Voorstelnummer: Houten, 25 maart 2014

Transcriptie

1 Raadsvoorstel Voorstelnummer: Houten, 25 maart 2014 Onderwerp: Raadsvoorstel Deregulering Algemene Plaatselijke Verordening Beslispunten: 1. De wijzigingsverordening, zoals opgenomen in bijlage 2, vast te stellen en daarmee: a.de volgende artikelen in de Algemene Plaatselijke Verordening te laten vervallen: i. het verbod om bijen te houden binnen 30 meter van bebouwing (artikel 2:64) ii. het verbod om zonder vergunning consumentenvuurwerk te verkopen (artikel 2:72) iii. de tabel bij het verbod om (geluids)hinder te veroorzaken door dieren (artikel 4:6a lid 2) iv. het verbod om zonder ontheffing een alarminstallatie aan een onroerende zaak te hebben (artikel 4:6e) v. het verbod om op een openbare plaats te slapen (artikel 4:18a) vi. de mogelijkheid om ontheffing te verlenen van het verbod om grote voertuigen te parkeren (artikel 5:8 lid 4) vii. het verbod om zonder vergunning voorwerpen te plaatsen op, in of boven het water (artikel 5:24) b. Voor de volgende artikelen de vergunningplicht te wijzigen in een meldingsplicht/ algemene regels: i. straatartiesten (artikel 2:9) ii. uitwegen (artikel 2:12) iii. collecteren door instellingen die op het landelijke rooster staan (artikel 5:13) iv. venten (artikel 5:15) c. Het college de bevoegdheid te geven om categorieën aan te wijzen waarvoor de vergunningplicht niet geldt voor: i. het plaatsen van voorwerpen op de weg (artikel 2:10) ii. collecteren (artikel 5:13) iii. standplaatsen (5:18) d. Het college de bevoegdheid te geven om: i. nadere regels te stellen voor standplaatsen (artikel 5:18) ii. wegen, dagen of uren aan te wijzen waarop het verboden is te venten (artikel 5:15) e. Artikel 2:28 (exploitatievergunning) te wijzigen zodat: i. De categorieën waarvoor de exploitatievergunningplicht niet geldt uitgebreid worden. ii. De burgemeester in bepaalde gevallen de mogelijkheid krijgt om ambtshalve vrijstelling te verlenen van de vergunningplicht. iii. Geen Verklaring Omtrent Gedrag meer hoeft te worden overlegd bij de aanvraag. f. Artikel 2:48 (verboden drankgebruik) te wijzigen 2. De structurele financiele consequenties te verwerken in de eerstvolgende berap. Samenvatting: Deregulering is een kans voor Houten. Met deregulering wordt kort samengevat bedoeld de inspanning van de overheid om (overbodige) regels te schrappen. Met dit voorstel wordt de raad voorgesteld de belangrijkste juridische regeling van de gemeente de APV grondig te herzien. Het gevolg hiervan is tweeledig: (1) minder onnodige regels voor burgers en ondernemers en (2) minder werk voor de gemeente. Los van het voorgaande leidt dit voorstel er ook toe, dat de APV ook wijzigt op een beperkt aantal noodzakelijk gebleken punten. * *

2 Een voorbeeld hiervan is de in de Drank- en Horecawet vervatte verhoging van de leeftijdsgrens voor de verstrekking van alcohol door horecabedrijven. -2- Aanleiding: Dit raadsvoorstel zorgt ervoor dat de APV opnieuw een dereguleringss lag ondergaat. In de voorgaande jaren is namelijk al een aantal keer een succesvolle dereguleringsoperatie uitgevoerd. Voorbeelden hiervan zijn de dereguleringsslag van de APV uit 2008, de implementatie van de dienstenrichtlijn in 2011 en het doorlopen van een LEAN-traject voor de evenementenvergunning. Mede naar aanleiding van een regeldrukonderzoek van de lokale afdeling van MKB-Nederland (juli 2013) is in de periode juli 2013 januari 2014 opnieuw gekeken naar dereguleringsmogelijkheden in de APV. Daarbij heeft het college drie uitgangspunten geformuleerd waaraan de dereguleringsoperatie moet voldoen. Deze uitgangspunten zijn: (1) overbodige of dubbele regels schrappen, (2) deregulering moet leiden tot lastenverlichting bij de burger en ondernemer en (3) deregulering moet voor de gemeente leiden tot effectief minder werk. Op basis van de voorgaande uitgangspunten is actief met het onderwerp deregulering aan de slag gegaan. Ten eerste is op ambtelijk niveau uitgebreid onderzoek gedaan naar mogelijkheden voor deregulering binnen de APV. Hiervoor zijn een viertal ambtelijke sessies georganiseerd waarbij diverse APV-artikelen grondig onder de loep genomen zijn. Hangende de ambtelijke sessies is ook het college actief betrokken bij de dereguleringsoperatie. Op basis van twee presentaties is met het college gezocht naar de meest geschikte vorm en inhoud van de dereguleringsoperatie. Ook de Houtense ondernemer is bevraagd naar zijn ideeën over deregulering. Deze opmerkingen zijn meegenomen in het nu voorliggende voorstel en zijn bijna allemaal doorgevoerd. Een precieze weergave van de wel en niet doorgevoerde voorstellen van de ondernemers is opgenomen in bijlage 3. Het resultaat is een zogenaamde was-wordt -lijst (bijlage 1). Deze lijst geeft precies aan hoe de geselecteerde APV-artikelen vóór en na de dereguleringsoperatie eruit zien. Los van de was-wordt -lijst is ook de zogenaamde BLVC-vergunning een vergunning ten behoeve van de afstemming van grote bouwprojecten binnen de scope van de dereguleringsoperatie gebracht. Deze vergunningsplicht wordt geschorst. Voorts zijn de categorieën waarvoor de evenementenvergunningplicht niet meer geldt, uitgebreid. Ten slotte is binnen het project ook de kans gegrepen een aantal op stapel staande noodzakelijke wijzigingen van de APV door te voeren. Voorbeelden hiervan zijn het schrappen van de ontheffingsmogelijkheid voor het parkeren van grote voertuigen (deze worden in de praktijk nooit verleend). Daarnaast wordt de nieuwe leeftijdsgrens van 18 jaar uit de Drank - en Horecawet geimplementeerd. Doel van dit voorstel: Administratieve lastenvermindering voor burgers, ondernemers en gemeente. Argumenten per beslispunt: 1.1 De burgers en ondernemers worden met minder (onnodige) regels geconfronteerd Door het schrappen, wijzigen en sterk aanpassen van diverse APV-regels worden er door de gemeente simpelweg minder regels uitgevoerd en gehandhaafd. De dereguleringsslag zorgt er bijvoorbeeld voor dat een aantal voorheen vergunningplichtige handelingen straks niet meer vergunningplichtig zijn. Daarnaast hoeven straks een aantal activiteiten slechts gemeld te worden (er is geen vergunning meer nodig). Ten slotte is een aantal administratieve drempels weggenomen. Een voorbeeld hiervan is het niet meer verplicht stellen van een uittreksel uit het Kamer van Koophandel-register bij een vergunningaanvraag. In de was-wordt -lijst (bijlage 1) is precies aangegeven hoe de verschillende APV-artikelen gewijzigd zijn. Los van het bovenstaande zijn ook het project de markt van morgen en de uitbreiding van het aantal niet-vergunningplichtige evenementen voorbeelden van een vermindering van regels. Dit dereguleringsproject is dus niet de enige vorm van deregulering binnen de gemeente.

3 Deregulering leidt tot een hogere efficiencygraad Het dereguleren van de APV leidt tot een vermindering van het aantal benodigde uren voor vergunningverlening. Dit is goed te zien aan de artikelen die geschrapt worden: door het verdwijnen van de vergunningplicht verdwijnt ook de plicht voor de gemeente om vergunningaanvragen af te wikkelen. Daarnaast leidt deregulering tot vereenvoudiging van werkprocessen en minder administratieve lastendruk voor de burger. Ook dit ondersteunt het argument dat de gemeente in de toekomst efficiënter kan werken. 2.1 De raad is bevoegd om de APV te wijzigen Om het project deregulering te kunnen uitvoeren is het nodig om de APV aan te passen. Hiervoor is de raad bevoegd. Dit volgt uit artikel 147, lid 1 van de Gemeentewet. Participatie: Binnen het project deregulering zijn het platform van alle ondernemersverenigingen in Houten en het horecaplatform met een uitgebreide vragenlijst geconsulteerd over dit project. Deze opmerkingen zijn verwerkt in dit voorstel. In bijlage 3 is specifiek aangegeven welke voorstellen wel- en niet zijn overgenomen. Nagenoeg alle voorstellen zijn overigens overgenomen. Communicatie: Ten eerste wordt de APV bekendgemaakt in Houtens Nieuws (Houten Actueel) en gepubliceerd op het CVDR (overheid.nl). De APV treedt acht dagen na publicatie in werking. Ten tweede wordt de tekst van de nieuwe APV (inclusief toelichting) toegezonden aan de leden van het economisch platform en het horecaplatform. Ten derde wordt de nieuwe tekst van de APV toegestuurd aan politie en openbaar ministerie. Zij hebben de regelgeving nodig om samen met de gemeente de handhaving van de gewijzigde regels goed te kunnen uitvoeren. Financiën: De wijziging van de APV heeft de volgende financiële consequenties: Ventvergunning De legesinkomsten voor het behandelen van aanvragen om een ventvergunning ( ) zullen verdwijnen. Na implementatie van de APV-wijziging worden er geen ventvergunningen meer verleend. Dit leidt tot een inkomstendaling van circa per jaar ten laste van het begrotingssaldo. Uitwegvergunning De legesinkomsten voor het behandelen van aanvragen om een uitwegvergunning ( ) zullen verdwijnen, omdat er na vaststelling van de nieuwe APV-tekst geen uitwegvergunning meer wordt verleend. Wél moet een gewenste uitweg gemeld worden bij de gemeente en die zal dan ook door de gemeente aangelegd worden. Dit omdat de gemeente als wegbeheerder verantwoordelijk is voor de uitweg en de uitweg bijna altijd op gemeentegrond aangelegd wordt. Het werk dat voorheen zat in het toetsen van de aanvraag om een uitwegvergunning zal nu verschuiven naar werk voor het ontwerp en de uitvoering van de uitweg. Het verdwijnen van de uitwegvergunning zal daarom niet leiden tot interne werkreductie (zie in dit verband ook de argumentatie in bijlage 1 van dit voorstel). Er vindt slechts een verschuiving plaats naar uitvoeringskosten. De leges zullen structureel met circa afnemen (bouwleges) en daartegenover zullen de uitvoeringskosten van circa 2.300,- toenemen (projecten bovengrondse infrastructuur). Deze uitvoeringskosten worden voortaan doorberekend aan de verzoeker van een uitweg. Dit heeft dus geen effect op het begrotingssaldo. Voorgesteld wordt om de financiële consequenties te verwerken in de begroting.

4 -4- Formatieve consequenties Met de vaststelling van het inrichtingsplan voor het domein Ruimtelijke Ontwikkeling is reeds geanticipeerd op het dereguleren van de APV door in de was -wordt -lijst van dat plan door 0,75 fte aan vergunningverlening niet structureel op te nemen. Deze 0,75 fte is in afwachting van de effecten van deregulering, tijdelijk ingevuld. Op dit moment is overigens moeilijk in te schatten wat de effecten van deregulering zullen zijn op de formatie (hoeveelheid minder werk aan vergunningverlening; effecten op capaciteit handhaving). Dit vergt nadere onderzoek dat een onderdeel zal gaan uitmaken van de evaluatie van dit project. Kanttekeningen: 1.1 Er kan overlast ontstaan zonder dat er tegen kan worden opgetreden Het schrappen van regels heeft vaak ook een keerzijde. Dit voorstel richt de blik op de doelen van deregulering (minder belemmeringen voor burgers en bedrijven en minder werk voor de gemeente). Daarbij is een afweging gemaakt van wat maatschappelijk acceptabel is. Dit vormt een onderdeel van het monitoren van de effecten. Als er ondanks deze voorbereiding onverwachte negatieve effecten zijn, kan alsnog besloten worden bepaalde regels aan te passen of weer op te nemen in de APV. Dit wordt zoveel mogelijk beperkt tot het moment van evaluatie maar kan worden vervroegd als daar aanleiding voor is. 1.2 Deregulering kan leiden tot meer handhaving Door het schrappen, veranderen en sterk wijzigen van artikelen uit de APV is de verwachting dat de gemeente zeker in de beginperiode actiever zal moeten optreden tegen vermeende illegale situaties. Zeker in een overgangsperiode kan in sommige gevallen niet meteen duidelijk zijn of bijvoorbeeld wel of niet een vergunning nodig is. Aan de andere kant is goed nagedacht over de mogelijke effecten van deze dereguleringsslag. In het voorstel is voldoende rekening gehouden met operationele effecten. Het project deregulering is een pilot: dit brengt mee dat effecten op voorhand sowieso niet vaststaan. Evaluatie: Binnen twee jaar na inwerkingtreding van de tekst van de wijzigingsverordening zal middels een evaluatienota het college de raad informeren over de effecten van de dereguleringsoperatie. Houten, 25 maart 2014 het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Houten de secretaris, de burgemeester, H.S. den Bieman W.M. de Jong Meegezonden bijlagen bij dit voorstel: 1. Overzicht inhoudelijke wijzigingen APV ( was-wordt -lijst) 2. Wijzigingsverordening 3. Uitkomsten inbreng ondernemersverenigingen

5 -5- Verantwoordelijke wethouder(s): 1e poho : Bgm 2e poho: Geerdes Zaaknummer: 14CV000116

6

7 Raadsbesluit Voorstelnummer: De raad van de gemeente Houten heeft het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 25 maart 2014 nr. BWV gelezen en besluit; 1. De wijzigingsverordening, zoals opgenomen in bijlage 2, vast te stellen en daarmee: a.de volgende artikelen in de Algemene Plaatselijke Verordening te laten vervallen: i. het verbod om bijen te houden binnen 30 meter van bebouwing (artikel 2:64) ii. het verbod om zonder vergunning consumentenvuurwerk te verkopen (artikel 2:72) iii. de tabel bij het verbod om (geluids)hinder te veroorzaken door dieren (artikel 4:6a lid 2) iv. het verbod om zonder ontheffing een alarminstallatie aan een onroerende zaak te hebben (artikel 4:6e) v. het verbod om op een openbare plaats te slapen (artikel 4:18a) vi. de mogelijkheid om ontheffing te verlenen van het verbod om grote voertuigen te parkeren (artikel 5:8 lid 4) vii. het verbod om zonder vergunning voorwerpen te plaatsen op, in of boven het water (artikel 5:24) b. Voor de volgende artikelen de vergunningplicht te wijzigen in een meldingsplicht/ algemene regels: i. straatartiesten (artikel 2:9) ii. uitwegen (artikel 2:12) iii. collecteren door instellingen die op het landelijke rooster staan (artikel 5:13) iv. venten (artikel 5:15) c. Het college de bevoegdheid te geven om categorieën aan te wijzen waarvoor de vergunningplicht niet geldt voor: i. het plaatsen van voorwerpen op de weg (artikel 2:10) ii. collecteren (artikel 5:13) iii. standplaatsen (5:18) d. Het college de bevoegdheid te geven om: i. nadere regels te stellen voor standplaatsen (artikel 5:18) ii. wegen, dagen of uren aan te wijzen waarop het verboden is te venten (artikel 5:15) e. Artikel 2:28 (exploitatievergunning) te wijzigen zodat: i. De categorieën waarvoor de exploitatievergunningplicht niet geldt uitgebreid worden. ii. De burgemeester in bepaalde gevallen de mogelijkheid krijgt om ambtshalve vrijstelling te verlenen van de vergunningplicht. iii. Geen Verklaring Omtrent Gedrag meer hoeft te worden overlegd bij de aanvraag. f. Artikel 2:48 (verboden drankgebruik) te wijzigen 2. De structurele financiele consequenties te verwerken in de begroting. Dit is besloten in de openbare vergadering van de raad op 3 juni De raad van de gemeente Houten, de griffier, de voorzitter, F.E.H.M. Backerra W.M. de Jong * *