Arbeidsflexibiliteit in de gemeenten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Arbeidsflexibiliteit in de gemeenten"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT ANTWERPEN Leeronderzoek Arbeidsflexibiliteit in de gemeenten Prof. dr. Ria Janvier Stijn Bovy Katleen Janssens m.m.v. licentiestudenten PSW FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN UNIVERSITEIT ANTWERPEN

2 2 D AA NN KK WW OO OO RR DD De onderzoekers houden eraan woorden van dank te richten tot de Vlaamse steden en gemeenten die hebben deelgenomen aan de studie. Bijzondere dank gaat ook uit naar Marijke De Lange en Nele De Gols, beide stafmedewerkers van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) voor hun inhoudelijke ondersteuning. De samenwerking met Randstad hebben we zeer geapprecieerd. We danken hier Bart Decaluwé, national manager, Regine De Wilde en Lut Laleman van Randstad Public Sector voor. Ingrid Willems, wetenschappelijk medewerkster van de Onderzoeksgroep Management en Bestuur, zijn we erkentelijk voor haar suggesties bij de opmaak van de vragenlijst. Koen Pepermans, ICT expert ( en beleidsmedewerker van de Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen, heeft op zeer korte tijd van de vragenlijst een gebruiksvriendelijke en mooie webenquête gemaakt. Licentiestudenten PSW Veerle Deparcq, Annelies Frans, Ine Martens, Sigrid Mol, Vera Mols, Stien Van Eijnde, Wim vandewiele en Katrien Voets hebben een jaar lang aan dit leeronderzoek gewerkt. Ook zij verdienen een bijzondere vermelding. Antwerpen, 27 januari 2004

3 3 II NN HH OO UU DD D a n k w o o r d 2 I n h o u d 3 1 I n l e i d i n g 4 2 O n d e r z o e k s o p z e t 4 3 R e s p o n s 5 4 A n a l y s e Personeelsproblemen Ziekteverzuim Deeltijdse arbeid Loopbaanonderbreking Uitzendarbeid Gemeentelijk personeelsbeleid 23 5 B e s l u i t 25 O v e r z i c h t T a b e l l e n

4 4 11 II NN LL EE I DD I NN GG In de publieke sector wordt vandaag de dag meer en meer belang gehecht aan arbeidsflexibilisering in al haar vormen. De bevolking eist van de gemeenten een uitstekende dienstverlening die een kwaliteitstoets met de private sector kan doorstaan. Ook hogere overheden verhogen de druk op de lokale besturen door hen meer taken en bevoegdheden toe te schuiven. De gemeente als werkgever verwacht van ambtenaren multi inzetbaarheid, flexibiliteit tegenover politieke en maatschappelijke evoluties, en beschikbaarheid bij gewijzigde openingsuren (weekendwerk en evenementen). Daartegenover staat dan weer dat gemeenteambtenaren in toenemende mate zelf het recht hebben om hun arbeidstijd en loopbaan naar eigen behoeften in te vullen. Dat deze twee verworvenheden soms moeilijk te combineren zijn, wordt duidelijk als men de wetgeving bestudeert waarbinnen de gemeente (als werkgever) moet optreden als deze een flexibel personeelsbeleid, conform de noden van een professionele en klantgerichte gemeentelijke organisatie, wil voeren. Het onderwerp van dit onderzoek is hoe en in welke mate de gemeente als werkgever gebruik maakt van flexibiliteitsmaatregelen. Meerbepaald, om aan de eisen van een veranderende omgeving te voldoen. We hanteren volgende definitie: Arbeidsflexibiliteit is het vermogen van een organisatie om met arbeid te anticiperen en te reageren op wisselende eisen en veranderende omstandigheden die door de omgeving aan haar worden gesteld. Deze studie is pionierswerk. Over arbeidsflexibiliteit in de gemeenten bestaat nog niet veel empirisch materiaal. Het is dus een verkennend en exploratief onderzoek dat een stand van zaken wil geven. Dit is dan ook de reden waarom er gekozen is voor een vrij uitgebreide enquête. Deze keuze heeft enkele nadelen met zich meegebracht, die we verderop nog zullen bespreken. 22 O NN DD EE RR ZZ OO EE KK SS OO PP ZZ EE TT Door middel van een uitgebreide webenquête vroegen we alle 308 Vlaamse gemeenten naar hun ervaringen met arbeidsflexibiliteit. Uit de responsanalyse blijkt dat bijna de helft van de gemeenten de vragenlijst terugstuurde, maar dat dit met een hoge partiële 1 non respons gebeurde. Wij menen deze lage respons te kunnen toeschrijven aan enerzijds de omvang van de vragenlijst, maar anderzijds wat op zich een interessante vaststelling is aan het feit dat de meeste gemeenten niet beschikken over een uitgebreide databank met dit soort personeelsgegevens. De onderzoekers zijn ervan overtuigd dat het systematisch bijhouden van dergelijke informatie voor gemeenten van onschatbare waarde kan zijn bij het opstellen van een HR beleid. Door het exploratieve karakter en de lage respons vindt u in het beknopte onderzoeksrapport geen uitgebreide analyses of algemene conclusies. We hebben met de studie wel gepoogd om een aantal tendensen in kaart te brengen. De enquête peilt eerst naar algemene arbeidsflexibiliteit en daarna meer specifiek naar deeltijdse arbeid, loopbaanonderbreking en uitzendarbeid. Tenslotte zijn ook enkele vragen over het gemeentelijk personeelsbeleid gesteld. In dit rapport presenteren we u de belangrijkste resultaten. 1 Partiële non respons betekent dat de respondent maar een deel van de vragen beantwoordt, meestal het eerste deel, waarna hij/zij afhaakt.

5 5 33 R EE SS PP OO NN SS De omvang van de enquête heeft voor enkele problemen gezorgd. Een aantal gemeenten heeft de vragenlijst niet ingevuld, andere gemeenten zijn halverwege de enquête gestopt en nog andere hebben bepaalde vragen opengelaten. Uit de pretesten is gebleken dat sommige gemeenten bepaalde gegevens (bijvoorbeeld het aantal werknemers dat deeltijds werkt, de verschillen tussen statutairen en contractuelen of de verdeling van werknemers over de verschillende niveaus) zeer nauwkeurig bijhouden, terwijl andere dit niet doen. Voor de eerstgenoemden is het beantwoorden van de vragen een eenvoudige opdracht geweest. Voor de laatstgenoemden heeft het correct invullen van de enquête veel tijd en moeite gekost. In totaal hebben we van 150 van de 308 Vlaamse gemeenten antwoord gekregen. De tabellen 3.1 en 3.2 geven een algemeen beeld van de respons, zonder abstractie te maken van de non respons binnen de antwoordformulieren zelf. Tabel 3.1: Aandeel Vlaamse gemeenten en respons op enquête PROVINCIE Aantal gemeenten Aandeel gemeenten op totaal (%) Aantal (N) Aantal (%) Antwerpen 70 22, ,4 Limburg 44 14, ,2 Vlaams Brabant 65 21, ,2 Oost Vlaanderen 65 21, ,4 West Vlaanderen 64 20, ,2 TOTAAL Bron: APS Vlaanderen (2003), Enquête Arbeidsflexibiliteit in Vlaamse Gemeenten UA (2004). Als we kijken naar het aantal gemeenten in de verschillende provincies merken we op dat Oost Vlaanderen met haar 65 gemeenten een respons haalt van 55,4%. Oost Vlaanderen wordt gevolgd door Antwerpen (70 gemeenten) met 51,4%. West Vlaanderen met haar 64 gemeenten scoort ten opzichte van Oost Vlaanderen beduidend minder, namelijk slechts 42,2% ten opzichte van 55,4%. Ook de provincie Limburg, met het kleinste aantal gemeenten, scoort procentueel niet erg hoog (43,3%). De twee best scorende provincies zijn ook de provincies met de hoogste inwonersaantallen (cijfers van 1 januari 2003), namelijk Oost Vlaanderen met inwoners en Antwerpen met inwoners. De twee laagst scorende provincies, West Vlaanderen en Limburg, hebben ook de laagste inwonersaantallen, respectievelijk en inwoners. Voor deze enquête zijn de Vlaamse gemeenten ingedeeld in 5 klassen (op basis van de inwonersaantallen). De respons per klasse ligt ongeveer rond de 50% (tabel 3.2). Zoals te verwachten was, zijn grote gemeenten wat oververtegenwoordigd (66,7%) en kleine gemeenten wat ondervertegenwoordigd (41,3%).

6 6 Tabel 3.2: Klassenindeling van Vlaamse gemeenten naar inwonersaantal en respons KLASSE Totaal (N) Respons (N) Aantal (%) , , , en meer , Bron: APS Vlaanderen (2003), Enquête Arbeidsflexibiliteit in Vlaamse Gemeenten UA (2004). Deze cijfers zijn deels te verklaren. De verantwoordelijke van de personeelsdienst is gevraagd om de webenquête in te vullen. Grote gemeenten bleken sneller geneigd om aan dit onderzoek mee te werken. Grotere gemeenten, met uitgebouwde personeelsdiensten, hebben vaker goed en uitgebreid cijfermateriaal over hun personeelsbestand. Kleine gemeenten hebben vaker afgehaakt omwille van tijds en/of personeelsgebrek. Veelal waren ook de door ons gevraagde personeelsgegevens niet beschikbaar, tenzij na veel reken en opzoekingswerk.

7 7 44 A NN AA LL YY SS EE 4.1 PERSONEELSPROBLEMEN Wat is de aard van de gemeentelijke personeelsproblemen en in welke mate komen ze voor? Het antwoord op deze vragen staat in tabel Tabel 4.1.1: Hoe vaak krijgt een gemeente te maken met bepaalde personeelsproblemen? Hoe vaak krijgt uw gemeente te maken met volgende personeelsproblemen N=100 On= Onvoorzien, Vz= Voorzien, AW= Afwezigheden 2 Vet = Mediaan 3 CATEGORIEËN PROBLEMEN Nooit (%) Zelden (%) Af en toe (%) Vaak (%) Altijd (%) On, korte AW 0 2,7 32,7 42 8,7 Vz, korte AW 0 3,3 34,7 43,3 4,7 On, lange AW ,7 6 0 Vz, lange AW 0,7 10,7 39,3 26,7 9,3 Seizoenspieken 8,7 16,7 35,3 14,7 8 Evenementen 21,3 34, ,7 De mediaan is niet voor alle variabelen dezelfde. Gemeenten worden vaak met korte afwezigheden geconfronteerd, terwijl lange afwezigheden vooral slechts af en toe voorkomen. Toch wordt 1 op 4 gemeenten nog vaak met voorziene, lange afwezigheden geconfronteerd. In bijna 1 op 3 gemeenten zijn onvoorziene, lange afwezigheden eerder zeldzaam. Het is opvallend dat er zowel voor korte als voor lange afwezigheden geen verschil bestaat tussen voorziene en onvoorziene afwezigheden. Zoals te verwachten, komen personeelsproblemen ten gevolge van evenementen slechts zelden voor. 2 Met onvoorziene, korte afwezigheden wordt onder meer gedacht aan een afwezigheid van maximaal twee weken ten gevolge van ziekte. Een voorbeeld van een voorziene, korte afwezigheid is de dienstvrijstelling voor vorming. Als een personeelslid langer dan twee weken ziek is, valt dit onder de langdurige, onvoorziene afwezigheden. Vormen van loopbaanonderbreking (LBO) zijn langdurige, voorziene afwezigheden. Bij seizoensgebonden werkpieken wordt gedacht aan personeelsbehoeften ten gevolge van speelpleinwerking of het openluchtzwembad. Voorts kunnen jaarmarkten of concerten zorgen voor tekorten bij evenementen en festiviteiten. 3 De mediaan is het midden van een verdeling, dat wil zeggen dat 50% van de gevallen onder de mediaan ligt en 50% erboven.

8 8 Tabel 4.1.2: Hoe gemeenten bepaalde personeelsfluctuaties opvangen Wat doet uw gemeente bij afwezigheden? PROBLEMEN On, korte AW Vz, korte AW On, lange AW Afkortingen: On= Onvoorzien, Vz= Voorzien, AW= Afwezigheden Vet = top 3 van de antwoordcategorieën op elke vraag afzonderlijk Vz, lange AW Seizoens Evenement pieken N=140 N=140 N=138 N=138 N=136 N=136 Aantal (%) Aantal (%) Aantal (%) Aantal (%) Aantal (%) Aantal (%) De taken worden verdeeld 67,8 59,2 60,1 52,1 18,3 38,2 De taken worden aan externen uitbesteed 1,4 0,7 2,8 2,1 3,6 3,6 Wacht met de uitvoering van andere taken 52,1 54,2 27,5 21,7 14,7 20,5 We zetten vrijwilligers in 1,4 0,7 0,7 0,7 16,1 19,1 Er worden overuren gemaakt ,9 18,1 27,9 58 Beroep op personeel andere gemeente/stad 0,7 1,4 0,7 0,7 0 0 Interne vliegende ploeg wordt ingeschakeld 3,5 3,5 1,4 1,4 0 2,9 Intergemeentelijk samenwerkingsverband 1,4 0,7 1, ,7 Beroep doen op projectwerk 0,7 0,7 0 0,7 1,4 1,4 Personeelsleden mogen geen verlof nemen 14 16,4 2,1 0,7 5,8 11,7 Beroep doen op uitzendarbeid 5,7 4,2 10,1 2,8 3,6 2,2 Toegekend verlof wordt ingetrokken 5,7 2,8 0,7 0 0,7 2,2 We sluiten contracten af van bepaalde duur 7, ,2 26,4 8,8 Beroep doen op jobstudenten 3,5 3,5 3,6 2,8 52,2 11 Er worden stagiairs ingezet 3,5 2,1 2,8 0,7 5,8 0,7 De meest voorkomende maatregel bij onvoorziene korte afwezigheden is de verdeling van de taken, gevolgd door wachten met de uitvoering van andere taken en overuren maken. Dezelfde tendens zien we bij de voorziene, korte afwezigheden. Er is dus weinig verschil tussen de maatregelen die gemeenten nemen bij voorziene en bij onvoorziene korte afwezigheden. In de open antwoordcategorieën zien we dezelfde tendensen, namelijk dat het werk blijft liggen, dat er geen maatregelen worden getroffen en dat het personeelslid zelf zijn afwezigheid moet overbruggen en plannen. Een enkele gemeente doet een beroep op PWA ers. Bij langdurig, voorziene afwezigheden worden vaker contracten van bepaalde duur afgesloten en, net zoals bij de onvoorziene langdurige afwezigheden, worden de taken onderling verdeeld. De seizoensgebonden activiteiten worden meestal opgevangen door jobstudenten. Sommige gemeenten geven de voorkeur aan een uurregeling op jaarbasis die wordt afgestemd op de seizoensgebonden werklast.

9 9 Bij evenementen en festiviteiten worden overuren gemaakt en de taken verdeeld. Een enkele gemeente gaf aan dat een evenementenmanager instaat om het werk naar aanleiding van festiviteiten of evenementen op te vangen. 4.2 ZIEKTEVERZUIM Voor bijna de helft van de gemeenten ligt het ziekteverzuim tussen de 5 en 10%. 1 gemeente op 3 wordt geconfronteerd met een ziekteverzuim tussen 0 en 5%. Bijna 66% van alle ziekteverzuim blijft onder de 15%. 12 gemeenten (11,3%) hebben een ziekteverzuim tussen de 10 en de 15% ligt. Tabel 4.2.1: Het ziekteverzuim in de gemeenten Wat is het ziekteverzuim in je organisatie? N=106 % 0 5% 34,9 5 10% 49, % 11, % 0, % 1, % 1,9 Wanneer deze cijfers naast de percentages van de private sector worden gelegd (tabel 4.2.2), valt op dat éénderde van de Vlaamse gemeenten een ziekteverzuim heeft dat evenhoog (0 5%) of iets hoger ligt. Voor steden en gemeenten ligt de mediaan in de categorie tussen de 5 en 10% ziekteverzuim. In tegenstelling tot het onderzoek in de privésector, werd aan de gemeenten niet gevraagd in de gegevens over ziekteverzuim een onderscheid naar duurtijd te maken.

10 10 Tabel 4.2.2: Arbeidsverzuim in de privé sector ( ) 4 Verzuim in percentage t.o.v de totale arbeidstijd 5 Totaal 2001 (%) 2002 (%) TOTAAL VERZUIM 5,99 6,42 ZIEKTEVERZUIM 4,48 4,79 ziekteverzuim met een duur 2,09 2,06 van minder dan 1 maand ziekteverzuim met een duur 1,40 1,60 van minder dan 1 maand en minder dan 1 jaar ziekteverzuim met een duur van meer dan 1 jaar 0,98 0,97 ANDER VERZUIM verzuim ten gevolge van 0,38 0,38 arbeidsongevallen verzuim ten gevolge van 0,52 0,65 zwangerschap en geboorte gewettigde afwezigheid 0,56 0,54 ongewettige afwezigheid 0,05 0,07 Bron: NIS (2004), DEELTIJDSE ARBEID Deeltijdse arbeid wordt tot de actieve arbeidsflexibiliteit gerekend. Zoals eerder gesteld in het eerste deel van het onderzoeksrapport, is actieve arbeidsflexibiliteit te beschouwen vanuit het oogpunt van het personeelslid, dat behoeften heeft om de arbeidssituatie zo soepel en adequaat mogelijk af te stemmen op persoonlijke en veranderende levensomstandigheden. 6 De werkgever, hier de gemeente, moet er rekening mee houden. 4 Het onderzoek 2002 heeft betrekking op werkgevers (9.751 in 2001) en werknemers ( in 2001) uit de privé sector. Eenmansbedrijven zitten niet in de steekproef. Ook geweerd uit het onderzoek werden werknemers met de volgende arbeidsovereenkomsten: leercontracten, industriële leercontracten, leerovereenkomst mindervalide, betaalde sportbeoefenaar, studenten, beroepsopleiding RVA, stagecontracten, bestuurders, gepensioneerden, bruggepensioneerden, interim werknemers en werknemers met loopbaanonderbreking. 5 In deze berekening wordt het aantal verzuimde dagen uitgezet ten opzichte van het totaal aantal opgegeven dagen die theoretisch voor prestaties in aanmerking komen. De noemer is de som van alle dagen die theoretisch kunnen gepresteerd worden in het bedrijf, namelijk alle door de werknemer te werken dagen per jaar. Vakantiedagen worden ook beschouwd als theoretisch te werken dagen. Dagen loopbaanonderbreking en dagen contractbreuk worden niet beschouwd als te presteren dagen. Onvolledige arbeidsdagen worden als een volledige dag geteld. Voor deeltijdse werknemers wordt het aantal dagen dat zij prestaties verrichten geteld en niet het aantal dagen berekend op het aantal uren. Bron (verplichte vermelding): HR Kenniscentrum van SD WORX. Deze gegevens kunnen vrij overgenomen worden mits duidelijke vermelding van de bron. 6 Wijmans, L. (1997), Flexibilisering van de arbeid en sociale cohesie, gelezen op 23 februari 2003.

11 11 Hoe vaak komt deeltijdse arbeid voor in de gemeentelijke administratie en welke personeelscategorieën maken er vooral gebruik van? Worden bepaalde personeelscategorieën uitgesloten van de mogelijkheid deeltijds te werken? Deeltijdse arbeid is voor statutaire personeelsleden pas mogelijk gemaakt in de eerste wijziging van de Krachtlijnen Kelchtermans, namelijk het sectoraal akkoord van Hebben de gemeenten deze richtlijnen gevolgd, of zijn er nog altijd minder deeltijdse statutaire dan deeltijdse contractuele werknemers? In ongeveer de helft van de gemeenten (48%) worden statutaire functies van het A niveau uitgesloten van deeltijdse arbeid (tabel 4.3.1). Er is hier een duidelijk onderscheid tussen statutairen en contractanten. Contractanten van A niveau worden slechts in 1 gemeente op de 3 uitgesloten. Wat het niveau B betreft, is de situatie gelijkaardig aan niveau A. Statutairen worden hier vaker uitgesloten dan contractanten. De percentages liggen hier wel lager dan bij niveau A, namelijk 20,7% voor statutairen en 14% voor contractanten. Tabel 4.3.1: Uitgesloten personeelscategorieën voor deeltijdse arbeid Welke personeelscategorieën mogen er in uw gemeente Aantal (%) niet deeltijds werken? N=150 Statutairen Contractanten Niveau A 48,0 33,3 Niveau B 20,7 14,0 Niveau C 2,0 1,3 Niveau D 1,3 0,7 Niveau E 1,3 0,7 Vanaf niveau C komen nog nauwelijks uitgesloten categorieën voor. Tevens worden de verschillen tussen statutairen en contractanten erg klein. We stellen vast dat voor alle personeelscategorieën statutaire werknemers vaker dan contractanten worden uitgesloten van deeltijdse arbeid.

12 12 Tabel 4.3.2: Aantal deeltijds werkenden ten aanzien van het totale personeelsbestand Hoeveel procent van het personeelsbestand Aantal (N) Aantal (%) werkt in uw gemeente deeltijds? N=88 0 5% 5 5,7 5 10% 5 5, % 6 6, % 5 5, % 13 14, % 16 18, % 10 11, % 12 13, % 8 9, % 5 5, % 2 2, % 1 1,1 De percentages in de eerste kolom hebben betrekking op het gemeentepersoneel dat deeltijds werkt ten aanzien van het totale personeelsbestand, dus inclusief eventuele uitgesloten personeelscategorieën. De meest voorkomende waarde is 25 30% (16 gemeenten). Globaal kunnen we stellen dat voor 67% van deelnemende gemeenten het aantal deeltijds werkenden tussen 20% en 45% ligt. Tabel 4.3.3: Personeelscategorieën waartoe deeltijds werkenden behoren Tot welke personeelscategorie behoren de deeltijds Aantal (%) werkenden? (N=117) Statutairen Contractanten Niveau A 12,0 6,8 Niveau B 29,1 25,6 Niveau C 70,1 75,2 Niveau D 57,3 68,4 Niveau E 45,3 72,6 Relatief weinig gemeenteambtenaren van niveau A en niveau B werken deeltijds. De meeste deeltijds werkenden situeren zich op niveau C. Ook in niveaus D en E vinden we relatief veel parttimers terug. In niveau A en B zijn er minder deeltijds werkende contractuele dan deeltijdse statutaire ambtenaren. Vanaf niveau C is dit omgekeerd, en zijn er meer deeltijds werkenden onder de contractanten. Vanaf niveau D wordt het onderscheid tussen statutairen en contractuelen ook groter.

13 LOOPBAANONDERBREKING Een definitie van loopbaanonderbreking is te vinden in het Vlaams Personeelsstatuut (VPS). Dit statuut is evenwel niet van toepassing op het gemeentepersoneel. Men spreekt van loopbaanonderbreking als het gaat om een aanvraag van de ambtenaar om zijn/haar loopbaan te onderbreken in al dan niet opeenvolgende periodes van ten minste zes maanden en ten hoogste twaalf maanden met een maximum van 72 maanden voltijds of 72 maanden halftijds. 7 Loopbaanonderbreking is een recht behalve voor ambtenaren met de leidinggevende functie van afdelingshoofd, leidend ambtenaar of secretaris generaal. De ambtenaren van rang A1 met diensthoofdtoelage hebben enkel recht op loopbaanonderbreking in de bijzondere stelsels. 8 Voor verloven wordt een onderscheid gemaakt tussen verloven als recht en verloven als gunst. In die laatste hypothese is het mogelijk dat een verzoek tot het bekomen van een dergelijk verlof door de overheid wordt afgewezen. In het algemeen is verlof echter een recht (Janvier, Appels en Cocle, X: 8/9). De onderscheiden verloven op Vlaams niveau zijn: jaarlijkse vakantie, feestdagen, bevallingsverlof, opvangverlof, ouderschapsverlof, omstandigheidverlof, verlof voor opdracht, vorming, gecontingenteerd verlof, federale verloven en ziekteverlof. Deze regelingen gelden niet noodzakelijk op gemeentelijk niveau, maar kunnen een inspiratiebron zijn voor de gemeenten om hun reglementering inzake verloven uit te werken. 9 Welke trends bestaan er in Vlaamse steden en gemeenten op het vlak van loopbaanonderbreking? Mogen alle personeelscategorieën in de ondervraagde gemeenten loopbaanonderbreking nemen? Welke personeelscategorie neemt het vaakst loopbaanonderbreking? 7 Art. XI 34 1 Vlaams Personeelsstatuut. 8 Art. XI 40, 43 en 46 VPS. 9 Vlaams Personeelsstatuut.

14 14 Tabel 4.4.1: Uitgesloten personeelscategorieën voor loopbaanonderbreking Welke personeelscategorieën mogen er in uw gemeente Aantal (%) geen loopbaanonderbreking nemen? (N=150) Statutairen Contractanten Niveau A 45,3 31,3 Niveau B 24,0 17,3 Niveau C 3,3 3,3 Niveau D 2,7 2,7 Niveau E 2,7 2,7 Op niveau A mogen in 45,3% van de deelnemende gemeenten statutaire personeelsleden geen loopbaanonderbreking nemen. Er is een duidelijk onderscheid tussen statutaire en contractuele werknemers: in bijna éénderde van de gemeenten worden contractanten van niveau A uitgesloten van loopbaanonderbreking. Voor wat het niveau B aangaat, is de situatie gelijkaardig aan niveau A: statutairen worden vaker uitgesloten van deeltijdse arbeid dan contractanten. Toch liggen de aantallen hier minder hoog, respectievelijk 24% en 17,3%. Vanaf niveau C komen nog nauwelijks uitgesloten categorieën voor. Het verschil tussen statutairen en contractuelen valt hier dus ook weg. Gemeenten lijken dus de bepalingen van het Vlaams Personeelsstatuut te volgen: de loopbaan is een recht voor werknemers, behalve voor leidinggevende functies. Doordat gemeenteambtenaren van B niveau vaak een verantwoordelijke functie hebben, is het niet verwonderlijk dat deze categorie vaker geen loopbaanonderbreking mag nemen. Tabel 4.4.2: Aantal werknemers met loopbaanonderbreking ten aanzien van het totale personeelsbestand Welk percentage van het personeelsbestand in uw Aantal (N) Aantal (%) gemeente is in loopbaanonderbreking? (N=71) 0 5% 26 36,6 5 10% 25 35, % 15 21, % 3 4, % 1 1, % 1 1,4 De percentages in de eerste kolom (tabel 4.4.2) hebben betrekking op het gemeentepersoneel dat loopbaanonderbreking heeft genomen, ten aanzien van het totale personeelsbestand, dus inclusief eventuele uitgesloten personeelscategorieën. Voor 71,8% van de deelnemende gemeenten is minder dan 10% van het personeelsbestand in loopbaanonderbreking. Voor 56,3% van de gemeenten is tussen de 5% en de 15% van het totale personeelsbestand in loopbaanonderbreking. Slechts twee gemeenten gaven aan dat meer dan een kwart van het personeel in loopbaanonderbreking is.

15 15 Wie is er in loopbaanonderbreking (tabel 4.4.3)? Tabel 4.4.3: Personeelscategorieen in loopbaanonderbreking Tot welke personeelscategorie behoren de Aantal (%) loopbaanonderbrekers? (N=110) Statutairen Contractanten Niveau A 9,1 3,6 Niveau B 14,5 16,4 Niveau C 60 61,8 Niveau D 45,5 47,3 Niveau E 34,5 44,5 Net als voor deeltijds werken, mogen in heel wat gemeenten bepaalde personeelscategorieën geen loopbaanonderbreking nemen. Ondanks het ontbreken van de mogelijkheid, heeft 10% van de gemeenten statutaire A ambtenaren op loopbaanonderbreking. Niveau B ambtenaren lijken ook niet echt geneigd hun loopbaan te onderbreken, al liggen de cijfers opvallend hoger dan voor niveau A. Loopbaanonderbreking komt het vaakst voor op niveau C (60% voor statutairen en 61,8% voor contractanten). Op niveau D is dat in ongeveer de helft van de gemeenten (45,5% voor statutairen en 47,3% voor contractanten). Zowel op niveau B, C als D is er slechts een erg klein verschil tussen de LBO van statutaire en contractuele werknemers. Op niveau E zakt het aantal loopbaanonderbrekers weer: 34,5% (statutair) en 44,5% (contractueel). Tabel 4.4.4: Goedkeuring 10 aanvragen loopbaanonderbreking Wie keurt de aanvragen voor loopbaanonderbreking goed? Aantal (%) N=114 Het schepencollege 87,7 De gemeenteraad 12,3 De gemeentesecretaris 4,4 De personeelsdienst 0,9 De personeelsverantwoordelijke 3,5 Het diensthoofd van de betrokken dienst 5,3 Uit bovenstaande tabel blijkt dat vooral het schepencollege de aanvragen tot loopbaanonderbreking goedkeurt (87,7%). In 12,3% van de gemeenten die een antwoord hebben gegeven op deze vraag, keurt de gemeenteraad deze aanvragen goed. Ook het diensthoofd van de betrokken dienst, de gemeentesecretaris en de personeelsverantwoordelijke zijn wel eens betrokken bij het goedkeuren van de aanvragen tot loopbaanonderbreking, al is dit niet erg vaak het geval. We kunnen besluiten dat deze beslissing in de eerste plaats genomen wordt op het centraal politieke niveau (schepencollege). Er is geen significant verschil naar gemeentegrootte gevonden. 10 Goedkeuring is een definitieve, formele beslissing in een personeelsdossier, vaak na een advies of een beoordeling. Daarom wordt een onderscheid gemaakt tussen advies/beoordeling en goedkeuring.

16 16 Tabel 4.4.5: Beoordeling of advisering van de aanvragen tot loopbaanonderbreking Wie beoordeelt of geeft advies over de aanvragen tot Aantal (%) loopbaanonderbreking? N=114 Het schepencollege 27,2 De verantwoordelijke schepen 2,6 De gemeenteraad 2,6 De burgemeester 1,8 De gemeentesecretaris 34,2 De personeelsdienst 15,8 De personeelsverantwoordelijke 26,3 Het diensthoofd van de betrokken dienst 55,3 Het diensthoofdenoverleg/managementteam 1,8 De vakbonden 0,9 We zien dat in de gemeenten die een antwoord gaven op deze vraag, het advies of de beoordeling betreffende een aanvraag tot loopbaanonderbreking van verschillende instanties komt. In meer dan de helft van de gemeenten geeft het diensthoofd van de betrokken dienst advies of een beoordeling. In meer dan één op drie van de participerende gemeenten raadpleegt men de gemeentesecretaris en in meer dan één vierde van de gemeenten heeft het schepencollege of de personeelsverantwoordelijke hier een taak te vervullen. Ook de personeelsdienst geeft in één op zes gemeenten hierover advies of een beoordeling. Verder gaf één gemeente, naast de voorziene antwoordcategorieën, ook aan dat niemand hier advies over geeft omdat het een recht is voor het personeel. We zien dus dat het advies en de beoordeling heel vaak gedecentraliseerd zijn. Toch geeft de gemeentesecretaris in meer dan één op drie gemeenten advies of een beoordeling. Voor de gemeenten die deze vraag beantwoordden, geldt dus dat het advies of de beoordeling zowel kan komen van het decentraal ambtelijk (diensthoofd), centraal ambtelijk (gemeentesecretaris, personeelsverantwoordelijke en personeelsdienst) én/of centraal politiek (schepencollege) niveau. Naar gemeentegrootte kunnen voor deze vraag volgende opmerkingen worden gemaakt: in gemeenten met meer dan inwoners is het vooral het diensthoofd van de betrokken dienst dat een beoordeling of advies geeft. Het schepencollege wordt in geen van deze gemeenten betrokken hierbij. Ook voor de gemeentesecretaris is hier geen taak weggelegd. In gemeenten met minder dan inwoners wordt de secretaris wel regelmatig betrokken. Gemeenten met minder dan inwoners schakelen de personeelsverantwoordelijke en het diensthoofd van de betrokken dienst minder vaak in bij het leveren van advies of bij het beoordelen van LBO aanvragen.

17 17 Tabel 4.4.6: Percentage aanvragen tot loopbaanonderbreking dat wordt goedgekeurd Hoeveel percent van de aanvragen tot loopbaanonderbreking Aantal (%) wordt goedgekeurd? N=102 0% 5% 2 75% 80% 1 85% 90% 2,9 90% 95% 94,1 Meer dan 90% van de (deelnemende) gemeenten keurt tussen de 90% en de 95% van alle aanvragen tot loopbaanonderbreking goed. Waarom worden LBO aanvragen soms geweigerd? Drie redenen: (1) de aanvraag of de aanvrager voldoet niet aan de voorwaarden, (2) de aanvrager komt niet in aanmerking of (3) de maximumtermijn is overschreden. Tabel 4.4.7: Houding van de gemeente tegenover loopbaanonderbreking Hoe staat de gemeente tegenover loopbaanonderbreking? Aantal (%) N=104 Zeer positief 6,7 Positief 32,7 Noch positief noch negatief 53,8 Negatief 6,7 Zeer negatief 0 Iets meer dan de helft van de (participerende) gemeenten staat noch positief, noch negatief tegenover loopbaanonderbreking. Eénderde staat er positief tegenover en 6,7% vindt loopbaanonderbreking een zeer positieve zaak. 6,7% staat negatief tegenover loopbaanonderbreking en geen enkele gemeente zegt hier zeer negatief tegenover te staan. De meeste (van de 104 deelnemende) gemeenten nemen dus een neutrale tot positieve houding aan ten opzichte van loopbaanonderbreking. Er werd geen onderscheid naar gemeentegrootte gevonden.

18 18 Tabel 4.4.8: Goedkeuring 11 verlofaanvragen, andere dan loopbaanonderbreking Wie keurt de verlofaanvragen, andere dan deze in het raam van een Aantal (%) loopbaanonderbreking, goed? N=111 Het schepencollege 30,9 De gemeenteraad 4,5 De burgemeester 6,4 De gemeentesecretaris 44,50 De personeelsdienst 5,5 De personeelsverantwoordelijke 10,0 Het diensthoofd van de betrokken dienst 60,0 Het diensthoofdenoverleg/managementteam 0,9 In de gemeenten die een antwoord gaven op deze vraag, is het in eerste instantie het diensthoofd van de betrokken dienst dat de verlofaanvragen, andere dan in het raam van loopbaanonderbreking, goedkeurt (tabel 4.4.8). Ook de gemeentesecretaris speelt hier in bijna de helft van de gemeenten een belangrijke rol en in bijna één op drie gemeenten beslist het schepencollege mee over de goedkeuring van de verlofaanvragen. Verder keurt in één op tien gemeenten ook de personeelsverantwoordelijke de aanvragen goed. De gemeenteraad, de burgemeester en/of de personeelsdienst worden af en toe betrokken bij het goedkeuren van de verlofaanvragen, al komt dit niet vaak voor. Verder gaven twee gemeenten hier nog een ander antwoord. De rechtstreekse chef of de tweede hiërarchische chef keurt de verlofaanvragen goed. De goedkeuring van de aanvragen gebeurt dus zowel op decentraal ambtelijk (diensthoofd), centraalambtelijk (gemeentesecretaris of personeels verantwoordelijke) als centraal politiek (schepencollege). Ook hier is er geen significant verschil naar gemeentegrootte gevonden. 11 Zie vorige voetnoot.

19 19 Tabel 4.4.9: Beoordeling of advisering verlofaanvragen, andere dan loopbaanonderbreking Wie beoordeelt of geeft advies over de verlofaanvragen, andere dan Aantal (%) deze in het raam van een loopbaanonderbreking? N=110 Het schepencollege 7,3 De verantwoordelijke schepen 1,8 De burgemeester 1,8 De gemeentesecretaris 41,8 De personeelsdienst 15,5 De personeelsverantwoordelijke 23,6 Het diensthoofd van de betrokken dienst 79,1 In bijna acht op tien gemeenten geeft het diensthoofd van de betrokken dienst advies of beoordeelt hij verlofaanvragen (andere dan in het kader van loopbaanonderbreking). In ongeveer 40% van de gemeenten geeft de gemeentesecretaris een advies of beoordeling, en in bijna één op vier gemeenten is hier ook een taak weggelegd voor de personeelsverantwoordelijke. De personeelsdienst komt in 15,5% van de gemeenten tussenbeide. Slechts in 7,3% van de gemeenten is dit ook zo voor het schepencollege. Het advies of de beoordeling komt hier in de eerste plaats dus van het decentraal ambtelijk niveau (diensthoofd), maar ook van het centraal ambtelijk niveau (gemeentesecretaris, personeelsdienst en personeelsverantwoordelijke). 4.5 UITZENDARBEID In het eerste onderzoeksrapport werd reeds gesteld dat de overheden werkgevers over meer mogelijkheden willen beschikken om uitzendkrachten in te zetten. Wettelijk is uitzendarbeid in de publieke sector slechts toegestaan voor de reden vervanging schorsing van contractuele personeelsleden. Blijkt uit de analyse dat lokale besturen van deze beperkte mogelijkheid gebruikmaken? Waarom gebruiken zij uitzendarbeid al dan niet?

20 20 Tabel 4.5.1: Het gebruik van uitzendarbeid in de gemeenten Maakt uw gemeente gebruik van uitzendarbeid? Aantal (N) Aantal (%) N=111 Nooit 76 68,5 Soms 31 27,9 Regelmatig 3 2,7 Vaak 0 0 Heel vaak 1 0,9 Het merendeel van de gemeenten (68,5%) doet nooit een beroep op uitzendkrachten, een kleine 30% maakt er soms gebruik van. Slechts in enkele gemeenten komt uitzendarbeid regelmatig tot vaak voor. In de Vlaamse gemeenteadministratie komt uitzendarbeid weinig voor. Tabel 4.5.2: Waarom maken bepaalde gemeenten nooit gebruik van uitzendarbeid? Waarom niet? Aantal (N) N=61 Er geen behoefte bestaat 19 Er interne oplossingen zijn 17 Uitzendarbeid te duur is 14 Het bestuur geeft geen toestemming 2 De vakbonden geven hun fiat niet 1 De procedure te zwaar is 2 We beschikken over een eigen wervingsdatabank 6 Uit tabel blijkt dat er voornamelijk drie redenen zijn waarom lokale besturen nooit gebruik maken van uitzendarbeid: er bestaat geen behoefte, er zijn interne oplossingen en uitzendarbeid is te duur. Een andere, zij het minder aangehaalde, reden is het bestaan van een eigen wervingsdatabank. De grootste nadelen van het werken met uitzendkrachten zijn volgens de gemeenten: de hoge prijs in vergelijking met de eigen werknemers, het probleem om de juiste persoon te vinden en, tot slot, de beperkte motivatie en betrokkenheid van een uitzendkracht. De grootste voordelen van het werken met uitzendkrachten zijn volgens de gemeenten: de snelheid van zowel de rekrutering als de beschikbaarheid, dat de uitzendovereenkomst snel opzegbaar is en dat steden en gemeenten dan zelf geen selecties meer moeten doen.

Toelichting voor mandatarissen VVSG, 4 december 2008

Toelichting voor mandatarissen VVSG, 4 december 2008 Het nieuwe Rechtspositiebesluit van 7 december 2007 Toelichting voor mandatarissen VVSG, 4 december 2008 Marijke De Lange Stafmedewerker gemeentepersoneel VVSG 1 Aan de slag met de nieuwe rechtspositieregeling

Nadere informatie

Vademecum bij loonstudie 2016: rapporteringsinstructies - Thuisverpleging

Vademecum bij loonstudie 2016: rapporteringsinstructies - Thuisverpleging Vademecum bij loonstudie 2016: rapporteringsinstructies - Thuisverpleging Voor elke werknemer betrokken bij de verplichte rapportering moeten volgende gegevens via een standaard excel- document overgemaakt

Nadere informatie

Verslag aan de Provincieraad

Verslag aan de Provincieraad 7e Directie Dienst 71 Personeelsbeheer, Wedden en Pensioenen Verslag aan de Provincieraad betreft PROVINCIAAL ONDERWIJS Diverse wijzigingen aan het statuut van het administratief en technisch, meesters-,

Nadere informatie

Vademecum bij loonstudie 2016: rapporteringsinstructies

Vademecum bij loonstudie 2016: rapporteringsinstructies Vademecum bij loonstudie 2016: rapporteringsinstructies Voor elke werknemer betrokken bij de verplichte rapportering moeten volgende gegevens via een standaard excel- document overgemaakt worden, aan te

Nadere informatie

VVSG Studiedag 11 maart Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven

VVSG Studiedag 11 maart Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven VVSG Studiedag 11 maart 9 Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven Steunpunt bestuurlijke organisatie Vlaanderen 1 Liggen de lokale besturen wakker van de pensioenproblematiek?

Nadere informatie

De loopbaanonderbreking Actualisatie

De loopbaanonderbreking Actualisatie De loopbaanonderbreking 1985-1998 - Actualisatie De belangrijkste wijzigingen van de koninklijke besluiten inzake loopbaanonderbreking De reglementering van de privé-sector K.B. van 22.03.1995 - Koninklijk

Nadere informatie

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE 2010 24 november 2010 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening eindejaarstoelage

Nadere informatie

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE 2009 Bijwerking van 14 december 2009 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel...

Nadere informatie

In de dienstnota van 17/5/2017 werd bepaald dat de verlofregeling voor assymetrische ploegen werd ingetrokken.

In de dienstnota van 17/5/2017 werd bepaald dat de verlofregeling voor assymetrische ploegen werd ingetrokken. Brandweerzone Vlaams-Brabant West Algemene Dienst nota l via hiërarchische weg 14/2/2018 Aan: Alle operationele medewerkers Verlofregeling Onze referentie DN 2018-02 Bijlagen: Uw contactpersoon: Maj. Bert

Nadere informatie

Wat betreft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd de gewijzigde regeling inzake politiek verlof reeds principieel goedgekeurd op 27 oktober

Wat betreft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd de gewijzigde regeling inzake politiek verlof reeds principieel goedgekeurd op 27 oktober Omzendbrief Vlaamse regering Kabinet van Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Sport Kreupelenstraat 2, 1000 BRUSSEL Tel. (02)553 23 11 - Fax (02)553 23 05 Datum: 8 december

Nadere informatie

BEREKENING VAKANTIEGELD

BEREKENING VAKANTIEGELD BEREKENING VAKANTIEGELD 2006 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening vakantiegeld 2006 inleiding...

Nadere informatie

Het personeel van de welzijnssectoren in de periode

Het personeel van de welzijnssectoren in de periode Het personeel van de welzijnssectoren in de periode 2007-2011. Om de voorzieningen een beter inzicht te geven in de samenstelling en de evoluties in het personeels bestand lanceerde het Vlaams Welzijnsverbond

Nadere informatie

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE 2006 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening eindejaarstoelage

Nadere informatie

Profiel en tevredenheid van uitzendkrachten. In samenwerking met

Profiel en tevredenheid van uitzendkrachten. In samenwerking met Profiel en tevredenheid van uitzendkrachten. 2012 In samenwerking met 1 547.259 uitzendkrachten 547.259 motieven 2 Inhoudstafel 1. Uitzendarbeid vandaag 2. Doel van het onderzoek 3. De enquête 4. De verschillende

Nadere informatie

Omzendbrief AZNOII98l3. Aan de leidend ambtenaren van de Vlaamse openbare instellingen. 8 juni 1998

Omzendbrief AZNOII98l3. Aan de leidend ambtenaren van de Vlaamse openbare instellingen. 8 juni 1998 departement Algemene Zaken en Financiën administratie Ambtenamnzaken afdeling Statutaire Aangelegenheden Omzendbrief AZNOII98l3 Aan de leidend ambtenaren van de Vlaamse openbare instellingen 8 juni 1998

Nadere informatie

Bios2 Thema in de kijker Personeel in de bibliotheek

Bios2 Thema in de kijker Personeel in de bibliotheek Bios2 Thema in de kijker Personeel in de bibliotheek Bios2 thema reeks Oktober 2014 Het agentschap Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen verzamelt via de rapporteringstool Bios2 al geruime tijd

Nadere informatie

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE

BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE BEREKENING EINDEJAARSTOELAGE 2007 Bijwerking van 22 november 2007 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel...

Nadere informatie

Overgangsmaatregelen inzake de verlofregeling en de waarneming van een hoger ambt.

Overgangsmaatregelen inzake de verlofregeling en de waarneming van een hoger ambt. C 4 Datum : 17 november 1993 Departement Algeniene Zaken en Financiën Adminizcratic Ambfenamzakm Bestuur wenlenteringen en Toczicht Omzendbrief OAIMIN 931 io Aan de personeelsdiensten en personeelsleden

Nadere informatie

Mag het iets meer zijn?

Mag het iets meer zijn? Levenslang leren West-Vlaanderen Werkt 3, 2010 Mag het iets meer zijn? De opleidingsbehoeften in de West-Vlaamse bedrijven en organisaties Syntra West - Chris Cardinael Tanja Termote sociaaleconomisch

Nadere informatie

R A P P O R T Nr. 67 ------------------------------- RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE

R A P P O R T Nr. 67 ------------------------------- RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE R A P P O R T Nr. 67 ------------------------------- RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE ---------------- 9 november 2005 1.984-1 Blijde Inkomstlaan, 17-21 - 1040 Brussel Tel: 02

Nadere informatie

Welzijn zoekt personeel (M/V)

Welzijn zoekt personeel (M/V) Welzijn zoekt personeel (M/V) Het Vlaams Welzijnsverbond publiceert cijfers over het personeel in de Vlaamse welzijnssector en vergelijkt deze met de tewerkstellingskenmerken van een ruime Vlaamse steekproef

Nadere informatie

Gemeentelijke verzelfstandiging: van oud naar nieuw Marijke De Lange Stafmedewerker personeel VVSG Doel van deze toelichting Veel nood aan informatie over personeelskwesties bij verzelfstandiging wat zegt

Nadere informatie

Inhoudstafel. Inleiding 1. Deel I Tijdskrediet

Inhoudstafel. Inleiding 1. Deel I Tijdskrediet Inleiding 1 Deel I Tijdskrediet Hoofdstuk I Toepassingsgebied 5 Hoofdstuk II Soorten tijdskrediet 7 Hoofdstuk III Tijdskrediet zonder motief 9 1. Soorten tijdskrediet zonder motief? 9 2. Voorwaarden 10

Nadere informatie

BEREKENING VAKANTIEGELD

BEREKENING VAKANTIEGELD BEREKENING VAKANTIEGELD 2009 Bijwerking van 23-04-2009 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening

Nadere informatie

BEREKENING VAKANTIEGELD

BEREKENING VAKANTIEGELD BEREKENING VAKANTIEGELD 2011 Bijwerking van 27-04-2011 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel...2 Berekening

Nadere informatie

BEREKENING VAKANTIEGELD

BEREKENING VAKANTIEGELD BEREKENING VAKANTIEGELD 2007 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel...2 Berekening vakantiegeld 2007 inleiding...3

Nadere informatie

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID In opdracht van Delta Lloyd Maart 2015 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten Verzuim Kennis en verzekeringen Communicatie Opmerkingen 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN Directie Human Resources Brussel, 19 april 2004 Bureau HR 124 Sectie 53 Tel. 911/52993 Nr.2.1.393 BERICHT 23 HR Uitreiking: 99 999: 0 (Reserve HR 124:25

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994; Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr. 20162017-0124 24-11-2016 COLLEGEBESLUIT Collegebesluit houdende de wijziging van het collegebesluit nr. 94/268 van 20 oktober 1994 houdende de organisatie

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening, gegeven 1 juli 2016;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening, gegeven 1 juli 2016; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 december 2000 houdende organisatie van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening en de regeling van de rechtspositie

Nadere informatie

6.5. Boekverslag door T woorden 2 juni keer beoordeeld

6.5. Boekverslag door T woorden 2 juni keer beoordeeld Boekverslag door T. 1787 woorden 2 juni 2002 6.5 58 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Ik doe mijn praktische opdracht over Flexwerk. Ik heb dit onderwerp gekozen, omdat je er veel mensen over hoort

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR INSTITUTIONELE EN BESTUURLIJKE HERVORMING EN AMBTENARENZAKEN

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR INSTITUTIONELE EN BESTUURLIJKE HERVORMING EN AMBTENARENZAKEN C208 IBH7 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2002-2003 29 april 2003 HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR INSTITUTIONELE EN BESTUURLIJKE HERVORMING EN AMBTENARENZAKEN Vraag om uitleg van mevrouw Ann De

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/007 1 BERAADSLAGING NR. 07/004 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK CIMIRE AAN DE RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN MET HET

Nadere informatie

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f.

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f. CAR-teksten Bijlage bij ledenbrief TAZ/U201900344 A B In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f. Artikel 9a:11 wordt, inclusief koptekst,

Nadere informatie

nationale arbeidsraad

nationale arbeidsraad nationale arbeidsraad A D V I E S Nr. 1.339 ------------------------------ Zitting van dinsdag 14 februari 2001 Interprofessioneel akkoord: tijdskrediet x x x 1.840-1. Website: http ://www.nar-cnt.be E-mail:

Nadere informatie

INTERNATIONALE LUCHTHAVEN OOSTENDE-BRUGGE H.R.M. 2013

INTERNATIONALE LUCHTHAVEN OOSTENDE-BRUGGE H.R.M. 2013 PERSONEEL Op 31/12/2013 telden we 121 personeelsleden bij de DAB Luchthaven Oostende. We kennen een daling van 9 personeelsleden ten opzichte van 31/12/2012. In de loop van 2013 werden 4 beveiligingsagenten

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 januari 2017 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Bruno Peeters Telefoon: 03 240 52 60 Agenda nr. 8/1 Provinciepersoneel. Wijziging van de rechtspositieregeling.

Nadere informatie

VNG-Ledenpeiling Uitkomst bevraging december 2010

VNG-Ledenpeiling Uitkomst bevraging december 2010 VNG-Ledenpeiling Uitkomst bevraging december 2010 onderwerp: Teambuilding in een versplinterd politiek landschap uitgevoerd door Congres- en Studiecentrum VNG 10 januari 2011 Inhoud Inleiding... 2 Respons...

Nadere informatie

BEREKENING COMPETENTIETOELAGE

BEREKENING COMPETENTIETOELAGE BEREKEIG COMPETETIETOELAGE 2007 Bijwerking van 14-08-2007 FOD FIACIE THESAURIE DIEST BETALIGE WEDDE & PESIOEE KUSTLAA 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be IHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening competentietoelage

Nadere informatie

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2...

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2... Identiteit:.. Repertoriumnummer:.. Ondernemingsnr. of nationaal nr.:. TABEL voor de berekening van de vrijstelling voor bijkomend personeel (artikel 67ter van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992)

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard: GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Krimpenerwaard Nr. 180939 19 juli 2019 Verordening van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard houdende regels omtrent Arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

Wat is de weerslag van tijdskrediet op mijn pensioen? Welke regels gelden voor tijdskrediet? Bijvoorbeeld: Je zit in halftijds tijdskrediet vanaf je

Wat is de weerslag van tijdskrediet op mijn pensioen? Welke regels gelden voor tijdskrediet? Bijvoorbeeld: Je zit in halftijds tijdskrediet vanaf je je rechten op zak Tijdskrediet Tijdskrediet is een individueel recht om je loopbaan te onderbreken, je prestaties gedurende je loopbaan te verminderen. Dit recht garandeert je dat je achteraf terug aan

Nadere informatie

BEREKENING COMPETENTIETOELAGE

BEREKENING COMPETENTIETOELAGE BEREKENING COMPETENTIETOELAGE 2006 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening competentietoelage

Nadere informatie

KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties

KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties Tess Poppe 26 maart 205 Inhoud DEEL I Knelpuntberoepen OCMW s... 2. Overzicht functies... 2.. Verpleegkundige... 3..2 Hoofdverpleegkundige...

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 23 oktober 2013

PERSBERICHT Brussel, 23 oktober 2013 PERSBERICHT Brussel, 23 oktober 2013 Bijna 38 % van de werkende bevolking combineert een job met kinderen jonger dan 15 jaar Resultaten van een speciale module over de combinatie werk en gezin Van alle

Nadere informatie

Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten; GR20170622 punt 3: Politie - Personeel - Externe aanwerving - Openverklaring van een betrekking in het administratief en logistiek kader - Niveau B - Consulent - voor de dienst beleid, beheer & ondersteuning

Nadere informatie

Welkom. Sociale verkiezingen 2012

Welkom. Sociale verkiezingen 2012 Welkom Sociale verkiezingen 2012 1 120 kantoren 750 medewerkers 24 uur per dag 7 dagen op 7 2 Welkom Sociale verkiezingen 2012 Aandachtspunten tijdens het referentiejaar 2011 Isabel Plets Stijn Demeestere

Nadere informatie

BEREKENING VAKANTIEGELD

BEREKENING VAKANTIEGELD BEREKENING VAKANTIEGELD 2008 FOD FINANCIEN THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN & PENSIOENEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening vakantiegeld 2008 inleiding...

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.1 - Oktober

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.1 - Oktober Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.1 - Oktober 2008-239- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

Advies. Uitzendarbeid. Brussel, 21 maart 2016

Advies. Uitzendarbeid. Brussel, 21 maart 2016 Advies Uitzendarbeid Brussel, 21 maart 2016 SERV_20160321_Uitzendarbeid_ADV Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@serv.be www.serv.be . Adviesvraag:

Nadere informatie

Loopbaanonderbreking in de openbare sector. ACV-Openbare Diensten mei 2014

Loopbaanonderbreking in de openbare sector. ACV-Openbare Diensten mei 2014 Loopbaanonderbreking in de openbare sector ACV-Openbare Diensten mei 2014 Loopbaanonderbreking Veel personeelsleden in de openbare sector hebben mogelijkheden om hun loopbaan tijdelijk te onderbreken of

Nadere informatie

Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018

Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018 Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018 Daniël de Rijke BSc In opdracht van de NBvK Juni 2018 Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018 Daniël de Rijke/NBvK, juni 2018 Pagina!1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1

Nadere informatie

FAQ s sociale maribel 329.01

FAQ s sociale maribel 329.01 FAQ s sociale maribel 329.01 Wat moet ik doen om in aanmerking te komen voor subsidies? Je organisatie dient te behoren tot de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap (PC 329.01) en minstens 5,5

Nadere informatie

Toelichting op de jaarurensystematiek

Toelichting op de jaarurensystematiek Toelichting op de jaarurensystematiek Toelichting op de jaarurensystematiek Toelichting Artikel 4.3 CAO Kinderopvang Opgesteld door CAO-partijen in de Kinderopvang 1 van 8 Toelichting op de jaarurensystematiek

Nadere informatie

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29).

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29). In het kader van het onderzoek kreeg de RVA de vraag om op basis van de door het VFSIPH opgestelde lijst van Rijksregisternummers na te gaan welke personen op 30 juni 1997 als werkloze ingeschreven waren.

Nadere informatie

SBOV II HRM & veranderingsmanagement. 6 oktober Ria JANVIER (Universiteit Antwerpen) HRM & veranderingsmanagement. HRM & veranderingsmanagement

SBOV II HRM & veranderingsmanagement. 6 oktober Ria JANVIER (Universiteit Antwerpen) HRM & veranderingsmanagement. HRM & veranderingsmanagement HRM & veranderingsmanagement Stand van het lokale personeelsbeleid en de aansturing ervan door de Vlaamse overheid Annie HONDEGHEM (K.U.Leuven) Nele PEETERS & Chiara DE CALUWÉ (Universiteit Antwerpen)

Nadere informatie

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld 2010-2017 September 2018 Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen 2 INHOUDSTAFEL INLEIDING... 5 1. ARBEIDSZORG IN OOST-VLAANDEREN: ALGEMEEN OVERZICHT...

Nadere informatie

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau. Een aantal arbeidsgehandicapten uit onze onderzoekspopulatie waren tijdens de referteperiode ingeschreven bij zowel RVA als RSZ. Deze (relatief kleine) groep van mensen bespreken we in dit deel van het

Nadere informatie

BEKENDMAKING GEMEENTERAADSBESLUIT Ingevolge artikel 186 van het gemeentedecreet

BEKENDMAKING GEMEENTERAADSBESLUIT Ingevolge artikel 186 van het gemeentedecreet BEKENDMAKING GEMEENTERAADSBESLUIT Ingevolge artikel 186 van het gemeentedecreet WIJZIGEN VAN RECHTSPOSITIEREGELING VOOR GEMEENTEPERSONEEL DATUM BESLISSING: 22 juni 2017 DATUM BEKENDMAKING: 6 juli 2017

Nadere informatie

GEMEENTERAAD. Ontwerpbesluit

GEMEENTERAAD. Ontwerpbesluit GEMEENTERAAD Ontwerpbesluit OPSCHRIFT Vergadering van 12 april 2017 Besluit nummer: 2017_GR_00307 Onderwerp: Eénmalige vaste aanstelling in statutair verband op grond van aantal jaren actieve dienst -

Nadere informatie

Op zoek naar 25.000 nieuwe personeelsleden tegen 2025

Op zoek naar 25.000 nieuwe personeelsleden tegen 2025 Op zoek naar 25.000 nieuwe personeelsleden tegen 2025 Het Vlaams Welzijnsverbond publiceert naar jaarlijkse gewoonte cijfers over het personeel in de Vlaamse welzijnssector. 187 werkgevers uit de welzijnssectoren

Nadere informatie

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS 1 Flexi-jobs: Synthese Tabel 1: Aantal en aandeel flexi-arbeid -2016Q4- Aantal Aandeel Werkgevers 5 223 21,4% Arbeidsplaatsen tijdens kwartaal 1 16 831 9,4% Voltijdsequivalenten

Nadere informatie

Overzicht van de nieuwe pensioenmaatregelen in de overheidssector. 2. De verhoging van de leeftijd en loopbaanvoorwaarde voor vervroegd

Overzicht van de nieuwe pensioenmaatregelen in de overheidssector. 2. De verhoging van de leeftijd en loopbaanvoorwaarde voor vervroegd Overzicht van de nieuwe pensioenmaatregelen in de overheidssector 1. 0verzicht Een eerste maatregel verhoogt de minimum leeftijd en loopbaanvoorwaarde om een vervroegd rustpensioen te kunnen genieten.

Nadere informatie

2070000 Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid

2070000 Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid 2070000 Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juli 2007 (84.936)... 2 Minimumwedde

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit 1e Directie Dienst 11 Personeelsbeheer, Wedden en Pensioenen Provincieraadsbesluit betreft verslaggever STATUTEN EN REGLEMENTEN wijziging modaliteiten loopbaanonderbreking voor ouderschapsverlof en voor

Nadere informatie

Halftijds brugpensioen

Halftijds brugpensioen Halftijds brugpensioen //dossier Eindeloopbaan Inhoud Wat verstaat men onder halftijds brugpensioen?... 01 Onder welke voorwaarden krijgt men toegang tot het halftijds brugpensioen?... 01 Welke procedure

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid, inzonderheid op artikel 5;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid, inzonderheid op artikel 5; TC/98/84 ADVIES Nr. 98/07 VAN 7 JULI 1998 BETREFFENDE EEN AANVRAAG VAN DE KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN (DEPARTEMENT SOCIOLOGIE) TOT HET BEKOMEN VAN DE RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID EN DE RIJKSDIENST

Nadere informatie

Wat zijn de gevolgen van de pensioenhervormingen voor de personeelsleden van de UGent?

Wat zijn de gevolgen van de pensioenhervormingen voor de personeelsleden van de UGent? Wat zijn de gevolgen van de pensioenhervormingen voor de personeelsleden van de UGent? DEZE TEKST IS GEBASEERD OP DE RECENTSTE REGELGEVING TOT 15 JANUARI 2012. ER ZIJN VERDER NOG EEN AANTAL MAATREGELEN

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 KINDEREN EN DE WERKSITUATIE VAN HUN OUDERS

Hoofdstuk 3 KINDEREN EN DE WERKSITUATIE VAN HUN OUDERS Hoofdstuk 3 KINDEREN EN DE WERKSITUATIE VAN HUN OUDERS De tijd die kinderen doorbrengen in en buiten het eigen gezin, o.a. in de kinderopvang, hangt nauw samen met de werksituatie van de ouders. Werk is

Nadere informatie

De wet voorziet dat het recht op vakantie afhangt van het aantal dagen. werknemers die tijdens het vorige kalenderjaar hebben gewerkt het

De wet voorziet dat het recht op vakantie afhangt van het aantal dagen. werknemers die tijdens het vorige kalenderjaar hebben gewerkt het Verlof en vakantie De wet voorziet dat het recht op vakantie afhangt van het aantal dagen dat je het vorige jaar hebt gewerkt. Concreet betekent dit dat werknemers die tijdens het vorige kalenderjaar hebben

Nadere informatie

BIJLAGE cao III BE: Voorstel van overgang naar het statuut voor de sector BASISEDUCATIE

BIJLAGE cao III BE: Voorstel van overgang naar het statuut voor de sector BASISEDUCATIE Thema uit DRP Tijdelijke aanstelling BIJLAGE cao III BE: van overgang naar het statuut voor de sector BASISEDUCATIE JA, maar geen TADD conform DRP Tijdelijke aanstelling van onbepaalde duur. Tijdelijke

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Toepassingsgebied

HOOFDSTUK I. Toepassingsgebied Paritair Comité voor de voedingsnijverheid 1180003 Bakkerijen (grote en kleine) / kleine banketbakkerijen, eventueel met consumptiesalon / kleine (ambachtelijke) roomijsfabrikant / kleine (ambachtelijke)

Nadere informatie

CONVERSIETABEL AFWEZIGHEDEN VASTBENOEMDE PERSONEELSLEDEN

CONVERSIETABEL AFWEZIGHEDEN VASTBENOEMDE PERSONEELSLEDEN versie 2 (update 15/04/2015) in CONVERSIETABEL AFWEZIGHEDEN VASTBENOEMDE PERSONEELSLEDEN 101 werkelijk gepresteerde arbeid 102 zaterdag, zondag, of vervangdag 103 Wettelijke feestdag of vervangdag (geen

Nadere informatie

Financiële problemen op de werkvloer

Financiële problemen op de werkvloer Financiële problemen op de werkvloer Gemeente Zoetermeer Nibud, 2012 Auteurs Daisy van der Burg Tamara Madern Inhoud 1 INLEIDING... 2 2 ONTWIKKELING FINANCIËLE PROBLEMEN... 3 3 OORZAKEN, SIGNALEN EN GEVOLGEN...

Nadere informatie

BIJLAGE I : UURREGELING EN REGLEMENT MET BETREKKING TOT DE TIJDSREGISTRATIE VAN HET OCMW- PERSONEEL (BIJLAGE BIJ ART. 8)

BIJLAGE I : UURREGELING EN REGLEMENT MET BETREKKING TOT DE TIJDSREGISTRATIE VAN HET OCMW- PERSONEEL (BIJLAGE BIJ ART. 8) BIJLAGE I : UURREGELING EN REGLEMENT MET BETREKKING TOT DE TIJDSREGISTRATIE VAN HET OCMW- PERSONEEL (BIJLAGE BIJ ART. 8) Inhoudsopgave 1. Principes tijdsregistratie... 2 2. Beschrijving van het systeem...

Nadere informatie

AFWEZIGHEID LANGE DUUR GEWETTIGD DOOR FAMILIALE REDENEN

AFWEZIGHEID LANGE DUUR GEWETTIGD DOOR FAMILIALE REDENEN MEDEDELING M.12.025 BRUSSEL, 2012-09-13 KLASSEMENT: BESTEMD VOOR: BuBaO CONTACT: Lode De Geyter TREFWOORDEN: 02 507 08 33 @ lode.degeyter@vsko.be Pers/Verloven Verloven OVERZICHT VAN VERLOFSTELSELS 1 VOLLEDIGE

Nadere informatie

BIJLAGE 7: OVERZICHT VAN DE VERLOVEN EN AFWEZIGHEDEN, DE ADMINISTRATIEVE TOESTAND EN DE GELDELIJKE EN ADMINISTRATIEVE GEVOLGEN

BIJLAGE 7: OVERZICHT VAN DE VERLOVEN EN AFWEZIGHEDEN, DE ADMINISTRATIEVE TOESTAND EN DE GELDELIJKE EN ADMINISTRATIEVE GEVOLGEN BIJLAGE 7: OVERZICHT VAN DE VERLOVEN EN AFWEZIGHEDEN, DE ADMINISTRATIEVE TOESTAND EN DE GELDELIJKE EN ADMINISTRATIEVE GEVOLGEN Begrippen : dienstactiviteit, non-activiteit en disponibiliteit: : het statutaire

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit 7e Directie Dienst 71 Personeelsbeheer, Wedden en Pensioenen Provincieraadsbesluit betreft PROVINCIAAL ONDERWIJS - ALLE SCHOLEN Statuut niet-gesubsidieerd administratief en technisch, meesters-, vak- en

Nadere informatie

Ziekteverzuim anno 2002

Ziekteverzuim anno 2002 Ziekteverzuim anno 2002 Evolutie en regionale verschillen Vorig jaar voerde SD WORX, een van de grotere sociale secretariaten in ons land, voor de eerste maal een onderzoek uit naar ziekteverzuim bij een

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

Conclusies enquête The Future Group. November 2015

Conclusies enquête The Future Group. November 2015 November 2015 Conclusies enquête Een zzp er kiest voor zelfstandigheid, vrijheid en ondernemerschap. Daar moet je hem/haar de ruimte voor geven. Verplichte collectieve zaken staan in tegenstelling tot

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 11 januari 2019;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 11 januari 2019; Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de rechtspositieregeling van het personeel van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet

Nadere informatie

Ter beschikking gesteld door ACV-metaal Picanolgroup

Ter beschikking gesteld door ACV-metaal Picanolgroup EINDEJAARSPREMIE P.C.111 WEST-VLAANDEREN Collectieve arbeidsovereenkomst van 06/03/2001 gesloten in het Gewestelijk Paritair Comité West-Vlaanderen voor de Metaal-, Machine en Elektrische Bouw. Hoofdstuk

Nadere informatie

CONVERSIETABEL AFWEZIGHEDEN VASTBENOEMDE PERSONEELSLEDEN.

CONVERSIETABEL AFWEZIGHEDEN VASTBENOEMDE PERSONEELSLEDEN. CONVERSIETABEL AFWEZIGHEDEN VASTBENOEMDE PERSONEELSLEDEN. (voorlopige versie, 22 februari 2011) in 101 werkelijk gepresteerde arbeid 102 zaterdag, zondag, of vervangdag / / 103 Wettelijke feestdag of vervangdag

Nadere informatie

Uitgerust op rustpensioen

Uitgerust op rustpensioen Uitgerust op rustpensioen Eindeloopbaan en pensioenvorming in Vlaanderen Herremans, W. (2005). Uitgerust op rustpensioen. Eindeloopbaan en pensioenvorming in Vlaanderen. Steunpunt WAV, in opdracht van

Nadere informatie

De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer

De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer De uitkeringsgerechtigde volledig werklozen - nietwerkende werkzoekenden sedert 5 jaar en meer Gewoonlijk onderzoekt men de werkloosheid

Nadere informatie

AANVRAAG-OVEREENKOMST of AANVRAAG-WEIGERING van een dienstonderbreking schooljaar

AANVRAAG-OVEREENKOMST of AANVRAAG-WEIGERING van een dienstonderbreking schooljaar 1/ 5 AANVRAAG-OVEREENKOMST of AANVRAAG-WEIGERING van een dienstonderbreking schooljaar 2018-2019 Luik 1: Aanvraag van het personeelslid Ik, ondergetekende... Stamboeknummer... wonende te... personeelslid

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

De Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer

De Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer De Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer Holebi s & transgenders als collega s DIENST DIVERSITEITSBELEID Resultaten online enquête Om de situaties van homo s, lesbiennes, biseksuelen (holebi

Nadere informatie

BEREKENING PREMIE VOOR COMPETENTIEONTWIKKELING

BEREKENING PREMIE VOOR COMPETENTIEONTWIKKELING BEREKEIG PREMIE VOOR COMPETETIEOTWIKKELIG 2010 Bijwerking van 22-07-2010 FOD FIACIE THESAURIE DIEST BETALIGE WEDDE & PESIOEE KUSTLAA 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be IHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2 Berekening

Nadere informatie

Jaarlijkse vakantie. 1. Wat is jaarlijkse vakantie?

Jaarlijkse vakantie. 1. Wat is jaarlijkse vakantie? Jaarlijkse vakantie 1. Wat is jaarlijkse vakantie? Jaarlijkse vakantie is het recht om gedurende een aantal dagen arbeid te onderbreken met doorbetaling van loon. Hierbij kan je 2 begrippen onderscheiden:

Nadere informatie

BEREKENING PREMIE VOOR COMPETENTIEONTWIKKELING

BEREKENING PREMIE VOOR COMPETENTIEONTWIKKELING BEREKEIG PREMIE VOOR COMPETETIEOTWIKKELIG 2011 Bijwerking van 30-06-2011 FOD FIACIE THESAURIE DIEST BETALIGE WEDDE & PESIOEE KUSTLAA 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be IHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 2...

Nadere informatie

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit De gemeenteraad Ontwerpbesluit OPSCHRIFT Vergadering van 25 januari 2016 Besluit nummer: 2016_GR_00009 Onderwerp: Rechtspositieregeling Personeel Stad Gent - Invoering van het gemeenschappelijk arbeidsreglement

Nadere informatie

Eindejaarspremie. Verplichting tot betalen van een eindejaarspremie

Eindejaarspremie. Verplichting tot betalen van een eindejaarspremie Definitie Eindejaarspremie Een eindejaarspremie of dertiende maand is een vergoeding voor een jaar prestaties, die meestal rond de jaarwisseling uitbetaald wordt. De eindejaarspremie wordt niet bij het

Nadere informatie

BIJLAGEN. Wel of niet aan het werk. Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten

BIJLAGEN. Wel of niet aan het werk. Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten BIJLAGEN Wel of niet aan het werk Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten Patricia van Echtelt Stella Hof Bijlage A Multivariate analyses... 2

Nadere informatie

RESP. NR. : MULTI- HH NR.: VERSIE 1. Europees Sociaal Onderzoek 2006. Aanvullende vragenlijst

RESP. NR. : MULTI- HH NR.: VERSIE 1. Europees Sociaal Onderzoek 2006. Aanvullende vragenlijst RESP. NR. : 1 2 3 4 5 6 MULTI- HH NR.: 7 VERSIE 1 Europees Sociaal Onderzoek 2006 Aanvullende vragenlijst ALS U EEN MAN BENT, WILT U DAN VRAAG 1 BEANTWOORDEN? ALS U EEN VROUW BENT, WILT U DAN VRAAG 2 BEANTWOORDEN?

Nadere informatie

BIJZONDERE INSTRUCTIES

BIJZONDERE INSTRUCTIES Sociale Statistieken Eenheid «Enquête naar de Arbeidskrachten» Leuvenseweg 44-1000 Brussel DOORLOPENDE ENQUÊTE NAAR DE ARBEIDSKRACHTEN Speciale module werkorganisatie en arbeidstijdregelingen Tweede kwartaal

Nadere informatie

Ervaringsbedrijf personeelsbeleid gelijke kansen en combinatie privé-werk WERKNEMER

Ervaringsbedrijf personeelsbeleid gelijke kansen en combinatie privé-werk WERKNEMER Ervaringsbedrijf personeelsbeleid gelijke kansen en combinatie privé-werk WERKNEMER 2 Vragenlijst De verwerking van deze vragenlijst gebeurt volledig anoniem. Deel 1 gaat over de communicatie van het bedrijf

Nadere informatie

S E C U N D A I R O N D E R W I J S in beeld

S E C U N D A I R O N D E R W I J S in beeld 27-28 S E C U N D A I R O N D E R W I J S in beeld L E E R L I N G E N aantal leerlingen: voltijds secundair deeltijds secundair gewoon 438.315 deeltijds beroepssecundair 6.687 buitengewoon 18.263 deeltijds

Nadere informatie