Wij stellen uw Raad voor het hierna in ontwerp afgedrukte besluit te nemen.

Transcriptie

1 2007. Nr. : Dnst. : CS Bezwaren preventief toezicht begroting Leiden, 13 februari Het College verzoekt de Raad in te stemmen met bijgaande brief, inhoudende de gronden van bezwaar tegen het onder preventief toezicht stellen van de gemeente. Wij stellen uw Raad voor het hierna in ontwerp afgedrukte besluit te nemen. De Raad van de gemeente Leiden; Burgemeester en Wethouders van Leiden, de Secretaris, de Burgemeester, P.I.M. v.d. WIJNGAART. H.J.J. LENFERINK. Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders (nummer van 2007), mede gezien het advies van de commissie. BESLUIT: in te stemmen met de brief, inhoudende de gronden van bewaar tegen het onder preventief toezicht stellen van de gemeente. Gedaan ter openbare vergadering van de Griffier, de Voorzitter, BW070170

2 B&W-nr.: d.d Onderwerp Bezwaren preventief toezicht begroting 2007 BESLUITEN Behoudens advies van de commissie 1. Kennis te nemen van de brief van de secretaris van de bezwarencommissie-awb van de provincie Zuid Holland d.d. 2 februari 2007, kenmerk Awb/973/07, inzake Awb-bezwaarschrift. 2. Kennis te nemen van de brief van GS, kenmerk DMB/2006/9528 inzake ontheffingsverzoek OZB. 3. Vast te stellen bijgaande concept-brief aan de bezwarencommissie-awb van de provincie Zuid Holland waarin de bezwaren van Leiden tegen het preventieve toezicht worden kenbaar gemaakt. 4. De raad te verzoeken in te stemmen met bijgaande brief, inhoudende de gronden van bezwaar tegen het onder preventief toezicht stellen van de provincie.

3 Raadsaanbiedingsformulier Rv nr. Opsteller Naam: G. Heijnen Dienst: CS Telefoon: 5066 Verantwoordelijk portef.houder: Financien & B&W-besluit d.d: Sport Meningsvormend x Besluitvormend Informatief (t.k.n.) Naam Programma + onderdeel: Middelen Onderwerp: Brief aande Provincie Zuid Holland, inhoudende de gronden van bezwaar tegen het onder preventief toezicht stellen van de gemeente. Voorgenomen besluit: In te stemmen met de brief aan de Provincie Zuid Holland, inhoudende de gronden van bezwaar tegen het onder preventief toezicht stellen van de gemeente. INHOUD Aanleiding: De Provincie Zuid Holland heeft de gemeente per brief van 20 december 2006 onder preventief toezicht gesteld. De gemeente heeft aangegeven zich tegen dit besluit te zullen verweren. In bijgaande brief is aangegeven, op welke inhoudelijke gronden de gemeente bezwaar aantekent. Doel: Het doel van de brief is, dat de Provincie het bezwaar van de gemeente honoreerd en de onder preventief toezichtstelling intrekt. Kader: Het verweer tegen het onder preventief toezicht stellen is noodzakelijk, om de formele rechtspositie van de gemeente in procedures tegen de Rijksoverheid zo sterk mogelijk te houden. Overwegingen: Procedure: Financiën: n.v.t. Bijgevoegde informatie: 1. brief aan de Provincie Zuid Holland, inhoudende de gronden van bezwaar tegen het onder preventief toezicht stellen van de gemeente. 2. brief van de Provincie Zuid Holland dd. 5 februari 2007, waarin de gemeente wordt verzocht voor 16 februari 2007 de inhoudelijke gronden van bezwaar aan te geven tegen het onder preventief toezicht stellen van de gemeente. 3. brief van de Provincie Zuid Holland dd. 30 januari 2007 met reactie op het ontheffingsverzoek OZB van de gemeente 4. brief van de Provincie Zuid Holland dd. 21 december 2007 inhoudende toestemming tot het aangaan van verplichtingen.

4 5. brief van de Provincie Zuid Holland dd. 20 december 2007 inhoudende het bericht van onder preventief toezicht stelling van de gemeente. OVERIGEN Communicatie: Evaluatie: In te vullen door de griffie: Raadsbesluit Raadsvoorstelnr. Onderwerp: De raad van de gemeente Leiden, Besluit: Gedaan in de openbare raadsvergadering van Voorzitter raad, griffier, Advies van de commissie is: Hamerstuk Hamerstuk met stemverklaring van de fracties van Kort bespreekpunt Uitgebreide discussie Het besluit van de raad is: Ongewijzigd aanvaard Gewijzigd aanvaard Verworpen Aanvaarde moties/amendementen:

5 Retouradres: Postbus 9100, 2300 PC Leiden Provincie Zuid Holland t.a.v. de secretaris van de bezwarencommissie-awb, Mr. W.B. Rietveld Postbus LP Den Haag Bezoekadres Postadres Telefoon Website Gemeente Leiden Stadhuis Stadhuisplein 1 Postbus PC Leiden g.heijnen@leiden.nl Datum 8 februari 2007 Contactpersoon G. Heijnen Ons Kenmerk Doorkiesnummer 5066 Onderwerp Bezwaren preventief toezicht Geachte heer Rietveld, Bij uw brief van 2 februari 2007, kenmerk Awb/973/07, biedt u de gemeente Leiden de mogelijkheid het bezwaarschrift tegen het besluit van Gedeputeerde Staten om Leiden onder het preventieve toezicht te plaatsen vóór uiterlijk 16 februari 2007 nader te motiveren. Bij brief van 13 december 2006, kenmerk DMB/2006/9528, deelt het College van Gedeputeerde Staten (GS) aan de gemeenteraad van Leiden mee ontheffing te verlenen van het maximumtarief voor gebruikers van nietwoningen voor het jaar In de eveneens aan de raad gerichte brief van 20 december 2006, kenmerk DMB/2006/9891, concluderen GS dat het ontheffingsverzoek een niet sluitende begroting 2007 impliceert: een hoger OZB-tarief dan wettelijk toegestaan is noodzakelijk om een sluitende begroting te realiseren. Daarnaast is sprake van een niet sluitend meerjarenperspectief als gevolg van een ombuigingsstelpost voor de jaren 2008 t/m De uitgangspunten om voor het repressieve begrotingstoezicht in aanmerking te komen zijn: 1. de begroting 2007 dient naar het oordeel van GS in evenwicht te zijn of blijkens de meerjarenraming is aannemelijk gemaakt dat dit evenwicht in de eerstvolgende jaren tot stand zal worden gebracht; 2. de jaarrekening 2005 dient in evenwicht te zijn; 3. de jaarrekening 2005 en de begroting 2007 dienen tijdig, respectievelijk vóór 15 juli en 15 november 2006, te zijn ingezonden. Leiden voldoet aan de punten 2 en 3. GS concluderen dat Leiden niet voldoet aan het eerste uitgangspunt. In het bestuurlijk overleg met burgemeester Lenferink, wethouder Keur en gedeputeerde Huizer van 4 december 2006 over de begroting hebben wij over het niet sluitende meerjarenperspectief meegedeeld dat de taakstellingen in de meerjarenraming in elk geval worden gerealiseerd, in het uiterste geval met het schrappen van nieuw beleid. De indruk in het overleg werd gewekt dat deze methodiek acceptabel was en geen grond zal zijn voor preventief toezicht. In uw brief van 20 december deelt u tevens mede dat Leiden in het meerjarenperspectief in beperkte mate rekening heeft gehouden met de investeringsbijdragen voor Holland Rijnland. In reactie hierop merken wij op dat ten tijde van de samenstelling van en besluitvorming over de (meerjaren)begroting 2007 nog in onvoldoende mate de omvang van de Leidse bijdragen bekend was. Vooruitlopend op definitieve informatie hierover is besloten de extra dividenduitkeringen van de BNG hiervoor te bestemmen. Recentelijk zijn de Leidse jaarlijkse bijdragen vastgesteld en heeft daarover besluitvorming in de gemeenteraad plaatsgevonden. In de structurele dekking van deze bijdragen is binnen de kaders van het huidige meerjarenbeeld voorzien, vervat in een meerjarige begrotingswijziging die in het kader van het aangescherpte toezicht naar GS is toegezonden.

6 Ten aanzien van de wegvallende precario-inkomsten op de ondergrondse infrastructuur van nutsbedrijven met ingang van 2008 wordt de gemeente naar verwachting gecompenseerd in de algemene uitkering. Eerst nadat deze uitkering bekend is kan inzichtelijk worden gemaakt of Leiden nog moet voorzien in mogelijke aanvullende dekking van wegvallende inkomsten. Zoals wij nu inschatten kunnen de consequenties hiervan worden betrokken bij de afwegingen voor de begroting 2008 en volgende jaren. Ook deze problematiek is naar onze mening geen reden voor toepassing van het verscherpte toezicht. Wat resteert en waar het preventieve toezicht zich vooral op richt is de OZB-problematiek. Er is naar de mening van GS sprake van een niet sluitende begroting De inkomsten uit de ontheffing OZB worden gezien als een incidenteel dekkingsmiddel, waarmee de begroting 2007 incidenteel wel maar vanaf 2008 structureel bezien niet sluitend is. Om voor goedkeuring in aanmerking te komen dient de gemeente aan te geven op welke wijze de uit vorengenoemde OZB-ontheffing voortvloeiende incidentele dekkingmiddelen 2007 (de extra OZB-inkomsten van 1,6 miljoen als gevolg van toepassing van een hoger tarief dan het wettelijk toegestane maximumtarief) in volgende jaren worden gedekt, aldus de GS-brief van 20 december Om hier adequaat op te kunnen reageren zijn wij afhankelijk van besluitvorming door het Rijk. Naar aanleiding van de brief van de Minister van BZK d.d. 28 september 2006, kenmerk , over de OZB-problematiek, die ook aan het College van GS in afschrift is toegestuurd, heeft een gesprek met de Minister plaatsgevonden, waarbij namens de gemeente de burgemeester en de wethouder voor financiën aanwezig waren. Het rijk heeft maximumtarieven OZB vastgesteld, die lager zijn dan de vigerende tarieven in een viertal gemeenten, waaronder Leiden, terwijl de toezegging was dat geen enkele gemeente nadeel van de wetswijziging zou ondervinden. Dit wordt door de Minister van BZK onderkend, die om die reden heeft toegezegd voor de specifieke Leidse problematiek (lees: Ondernemersfonds) naar een oplossing te streven. Hierbij wordt dan gedacht aan het toestaan van enkele procenten bovenop de maximumtarieven OZB nietwoningen met als doel de extra opbrengst te storten in een te creëren ondernemingsfonds, zoals die in Leiden al bestaat. Dit zou dan plaats moeten vinden in goed overleg met het bedrijfsleven. Deze oplossing draagt er toe bij dat het landelijk en ook door het Ministerie van EZ gewaardeerde Leidse Ondernemersfonds gehandhaafd kan blijven en bovendien als voorbeeld kan dienen voor andere gemeenten. Overheveling van OZB-opbrengst naar Afvalstoffenheffing en/of Rioolheffing is geen optie voor Leiden. Hierdoor ontstaat een ongewenste lastendrukverschuiving die niets van doen hebben met het Ondernemersfonds. Bovendien is de ruimte in deze heffingen benodigd voor de dekking van de dalende suppletie-uitkering in de algemene uitkering. Daarnaast is met de Minister afgesproken dat de wijze van berekening van de maximumtarieven door BZK in ambtelijk overleg zal worden besproken en dat de uitkomsten daarvan vervolgens bestuurlijk zullen worden teruggerapporteerd. Wat betreft de Berekening maximumtarieven OZB blijft BZK op het standpunt staan dat gekeken moet worden naar de totale opbrengst OZB en niet naar de afzonderlijke OZB-opbrengsten woningen en niet-woningen. BZK en Leiden blijven het oneens over de te hanteren methode voor het berekenen van de maximumtarieven na herwaardering van de onroerende zaken met niet onaanzienlijke financiële consequenties voor Leiden. BZK stelt: De maximumtarieven worden gecorrigeerd met de gemiddelde waardestijging van woningen en niet-woningen samen. Leiden stelt: Maximumtarieven corrigeren voor de gemiddelde waardestijging van de twee afzonderlijke categorieën. De rekenmethode van BZK is volgens ons onjuist. In het theoretische geval dat de woningen in waarde stijgen met een X percentage en de niet-woningen niet stijgen in waarde, verlaagt BZK toch de maximumtarieven voor niet-woningen. Deze methode resulteert erin dat na een herwaardering, een gemeente met tarieven tegen het maximum aan, niet meer dezelfde opbrengst aan OZB kan genereren als vóór de herwaardering.

7 Inmiddels is duidelijk geworden dat de huidige demissionaire minister niets meer zal doen en het onderwerp doorschuift naar de brede discussie over het gemeentelijk belastinggebied. Indien blijkt dat de maximumtarieven niet worden verhoogd dient volgens GS vanaf 2008 alternatieve dekking te worden aangewezen. GS stellen ten behoeve van de goedkeuring om haar zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 1 april 2007, te informeren over de te nemen maatregelen. Hieruit blijkt dat GS enerzijds begrip hebben voor de situatie dat Leiden afhankelijk is van mogelijke besluitvorming van het Rijk op bijstelling van de OZB-tarieven, anderzijds wordt verzocht om vóór 1 april maatregelen voor te leggen. Het is niet aannemelijk te veronderstellen dat het Rijk vóór 1 april met een wetswijziging OZB afkomt, zodat wij ook geen nadere hiervan af te leiden maatregelen aan de raad vóór dit tijdstip zullen aanbieden. Het betreft in beginsel een politiek-bestuurlijk probleem dat op rijksniveau om een oplossing vraagt. Nu de provincie Leiden onder preventief toezicht plaatst, maar Leiden afhankelijk is van het rijk om voor goedkeuring in aanmerking te komen, is dit aanleiding geweest om bezwaar aan te tekenen tegen de beslissing van GS. Wij hebben vernomen dat aan de gemeente Nijmegen in een vergelijkbare situatie als Leiden repressief toezicht is toegekend. Dit strookt naar onze mening niet met het gelijkheidsbeginsel en vormt om die reden tevens een bezwaar tegen het GS-besluit. Namens de gemeenteraad van Leiden Burgemeester en Wethouders van Leiden, de Secretaris, de Burgemeester,