Verslag aan de Provincieraad

Transcriptie

1 7e Directie Dienst 71 Personeelsbeheer, Wedden en Pensioenen Verslag aan de Provincieraad betreft PROVINCIAAL ONDERWIJS Diverse wijzigingen aan het statuut van het administratief en technisch, meesters-, vak- en dienstpersoneel Mevrouwen en mijne Heren, Met bijgevoegd ontwerpbesluit wordt het statuut van het nietgesubsidieerd administratief en technisch, meesters-, vak- en dienstpersoneel van het provinciaal onderwijs gewijzigd. Dit gebeurt voornamelijk naar aanleiding van een aantal wetten en koninklijke besluiten die voor dit personeel van toepassing zijn en die recent gewijzigd werden. Voor wat deze wijzigingen betreft, is bijgevoegd ontwerpbesluit volledig analoog aan het provincieraadsbesluit van 15 april 2002 betreffende diverse wijzigingen aan het personeelsstatuut van de provinciale administratie. Aanpassingen ingevolge gewijzigde reglementering 1. Politiek verlof De regeling inzake politiek verlof wordt aangepast conform de wet van 4 mei Deze wet vormt een verbetering van het stelsel van politiek verlof voor personeel in de openbare sector, voordien geregeld door de wet van 18 september De nieuwe regelgeving bepaalt onder meer dat het aantal dagen dienstvrijstelling niet langer afhankelijk is van het aantal inwoners van de gemeente. 2. Verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte Met het koninklijk besluit van 9 februari 2001 werd het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte voor het federaal personeel aangepast. Waar voorheen de mogelijkheid voorzien werd om halftijds te werken, wordt nu een ruimere keuze voorzien van 50%, 60% of 80% van de normale prestaties.

2 p Palliatief verlof en zorg voor een zwaar ziek gezins- of familielid De wet van 10 augustus 2001 bepaalt dat voor lokale besturen de gedeeltelijke loopbaanonderbreking voor palliatief verlof en voor de zorg van een zwaar ziek gezins- of familielid enkel nog mogelijk is door een vermindering van de tewerking met 1/5 of ½. De regeling voor volledige onderbreking blijft ongewijzigd. 4. Ouderschapsverlof Voortaan kan men de periode van 3 maanden ouderschapsverlof opsplitsen in maanden. Bijkomend wordt ook de mogelijkheid voorzien om de arbeidsprestaties gedurende 15 maanden met 1/5 te verminderen. Deze periode van 15 maanden kan opgesplitst worden in periodes van telkens 3 maanden. 5. Vermelding premiebedrag vrijwillige vierdagenweek De premie voor de vrijwillige vierdagenweek wordt vermeld als basisbedrag aan 100%, zijnde 70,14 euro per maand. 6. Contractuele tewerkstelling jongeren De niet meer bestaande tewerkstellingsmaatregelen worden geschrapt (oa. stage van jongeren in het kader van het KB 230) en vervangen door bepalingen in verband met de tewerkstelling in het kader van startbaanovereenkomsten. Voor zover relevant, werden ook de 'diverse' aanpassingen van 17 april 2002 aan het statuut van het personeel van de provinciale administratie overgenomen. 1. Fietsvergoeding De regeling inzake de toekenning van een fietsvergoeding wordt uitgebreid met verplaatsingen ingevolge het volgen van studiedagen en/of cursussen buiten de normale standplaats. Personeelsleden die met de fiets rechtstreeks van huis naar deze cursusplaats rijden, krijgen daarvoor eveneens een fietsvergoeding.

3 p Vrijwilliger Rode Kruis In de verlof- en afwezigheidsregeling wordt ingeschreven dat een personeelslid onder bepaalde voorwaarden verlof kan krijgen om in geval van uitzonderlijke omstandigheden (rampomstandigheden fase III) onbezoldigde vrijwillige prestaties te leveren bij de hulpdienst van het Rode Kruis. De voorwaarden zijn dezelfde als deze voor prestaties bij burgerlijke veiligheid als vrijwilliger of prestaties als vrijwillige brandweer. 3. Proeftijd contractuelen Zoals in het statuut van het personeel van de provinciale administratie wordt de proeftijd voor arbeiders op 14 dagen gebracht. De proeftijd voor bedienden blijft behouden op 1 maand. 4. Conventionele schorsing De conventionele schorsing wordt door contractuelen gebruikt om een proeftijd in de privé-sector te vervullen, terwijl het de bedoeling was om een schorsingsmogelijkheid te voorzien vergelijkbaar met het verlof wegens dwingende familiale redenen bij statutairen. Daarom wordt het verlof beperkt tot maximum 28 kalenderdagen op jaarbasis, te nemen in aaneensluitende periodes van minimum 14 dagen. 5. Gratis openbaar vervoer De bepalingen inzake het gratis openbaar vervoer, goedgekeurd in de provincieraad van 5 april 2000 worden opgenomen in het statuut. Bovendien wordt een regeling voorzien voor woon-werkverplaatsingen van personeelsleden die wegens een lichamelijke verhindering tijdelijk of permanent het openbaar vervoer niet kunnen gebruiken. Deze personeelsleden kunnen een gelijkaardige tegemoetkoming krijgen als het personeel dat het openbaar vervoer gebruikt. 6. Voltijds volbrengen van de proeftijd Aangezien de proeftijd zoveel mogelijk voltijdse prestaties veronderstelt, worden op proef benoemde personeelsleden uitgesloten van het recht op de vrijwilllige vierdagenweek. Inspelend op de gedeeltelijke vernietiging door de toezichthoudende overheid, van het analoge provincieraadsbesluit voor het personeel van de administratie, worden de op proef benoemde personeelsleden niet langer uitgesloten van het recht op loopbaanonderbreking.

4 p Overdracht van verlof naar ziekte-kapitaal Artikel 10 3 van de verlof- en afwezigheidsregeling voorziet dat de verlofoverdracht voor een personeelslid dat meer dan 6 maanden afwezig is wegens ziekte, eveneens beperkt wordt tot 5 dagen. In dit geval worden de resterende dagen evenwel bij het ziekteverlof-kapitaal gevoegd. De afwezigheidsperiode wordt verminderd naar 3 maanden. Volgende 'diverse' aanpassingen van 17 april 2002 aan het statuut van het personeel van de provinciale administratie werden niet overgenomen, omdat ze voor het niet-gesubsidieerd ATMVD-personeel van het provinciaal onderwijs minder of niet relevant zijn : 1. de benoeming bij wijze van verandering van graad : wegens het heel beperkt aantal graden (en nog minder gelijkwaardige graden) waarin vastbenoemd wordt ; 2. de bepalingen inzake het seizoenspersoneel : aangezien in het provinciaal onderwijs geen seizoenspersoneel werkt ; 3. de bepalingen inzake de vorming : omdat de betreffende anachronismen van data in het voorliggend statuut niet voorkomen en omdat het behalen van het verplichte aantal uren vorming bij overgangsbepaling meer haalbaar is. Tenslotte bevat dit ontwerpbesluit een aantal aanpassingen die onafhankelijk zijn van het statuut van het personeel van de provinciale administratie : 1. de personeelsleden die als niet-gesubsidieerd ATMVD-personeel in het provinciaal onderwijs tewerkgesteld worden in het kader van het Activa-Plan, worden opgenomen in het toepassingsgebied ; 2. de functiebeschrijvingen van de functies die niet meer voorzien worden in de nieuwe personeelsformatie die gelijktijdig met dit besluit ter goedkeuring voorgelegd wordt, worden geschrapt uit bijlage 1 van het administratief statuut.

5 p. 5 Uw vergadering wordt uitgenodigd om bijgevoegd ontwerpbesluit tot wijziging van het statuut van het niet-gesubsidieerd ATMVD-personeel van het provinciaal onderwijs goed te keuren. Gent, Namens de Bestendige Deputatie : de Provinciegriffier, Albert De Smet de Gouverneur-Voorzitter, Herman Balthazar