COMMISSIE WATERSYSTEMEN - KWALITEIT EN KWANTITEIT

Transcriptie

1 '/Uw Kenmerk: Hoogheemraadschap van Delfland COMMISSIE WATERSYSTEMEN - KWALITEIT EN KWANTITEIT AAN DE VERENIGDE VERGADERING VAN DELFLAND Delft, 31 januari 2012 Advies van de commissie Watersystemen - Kwaliteit en Kwantiteit, tevens verslag van de vergadering op 31 januari 2012 over de aan haar voorgelegde voorstellen van het college van dijkgraafen hoogheemraden, ter behandeling in de Verenigde Vergadering op 16 februari 2012 Aanwezig: mevr. I.J.A. ter Woorst dhr. A. van den Berg dhr. J.B. van den Berg dhr. dr. ir. G.P.J. Dijkema mevr. drs. M.J. Hilders dhr. J. de Hoog dhr. J. de Jong dhr. dr.ir. A.J. Middendorp dhr. drs. L.W. Nanninga mevr. dr.ir. M.P.M. Ruijgh-van der Ploeg dhr. ir. B. van der Veer hoogheemraad, voorzitter hoogheemraad, vicevoorzitter categorie ongebouwd categorie ingezetenen, PvdA categorie ingezetenen, VVD categorie ingezetenen, CDA categorie bedrijfsgebouwd categorie ingezetenen, AWP Delfland categorie ingezetenen. Water Natuurlijk categorie natuurterreinen secretaris voorts aanwezig: dhr. J. Dragt mevr. ir. T.A. van Heijst dhr. ir. F.H.H. Hottinga dhr. ing. J.W. van Liere dhr. ing. L. Maarse Voorafgaand aan de commissievergadering is de presentatie Technische Automatisering gehouden. 01 Opening, vaststelling agenda De voorzitter opent om uur de vergadering. Op verzoek van de heer Middendorp worden hamerstuk 03 en informatiestuk 5.01 bespreekstukken. Op verzoek van de heer Canton worden hamerstuk 03 en informatiestuk 5.02 bespreekstukken. Op verzoek van mevrouw Ruijgh worden hamerstuk 05 en informatiestuk 5.03 bespreekstukken. Op verzoek van de heer J.B. van den Berg wordt hamerstuk 05 een bespreekstuk. De heer Dijkema vraagt waarom de kadeverbetering van de Commandeurspolder niet op de agenda staat; er zit een project voor het aanleggen van een nvo in. De voorzitter wijst erop dat dit bij de agendacommissie dient te worden aangemeld.

2 De heer Nanninga herinnert er aan dat de statuten toelaten dat de commissie punten op de agenda plaatst. De voorzitter doet de suggestie dit te laten bespreken in de agendacommissie. Mevrouw Hilders wil , 4.07 en 5.01 en 5.02 als bespreekstuk behandelen. 04 Agendapunten voor advies 06 Investeringsplannen en kredieten Kraaiennest en peiischeiding Dorppolder De heer Van Adrichem spreekt, mede namens collega-ondernemers in de Dorppolder, in over de peiischeiding Dorppolder. Hij noemt de afspraken in het reconstructieplan om het water tussen het glasgebied en het grasgebied steeds gescheiden te houden. Op een kaart toont de heer Van Adrichem de reeds door Delfland getroffen maatregelen om dit te bewerkstelligen. In enkele sloten zijn schotten geplaatst om een nieuw peil te realiseren. Ook als schouwmeester is de heer Van Adrichem niet van deze ingrepen op de hoogte gesteld. Door de bouw van het nieuwe gemaal zal er tuinbouwwater in het landbouwgebied stromen. Het reconstructieplan heeft dertig jaar lang beloofd dat er een duidelijke scheiding zou blijven tussen glas en gras. Als landbouwer werkt de heer Van Adrichem er samen met Delfland aan om het water schoner te maken. Het mag niet gebeuren dat deze inspanningen verloren gaan door het toelaten van tuinbouwwater, waarvan de samenstelling algemeen bekend is. De heer Nanninga vraagt of de heer Van Adrichem eerder bezwaar heeft gemaakt tegen de plannen. De heer Van Adrichem antwoordt dit te hebben gedaan. Over de recente plannen is hij niet geïnformeerd. De heer Diikema vraagt of het nieuwe voorstel van Delfland adequaat is. De heer Van Adrichem antwoordt dat er veel tijd, geld en energie aan het oorspronkelijke plan is besteed; het blijft de beste oplossing. Mevrouw Ruiigh vraagt hoe het oorspronkelijke plan afgerond had moeten zijn. De heer Van Adrichem antwoordt dat het tien jaar geleden al afgerond had moeten zijn. Het noodgemaal staat er sinds 1998 en heeft te weinig capaciteit. De heer De Jong vraagt of de inspreker bij de herinrichting bezwaar heeft gemaakt tegen de bestemmingswijziging en of het voor de wateroverlast van 1998 was. De heer Van Adrichem zegt dit te hebben gedaan. De bezwaren zijn gehonoreerd. Het speelde voor de wateroverlast van De heer Diikema vraagt of er nu gaat gebeuren wat de inspreker bepleit en hoeveel draagvlak er bij de grondeigenaren is. De heer Van Adrichem antwoordt niet over de officiële plannen te beschikken. Hij is apert tegen een vrije instroming van water uit het tuinbouwgebied. Mevrouw Hilders zegt dat de plannen een peiischeiding beogen. Zij vraagt wat er moet gebeuren om dit te bereiken. De heer Van Adrichem geeft aan in 2004 met Delfland tot een compromis gekomen te zijn over de manier om glas en gras te scheiden.

3 02 Vaststelling van de notulen van de vergadering van de commissie op 29 november 2011, inclusief actielijst De tekst en naar aanleiding van de notulen Pagina 16. De heer Nanninga vraagt wat het tijdpad van het boezemsysteem Monster is en hoe er naar de bewoners wordt gecommuniceerd. Portefeuillehouder Van den Berg zegt toe het antwoord in een voetnoot bij de notulen op te nemen. 1 Mevrouw Hilders mist de informatieve brief over de bestuursovereenkomst water en klimaattafel en de bestuursovereenkomst zelf. De voorzitter zegt toe dit uit te zoeken. 2 De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van de actielijst Nr. 1 Portefeuillehouder Van den Berg deelt mee dat de partijen niet tot elkaar zijn gekomen. Het finale bod door Delfland is niet geaccepteerd. In D&H worden de volgende stappen bepaald. De heer Middendorp vraagt een toelichting. De secretaris zegt dat het de bedoeling is om in de volgende commissievergadering met een voorstel te komen. Mevrouw Hilders oppert er via mediation uit te komen. Portefeuillehouder Van den Bero antwoordt dit mee te nemen naar D&H. Nr. 2. Afgehandeld. De heer Middendorp wijst op de hoge telemetriekosten. Portefeuillehouder Van den Bero zegt dit mee te nemen. Nr. 3. Geagendeerd voor vandaag. Nr. 4. Zal bij de Kadernota worden gepresenteerd. Nr. 5. Komen terug bij de evaluatie van het peilbesluit. 03 Mededelingen Portefeuillehouder Van den Berg deelt mee dat er een overzicht van de knelpunten in de polders volgt. 3 Er wordt een oplossing gezocht voor de bezweken duiker aan de Nieuwkoopseweg. Er wordt met de bewoners gecommuniceerd. Het gaat om een diepliggende duiker die twee polders met elkaar verbindt en onder een watergang lek is geraakt. i 2 3 Het resultaat van de studie zal niet actief worden gedeeld. In overleg met de gemeente Westland zullen de bewoners nabij de duiker Geestweg worden geïnformeerd. De bestuursovereenkomst Water- en Klimaattafel en bijbehorende brieven van het Hoogheemraadschap van Rijnland en Waterkader Haaglanden, zijn als bijlagen bij dit verslag gevoegd. Zie de bij dit verslag gevoegde knelpuntenkaart wateroverlast polders en de memo Toelichting knelpuntenkaart wateroverlast polders.

4 De voorzitter meldt dat per % van het glastuinbouwgebied op het riool is aangesloten, 40% deels en 10% niet. De plannen liggen op schema. Zoals het er nu uitziet, zou de voorgenomen 90% gehaald kunnen worden; er komt een memo hierover in de commissie van april. Het punt staat ook op de agenda van gemeenten, bedrijfsorganisaties en bedrijfsleven. Het zwemwater komt bij de Kadernota aan de orde. In de Dobbeplas wordt voortvarend aan het zwemwater gewerkt. Over de Krabbeplas is binnenkort overleg met Groenservice Zuid- Holland (GZH) als uitvoerder van het Recreatieschap Dobbeplas. Voor de Bonnenpolder ligt de verantwoordelijkheid bij verschillende overheidspartijen. Delfland heeft verschillende maatregelen uitgevoerd, waaronder de verbreding van de Krimsloot en de aanpassing van het gemaal. Verder is een watersysteemanalyse uitgevoerd die is gepresenteerd tijdens het bestuurlijk overleg met Hoek van Holland. De heer J.B. van den Berg vraagt of de problemen van de heer Vreugdenhil zijn opgelost. De voorzitter antwoordt dat er een afspraak is gepland met de stichting De Bonnen om dit te bespreken. 04 Agendapunten voor advies 06 Investeringsplannen en kredieten Kraaiennest en peiischeiding Dorppolder 4 Portefeuillehouder Van den Berg zegt dat de investeringen voor het Kraaiennest in de W- vergadering van september zijn aangehouden. Het huidige strand moet ook weer terugkomen. De heer Nanninga vraagt of het niet mengen van het water van glas en gras een uitgangspunt is. Hij vraagt of de aanvullende eisen van het recreatieschap redelijk zijn en tot extra kosten leiden. De heer Middendorp vraagt waarom er nu al krediet beschikbaar moet worden gesteld; er moet toch alleen onderzoek worden gedaan? De kosten van het verplaatsen van het strand en het baggeren van de sloot zijn niet opgenomen. Hij vindt 4 miljoen euro voor een gemaal veel geld en vraagt een toelichting. De heer Middendorp vraagt hoe de peiischeiding is of wordt gerealiseerd. De mobiele pomp staat er sinds Hij vraagt hoe de investering/rente van de mobiele pomp wordt afgewogen. De heer Middendorp vraagt een toelichting op het vervangen van zes duikers door één exemplaar. Hij vraagt of er gekeken is naar het opkomen van zoute kwel bij bemaling in de Zuidpias. De heer Canton benadrukt dat Delfland het probleem van het zwemwater niet moet oplossen voor de gemeenten die hun zwembaden sluiten. Met de eisen van het recreatieschap moet terughoudend worden omgegaan. In hoeverre beïnvloedt een hondenzwemplaats de waterkwaliteit? Hij vraagt of Delfland zeggenschap heeft over de kostenverdeling op pagina 2 en 3. Het is de heer Canton niet duidelijk welk water op pagina 7 bedoeld wordt. Welk water wordt er niet vuiler? Mevrouw Ruiigh vraagt of het noodzakelijk is om beide investeringsplannen in één voorstel te brengen. Zij oppert het te splitsen teneinde vertraging bij het Kraaiennest te voorkomen. Mevrouw Ruijgh vraagt of het college akkoord gaat met de eisen van het recreatieschap. Zij vraagt hoe de bezwaren van de inspreker weerlegd kunnen worden. Uit het stuk is niet op te maken hoe Delfland omgaat met het stromen van water uit het glastuinbouwgebied naar het landbouwgebied. Zie het W-voorstel Investeringsplan en krediet inrichting Kraaiennest als waterberging en het W-voorstel Investeringsplan en krediet bemaling Dorppolder.

5 De heer De Hoog vraagt wat de oorzaak van het ondiepe water in de Dorppolder is. Is hier sprake van achterstallig onderhoud? Hij betreurt het dat er geen overleg met de bewoners is geweest over de maatregelen in de Dorppolder. De heer De Jong merkt op dat het ongenoegen in de omgeving is ontstaan doordat het Kraaiennest nog steeds niet als waterberging gebruikt kan worden. Een noodsituatie vraagt om onorthodoxe maatregelen. De vragen van de heer De Jong in de VV over het zwemwater zijn niet beantwoord omdat het stuk is teruggenomen. De vragen staan niettemin nog open. Delfland wilde de Zuidpias als berging gebruiken, maar er lag een strandje. Het zwemstrand zou worden verlegd. Uit de stukken blijkt dat het oude strand blijft bestaan en er een nieuw strand bij komt. Er is geen zwemmer te zien. Waarom wordt er vastgehouden aan het bemalen van de Zuidpias? Door het tijdig openen van de overloop van de Zuidpias naar de Noordpias hoeft er minder bemaald te worden. De heer De Jong oppert de Noordpias als tweede berging te gebruiken. De heer J.B. van den Berg maant tot snelle uitvoering van de reconstructie Dorppolder. Hij vraagt of het baggeren over Dorppolder-Noord of -Zuid gaat. Hebben de schouwmeesters hier invloed op gehad? De heer J.B. van den Berg vindt de opmerking, dat het niet alleen met baggeren op te lossen zou zijn, onzin. Als de sloot aan de legger moet voldoen, moet de aannemer meer baggeren. De heer Diikema vraagt wie voor welke kosten opdraait bij het verplaatsen van het strand. In hoeverre is hier met het recreatieschap over gesproken? Wie zwemt er in de plas? Hij vraagt opheldering over de duurzaamheid in de Dorppolder; het voorstel lijkt met het toelaten van water van glas naar gras geen duurzaamheid te beogen. De heer Dijkema stelt voor, wanneer de maatregelen niet tot tevredenheid van de inspreker worden uitgevoerd, geen geld uit te geven voor de vispasseerbaarheid van het nieuwe gemaal. De waterkwaliteit in de Dorppolder-Noord is dan immers zodanig dat er geen vissen in zullen voorkomen. Mevrouw Hilders stelt dat de bedragen onder 1, 2, 3 en 4 op de voorpagina niet optellen tot het gevraagd besluit. In plaats van op 5,4 miljoen euro komt zij op 4,8 miljoen euro uit. Zij nam aan dat de investeringen nodig waren om het water van glas en gras gescheiden te houden. Waarom wordt er zoveel geld uitgegeven als het voorstel hieraan niet meer voldoet? Mevrouw Hilders is er met mevrouw Ruijgh voor om het voorstel te splitsen en zij is het eens met de opmerkingen over het recreatieschap. De voorzitter legt uit dat Delfland het recreatieschap heeft gevraagd of het zwemwater gehandhaafd moet blijven. Het recreatieschap blijft bij de eis, want zij willen het juist upgraden. De W wil geen extra geld besteden aan (verplaatsen van) het strand. Het is voor Delfland geen prioritair zwemwater. De nieuwe gemalen zitten in het programma Voldoende Water. Portefeuillehouder Van den Bero stelt dat Delfland een waterberging moet realiseren. Het strand moet daarbij worden teruggelegd. De investeringsplannen voor het Kraaiennest en de Dorppolder zijn al gescheiden. Het gaat om een krediet om de plannen tot een definitief ontwerp uit te werken. Mevrouw Ruiigh merkt op dat er gevraagd wordt om een definitief ontwerp te maken voor één alternatief. Dat alternatief wordt vastgesteld met het vaststellen van het investeringsplan. Portefeuillehouder Van den Berg stelt dat er al een watergang vlak langs het glasgebied ligt, waarin een duiker uitkomt. De watergang komt uit op de plek waar het gemaal komt. In de voorliggende variant blijven alle verbindingen naar de sloten open. Alle watergangen kunnen blijven afwateren op de watergang langs het glasgebied. Het gemaal zorgt voor de afstroom. De noodpomp moet, mede om vergunningtechnlsche redenen een keer weg. De ondiepte geldt vooral voor de hoofdwatergang. Om de waterkwaliteit van de Zuidpias geschikt te houden voor zwemwater, moet er geen verbinding met de Noordpias worden gemaakt. Van de verbinding moet alleen in uiterste noodzaak gebruik worden gemaakt. Bij nieuwbouw wordt ieder gemaal visvriendelijk aangelegd; de kosten voor het visvriendelijk maken zijn beperkt.

6 Mevrouw Van Heiist legt uit wat het voorstel voor de Dorppolder behelst. De variant met keerschot en dam lijkt de beste oplossing van de drie bestudeerde varianten. Kosten, robuustheid en het gebrek aan draagvlak hebben de andere varianten doen afvallen. Daarom wordt de variant geadviseerd, waarbij de verschillende waterkwaliteiten alleen in de hoofdwatergang bij elkaar komen en richting boezem worden afgevoerd, uit te voeren. Er is in principe een peiischeiding, maar niet in de hoofdwatergang. De voorzitter stelt voor de varianten en bijbehorende kosten aan het verslag te hechten en het onderwerp als bespreekstuk voor de W te blijven agenderen. Tweede termijn De heer Nanninga verzoekt zijn vraag over de kosten voor de vispasseerbaarheid van het gemaal mee te nemen. De heer Middendorp stelt dat de provincie de bestemming van het huidige zwemwater bepaalt. Hij vraagt ook de er nu buiten gehouden kosten mee te nemen. De heer Middendorp is niet tevreden over het voorstel. Het is de heer Canton niet duidelijk of de waterkwaliteit minder wordt of niet. Mevrouw Ruijgh vindt het belangrijk dat het Kraaiennest eindelijk op orde gebracht wordt. Het recreatieschap stemt ermee in dat Delfland het op deze manier oplost. Zij stemt in met het investeringsplan, punt 1 en 2. Het is mevrouw Ruijgh niet duidelijk of het plan voor de Dorppolder adequaat is. Zij stemt niet met 3 en 4 in en vraagt om een betere onderbouwing van het plan. De heer De Hoog vraagt waarom de sloten zo ondiep waren. Hij betreurt het dat er geen overleg met andere partijen dan het recreatieschap is geweest. De heer De Jong pleit ervoor het Kraaiennest snel beschikbaar te maken voor waterberging. Hij verwacht een verbetering van de waterkwaliteit als het hele gebied op het riool is aangesloten. Bij grote hoeveelheden water gaat het om hemelwater. Dat is hetzelfde water als wat er op het glas valt. De heer De Jong stemt in met de punten 1 en 2. Er moet een onderbouwd plan komen voor het gemaal en de keerschotten. De heer J.B. van den Berg ziet graag dat het water uit het tuinbouwgebied naar het Kralingerpoldergemaal gestuurd wordt. Is dit idee verlaten? Bij calamiteiten stijgt het water snel en treedt er in het voorliggende plan watervermenging op. Het verplaatsen van de zwemplas kan duurder uitvallen dan het voor berging geschikt maken van de Noordpias. De zonneweide wordt goed gebruikt, maar het aantal zwemmers is beperkt. De heer J.B. van den Berg vindt het jammer dat het recreatieschap aan de eisen vasthoudt. De heer Dijkema gaat akkoord met de punten 1 en 2. Hij oppert het recreatieschap te wijzen op de andere taken van Delfland dan het faciliteren van recreatie. De heer Dijkema wil de variant voor de Dorppias verder uitgewerkt zien. Als de grondeigenaren zich niet inschikkelijk opstellen, komt er noch voor de grondeigenaren, noch voor Delfland een optimale oplossing. Mevrouw Hilders gaat akkoord met de punten 1 en 2. De plannen voor de Dorppolder zijn niet effectief. Zij vraagt te onderzoeken of er een betere oplossing is en de toegezegde scenario's ook te toetsen op situaties bij extreme droogte of extreme neerslag. De voorzitter wijst op pagina 7, waar gesteld wordt dat er geen effecten zijn op de waterkwaliteit (stand-still principe) en het in beperkte mate gunstig is voor de zwemwaterfunctie. De voorzitter schorst de vergadering voor kort overleg. De voorzitter heropent de vergadering. Zij zegt regelmatig contact met het recreatieschap te hebben.

7 De secretaris zegt het volgende toe: Voorliggend voorstel wordt gesplitst in twee W-voorstellen: 1. Voorstel vaststelling investeringsplan Waterberging Kraaiennesten krediet Waterberging Kraaiennest voor het uitwerken tot DO (gevraagd besluit I en II van voorliggend voorstel). 2. Voorstel vaststelling investeringsplan Gemaal en keerschot Dorppolder-noord en krediet Gemaal en keerschot Dorppolder-noord (gevraagd besluit III en IV van voorliggend voorstel). Aandachtspunt is dat voor de W inzichtelijk wordt gemaakt hoe de twee VV-voorstel len zich tot elkaar verhouden. Voorstel 1 - Vaststelling investeringsplan Waterberging Kraaiennest en krediet Waterberging Kraaiennest voor het uitwerken tot DO-niveau - De drie varianten voor de peiischeiding worden inzichtelijk gemaakt. - Bij de afwegingen wordt aangegeven hoe de varianten werken bij extreme droogte en extreme wateroverlast. Aandacht voor communicatie richting het Recreatieschap Midden-Delfland zal worden meegenomen bij het volgende bestuurlijke overleg. Daaropvolgend wordt een bestuurlijke brief verzonden. Voorste/ 2 - Vaststelling investeringsplan Gemaal en keerschot Dorppolder-noord en krediet Gemaal en keerschot Dorppolder-noord - Er wordt aandacht besteed aan de extra kosten voor het vispasseerbaar maken van het nieuwe gemaal. - De tekst op het gebied van duurzaamheid wordt aangepast (de tekst moet aansluiten op de inhoudelijke oplossingsrichting). De voorzitter zegt voor de volgende commissievergadering een presentatie toe met technische uitleg over natuurvriendelijke oevers, vispaaiplaatsen en vispassages. Mevrouw Ruijgh verzoekt ook te vermelden in welke mate het tuinbouwgebied al op het riool aangesloten is. 5 De heer Middendorp merkt op dat de vragen uit de eerste termijn ook niet in de tweede termijn beantwoord zijn. Deze gang van zaken moet een uitzondering blijven. 04 Alternatief afvoertracé Pijnackerse Vaart 6 Mevrouw Hilders vraagt hoe het oppervlak aan nvo's is gemeten. Gaat het alleen om het onderwaterdeel? Zij geeft aan dat er een goede reden is om het bovenwaterdeel ook mee te rekenen. Het vergroot de afstand tussen agrarisch gebruik en het water, waardoor er minder mest en gewasbeschermingsmiddelen in de sloot terechtkomen. Het voorstel van het college is onduidelijk over wat er wel en geen deel uitmaakt van de KWR-resultaatverplichting. Een waterkwaliteitmaatregel dient uit Schoon Water gefinancierd te worden. Er is tegenstrijdige informatie over wat er wel en niet tot de KRW behoort. De risico's zijn groot. Hoeveel duurder kan het worden en om welke maatregelen gaat het? Hoeveel wordt het duurder door de fietstunnel? Nvo's en vispaaiplaatsen worden niet opgenomen in het bestemmingsplan. Wat verhindert opname in het bestemmingsplan? De heer Dijkema vraagt of de investering van 12 miljoen euro gaat over het tracé of over de nvo's. Om hoeveel kilometer watergang gaat het? Hoeveel oppervlak nvo's komt er? Staan de kosten in verhouding tot wat elders in het gebied aan dit soort zaken wordt besteed? De heer J.B. van den Berg onderschrijft de urgentie van het ontlasten van de Pijnackerse Vaart. Het nieuwe tracé loopt ook door een andere polder. Betekent dit het samenvoegen van twee polders? Het risico van vertraging door grondonteigening moet goed in beeld worden 5 In principe moet in % van de tuinbouwbedrijven aangesloten zijn op het riool. 6 Zie herziene vertrouwelijke bijlage II Vertrouwelijke kredietaanvraag.

8 gebracht. De heer J.B. van den Berg vraagt naar de mogelijkheden van een tracé langs de N470. De toename van het verharde oppervlak is een risico. Wat doet de gemeente aan een waterbergende functie in de bebouwde gebieden? De heer De Jong merkt op dat de gemeente Delft nogal wat eisen stelt; er moeten een fietspad en tunnel onder de AIS komen. Hoe groot is de kostenverhoging en welk gevolg voor de uitvoeringstijd heeft dit? Hij heeft vragen over de bedragen en het eindbedrag in de vertrouwelijke bijlage. De heer De Hoog stelt dat de brug naar Emerald een vernauwing in de Pijnackerse Vaart oplevert. Hij noemt het alternatief via de boezem en de Oude Leede, die ook in de Karitaatsloot uitkomt. De heer De Hoog vraagt zich af wie de nvo's midden in het land ziet. Hij maant tot voorzichtigheid ten aanzien van de onbekende bodemverontreiniging. Mevrouw Ruijgh zegt dat volgens opgave de risico's bij het alternatieve tracé laag zijn. Het gaat voornamelijk om grondverwerving. Wat betekent dit voor de realisatietermijn? En voor de kosten? Wat is de onzekerheidsmarge van het definitief ontwerp? De heer Canton vraagt wat de afwegingen waren om de beide andere alternatieven te beoordelen als medium duurzaam. De heer Middendorp vraagt of de nvo 5 m breed is en of hiermee de programmadoelstellingen tot 2015 worden gehaald. Hij wijst er op dat het informeren van de belanghebbenden geen beheersmaatregel is. Moet er meer worden gedaan zonder dichter bij het KRW-doel te komen? De heer Middendorp vraagt een toelichting op de onderdoorgang van de AIS, zoals die op het kaartje is weergegeven. De heer Nanninga waardeert de weergave van de afwegingen. Hij vraagt welk deel van de nvo's onder water zit. De voorzitter legt uit dat het voorstel eerder in een informatieve W aan de orde is geweest. Toen is er gevraagd of er alternatieven waren. Er is uitdrukkelijk naar de alternatieven gekeken. De risico's zijn nadrukkelijk in beeld gebracht. De criteria voor nvo's, zoals gesteld door mevrouw Hilders, worden meegenomen in het proces van de Kadernota. De nvo's kunnen niet meegerekend worden voor de resultaatverplichting. Er is geen duidelijke relatie met de waterkwaliteit volgens de definitie van de KRW. Als de afvoer wordt vergroot, wordt het waterlichaam groter. Verder geldt het stand-still principe: als er elders gebied verloren gaat, moet de waterkwaliteit minstens zo groot blijven. De aanleg van fietspaden zit niet in het waterbeheersplan. Het heeft wel de aandacht van de gebiedspartners. Met de nvo's kunnen extra meters worden gerealiseerd. Aan de westzijde komt Delfland meters tekort. Helaas kunnen die niet met de meters aan de oostzijde worden gecompenseerd. De heer Hottinga. programmamanager Schoon Water verwijst voor de breedte van de nvo naar de tekening in bijlage 1. De begrenzing van het waterlichaam wordt gevormd door de Zuideindseweg. Aan de rechterzijde van de Zuideindseweg komt een nvo van 3 m breed. De breedte van de nvo aan de linkerkant kan nog niet worden aangegeven.; er zal zo veel mogelijk aan de KRW van 2015 worden voldaan. De heer Van Liere. projectleider geeft aan dat het alternatieve afvoertracé aan de oostzijde in het bestemmingsplan is opgenomen, maar niet aan de zijde van de gemeente Delft. Nvo's en vispaaiplaatsen worden in het bestemmingsplan opgenomen. De heer Dijkema vraagt wat er tegen is om de nvo 5 m breed te maken. De programmamanager antwoordt dat de kosteneffectiviteit hier een rol speelt; het onderhoud wordt duurder. Portefeuillehouder Van den Berg meldt dat het onderzoek naar de risico's aan de westkant van de AIS in april klaar is. Met de gemeente Delft is overeengekomen dat er geen vertraging in de realisatie van het alternatieve afvoeren mag optreden. De mogelijke combinatie van

9 fietstunnel en watergang mag niet tot meerkosten leiden. Er liggen al twee duikers onder de A13. Het tracé langs de N470 zou een extra onderdoorgang onder de N470 eisen. Nu ligt het tracé op de scheiding van de percelen van de grondeigenaren. Grondverwerving blijft een risico. Het tracé via de Oude Leede is niet geschikt; er zitten zwakke stukken in. Het zou geen toekomstbestendlge oplossing zijn. Tweede termijn De heer Nanninga vraagt om een definitie van nvo's. De voorzitter kondigt aan vooraf aan de volgende commissievergadering een presentatie te plannen over nvo's, vispaaiplaatsen en andere onderwerpen. De heer Middendorp heeft er geen goed gevoel bij om de KRW-doelstellingen nog in het ontwerp te gaan zoeken, zeker niet wat de vispaaiplaatsen betreft. Mevrouw Ruiigh stelt dat de risico's voor de grondverwerving laag worden ingeschat. Hoe laag is dat? En waar zitten de risico's voor de kosten? Welke mogelijkheden zijn er om de reeds verworven grond in te zetten? Wat gebeurt er met deze gronden als zij niet kunnen worden gebruikt? De heer De Jong herhaalt zijn vraag over de som van de kosten in de vertrouwelijke bijlage. De heer J.B. van den Berg vraagt in hoeverre de grondverwerving voor vertraging kan zorgen. Mevrouw Hilders ondersteunt de vraag naar definities van nvo's. Zij vraagt hoe de kruising met het tracé van Tennet zit. De voorzitter zegt te weten waar welke meters voor Schoon Water worden gezocht. In de bijlage wordt de vispaaiplaats in de Paddestoel genoemd. Zij kan niet aangeven hoeveel geld er in de reeds verworven gronden is geïnvesteerd. Mevrouw Ruiigh vindt dat het college de vraag in de notulen moet beantwoorden. In een voetnoot in het verslag wordt de vraag beantwoord hoe Delfland omgaat met de eigendom van De Paddestoel. 7 Portefeuillehouder Van den Berg geeft aan dat het om één polder gaat: de Zuidpolder van Delfgauw. De proiectleider legt uit dat de hoogspanningsleiding van Tennet wordt gekruist. Er zijn afspraken met Tennet gemaakt dat zij hun leiding verdiept aanleggen. De eisen aan de uitvoering van de watergang als de leiding in bedrijf is, zijn niet bekend. De grond is nog niet aangekocht. Er zijn gesprekken gevoerd met de eigenaren van de grond. Bij onteigening moet rekening gehouden worden met een vertraging van anderhalfjaar. Er wordt gestart met minnelijke verwerving, maar er wordt aangegeven dat een onteigeningsprocedure zal worden gestart. Verschillende leden van de commissie manen de onteigeningsprocedure tegelijkertijd met de minnelijke verwerving te starten. De proiectleider geeft aan waar de bedragen in de vertrouwelijke bijlage kunnen worden gevonden en hoe zij tot stand zijn gekomen. De heer De Jong neemt geen genoegen met de uitleg. Delfland is geen eigenaar van het perceel Paddestoel.

10 10 De voorzitter zegt toe uit te leggen waaraan het geld is besteed. In een voetnoot in het verslag wordt de opbouw van de kosten aangegeven. 8 De voorzitter stelt vast dat het plan, in afwachting van de beantwoording van de vragen, als bespreekstuk naar de W kan. 03 Watergangen Rijckevorselsesluis De heer Middendorp vraagt wat er met de beschoeiing van vijfjaar geleden is gebeurd en wat er nu nieuw is, wat toen niet opgepakt kon worden. De heer Canton vraagt naar de argumenten voor de nieuwe beschoeiing. Mevrouw Ruijgh onderschrijft de vraag van de heer Canton. De heer Dijkema stelt dat er uitgebreide berekeningen zijn gemaakt over de stroomsnelheid in het Oranjekanaal. Hij vraagt of de problemen voorzien konden worden. Mevrouw Hilders noemt het een voorbeeld van beslisinformatie die beter kan. Zij vraagt waarom het zo lang duurt. Er zijn eigenaren waar de grond wegstroomt. De beschoeiing moet door de bewoners worden onderhouden. Hoe is dit contractueel vastgelegd? De heer Nanninga vraagt om hoeveel meter het gaat en of er fauna uittreedplaatsen (FUP's) zijn. Portefeuillehouder Van den Berg antwoordt dat ervoor zal worden gezorgd dat er fauna uittreedplaatsen komen. De stroomsnelheid in de watergang is te hoog. De oplossing is een beschoeiing waarbij de stroomsnelheid goed geleid wordt en er geen oeverafkalving plaatsvindt. De programmamanager legt uit dat verbreding, vanwege de kosten, geen alternatief was. De onderhoudsplicht ligt bij de particulieren en wordt in de legger vastgelegd. Er zal met de bewoners over worden gecommuniceerd. De heer Canton vindt het teleurstellend vragen te moeten stellen over de afwegingen die hebben plaatsgevonden. De voorzitter stelt vast dat het voorstel, met inachtneming van de opmerkingen, met een positief advies naar de VV kan. 05 Lokale knelpunten waterkwaliteit 9 Mevrouw Hilders wil weten welke knelpunten afgevallen zijn en aan welke criteria de knelpunten zijn getoetst. De heer Diikema maakt zijn complimenten over het stuk. Er is gedegen werk geleverd volgens een gestructureerde aanpak. De heer J.B. van den Berg sluit zich daarbij aan. Een belangrijk knelpunt ontbreekt: de riooloverstort Schipluiden. De voorzitter geeft aan dat dit in de tweede ronde is ingebracht, maar het niet bekend is of het knelpunt daarin zal worden geselecteerd. De heer De Hoog mist de knelpunten in Oostland. Hij maant knelpunten in de toekomst te voorkomen. 8 Zie de vertrouwelijke bijlage Overzicht van het uitgavenpatroon van het huidig krediet van het Alternatief Afvoertracé Pijnackerse Vaart. 9 Zie de bij dit verslag gevoegde bijlage.

11 11 Mevrouw Ruiiah mist de investeringen voor de Molenbuurt Maassluis ten bedrage van euro in bijlage 2. Omdat zij het voorstel niet kan beoordelen, is zij tegen. De heer Middendorp vindt niet duidelijk in het investeringsplan terug wat er moet gebeuren en wat hij moet goedkeuren. Bij een aantal knelpunten wordt aangegeven dat nader onderzoek noodzakelijk is. Dit onderzoek had al uitgevoerd moeten zijn. De opmerking dat de zoute kwel door natuurvriendelijke oevers wordt opgelost, bevreemdt de heer Middendorp. De heer Nanninga vindt het een inzichtelijk document. De voorzitter geeft aan dat het document het resultaat van de eerste ronde is. Er wordt met diverse partijen over andere knelpunten overlegd. De voorzitter zegt tóe de afgevallen knelpunten bij het verslag te voegen. De knelpunten in Oostland komen bij de tweede ronde naar voren. Het gaat niet om achterstallige zaken, maar om zaken waarvoor niemand verantwoordelijk is. Mevrouw Van Heiist legt uit wat de plannen in de Molenbuurt in Maassluis zijn. Er komt een extra inlaat in de Molenbuurt. Er worden een duiker plus twee keerschoten geplaatst, zodat het water op goede wijze door de wijk stroomt. De afvoer blijft ongewijzigd. De heer De Jong wijst op de nieuwe Burgemeesterswijk, die vrijwel op Deltahoogte ligt en hij wijst op de passage van de Maasdijk. Mevrouw Ruijgh merkt op dat zij op deze wijze geen besluit kan nemen. De voorzitter legt uit dat er gevraagd wordt om een investeringsplan van euro vast te stellen. Het krediet van euro voor de Molenwijk is bestemd voor het uitwerken van een definitief ontwerp. De secretaris verduidelijkt dat de VV tweemaal benaderd wordt: voor het maken van een definitief ontwerp en voor een uitvoeringskrediet. Op basis van het definitieve ontwerp komt er opnieuw een voorstel voor het realiseren naar de commissie. De voorzitter stelt voor het als bespreekstuk naar de W door te geleiden. Zij zegt toe de afwegingen toe te sturen. De heer De Jong stelt dat het in Maassluis om dood water gaat dat er al dertig jaar zit. De voorzitter zegt toe de criteria en afwegingen duidelijk te maken en toe te zenden. Ook de onderzochte alternatieven worden uitgelegd. Mevrouw Ruijgh vraagt wat er in een periode van droogte met het water in de wijk gebeurt. Hoe kan ervoor worden gezorgd dat er altijd water in de watergangen in de wijk komt te staan? Er is immers geen andere toevoer van water. Wordt hier in de zomer een stinkende sloot gecreëerd? Wat betekent dit voor de doorspoeling in de Oranjepolder? De heer De Jong zegt dat het probleem in de Oranjepolder wordt vergroot. De voorzitter stelt dat het voorstel als bespreekstuk naar de W gaat. 07 Uitsplitsing investeringsplan/ontwerpkrediet vispassage Lage Abtwoudsche Polder Portefeuillehouder Van den Berg neemt het voorzitterschap over. De heer Middendorp merkt de grote bandbreedte in de kosten op. Kunnen de kosten voor een vispassage niet nauwkeuriger worden ingeschat? De heer Canton vindt het kwalijk dat er gesproken wordt over de beschadiging van vis. Hij geeft de voorkeur aan verwonding van vis.

12 12 Mevrouw Ruijgh maakt complimenten over het goede voorstel. De heer J.B. van den Berg zou graag een schetsontwerp zien dat voor meerdere polders gebruikt kan worden. De heer Diikema noemt het oorspronkelijke bedrag van euro. Nu is het bijna driemaal zoveel. De pompen in het gemaal zijn al visveilig; er zijn alleen kleine aanpassingen nodig. Klopt het hoge bedrag? Hij oppert de projecten te evalueren op het vispasseerbaar maken en ook op de SSK-raming zelf. Mevrouw Hilders maakt zich zorgen over de geringe voortgang bij de resultaatgerichte vispassages. Zij wil weten hoe het staat met de resultaatverplichting Zijn er voldoende middelen beschikbaar voor de KRW-verplichte vispassages? Portefeuillehouder Ter Woorst neemt de opmerking van de heer Canton mee. In het programma Schoon Water is een evaluatie voorzien. De portefeuillehouder zegt een evaluatie van de SSK mee te nemen naar het college. Het budget voor de KRW-resultaatverplichting zit niet in de het budget voor de inspanningsverplichting. De programmamanager legt uit dat het bedrag zo hoog is omdat het om een investeringplan gaat. Het investeringsplan is gebaseerd op een schetsontwerp dat verder uitgewerkt moet worden. Hiervoor wordt een ontwerpkrediet aangevraagd. Als het ontwerp gereed is, wordt er een gedetailleerde raming gegeven. Bij het schetsontwerp zijn er veel onzekerheidsmarges, die volgens de SSK-systematiek benoemd moeten worden. Het wil niet zeggen dat het gemaal daadwerkelijk zo veel gaat kosten. Er is sprake van civiele en bouwkundige voorzieningen. Daar is een bedrag voor in de SSKraming opgenomen. Er zijn ook elektrotechnische voorzieningen. Deze tezamen vormen de bouwkosten. Daarnaast zijn er opslagen voor de voorbereldingskosten, bijkomende kosten en onvoorzien. De secretaris zegt toe dat in een voetnoot in het verslag de kosten worden geconcretiseerd. 10 De voorzitter concludeert dat het voorstel, met de toelichting, als hamerstuk naar de W kan. Mevrouw Ter Woorst neemt het voorzitterschap weer over. 05 Agendapunten ter informatie 01 Analyse boezemsysteem Monster De heer Middendorp verzoekt de verbinding Zwartedijk te heroverwegen. Mevrouw Ruijgh vraagt hoe de watertoets wordt ingezet bij dit bestemmingsplan. 10 Voor het gemaal Lage Abtswoudsche polder worden de volgende maatregelen voorgesteld: Omdat het vismigratieknelpunt tweezijdig vispasseerbaar dient te worden gemaakt zal naast de bestaande pomp ook een vispassage moeten worden opgenomen. Dit is complexer dan het op het eerste gezicht lijkt: weliswaar kan daarbij gebruik gemaakt worden van de bestaande inlaat, maar dat neemt niet weg dat er aanvullende maatregelen moeten worden genomen: 1. civiel- en bouwtechnische maatregelen zoals het plaatsen van een pomp en het aanpassen van de in- en uitstroombak. 2. Aanpassingen op elektrisch gebied (voor de pomp als voor het opwekken van een lokstroom) als ook aanpassing van de automatisering. 3. Kosten voor engineering, directie en toezicht. 4. Bijkomende kosten, zoals monitoring, bouwrente en onvoorzien. Al met al is hier een voorbereiding van 6 maanden en een bouwtijd van circa 3 maanden mee gemoeid. Dit verklaart de kosten van deze vispassage.

13 13 Mevrouw Hilders stelt dat het vaststellen van een brief aan de W geen bevoegdheid van de commissie is (punt 4). Portefeuillehouder Van den Berg stelt dat de duiker een verantwoordelijkheid van de gemeente is. De boezem is de verantwoordelijkheid van Delfland. De projectleider, de heer Maarse. legt uit dat er naar de normen van de provincie gekeken is. In de Kadernota staat Monster als een potentieel knelpunt. Volgens de waterverordening voldoet Delfland aan de eisen van de provincie. Delen van het gebied hebben de bestemming glastuinbouw, maar zijn nog niet bebouwd. Bij bebouwing wordt er niet meer aan de norm voldaan. Daarop is geanticipeerd met een gebiedsproces. Het advies is om de kassen voldoende op te hogen. De heer Middendorp constateert dat Delfland door de nieuwe rekentechniek net binnen de norm blijft. Dat is iets anders dan aan de norm voldoen. 02 Raambrief KRW De heer Canton vraagt hoe hard de afspraken zijn. In hoeverre kunnen gemeenten en andere partners er onderuit? Hij neemt aan dat de selectie van de vispaaiplaatsen, inclusief afwegingskader, in de commissie wordt besproken. Mevrouw Hilders gaat ervan uit dat colleges worden afgerekend op het onderwaterdeel van nvo's. Zij pleit ervoor duidelijk te maken wat er van gemeenten wordt verwacht. De voorzitter stelt dat voor de afspraken de bestuursovereenkomst van 2008 de basis is. Nadere afspraken worden altijd vastgelegd. Een investeringsvoorstel komt in de commissie terug. Er is niet alleen een brief gestuurd, maar er heeft ook ambtelijk vooroverleg plaatsgevonden. De brief is ook geagendeerd voor alle bestuurlijke overleggen. 03 Brief programma Waterplan Westland Mevrouw Ruiigh stelt dat de afspraken niet zijn vastgelegd. Hoe wil Delfland omgaan met bovengemeentelijke afspraken? Portefeuillehouder Van den Berg legt uit dat er meer maatwerkoplossingen in het gebied worden gezocht. Iedere instantie is verantwoordelijk voor haar deel. De intentie is om samen op te trekken. Er wordt op een andere manier naar oplossingen gezocht. Dat levert een kostenreductie ten opzichte van vroeger op. Mevrouw Ruijgh vraagt in hoeverre Delfland zich in de onderhandelingen gedekt voelt door de W. Er zijn immers geen kaders meer. Portefeuillehouder Van den Berg antwoordt voor middelen naar de VV te komen. Er wordt nu veel sterker in een vertrouwenssfeer gehandeld. Mevrouw Ruiigh begrijpt dat er in het waterhuishoudkundige deel naar maatwerk gezocht wordt. Hoe dit financieel wordt opgelost, is haar onduidelijk. De secretaris voegt toe dat de Waterwet aangeeft hoe de weg van het water gefinancierd moet worden. Het waterschap heeft samen met de gemeenten een zorgplicht gekregen. De Waterwet geeft meer ruimte. Financieringsafspraken worden als onderdeel van het gebiedsproces meegenomen. Delfland gaat over het watersysteem, de particulier is verantwoordelijk voor de opvang en afvoer van water op zijn perceel. Over de weg van het perceel naar het oppervlaktewater moet de gemeente samen met het waterschap overleggen. Het is een onderhandelingstraject. In het geval van de gemeente Westland heeft de gemeente weinig grond; het grootste deel is bezit van particulieren. De glastuinbouwers denken samen met Delfland na over optimale oplossingen.

14 14 De heer De Jong vraagt of er iets onder het waterplan Westland komt te hangen, waar in de commissie over gesproken zal worden. De secretaris antwoordt dat het in de commissie terugkomt als er over investeringsplannen moet worden beslist. De inhoud van het programma is al eerder vastgesteld. Alleen de manier van uitvoeren is aangepast. De secretaris zegt toe de commissie te informeren over de 11 totstandkoming van de besluitvorming. 06 Rondvraag en sluiting De heer Nanninga vraagt of er bij de technische automatisering rekening wordt gehouden met visbeheer. De secretaris antwoordt dat er een module voor visbeheer in het systeem zit. Viskleppen bijvoorbeeld worden automatisch aangestuurd. Mevrouw Ruijgh pleit er voor bij dooi niet te snel te gaan malen in verband met de oeverafkalving. Portefeuillehouder Van den Berg antwoordt dat er nog steeds voorzichtig gemalen wordt waar dat nodig is. De heer Dijkema wijst op een artikel over rivierkreeften, die een plaag vormen omdat oevers aangeknaagd worden. Hij vraagt of de rivierkreeft hier ook voorkomt en wat het beleid van Delfland is. De voorzitter wijst op een opgesteld memo over exoten. 12 De voorzitter sluit de vergadering om uur. Aldus vastgesteld in de vergadering van de commissie Watersystemen - Kwaliteit en Kwantiteit d.d. 3 april I. J.A. ter Woorst ii 12 'Het programma Waterplan Westland is conform de beleidsvisie Waterplannen uitgewerkt en dient als een intentieovereenkomst tussen de gemeente en Delfland. In dit programma zijn geen investeringsplannen of - kredieten opgenomen. In de beleidsvisie waterplannen is afgesproken dan het waterplan programma ter informatie aan de verenigde vergadering aan te bieden.' Deze informatie wordt op de lijst stukken ter kennisname voor de VV van 16 februari 2012 geplaatst (en is vervolgens via de website te benaderen).