjdens de zttng s besproken. Tjdens de zttng s gesproken over het bestaan van een '"feteljke geznsband", en heromtrent heeft gemachtgde aangegeven dat het toetsen van de "feteljke geznband" op grond van het hudge beled van verweerder net meer een vereste s en het gaat om de vraag of referente al dan net de bologsche moeder s. In eder geval heeft de rechtbank door het standpunt van verweerder over te nemen dat geen sprake s van schendng van artkel 8 EVRM, de rekwjdte van artkel 8 EVRM en van de es van een far balance beperkter opgevat dan ut de jursprudente van het Hof n Straatsburg voort vloet. Concluse Appellanten doncluderen tot gegrondverklarng van het hoger beroep, vernetgng van de bestreden utspraak, en alsnog gegrondverklarng van de door appellanten ngestelde beroepen tegen de beslsten van de Mnster van Butenlandse Zaken van 6 december 2010, en verzoeken U dan ook dè besluten alsnog te vernetgen alsmede de Mnster van Butenlandse Zaken té veroordelen n de proceskosten de appellanten n beroep en hoger beroep hebben moeten maken, en voorts te bepalen, dat aan appellanten het door hen n bede nstantes betaalde grfferecht zal "worden vergoed.

19 Iß jun :45 ADVOCATENKANTOOR JANGRLI G7 Advocatenkantoor Jangaï Pagna 10 \ l h ' Plaats en dagtekenng Amsterdam, 16jjun2011. Bjlagen: 1. utspraak d.d. 19 me 2011 van de Rechtbank te Den Haag, zttnghoudende te Amsterdam. 2. bref aaf de rechtbank met aanvullende gronden d.d. 14 aprl 2011 met bjlagen; 3. bref d.d. 3 november 2010 van gemachtgde aan de Vsadenst.