Leerlijn Spreken & luisteren groep 5
|
|
- Victor van Veen
- 9 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Spreken (individueel / gesprekken voeren): Luisteren: Een monoloog houden in een kleine groep, duidelijk verwoorden wat ze bedoelen. Een gesprek (overleg) voeren in een kleine groep, welke regels er zijn in een gesprek, een gesprek samenvatten. Luisteren naar een verhaal, de hoofdgedachte uit een verhaal halen, een verhaal samenvatten. Luisteren naar een verhaal, vertellen wat ze van een verhaal vinden en waarom. Een overleg voeren in een kleine groep, terugkijken op een gesprek. Een dialoog (tweetalgesprek) voeren, vragen stellen om de ander beter te begrijpen. Hun luisterdoel bepalen, gericht luisteren naar een informatieve luistertekst. Gericht luisteren naar een verhaal, dat ze soms informatie uit een luistertekst kunnen halen, die niet verteld wordt. Een monoloog houden in een kleine groep, bedenken wat hun spreekdoel is, hoe ze hun monoloog goed kunnen opbouwen. Hun mening geven en die beargumenteren in een gesprek. Een informatieve luistertekst samenvatten, vertellen wat ze van een luistertekst vinden en waarom. De hoofdgedachte uit een informatieve luistertekst halen, aantekeningen maken tijdens het luisteren. Tijdens het spreken letten op hoe ze praten, staan, kijken en bewegen, tijdens het spreken letten op de goede volgorde. Een discussie voeren, hoe ze kunnen zeggen wat hun mening is en of ze het wel of niet met iemand eens zijn. Gericht luisteren naar een verhaal, vertellen wat ze van een verhaal vinden en waarom. Terugkijken op het luisteren naar een verhaal. Hoe ze in een monoloog goede zinnen gebruiken, geheugensteuntjes gebruiken tijdens het spreken. Terugkijken op een monoloog, vertellen wat ze van een monoloog vinden en waarom. Luisteren naar een betoog, nadenken over het doel van de spreker en de luisteraar, een betoog samenvatten. Bepalen wat belangrijk is en wat niet tijdens het luisteren, de hoofdgedachte uit een luistertekst (verhaal) halen. Overleggen in een kleine groep, een gesprek samenvatten. Informatie uitwisselen tijdens een gesprek, vragen stellen en doorvragen tijdens een gesprek. Aantekeningen maken tijdens het luisteren naar een verhaal, een verhaal samenvatten. Luisteren naar een doetekst, de aanwijzingen in een doetekst uitvoeren.
2 Leerlijn Leesbegrip groep 5 Een beeldverhaal herkennen, voorspellen waar een verhaal over gaat, vertellen wat ze van een verhaal vinden en waarom. Een informatieve tekst herkennen, voorspellen waar de tekst over gaat. Een herkennen, de hoofdgedachte uit een halen. Bedenken wat het leesdoel is, bedenken wat de doelgroep van een informatieve tekst is. De opbouw van een artikel herkennen, vragen stellen bij een artikel, verbanden herkennen in een artikel. De hoofdgedachte uit een informatieve tekst halen, een samenvatting in een schema maken. De opbouw van een gedicht herkennen, vertellen wat ze van een gedicht vinden. De opbouw van een informatieve tekst op internet herkennen, bedenken en gebruiken wat ze al weten over een onderwerp. Voorspellen waar een informatieve tekst over gaat. -het verband tussen tekst en afbeeldingen in een tekst herkennen. Wat ze kunnen doen als ze een woord in de tekst niet begrijpen, dat plaatjes (in je hoofd) de tekst kunnen verduidelijken. Bedenken wat het doel van de schrijver is, de hoofdgedachte uit een verhaal halen. Verbanden herkennen in een informatieve tekst, hun voorkennis uitbreiden of aanpassen door het lezen van een tekst. De spanningsopbouw in een verhaal herkennen, dat plaatjes, gevoelens en geuren (in je hoofd) het verhaal kunnen verduidelijken. Hun eigen kennis uitbreiden of aanpassen bij het lezen van een informatieve tekst en dit weergeven in een woordspin. Zichzelf vragen stellen tijdens het lezen van een verhaal. Signaalwoorden en verbanden in een tekst herkennen, nieuwe informatie over het onderwerp van de tekst opzoeken. Hun leesdoel bepalen bij het lezen van een strip, vertellen wat ze van een stripverhaal vinden en waarom. Wat ze kunnen doen om tijdens het lezen de belangrijkste informatie uit een tekst te onthouden, een informatieve tekst samenvatten in een schema. Wat een fabel is, in hun hoofd een voorstelling maken van een verhaal. Wat een betoog is, het doel van de schrijver herkennen. De opbouw van een verhaal herkennen, dat een voorstelling in hun hoofd kan helpen om een verhaal beter te begrijpen. Hun voorkennis gebruiken en aanpassen tijdens het lezen van een informatieve tekst, signaalwoorden en verbanden in een tekst herkennen. De opbouw van een recept (doetekst) herkennen, pictogrammen in een tekst herkennen. Hun leesdoel bepalen, waarom verwijswoorden in een tekst gebruikt worden.
3 Leerlijn Woord & zinsbouw groep 5 Leerlingen Leren zelfstandige naamwoorden en lidwoorden herkennen en gebruiken, enkelvoud, meervoud en verkleinwoorden herkennen en gebruiken. Oefenen het herkennen en gebruiken van zelfstandige naamwoorden en lidwoorden, het herkennen en gebruiken van enkelvoud, meervoud en verkleinwoorden. Leren wat een telwoord is, werkwoorden herkennen en gebruiken. Oefenen het herkennen en gebruiken van telwoorden en werkwoorden. Leren wat een persoonlijk voornaamwoord is, telwoorden herkennen en gebruiken. Oefenen het herkennen en gebruiken van persoonlijke voornaamwoorden en telwoorden. Leren wat een bijvoeglijk naamwoord is. Oefenen het herkennen en gebruiken van bijvoeglijke naamwoorden. Leren wat de trappen van vergelijking zijn. Oefenen het herkennen en gebruiken van de trappen van vergelijking. Leren wat een voorzetsel is. Oefenen het herkennen en gebruiken van voorzetsels. Leren wat tegenwoordige tijd en verleden tijd is, werkwoorden herkennen in de tegenwoordige en verleden tijd. Oefenen het herkennen en gebruiken van werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd. Leren wat een voegwoord is. Oefenen het herkennen en gebruiken van voegwoorden. Leren wat het onderwerp en de persoonsvorm zijn, hoe ze het onderwerp en de persoonsvorm in een zin kunnen herkennen. Oefenen het herkennen en gebruiken van het onderwerp en de persoonsvorm in zinnen. Leren nieuwe voegwoorden herkennen en gebruiken, het onderwerp en de persoonsvorm vinden in samengestelde zinnen. Oefenen het herkennen en gebruiken van voegwoorden, het vinden van het onderwerp en de persoonsvorm in samengestelde zinnen. Leren wat een leesteken is, de leestekens hoofdletter, punt, vraagteken, uitroepteken, komma, dubbele punt en aanhalingsteken herkennen en gebruiken. Oefenen het herkennen en gebruiken van de leestekens hoofdletter, punt, vraagteken, uitroepteken, komma, dubbele punt en aanhalingsteken. Leren de trappen van vergelijking herkennen en gebruiken, nieuwe voorzetsels herkennen en gebruiken. Oefenen het gebruik van de trappen van vergelijking, het gebruik van voorzetsels.
4 Leerlijn Stellen groep 5 Leerlingen Leren hoe ze een brief schrijven. Oefenen het schrijven van een brief Leren hoe ze een stripverhaal schrijven. Oefenen het schrijven van een stripverhaal. Leren hoe ze een betoog in de vorm van een brief schrijven. Oefenen het schrijven van een betoog in de vorm van een brief. Leren hoe ze een gedicht met rijm schrijven. Oefenen het schrijven van een gedicht met rijm. Leren hoe ze een verslag schrijven. Oefenen het schrijven van een verslag. Leren hoe ze een schrijven. Oefenen het schrijven van een . Leren hoe ze een samenvatting schrijven. Oefenen het schrijven van een samenvatting. Leren hoe ze een formulier invullen. Oefenen het invullen van een formulier. Leren hoe ze een reclametekst schrijven. Oefenen het schrijven van een reclametekst. Leren hoe ze een verhaal schrijven. Oefenen het schrijven van een verhaal. Leren hoe ze een artikel schrijven. De leerlingen oefenen het schrijven van een artikel. Leren hoe ze een recept (doetekst) schrijven. Oefenen het schrijven van een recept (doetekst).
5 Leerlijn Spelling groep 5 Formulering leerdoel Koppeling Cito Afname Cito Je leert meer woorden schrijven met sch en schr. / Je oefent meer woorden met sch en schr. Je leert meer woorden schrijven met s, z, f en v. / Je oefent meer woorden met s, z, f en v. Je leert meer woorden schrijven met eer, oor en eur. / Je oefent meer woorden met eer, oor en eur. Je leert meer woorden schrijven met ei en ij. / Je oefent meer woorden met ei en ij. Je leert woorden schrijven die eindigen op ig en lijk. / Je oefent woorden die eindigen op ig en lijk. Je leert meer woorden schrijven met de letterzetter. / Je oefent meer woorden met de letterzetter. Je leert meer woorden schrijven met de letterrover. / Je oefent meer woorden met de letterrover. Je leert meer woorden schrijven met aai, ooi en oei. / Je oefent meer woorden met aai, ooi en oei. Je leert meer woorden schrijven met een stomme e. / Je oefent meer woorden met een stomme e. Je leert meer woorden schrijven met ch en cht. / Je oefent meer woorden met ch en cht. Je leert meer woorden en woordstukjes schrijven die eindigen op d. / Je oefent meer woorden en woordstukjes die eindigen op d. Je leert meer woorden schrijven met ng en nk. / Je oefent meer woorden met ng en nk. Je leert meer woorden schrijven die eindigen op a, o en u. / Je oefent meer woorden die eindigen op a, o en u. Je leert meer woorden schrijven met de letterzetter en letterrover. / Je oefent meer woorden met de letterzetter en letterrover. Je leert meer woorden schrijven met eeuw, ieuw en uw. / Je oefent meer woorden met eeuw, ieuw en uw. Je leert meer samenstellingen schrijven met twee of meer medeklinkers na elkaar. / Je oefent meer samenstellingen met twee of meer medeklinkers na elkaar. Je leert meer woorden schrijven met au, auw, ou en ouw. / Je oefent meer woorden met au, auw, ou en ouw. Je leert het hele werkwoord, de stam en de ik-vorm schrijven. / Je oefent het hele werkwoord, de stam en de ik-vorm. Je leert meer woorden schrijven met v en z. / Je oefent meer woorden met v en z. Je leert samenstellingen schrijven met een woord dat eindigt op d of t. / Je oefent samenstellingen met een woord dat eindigt op d of t. Je leert de jij-vorm en hij/zij-vorm van werkwoorden schrijven. / Je oefent de jij-vorm en hij/zij-vorm van werkwoorden. Je leert woorden schrijven met stomme e die eindigen op em, elen, enen en eren. / Je oefent woorden met stomme e die eindigen op em, elen, enen en eren. Je leert verkleinwoorden schrijven die eindigen op je, pje en etje. / Je oefent verkleinwoorden die eindigen op je, pje en etje. Je leert het hele werkwoord, de ik-vorm, jij-vorm en hij/zij-vorm schrijven. / Je oefent het hele werkwoord, de ik-vorm, jij-vorm en hij/zij-vorm. Categorie 6+ M5/E5 Categorie 8+ M5 Categorie 14+ M5 Categorie 11+ M5/M6/E6 Categorie 24 M5/M6/E6 Categorie 21+ n.v.t. Categorie 20+ n.v.t. Categorie 12+ M5 Categorie 10+ (d) M5 Categorie 17+ M5/E5/M6 Categorie 18+ M5/E5/M6 Categorie 7+ M5/E5/M6 Categorie 15+ M5 Categorie 20+ en 21+ M5/E5/M6/E6 Categorie 19+ M5/E5 Categorie 13+ M5/E5/M6/E6 Categorie 16+ (d) E5/M6/E6 Niet in Cito n.v.t. /1S/ 2F Categorie 22 E5/M6 Categorie 13+ en 18+ M5/E5/M6/E6 Niet in Cito n.v.t. /1S/2F Categorie 23 E5/M6 Categorie 9+ (d) E5/M6 Niet in Cito n.v.t. /1S/2F
Visuele Leerlijn Spelling
Visuele Leerlijn Spelling www.gynzy.com Versie: 15-08-2018 Begrippen Klanken & Letters Klank (begrip) Klinker of medeklinker (begrip) Korte of lange klank (begrip) Tweetekenklank (begrip) Lange-, korte-,
De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer
Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5
Taal actief 4 taal verkennen groep 5-8 taal verkennen groep 5 In dit document een overzicht opgenomen van de benodigde voor de lessen Taal verkennen groep 5. Deze kenn maakt onderdeel uit van de leerlijn
je schrijft het woord zoals je het hoort je schrijft het woord zoals je het hoort je schrijft het woord zoals je het hoort
Groep 4 Spelling Thema 1 Een nieuw huis aan het begin (klas) aan het eind (tent) met st aan het eind (kist) met ts aan het eind (muts) aan het begin en aan het eind (krant) Thema 2 Wat word jij later?
Een lijn in (begrijpend) luisteren en lezen voor de ganse basisschool
Een lijn in (begrijpend) luisteren en lezen voor de ganse basisschool 1 Leren begrijpen van geschreven taal Wanneer en hoe? Begrijpend luisteren/lezen Wat heeft invloed op begrijpend luisteren/lezen? 2
Leerlijn Stellen groep 4
Leerlijn Stellen groep 4 Leren hoe ze een brief schrijven. Oefenen het schrijven van een brief. Leren hoe ze een verhaal schrijven. Leren hoe ze een beeldverhaal schrijven, dat plaatjes en tekst elkaar
woorden met eer (heer) De /r/ is een plaagletter bij /eer/. volgwoord woorden met oor (oor) De /r/ is een plaagletter bij /oor/.
Groep 5 Spelling Thema 1 Een plek om te werken De /f/ is de fietspompletter. Je hoort met f (fluit) /ffff/. De /v/ is van vlieg. Je hoort /vvvv/. met v (vis) woorden met aar (jaar) luisterwoord woorden
links 67 links 69 rechts 71 rechts 73 links - rechts visuele discriminatie - grote verschillen (tekening)
Inhoudstafel Deze inhoudstafel vind je ook in de lerarenkit. Taalmonsters 1 Deelvaardigheden - begrippen vooraan 39 achteraan 41 vooraan - achteraan 43 bovenaan 45 onderaan 47 bovenaan - onderaan 49 eerste
Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv
Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige
Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht:
Dyslexiebehandeling Informatiepakket leerkracht: - Werkwijze bij Onderwijszorg Nederland (ONL) - Klankenschema - Stappenplan - Kopie overzichts-steunkaart - Uitleg losse steunkaarten - Uitleg steunkaart
oefenen met spelling A
oefenen met spelling A Oefenen met spelling A 0 Spellingsproblemen Cd-rom A eenvoudige eenlettergrepige woorden eenvoudige eenlettergrepige woorden woordbegin: sp, sl, st, tr woordeind: twee medeklinkers
Wat doen we in groep 6. Korte beschrijving van de lesstof in groep 6.
Wat doen we in groep 6 Korte beschrijving van de lesstof in groep 6. Groep 6 Rekenen Getallen en Getalrelaties Voorbeeld Inzicht in getalstructuur tot 100.000 Wat zit er in het midden tussen 750 en 800
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2015-2016 Onderdeel: Spelling Lesperiode: week 1 t/m week 3 Aantal lessen per week: 4 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van
Taal We kunnen nu al echte verhalen schrijven. Daar zien we dan ook echte leuke verhalen van de kinderen.
Vierkantje 4 groep 4 Hallo, De tijd gaat snel, het is alweer voorjaarsvakantie. De komende weken tot de grote vakantie krijgen we nog schoolreis, sportdag etc. kortom voor we het weten zitten we alweer
Leerstofaanbod groep 4
Leerstofaanbod groep 4 Rekenen Rekenen Methode: RekenZeker De lessen zijn onderverdeeld in een aantal domeinen: getallen, bewerkingen (optellen, aftrekken en tafels en meten van tijd en geld. Optellen
Wat doen we in groep 6
Wat doen we in groep 6 Op de volgende bladzijden kunt u zien welke stof wij in groep 6 behandelen. We werken op school met 4 perioden. U kunt globaal de volgende indeling aanhouden: Periode 1 ( augustus
Leerstofoverzicht Taal in beeld groep 4
Leerstofoverzicht Taal in beeld groep blok woordenschat spreken/luisteren schrijven taalbeschouwing Les : betekenis door plaatje Les : spreken Les : bij elke tekst hoort een schrijver Les : spelen met
De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal in Beeld. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands Het gebruik van De bovenkamer bij Taal in Beeld Bij verschillende onderdelen van de taalmethode Taal in Beeld, kunt u De bovenkamer
Woorden met v en z. Meer uitleg vind je bij woordpakket 2 op bladzijde 8 van het leerlingenboek. Woorden met ei en ij
Kaartje bij woordpakket olijven Woorden met v en z Hoor je /fff/ of /vvv/? Schrijf f of v. Hoor je /sss/ of /zzz/? Schrijf dan s of z. Meestal wordt in het meervoud de f een v en de s een z. Soms hoor
ring bank touw blauw vinkje kroontje bloempje stoel kast schrift schuur Thema 2 De boom ik leer: woorden lezen die uit twee woorden bestaan, zoals
Thema 2 De boom woorden lezen die uit twee woorden bestaan, zoals wasrek zeeman woorden lezen met ng of nk, zoals ring bank woorden lezen met ou(w) of au(w), zoals touw blauw verkleinwoorden lezen die
Thema 1: De nieuwe groep
Thema 1: De nieuwe groep lezen begrijpend luisteren (klinkers groep3) weten wat de leesrichting is; herkennen en verklanken de letters r, d, i, k, aa, n, e, s; lezen klankzuivere mk-, km- en mkm-woorden
Informatie over kerndoelen en leerdoelen Alles-in-1 en Alles-Apart
Informatie over kerndoelen en leerdoelen Alles-in-1 en Alles-Apart Alles-in-1 biedt, samen met Alles-Apart, kerndoelendekkende leerstof aan voor groep 4 t/m 8 voor alle vak- en leergebieden behalve rekenen,
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan
Lees U laat uw kind de eerste set woorden van de week voorlezen. Deze woorden staan rechtsboven op iedere uitlegkaart.
Snel aan de slag! Wat heeft u nodig? Het juiste Spelling in beeld-oefenboekje Een schriftje waar uw kind in kan werken Een pen waarmee uw kind prettig werkt Een markeerstift of een aantal kleurpotloden
instapkaarten spelling
instapkaarten inhoud instapkaarten Spelling thema 1 les 1 cat. 5a 1 thema 1 les 3 cat. 5b 2 thema 1 les 5 cat. 6a,b 3 thema 1 les 7 cat. 6c 4 thema 1 les 9 cat. 7a,b 5 thema 1 les 11 cat. 7c 6 thema 1
Taal en spelling voor het basisonderwijs
de methode die alle kerndoelen taal dekt! BRON S LO Taal en spelling voor het basisonderwijs Leerlijnenoverzicht groep 4 tot en met 8 Leerlijnenoverzicht Taalverhaal 2 Leerlijnenoverzicht groep 4 t/m 8
Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen
Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2015-2016 Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel
Inleiding 7. Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9
INHOUD Inleiding 7 Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9 Les 1 Stap voor stap op weg naar minder spellingfouten 11 1.1 Juist spellen is... 11 1.2 Stappenplan goed spellen 13 1.3 Hardnekkige spellingproblemen
Estafette Nieuw Leerlijn Technisch Lezen jaargroep 4
Estafette Nieuw Leerlijn Technisch Lezen jaargroep 4 AVI-E3 Het op beheersingsniveau (correct en vlot) kunnen lezen van teksten op AVI-niveau E3. Leerinhoud E3: Woorden eindigend op ~b, ~d, ~dt Woorden
Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Vak: Nederlands Klas: IG2 MH/HV Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 4 Aantal lessen per week: 2 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1 & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling
Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel zuiver morfologisch
Programma van Toetsing en Doorstroming
Leerweg: BB Klas: 1 Vak: Nederlands Methode: Op Niveau e editie Toetsnr Wat moet je voor de toetsing doen? Eindtoets blok 1 herkent de hoofdpersoon en bijfiguren in een verhaal kunt de belangrijkste gebeurtenissen
Lesbrief groep 5/6. Beste ouders,
Lesbrief groep 5/6 Beste ouders, Het is al weer een tijdje geleden dat we een lesbrief aan jullie hebben gestuurd. Maar met de start op onze prachtige nieuwe school, ook gelijk maar een doorstart met de
Leerlijn Leeslink niveau 2 (groep 5-6) Schooljaar
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? de 1 36 De leerling kan: - vertellen waarom hij een tekst leest - een leesdoel kiezen 1 37 De leerling
Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I
Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I Grammatica I Rubriek Oefening Type Opgaven Uitleg Alle onderwerpen Totaaltoets Grammatica I (*) 42 1 Klanken/letters Deeltoets 1 (*) Naamwoorden Deeltoets 2
Leerlijn Leeslink niveau 3 (groep 7-8) schooljaar
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? Nu en straks op de middelbare school? de 1 36 De leerling kan: - verschillende leesdoelen noemen -
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende
Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Rapportperiode 1 Vak: Nederlands Onderdeel: LEZEN Docent: RKW 1 Aantal lessen per week: 4 Methode: Lees Mee Hoofdstuk: Blok 1 t/m 6 Blz. Weging: 1x 3x woordmixtoets 3x leestoets In totaal 6 cijfers Studievaardigheden:
Verantwoording Toetstrainer Entreetoets Taal
Verantwoording Toetstrainer Entreetoets Taal Hoe staan mijn leerlingen ervoor? Presteren ze op het niveau dat ik van ze verwacht? Hoe doet de groep het als geheel? Zijn we met ons onderwijs op de goede
Workshop BLIKSEM - Leesbegrippen in de BLIKSEM Oefenteksten en Toetsen
Leesbegrippen Groep 5 1. alinea (7)* 2. anekdote (2) 3. bedoeling van de schrijver (3) 4. boodschap overbrengen (1) 5. bronvermelding (2) 6. conclusie (1) 7. de bedoeling van de schrijver (2) 8. de clou
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren
DE REFERENTIENIVEAUS. en Taal actief 4
DE REFERENTIENIVEAUS en Taal actief Taal actief en de referentieniveaus Sinds augustus 010 is de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen van kracht. Voor het basisonderwijs zijn daarmee de referentieniveaus
Taalbeschouwelijke termen bao so 2010
1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan
PIT HAVO-2 +HAVO/VWO Onderdeel: Spelling H1 en H2 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
PIT HAVO-2 +HAVO/VWO-2 2016-2017 Vak: Nederlands Onderdeel: Spelling H1 en H2 Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1 en 2 Extra materiaal: Nieuw Nederlands Online De leerling kent de volgende
Overzicht AmbraSoft: Taalbende, Taal en Rekenen
Overzicht AmbraSoft: Taalbende, Taal en Rekenen AmbraSoft is een methode-onafhankelijk oefenplatform voor Taal en Rekenen. Voor gebruikers van de taalmethode De Taalbende van uitgeverij Plantyn bevat het
Programma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Vak: Nederlands Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Lesperiode: 1 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende
Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.
Naam: Mijn doelenboekje Grammatica Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8 www.gynzy.com Inhoud & Legenda In dit doelenboekje zijn de volgende Werelden te vinden: Taalkundige ontleding...3 Redekundige
Taaldomein vmbo. 4 Een mondelinge presentatie Hulpmiddelen: PowerPointpresentatie. k4 3 De spreekbeurt Soorten spreekbeurten De boekpresentatie
Taaldomein vmbo Methode Taaldomein 1 Mondeling 60p Schooltype vmbo-kgt 1-2, k3-4 2 Lezen 266p Editie vanaf 2004 3 Schrijven 120p Niveau 2F 4 Taalbeschouwing 285p 4 Een mondelinge presentatie Hulpmiddelen:
Lezen We hebben de laatste weken weer heel veel woorden en letters geleerd.
Lesbrief 2 (groep 3 en groep 4) groep 3 Lezen We hebben de laatste weken weer heel veel woorden en letters geleerd. In kern 5 leren we de volgende letters en woorden: Letters: ie, eu, l, ou, uu Woorden:
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik
Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8.
KWALITEITSKAART Spellen en stellen SPELLING PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl, www.rekenpilots.nl
Onderdeel: Spelling - ANV Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Vak: Nederlands Klas: IG2 MH/HV Onderdeel: Spelling - ANV Aantal lessen per week: 2 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode F Spelling: verdubbeling en verenkeling. F
Online leren lezen - Overzicht van de oefeningen
Online leren - Overzicht van oefeningen Cursief = voorbeeld Kern S ik kim sim MKM KM Zoek (sleep) k van kim en -positie letters m (tussen letters uit ze Klik als je i ziet (flitsletters) Zoek /k/ /i/ /m/
Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.
Spelling op maat 1 De programma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van deze leerlijn.
Leerlijn Leeslink niveau 3 (groep 7-8) schooljaar 2013-2014
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? Nu en straks op de middelbare school? de 1 36 De leerling kan: - verschillende leesdoelen noemen -
Basis. letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer getal
Basis letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer 1 2 3 getal 123.000 punt. komma, uitroepteken! vraagteken? Woordvolgorde Jij drinkt appelsap. Hij eet een banaan.
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke
SCHRIFTELIJKE TAAL Kerndoel 1: De leerlingen leren lezen voor dagelijks gebruik
SCHRIFTELIJKE TAAL Kerndoel 1: De leerlingen leren lezen voor dagelijks gebruik 1.1. Boekoriëntatie 1.2. Temporele orde waarneming 1.3. Auditieve discriminatie 1.4. Visuele discriminatie 1.. Visuele analyse
Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.
Spelling op maat 1 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van
THERAPIEPLAN Logopedie
NAAM: Geboortedatum:. Klas:.. THERAPIEPLAN Logopedie Bron: GWP Taal School Ter Elst Therapiedoelen Articulatie Domein Doel nr. Opmerkingen - Mondmotoriek - Correct uitspreken van de klinkers - Correct
Doelenkaart (V)SO. Domein Schriftelijk Taal, Schrijven. Schoolstandaard van de Waterlelie. Uitstroomperspectief (UPP)
Doelenkaart (V)SO Domein Schriftelijk Taal, Schrijven Schoolstandaard van de Waterlelie A Plus Speciaal Onderwijs (SO) Uitstroom profiel vervolg onderwijs Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) Oriëntatiefase
Onderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Onderdeel: Grammatica zinsdelen Lesperiode: 2 1, 2 en 5 Extra materiaal: PowerPoint Stappenplan zinsdelen op blz. 268 t/m 270 zinsdelen: Onderwerp Werkwoordelijk- en naamwoordelijk gezegde Lijdend voorwerp
Taaljournaal, tweede versie
SPELLING Taaljournaal, tweede versie Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl, www.rekenpilots.nl en
Benodigde voorkennis spelling groep 5
Taal actief 4 spelling groep 5-8 spelling groep 5 In dit document is een overzicht opgenomen van de benodigde voor de lessen spelling groep 5. Deze kennis maakt onderdeel uit van de leerlijn groep 4. Hebben
Lesbrief 4, groep 5/6. 24 januari 2018
Lesbrief 4, groep 5/6. 24 januari 2018 Beste ouders, We zijn inmiddels druk met de CITO toetsen. Altijd een spannende periode voor de kinderen. Als leerkracht kijken we in deze periode vooral naar de voortgang
Programma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp
naamwoord naamwoord 1F enkelvoud van zelfstandig 1F meervoud van zelfstandig 1F zelfstandig naamwoord 1F lidwoord 1F werkwoord 1F samenstelling
GROEP 4 1F hakwoord (1) 1F plankwoord (4) 1F eeuw-ieuw-woord (7) 1F klankgroepenwoord (10) f>v, s>z (10) één woord met twee één woord met drie één woord met meer X ordenen van de letters ei-plaat uitbreiden
CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo
Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis
Onderdeel: Spelling - ANV Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Klas: IG2 HV Onderdeel: Spelling - ANV Aantal lessen per week: 2 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode F Spelling: verdubbeling en verenkeling. F Spelling: vorming
Basisarrangement. Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal. 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen
Basis Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen Deviant methode leer/werkboek VIA vooraf op weg naar 1F. De 8 thema s in het boek hebben terugkerende
Overzicht AmbraSoft: De Taalbende, Taal en Rekenen
: De Taalbende, Taal en Rekenen AmbraSoft is een methode-onafhankelijk oefenplatform voor Taal en Rekenen. Voor gebruikers van de taalmethode De Taalbende van uitgeverij Plantyn bevat het platform ook
Leerlijn Leeslink niveau 3 (groep 7-8) schooljaar
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? Nu en straks op de middelbare school? de 1 36 De leerling kan: - verschillende leesdoelen noemen -
Taal actief spelling en de nieuwe Cito-toets spelling. Taal actief
Taal actief spelling en de nieuwe Cito-toets spelling Taal actief Introductie In dit artikel wordt een vergelijking gemaakt tussen de spellingcategorieën zoals die voorkomen in Taal actief 3 en de categorieën
Leerlijn Leeslink niveau 3 (groep 7-8) schooljaar 2013-2014
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? Nu en straks op de middelbare school? de 1 36 De leerling kan: - verschillende leesdoelen noemen -
Niveau 1 mkm-woorden; medeklinkers, korte en lange klanken, tweetekenklanken. Niveau 2 Medeklinkercombinaties; mkmm- eenvoudig, mmkm
Beschrijving van de Categorieën Cito 5 Leerlingen analyseren klankzuivere woorden in afzonderlijke klanken in de juiste volgorde (m/a/n, b/r/oe/k)) Spelling in de lift werkboeken Veilig leren lezen KIM
Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8.
KWALITEITSKAART Spellen en stellen PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteitskaart Opbrengstgericht Werken zijn te vinden op www.schoolaanzet.nl. Deze website bevat
De leerlijn spelling CED-Groep (Voor po- sbo- so)
Groep 2 Groep 3 De leerlijn spelling CED-Groep (Voor po- sbo- so) Groep Leerstofaanbod groep 2 en 3 z - Leerlingen analyseren klankzuivere woorden in afzonderlijke klanken in de juiste volgorde (m/a/n,
Leerlijn Leeslink niveau 3 (groep 7-8) schooljaar
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? Nu en straks op de middelbare school? de 1 36 De leerling kan: - verschillende leesdoelen noemen -
mollen -> de o wordt uitgesproken als o. Dit noemen wij een woord met een woord met een gesloten lettergreep: mol len.
Komende week starten wij alweer aan kern 11 van Veilig Leren Lezen. U zult zien dat er in deze kern veel terugkomt wat er in kern 10 is aangeboden. In deze kern staan de volgende onderwerpen (weer) centraal:
Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8
Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk
Groepsplan groep Vakgebied Schriftelijke taal Tijdsvak
Groepsplan groep Vakgebied Schriftelijke taal Tijdsvak Namen Evaluatie Niveau leerlijn 1 2 3 Functioneringsniveau
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Fictie Klas: MH-1 Lesperiode:1 Taalportfolio In je taalportfolio komen 5 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode worden de eerste 3 opdrachten beoordeeld
Onderdeel: Grammatica -- RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
PIT IG3 2017-2018 Trimester 2 Vak: Nederlands Onderdeel: Grammatica -- RKW Woordsoorten Week 13 t/m 24 Aantal lessen per week: 3 Nieuw Nederlands 5 e editie 1, 2 en 3 De leerling kent de onderstaande woordsoorten:
Vak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Vak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Lesperiode: 5 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 4 Blz. 127 t/m 12 Nieuw Nederlands Online H 1 t/m 4, onderdeel Lezen extra en Test Nieuwsbegrip
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. de man de kat de fiets lidwoord Het lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord. de het een samenstelling Een
Nieuws vanuit groep 4
Nieuws vanuit groep 4 De afgelopen weken zijn we druk bezig geweest met de winter. Tijdens de natuurlessen hebben we gesproken over verschillende weersoorten en de vorming van sneeuw en ijs. We hebben
2 leerde ze op school. 3 haar met haar. 4 leest boeken uit de. van de stad en gaat graag. 5 zich bij opa en oma. in de, dat is in. 6 Met hun dan over
Naam Datum Klas Ik luister goed. Ik vul de woorden in. 1 in een 2 leerde ze op school 3 haar met haar 4 leest boeken uit de van de stad en gaat graag naar het zich bij opa en oma in de, dat is in 6 Met
instapkaarten taal verkennen
instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3
4.1 Wanneer schrijf je een aanbiedingsbrief? 33 4.2 Wat is het tekstdoel van een aanbiedingsbrief? 33 4.3 Hoe bouw je een aanbiedingsbrief op?
Inhoud 1 Aan de slag 13 1.1 Inleiding: het schrijfproces 13 1.2 Fase 1: oriënteren 14 1.2.1 Het onderwerp 14 1.2.2 Het tekstdoel 14 1.2.3 De doelgroep 15 1.3 Fase 2: ordenen 16 1.4 Fase 3: opbouwen 16
(werkwoordelijk gezegde)
Grammatica 1F Grammatica 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse grammatica die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt geoefend. Doelgroepen
namen steden landen Namen steden. werelddelen 61 Namen landen hoofdletter werelddelen. namen, N Namen inwoners van inwoners van landen
61 regelwoord Amsterdam, Nederland, Nederlander, Amsterdamse, Nederlandse Woorden die beginnen met een hoofdletter: Namen van steden. Namen van landen of werelddelen. Namen van inwoners van landen. Namen
Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen!
In dit document kunt u lezen wat de kinderen leren in elke kern. In de eerste zes kernen zal dit voornamelijk ingaan op het aanleren van woorden en letters. In de laatste kernen komt het lezen al wat meer
Leerlijn Leeslink niveau 2 (groep 5-6) Schooljaar 2012-2013
Startles 35 Introductieles Het vak begrijpend en studerend lezen. Wat houdt het in? Wat heb je er aan? de 1 36 De leerling kan: - vertellen waarom hij een tekst leest - een leesdoel kiezen 1 37 De leerling
Overzicht bereikte eindtermen eerste graad met aanvullende leermethode Taalboost 1
Overzicht bereikte eindtermen eerste graad met aanvullende leermethode Taalboost 1 De geel gemarkeerde eindtermen worden met de methode en mits didactisch ernaar handelen gerealiseerd. 1. Luisteren De
Uitleg Staal Spelling
Uitleg Staal Spelling Deze handleiding geeft uitleg voor ouders hoe de verschillende categorieën werken. Het vaste ritme, goed voordoen, elke les herhalen en dagelijkse dictees zorgen voor optimale spellingresultaten.
2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12
Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek
Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
- NEX Klas: IG2 HV Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Lesperiode: 2 1 Nieuwsbegrip en Nieuwsbegrip XL Materiaal: Leerlingschrift A4 Snelhechter Markeerstift Al
Taal in beeld Spelling in beeld
Taal in beeld/ / Spelling in beeld Kerndoelanalyse SLO Juli 2011 Verantwoording 2011 SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Alle rechten voorbehouden. Mits de bron wordt vermeld