Overlegfiche: Onthaal

Transcriptie

1 Overlegfiche: Onthaal Klas: Laatste overleg: 14/09/2018 ONDERDELEN EN DOELEN Onderdeel Namen noteren Ontwikkelingsdomeinen Positieve ingesteldheid Ontwikkelings-aspecten + leerplandoelen 2,5-jarigen 3-jarigen 4-jarigen 5-jarigen Zich aangesproken voelen als de leidster je persoonlijk aanspreekt (9) Zich aangesproken voelen als de leidster je persoonlijk aanspreekt (9) + zich aangesproken voelen als de leidster de groep aanspreekt (9) zich aangesproken voelen als de leidster de groep aanspreekt (9) De aanwezigheid van de andere kleuters aanvoelen (9) -BO SF 2.9 De leerlingen laten op een rustige manier lichamelijk contact van anderen toe. +zich een deel voelen van de groep(9) +zijn eigen plaats en waarde binnen de groep ervaren (9) -BO SF 2 Met de andere(n) in relatie treden. +samen met de anderen ontdekken wat ons omringt.(9) Zijn voornaam kennen (3) -WO ME 1.1 Dat houdt in dat ze kunnen vertellen wie ze zijn: naam, geslacht, kind van +zijn voornaam, familienaam, gemeente kennen en enkele opvallende gegevens over zichzelf kunnen vertellen. -WO ME 6.1 Dat houdt in dat ze zich kunnen voorstellen aan een leeftijdgenoot of bekende volwassene met hun naam en de gemeente waarin ze wonen.

2 Ochtend Lied Positieve ingesteldheid Plezier beleven aan iets (6) Plezier beleven aan het spreekzingen en zingen van de leidster, meezingen (40) -MUZO M 12.3 Dat houdt in: zich verbonden voelen met anderen tijdens een groepsgerichte omgang met klank en muziek. Morgengebed Godsdienstige ontwikkeling Even (bijna) stil kunnen zijn(30) In menselijk contact en tijdens religieuze rituelen (gebed) aanvoelen en meebeleven dat we met Iemand verbonden zijn. (31) +zichzelf kunnen beheersen en korte tijd stil kunnen worden(30) zichzelf kunnen beheersen en korte tijd stil kunnen wordenà genieten van aandachtige stiltemomenten (30) + zelf suggesties doen voor stiltemomenten.(30) Kalenders Denkontwikkeling Opeenvolging ervaren in het dagverloop (nu, straks, binnenkort...)(67) - WO TI 5 Kinderen ervaren en uiten dat hun leven een opeenvolging van gebeurtenissen is - WO TI 5.1 Dat houdt in dat ze basisbegrippen en courante aanduidingen in verband met de dagelijkse tijd in hun juiste betekenis gebruiken. + meer gedetailleerd opeenvolging in de tijd ervaren en verwoorden (ervoor, erna, daarna, ondertussen, om de beurt...) (67) + vooruitblikken op wat komt, terugblikken op wat voorbij is (67) - WO TI 5.2 Dat houdt in dat ze kunnen terugblikken op minstens twee voorbije activiteiten door deze in de juiste volgorde te rangschikken en te verwoorden - WO TI 7.1 Dat houdt in dat ze kunnen vooruitblikken op een aantal activiteiten.

3 -WO TI 10.1 Dat houdt in dat ze een beperkt aantal vaste gebeurtenissen in het verloop van hun dag in een juiste volgorde kunnen aangeven. -WO TI 9 Kinderen kunnen vaardig omgaan met verschillende kalenders. -WO TI 9.1 Dat houdt in dat ze een kalender kunnen gebruiken om gebeurtenissen uit het eigen leven in de tijd te situeren -WO TI 9.2 Dat houdt in dat ze verschillende soorten kalenders functioneel kunnen gebruiken: - WO TI 10.2 Dat houdt in dat ze belangrijke gebeurtenissen of ervaringen uit het eigen leven chronologisch kunnen ordenen en indelen in perioden. -WO TI 10.2 Dat houdt in dat ze belangrijke gebeurtenissen of ervaringen uit het eigen leven chronologisch kunnen ordenen en indelen in perioden. Takenbord Ontwikkeling van de zelfsturing Exploreren en experimenteren (82) Met wat hulp en aanmoediging een inspanning volhouden (82) Exploreren en experimenteren (82) Met wat hulp en aanmoediging een inspanning volhouden(82) een eenvoudige opdracht begrijpen en uitvoeren met ondersteuning van voordoen, meedoen, aanwijzingen of pictogrammen(82) - NED L 2 Boodschappen decoderen, begrijpen en interpreteren - NED L 2.2 Talige boodschappen decoderen, begrijpen en interpreteren tot afwerking komen van een zelfgekozen opdracht of activiteit (82) + een opdracht begrijpen en correct uitvoeren zonder veel hulp. (82) + een opdracht op taak afwerken(82) - WO LH 3 Kinderen beseffen dat

4 Kringgesprek Taalontwikkeling Positieve ingesteldheid -WO ME 2.4 Dat houdt in dat ze doorzetten als ze taken uitvoeren. Eenvoudige grote pictogrammen herkennen die in een vertrouwde omgeving gebruikt worden, pictogrammen begrijpen die verwijzen naar een gegeven betekenis. (74) - NED LE 1.1 Niet-talige boodschappen waarnemen. In een groepsgesprek zijn beurt kunnen afwachten en naar andere kls luisteren en genieten van spreken met elkaar (72) -NED S 1.28 Communicatieve conventies hanteren, zoals bij Iemand begroeten en verwelkomen, afscheid nemen van iemand Iemand complimenteren, feliciteren, bedanken, iemand of zichzelf verontschuldigen, voorstellen Praten over meegemaakte situaties (72) -NED S 1.7 Taalhandelingen Spreken over belevenissen, ervaringen, waarnemingen, +complexere en kleinere pictogrammen begrijpen.(74) samenwerking met anderen nodig is om een aantal arbeidstaken zo goed mogelijk te kunnen verrichten. filosoferen over vragen en onderwerpen(72)

5 gebeurtenissen uit de eigen omgeving of over boodschappen van anderen -NED S 1.9 Taalhandelingen Spreken over voorstellingen en situaties uit de fantasie -WO DO Dat houdt in dat ze over woorden en termen beschikken Voluit praten over eigen ervaringen (71) -NED S 1.14 Taalhandelingen Spreken over gevoelens zoals blijheid, angst, verdriet, verwondering, eigen gevoelens verwoorden -NED S 1.15 Taalhandelingen Bereid zijn eigen gevoelens en verlangens op een persoonlijke manier uit te drukken -NED S 1.17 Taalhandelingen Gerichte vragen beantwoorden in verband met betekenis, inhoud, bedoeling, mening enzovoort in concrete situaties -NED S 1.20 Taalhandelingen Reageren in gesprekken met +reageren op andere kls die over hun ervaringen praten door aansluitend eigen ervaringen te vertellen (71) + reageren op andere kleuters door daarbij informatie naar voren te brengen die aansluit bij wat die kleuters aanbrengen.(71)

6 eenvoudige, maar relevante vragen of met commentaar Iets durven zeggen tegen de leidster (3) - NED S 1 Communicatieve vaardigheden en beheersen, dat wil zeggen allerlei situaties al sprekend adequaat aanpakken en beheersen. + iets durven zeggen tegen een andere kleuter (3) +iets durven zeggen in kleine groep(3) +iets durven zeggen in een grotere groep(3) GELIJKGERICHTE OPTIES Plezier beleven. Zelfwaardegevoel Elk kind de kans geven om even in de belangstelling te staan en iets te kunnen vertellen. Kunnen omgaan met het gevoel dat anderen ook eens in de belangstelling staan Dankbaar zijn. Leren luisteren Hun beurt afwachten Ontmoeten; samen zingen, Stil zijn en stil zitten GRADATIE IN DE SCHOOL: onderdelen en materialen. Onderdeel 2,5 jarigen 3 jarigen 4 jarigen 5 jarigen Namen noteren Symbool aan paddestoel + kiekeboe Ochtend Lied Ochtendlied van Jules (CD 1) Iets doen aangepast aan het thema (vb. bellen, met instrument, ) of zwaaien naar de juf symbool omdraaien Ochtendlied van Jules (CD 2) LateràGoede Morgenliedje Goede morgen zeggen als ze hun naam horen. Iets doen aangepast aan het thema (vb. bellen, met instrument, ) Dit si het lied van s morgens vroeg Goede morgen en goede middag zeggen als ze hun naam horen. Iets doen aangepast aan het thema (vb. bellen, met instrument, ) Schudden met de billen, kapitein Winokio

7 Morgengebed Kruisteken maken Verjse: vingers handje Lied : Goede morgen lieve Heer Kaarsje Lied : Blij, blij meedoen Gebed : aan thema aangepast. Kaarsje Gebed : Maandelijks anders. Kaarsje Kaarsjes aansteken Kruisteken met de rechter hand. Er brandt een lichtje in mijn hart. Gebed uit sterretjes uit de hemel, gebedenboek, elke maand. Kalenders Daglijn + weerkalender Jules Daglijn in het begin van het schooljaar. Weerkalender Takenbord Kringgesprek Kindje van de dag heeft enkele taken Kaarsje uitblazen Koekjes/fruit uitdelen Broekbak dragen Naast de juf zitten in de kring Individueel gesprekje, andere kls aansporen om ook iets te vertellen. Per dag andere kls voor taak Kaarsje uitblazen Koekjes/fruit uitdelen Broekbak dragen Naast de juf zitten in de kring Individueel gesprekje, andere kls aansporen om ook iets te vertellen. Microfoon. Dagkalender Weekkalender Jaarkalender waarop iedere dag een kruisje gezet wordt. Scheurkalender Weerkalender (alleen s morgens) Takenbord met stempels van de kleuters. Echt kringgesprek à alleen op maandag: Klaspop (Nellie of Cesar) wordt doorgegeven; Wie de pop heeft is aan het woord de anderen luisteren Dagkalender Weekkalender Jaarkalender waarop iedere dag een stempel gezet wordt. Scheurkalender Weerkalender (voor- en namiddag) Takenbord met stempels van de kleuters. Elke week wisselen de taakjes. Echt kringgesprek à alleen op maandag: 3KA: Raaf 3KB: Microfoon Wie het voorwerp heeft mag praten, de anderen luisteren.