Stel voor de eenmanszaak Grutter de balans per 1 januari 2016 op in scontrovorm. Balans per 1 januari 2016 van Grutter

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stel voor de eenmanszaak Grutter de balans per 1 januari 2016 op in scontrovorm. Balans per 1 januari 2016 van Grutter"

Transcriptie

1 Hoofdstuk 1 Opgaven Opgave 1.1 Stel voor de eenmanszaak Grutter de balans per 1 januari 2016 op in scontrovorm. Balans per 1 januari 2016 van Grutter Totaal Totaal Opgave In welke andere vorm dan de scontrovorm kan een winst-en-verliesrekening worden opgesteld? 2. Wat wordt verstaan onder vreemd vermogen op korte termijn? 3. Wat is de verzamelnaam voor de posten die aan de creditzijde van een balans staan? 1

2 Hoofdstuk 2 Oefenopgaven Oefenopgave 2A Bereken de inkoopprijs. Oefenopgave 2B 1. Bereken de verwachte afzet van producten Asar in het komende jaar. 2. Bereken het verwachte bedrag van de inkoop van producten Asar in het komende jaar. Oefenopgave 2C 1. Bereken in een heel getal de enkelvoudige prijsindexcijfers van de artikelen Vila en Aliv voor de jaren 2013 tot en met

3 2. Bereken in een heel getal de enkelvoudige hoeveelheidsindexcijfers van de artikelen Vila en Aliv voor de jaren 2013 tot en met Bereken uit de bij 1 en 2 te berekenen indexcijfers in een heel getal de enkelvoudige waardeindexcijfers van de artikelen Vila en Aliv voor de jaren 2013 tot en met Oefenopgave 2D 1. Bereken in een heel getal de prijsindexcijfers van 2013 tot en met 2015 als het basisjaar wordt verlegd naar Bereken de prijs van artikel A in

4 Oefenopgave 2E Bereken de interest over een bedrag van 7.120,- dat in 2015 gedurende 312 dagen op een spaarrekening heeft gestaan. De interest bedraagt 4,5% per jaar. Het jaar wordt gesteld op het juiste aantal dagen. Oefenopgave 2F Bereken de interest van een lening van ,- die gedurende 4 maanden tegen 3,5% interest per jaar heeft uitgestaan. Oefenopgave 2G Bereken het aantal maanden dat Gremas het geld heeft geleend. Oefenopgave 2H 1. Bereken de kosten van het leverancierskrediet in een percentage per jaar. 2. Is het verstandig voor een afnemer om gebruik te maken van de korting en het benodigde geld te lenen bij een bank? Verklaar je antwoord. 4

5 Oefenopgave 2I Bereken het totale bedrag dat het bedrijf op 1 november 2015 moet terugbetalen. Oefenopgave 2J Bereken het totale tegoed op 31 december Oefenopgave 2K Bereken het bedrag dat hij op 1 januari 2016 op de depositorekening moet zetten. Oefenopgave 2L 1. Stel het aflossingsplan van de hypothecaire lening op voor de eerste drie jaren van de lening. Rond alle bedragen af op hele euro s. Jaar Schuld begin jaar Interest 6% Aflossing Schuld einde jaar 2. Bereken de totale interest die in tien jaar moet worden betaald door de onderneming. 5

6 3. Bereken het vierde en het achtste aflossingsbestanddeel. 4. Bereken het achtste interestbestanddeel. 6

7 Opgaven Opgave 2.1 Bereken de verkoopprijs van dit product inclusief omzetbelasting (consumentenprijs). Rond de uitkomst af op 0,10 naar boven. Opgave 2.2 Bereken de premie per jaar in het vorig jaar. Opgave Bereken de totale omzet exclusief omzetbelasting. 2. Bereken het aandeel van product Y in de totale omzet exclusief omzetbelasting. Opgave Wat wordt verstaan onder indexcijfers en waarvoor worden ze gebruikt? 7

8 2. Bereken in hele getallen voor alle kwartalen van 2015 de indexcijfers van de omzet van Varia, met als basis de gemiddelde kwartaalomzet van Bereken de verwachte omzet van Varia in het eerste kwartaal van Opgave Bereken het hoeveelheidsindexcijfer in Bereken het prijsindexcijfers in Bereken met behulp van de bij 1 en 2 te berekenen indexcijfer het waarde-indexcijfer in Bereken opnieuw het prijsindexcijfer in

9 Opgave Bereken in een heel getal het hoeveelheidsindexcijfer in juni. 2. Bereken in een heel getal het prijsindexcijfers in juni. 3. Bereken in een heel getal het waarde-indexcijfer in juni. Opgave 2.7 Bereken het interestbedrag dat op 1 januari 2016 betaald moet worden. Opgave 2.8 Bereken het interestpercentage per jaar. Opgave Bereken de kosten van het leverancierskrediet in een percentage per jaar, afgerond op één decimaal. 9

10 2. Welk interestpercentage, afgerond op één decimaal, per jaar mag de bank maximaal rekenen als lenen bij de bank voordeliger is? Opgave Welk bedrag moet worden voldaan bij contante betaling? 2. Wat kan de onderneming worden geadviseerd om op basis van bovenstaande gegevens te doen? Motiveer je antwoord met een berekening. 3. Stel dat de onderneming de korting ook kan bedingen als binnen 2 weken na de levering wordt betaald. Verandert hierdoor het advies? Motiveer je antwoord met een berekening. Opgave 2.11 Bereken de eindwaarde na 11 jaren. 10

11 Opgave Bereken het tegoed op 1 maart Bereken de totale interest die over de eerste drie maanden is bijgeschreven. 3. Bereken de totale interest die over de laatste drie maanden is bijgeschreven. Opgave 2.13 Bereken het bedrag dat hij op 1 januari 2016 op de spaarrekening moet zetten. Opgave Bereken de vermoedelijke bouwkosten per 1 januari Bereken over welk bedrag het bestuur per 1 januari 2020 ten minste moet kunnen beschikken. 3. Bereken afgerond op 100,- naar boven de eindwaarde per 1 januari 2020 van het bedrag van ,-. 11

12 Opgave Bereken het tegoed van Alex op zijn spaarrekening per 1 januari Bereken het bedrag dat Alex op 1 januari 2016 van de verzekeringsmaatschappij ontvangen heeft. Opgave Bereken de interest en de aflossing in het eerste jaar. 2. Bereken de interest en de aflossing in het tweede jaar. 3. Bereken het totale bedrag aan interest dat gedurende de hele looptijd over de annuïteitenlening moet worden betaald. Opgave Wat wordt verstaan onder een annuïteit? 12

13 2. Stel het aflossingsschema op voor de duur van de annuïteitenlening. Jaar Schuld begin jaar Interest 6% Aflossing Schuld einde jaar Opgave Bereken het interestpercentage per jaar. 2. Bereken de aflossing in het eerste jaar. 3. Bereken de jaarlijkse annuïteit. 4. Bereken de interest in het tweede jaar. 5. Bereken de aflossing in het tweede jaar. 6. Bereken de aflossing in het laatste jaar. 13

14 Opgave Bereken de aflossing over het eerste jaar. 2. Bereken de interest over het tweede jaar. Opgave Bereken de aflossing over Bereken de aflossing over Bereken de totale interest die in 10 jaar moet worden betaald. 14

15 Hoofdstuk 3 Opgaven Opgave Wat wordt in dit geval onder rechtspersoonlijkheid verstaan? 2. Geef twee voorbeelden van ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid. 3. Geef twee voorbeelden van ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid. Opgave Is de vof een ondernemingsvorm met of zonder rechtspersoonlijkheid? 2. Wat wordt verstaan onder hoofdelijke aansprakelijkheid? 3. Welke aansprakelijkheid hebben vennoten van een vof nog meer? 15

16 4. Wat is het verschil tussen een vennootschap onder firma en een commanditaire vennootschap? Opgave Wat is een aandeel? 2. Wat is een preferent aandeel? Noem twee preferenties van een preferent aandeel. 3. Wat is het hoogste orgaan in een nv en een bv? 4. Wat is het verschil tussen cashdividend en stockdividend? 5. Wanneer is er sprake van disagio bij de uitgifte van obligaties? 16

17 Opgave Wat is een ondernemingsraad en wanneer is die verplicht? 2. Welk recht heeft de ondernemingsraad in dit geval? 3. Onder welk recht van de ondernemingsraad valt dit? 17

18 Hoofdstuk 4 Oefenopgaven Oefenopgave 4A 1. Bereken de gemiddelde voorraad in Bereken de omzetsnelheid van de gemiddelde voorraad in één decimaal. 3. Bereken de gemiddelde opslagduur van de voorraad in hele dagen. Het jaar wordt gesteld op 360 dagen. Oefenopgave 4B 1. Bereken de gemiddelde krediettermijn van debiteuren over het afgelopen jaar in een geheel aantal dagen. 18

19 2. Bereken afgerond op 100,- het verwachte gemiddelde debiteurensaldo in het komend jaar. Oefenopgave 4C Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van het ontvangen leverancierskrediet in Oefenopgave 4D 1. Bereken de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in hele dagen. 2. Bereken de gemiddelde krediettermijn van crediteuren in hele dagen. 19

20 3. Bereken de omloopsnelheid van het gemiddeld eigen vermogen. 20

21 Opgaven Opgave Bereken de waarde van de gemiddelde voorraad in het afgelopen jaar. 2. Bereken de inkoopprijs van de omzet in het afgelopen jaar. 3. Bereken in één decimaal de omzetsnelheid van de gemiddelde voorraad in het afgelopen jaar. Opgave Bereken de waarde van de gemiddelde voorraad in het afgelopen jaar. 2. Bereken de inkoopprijs van de omzet in het afgelopen jaar. 3. Bereken in één decimaal de omzetsnelheid van de gemiddelde voorraad in het afgelopen jaar. 21

22 Opgave Bereken in één decimaal de omloopsnelheid van de gemiddelde voorraad in het afgelopen jaar. 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen in het afgelopen jaar. Opgave Bereken de gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen in het afgelopen jaar. 2. Bereken afgerond op 10,- de waarde van de voorraad goeder per 31 december. Opgave Bereken het gemiddeld debiteurensaldo in het afgelopen jaar. 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in het afgelopen jaar. 22

23 Opgave Bereken het gemiddeld debiteurensaldo in het afgelopen jaar. 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in het afgelopen jaar. Opgave Bereken het gemiddeld crediteurensaldo in het afgelopen jaar. 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van crediteuren in het afgelopen jaar. Opgave Bereken afgerond op 10,- de inkopen op rekening inclusief omzetbelasting in het afgelopen jaar. 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van crediteuren in het afgelopen jaar. 23

24 Opgave Bereken in één decimaal de omloopsnelheid van het gemiddeld totaal vermogen in het afgelopen jaar. 2. Bereken in één decimaal de omloopsnelheid van het gemiddeld eigen vermogen in het afgelopen jaar. Opgave 4.10 Bereken afgerond op 100,- naar boven de arbeidsproductiviteit per werknemer uitgedrukt in omzet in het afgelopen jaar. Opgave Bereken de gemiddelde opslagduur van de voorraad in hele dagen. 2. Bereken de gemiddelde krediettermijn van het verleende leverancierskrediet in hele dagen. 24

25 3. Bereken de gemiddelde krediettermijn van het genoten leverancierskrediet in hele dagen. 4. Bereken de omloopsnelheid van het gemiddeld totale vermogen in één decimaal. Opgave Bereken het bedrag van de verwachte omzet, afgerond op een veelvoud van ,-. 2. Bereken het bedrag van de verwachte inkopen, afgerond op een veelvoud van ,-. Opgave Bereken de omzetsnelheid van de gemiddelde voorraad in één decimaal. 25

26 2. Bereken de opslagduur van de gemiddelde voorraad in gehele dagen. 3. Bereken de gemiddelde kredietduur van het verleende leverancierskrediet in gehele dagen. 4. Bereken de inkopen op rekening inclusief omzetbelasting in het afgelopen jaar. 5. Bereken de gemiddelde kredietduur van het genoten leverancierskrediet in gehele dagen. 6. Bereken de verwachte gemiddelde voorraad in het komend jaar, afgerond op een veelvoud van 1.000,-. 7. Bereken het verwachte gemiddeld debiteurensaldo in het komend jaar, afgerond op een veelvoud van 1.000,-. 26

27 8. Bereken de invloed van beide maatregelen op de financieringsbehoefte voor de onderneming in het komend jaar. Opgave Bereken het bedrag dat de onderneming in 2015 gemiddeld van afnemers te vorderen zal hebben, afgerond op een veelvoud van ,- naar boven. 2. Bereken het bedrag dat de onderneming in 2015 gemiddeld aan leveranciers verschuldigd zal zijn, afgerond op een veelvoud van ,- naar boven. 3. Bereken de verwachte inkoopprijs van de verkopen in 2015 afgerond op een veelvoud van ,- naar boven. 4. Bereken de verwachte gemiddelde opslagduur van de voorraad in 2015 in hele dagen. 5. Welk gemiddeld bedrag van voorraden en debiteuren samen kan in 2015 niet met ontvangen leverancierskrediet worden gefinancierd? 27

28 Opgave Bereken de inkoopprijs van de omzet in het betreffende jaar. 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde opslagduur van de voorraad. 3. Noem twee bezwaren van een hoge voorraad. 4. Noem een bezwaar van een lage voorraad. 5. Bereken in hele dagen de gemiddelde kredietduur van het verleende leverancierskrediet. 6. Noem twee manieren voor een onderneming om de gemiddelde kredietduur van het verleende leverancierskrediet te verkorten. 7. Bereken in hele dagen de gemiddelde kredietduur van het ontvangen leverancierskrediet. 28

29 8. Bereken de omloopsnelheid van het gemiddeld totaal vermogen in twee decimalen. 9. Noem een mogelijkheid om de omloopsnelheid van het gemiddeld totaal vermogen te laten stijgen bij een gelijkblijvende omzet. Opgave Bereken over 2015 de gemiddelde krediettermijn van crediteuren in maanden, afgerond op één decimaal. 2. Bereken over 2015 de gemiddelde opslagduur van de voorraad in maanden, afgerond op één decimaal. 3. Bereken over 2015 de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in maanden, afgerond op één decimaal. 29

30 4. Bereken het verwachte gemiddelde debiteurensaldo in

31 Hoofdstuk 5 Oefenopgaven Oefenopgave 5A 1. Bereken in één decimaal de current ratio per 31 december. 2. Bereken in één decimaal de quick ratio per 31 december. Oefenopgave 5B Oefenopgave 5C 1. Bereken de current ratio per 31 december in één decimaal. 31

32 2. Bereken de quick ratio per 31 december in één decimaal. 3. Geef een oordeel over de liquiditeit van Aerts. 4. Verklaar waarom ook een deel van het winstsaldo tot de korte schulden moet worden gerekend. 32

33 Opgaven Opgave Bereken in twee decimalen de current ratio per 1 januari en per 31 december. 2. Bereken in twee decimalen de quick ratio per 1 januari en per 31 december. 3. Bereken het nettowerkkapitaal per 1 januari en per 31 december. 4. Geef een oordeel over de ontwikkeling van de liquiditeit in het afgelopen jaar. Opgave Bereken in twee decimalen de current ratio per 31 december. 2. Bereken de quick ratio per 31 december. 33

34 3. Geef een oordeel over de liquiditeit Realazio. Opgave Bereken de current ratio in één decimaal. 2. Bereken de quick ratio in één decimaal. 3. Bereken het nettowerkkapitaal. 34

35 Opgave Geef aan wat de invloed is op de current ratio. 2. Geef aan wat de invloed is op de quick ratio. 3. Geef aan wat de invloed is op het nettowerkkapitaal. Gebeurtenissen: a Een aflossing per bank op een hypothecaire lening. b Een emissie van aandelen a pari via de bank. c Een investering in een gebouw; het verschuldigde bedrag wordt per bank betaald. d Een uitgifte van obligaties ter financiering van de aankoop van een terrein. e Een omzetting van een hypothecaire lening in een onderhandse lening. f Een betaling per bank van verschuldigde belasting. Hierdoor wordt de bankschuld groter. g Een verkoop op rekening van goederen met winst. h Een contante verkoop van goederen met verlies. Invloed op current ratio quick rato nettowerkkapitaal Opgave Bereken de current ratio in twee decimalen. 2. Bereken de quick ratio in twee decimalen. 3. Bereken het nettowerkkapitaal. 35

36 4. Waarom is in het algemeen de quick ratio een betere maatstaf voor de liquiditeitsbeoordeling dan de current ratio? 5. Noem twee bezwaren tegen de beoordeling van de liquiditeit van een onderneming aan de hand van kengetallen. 6. Wat is het nut van kengetallen? 7. Geef een oordeel over de liquiditeit van Groothoff. 8. Bereken in dat geval de current ratio in één decimaal. 9. Hoe noemt men deze manier van verbeteren van een kengetal? 10. Bereken in dat geval ook de quick ratio in één decimaal. 36

37 11. Waarom komt de quick ratio niet hoger uit? Opgave Stel de liquiditeitsbalans samen per 1 januari en bereken het eigen vermogen. ( 1.000,-) Balans per 1 januari Totaal Totaal 2. Bereken de current ratio per 1 januari in twee decimalen. 3. Bereken de quick ratio per 1 januari in twee decimalen. 4. Bereken het nettowerkkapitaal per 1 januari. 37

38 5. Stel de verwachte liquiditeitsbalans per 31 december, na de winstverdeling, samen. ( 1.000,-) Balans per 1 januari Totaal Totaal 6. Zal de current ratio ten opzichte van 1 januari verbeteren of verslechteren? Laat dat aan de hand van een berekening zien. Opgave Bereken de quick ratio per 31 december na de winstverdeling. 2. Bereken het netto werkkapitaal per 31 december na de winstverdeling. 3. Bereken de cashflow over het afgelopen jaar. 38

39 Opgave Bereken de current ratio in één decimaal op 31 december 2015 na winstverdeling. 2. Noem twee bezwaren van het beoordelen van de liquiditeit van een onderneming aan de hand van de current ratio. 3. Bereken het nettowerkkapitaal op 31 december 2015 na winstverdeling. 4. Wat is de betekenis van het nettowerkkapitaal? 5. Wat kan het gevolg zijn van een onvoldoende liquiditeit? 39

40 Hoofdstuk 6 Oefenopgaven Oefenopgave 6A 1. Bereken in een heel percentage de solvabiliteit als de verhouding van eigen vermogen en totaal vermogen. 2. Bereken na de winstverdeling de debt ratio in twee decimalen. Oefenopgave 6B 1. Bereken in één decimaal de debt ratio. 2. Bereken het gemiddeld eigen vermogen per onderneming per 31 december 2015 in de bedrijfstak. 40

41 3. Bereken de gemiddelde current ratio in de bedrijfstak per 31 december 2015 in één decimaal. 41

42 Opgaven Opgave 6.1 Bereken de solvabiliteit in een heel percentage. Opgave Bereken de solvabiliteitsverhouding in één decimaal. 2. Geef een oordeel over de solvabiliteit van Frans. Opgave Stel de liquiditeitsbalans samen per 1 januari en bereken het eigen vermogen. ( 1.000,-) Balans per 1 januari Totaal Totaal 42

43 2. Bereken in een heel percentage de debt ratio. Opgave Bereken de solvabiliteit per 31 december als de verhouding eigen vermogen en totaal vermogen. 2. Is de debt ratio in het jaar verbeterd of verslechterd? Opgave Bereken de solvabiliteit op 31 december 2015 na de winstverdeling. 2. Leg uit dat een onderneming wel voldoende solvabel kan zijn, maar niet voldoende liquide. 43

44 Hoofdstuk 7 Oefenopgaven Oefenopgave 7A 1. Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen over Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen over Bereken in twee decimalen de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen over Oefenopgave 7B 1. Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen. 2. Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen. 44

45 3. Bereken in twee decimalen de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen. Oefenopgave 7C 1. Bereken de totale kosten van het vreemd vermogen in Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen in 2015 in één decimaal. 3. Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen in 2015 in één decimaal. 4. Bereken de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen in 2015 in één decimaal. 45

46 Opgaven Opgave Bereken het resultaat (winst of verlies) over het jaar. 2. Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen (REV). 3. Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld totale vermogen (RTV). Opgave Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen in twee decimalen. 2. Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen in twee decimalen. 46

47 Opgave Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen (RTV) vóór belasting van deze onderneming over 2014 en Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen (REV) na belasting van deze onderneming over 2014 en Bereken in twee decimalen de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen (IVV) van deze onderneming over 2014 en Opgave Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen in 2015 in twee decimalen. 2. Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen in 2015 in twee decimalen. 47

48 3 Bereken de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen in 2015 in twee decimalen. Opgave Bereken het gemiddeld eigen vermogen in Bereken het gemiddeld vreemd vermogen in Bereken de totale kosten van het vreemd vermogen in Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen in 2015 in één decimaal. 48

49 5. Bereken de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen in 2015 in één decimaal. 6. Bereken de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen in 2015 in één decimaal. Opgave Bereken in één decimaal de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen (RTV) vóór belasting in het jaar. 2. Bereken in één decimaal de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen (REV) na belasting in het jaar. 3. Bereken in één decimaal de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen (IVV) in het jaar. Opgave Bereken afgerond op 1.000,- het resultaat in het afgelopen jaar en geef aan of het een winst of een verlies is. 49

50 2. Bereken het bedrijfsresultaat in het afgelopen jaar en geef aan of het voordelig of nadelig is. 3. Bereken afgerond op 1.000,- het gemiddeld totaal vermogen in het afgelopen jaar. 4. Bereken in één decimaal de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen in het afgelopen jaar. 5. Wat kun je zeggen over de rentabiliteit van Halsoft ten opzichte van die van de bedrijfstak. 50

51 Hoofdstuk 8 Opgaven Opgave Bereken de waarde van de vaste activa per 1 januari 2015 van Belkin. 2. Bereken de verwachte gemiddelde voorraad goederen van Belkin in Bereken de waarde van de voorraad goederen per 1 januari Opgave Bereken het bedrag dat per 1 oktober 2015 op deze lening wordt afgelost. 2. Bereken het te betalen bedrag aan interest per 1 juli 2015 en per 1 juli

52 Opgave Bereken in één decimaal de quick ratio per 1 januari Bereken het vreemd vermogen op lange termijn per 1 januari Bereken het eigen vermogen per 1 januari Opgave 8.4 Bereken in één decimaal de rentabiliteit na belasting van het gemiddeld eigen vermogen over Opgave Ontstaat voor de Nederlandse overheid bij deze emissie agio of disagio? Motiveer je antwoord. 52

53 2. Bereken het bedrag aan interest dat Belkin per 31 december 2015 zal ontvangen, als de onderneming stuks 4,75% obligaties Staat der Nederlanden koopt. Opgave 8.6 Een converteerbare obligatie is een obligatie die A B C D kan worden omgewisseld in aandelen. kan worden omgewisseld in gewone obligaties. recht geeft op een dividenduitkering als de winst dat toelaat. recht geeft op een hogere interest als de winst dat toelaat. Opgave Bereken het bedrag dat Graaff in 2015 heeft geïnvesteerd in vaste activa. 2. Bereken de quick ratio per 31 december 2014 en 31 december 2015, nadat de winstverdeling over die jaren heeft plaatsgevonden. 3. Wat is het verschil tussen de current ratio en de quick ratio? 4. Bereken het nettowerkkapitaal per 31 december 2015 na winstverdeling. 53

54 Opgave Bereken over 2015 de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in hele dagen. 2. Bereken over 2015 de gemiddelde opslagduur van de voorraad producten in hele dagen. 3. Bereken afgerond op 1.000,- naar boven het verwachte gemiddelde debiteurensaldo in Bereken de verwachte inkopen op rekening exclusief omzetbelasting in 2016 van De Graaff. Opgave Bereken de totale interest die begrepen is in de eerste drie annuïteiten. 54

55 2. Bereken de aflossing die begrepen in de derde annuïteit. Opgave 8.10 Het uitgeven van aandelen, waarvan de opbrengst wordt geïnvesteerd in nieuwe gebouwen A B C D verbetert de liquiditeit. verbetert de solvabiliteit. verslechtert de liquiditeit. verslechtert de solvabiliteit. Opgave 8.11 Bereken in één decimaal per product en in totaal de omzetindexcijfers over het 4e kwartaal 2014 en het 4e kwartaal 2015 met het 1e kwartaal 2014 als basis. Producten 1e kwartaal 2014 Uitlaten 100 Bumpers 100 Wielen 100 Overige producten 100 Totaal 100 Berekeningen: 4e kwartaal e kwartaal 2015 Opgave Bereken bij een krediettermijn van 30 dagen het te verwachten crediteurensaldo per 31 maart Ga ervan uit dat Franken zich precies aan de gestelde krediettermijn houdt. 55

56 2. Bereken het te verwachten crediteurensaldo per 31 maart 2016, indien de krediettermijn met ingang van 1 januari 2016 wordt verhoogd naar 60 dagen. Ga er ook nu vanuit dat Franken zich precies aan de gestelde krediettermijn houdt. 3. Bereken de toename aan liquide middelen in het 1e kwartaal van 2016 als gevolg van de verhoging van de krediettermijn van 30 naar 60 dagen. Opgave 8.13 Het verlagen van de voorraad goederen door een onderneming kan als gevolg hebben dat A B C D de omzet daalt door meer nee moeten verkopen. de omzetsnelheid van de voorraad daalt. de opslagduur van de voorraad goederen stijgt. de solvabiliteit verslechtert. Opgave Bereken, afgerond op hele dagen, de opslagduur van de gemiddelde voorraad goederen over Bereken het bedrag dat is geïnvesteerd in vaste activa in

57 Opgave Bereken in één decimaal de liquiditeit van Franken per 31 december 2014 en per 31 december 2015 aan de hand van de quick ratio. 2. Is de liquiditeit in 2015 verbeterd of verslechterd? Motiveer je antwoord. 3. Bereken in een heel percentage de solvabiliteit van Franken per 31 december 2014 en per 31 december 2015 aan de hand van de debt ratio. 4. Is de solvabiliteit in 2015 verbeterd of verslechterd? Motiveer je antwoord. Opgave Bereken in één decimaal de rentabiliteit na belasting van het gemiddeld eigen vermogen in Bereken in één decimaal de interest in een percentage van het gemiddeld vreemd vermogen over

58 3. Bereken het bedrag aan belasting dat is begrepen in het bedrijfsresultaat van Bereken in één decimaal de rentabiliteit vóór belasting van het gemiddeld totale vermogen in Opgave 8.17 Bereken de interest en de aflossing van de in de eerste twee jaren te betalen annuïteiten. De bedragen moet je afronden op hele euro s. Opgave 8.18 Welke van de volgende stellingen is/zijn juist? Stelling 1: Een converteerbare obligatielening behoort tot het eigen vermogen. Stelling 2: Aandelen worden afgelost en obligaties niet. A B C D Beide stellingen zijn juist. Beide stellingen zijn onjuist. Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist. Stelling 2 is juist en stelling 1 is onjuist. 58

59 Opgave 8.19 Welke van de volgende stellingen is/zijn juist? Stelling 1: Cashdividend is dividend in geld. Stelling 2: Disagio op obligaties ontstaat als obligaties boven pari worden uitgegeven. A B C D Beide stellingen zijn juist. Beide stellingen zijn onjuist. Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist. Stelling 2 is juist en stelling 1 is onjuist. Opgave Laat door middel van een berekening zien of de current ratio van Lucius bv in 2015 is verbeterd of verslechterd. 2. Bereken in één decimaal de quick ratio van Lucius bv per 31 december Voor de beoordeling waarvan geven de current ratio en de quick ratio informatie: voor de liquiditeit, de solvabiliteit of de rentabiliteit? Motiveer je antwoord. 4. Bereken in twee decimalen de debt ratio per 31 december

60 Opgave Bereken in een heel percentage de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen vóór belasting over Bereken in een heel percentage de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen na belasting over Bereken in een heel percentage de gemiddelde interestvoet van het vreemd vermogen over Opgave Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in Bereken in één decimaal de omloopsnelheid van de voorraden in Bereken met behulp van de omloopsnelheid van de voorraden over 2015 hoeveel dagen de voorraad gemiddeld in 2015 in het magazijn lag. Het antwoord moet je afronden op hele dagen. 60

61 4. Beoordeel met behulp van een berekening of de arbeidsproductiviteit in 2015 wel of niet is verbeterd ten opzichte van Opgave Bereken het prijsindexcijfer van de verkopen van waterpompen in 2014 en 2015 bij Lucius bv. 2. Bereken in één decimaal het waarde-indexcijfer van de verkopen van waterpompen in 2015 bij Lucius bv. Opgave Bereken de verschuldigde interest op de 6% hypothecaire lening o/g in 2016 en Bereken de aflossing op de 5% hypothecaire annuïteitenlening in 2016 en

62 3. Bereken het verschil tussen de totale interest op de 5% hypothecaire annuïteitenlening en die op de 6% hypothecaire lening o/g gedurende de resterende looptijd van 20 jaar. Opgave Bereken het bedrag dat Sabra in 2015 heeft ontvangen van afnemers. 2. Bereken de overschrijding van de betalingstermijn van het aan debiteuren verleende krediet in Bereken de waarde van de voorraad op 31 december Bereken afgerond op 100,- het gemiddeld crediteurensaldo in Bereken het bedrag dat in 2015 is betaald aan crediteuren. 6. Bereken de brutowinst over

63 7. Bereken de gemiddelde opslagduur van de voorraad in Is de opslagduur bij Sabra beter of slechter dan in de textielbranche? Motiveer je antwoord. Opgave Bereken het resultaat na aftrek van belasting over 2015 van Sabra. 2. Bereken in één decimaal de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen na belasting over Bereken in één decimaal de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen vóór belasting over Bereken in één decimaal de interest vreemd vermogen in een percentage van het gemiddeld vreemd vermogen over

64 Opgave Bereken het vreemd vermogen op korte termijn per 31 december Bereken de waarde van de voorraad per 31 december Bereken het eigen vermogen per 31 december Bereken het vreemd vermogen op lange termijn per 31 december Bereken de rentabiliteit van het totaal geïnvesteerde vermogen vóór belasting over Bereken het resultaat na belasting over Opgave 8.28 Bereken in hele euro s de eindwaarde van de spaarrekening op basis van samengestelde interest na afloop van de 240e storting. 64

65 Opgave 8.29 Bereken de ontbrekende bedragen van de aflossing, de interest en de schuldrest in op het aflossingsplan van de 7% lening van ,- voor de jaren 1, 2 en 3. Rond de bedragen af op hele euro s. schuld per 1-1 Annuïteit interest aflossing schuld per jaar jaar jaar Opgave Bereken het bedrag van de cashflow in Bereken het nettowerkkapitaal van Morres per 31 december Hoe groot zou het nettowerkkapitaal van Morres zijn, indien de current ratio 1 zou zijn? Motiveer je antwoord. 4. Bereken in twee decimalen de current ratio per 31 december Opgave Bereken het totale bedrag van de inkopen exclusief omzetbelasting in

66 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van het door Morres verstrekte leverancierskrediet in Bereken in twee decimalen de omzetsnelheid van de voorraad goederen in Opgave Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen na belasting over Bereken in twee decimalen de omloopsnelheid van het gemiddeld totaal vermogen in Bereken de interestkosten van de hypothecaire lening o/g over Bereken in twee decimalen de kosten van het bankkrediet over 2015 in een percentage van de schuld per 31 december

67 Opgave Geef aan wanneer een bedrijf solvabel is. 2. Bereken in twee decimalen de debt ratio per 31 december Opgave Bereken van de producten A, B en C de in de jaren 2014 en 2015 verkochte aantallen. 2. Bereken in een heel getal voor de producten A, B en C voor het jaar 2015 het hoeveelheidsindexcijfer en het prijsindexcijfer met 2014 als basisjaar. 67

68 3. Bereken met behulp van de bij 2 te berekenen indexcijfers de waarde-indexcijfers voor de producten A, B en C voor het jaar Opgave 8.35 Bereken afgerond op ,- het bedrag van de voorraden per 31 december Opgave Wat wordt verstaan onder solvabiliteit? 2. Bereken per 2 januari 2016 in twee decimalen de solvabiliteit op basis van de debt ratio bij financiering van de uitbreiding door middel van uitgifte van aandelen en bij financiering door middel van een 5% onderhandse lening. 3. Leg uit wat de betekenis is van het bij vraag 2 gevraagde kengetal. 68

69 Opgave Wat wordt verstaan onder de rentabiliteit van het totaal vermogen? 2. Bereken de extra interestkosten in 2016 als Palato de 5% onderhandse lening afsluit. 3. Bereken het verwachte bedrijfsresultaat in 2016 bij financiering door middel van uitgifte van aandelen en bij financiering door middel van een 5% onderhandse lening. 4. Bereken in twee decimalen de verwachte rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen over 2016 bij financiering door middel van uitgifte van aandelen en bij financiering door middel van een 5% onderhandse lening. 5. Bereken in twee decimalen de verwachte rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen over 2016 bij financiering door middel van uitgifte van aandelen en bij financiering door middel van een 5% onderhandse lening. 69

70 Opgave Bereken in één decimaal de gemiddelde omzetsnelheid van de voorraad tegen inkoopprijs in Bereken in hele dagen de gemiddelde opslagduur van de voorraad voor Opgave Bereken in een heel percentage de toename van de omzet van Chateau Choie in 2015 ten opzichte van Bereken in een heel getal met het jaar 2013 als basis de prijsindexcijfers van Chateau Choie in de jaren 2014 en Opgave Wat is een liquiditeitsbegroting en wat is het doel ervan? 2. Bereken in één decimaal de current ratio van Palato per 31 december

71 3. Bereken in één decimaal de quick ratio van Palato per 31 december Opgave Bereken het bedrag dat in 2015 is geïnvesteerd in vaste activa. 2. Bereken in één decimaal de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen over 2015 vóór aftrek van vennootschapsbelasting. 3. Bereken in één decimaal de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen over 2015 na aftrek van vennootschapsbelasting. 4. Bereken in één decimaal de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen over Opgave Bereken in hele dagen de opslagduur van de gemiddelde voorraad over

72 2. Bereken in hele dagen de gemiddelde kredietduur van het van crediteuren ontvangen leverancierskrediet in Bereken in hele dagen de gemiddelde kredietduur van het aan debiteuren verstrekte leverancierskrediet in Opgave Bereken in twee decimalen de current ratio per 31 december Leg uit welke invloed een waardedaling van de voorraden op de quick ratio heeft. Ga er daarbij vanuit dat de overige gegevens niet veranderen. 3. Bereken het nettowerkkapitaal per 31 december Opgave Bereken in twee decimalen de solvabiliteit van De Mol per 1 januari 2015 en per 31 december 2015 aan de hand van de debt ratio. 72

73 2. Bereken eveneens de solvabiliteit per 1 januari 2015 en 31 december 2015 uitgedrukt in een heel percentage van het eigen vermogen ten opzichte van het totaal vermogen. 3. Is de solvabiliteit in 2015 verbeterd of verslechterd? Motiveer je antwoord. Opgave Bereken het verwachte bedrijfsresultaat van De Mol over Bereken of het verwachte bedrijfsresultaat over 2016 ten opzichte van 2015 procentueel meer of minder toeneemt dan de omzet. 73

74 Opgave 8.46 Bereken in een heel getal de indexcijfers van de omzet en het bedrijfsresultaat over de jaren 2011 tot en met 2015 met 2011 als basisjaar. Jaar Omzet Bedrijfsresultaat Berekeningen: Opgave 8.47 Stel het aflossingsschema op voor de eerste twee jaar van de duur van de annuïteitenlening. Jaar Schuld begin jaar Interest Aflossing Schuld einde jaar 74

75 Opgave Bereken in hele getallen de indexcijfers van de omzet voor de branche en voor Wagenaar in de jaren 2011 tot en met 2015 met 2011 als basisjaar. Jaar Vergelijking omzetgegevens Wagenaar bv met de branchegegevens Brancheomzet Indexcijfers ( 1.000,-) (basisjaar 2011) Omzet Wagenaar ( 1.000,-) Berekeningen: Branche Wagenaar Marktaandeel Wagenaar 2. Bereken het marktaandeel van Wagenaar in een percentage van de brancheomzet in de jaren 2011 tot en met Opgave Bereken in twee decimalen de debt ratio van Wagenaar per 1 januari 2015 en per 31 december Waarvoor is de debt ratio een maatstaf? 75

76 3. Welke conclusie kun je uit de bij vraag 1 te berekenen kengetallen trekken? Motiveer je antwoord. Opgave Bereken in twee decimalen de quick ratio per 1 januari 2015 en per 31 december Welke conclusie kun je uit de bij vraag 1 te berekenen kengetallen trekken? Motiveer je antwoord. 3. Komt bij Wagenaar de current ratio hoger of lager uit dan de quick ratio? Leg uit waarom. Opgave Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen na belasting over

77 2. Bereken in twee decimalen de rentabiliteit van het gemiddeld totale vermogen vóór belasting over Opgave Bereken in één decimaal de omzetsnelheid van de gemiddelde voorraad in Bereken met welk bedrag in dat geval de gemiddelde voorraad in 2016 ten opzichte van 2015 zal veranderen. 3. Bereken de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in Opgave Bereken het bedrag van de jaarlijkse annuïteit van de 6% hypothecaire lening. 2. Bereken de totale interest die gedurende de looptijd van de 6% hypothecaire lening moet worden betaald. 77

78 3. Bereken in hele euro s de aflossing en de interest in de annuïteit die op 31 december 2018 moet worden betaald. Opgave 8.54 Een commanditaire vennootschap is een vennootschap A B C D met rechtspersoonlijkheid en met alleen beherende vennoten. met rechtspersoonlijkheid en met niet alleen beherende vennoten. zonder rechtspersoonlijkheid en met alleen beherende vennoten. zonder rechtspersoonlijkheid en met niet alleen beherende vennoten. Opgave 8.55 Een ondernemingsraad moet worden ingesteld bij A B C D 25 werknemers. 30 werknemers. 40 werknemers. 50 werknemers. Opgave 8.56 Welke van de volgende stellingen is/zijn juist? Stelling 1: Een verschil tussen een bv en een nv is dat het startkapitaal in een bv lager is dan in een nv. Stelling 2: Het geplaatst aandelenkapitaal is het maatschappelijk aandelenkapitaal verhoogd met de aandelen in portefeuille. A B C D Beide stellingen zijn juist. Beide stellingen zijn onjuist. Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist. Stelling 2 is juist en stelling 1 is onjuist. 78

79 Opgave 8.57 Welke van de volgende stellingen is/zijn juist? Stelling 1: De vennoten van een vennootschap onder firma zijn hoofdelijk aansprakelijk voor schulden van de onderneming. Stelling 2: Een besloten vennootschap heeft rechtspersoonlijkheid. A B C D Beide stellingen zijn juist. Beide stellingen zijn onjuist. Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist. Stelling 2 is juist en stelling 1 is onjuist. Opgave 8.58 Welke van de volgende stellingen is/zijn juist? Stelling 1: Agio op aandelen ontstaat als aandelen boven pari worden uitgegeven. Stelling 2: De commanditaire vennoten in een commanditaire vennootschap zijn niet hoofdelijk aansprakelijk. A B C D Beide stellingen zijn juist. Beide stellingen zijn onjuist. Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist. Stelling 2 is juist en stelling 1 is onjuist. Opgave 8.59 Bereken in twee decimalen de kosten van het leverancierskrediet in een percentage per jaar. Het jaar wordt gesteld op 360 dagen. Opgave 8.60 Bereken het bedrag dat de onderneming moet betalen op 1 januari

80 Opgave 8.61 Bereken het bedrag dat de onderneming van de bank heeft geleend. Opgave 8.62 Bereken het bedrag dat de onderneming aan de ex-werknemer betaalt. Opgave Bereken de prijsindexcijfers voor de jaren 2010 tot en met Bereken de nieuwe prijsindexcijfers voor de jaren 2010 tot en met 2015 met 2010 als basisjaar. 80

81 Voorbeeldexamen Financiering niveau 4 1. Een obligatielening is uitgegeven tegen een koers van 98,75%. De uitgifte is a b c a pari. boven pari. onder pari. 2. Er volgen zes beweringen over aandelen en obligaties. Welke zijn juist? Let op, er zijn meerdere beweringen juist. a b c d e f Aandelen worden alleen uitgegeven door nv s en bv s. Als aandelen worden uitgegeven boven de nominale waarde ontstaat disagio. Een verschil tussen aandelen en obligaties is dat aandelen wel worden afgelost en obligaties niet. Converteerbare obligaties zijn obligaties die kunnen worden omgewisseld in aandelen. Aandeelhouders krijgen interest en obligatiehouders dividend. Aandelenkapitaal behoort tot het eigen vermogen van een onderneming. 3. Een ondernemingsvorm met rechtspersoonlijkheid is de a b c d besloten vennootschap. commanditaire vennootschap. eenmanszaak. maatschap. 4. Hoofdelijke aansprakelijkheid heeft betrekking op de a b c d besloten vennootschap en de naamloze vennootschap. besloten vennootschap en de commanditaire vennootschap naamloze vennootschap en de vennootschap onder firma. vennootschap onder firma en de commanditaire vennootschap. 81

82 5. Bereken in een heel getal het hoeveelheidsindexcijfer en het prijsindexcijfer van de het product Iko in jaar Bereken in één decimaal de interestkosten per jaar van het ontvangen leverancierskrediet. 7. Bereken het bedrag dat van 1 september tot en met 31 december op de depositorekening heeft gestaan. 8. Bereken het bedrag dat de werknemer per 1 januari van jaar 1 ontvangt. 9. Bereken in hele euro s hoeveel wordt afgelost in het tweede jaar van de 4% hypothecaire annuïteitenlening. 10. Bij welke van de onderstaande ratio s wordt geen rekening gehouden met de waarde van de voorraad goederen? a b c Current ratio. Nettowerkkapitaal. Quick ratio. 82

83 11. Van handelsonderneming Berra te Moergestel is over jaar 9 en jaar 10 geven: Berra Branche jaar 9 jaar 10 jaar 9 jaar 10 Current ratio 0,76 0,88 1,02 0,97 Nettowerkkapitaal , , , ,- Wat is juist? a b c d De liquiditeit van Berra is in jaar 10 ten opzichte van jaar 9 verbeterd en is ook beter dan in de branche. De liquiditeit van Berra is in jaar 10 ten opzichte van jaar 9 verbeterd, maar is slechter dan in de branche. De liquiditeit van Berra is in jaar 10 ten opzichte van jaar 9 verslechterd en is ook slechter dan in de branche. De liquiditeit van Berra is in jaar 10 ten opzichte van jaar 9 verslechterd, maar is beter dan in de branche. 12. Welke van onderstaande posten staan wel op een liquiditeitsbegroting en niet op een resultatenbegroting? Let op, er zijn meer antwoorden juist. a b c d e f Het sluiten van een lening. De afschrijving op een bedrijfsauto. Het uitkeren van winst. De betaling aan crediteuren. De boeking van de verschuldigde loonheffing. Het oninbaar worden van een vordering op een debiteur. 13. Bereken in één decimaal de quick ratio per 31 december van jaar Bereken het nettowerkkapitaal per 31 december van jaar 5. 83

84 15. Bereken afgerond op 1.000,- de waarde van de voorraden per 31 december van jaar De debt ratio is de verhouding tussen a b c d het eigen vermogen en het totaal vermogen. het eigen vermogen en het vreemd vermogen. het vreemd vermogen en het eigen vermogen. het vreemd vermogen en het totaal vermogen. 17. Bereken in een heel percentage de solvabiliteit van Herkenrath bv per 31 december van jaar De rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen a b c d is altijd gelijk aan de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen. is altijd hoger dan de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen. is altijd lager dan de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen. kan gelijk zijn aan of hoger/lager zijn dan de rentabiliteit van het gemiddeld eigen vermogen. 84

85 19. Van een onderneming zijn over de jaren 8 tot en met 12 de rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen (RTV) en de interestvoet van het gemiddeld vreemd vermogen (IVV) als volgt: Jaar RTV IVV 8 12,37% 6,42% 9 14,49% 5,12% 10 15,01% 4,96% 11 12,88% 6,51% 12 11,35% 6,83% Wat is juist? a b c d De RTV is tot en met jaar 10 verbeterd en de IVV is tot en met jaar 10 verslechterd. De RTV is tot en met jaar 10 verslechterd en de IVV is tot en met jaar 10 verbeterd. Zowel de RTV als de IVV zijn tot en met jaar 10 verbeterd en daarna verslechterd. Zowel de RTV als de IVV zijn tot en met jaar 10 verslechterd en daarna verbeterd. 20. Bereken in twee decimalen de rentabiliteit ven het gemiddeld eigen vermogen over 2015 na belasting. 21. Bereken afgerond op 1.000,- het gemiddeld eigen vermogen in jaar 3. 85

86 22. (1 punt) Van handelsonderneming Hoogma te Etten-Leur is over jaar 1 en jaar 2 geven: Hoogma Branche jaar 2 jaar 1 jaar 2 jaar 1 Omloopsnelheid voorraad 2,45 2,13 3,02 3,12 Krediettermijn debiteuren 34 dagen 37 dagen 45 dagen 44 dagen Welke van de onderstaande beweringen zijn juist? Let op, er zijn meer beweringen juist. a De opslagduur van de voorraad bij Hoogma is in jaar 2 ten opzichte van jaar 1 gestegen. b De opslagduur van de voorraad is bij Hoogma in zowel jaar 1 als jaar 2 hoger dan in de branche. c De krediettermijn van debiteuren is bij Hoogma in jaar 2 gunstiger dan in de branche. d Debiteuren van Hoogma betaalden in jaar 2 sneller dan in jaar 1. e De voorraad goederen lag in de branche in jaar 2 langer opgeslagen dan in jaar Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van debiteuren in jaar Bereken in hele dagen de gemiddelde krediettermijn van crediteuren in jaar Bereken in één decimaal de omloopsnelheid van het totaal vermogen in jaar 5. 86

87 26. Bereken in hele dagen de gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen in jaar Bereken afgerond op 1.000,- de gemiddelde arbeidsproductiviteit uitgedrukt in fte s in het afgelopen jaar. 87

Eigen vermogen Hypothecaire lening o/g Crediteuren Te betalen belastingen

Eigen vermogen Hypothecaire lening o/g Crediteuren Te betalen belastingen Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 ( 1,-) Balans per 1 januari 2016 van Grutter Gebouw Bestelauto Voorraad Debiteuren Bank Kas 367.200 28.500 43.240 15.740 10.330 1.240 Eigen vermogen Hypothecaire lening o/g Crediteuren

Nadere informatie

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Financiering niveau 4 Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen

Nadere informatie

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10 Financiering niveau 4 Correctiemodel voorbeeldexamen 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10 Vraag 1 Toetsterm 1.1 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat is de

Nadere informatie

EXAMENPROGRAMMA. Financieel-Administratief Diploma('s) Diplomalijn(en)

EXAMENPROGRAMMA. Financieel-Administratief Diploma('s) Diplomalijn(en) EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Financieel-Administratief Diploma('s) Praktijkdiploma Boekhouden (PDB ) Eamen Financiering niveau 4 Niveau 4 (vergelijkbaar met mbo 4) Versie 2-0 Geldig vanaf 1-01-16 Vastgesteld

Nadere informatie

EXAMENPROGRAMMA. Financieel-Administratief Diploma('s) Diplomalijn(en)

EXAMENPROGRAMMA. Financieel-Administratief Diploma('s) Diplomalijn(en) EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Financieel-Administratief Diploma('s) Praktijkdiploma Boekhouden (PDB ) Eamen Financiering niveau 4 Niveau 4 (vergelijkbaar met mbo 4) Versie 4-0 Geldig vanaf 1-01-16 Vastgesteld

Nadere informatie

a. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 180.000 + 230.000) / 2 = 205.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 1.090.000 1,21 = 1.318.

a. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 180.000 + 230.000) / 2 = 205.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 1.090.000 1,21 = 1.318. PDB Financiering Uitwerkingen Hoofdstuk 7 Opgave 7.1 a. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 180.000 + 230.000) / 2 = 205.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 1.090.000 1,21 = 1.318.900 Krediettermijn

Nadere informatie

Kengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte. Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen.

Kengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte. Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen. Hoofdstuk 3 Kengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte Extra opgaven Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen. Opgave 3.6a Vazzo bv koopt en verkoopt

Nadere informatie

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 7

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 7 Opgave 7.1 a. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 580.000 + 640.000) / 2 = 610.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 8.800.000 1,21 = 10.648.000 Krediettermijn debiteuren: 610.000 365 dagen = 20,9

Nadere informatie

Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting.

Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting. Hoofdstuk 4 Beoordeling van de liquiditeit Extra opgaven Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting. Opgave 4.4a De handelsonderneming Hartema vof heeft

Nadere informatie

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met

Nadere informatie

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 6. Opgave 6.1 a. Gemiddeld eigen vermogen = ( ) / 2 =

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 6. Opgave 6.1 a. Gemiddeld eigen vermogen = ( ) / 2 = Opgave 6.1 a. Gemiddeld eigen vermogen = ( 2.600.000 + 3.000.000) / 2 = 2.800.000 REV na belasting = 400.000 100% = 14,29% 2.800.000 b. Gemiddeld totaal vermogen = ( 7.150.000 + 7.200.000) / 2 = 7.175.000

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 HOOFDSTUK 8 Opgave 1 a. Bereken de REV (afronden op 1 decimaal). Gemiddelde eigen vermogen is: Balanspost 31-dec 1-jan Gemiddelde Aandelenkapitaal 650.000 600.000 625.000 Agioreserve 135.000 105.000 120.000

Nadere informatie

Financiële analyse van de jaarrekening

Financiële analyse van de jaarrekening 17 hoofdstuk Financiële analyse van de jaarrekening 17.1 B 17. C 17.3 C 17.4 A 17.5 A 17.6 C 17.7 D 17.8 D 17.9 B 17.10 D 17.11 D 17.1 C 17.13 A 17.14 C 17.15 B 17.16 C 1.000.000 / 1.500.000 = 0,08 17.17

Nadere informatie

Toets 3 HAVO 5 g Diagnostische toets 2012

Toets 3 HAVO 5 g  Diagnostische toets 2012 Uitwerkingen/waardering Toets 3 HAVO 5 20 12 MO Onderdeel 3.1 Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Diagnostische toets 2012 Uitwerkingen/waardering Voor deze toets zijn maximaal 35 punten te behalen; De

Nadere informatie

2017 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 13

2017 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 13 Financiering niveau 5 Correctiemodel voorbeeldexamen 2017 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 13 Vraag 1 Toetsterm 6.4 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Voor welke

Nadere informatie

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12 Financiering niveau 5 Correctiemodel voorbeeldexamen 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12 Vraag 1 Toetsterm 6.4 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Voor welke

Nadere informatie

Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43

Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43 Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43 25 januari 2011 proeftoets 100 minuten Opgave 1 Handelsonderneming Astan bv heeft gegevens verzameld. Deze gegevens zijn nodig voor het opstellen van de

Nadere informatie

1.1 Inleiding 13 1.2 Overzichten voor bedrijfseconomische berekeningen 13

1.1 Inleiding 13 1.2 Overzichten voor bedrijfseconomische berekeningen 13 Inhoud Voorwoord 11 Hoofdstuk 1 Boekhoudkundige overzichten 13 1.1 Inleiding 13 1.2 Overzichten voor bedrijfseconomische berekeningen 13 Hoofdstuk 2 Berekeningen met betrekking tot de goederenhandel 19

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6 versie.0 - januari 018 HOOFDSTUK 6 Opgave 1 a. Bereken de krediettermijn debiteuren (afronden op 1 decimaal) Gemiddeld debiteurensaldo: 50.150 + 467.060 = 484.605 Omzet op rekening 017 inclusief omzetbelasting:

Nadere informatie

Q1 Q2 Q3 Q4. Liquide middelen begin kwartaal 290.000 1.011.500 1.012.000 947.500. Verkopen 1.140.000 880.000 1.020.000 1.435.000

Q1 Q2 Q3 Q4. Liquide middelen begin kwartaal 290.000 1.011.500 1.012.000 947.500. Verkopen 1.140.000 880.000 1.020.000 1.435.000 Uitwerkingen opgaven Brugboek hoofdstuk 20 Opgaven 20.2 t/m 20.4 en 20.7 t/m 20.9 Opgave 20.2 Liquiditeitsbegroting 2013 gesplitst per kwartaal Onderdeel Q1 Q2 Q3 Q4 Liquide middelen begin kwartaal 290.000

Nadere informatie

Vermogensbehoefte en financiering

Vermogensbehoefte en financiering Hoofdstuk 1 Vermogensbehoefte en financiering Opgave 1.1 Een groothandel heeft in de maanden maart tot en met oktober 600.000, extra vermogen nodig. Het benodigde extra vermogen kan voor deze periode worden

Nadere informatie

Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting

Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting Voor kandidaten die in beide modules examen doen, geldt dit gehele document (zowel de termen van module A. Boekhouden als module B.

Nadere informatie

Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting

Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting Voor kandidaten die in beide modules examen doen geldt dit gehele document (zowel de termen van module A. Periodeafsluiting als module

Nadere informatie

Management & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16

Management & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16 Management & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16 16 juni 2009 proeftoets 100 minuten Opgave 1 Hartenstijn bv heeft op 1 januari de volgende balans opgesteld: Balans 1 januari 2009 --------------------------------------------------------------

Nadere informatie

PDB. Antwoordenboek. berekeningen. Periodeafsluiting & Bedrijfseconomie

PDB. Antwoordenboek. berekeningen. Periodeafsluiting & Bedrijfseconomie PDB Periodeafsluiting & Bedrijfseconomie berekeningen Antwoordenboek PDB Praktijkdiploma boekhouden Periodeafsluiting & Bedrijfseconomie berekeningen Antwoordenboek drs. H.H. Hamers drs. W.J.M. de Reuver

Nadere informatie

Financieel-Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Bedrijfseconomie (BE) Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens

Financieel-Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Bedrijfseconomie (BE) Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens Eamenlijn Diploma Module Niveau MBO 4 Positionering Versie 1.2 Financieel-Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Bedrijfseconomie (BE) Geldig vanaf 01-01-2013 Vastgesteld op 13 juli 2011 Vastgesteld

Nadere informatie

Financiële aspecten van de planning

Financiële aspecten van de planning 14 hoofdstuk Financiële aspecten van de planning 14.1 B 14.2 A 14.3 D 14.4 D 14.5 D 14.6 C 14.7 C 14.8 C 14.9 A 14.10 D 14.11 B 14.12 D 14.13 C 1 12 18.000 = 1.500 14.14 A 14.15 C Ontvangen wordt november,

Nadere informatie

Financieel Management

Financieel Management Financieel Management Liquide en Solvabel Voldoende werkkapitaal Voldoende eigen vermogen 2 1 Kasstromen Operationele cashflow Investeringscashflow Financieringscashflow 3 Liquiditeit Mate waarin schulden

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 HOOFDSTUK 8 Opgave 1 a. Wat geeft de liquiditeit van een onderneming aan? De liquiditeit geeft aan in welke mate een onderneming aan haar lopende betalingsverplichtingen kan voldoen. b. Wat is het verschil

Nadere informatie

Kennis Bedrijfseconomie

Kennis Bedrijfseconomie Kennis Bedrijfseconomie Kennis Bedrijfseconomie Ad Bakker Opmaak: Sander Pinkse Boekproductie, Amsterdam ISBN 978 90 3724 617 9 2018 uitgeverij Edu Actief b.v. Gehele of gedeeltelijke overneming of reproductie

Nadere informatie

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 4

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 4 Opgave 4.1 Balans 1 januari jaar 3 1 Vaste activa Eigen vermogen 178.500 Gebouw 150.000 Bedrijfsauto s 48.000 Lang vreemd vermogen Inventaris 16.000 214.000 Hypotheek 80.000 Vlottende activa Voorraad goederen

Nadere informatie

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met

Nadere informatie

Appendix Bedrijfseconomie Opgaven

Appendix Bedrijfseconomie Opgaven Appendix Bedrijfseconomie Opgaven De Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens ( de Associatie ) organiseert twee keer per jaar examens voor het in ons land erkende Praktijkdiploma Boekhouden (PDB).

Nadere informatie

Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting

Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting Eindtermen en Toetstermen STIBEX Bedrijfseconomie en Periodeafsluiting Voor kandidaten die in beide modules examen doen, geldt dit gehele document (zowel de termen van module A. Boekhouden als module B.

Nadere informatie

TOELATINGSTOETS M&O. Datum 14-1-2016

TOELATINGSTOETS M&O. Datum 14-1-2016 TOELATINGSTOETS M&O VUL IN: Datum 14-1-2016 Naam en voorletters. Adres. Postcode. Woonplaats. Geboortedatum / / Plaats Land. Telefoonnummer. E-mail. Gekozen opleiding. OPMERKINGEN: Tijdsduur: 90 minuten

Nadere informatie

Appendix Bedrijfseconomie

Appendix Bedrijfseconomie Appendix Bedrijfseconomie De Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens ( de Associatie ) organiseert twee keer per jaar examens voor het in ons land erkende Praktijkdiploma Boekhouden (PDB). Voor het

Nadere informatie

De opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen

De opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen Hoofdstuk 6 Beoordeling van de rentabiliteit Extra opgaven De opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen Opgave 6.4a Per 31 december 2013 en 2014 heeft Geurtsen de

Nadere informatie

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 1 1 maximumscore 1 de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) 2 maximumscore 2 winst voor vennootschapsbelasting: 5.000.000 vennootschapsbelasting: 0,20 x 200.000 + 0,25 x (5.000.000 200.000)

Nadere informatie

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken. Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken. Informal investors: informele investeerders, bv particulieren Gebruiken is vast. Verbruiken is vlot. Materieel: tastbaar Immaterieel:

Nadere informatie

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Financiering niveau 5 Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen

Nadere informatie

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 5

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 5 Opgave 5.1 a. Liquiditeitsbalans b. 1/1 solvabiliteitsratio = 1.570.000 = 0,48 3.240.000 31/12 solvabiliteitsratio = 1.630.000 = 0,46 3.550.000 c. 1/1 debt ratio = 1.100.000 + 570.000 = 0,52 3.240.000

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 HOOFDSTUK 5 Opgave 1 a. Bereken het netto werkkapitaal per 1-4-2018. = Nettowerkkapitaal Voorraad goederen 250.000 Debiteuren 80.000 ING bank 65.000 Kas 5.000 + 400.000 Crediteuren 60.000 Te betalen omzetbel

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 JUNI 2010

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 JUNI 2010 FINANCIËLE ADMINISTRATIE DE LEKKERE HAP PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 JUNI 2010 1. Met behulp van de volgende grootboekrekeningen kan het verkoopresultaat worden

Nadere informatie

www.jooplengkeek.nl Hoofdstuk 42 belangrijk

www.jooplengkeek.nl Hoofdstuk 42 belangrijk www.jooplengkeek.nl belangrijk 1 Liquiditeitskengetallen Current ratio Quick ratio Working capital (werkkapitaal) Cashflow Kengetallen Kengetallen zijn verhoudingsgetallen, ze geven de verhouding aan tussen

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4 HOOFDSTUK 4 Opgave 1 De vermogensbehoefte van een onderneming moet met het aanbod van vermogen worden gefinancierd. Bij de financiering wordt onderscheid gemaakt tussen Partiële financiering Totale financiering

Nadere informatie

Oefenopgave 1. Oefenopgave 1. Crediteuren 600 EV 600. Debiteuren 400. Gebouwen 300 EV. Voorraden 200 Crediteuren. Kas 300

Oefenopgave 1. Oefenopgave 1. Crediteuren 600 EV 600. Debiteuren 400. Gebouwen 300 EV. Voorraden 200 Crediteuren. Kas 300 Oefenopgave 1 Oefenopgave 1 Balans 1-1-2001 (x 1.000 euro) Gebouwen 300 EV Voorraden 200 Crediteuren Debiteuren 400 Kas 300 EV 600 Crediteuren 600 300 1200 1200 - Inkopen 600.000 euro (helft rekening,

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN UITWERKINGEN 8 EN 9 JANUARI 2013

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN UITWERKINGEN 8 EN 9 JANUARI 2013 FINANCIËLE ADMINISTRATIE DEEL 1 - WINSTON BV 1. (2 punten) 3.1.2 Rekeningen van schuld zijn: 140 Crediteuren 150 Nog te betalen bedragen 153 Vooruitontvangen bedragen 181 Te betalen omzetbelasting PRAKTIJKDIPLOMA

Nadere informatie

9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2

9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2 Docentenhandleiding Hoofdstuk 25 9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2 a Per november 2008 wordt aan huur vooruitontvangen: 400 3 650 = 780.. b Per december wordt achteraf ontvangen: 25 3 720 = 270..

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009 PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009 FINANCIËLE ADMINISTRATIE COPERNICUS BV 1. 710 Inkopen 73.650,- 160 Te verrekenen omzetbelasting 13.993,50 Aan 130

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN UITWERKINGEN 15 EN 16 JANUARI 2013

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN UITWERKINGEN 15 EN 16 JANUARI 2013 FINANCIËLE ADMINISTRATIE DEEL 1 - KOK BV PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN UITWERKINGEN 15 EN 16 JANUARI 2013 1. (1 punt) 3.1.1 Een subgrootboek geeft een specificatie (in geld) van een grootboekrekening. 2.

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4 HOOFDSTUK 4 Opgave 1 a. Wat is procentueel het rendement van een aangeschafte obligatie? Afronden op 1 decimaal. Betaald is voor de obligatie: 108% 1.000 = 1.080 De opbrengst is: 5,2% 1.000 = 52 Het rendement

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 JUNI 2009

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 JUNI 2009 FINANCIËLE ADMINISTRATIE HAVELAAR BV PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 JUNI 2009 1. Directe kosten zijn kosten die rechtstreeks aan producten kunnen worden toegerekend.

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010 FINANCIËLE ADMINISTRATIE LEGRO BV PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010 1. Gelijke perioden waardoor de perioden eerlijker met elkaar kunnen worden vergeleken

Nadere informatie

Wetenschappelijk Onderwijs

Wetenschappelijk Onderwijs Uitwerkingen / waardering 1 Toets 3B1 VWO 6 MO onderdeel 631 Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Toets: M&O Afdeling: A6 PTA aanduiding: Toets 631 Tijdsduur: 80 minuten Weging SE: 15% Herkansbaar:

Nadere informatie

Werkgroepopdrachten Bedrijfseconomie DEEL A

Werkgroepopdrachten Bedrijfseconomie DEEL A Werkgroepopdrachten Bedrijfseconomie DEEL A Voorwoord Beste student(e), Voor u liggen de uitwerkingen van de voorgeschreven werkgroepopdrachten (week 1 t/m week 4) voor het vak Bedrijfseconomie. Onthoud

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 OPGAVE 3

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 OPGAVE 3 HOOFDSTUK 5 OPGAVE 3 Opgave 3 De liquiditeitsbegroting De betaling van de verkopen Verkopen Ontvangsten Maand ex btw btw incl btw 1 maand later Januari 780.000 163.800 943.800 Februari 720.000 151.200

Nadere informatie

Het eigen vermogen is permanent dat wil zeggen voor onbepaalde tijd (blijvend)aanwezig in de onderneming.

Het eigen vermogen is permanent dat wil zeggen voor onbepaalde tijd (blijvend)aanwezig in de onderneming. www.jooplengkeek.nl Eigen vermogen bij een bv en een nv Het eigen vermogen is permanent dat wil zeggen voor onbepaalde tijd (blijvend)aanwezig in de onderneming. Het bestaat uit aandelenkapitaal en opgebouwde

Nadere informatie

Nadelen: Groot risico vanwege privéaansprakelijkheid. Lange werktijden. a Een vennootschap waarvan het eigen vermogen is verdeeld in aandelen.

Nadelen: Groot risico vanwege privéaansprakelijkheid. Lange werktijden. a Een vennootschap waarvan het eigen vermogen is verdeeld in aandelen. Hoofdstuk 9 a Een organisatie die naar winst streeft. b Eenmanszaak Vennootschap onder firma Naamloze vennootschap Besloten vennootschap Voordelen: Je bent eigen baas. De winst hoef je met niemand te delen.

Nadere informatie

Uitwerking opgaven Brugboek 19.3, 19.5, 19.6 t/m 19.20 en 19.22

Uitwerking opgaven Brugboek 19.3, 19.5, 19.6 t/m 19.20 en 19.22 Uitwerking opgaven Brugboek 19.3, 19.5, 19.6 t/m 19.20 en 19.22 T/m 19.12 zijn activiteitskengetallen. Vanaf 19.13 Rentabiliteitskengetallen Opgave 19.3 A. Bereken de gemiddelde voorraad over 2013 Q1 1-1

Nadere informatie

www.jooplengkeek.nl Hoofdstuk 43 belangrijk

www.jooplengkeek.nl Hoofdstuk 43 belangrijk www.jooplengkeek.nl belangrijk 1 belangrijk Solvabiliteitskengetallen: de verhouding tussen eigen vermogen en vreemd vermogen en totaal vermogen 2 3 4 Solvabiliteitskengetallen Er zijn verschillende solvabiliteitskengetallen

Nadere informatie

- Op gebouwen en machines die op 1 januari 2008 aanwezig zijn wordt in 2008 respectievelijk 30.000,- en 20.000,- afgeschreven.

- Op gebouwen en machines die op 1 januari 2008 aanwezig zijn wordt in 2008 respectievelijk 30.000,- en 20.000,- afgeschreven. Management en Organisatie VWO 6 Herhaling CE Begrotingen nummer 2 Opgave 1 Gegeven is de volgende balans van Fitna bv: Balans per 1/1 2008 --------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 28 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 28 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Financiering niveau 5 Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 28 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen

Nadere informatie

Financiële ratio s met CASH!

Financiële ratio s met CASH! Inleiding Het is belangrijk dat je als ondernemer weet hoe je onderneming er financieel voor staat. Hier kan je financiële ratio's goed voor gebruiken. Maar wat zijn ze en wat doe je ermee? Om de financiële

Nadere informatie

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 20 juni 10.00 13.00 20 03 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen; het

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 EN 11 JANUARI 2012

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 EN 11 JANUARI 2012 FINANCIËLE ADMINISTRATIE GRIMBERG BV PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 EN 11 JANUARI 2012 1. (2 punten) 300 Voorraad materialen 4.200,- 180 Te verrekenen omzetbelasting

Nadere informatie

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 maandag 12 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 maandag 12 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage. Examen HAVO 2014 tijdvak 1 maandag 12 mei 13.30-16.30 uur management & organisatie Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 28 vragen. Voor dit examen zijn maximaal

Nadere informatie

Hoofdstuk 6: Beoordelen

Hoofdstuk 6: Beoordelen Hoofdstuk 6: Beoordelen M&O VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Overzicht H6: Beoordelen Management & Organisatie Centraal Examen (CE) 1. Rechtsvormen 2. Prijsberekening 3. Resultaten 4. Balans 5. Liquiditeitsbegroting

Nadere informatie

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek Kennis Bedrijfseconomie Werkboek Kennis Bedrijfseconomie Werkboek Ad Bakker Opmaak: Sander Pinkse Boekproductie, Amsterdam ISBN 978 90 3724 668 1 2018 uitgeverij Edu Actief b.v. Gehele of gedeeltelijke

Nadere informatie

11 Kasstroomoverzicht

11 Kasstroomoverzicht 11.2 Van de nv Bergsma worden de volgende gegevens verstrekt. Balansen ultimo ( 1.000): Terreinen 120 120 Geplaatst kapitaal 600 600 Gebouwen - 575-530 Algemene reserve - 525-570 Machines - 430-450 Eigen

Nadere informatie

Toetstermen STIBEX Moderne Bedrijfsadministratie Financiering 5

Toetstermen STIBEX Moderne Bedrijfsadministratie Financiering 5 Toetstermen STIBEX Moderne Bedrijfsadministratie Financiering 5 K= Kennisvraag, de kandidaat moet één of meerdere begrippen beschrijven, noemen of herkennen, en/of kenmerken, voorbeelden, verschillen of

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6 HOOFDSTUK 6 Opgave 1 a. Bereken de omzetsnelheid van de voorraad (afronden op 1 cijfer achter de komma). De formule om de berekening te maken is: Omloopsnelheid van de voorraad Omzet tegen de inkoopwaarde

Nadere informatie

Eindexamen m&o havo II

Eindexamen m&o havo II Beoordelingsmodel Opgave 1 1 maximumscore 2 2.500.000 + 750.000 + 1.300.000 = 4.550.000,- 2 maximumscore 2 275.000 0,2 + (1.300.000 275.000) 0,255 = 316.375,- 3 maximumscore 1 beschikbaar dividend 1.300.000

Nadere informatie

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek Kennis Bedrijfseconomie Werkboek Kennis Bedrijfseconomie Werkboek Ad Bakker Opmaak: Sander Pinkse Boekproductie, Amsterdam ISBN 978 90 3723 456 5 2016 uitgeverij Edu Actief b.v. Gehele of gedeeltelijke

Nadere informatie

AANVULLING NAAMLOZE VENNOOTSCHAP HAVO

AANVULLING NAAMLOZE VENNOOTSCHAP HAVO AANVULLING NAAMLOZE VENNOOTSCHAP HAVO HOOFDSTUK 2 1. SOORTEN AANDELEN 1 Aandelen zijn eigendomsbewijzen van een nv of bv. Naast gewone aandelen zijn er preferente aandelen. De aandeelhouders die preferente

Nadere informatie

Financieel Management

Financieel Management Financieel Management Beoordeling financieel Financiële kengetallen Activiteitskengetallen Rentabiliteitskengetallen Liquiditeitskengetallen Solvabiliteitskengetallen Productiviteitskengetallen Beleggingskengetallen

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 1 1 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist antwoord: Er is sprake van één geldgever en één geldnemer. Een onderhandse lening is een niet-openbare lening. 2 maximumscore 2 0,06 x (2.000.000.000

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FINANCE & RISKMANAGEMENT DINSDAG 8 MAART UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 8

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FINANCE & RISKMANAGEMENT DINSDAG 8 MAART UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 8 SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel FINANCE & RISKMANAGEMENT DINSDAG 8 MAART 2016 08.45-11.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie B / 8 2015 NGO-ENS B / 8 Opgave 1 (25 punten) Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag

Nadere informatie

Eigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren

Eigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren www.jooplengkeek.nl Regels voor Passiva Eigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren www.jooplengkeek.nl

Nadere informatie

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 11 EN 12 JANUARI 2011

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 11 EN 12 JANUARI 2011 FINANCIËLE ADMINISTRATIE DERKSEN BV 1. De verkoopprijs van een kuubskist bedraagt: 154,- 100/70 1,19 = 261,80. PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 11 EN 12 JANUARI 2011

Nadere informatie

Eindexamen havo m&o 2013-I

Eindexamen havo m&o 2013-I Opgave 2 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 6. Bij deze opgave worden de belastingen buiten beschouwing gelaten. Peter de Beer is de eigenaar van een klein autobedrijf (FIAT De Beer

Nadere informatie

Verslag bespreking Centraal Examen M&O, HAVO, 2016 tijdvak 1. dd 20 mei 2016

Verslag bespreking Centraal Examen M&O, HAVO, 2016 tijdvak 1. dd 20 mei 2016 Verslag bespreking Centraal Examen M&O, HAVO, 2016 tijdvak 1 dd 20 mei 2016 De door de VECON georganiseerde examenbesprekingen hebben tot doel dat de examencorrectie eenduidig plaats zal vinden. Uitgangspunt

Nadere informatie

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2016 tijdvak 1 woensdag 18 mei 13.30-16.30 uur management & organisatie Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 58 punten te behalen.

Nadere informatie

Opgave I (25¾p) De boekhouding van een NV A. Bereken I. II.

Opgave I (25¾p) De boekhouding van een NV A. Bereken I. II. Opgave I (25¾p) De boekhouding van een NV De gedeeltelijke balans van NV Goedehoop ziet er per 1 maart 2014 als volgt uit: (bedragen *SRD 1,-) Aandelen in portefeuille 55.000 Aandelenvermogen 350.000 Gebouwen

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 7

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 7 HOOFDSTUK 7 Opgave 1 a. Waar komen de grootboekrekeningen met betrekking tot privéonttrekkingen en privétoevoegingen voor, op de balans of de resultatenrekening? Privétoevoegingen en privéonttrekkingen

Nadere informatie

Kennis bedrijfseconomie

Kennis bedrijfseconomie Kennis bedrijfseconomie Werkboek Ad Bakker Licentie: Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Ad Bakker Titel: Kennis bedrijfseconomie Werkboek ISBN:

Nadere informatie

Als we geld lenen noemen we dat vreemd vermogen.

Als we geld lenen noemen we dat vreemd vermogen. www.jooplengkeek.nl Enkelvoudige interest Als we geld lenen noemen we dat vreemd vermogen. Voor een lange periode (lang krediet) of een korte periode (kort krediet), maar het is altijd tijdelijk. We moeten

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 21 en 22

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 21 en 22 Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 21 en 22 Samenvatting door een scholier 1676 woorden 10 september 2004 5,8 20 keer beoordeeld Vak Methode M&O Percent M&O samenvatting H21 Intern verslag

Nadere informatie

Balans per 1 januari 2013 van Grutter 367.200 28.500 43.240 15.740 11.570. Eigen vermogen Hypothecaire lening o/g Crediteuren Te betalen belastingen

Balans per 1 januari 2013 van Grutter 367.200 28.500 43.240 15.740 11.570. Eigen vermogen Hypothecaire lening o/g Crediteuren Te betalen belastingen Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Gebouw Bestelauto Voorraad goederen Debiteuren Liquide middelen Balans per 1 januari 2013 van Grutter 367.200 28.500 43.240 15.740 11.570 Eigen vermogen Hypothecaire lening o/g Crediteuren

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave FINANCE & RISKMANAGEMENT MAANDAG 3 OKTOBER 2016 8:45 UUR 11:15 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer

Nadere informatie

Homework. week 4. H5 Liquiditeit. opgave 1. januari februari maart ontvangsten. entree abonnementen subsidie horeca

Homework. week 4. H5 Liquiditeit. opgave 1. januari februari maart ontvangsten. entree abonnementen subsidie horeca H5 Liquiditeit opgave 1 januari februari maart ontvangsten entree abonnementen subsidie horeca 8. 5. 1.35. 75. 8. 1.. 75. 8. 1.5. 75. totaal 2.725. 1.875. 2.375. uitgaven alle kosten rente aflossingen

Nadere informatie

Opsteldatum: 30 oktober 2012 Periode: 1 januari 2011 t/m 31 december 2015. Telefoonnummer: 611358230 Email adres: wilco.kraaij@unit4.

Opsteldatum: 30 oktober 2012 Periode: 1 januari 2011 t/m 31 december 2015. Telefoonnummer: 611358230 Email adres: wilco.kraaij@unit4. Uitkeringstoets 2013-2015 Bedrijfsnaam: Van Driel periodes Vestigingsplaats: Veenendaal Opsteldatum: 30 oktober 2012 Periode: 1 januari 2011 t/m 31 december 2015 Bedrijfsnaam: Vestigingsplaats: Van Driel

Nadere informatie

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Donderdag 30 mei 13.30 16.30 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen;

Nadere informatie

Eindexamen vwo m&o II

Eindexamen vwo m&o II Opgave 1 1 maximumscore 2 De zakelijke lasten zijn door de verkoper vooruitbetaald. Uitsluitend 0 of 2 scorepunten toekennen. 2 maximumscore 3 maand in 2011 schuldrest ( ) begin van de maand interestdeel

Nadere informatie

a. Stel de beginbalans op 1 januari 2006 samen volgens het model van bijlage I.

a. Stel de beginbalans op 1 januari 2006 samen volgens het model van bijlage I. Opdracht 1 De Wilde en Timmer De dames De Wilde en Timmer gaan een autobedrijf beginnen: zij kopen auto s en accessoires in en verkopen die. Om het autobedrijf te kunnen openen op 1 januari 2006 zijn in

Nadere informatie

Beginner. Beginner. Beginner

Beginner. Beginner. Beginner Beginner Nummer 1 Beginner Nummer 2 Beginner Antwoordmodel Antwoordmodel Antwoordmodel Nummer 3 2014: uitgave 0/kosten 30 Afschrijving De waardevermindering van de auto (een onderdeel van de vaste activa)

Nadere informatie

Kennis bedrijfseconomie

Kennis bedrijfseconomie Kennis bedrijfseconomie Werkboek Ad Bakker Licentie: Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Ad Bakker Titel: Kennis bedrijfseconomie Werkboek ISBN:

Nadere informatie

Financieel Management

Financieel Management Financieel Management Vorige week Introductie financieel management Investeringsplan, financieringsplan en exploitatiebegroting Balans Liquiditeitsbegroting (meer in week 6) Berekening inkomen en vermogen

Nadere informatie

Mundo nv is een Nederlandse multinational op het gebied van financiële dienstverlening. Gegevens over 2018:

Mundo nv is een Nederlandse multinational op het gebied van financiële dienstverlening. Gegevens over 2018: Opgave 1 Mundo nv is een Nederlandse multinational op het gebied van financiële dienstverlening. Gegevens over 2018: de winst voor vennootschapsbelasting: 5.000.000 de toevoeging aan de reserves: 30% van

Nadere informatie

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 28 mei 13.30 16.30 uur 20 03 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen;

Nadere informatie