Oplegnotitie Woonvisie (d.d. 29 oktober 2012) gemeente Son en Breugel; typisch Son en Breugel

Transcriptie

1 Oplegnotitie Woonvisie (d.d. 29 oktober 2012) gemeente Son en Breugel; typisch Son en Breugel In deze notitie wordt beschreven: 1. hoe de nieuwe woonvisie tot stand is gekomen; 2. wat de belangrijkste kaderdocumenten zijn voor de woonvisie; 3. wat de (samengevatte) inhoud van de woonvisie is; 4. welke wijzigingen in de woonvisie zijn aangebracht naar aanleiding van de behandeling in de raadscommissie Burgerzaken. 1. Proces Begin 2010 is begonnen met het opstellen van de nieuwe woonvisie. Deze start vloeide o.a. voort uit de conclusies van het onderzoek van de Rekenkamercommissie (SGBO, 2009) naar het maken van prestatieafspraken. In het onderzoeksrapport werd geconcludeerd dat onze raad in diverse documenten kaders heeft gesteld voor het woonbeleid, maar dat deze gefragmenteerd zijn en een lange periode bestrijken. Daarop besloot het college een actuele woonvisie op te laten stellen op basis van die bestaande documenten. Het proces heeft vanaf de gemeenteraadsverkiezingen in het voorjaar van 2010 een aantal maanden stilgelegen in afwachting van de wensen van het nieuwe college ten aanzien van wonen. Het proces is daarna weer opgestart en in december 2010 zijn stellingen voorgelegd aan de externe klankbordgroep. Deze groep bestaat uit vertegenwoordigers van de fysieke sector (woonaanbieders, zoals corporaties, makelaars en bouwers/ontwikkelaars) en van de sociale sector (woonconsumenten, zoals seniorenraad, jongeren en Adviesraad Wmo). Met de resultaten van die bijeenkomst is in 2011 het concept van de woonvisie geschreven. Hierbij is aansluiting gezocht met de toekomstvisie in wording (conform collegeprogramma). Dit is namelijk een belangrijk kaderdocument voor de woonvisie. Het opstellen van de woonvisie heeft daarom een aantal maanden pas op de plaats gemaakt, totdat het concept van de toekomstvisie het licht zag. Toen is het concept van de woonvisie verder ingevuld en is het concept in oktober 2011 opnieuw besproken met de klankbordgroep. De toen gemaakte opmerkingen en gedane suggesties zijn verwerkt in het concept van de woonvisie. In de eerste helft van 2012 zijn in de woonvisie relevante nieuwe documenten verwerkt, zoals de nieuwe bevolkings- en huishoudensprognose van de provincie en van het regionale en lokale woningbehoeftenonderzoek van het SRE. Ook is het resultaat van de (toen nog concept-) regionale woonvisie verwerkt. Tevens is dezelfde periode benut om het resultaat van de toekomstvisie in wording van oordeel naar besluit verder uit te werken. Daarnaast heeft gedurende het proces, vanuit de integrale benadering in relatie met andere visies in wording binnen onze gemeente (o.a. duurzaamheid, mobiliteit, centrumvisie Son, centrumvisie Breugel en concept visiedocument wonen met zorg), waar relevant afstemming c.q. kruisbestuiving met deze visies plaatsgehad. Het resultaat is een verder uitgewerkt concept document waarin het voorgenomen actuele woonbeleid van onze gemeente is verwoord. Het eerdere concept van de woonvisie (d.d. 31 mei) is op 5 en 12 juni 2012 besproken in het college. Vervolgens is naar aanleiding van deze collegebehandelingen een nieuw concept (d.d. 14 juni 2012) op 26 juni 2012 opiniërend behandeld in de vergadering van de commissie voor Burgerzaken. Het concept verslag van die behandeling is op 4 september 2012 (enigszins gewijzigd) vastgesteld. Aan het einde van deze notitie (zie 4. Wijzigingen naar aanleiding van opiniërende behandeling in raadscommissie) is aangegeven welke wijzigingen zijn aangebracht in de nu voorliggende woonvisie (d.d. 29 oktober 2012) naar aanleiding van deze commissievergadering en behandeling in de commissievergadering d.d oplegnotitie samenvatting woonvisie (versie 29 oktober 2012)

2 november Aanvullend zijn in de afgelopen periode alle actuele ontwikkelingen vanuit relevante beleidskaders, en visies (in wording) verwerkt. 2. Toekomstvisie is kader voor de woonvisie De woonvisie is natuurlijk niet geschreven vanuit een blanco situatie: er zijn veel documenten die als kader fungeren voor de nieuwe woonvisie. Allereerst is dat onze toekomstvisie. De relatie tussen die toekomstvisie en de nieuwe woonvisie is aangegeven in figuur 1. Figuur 1: Plek van woonvisie Toekomstvisie Mobiliteitsvisie Duurzaamheidsvisie Woonvisie Structuurvisie... Gebiedsvisies (zoals centrumvisie Son en centrumvisie Breugel) De toekomstvisie en andere belangrijke kaders voor de woonvisie zijn in tabel 1 vermeld. Tabel 1 Belangrijke kaders voor de nieuwe woonvisie Partij Document Gemeente Toekomstvisie Kadernota Wonen deel 1: programmering Sonniusdriehoek (concept) Visiedocument Wonen met Zorg (concept) Duurzaamheidsnota Actualiteiten mobiliteit SRE Woonvisie Regio Eindhoven Regionaal woningbouwprogramma Regionaal Woonbehoeftenonderzoek Woonbehoeften in Son en Breugel Provincie Actualisatie van de bevolkings- en huishoudensprognose 3. Inhoud van het nieuwe woonbeleid In de nieuwe woonvisie zijn de uitgangspunten voor het nieuwe woonbeleid als volgt verwoord: 1. Woonbehoefte naast doelgroepen. In ons nieuwe woonbeleid is de woonbehoefte van mensen het uitgangspunt, waarbij deze - ongeacht leeftijd - hetzelfde kan zijn voor diverse doelgroepen. 2. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit. 2

3 Son en Breugel is een mooie, groene gemeente en moet die kwaliteit koesteren. De gemeente wil graag dat er voldoende woningen worden gebouwd, maar dit mag niet ten koste gaan van de huidige kwaliteiten. 3. De regionale bouwopgave is een kans. Nieuwbouw biedt de mogelijkheid om meer samenhang te brengen in de leeftijdsopbouw van de lokale bevolking. Deze kans wordt nog vergroot door de huidige regionale bouwopgave. 4. Geen onderscheid in lokale en regionale behoefte. Son en Breugel heeft in SRE-verband een kwantitatieve afspraak gemaakt over de regionale taakstelling. Dit neemt niet weg dat de gemeente bij alle nieuwbouw streeft naar kwaliteit. De gemeente maakt hierbij geen onderscheid tussen de lokale en de regionale behoefte. Want alle bewoners van de nieuw te bouwen woningen zijn inwoners van de gemeente Son en Breugel! 5. Ouderen wonen over het algemeen prima. De gemeente wil er graag aan bijdragen dat ouderen zo lang mogelijk in hun eigen woning en buurt kunnen blijven wonen, maar beschouwt dit in eerste instantie als de eigen verantwoordelijkheid van de ouderen. Dit betekent dat de gemeente stimuleert en regisseert (zoals via de mogelijkheid in bestemmingsplannen). 6. De huisvesting van de primaire doelgroep is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De gemeente en de woningcorporatie(s) hebben de gezamenlijke taak om ervoor te zorgen dat huishoudens met een laag inkomen goed kunnen wonen in Son en Breugel. 7. De gemeente staat open voor nieuwe bevolkingsgroepen. Kenniswerkers en lage-lonen-migranten die in Son en Breugel willen wonen, zijn van harte welkom. Deze uitgangspunten leiden tot de volgende zes beleidsdoelen, waarbij bij elk beleidsdoel is vermeld wat de ambitie van het gemeentebestuur is. 1. Focus op een evenwichtige leeftijdsopbouw en leefbaarheid op peil houden en versterken. De gemeente wil de leeftijdsopbouw evenwichtiger maken en het aantal inwoners licht laten groeien. De gemeente wil ook de levendigheid van de kernen behouden en waar mogelijk versterken. Een aantal jongeren zal onze gemeente verlaten vanwege hun studie of werk. Maar veel jongeren willen zelfstandig in de gemeente wonen, ook omdat onze gemeente goede uitvalswegen heeft naar bijvoorbeeld Eindhoven. Dit is goed voor de levendigheid van de gemeenschap én voor de levensvatbaarheid van de voorzieningen. De gemeente wil dat jongeren sneller een voor hen geschikte woning vinden en dus de wachttijd verkorten. Kortom: klein, flexibel en betaalbaar. Ten slotte wil de gemeente dat kenniswerkers en lage-lonen-arbeidsmigranten goed in Son en Breugel kunnen wonen. Want ook deze nieuwe groepen zijn belangrijk voor de lokale economie. 2. Bieden van een geschikt woonklimaat voor de middengroep De gemeente wil voldoende mogelijkheden bieden aan deze grootste en meest kapitaalkrachtige groep woningvragers van 30 tot 45/50 jaar. 3. Realiseren van kwalitatief hoogwaardige woonmilieus De gemeente wil kwalitatief hoogwaardige woonmilieus creëren omdat dit past bij de lokale bevolking én omdat een deel van de mensen die werken in de Brainport regio daaraan de voorkeur geeft. Waarbij kwalitatief hoogwaardig niet per definitie een grote woning op een grote kavel inhoudt. Het gaat hierbij om de woonbeleving. Deze wordt bijvoorbeeld bepaald door grote diversiteit, hoogwaardig onderwijs, sport- en cultuurvoorzieningen, aanwezige groenvoorzieningen et cetera. Daarnaast zijn er kansen om enkele woonwagencentra beter op te nemen in de woonomgeving. 4. Behouden en versterken van het dorpskarakter De gemeente wil het dorpskarakter behouden omdat dit een kracht is van de gemeente binnen de stedelijke regio. Dit dorpse karakter hangt samen met de uitstraling en wordt 3

4 bijvoorbeeld bepaald door terrassen, pleinen, groen, korte straten, slingerende wegen en hofjes. 5. Duurzaam karakter van de gemeente vergroten De gemeente heeft de afgelopen jaren een belangrijke start gemaakt met het klimaatbeleid en milieubeleid. De gemeente wil dat de duurzaamheid van bouwen, slopen en de woningvoorraad wordt vergroot. Het gaat hierbij vooral om fysieke aspecten (zoals energiebesparing) omdat het sociale aspect van duurzaamheid (zoals de gemeenschapszin) reeds van een hoog niveau is. 6. Inspelen op de vergrijzing De gemeente wil dat de ouderen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Dit betekent dat de woningen én de woonomgeving geschikt voor hen moeten zijn. Deze beleidsdoelen zijn in de woonvisie uitgewerkt in maatregelen, ofwel: hoe wil het gemeentebestuur de ambities realiseren? Zolang de crisis op de woningmarkt aanhoudt, zijn hierbij de sleutelwoorden: flexibel, meer huur en betaalbaar. Uitvoeringsprogramma De nu voorliggende woonvisie bevat een aanzet voor het op te stellen uitvoeringsprogramma. De komende periode wordt op basis hiervan een concreet uitvoeringsprogramma opgesteld, waaruit blijkt wat de kosten van de beoogde maatregelen zijn, wie daarvan de trekker is en wanneer de maatregel gereed moet zijn. Dit uitvoeringsprogramma maakt het tamelijk eenvoudig om na de vaststelling te monitoren of de voorgestelde maatregelen daadwerkelijk worden uitgevoerd. Een ander aspect van de uitvoering van de woonvisie zijn de prestatieafspraken met de woningcorporaties. In de woonvisie zijn de onderwerpen vermeld waarover de gemeente in elk geval prestatieafspraken wil gaan maken. Wij starten met het maken van nieuwe prestatieafspraken met de woningcorporaties zodra de raad de nieuwe woonvisie heeft vastgesteld. 4. Wijzigingen naar aanleiding van behandeling in raadscommissie Het vorige concept van de woonvisie (versie 14 juni 2012) is op 26 juni 2012 opiniërend behandeld in de vergadering van de commissie voor Burgerzaken. In tabel 2 is aangegeven welke wijzigingen zijn aangebracht in de woonvisie naar aanleiding van die commissiebehandeling. In uitvoeringsmaatregel 1 begrip tijdelijk toelichten. Een definitie van groene karakter wordt gemist. Bij beleidsdoel 6 is sprake van twee tegengestelde beweringen. Tabel 2 Wijzigingen in de woonvisie Vraag/opmerking Wijziging in woonvisie Beter om periode te veranderen in aangegeven ( ). De reden voor deze In de titel is de looptijd van de woonvisie inderdaad looptijd is vermeld aan het einde van paragraaf 1.1. In uitvoeringsmaatregel 1 (paragraaf 5.1) is het woord woningen gewijzigd in woonruimte. Dit is breder dan woningen. Daarnaast is vermeld dat het ook om innovatieve mogelijkheden kan gaan. Aan paragraaf 5.4 is een voetnoot toegevoegd, waarin is vermeld dat na het opstellen van het bomenbeleidsplan het begrip groene karakter wellicht beter meetbaar is. In paragraaf 5.6 is verduidelijkt dat verreweg de meeste ouderen niet willen verhuizen, maar dat de ouderen die wél willen verhuizen, vaak een geschikte woning zoeken in het centrum. 4

5 Vraag/opmerking Percelen die vrijkomen kunnen worden omgevormd tot kleine wooncomplexen. Het meer open maken van woonwagencentra is een zaak van lange adem. De stapelgrafiek is moeilijk leesbaar. In de tabel met vestiging en vertrek staan ten onrechte drie plussen. Jongeren verlaten niet alleen het dorp vanwege de te dure woningen, maar ook vanwege een opleiding. Graag opnemen dat er overleg is met SREgemeenten om de helderheid te bevorderen. Wijziging in woonvisie In paragraaf 5.1 is als mogelijkheid toegevoegd dat leegstaande complexen - waar mogelijk - worden omgevormd tot wooneenheden. In paragraaf 5.3 is toegevoegd dat het toegankelijker maken van woonwagencentra is bedoeld om de bewoners meer te laten deelnemen in de gemeenschap Son en Breugel. Aan paragraaf 3.1 is een voetnoot toegevoegd, waarin is beargumenteerd waarom in de woonvisie voor stapelgrafieken is gekozen en is een leesvoorbeeld opgenomen. In tabel 4 (paragraaf 3.4) zijn de drie plustekens gewijzigd in mintekens. Aan paragraaf 5.1 is toegevoegd dat een aantal jongeren onze gemeente zal verlaten vanwege hun studie of werk, maar dat veel jongeren zelfstandig in onze gemeente willen wonen, ook omdat onze gemeente goede uitvalswegen heeft naar bijvoorbeeld Eindhoven. Aan paragraaf 4.1 is toegevoegd dat onze gemeente met de gemeenten in de regio overlegt over de nieuwe woningbouwtaakstelling teneinde zo snel mogelijk duidelijkheid te verkrijgen. NB. Aanvullend zijn alle actuele ontwikkelingen vanuit relevante beleidskaders, en visies (in wording) verwerkt. Behandeling in de commissie voor Burgerzaken d.d. 27 november 2012 in het kader van vaststelling van de woonvisie (versie 29 oktober 2012) heeft geleid tot de volgende tekstuele wijziging: Onder uitvoeringsmaatregel 10: in het kader van het meer open maken van woonwagencentra is het begrip normalisatie vervangen door integratie. 5