UNIVERZITA PALACKÉHO V OLOMOUCI FILOZOFICKÁ FAKULTA

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "UNIVERZITA PALACKÉHO V OLOMOUCI FILOZOFICKÁ FAKULTA"

Transcriptie

1 UNIVERZITA PALACKÉHO V OLOMOUCI FILOZOFICKÁ FAKULTA Katedra nederlandistiky BAKALÁŘSKÁ PRÁCE NIZOZEMSKÁ FILOLOGIE Problemen van Chinezen en Taiwanezen met het leren van Nederlands Problémy čínských rodilých mluvčích se studiem nizozemštiny Problems of Chinese Native Speakers in Learning Dutch Vedoucí práce: Wilken Engelbrecht Olomouc 2010 Zuzana Přecechtělová

2 Prohlášení Prohlašuji, že jsem svou bakalářskou práci vypracovala samostatně a že jsem uvedla veškerou použitou literaturu a ostatní zdroje. Verklaring Hierbij verklaar ik dat ik mijn scriptie zonder hulp van derden heb geschreven en dat ik alle gebruikte literatuur en andere bronnen heb vermeld. Olomouc, 5 augustus Zuzana Přecechtělová

3 Poděkování Děkuji vedoucímu bakalářské práce doc. dr. Wilkenu Engelbrechtovi za vedení práce, panu Han-sen Hsieh za pomoc s překladem a všem respondentům. Dankbetuiging Ik dank mijn begeleider doc. dr. Wilken Engelbrecht voor zijn adviezen en opmerkingen bij de verwerking van dit bachelorwerkstuk, en meneer Han-sen Hsieh voor hulp met de vertaling en alle respondenten. Olomouc, 5 augustus Zuzana Přecechtělová

4 Inhoud Inleiding Beknopte beschrijving van het Chinees Fonetiek Medeklinkers Klinkers Lettergrepen Tonen en de melodie van de uitspraak Transliteratie en transcriptie Morfologie Grammaticale functionele karakteristieken in het Chinees Zelfstandig naamwoord Adjectief Waarnemend woord Maatwoord Telwoord Werkwoord Modaal werkwoord Aanvulling Prepositioneel werkwoord Bijwoord Voegwoord Grammaticaal aanwijzer, partikel

5 Tussenwerpsels en klanknabotsende woorden Voorvoegsel Achtervoegsel Algemene problemen van Chinezen en Taiwanezen met het leren van Nederlands Problemen samenhangende met de fonetiek Problemen samenhangende met morfologie en syntaxis Woorvolgorde Woordsoorten Vervoeging van werkwoorden Problemen samenhangende met woordvorming en lexicologie Het maken van de vragenlijsten Analyse van de resultaten...34 Conclusie...43 Bibliografie...45 Resumé...46 Summary...47 Seznam příloh...49 Anotace...50

6 Inleiding Nederlands wordt overal ter wereld gestudeerd. In 2008 ontmoette ik voor de eerste keer een paar Chinezen die Nederlands leerden drie mensen die een NT2 les in Antwerpen volgden en één meisje dat aan de Zomercursus Nederlandse Taal en Cultuur in Hasselt deelnam. Toen ik met deze mensen sprak en naar hun Nederlands luisterde, begreep ik wel hoe moeilijk Nederlands voor hen was. De problemen die ze met de uitspraak, conjugatie, woordvolgorde enz. hadden, leken logisch bij mij omdat ik Chinees studeer. Maar het was ook klaar voor mij dat de meeste mensen, vaak inclusief docenten, hun specifieke problemen meestal niet begrijpen. In mijn werk houd ik me dus bezig met deze specifieke problemen die Chinezen en Taiwanezen met leren Nederlands hebben. Het doel van mijn werk is de meest voorkomende problemen te beschrijven en deze problemen uit te leggen. Ik zou ook graag uitvinden of de beschreven problemen de praktijk echt weerspiegelen. Het eerste hoofdstuk gaat over het Chinees in het algemeen. De beschrijving is niet heel ingewikkeld, maar betreft vooral de regels die belangrijk zijn voor makkelijker begrip van de andere delen van mijn scriptie. Eerst zal ik de Chinese fonetiek beschrijven - tonen, melodie van de uitspraak, transcriptie en transliteratie. Het andere deel betreft de Chinese morfologie. Het morfologische deel zal vooral over de zogenaamde grammaticale functionele karakteristieken van het Chinees gaan. In het tweede hoofdstuk houd ik me bezig met de problemen van Chinezen en Taiwanezen met het Nederlands in het algemeen. Deze problemen kunnen in drie groepen verdeeld worden. Bij de eerste groep horen de problemen samenhangende met de fonetiek. De tweede groep bestaat uit problemen samenhangende met morfologie en syntaxis bij deze groep hoort ook een grote subgroep die de vervoeging van werkwoorden betreft. De derde groep betreft problemen met de lexicologie. Om me persoonlijk te overtuigen welke problemen Chinezen en Taiwanezen met het leren van het Nederlands hebben, besloot ik een vragenlijst te maken. In het derde 1

7 hoofdstuk zal ik het maken van de vragenlijsten beschrijven. Samen met het beschrijving zal ik enkele hypotheses over verwachte resultaten formuleren. In de vierde hoofdstuk zal ik een analyse van de resultaten maken. De verkregen resultaten zal ik met de verwachte resultaten vergelijken. Daarvan zal ik meer informaties over de problemen die Chinezen en Taiwanezen met leren van het Nederlands echt hebben inwinnen. Alle Chinese zinnen zijn in het Standaardmandarijn geschreven en met uitzondering van één variant van de vragenlijst gebruik ik de vereenvoudigde Chinese karakters.voor de transcriptie van Chinese woorden en zinnen gebruik ik Hanyu Pinyin. Wat de terminologie betreft, gebruik ik vooral uitdukkingen uit het werk van meneer Oldřich Švarný die ik in het Nederlands vertaald heb. 2

8 1. Beknopte beschrijving van het Chinees 1.1 Fonetiek Er zijn grote verschillen tussen de fonetiek van Nederlands en de fonetiek van Chinees. Om sommige problemen van toontaalsprekers beter te snappen is het daarom belangrijk de fonetische karasteristiek van het Chinees te beschrijven Medeklinkers Zelfs het voorkomen van medeklinkers in verschillende posities is in het Chinees heel beperkt. Er bestaan geen groepen van medeklinkers, in feit kunnen de medeklinkers in het Chinees alleen aan het begin van een lettergreep of op het eind van een lettergreep staan. Er zijn enkele uitzonderingen. Bij voorbeeld de nasaal [ŋ] kan als ng overgeschreven worden. Ook kan men soms in een transcriptie woorden zoals wánr of shìr zien. In deze gevallen is er een verschil tussen de transcriptie, de tekens en de uitspraak. In het geschreven Chinees bestaan het woord wánr uit twee karakters: ( wán + er). Elk karakter wordt meestal als één lettergreep uitgesproken, maar in het geval van de woorden die met er eindigen worden de medeklinkers in het midden van het woord niet uitgesproken. Het woord klinkt dus [war] en er wordt geen groep van medeklinkers uitgesproken. Net zoals in het geval van lettegrepen shi, chi etc., waarin sh en ch als één medeklinker worden uitgesproken. Aspiratie bestaat in het Chinees wel, maar er is geen verschil tussen stemloze en stemhebbende medeklinkers. Een typisch voorbeeld zijn occlusieven [b] [p] en [t] [d]. Er bestaan paren [p] [p h ], zoals bij voorbeeld in de woorden [pa] ( bǎ) en [p h a] ( pà) of [t] [t h ], bijv.: [ta] ( dà) en [t h a] ( tā), maar er is geen verschil tussen paren [b] [p] en [t] [d]. Hoewel sommige medeklinkers (meestal occlusieven die in het midden van een woord staan) stemhebbend kunnen lijken, is deze stemhebbendheid niet functioneel dat betekent dat de medeklinkers de betekenis van het woord niet onderscheiden. 3

9 1.1.2 Klinkers De tegenstelling van lange en korte klanken is in het Chinees evenmin functioneel. In het Nederlands, net als in het Tsjechisch en andere Indo-Europese talen, kan de lengte van een klank de betekenis van een woord onderscheiden. Maar in het Chinees hebben alle klanken onder dezelfde prosodische voorwaarden dezelfde lengte. In de toespraak worden enkele lettergrepen langer, maar dit verschijnsel heeft verband met de prominentie van lettergrepen. In het algemeen spreekt men de meest prominente lettergrepen langer uit. De meest vooraanstaande lettergrepen in het Chinees zijn meestal de eerste en de laatste Lettergrepen Behalve de regels die ik al genoemd heb, zijn er nog andere beperkingen. Niet alleen bestaan er geen groepen van medeklinkers, maar ook mogen de medeklinkers alleen met bepaalde klinkers verbonden zijn. Dientengevolge bestaan er in het Chinees niet meer dan ongeveer vierhonderd verschillende lettergrepen. 1 Dat leidt tot het feit dat tonen in het Chinees heel belangrijk zijn, omdat ze de onderscheidende functie hebben. De meeste woorden in het Chinees zijn meerlettergrepig, maar er is toch een hoog percentage van eenlettergrepige woorden. Dat heeft dus een invloed op de melodie van de uitspraak Tonen en de melodie van de uitspraak Het Chinees is een toontaal. De melodie van de uitspraak wordt gebruikt om eenlettergrepige woorden of de betekenis van eenlettergrepige morfemen in meerlettergrepige woorden te onderscheiden. De melodie (of de intonatie) van de uitspraak onderscheidt dus de betekenis van een zin of het gezegde niet. Dat is gewoon in de meeste Europese talen, bij voorbeeld gebruikt men stijgende intonatie in een vraag, afnemende intonatie in een bevestigende zin etc. 1 De tabel van alle mogelijke combinaties kan men op dit adres vinden: 4

10 Er zijn vier tonen in het Chinees. Men kan de melodische loop van de tonen op het plaatje 1-1 zien. De eerste toon is hoog en lang. De tweede heeft een stijgende intonatie de toon begint op normale toonhoogte en stijgt dan. De derde toon is laag en onbestendig eerst daalt hij en stijgt dan tot de normale toonhoogte. De vierde toon is kort, scherp en heeft een markant dalende intonatie begint hoog, ongeveer op het niveau van de eerste toon en eindigt laag (ongeveer op het niveau van het diepste punt van de derde toon) Daarentegen is de intonatie in de bevestigende zinnen in het Chinees heel verschillend. Omdat de tweede toon een stijgende intonatie heeft, kunnen sommige bevestigende zinnen in het Chinees als een vraag klinken. Dit feit is goed zichtbaar on het plaatje 1-2. Er staat een grafische notatie van twee Chinese zinnen. Op het eerste diagram is de zin Tā yáo lái Hij wil komen. De zin is een gewone bevestigende zin, maar de intonatie stijgt, omdat het woord lái komen de tweede toon heeft. Op het tweede diagram is de zin Tā yáo qù Hij wil gaan. In dit geval is de intonatie afnemend, omdat het woord qù gaan de vierde toon heeft. De tonen worden met diakritische tekens aangegeven. De eerste toon krijgt de macron, bijv. mā. De tweede toon krijgt de accent aigu, bijv. má. De derde toon ŠVARNÝ, Oldřich, Úvod do studia hovorové čínštiny. Olomouc: Univerzita Palackého, 2001: 59 5

11 krijgt de caron (of háček ), bijv. mǎ. De vierde toon krijgt de accent grave, bijv. mà. Soms gebruikt men ook cijfers om de tonen aan te geven (ma1, ma2, ma3, ma4). De lettergrepen die geen toon krijgen, krijgen ook geen diakritische tekens. Dus bijv. in het geval van het vraagende partikel zal de pinyin gewoon ma (of ma0) zijn. In modern Chinees hebben niet alle lettergrepen een toon. Sommige lettergrepen zijn in de loop van de tijd toonloos geworden of de toon wordt in enkele combinaties verzwakt (en in dit geval krijgt de lettergreep ook geen diakritisch teken). Maar de allerlaatste lettergreep in de bevestigende zinnen heeft altijd wel een toon. In het algemeen hangt de intonatie van een zin dus van de toon van het laatste woord af Transliteratie en transcriptie Chinees heeft geen alfabet. Tenminste geen alfabet in de zin van wat Europeanen kennen. Er bestaan enkele transcripties van het Chinees en in het heden zijn woordenboekingangen in de Chineze woordenboeken ook in alfabetische volgorde opgesteld, maar het Chinees heeft geen eigen alfabet. De behoefte om het Chinees in Latijnse letters weer te geven leidde tot de vorming van pinyin, een systeem van transliteratie. Pinyin dient voor het opschrijven van Chinese lettergrepen en wordt dus gebruikt voor optekening van de standaard uitspraak van de Chinese tekens. Vroeger werd pinyin alleen gebruikt in de Volksrepubliek China maar sinds 2009 wordt het ook in de Republiek China (Taiwan) gebruikt. Sommige landen gebruiken eigen transcripties. In de tabellen 4 hieronder kan men een vergelijking van pinyin zien met IPA, EFEO (École française d'extrême- Orient; Franse transcriptie), WG (Wade-Giles; was het belangrijkste systeem voor transcriptie van het Chinees in de Westerse wereld), Zhuyin (ook bopomofo genoemd, wordt in Taiwan gebruikt) en de Tsjechische transcriptie. Pinyin IPA EFEO WG Zhuyin Tsjechische transcriptie Uitspraak in pinyin Uitspraak in Nederlands b p p p p bo poh 4 De tabels zijn een combinatie van de tabels uit: en de tabels uit: ŠVARNÝ, Oldřich, Úvod do studia hovorové čínštiny. Olomouc 2001: 6-9 6

12 p p p' p' pch po p'oh m m m m m mo moh f f f f f fo foh d t t t t de duh t t t' t' tch te t'uh n n n n n ne nuh l l l l l le luh g k k k k ge guh k k k' k' kch ke k'uh h h h h ch he gguh j t k/ts ch ť ji tjie q t k'/ts' ch' čch qi tsjie x s/h hs s xi ssjie zh t tch ch č zhi dj ch t tch' ch' čch chi tj sh sh sh š shi sj r r j ž re zj z ts ts c ts ts' s s s ts (tz) ts' (tz') s (sz) c zi cch ci s si w w ou/w w w wu woe y j i/y y y yi jie tz ts ss Pinyin IPA EFEO WG Zhuyin Tsjechische transcriptie Uitspraak in pinyin Uitspraak in Nederlands a a a aa e /ə ö/é o/ê e e uh ê e/o e eh i i yi ie o o o oh u u u oe ü ü ü uu er ər eul êrh er/r er ur 7

13 ai aj ai aai ei ej ei eej ao ao ao auw ou ou ou oow an an an an en ən en ên en en un ang ang ang ang eng ŋ eng êng eng eng ung 1.2 Morfologie Een van de grootste verschillen tussen het Chinees en de Indo-Europese talen is gewoon dat er in het Chinees bijna geen morfologie bestaat in de letterlijke zin van het woord. De woordsoorten zijn niet strict gedefinieerd en bij sommige woorden is het bijv. moeilijk om te bepalen of ze zelfstandige of bijvoeglijke naamwoorden zijn. Er bestaat geen morfologische congruentie, want er bestaat geen geslacht of persoonsvormen. Het verband tussen onderwerp en gezegde is dus lossere. Er bestaat ook geen vervoeging of verbuiging van woorden. Hoewel de woorden in het Chinees geen onderscheidende vormen hebben, bestaan er enkele lexicale eenheden die bepaalde functies en verbanden met andere woorden hebben. Deze eigenschappen worden grammaticaal fuctioneel karakteristiek ( yǔfǎ gōngnéng tèzhēng) genoemd. Functies van de grammaticale fuctionele karakteristieken zijn soort gelijk als die van de woordsoorten in de Indo-Europese talen, ze woorden dus soortgelijk genoemd (functioneel karakteristiek van het zelfstandig naamwoord, functioneel karakteristiek van het bijvoeglijk naamwoord enz.). Als men spreekt over deze karakteristieken, betekent het alleen dat de bepaalde eenheid neemt een plaats van het zelfstandige naamwoord enz. in. Één eenheid kan echter meer verschillende plaatsen innemen, d.w.z. kan een verschillende functionele karakteristiek worden. Er zijn ook sommige eenheden die men als functionele karakteristieken kunnen niet beschrijven; die moet men individueel beschrijven. 8

14 1.2.1 Grammaticale functionele karakteristieken in het Chinees Zelfstandig naamwoord ( míngcí) De categorisering van zelfstandige naamwoorden in het Chinees is soortgelijk als in het Nederlands. Er bestaan enkele groepen van zelfstandige naamwoorden: voorwerpsnamen, verzamelnamen (collectiva), stofnamen, abstracte zelfstandige naamwoorden, zelfstandige naamwoorden van tijd en zelfstandige naamwoorden van plaats. De voorwerpsnamen zijn bijv. woorden als māo kat, yǔyī regenjas enz. De verzamelnamen zijn woorden als fùmǔ vader en moeder, ouders. De stofnamen zijn (zoals in het Nederlands) bijv.: shuǐ water en jīn goud. Als een voorbeeld van een abstract zelfstandig naamwoord kan men bijv. yìnxiàng impressie noemen. Natuurlijk bestaan er ook eigennamen. Er is een belangrijk verschil tussen de eigennamen in het Chinees en in het Nederlands (of in de Indo-Europese talen in het algemeen) de familienaam komt in het Chinees altijd vóór de voornaam. Hoewel de zelfstandige naamwoorden van plaats ( chùsuǒ míngcí) en zelfstandige naamwoorden van tijd ( shíjiāncí) op bijwoorden kunnen lijken, zijn de grammaticale eigenschappen van deze functionele karakteristieken verschillend. Dat ook betekent dat woorden zoals bijv. wàimian buiten in het Chinees de functionele karakteristiek van een zelfstandig naamwoord hebben. De meeste zelfstandige naamwoorden in het Chinees hebben geen meervoud. Er bestaat alleen één groep zelfstandige naamwoorden die een meervoud hebben. Dat zijn de zelfstandige naamwoorden die een persoon aangeven (als xuéshēng student, gōngrén arbeider, tóngxué klasgenoot enz.) Meervoud wordt in het Chinees meestal uitgedrukt door een telwoord in combinatie met een maatwoord. De zelfstandige naamwoorden in het Chinees hebben geen lidwoorden. Maar dat is niet alleen voor het Chinees typisch ook in sommige Indo-Europese talen bestaan er geen lidwoorden 9

15 Het is ook belangrijk om te weten dat er geen echte voorzetsels in het Chinees bestaan. De zelfstandige naamwoorden zijn verbonden met de zelfstandige naamwoorden van plaats en in dit geval spreekt men over zogenaamde positie woorden ( fāngwèicí). Ze staan altijd achter een zelfstandig naamwoord (in de letterlijke zin van het woord zijn ze dus achterzetsels ). Bijv.: de uitdrukking zhuōzishang of zhuōshang betekent op de tafel, waarin de karakters zhuōzi of zhuō betekenen tafel en de karakter shàng betekent op. Verbanden van richting worden met een prepositioneel werkwoord uitdrukken. (Zie ) Adjectief ( xíngróngcí Adjectieven in het Chinees hebben predicatieve eigenschappen dat betekent ze hebben geen koppelwerkwoord nodig. De adjectieven zijn in het algemeen verbonden met bijwoorden die de trap van een eigenschap uitdrukken. Bijv.: Tā hěn piàoliang. betekent Zij is (erg) mooi., waarin de karakters piàoliang mooi betekenen. Merk op dat er geen koppelwerkwoord tussen het onderwerp tā zij en het adjectief staat, alleen het karakter hěn erg. Men gebruikt de grammaticale indicator de om een adjectief van een zelfstandig naamwoord te maken. Bijv.: yín zilver yínde zilveren. De indicator de wordt gebruikt ook in gevallen wanneer het adjectief vóór een zelfstandig naamwoord staat. Dus in de uitdrukking een mooi meisje zal het woord mooi met het woord meisje ( nǚshēng) met de aanwijzer de verbonden zijn: piàoliang de nǚshēng. Er bestaan ook zogenaamde attributieven niet predicatieve adjectieven. Dat zijn meestal eenlettergrepige woorden die op zelfstandige naamwoorden lijken, maar geen onderwerp of voorwerp kunnen worden. 10

16 Waarnemend woord ( d ic ) Deze woorden nemen in sommige gevallen de plaats van zelfstandige naamwoorden in, maar niet altijd kunnen ze zelfstandig in een zin staan. De waarnemende woorden kunnen in twee subgroepen verdeeld worden: men spreekt in dit geval niet alleen over voornaamwoorden, maar ook over zogenaamde deiktische woorden. Voornaamwoord Enkele soorten voornaamwoorden bestaan in het Chinees wel, enkele niet. Er bestaan persoonlijke voornaamwoorden ( wǒ ik, tā hij, enz.), vragende voornaamwoorden ( shénme wat, shéi wie ) en aanwijzende voornaamwoorden ( zhè dit, deze ; nà dat, die ). De woorden zhè en nà hebben alleen als onderwerp de functie van een voornaamwoord. Sommige onbepaalde voornaamwoorden bestaan in het Chinees eveneens. Andere soorten voornaamwoorden bestaan in het Chinees niet. Er zijn bij voorbeeld geen bezittelijke, betrekkelijke, uitroepende, wederkerende en wederkerige voornaamwoorden. Men gebrukit de gramaticale aanwijzer de om bezittelijke voornaamwoorden en betrekkelijke zinnen te vormen. Deiktisch woord Het deiktisch woord wordt gebruikt om een zelfstandig naamwoord meer te specificeren. De woorden zhè en nà en voorvoegsel dì (bijv. dì èr tweede ) kunnen deiktische woorden zijn. Ook de woorden měi alle, ieder, ge alle, ieder worden als deiktische woorden beschreven Maatwoord ( li ngc ) Als maatwoorden worden meestal eenlettergrepige woorden aangeduid die alleen in verband met telwoorden of deiktische woorden voorkomen. Samen met deze woorden determineren ze zelfstandige naamwoorden kwantitatief. Als het mogelijk is 11

17 (men kent de context al), kunnen de maatwoorden een zelfstandig naamwoord ook verplaatsen. Bij voorbeeld: nǐ yǒu jǐ běn shū? ( Hoeveel boeken heb jij? ) waarin het woord běn de maatwoord voor een deel/volume is. Het antwoord op deze vraag kan: wǒ yǒu sān běn. ( Ik heb er drie. ) zijn. Het woord shū (boek, boeken) kan dus weggelaten worden. Er bestaan: a. Meeteenheden De meeteenheden bestempelen groepen van eenheden of of hoeveelheid. Dat zijn bijv. woorden als gōngfēn centimeter en wǎ watt, maar ook woorden als píng fles of qún groep, kudde. b. Numeratieven 5 Dit zijn woorden die een telwoord met een zelfstandig naamwoord verbinden. Een specifieke eigenschap van numeratieven is dat men kan zich voorstellen hoe het zelfstandig naamwoord dat achter de numeratief staan eruit ziet. Bij voorbeeld er bestaat een numeratief zhī dier, een numeratief voor lange dingen en dieren tiáo (bijv. yī tiáo shé één slang ) enz. Hoewel meest zelfstandige naamwoorden met een vaste numeratief verbonden zijn, kunnen sommige naamwoorden verband met meer dan één numeratief hebben. In dit geval onderscheidt de numeratief de karakteristiek van het zelfstandig naamwoord. (bijv. yì zhī gǒu betekent een hond, terwijl de uitdrukking yì tiáo gǒu zou waarschijnlijk een dashond/teckel zijn.). Er is ook een algemeen maatwoord gè dat kan gebruikt worden voor die dingen die met geen vaste numeratief verbonden zijn. c. Maatwoordelijke naamwoorden In deze groep zitten de woorden die met een telwoord verbonden zijn, maar achter geen naamwoord volgt achter ze. Bijv. tiān dag, nián jaar, 5 Hoewel men de hele groep van als maatwoorden in het Nederlands beschrijft, kan de groep in vier verschillende subgroepen verdeeld worden. In het Tsjechisch noemt men de tweede subgroep numerativy (ŠVARNÝ, Oldřich, Hovorová čínština v příkladech III. Olomouc: Vydavatelství Univerzity Palackého, 1998: ), maar er bestaat geen exact terminologie in het Nederlands. Ik heb het woord dus gewoon uit het Tsjechisch vertaald. 12

18 yè pagina enz. d. Werkwoordelijke maatwoorden Deze woorden lijken op het woord keer in het Nederlands. Voorbeelden: tàng een maatwoord voor georganiseerde vervoersdiensten, maatwoord voor korte of plotselinge gebeurtenissen, cí keer. xià een Telwoord ( shùcí De telwoorden in het Chinees hebben of eigenschappen van naamwoorden (maar dat komt maar zelden voor) of ze zijn verbonden met zelfstandige naamwoorden in dit geval moet er een maatwoord tussen het telwoord en het zelfstandig naamwoord staan. Het zelfstandig naamwoord kan men ook soms weglaten, maar het maatwoord moet altijd blijven. (Zie ) Er zijn enkele verschillen tussen het Chinees en Indo-Europese talen. Het Chinees heeft niet alleen de telwoorden bǎi honderd en qiān duizend, maar ook de telwoorden wàn tien duizend en yì honderd miljoen. Dat betekent dus dat er geen telwoord miljoen of miljard bestaat. In het Chinees kan ook nul soms weggelaten worden. Men kan bijv. gewoon sān qiān wǔ zeggen als men wil 3500 uitdrukken. (Maar in de uitdrukking 3005 moet de nul blijven sān qiān líng wǔ.) Het Chinees heeft de hetzelfde volgorde van telwoorden in de samengestelde telwoorden als bijv. Engels of Tsjechisch. Dat betekent bijv. 22 wordt als èrshí èr (letterlijk twee-tien-twee of twintig-twee ) uitdrukken. In de laatste jaren gebruiken Chinezen en Taiwanezen steeds meer Arabische cijfers in plaats van karakters. Rangtelwoorden worden met de voorvoegsel dì gemaakt. (Zie: ) Werkwoord ( dòngcí) De werkwoorden in het Chinees kunnen transitief of intransitief zijn. De transitieve werkwoorden kunnen twee voorwerpen hebben. Deze werkwoorden hebben 13

19 ook vaak een verband met postpositionele werkwoorden. De intransitieve werkwoorden zijn niet altijd hetzelfde als die in het Nederlands. In het Chinees bestaat er geen vervoeging van werkwoorden. Men gebruikt partikels of bijwoordelijke bepalingen van tijd om tijden te uitdrukken. Er bestaan ook geen persoonsvormen. Werkwoorden in het Chinees veranderen dus nooit en blijven altijd hetzelfde in alle personen. Vergelijk bijv. het werkwoord eten : Nederlands Chinees 1. Ik eet 1. wǒ chī 2. Jij/je U 3. Hij Zij/ze Het/ t eet eet 2. nǐ nín 3. tā tā tā chī chī 1. Wij/we eten 1. wǒmen chī zánmen 2. Jullie eten 2. nǐmen chī U 3. Zij/ze eten 3. / / tāmen chī Er bestaan ook zogenaamde werkwoorden van connectie, bijv. ràng (bestellen iemand iets te doen) en qǐng (vragen iemand om iets te doen) Modaal werkwoord néngyuán dòngcí Deze hulpwerkwoorden hebben bijna dezelfde betekenis en functie als de modale werkwoorden in het Nederlands. Dat betekent ze staan voor het predicatief of prepositioneel werkwoord, ze hebben enkele eigenschappen van werkwoorden, maar aan de andere kant kunnen ze geen verband maken met werkwoordelijke indicators of indicators van tijd. De voorbeelden van Chinese modale werkwoorden zijn: xiǎng willen yīnggāi moeten kěyǐ kunnen néng kunnen enz. 14

20 Aanvulling ( bǔyǔ) De aanvullingen zijn specifieke karakteristieken die met werkwoorden verbonden worden. Men gebruikt de aanvullingen om zogenaamde potentiele vorm te maken dat betekent dat de aanvulling wordt tussen een werkwoord en bijwoordelijke bepaling of twee werkwoorden gelegd. Bij voorbeeld: zǒudekuài snel gaan, chībuxià niet in staat om meer te eten zijn, waarin de woorden de en bu aanvullingen zijn. Men kan de aanvullingen in drie subgroepen verdelen: a) Aanvullingen van richting en van resultaat b) Aanvullingen van trap c) Kvantitatieve aanvullingen Prepositioneel werkwoord ( jiècí) Het prepositionele werkwoord staat altijd voor het predicatieve werkwoord of adjectief. Ze worden in het Nederlands gewoon als preposities vertaald maar in het Chinees hebben ze karakteristieken van werkwoorden. Voorbeelden van de prepositionele werkwoorden zijn: bǐ vergelijken (bijv. A B betekent A in vergelijking met B ), zài (ergens) zijn (bijv. zài Hélán xuéxí wordt als studeren in Nederland vertaald) enz Bijwoord ( fùcí) De bijwoorden kunnen in het Chinees alleen dichtbij een werkwoord of een ander woord met predicatieve eigenschappen voorkomen. Er bestaan geen plaats bijwoorden en bijwoorden van tijd. (Zie boven: ) De bijwoorden kunnen ook gramaticale eigenschappen uitdrukken, zoals pluraliteit en enkele tijdsvormen van werkwoorden. In complexe zinnen hebben ze soms de functie van nevenschikkende voegwoorden Voegwoord ( liáncí) Men gebruikt niet zo veel nevenschikkende voegwoorden in het Chinees, alleen soms om twee zelfstandige naamwoorden te verbinden. Maar er zijn geen nevenschikkende voegwoorden die twee of meer zinnen met elkaar verbinden. Het 15

21 voegwoord dat bestaat in het Chinees ook niet.onderschikkende voegwoorden worden gebruikt, maar minder dan in Indo-Europese talen Grammaticaal aanwijzer, partikel Er zijn drie groepen van toonloze woorden die de functie of een grammaticaal aanwijzer of een partikel hebben. 1) In de eerste groep zitten wijzer die tijdskarakteristieken van werkwoorden uitdrukken: le aanwijzer van voltooing van het gebeuren zhe aanwijzer van duur van het gebeuren guo aanwijzer van een gebeuren dat in de verleden gerealiseerd is 2) In de tweede groep zitten wijzer die bepaalde gramaticale karakteristieken van woorden uitdrukken: de gramaticaal aanwijzer van attribuut de gramaaticaal aanwijzer van de bijwoordelijke bepaling de gramaticaal aanwijzer voor werkwoorden achter die een aavulling van trap volgt men aanwijzer van pluraliteit van naamwoorden (vooral peersoonlijke voornaamwoorden, er bestaat alleen één groep van zelfstandige naamwoorden die meervoud hebben) 3) In de derde groep zitten partikels die bepaalde gramaticale karakteristieken van zinnen uitdrukken (deze karakteristieken werden in de Indo- Europese talen door de intonatie uidrukken), bijv.: 6 uitdrukt ma vragend partikel; staat aan het eind van een vraag ba een partikel dat een aanmoeding of een onzekere bewering 6 Er zijn veel soortgelijke partikels in het Chinees en ze worden vaak gebruikt. Soms is er bijna geen verschil tussen de partikels en ook native speakers gebruiken ze heel vrij. (Bijv.: 3. Taipei:, 2007: ) 16

22 Tussenwerpsels ( gǎntàncí) en klanknabotsende woorden De tussenwerpsels en klanknabotsend woorden hebben gelijke karakteristiek als in Indo-Europese talen, die enige verschil is dat sommige tussenwerpsels kunnen heel anders klanken Voorvoegsel ( zìshǒu) Er bestaan sommige lettergrepen die op bijv. Nederlandse voorvoegsel on- lijken en worden om woorden met soortgelijke karakteristiken te vormen. Bij voorbeeld de voorvoegsel hǎo (goed): hǎochī lekker, waarin het karakter : chī betekent eten, dus letterlijk goed om te eten ; hǎokàn mooi, waarin het karakter kàn betekent kijken (good om te kijken) Achtervoegsel ( hòuzhuì) Achtervoegsels zijn in het Chinees meestal woorden die vaak het vermogen lexicale eenheden te creëren hebben. Het zijn bij voorbeeld.: zhǎng wordt gebruikt om benaming van belangrijke personen te creëren, meestal politici, directeurs enz. Bijv.: xuézhǎng schoolhoofd, zhōuzhǎng gouverneur (letterlijk hoofd van een staat ) enz. yuàn wordt gebruikt in de benamingen van verschillende instellingen, bijv.: yīyuàn ziekenhuis, cānyìyuàn senaat 17

23 2. Algemene problemen van Chinezen en Taiwanezen met het leren van Nederlands 2.1 Problemen samenhangende met de fonetiek De problemen verbonden met de fonetiek volgen vooral uit het verschillende wezen van de Nederlandse en de Chinese fonetiek. Het Chinees is een toontaal en dus verschilt niet alleen van het Nederlands maar ook van de andere Indo-Europese talen. (Zie 1.1) Daarom hebben Chinezen en Taiwanezen die Nederlands (en ook andere Indo- Europese talen) leren specifieke problemen. De meeste mensen wier moedertaal behoort tot de groep van de Indo-Europese talen hebben problemen met de uitspraak van enkele letters (meestal medeklinkers) of lettergrepen (in dit geval meestal tweeklanken) als ze een vreemde taal uit de hetzelfde taalgroep leren. Hun problemen volgen meestal uit de verschillende uitspraak van de letters bijv. g, h, c enz. Hoewel er sommige extra letters zijn in alfabetten van enkele talen, is de basis van de alfabetten van alle Indo-Europese talen hetzelfde. Maar dat is niet het geval van het Chinees. Chinezen (en nu ook Taiwanezen) gebruiken pinyin (Zie boven: 1.1.5). Omdat het systeem voor het opschrijven van Chinese karakters en dus lettergrepen dient, onstaan er problemen met de uitspraak en ook begrip van woorden. Bovendien hebben Chinezen en Taiwanezen die geen andere Indo-Europese taal spreken, de neiging om woorden uit te spreken zoals ze in het Chinees uitgesproken worden. Chinezen en Taiwanezen hebben vaak de neiging om van Nederlandse woorden in open lettergrepen (die typisch voor het Chinees zijn) te converteren bijv. het woord vaak zou meeste Chinezen en Taiwanezen als [fakoe] of [fakə] uitspreken. Typisch is ook misvorming van lange woorden. Chineze woorden zijn meestal éénlettergrepig of tweelettergrepig. Het spraakritme is ook verschillend zogenaamd acroniemisch ritme. Dat betekent dat de klemtoon in meerlettergrepige woorden op de eerste en de laatste lettergreep zit. De laatste lettergreep is het meest beklemtoonde. Dat leidt tot verkorting en misvorming van lettergrepen. Meestal laten de Chinezen en de Taiwanezen sommige letters en soms ook hele lettergrepen van de woorden uit. 18

24 De Chinese transcriptie van anderstalige woorden heeft ook invloed op de uitspraak. Chinezen en Taiwanezen gebruiken een fonetische transcriptie van de vreemdtalige eigennamen en woorden die in het Chinees niet bestaan. Men gebruikt in dit geval karakters die gelijk als de lettergrepen in de oorspronkelijke woorden klanken of die gelijk als de lettergrepen in de Engelse voorm van een woord klanken. Bijv.: Moldavië Mó'ěrduōwǎ in het Chinees ( Moldova in het Engels). Deze transcriptie beïnvloedt de uitspraak en de spelling van woorden Chinezen en Taiwanezen hebben de neiging om de woorden zoals in het Chinees te uitspreken of schrijven. In de praktijk gebeurt het vaak en veel Chinezen en Taiwanezen zelfs de eigennamen van acteurs, politici, schrijvers enz. op deze manier uitspreken. Een andere grote probleem is stemhebbenheid en stemloosheid van medeklinkers. (Zie boven: 1.1.1) Hoewel sommige lettergrepen kan in enkele woorden bijna stemhebbend klinken (bijv. de tweede lettergreep in het woord gēge ouder broer ), is er in het algemeen geen verschil tussen stemloze en stemhebbende medeklinkers. Chinezen en Taiwanezen horen dus het verschil tussen woorden als boos poos of bond pond bont niet. Het vokalische lengte van klinkers is ook een probleem. In het algemeen spreekt men in het Chinees alleen de meest prominente lettergrepen langer uit. (Zie boven: 1.1.2) Voor Chinezen en Taiwanezen is dus de onderscheidende functie van lange en korte klanken in woorden niet belangrijk. Ook de intonatie is verschilend (Zie boven: 1.1.4) en dat leidt tot problemen met onderscheid van bevestigende zinnen en vraagzinnen. 2.2 Problemen samenhangende met morfologie en syntaxis Het grootste probleem wat Chinese morfologie betreft, is dat er bijna geen morfologie in de letterlijke mening van het woord bestaat. (Zie 1.2) Woordsoorten worden niet precies gedefinieerd. Er bestaat geen morfologische congruentie, geen vervoeging of verbuiging van woorden. 19

25 2.2.1 Woordvolgorde Wat de woordvolgorde betreft, is deze relatief vast in het Chinees. De woordvolgorde in Chinese zinnen is altijd: onderwerp gezegde voorwerp. Bijv.: ( Ik studeer Nederlands. ) De woordvolgorde verandert nooit. Dat betekent dat de woordvolgorde ook niet verandert in het geval van de vraagzinnen. Vraagzinnen in het Chinees worden met partikelen gevormd. Bijv.: Tā xué hélányǔ Tā xué hélányǔ ma? ( Hij studeert Nederlands. Studeert hij Nederlands? ) Er is ook een andere manier, maar in dat geval verandert de betekenis van de zin een beetje. Men kan ook Tā xué bù xué hélányǔ? vragen. Maar deze zin betekent meer Studeert hij Nederlands, of niet? (want betekent studeren en betekent niet studeren ). In beide gevallen verandert de structuur van de zinnen niet. Onderwerp komt altijd voor gezegde, inversie is in dit geval niet mogelijk in het Chinees. De woordvolgorde kan veranderen in het geval van bijwoordelijke bepaling van tijd. Het is mogelijk te zeggen: Jīntiān wǒ qù kàn diànyǐng. ( Vandaag ga ik een film kijken. ) maar ook Wǒ jīntiān qù kàn diànyǐng ( Ik ga vandaag een film kijken. ) Merk op dat hoewel men de bijwoordelijke bepaling van tijd vóór of achter het onderwerp kan plaatsen, de positie van het predicaat niet verandert. Maar in het algemeen staan het onderwerp en de bijwoordelijke bepaling in een Chinese zin vóór het werkwoord en de onderwerp achter het werkwoord. Daarentegen hebben Chinezen en Taiwanezen vaak problemen met de inversie en meestal hebben ze de neiging om de Chinese constructie van zinnen in Nederlands (en ook andere vreemde talen) te gebruiken. Ook het gebruik van de voegwoorden is verschillend. In het Chinees worden de voegwoorden in het algemeen minder vaak gebruikt. Zelfs sommige gebruikelijke constructies zoals bijv. Ik denk dat... drukt men zonder een voegwoord uit. Bijv. de zin Ik denk dat ik zwanger ben. zou in het Chinees Wǒ xiǎng wǒ huáiyùn le klinken letterlijk ongeveer: Ik denk ik zwanger. Het is dus geen verrasing dat Chinezen en Taiwanezen zinnen als Ik denk zij ziek., Ik denk hij erg slim. enz. maken. Sommige voegwoorden gebruiken Chinezen en Taiwanezen wel. Bij voorbeeld yīnwèi omdat en suǒyǐ dus (vaak in verband met 20

26 elkaar, bijv.: Yīnwèi tiān kuài hēi le, suǒyǐ wǒ yào zǒu le. Omdat het donker wordt, moet ik vertrekken. ) Ook gewone voegwoorden zoals en worden in het Chinees minder gebruikt. Er bestaan het voegwoord hé en, met, maar het is mogelijk gewoon de zelfstandige naamwoorden achter elkaar zonder een voegwoord opnoemen. Bijv.: Bàbà māmā zài jiā. Pappa en mamma zijn thuis. Dat leidt ook tot situaties waarin Chinezen en Taiwanezen het voegwoord uitlaten Woordsoorten Een ander probleem van het Chinees is dat de woordsoorten niet precies worden gedefineerd en men in plaats daarvan spreekt over zogenaamde gramaticale functionele karakteristieken. (Zie boven: 1.2.1) Het is niet makkelijk voor Chinezen en Taiwanezen die Nederlands leren om zich alle Nederlandse woordsoorten te herinneren. Chinese woorden hebben geen geslacht en het is dus moeilijk voor Chinezen en Taiwanezen het geslacht van een woord te herkennen Vervoeging van werkwoorden Dit is een groot verschil tussen het Chinees en het Nederlands. Wat is meer, er is een groot verschil niet alleen tussen deze twee talen, maar wat vervoeging van werkwoorden betreft, is er een groot verschil tussen het Chinees en Indo-Europese talen in het algemeen. Werkwoorden veranderen in het Chinees nooit. Zie de vergelijking in de tabel in het deel (p ). Het is zichtbaar dat het werkwoord altijd hetzelfde blijft in alle persoonsvormen en ook in het infinitef. Chinese werkwoorden hebben ook geen tijdsvormen. Chinezen en Taiwanezen drukken tijden anders uit dan Europeanen. Gebruik van tijden lijkt toevallig meer op die in het Tsjechisch dan in het Nederlands, want het lijkt meer op het gebruik van perfectieve en imperfectieve werkwoorden. Chinezen en Taiwanezen gebruiken de woorden guò, wán en het partikel le om verschillende tijden uit te drukken. Bijv. als men wil het verleden 21

27 van de zin Wǒ kàn bàozhǐ Ik lees een krant. uitdrukken, zeg men Wǒ kànwán le bàozhǐ. Het woord wán betekent voltooien, beëindigen of ten einde brengen. In het Nederlands zou men het perfectum (voltooid tegenwoordige tijd) gebruiken, dus: Ik heb de krant gelezen. In het Tsjechisch kan men de afgelopen handeling op verschillende manier uitdrukken. Men kan Přečetl jsem noviny. of Dočetl jsem noviny. zeggen. De tweede zin is meer precies, want de betekenis van de zin in het Chinees lijkt er meer op. Wat het woord guò betreft, het wordt gebruikt om te uitdrukken dat men heeft/had ooit iets gedaan. Bijv. de zin: Wǒ qùguo Zhōngguó. betekent Ik ben in China geweest. Maar het probleem is dat als men wil Ik was er nog nooit eerder geweest zeggen, verandert de zin in het Chinees allen een beetje. Het zou: Wǒ yǐqián cónglái méi qùguo nàli zijn. In dit geval zou een Nederlander voltooid verleden tijd gebruiken. Maar in het Chinees drukt men het verleden (vóór voltooid heden) niet met tijd uit, maar alleen met bijwoordelijke bepaling van tijd. Dus: waarin eerder en - nooit bijwoordelijke bepaling van tijd zijn. Zie dat het werkwoord hetzelfde blijft ( gaan + guò ), het enige verschil is dat er het woord méi voor het werkwoord staat. Dit woord wordt gebruikt om een negatieve vorm te maken. Niet altijd gebruikt men guò of wán. Soms gebruikt men alleen het partikel. Dit partikel drukt ook de beëindiging van een handeling uit. Bijv. de Chinese zin: Wǒ qù le túshūguǎn kan in het Nederlands op verschillende manier vertaald worden. Men kan Ik ging naar de bibliotheek. zeggen, maar ook Ik ben naar de bibliotheek gegaan. Dat hangt van de context van de zin af. Voor Chinezen en Taiwanezen is dus het Nederlandse bevattingsvermogen van verleden en correct gebruik van tijden moeilijk. Hetzelfde is het met de uitdrukking van de toekomst. In het Chinees gebruikt men meestal alleen bijwoordelijke bepalingen van tijd. Hoewel men ook onvoltooid tegenwoordige tijd als toekomst in het Nederlands kan gebruiken ( Straks lees ik de krant. ), gebruikt men meestal onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd. Er zijn sommige hulpwerkwoorden in het Chinees die op zullen lijken de werkwoorden huì en yào. In de zin: Morgen zal ik meer erover weten. gebruikt men 22

28 huì Míngtiān wǒ huì zhīdào gèng duō. Maar als men wil bijv.: Hij zal komen. zeggen, mag dat gewoon: Sommige zinsconstructies zijn bijna hetzelfde. Dat is vooral de uitdrukking aan het... zijn. In het Chinees bestaat ook een soortgelijke vaste uitdrukking. Maar toch zijn er meer verschillen tussen het bevattingsvermogen van tijden in het Nederlands en in het het Chinees dan overeenkomsten. Chinezen en Taiwanezen zijn de vervoeging van werkwoorden niet gewend en verschillende tijdsvormen maken het nog moeilijker voor hen. 2.3 Problemen samenhangende met woordvorming en lexicologie Een van de grootste problemen wat woordvorming en lexicologie betreft is de vorming van woorden met voorvoegsels, achtervoegsels en wijziging van het woord basis. De meeste Chinese woorden bestaan uit twee autosemantische karakters/ lettergrepen. Bijv. het woord xīnkǔ betekent moeizaam, hard, bewerkelijk, moeilijk, uitputtend en bestaat uit karakters xīn bitter en kǔ bitter, zwaar, hard. 7 Voor Chinezen en Taiwanezen is dus moelijk om te begrijpen waarom er bijv. woorden genezen en geneeskunde bestaan, maar een persoon die geneest een dokter is. In het Chinees is het woord basis hetzelfde: genezen, geneeskunde yīxué, dokter yīshēng. Wat beroepen betreft, zijn mannelijke en vrouwelijke vormen niet typisch voor het Chinees. Men noemt bijv. de man of de vrouw die in een restaurant werkt gewoon fúwùyuán. Het verschil tussen een ober en een serveerster is dus voor Chinezen en Taiwanezen moeilijk om te begrijpen. Het Chinees heeft enkele achtervoegsels die voor het maken van de namen van beroepen gebruikt worden (als bijv. jiā, zhǎng ), maar de woordafleiding is toch verschillend. 7 Het voorbeeld is overgenomen uit: KUČERA, Ondřej, Jazyková a sociokulturní úskalí při výuce čínských studentů. In Sborník asociace učitelůčeštiny jako cizího jazyka (AUČCJ) Praha: Filip Tomáš Akropolis, 2005:

29 Er is een groot probleem op het lexicale niveau van de taal. Er bestaan woorden in het Chinees die geen Nederlandse vertaling hebben, gewoon omdat de woorden in het Nederlands niet bestaan. Het Chinees heeft bijv. een heel ingewikkeld systeem van de woorden die gezins- en familierelaties beschrijven. Bijv.: biǎodì wordt als neef in het Nederlands vertaald. Maar dit woord wordt in het Chinees gebruikt alleen voor een jongere zoon van moeders zuster. Een oudere zoon van vaders broer wordt tángdì genoemd in het Nederlands zou dat ook een neef zijn. Zulke woorden hebben dus geen Nederlandse equivalenten. Er bestaan ook Nederlandse woorden die geen Chinese vertaling hebben. In dit geval gebruiken Chinezen en Taiwanezen de fonetische transcriptie. Een andere probleem zijn metaforen en vaste uitdrukkingen. Dit probleem vloeit voort uit culturele diversiteit. Hoewel metaforen in andere talen ook verschillen, is het in het algemeen makkelijker voor Europeanen de metaforen van andere Europese talen te snappen dan van het Chinees. Chinezen en Taiwanezen hebben bijv. vaak de neiging om Jij hebt suiker gegeten, heb jij niet? zeggen. Zo n zin klinkt niet logisch voor ons, maar dat is precies wat Chinezen en Taiwanezen doen met hun metaforen. Want in het Chinees bestaat een zin Chīle táng, méi yǒu?, letterlijke vertaling is echt de ene met suiker, maar de betekenis is gewoon Je bent me vleiende. Dat gebeurt vaak en leidt dus vaak tot wederzijds onbegrip. Somige metaforen lijken toch op Europese talen. Bijv. Twee vliegen in één klap slaan. In het Chinees zegt men yīshí'èrniǎo, letterlijk een steen, twee vogels. In vergelijking met het Engels ( Kill two birds with one stone. ) en sommige andere Europese talen is het bijna hetzelfde. Maar zulke overeenkomsten zijn vrij zeldzaam. In verband met de lexicologie is het ook belangrijk om toe te voegen dat er ook specifieke problemen met de lexicografie bestaan. Chinezen gebruiken vereenvoudigde Chinese karakters en Taiwanezen gebruiken traditionele Chinese karakters. Hoewel ze pinyin op de basisschool leren, is het gebruik van Latijnse letters niet eenvoudig voor hen. Dat is vooral een probleem van Chinezen die vaak geen andere vreemde taal spreken of alleen weinig kennis van het Engels hebben. Problematisch is ook het feit dat lettergrepen in het Chinees anders worden gemaakt. Soms is er een probleem met 24

30 Arabische cijfers Europeanen schrijven enkele cijfers op verschillende manier, terwijl Chinezen en Taiwanezen zijn gewend om de cijfers op hetzelfde manier als gedrukt schrift te schrijven. Het lezen van een handgeschreven tekst is ook moeilijk voor hen. 25

31 3. Het maken van de vragenlijsten Om te ontdekken of mijn veronderstellingen juist waren, besloot ik een vragenlijst te maken. De vragenlijst bestaat uit twee delen: deel één betreft fonetische verschijnsellen en deel twee betreft morfologische en syntactische verschijnsellen. Hieronder beschrijf ik hoe ik het maken van de vragenlijst handelde en waarom ik specifieke vragen heb gekozen. Het deel één bestaat uit zes vragen. Alle vragen betreffen stemloze en stemhebbende medeklinkers, contrastieve medeklinkers en vocalisch lengte van klinkers. Er bestaan twee versies van de vragenlijst, omdat er één versie voor de Chinese ondervraagden en één versie voor de Taiwanese ondervraagden nodig was. De opgave van de alle vragen is tweetalig. Op deze manier is de opgave echt klaar voor de ondervraagden en men kan de mogelijkheid van een verkeerde interpretatie van de vragen bijna uisluiten. Deel 1, Vragen In welke zin zit er een fout?/ 8 a) Een poos geleden spraken de jonge mensen over het probleem. b) Ik kan me poos maken om de dingen die in de wereld gebeuren. c) Soms word ik boos zonder geen reden. 2.In welke zin zit er een fout?/ a) Die brief is al lang vergeten. b) Die brief is al geheelde. c) Ik vind het aanbod heel begeerlijk. 3.In welke zin zit er een fout?/ a) Het schild van de krijger was bond beschilderd. 8 Dit is de versie voor Chinezen met vragen geschreven in de vereenvoudigde karakters; in de versie voor de Taiwanese ondervraagden gebruik ik traditionele karakters 26

32 b) De trein heeft vertraging. c) Dadelijk denkt ze nog dat je dom bent. Zoals men kan zien, is er bij elke vraag een trio zinnen. Één van de zinnen is niet correct. In deze zinnen veranderde ik één woord op die manier dat ik een stemhebbende medeklinker door een stemloze medeklinker verving of andersom. Zoals ik geschreven heb, is er geen verschil tussen stemloze en stemhebbende medeklinkers in het Chinees. Men kan deze medeklinkers uitspreken zonder de betekenis van een woord te veranderen. In de meeste gevallen horen Chinezen en Taiwanezen het verschil tussen stemloze en stemhebbende medeklinkers niet. Het is dus logisch dat paren van woorden die alleen in stemloze/stemhebbende medeklinkers verschillen zijn moeilijk voor hen om te vinden. Ik verwacht dat de meeste respondenten zou een probleem met vinding de onjuiste zinnen hebben, vooral met de eerste zin in de oefening drie (de derde vraag). Deel 1, Vragen Vul in d of t : / d t : War_ heef_ een hoe_ gevonden On_er he_ be_ van Ewou_ Ou_, maar nog goe_ genoeg Voor vanavon_ in de sta_. Waar_z e_ de hoe_ op zijn hoof_: ik vin_ da_ hij er goe_ mee staa_. Maar zou Ewou_ akkoor_ gaan? 5. Vul in b of p : / b p : _roblemen lost hij o_ in een wi_. _im _rak een ri_ in de zwemclu_. De _elsro_ lag o_ een kli_ te zonne_adden. Bo_ is moe van al dat geto_. 6. Vul in g of h : / g/h : 27

33 _een _las raakt _ij aan. _e_eel vrij van alco_ol. ondt_oudt _ij zic_ van _e_eu_enbelastende dranken. _een _reintje benevelt zijn brein. Ont_e_avend komt _ij uit _et drank_ela_. Niet be_rijpend _oort _ij het _elac_ van de vrolijke drinkers. In de volgende drie vragen gebruikte ik drie korte stukjes tekst 9 ; in elk stukje liet ik de paren van stemloze en stemhebbende medeklinkers d-t, b-p en g-h uit. De taak van de ondervraagden is de juiste medeklinkers in te vullen. Er zijn in totaal 59 medeklinkers dat ik liet uit. Ik verwacht dus dat de meeste ondervraagden zal minder dan 44 (ongeveer 75%) medeklinkers correct invullen. Deel 1, Vraag 7 7. Vul in: ee, i, ie, o, oo, u, uu / ee, i, ie, o, oo, u, uu : k p k p st m st m b s b s v r v r b r b r b r l cht l cht kr k kr k 9 De korte teksten in de vragen 4-6 zijn overgenomen uit: BEHEYDT, Ludo, DIRVEN René, KAUNZER, Ulrike A., Uitspraak Nederlands. Leuven: Acco,

34 Hier liet ik klinkers in de woorden uit maar ik schreef de Chinese vertaling van de woorden zodat de ondervraagden begrepen, welke woorden ik bedoelde. Deze vraag betreft de vokalische lengte van klinkers. Hoewel het Chinees een toontaal is, de vokalische lengte is in tegenstelling tot het Nederlands niet belangrijk het onderscheidt de betekenis van een woord niet. Ik gebruikte dus paren van woorden (en één trio in het geval van de woorden buur bier beer) die alleen in klinkers verschillen en dus klanken gelijk voor de Chinezen en Taiwanezen. Er zijn in totaal vijftien woorden. Ik verwacht dat niemand van de ondervraagden zal alle de klinkers correct invullen. Mijn raming is dat iedereen tenminste drie fouten (20%) in deze oefening zal maken. Het deel twee bestaat uit vijf vragen. De vragen betreffen woordvolgorde, gebruik van tijden, volgorde van tijden, woordsoorten en samenstellingen. Deel 2, Vraag 1 1. Maak een goede zin:/ te kwart land van kunnen tandartsen ervan dan een de in leven ons verdient te meer weining om kennis heel hebben een van uniek internationaal dankzij netwerk ze zaken Europa doen in de ernstigs wij het iets keken heel en ook en gepast treurig bij vonden opvoering dieps op de slapen de vrouw hij bank ziet ik blokjes aardappels in gesneden de heb 29

35 zocht beschutting benauwde veiligheid situatie men deze binnen de in van zuil vertrouwde eigen de het België boekje waar kan nu dunne van ik Rossen in van kopen Maarten mooi met zij een goochelde veer zwaaide en ineens weer Deze vraag betreft woordvolgorde. Ik kies acht willekeurige zinnen en daarna verdeelde ik elke zin in afzonderlijke woorden. Ik veranderde de woordvolgorde. De eerste letter van het eerste woord veranderde ik van een hoofdletter in een kleine letter. Opzettelijk liet ik ook de interpunctietekens uit. De ondervraagden moeten weer een goede zin maken. Opzettelijk koos ik een paar moeilijke en een paar makkelijke zinnen. Deze oefening is een van de moeilijkste die ik gemaakt heb. Alle mensen die een vreemde taal leren hebben een onderbewuste neiging om de woordvolgorde van de taal aan hun moedertaal te aanpassen. Dat geldt ook voor Chinezen en Taiwanezen. Ik verwacht dus dat niemand alle woorden in de juiste volgorde zal zetten. Het is ook mogelijk dat de meeste ondervraagden zal een fout in elke zin maken. Deel 2, Vraag 2 2. Vul de juiste vorm van het werkwoord in./ Toen ik mijn geld (krijgen), (kopen) ik een auto. Als ik een fiets (hebben), (hoeven) ik niet te lopen. Er (zijn) eens een prinses. Als ik het niet (vergeten), (kopen) ik een krant voor jou. 30

Z I N S O N T L E D I N G

Z I N S O N T L E D I N G - 1 - Z I N S O N T L E D I N G Waarom is zinsontleding zo belangrijk? Elke scholier op de middelbare school maar ook de kinderen op de lagere school, komen veelvuldig met zinsontleding in aanraking, eigenlijk

Nadere informatie

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord Woordsoorten Nederlands Aanwijzend voornaamwoord Betrekkelijk voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord Bijvoeglijk gebruikt werkwoord Bijvoeglijk naamwoord Bijwoord Bijzin Hoofdzin Hulpwerkwoord Koppelwerkwoord

Nadere informatie

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek

Nadere informatie

Visuele Leerlijn Spelling

Visuele Leerlijn Spelling Visuele Leerlijn Spelling www.gynzy.com Versie: 15-08-2018 Begrippen Klanken & Letters Klank (begrip) Klinker of medeklinker (begrip) Korte of lange klank (begrip) Tweetekenklank (begrip) Lange-, korte-,

Nadere informatie

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46 Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord

Nadere informatie

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I Grammatica I Rubriek Oefening Type Opgaven Uitleg Alle onderwerpen Totaaltoets Grammatica I (*) 42 1 Klanken/letters Deeltoets 1 (*) Naamwoorden Deeltoets 2

Nadere informatie

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. DEEL 1: werkwoorden 1. Werkwoorden Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. Voorbeelden: komen, gaan, zwemmen, lopen, zijn enz. 1.1 Vormen van het werkwoord Werkwoorden

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling 10

Inhoud. 1 Spelling 10 Inhoud 1 Spelling 10 1 geschiedenis van de friese spelling (stavering) in het kort 10 2 spellingregels 12 Hulpmiddelen 12 Klinkers en medeklinkers 12 Lettergrepen 13 Stemhebbend en stemloos 13 Basisregels

Nadere informatie

Nίn xiǎng hē shén me? 您 想 喝 什 么?

Nίn xiǎng hē shén me? 您 想 喝 什 么? HOOFDSTUK 3 Wat wilt u drinken? Nίn xiǎng hē shén me? 您 想 喝 什 么? Dialoog Wáng qiǎng: Qǐng jìn, qǐng zuò. Kom maar binnen alstublieft. 王 强 : 请 进, 请 坐 Neem plaats alstublieft. Sonja: Hǎo, xièxie Goed, bedankt.

Nadere informatie

1.2.3 Trappen van vergelijking 20

1.2.3 Trappen van vergelijking 20 INHOUD DEEL I Woord voor woord 13 1.1 Zelfstandig naamwoord (substantief) 16 1.1.1 Definitie 16 1.1.2 Soorten 16 1.1.2.1 Soortnaam of eigennaam 16 1.1.2.2 Concrete of abstracte zelfstandige naamwoorden

Nadere informatie

5 Studeren in China. qīnbǐ jīnbǐ jīngcháng qīngcháng qìjié jìjié qī jī jiā qiā. 1 Jīntiān bā hào. Shì ma? Bā hào ma? Shì a! Jīntiān shì wǒ de shēngrì.

5 Studeren in China. qīnbǐ jīnbǐ jīngcháng qīngcháng qìjié jìjié qī jī jiā qiā. 1 Jīntiān bā hào. Shì ma? Bā hào ma? Shì a! Jīntiān shì wǒ de shēngrì. Studeren in China Antwoordsleutels Les P Verstaan: j of q? 9 0 qīnbǐ jīnbǐ jīngcháng qīngcháng qìjié jìjié qī jī jiā qiā P Ken je ze nog? Lees op en vertaal jīntiān vandaag kaartje, ticket kopen vertellen

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE WAT VIND JE WAAR?

INHOUDSOPGAVE WAT VIND JE WAAR? INHOUDSOPGAVE WAT VIND JE WAAR? Les 1: Chinese tonen 7 Les 2: Een ontmoeting 14 Les 3: Tellen tot 100 21 Les 4: Familie voorstellen 33 Les 5: Eten en drinken 43 Les 6: Na school 51 Les 7: Dieren 59 Les

Nadere informatie

4 Muziek. guài kuài kuǎn guǎn kèrén gèrén gǔlì kǔlì gēpǔ kēpǔ. Jīntiān jǐ yuè jǐ hào? Tā zài yīnyuè xuéyuàn gōngzuò. Antwoordsleutels Les 4 1

4 Muziek. guài kuài kuǎn guǎn kèrén gèrén gǔlì kǔlì gēpǔ kēpǔ. Jīntiān jǐ yuè jǐ hào? Tā zài yīnyuè xuéyuàn gōngzuò. Antwoordsleutels Les 4 1 Muziek Antwoordsleutels Les P Verstaan: g of k? 8 9 0 guài kuài kuǎn guǎn kèrén gèrén gǔlì kǔlì gēpǔ kēpǔ P Ken je ze nog? Lees op en vertaal oudere zus duōshǎo hoeveel kind spelen, zich amuseren chī fàn

Nadere informatie

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46 Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord

Nadere informatie

8. Afasie [1/2] Bedenk tenminste drie verschillende problemen die je met taal zou kunnen hebben (drie soorten afasie).

8. Afasie [1/2] Bedenk tenminste drie verschillende problemen die je met taal zou kunnen hebben (drie soorten afasie). 8. Afasie [1/] 1 Afasie De term afasie wordt gebruikt om problemen met taal te beschrijven die het gevolg zijn van een hersenbeschadiging. Meestal is de oorzaak van afasie een beroerte. Het woord afasie

Nadere informatie

Werkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets.

Werkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets. Werkwoorden Hebben en zijn De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets. persoon onderwerp hebben zijn 1 enk. ik heb ben 2 enk. jij/u hebt bent

Nadere informatie

Thema 10. We ruilen van plek

Thema 10. We ruilen van plek Thema 10 We ruilen van plek Les 10.1 1. zakenreis 2. industrieën 3. raketten 4. percentage 5. demonstratie Les 1 gouden, ziekenhuis In het ankerverhaal staat dat de moeder van Gaby Pak kersen geeft in

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3

Nadere informatie

TEKENLIJST SPIJKERSCHRIFT

TEKENLIJST SPIJKERSCHRIFT TEKENLIJST SPIJKERSCHRIFT Dit is een vereenvoudigde lijst met spijkerschrifttekens uit Mesopotamië. Deze lijst maakt het mogelijk de tijdens de workshop Graven om te Weten bestudeerde tablet te vertalen.

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woordsoorten De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woord Uitleg Voorbeeld Werkwoord Lidwoord Zelfstandig Bijvoeglijk

Nadere informatie

DE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD

DE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD DE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD Een didactiek om het begrip ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD aan te leren in het 4e leerjaar (Groep 6). Enkele voorafgaande opmerkingen over de toekomende tijd van het werkwoord.

Nadere informatie

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30 Inhoud Deel 1 Grammaticale vormen Les 1 Letter, woord, zin, getal, cijfer 12 Les 2 Zinnen 14 Les 3 Persoonlijke voornaamwoorden (1) 16 Les 4 Hij / het / je / we / ze 18 Herhalingstoets 1 20 Les 5 Werkwoorden

Nadere informatie

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven.

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven. 1.8 Nederlands formuleren Als je zuiver Nederlands schrijft, moet je net als een verzorgde spelling een verzorgde zinsbouw gebruiken. Veel voorkomende fouten moet je daarbij vermijden. Deze fouten vind

Nadere informatie

DPS. Communicatie. Werkblad: werkwoordspelling

DPS. Communicatie. Werkblad: werkwoordspelling Werkstuk schrijven DPS Communicatie Werkblad: werkwoordspelling On line, korte, doelgerichte cursussen. Aan de slag wanneer het u uitkomt. Via Skype contact met een ervaren docent. Makkelijker was het

Nadere informatie

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht:

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht: Dyslexiebehandeling Informatiepakket leerkracht: - Werkwijze bij Onderwijszorg Nederland (ONL) - Klankenschema - Stappenplan - Kopie overzichts-steunkaart - Uitleg losse steunkaarten - Uitleg steunkaart

Nadere informatie

1 Spelling en uitspraak

1 Spelling en uitspraak Inhoud 1 Spelling en uitspraak 1 de spellingregels 11 Klinkers en medeklinkers 12 Accenttekens 11 Apostrof ( ) en koppelteken (-) 12 Hoofdletters 13 Los of aan elkaar? 13 Afbreken 14 2 uitspraak 14 Medeklinkers

Nadere informatie

Kernwoord Uitleg Voorbeeld

Kernwoord Uitleg Voorbeeld Aanhalingstekens Accenttekens Achtervoegsel Afbreekteken Gebruik je voor een citaat of als iets niet letterlijk is bedoeld. Gebruik je om iets nadruk te geven of om dubbelzinnigheid te voorkomen. Een nietzelfstandig

Nadere informatie

3 Op goed geluk. Ken je ze nog? Lees op en vertaal. Stapelen: lees alle stappen op en vertaal de hele zin. Vertaal mondeling, zonder bedenktijd

3 Op goed geluk. Ken je ze nog? Lees op en vertaal. Stapelen: lees alle stappen op en vertaal de hele zin. Vertaal mondeling, zonder bedenktijd Op goed geluk Antwoordsleutels Les P 0 Verstaan: d of t? 9 0 dúlì túlì tùzi dùzi dōngfēng tōngfēng dǎnzi tǎnzi tānzi dānzi P 0 Ken je ze nog? Lees op en vertaal duō veel klein, jong het is om het even,

Nadere informatie

Luister naar het alfabet en de voorbeelden. Kijk ook naar de afbeeldingen. voorbeeld letter. b bee [b] bus [ə] een. hemd

Luister naar het alfabet en de voorbeelden. Kijk ook naar de afbeeldingen. voorbeeld letter. b bee [b] bus [ə] een. hemd Het alfabet Van A tot Z Het Nederlandse alfabet heeft 26 letters. Deze letters zijn klinkers en medeklinkers. Er zijn 6 klinkers: a, e, i, o, u, y. Er zijn 20 medeklinkers: b, c, d, f, g, h, j, k, l, m,

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18 Inhoud Deel 1 Spelling 18 Inleiding 15 1 Grondbeginselen van de Nederlandse spelling 21 1.1 Verschil tussen klank en letter 22 1.2 Hoofdregels 22 1.3 Interactie tussen de regels 24 1.4 Belang van de regel

Nadere informatie

2c nr. 1 zinnen met want en omdat

2c nr. 1 zinnen met want en omdat OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen

Nadere informatie

zelfstandig naamwoord

zelfstandig naamwoord zelfstandig naamwoord Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. de man de kat de fiets lidwoord Het lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord. de het een samenstelling Een

Nadere informatie

课 文 kèwén Tekst 1. 我 叫 Tim 你 呢? 我 叫 Anne 你 好 吗? 我 很 好 你 呢? 我 也 很 好 谢 谢. 生 词 shēngcí Nieuwe woorden 1. 你 jij/jou 呢 vraagwoord 谢 谢.

课 文 kèwén Tekst 1. 我 叫 Tim 你 呢? 我 叫 Anne 你 好 吗? 我 很 好 你 呢? 我 也 很 好 谢 谢. 生 词 shēngcí Nieuwe woorden 1. 你 jij/jou 呢 vraagwoord 谢 谢. Begroeten Les 1 第 一 课 第 一 课 1 Nǐ hǎo 课 文 kèwén Tekst 1 Nǐ hǎo!! Nǐ hǎo!! Wǒ jiào Tim. Nǐ ne? 我 叫 Tim 呢? Wǒ jiào Anne Nǐ hǎo ma? 我 叫 Anne 吗? Wǒ hěn hǎo. Nǐ ne? 我 很 好 呢? Wǒ yě hěn hǎo. Xièxie. 我 也 很 好 谢

Nadere informatie

Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt.

Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Lettergrepen Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Om een woord in lettergrepen te verdelen, kijken we naar de klinkers. Als

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik

Nadere informatie

VOORWOORD. René van Royen

VOORWOORD. René van Royen VOORWOORD Priscianus was een knappe man. Toen Rome lang geleden nog een rijk was, leerde hij de kinderen in zijn klas Latijn. Hij gaf dus les, maar wat hij in de klas vertelde schreef hij ook op. Zo ontstond

Nadere informatie

6-10 Herhaling. Vertaal mondeling. Lees op en vertaal, en transcribeer pas daarná. Antwoordsleutels 6-10 Herhaling 75

6-10 Herhaling. Vertaal mondeling. Lees op en vertaal, en transcribeer pas daarná. Antwoordsleutels 6-10 Herhaling 75 Antwoordsleutels 6-10 Herhaling 75 6-10 Herhaling P 176 Vertaal mondeling 1 Shéi bù xǐhuān qiǎokèlì? 2 Wǒ juéde zhèi ge shǒujī tài dà, nǐ yào ma? 3 Sān diǎn bàn néng dào ma, shīfu? 4 Jīntiān jǐ yuè jǐ

Nadere informatie

schrijf je meestal ch, behalve bij ik lig, ik leg en ik zeg. Dan schrijf je ij. Dan schrijf je ij.

schrijf je meestal ch, behalve bij ik lig, ik leg en ik zeg. Dan schrijf je ij. Dan schrijf je ij. Groep 6 Spelling Thema 1 Op heterdaad betrapt ng (tong) ch (pech) ei (reis) ij (ijs) Hoor je de zingende /n/, dan schrijf je ng. Hoor je na een korte klank /g/, dan schrijf je meestal ch, behalve bij ik

Nadere informatie

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. 9 789082 208306 van Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. Opzoekboekje voor leerlingen in klas 1 tot en met 3 in de onderbouw

Nadere informatie

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort.

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort. 1. poes 2. draak 3. muts 4. wolk Duo betekent twee De /u/ doet dus niet mee 5. krant 6. schaap Hoor je na een s een /g/? Dan schrijf je ch en nooit een g! 7. feest / vier Ik verdeel het woord in klankgroepen.

Nadere informatie

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30 Inhoud Deel 1 Grammaticale vormen Les 1 Letter, woord, zin, getal, cijfer 12 Les 2 Zinnen 14 Les 3 Persoonlijke voornaamwoorden (1) 16 Les 4 Hij / het / je / we / ze 18 Herhalingstoets 1 20 Les 5 Werkwoorden

Nadere informatie

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan

Nadere informatie

A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali. geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt

A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali. geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt Summary 352 12. Samenvatting A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt door de Idaksahak, een groep van ongeveer 30.000

Nadere informatie

Basisgrammatica. Doelgroep Basisgrammatica

Basisgrammatica. Doelgroep Basisgrammatica Basisgrammatica In Muiswerk Basisgrammatica wordt aandacht besteed aan de drie belangrijkste woordsoorten die de traditionele grammatica onderscheidt. Verder komen de eerste beginselen van zinsontleding

Nadere informatie

Pdf versie uitleg Grammatica

Pdf versie uitleg Grammatica Uitleg Grammatica Inleiding In deze zelfstudiemodule kun je grammatica oefenen. Grammatica betekent volgens de Van Dale Leer van het systeem van een taal, geheel van regels volgens welke woorden en zinnen

Nadere informatie

Tipboekje. Herman Jozefschool. Groep 8

Tipboekje. Herman Jozefschool. Groep 8 Tipboekje Herman Jozefschool Groep 8 Inhoudsopgave Tips: Woordsoorten Werkwoorden, Lidwoorden,Zelfstandige naamwoorden en eigen namen Bijvoeglijke naamwoorden,voorzetsels,vragende voornaamwoorden Bezittelijke

Nadere informatie

Bijlage interview meisje

Bijlage interview meisje Bijlage interview meisje Wat moet er aan de leerlingen gezegd worden voor het interview begint: Ik ben een student van de Universiteit van Gent. Ik wil met jou praten over schrijven en taken waarbij je

Nadere informatie

2011.09.05 2012.07.31. Egwin De Sutter 2011 年 08 月 12 日 1

2011.09.05 2012.07.31. Egwin De Sutter 2011 年 08 月 12 日 1 2011.09.05 2012.07.31 Egwin De Sutter 2011 年 08 月 12 日 1 Egwin De Sutter 2011 年 08 月 12 日 2 欢 迎 huānyíng welkom bienvenue Willkommen welcome witajcie Egwin De Sutter 2011 年 08 月 12 日 3 Huānyíng nǐmen lái

Nadere informatie

Hiermee wijs je een speciaal iemand of iets aan. Je begint met de ene zinsstructuur en maakt de zin af in een andere zinsstructuur.

Hiermee wijs je een speciaal iemand of iets aan. Je begint met de ene zinsstructuur en maakt de zin af in een andere zinsstructuur. Kernwoordenlijst Kernwoord Uitleg Voorbeeld Aanwijzend Achtervoegsel Afleiding Anakoloet (ontspoorde zin) Beknopte bijzin Bepaling van gesteldheid Betrekkelijk Bezittelijk Bijstelling Bijvoeglijk naamwoord

Nadere informatie

Eigen vaardigheid Taal

Eigen vaardigheid Taal Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht

Nadere informatie

Niemand hoeft verlegen te zijn

Niemand hoeft verlegen te zijn Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Verlegen mensen Niemand hoeft verlegen te zijn Kleine kinderen zijn vaak verlegen. Dat vindt iedereen normaal. Maar ook 1 op 5 volwassenen

Nadere informatie

2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum:

2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum: 2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) Die Arbeit mit dem Sprachtagebuch dient in den Seminaren Literatur- und Sprachwissenschaft zur Vertiefung und Erweiterung der erworbenen

Nadere informatie

Meer dan grammatica!

Meer dan grammatica! Gramm@foon Meer dan grammatica! 1e druk 2011 ISBN: 9789490807061 Copyright: KleurRijker B.V., info@kleurrijker.nl Auteurs: Karine Jekel, Vika Lukina, Nynke Oosterhuis Redactie: Karine Jekel, Nynke Oosterhuis,

Nadere informatie

Het Adjectief. Wanneer krijgt het adjectief een [-e]?

Het Adjectief. Wanneer krijgt het adjectief een [-e]? Het Adjectief Groen, groot, dik, donker, zijn allemaal adjectieven. We kunnen ze op verschillende manieren in een zin gebruiken. Als we het adjectief direct voor een substantief zetten, komt er soms een

Nadere informatie

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Hieronder vindt u de leerplandoelen taalbeschouwing die we met onze evaluatie in kaart willen brengen. Ze staan in dezelfde volgorde

Nadere informatie

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er

Nadere informatie

10 Kunst. Vertaal mondeling, zonder bedenktijd. Antwoordsleutels Les 10 63

10 Kunst. Vertaal mondeling, zonder bedenktijd. Antwoordsleutels Les 10 63 Antwoordsleutels Les 10 63 10 Kunst P 142 Vertaal mondeling, zonder bedenktijd 1 Dàjiā hǎo! Wǒ xìng Liú, jiào Liú Huá. 2 Qǐng xiān zuò-yi-zuò. 3 Zài nǐmen de yòubianr shì cèsuǒ, zuǒbianr mài chī de, mài

Nadere informatie

Spelling & Formuleren. Week 2-7

Spelling & Formuleren. Week 2-7 Spelling & Formuleren Week 2-7 Tentamenstof Boek: Praktische cursus Spelling 6e druk Auteur: M. Klein & M. Visscher Alle hoofdstukken behalve hoofdstuk 4 Proeftentamens zie Blackboard Succes! TEGENWOORDIGE

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling en uitspraak. 2 Grammatica

Inhoud. 1 Spelling en uitspraak. 2 Grammatica Inhoud 1 Spelling en uitspraak 1 spelling 11 Algemene regels 11 Klinkers en medeklinkers 11 Accenttekens 12 Hoofdletters 13 Los of aan elkaar? 13 Afbreken 14 2 uitspraak 14 De letters van het alfabet 15

Nadere informatie

Er was eens.een anderstalig kind. Josée Coenen HCO

Er was eens.een anderstalig kind. Josée Coenen HCO Er was eens.een anderstalig kind Josée Coenen HCO Stijgen / Dalen 1. Eén persoon stelt een gesloten vraag 2. Is het antwoord op u van toepassing; dan gaat u staan. Is het niet op u van toepassing: dan

Nadere informatie

2b nr. 1 Zinnen met verschillende volgorde

2b nr. 1 Zinnen met verschillende volgorde OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen

Nadere informatie

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen!

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen! In dit document kunt u lezen wat de kinderen leren in elke kern. In de eerste zes kernen zal dit voornamelijk ingaan op het aanleren van woorden en letters. In de laatste kernen komt het lezen al wat meer

Nadere informatie

Beknopte grammatica. voor. de cursus. Grieks van het Nieuwe Testament

Beknopte grammatica. voor. de cursus. Grieks van het Nieuwe Testament Beknopte grammatica voor de cursus Grieks van het Nieuwe Testament versie 1.0 Menno Haaijman scripture4all.org Tijdens de try-out voor de cursus bleek dat veel, zo niet alle, toehoorders de Nederlandse

Nadere informatie

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen.

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen. Vaktips Frans 1. D O E L S T E L L I N G E N De Franse taal leren verstaan, lezen, spreken en schrijven. Om dit te bereiken, moet je: Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en

Nadere informatie

Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek

Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek Bezoek- en postadres: Bredewater 16 2715 CA Zoetermeer info@uitgeverijbos.nl www.uitgeverijbos.nl 085 2017 888 Aan de totstandkoming van

Nadere informatie

Muiswerk Grammatica I-III is bedoeld om anderstaligen te leren hoe het Nederlands in elkaar zit.

Muiswerk Grammatica I-III is bedoeld om anderstaligen te leren hoe het Nederlands in elkaar zit. Grammatica I-III NT2 Muiswerk Grammatica I-III is bedoeld om anderstaligen te leren hoe het Nederlands in elkaar zit. Doelgroepen Grammatica I-III NT2 Grammatica I-III nt2 is bedoeld voor anderstalige

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren

Nadere informatie

Basis. letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer getal

Basis. letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer getal Basis letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer 1 2 3 getal 123.000 punt. komma, uitroepteken! vraagteken? Woordvolgorde Jij drinkt appelsap. Hij eet een banaan.

Nadere informatie

CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3

CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Lesperiode: 1 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Bepaling toezichtvorm gemeente Stein

Bepaling toezichtvorm gemeente Stein Bepaling toezichtvorm 2008-2011 gemeente Stein F i n a n c i e e l v e r d i e p i n g s o n d e r z o e k P r o v i n c i e L i m b u r g, juni 2 0 0 8 V e r d i e p i n g s o n d e r z o e k S t e i

Nadere informatie

H O E D U U R I S L I M B U R G?

H O E D U U R I S L I M B U R G? H O E D U U R I S L I M B U R G? N AD E R E I N F O R M A T I E S T A T E N C O M M I S S I E S OV E R O N D E R AN D E R E A F V A L S T O F F E N H E F F I N G E N I N L I M B U R G 1 6 a u g u s t u

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Schooljaar 2015 2016 Nederlands havo vwo 1 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling H 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2018-2019 Klas: HV1 Lesperiode: 1 + 2 Diploma grammatica Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: Grammatica HF 1 t/m 6 Bladzijde: 25 t/m 30, 67 t/m 72, 109 t/m 114, 151 t/m 156, 193 t/m 198, 235

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Grammatica op maat Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Grammatica op maat Dit programma is

Nadere informatie

Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Samenleving De nieuwe vaders Niveau 3

Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Samenleving De nieuwe vaders Niveau 3 Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 De nieuwe vaders Vroeger vormden vader en moeder met de kinderen een gezin. Vandaag is dat soms anders. Meer en meer ouders scheiden.

Nadere informatie

L i mb u r g s e L a n d m a r k s

L i mb u r g s e L a n d m a r k s L i mb u r g s e L a n d m a r k s P r o g r a m m a I n v e s t e r e n i n S t ed e n e n D o r p e n, l i j n 2 ; D e L i m b u r g s e I d e n t i t e i t v e r s i e 1. 0 D o c u m e n t h i s t o

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Basisgrammatica Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Basisgrammatica Het computerprogramma Basisgrammatica

Nadere informatie

BLOK 2: les 1 en 2. groep 4) en leren de woorden correct te schrijven (cat. 14) REGEL: 14: Lange klanken aan het eind van een klankgroep:

BLOK 2: les 1 en 2. groep 4) en leren de woorden correct te schrijven (cat. 14) REGEL: 14: Lange klanken aan het eind van een klankgroep: BLOK 1: les 1 en 2 Het voorvoegsel be-, ge-, ver-, me-, te- in een woord hetkennen en het woord correct teschrijven (cat. 11c) 11c: Wooden met een stomme e vooraan: In woorden die beginnen met be-, ge-,

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.

Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8. Naam: Mijn doelenboekje Grammatica Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8 www.gynzy.com Inhoud & Legenda In dit doelenboekje zijn de volgende Werelden te vinden: Taalkundige ontleding...3 Redekundige

Nadere informatie

Esperanto. La ŝalmisto de Hamelin

Esperanto. La ŝalmisto de Hamelin Esperanto La ŝalmisto de Hamelin Overzicht Mij voorstellen Sprookje La ŝalmisto de Hamelin Overzicht van Esperanto Sprookje La ŝalmisto de Hamelin 28 letters = 28 klanken Aa Bb Cc Ĉĉ Dd Ee Ff Gg Ĝĝ Hh

Nadere informatie

LES 1 NEDERLANDS EN LATIJN. Onze eigen taal Wanneer je wilt weten hoe onze taal in elkaar zit, moet je eens naar de volgende vijf zinnetjes kijken:

LES 1 NEDERLANDS EN LATIJN. Onze eigen taal Wanneer je wilt weten hoe onze taal in elkaar zit, moet je eens naar de volgende vijf zinnetjes kijken: LES 1 NEDERLANDS EN LATIJN Onze eigen taal Wanneer je wilt weten hoe onze taal in elkaar zit, moet je eens naar de volgende vijf zinnetjes kijken: Het meisje ziet de roos. De moeder geeft haar baby de

Nadere informatie

T I P S I N V U L L I N G E N H O O G T E T E G E N P R E S T A T I E S B O M +

T I P S I N V U L L I N G E N H O O G T E T E G E N P R E S T A T I E S B O M + T I P S I N V U L L I N G E N H O O G T E T E G E N P R E S T A T I E S B O M + A a n l e i d i n g I n d e St a t e nc o m m i s si e v o or R ui m t e e n G r o e n ( n u g e n o em d d e St at e n c

Nadere informatie

Thema 2. Rennen voor geld

Thema 2. Rennen voor geld Thema 2 Rennen voor geld Les 2.1 Berlijnse calorieën zekerheden zebra s onmiddellijk Les 1 reis, ijs Sjoerd vertelt zijn opa dat hij rondjes gaat lopen op een sportterrein. Wat een ander woord voor terrein?

Nadere informatie

9 Sport. Verstaan: u en ü. Vertaal mondeling, zonder bedenktijd. Antwoordsleutels Les 9 49

9 Sport. Verstaan: u en ü. Vertaal mondeling, zonder bedenktijd. Antwoordsleutels Les 9 49 Antwoordsleutels Les 9 49 9 Sport P 102 1 yú 2 lù 3 tù 4 dūn 5 qù 6 nǚ 7 shū 8 lúndūn 9 jūzhù 10 yún P 106 Verstaan: u en ü Vertaal mondeling, zonder bedenktijd 1 shīfu, rènshi nín hěn gāoxìng. 2 Hái yǒu

Nadere informatie

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer

Nadere informatie

mollen -> de o wordt uitgesproken als o. Dit noemen wij een woord met een woord met een gesloten lettergreep: mol len.

mollen -> de o wordt uitgesproken als o. Dit noemen wij een woord met een woord met een gesloten lettergreep: mol len. Komende week starten wij alweer aan kern 11 van Veilig Leren Lezen. U zult zien dat er in deze kern veel terugkomt wat er in kern 10 is aangeboden. In deze kern staan de volgende onderwerpen (weer) centraal:

Nadere informatie

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Spreken (individueel / gesprekken voeren): Luisteren: Een monoloog houden in een kleine groep, duidelijk verwoorden wat ze bedoelen. Een gesprek (overleg) voeren in

Nadere informatie

TAALVERZORGING KGT 2 SPORTIEF PERRON 1

TAALVERZORGING KGT 2 SPORTIEF PERRON 1 Sportief! TAALVERZORGING KGT SPORTIEF PERRON Je zit alweer in het tweede jaar van het vmbo. Vorig jaar heb je veel geleerd bij het onderdeel Taalverzorging, maar misschien ben je ook wel iets vergeten.

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen -b fl41..- 1 rair î ; : ; - / 0 t- t-, 9 S QURrz 71 1 t 5KM 1o r MALNBERG St 4) 4 instapkaarten ji - S 1,1 1 thema 5 1 les 2 S S S - -- t. Je leert hoe je van het hele werkwoord een voltooid deelwoord

Nadere informatie

Q u i c k -s c a n W M O i n L i m b u r g De e e r s t e e r v a r i n g e n v a n g e m e e n t e n e n c l i ë n t e n

Q u i c k -s c a n W M O i n L i m b u r g De e e r s t e e r v a r i n g e n v a n g e m e e n t e n e n c l i ë n t e n Q u i c k -s c a n W M O i n L i m b u r g De e e r s t e e r v a r i n g e n v a n g e m e e n t e n e n c l i ë n t e n M w. d r s. E. L. J. E n g e l s ( P r o v i n c i e L i m b u r g ) M w. d r s.

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 1 De programma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van deze leerlijn.

Nadere informatie

Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Rapportperiode 1 Vak: Nederlands Onderdeel: LEZEN Docent: RKW 1 Aantal lessen per week: 4 Methode: Lees Mee Hoofdstuk: Blok 1 t/m 6 Blz. Weging: 1x 3x woordmixtoets 3x leestoets In totaal 6 cijfers Studievaardigheden:

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke

Nadere informatie

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands.

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Doelgroep Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is bedoeld voor leerlingen

Nadere informatie