Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt : Aanpassing Algemene Plaatselijke Verordening aan de Wabo

Transcriptie

1 Aan de Raad Made, 7 september 2010 Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt : Raadsvergadering: 23 september 2010 Nummer raadsnota: 12 Onderwerp: Aanpassing Algemene Plaatselijke Verordening aan de Wabo Portefeuillehouder: Bijlagen: Ter inzage: Drs. G.L.C.M. de Kok Ambtelijke coördinatie: afdeling Bestuurs- en Management Ondersteuning Steller: Anita Stuart 1. Raadsbesluit 1. 2 e Wijzigingsverordening APV Gemeente Drimmelen 2010 SAMENVATTING Op 1 oktober 2010 treedt de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in werking. Een aantal toestemmingsstelsels op grond van gemeentelijke verordeningen worden hierbij geïntegreerd in de omgevingsvergunning. De gemeentelijke verordeningen die op een dergelijk toestemmingsstelsel betrekking hebben, moeten dan aangepast zijn aan de Wabo. Op 3 juni 2010 heeft uw raad reeds een wijzigingsverordening vastgesteld. Hierbij is een model van de VNG gevolgd, waarin helaas een omissie zat. In bijgaande 2 e wijzigingsverordening is de voorgesteld aanpassing van de Algemene Plaatselijke Verordening opgenomen. Tevens zal de burgemeester, conform de tijdens de eerdere behandeling van de APV gedane toezegging, zijn ervaringen terugkoppelen omtrent de aanvraag van kleine vergunningen. VOORGESCHIEDENIS De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) introduceert de omgevingsvergunning die in de plaats komt van een reeks vergunningen, ontheffingen en toestemmingen voor het realiseren van een fysiek project. De Wabo maakt hierbij onderscheid tussen verplicht integrerende toestemmingsstelsels en vrijwillig integrerende toestemmingsstelsels. WAT IS ER AAN DE HAND? De Wabo treedt op 1 oktober 2010 in werking. De wetgever heeft geen specifiek overgangsrecht opgenomen voor gemeentelijke verordeningen. Als de Wabo in werking treedt, moeten alle gemeentelijke verordeningen aangepast zijn, waarin toestemmingsstelsels zijn opgenomen die in de omgevingsvergunning integreren. De

2 bepalingen in deze verordeningen die hetzelfde object en motief hebben als de Wabo, zullen na inwerkingtreding van deze wet van rechtswege vervallen. Dit betekent dat de gemeentelijke regelgeving, voorzover zich daarin integrerende toestemmingsstelsels bevinden, vóór 1 oktober 2010 zal moeten worden aangepast aan de Wabo. WAT WILLEN WE BEREIKEN? Op 3 juni jl. is reeds een wijziging van de APV vastgesteld door de gemeenteraad. Bij deze wijziging is de modelverordening van de VNG gevolgd. De VNG heeft echter onlangs laten weten dat in deze wijzingverordening een omissie is geslopen. Dit betekent dat het betreffende artikel en de bijbehorende toelichting in de APV moet worden veranderd. Het gaat om de volgende wijziging. In artikel 2:11, tweede lid sub a is het lijstje bestemmingsplan, beheersverordening, voorbereidingsbesluit opgenomen. Tussen bestemmingsplan en beheersverordening moet het woord exploitatieplan worden ingevoegd. Dit is het gevolg van de Invoeringswet Wabo waarbij artikel 2.1, eerste lid, sub b van de Wabo is uitgebreid met exploitatieplan. Hiernaar wordt verwezen in artikel 2.2, eerste lid, sub d van de Wabo (aanleggen op grond van artikel 2:11 APV). Bijgaand treft u hiervoor de 2 e wijzigingsverordening aan. Omwille van de leesbaarheid zullen, zodra de APV opnieuw moet worden gewijzigd, deze wijzigingen integraal worden verwerkt in de nieuwe APV. HOE PAST DIT BINNEN BELEID EN WETGEVING? Met dit raadsvoorstel wordt uitvoering gegeven aan de inwerkingtreding van de Wabo, die per 1 oktober 2010 zal plaatsvinden. HOE GAAN WE DIT DOEN? Bijgaand treft u hiervoor een wijzigingsverordening aan. Omwille van de leesbaarheid zullen, zodra de APV opnieuw moet worden gewijzigd, deze wijzigingen integraal worden verwerkt in de nieuwe APV. De inwerkingtreding van de wijzigingsverordening is gekoppeld aan de inwerkingtreding van de Wabo. WIE ZIJN DE BETROKKEN PARTIJEN? De betrokken partijen zijn intern en extern. De gemeente heeft immers de plicht om haar regelgeving tijdig aan te passen aan wijzigingen in hogere regelgeving. Dit heeft zowel intern (bestuurlijk en ambtenaar) als extern (burgers, andere overheden en bedrijven) gevolgen. 2

3 WAAR MOETEN WE OP LETTEN? De wijzigingsverordening zal in ieder geval gelijktijdig met de inwerkingtreding van de Wabo moeten worden vastgesteld. Deze datum is vastgesteld op 1 oktober Voor het geval de inwerkingtreding wederom wordt uitgesteld, is de inwerkingtreding van de wijzigingsverordening gekoppeld aan de inwerkingtreding van de Wabo. WAT HEBBEN WE HIERVOOR NODIG? Het vaststellen van de wijzigingsverordening heeft geen gevolgen voor budget of formatie. HOE GAAN WE COMMUNICEREN? Na vaststelling dient de wijzigingsverordening te word en gepubliceerd in het huis-aanhuisblad t Carillon. Een besluit treedt namelijk pas in werking als het op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt. WAT IS DE VERVOLGPROCEDURE? De wijzigingsverordening dient te worden vastgesteld door uw raad. Als de besluitvorming is afgerond, zal de wijzigingsverordening worden gepubliceerd in t Carillon en gelijktijdig met de inwerkingtreding van de Wabo, op 1 oktober 2010, in werking treden. Burgemeester en wethouders van Drimmelen, drs. C. Smits Secretaris drs. G.L.C.M. d e Kok Burgemeester 3

4 De raad van de gemeente Drimmelen; Gezien het voorstel van het college van 31 augustus 2010 Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; B E S L U I T vast te stellen de volgende 2 e Verordening tot wijziging van de APV Gemeente Drimmelen 2010 A. Artikel 2:11 wordt als volgt gewijzigd: Het opschrift Aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg wordt vervangen door: Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg. Het eerste en tweede lid komen te luiden: 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning een weg aan te leggen, de verharding daarvan op te breken, in een weg te graven of te spitten, aard of breedte van de wegverharding te veranderen of anderszins verandering te brengen in de wijze van aanleg van een weg. 2. De vergunning wordt verleend: a. als omgevingsvergunning door het bevoegd gezag, indien de activiteiten zijn verboden bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit; b. door het college in de overige gevallen. B. Deze verordening treedt in werking op het tijdstip waarop artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in werking treedt. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 23 september griffier voorzitter mr. M.J.N. Schetters-Schuurbiers drs. G.L.C.M. de Kok 4

5 Toelichting De tweede paragraaf van de toelichting vervalt. In de eerste zin van de toelichting bij het eerste lid wordt de zinsnede ligt een ander motief ten grondslag, namelijk de behoefte vervangen door: ligt als motief ten grondslag de behoefte. De laatste alinea van de paragraaf 'Algemeen' (Met de inwerkingtreding van de Wabo ) vervangen door: Op het aanleggen of veranderen van een weg is artikel 2.2, eerste lid onder d. van de Wabo van toepassing als de activiteit verboden is in een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit. Dat betekent dat de termijnen genoemd in artikel 3.9 van de Wabo van toepassing zijn op deze vergunning. De beslistermijn is 8 weken, de verdagingstermijn zes weken. Let wel: indien er meerdere activiteiten worden aangevraagd en er één onder artikel 3.10 van de Wabo valt, dan is de uitgebreide procedure van toepassing (beslistermijn van 6 maanden met een mogelijkheid tot verdagen van zes weken). De indieningsvereisten voor een aanvraag om een vergunning die onder de Wabo valt, staan in de Ministeriele regeling omgevingsrecht (Mor). Het gaat dan om de algemene indieningsvereisten uit artikel 1.3 van de Mor. Zie daarvoor de toelichting bij artikel 1.2 model- APV. Voor het aanleggen of veranderen van een weg zijn in de Mor geen aanvullende indieningsvereisten opgenomen. In artikel 2:18 van de Wabo is bepaald dat de vergunning alleen kan worden verleend of geweigerd op de gronden vermeld in deze verordening. De weigeringsgronden staan in artikel 1.8 van deze verordening. Als de activiteit niet is verboden in een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is de Wabo niet van toepassing en is het college bevoegd. Wanneer het gaat om normaal onderhoud van de weg is er ingevolge het derde lid geen vergunning nodig: het college hoeft zichzelf geen vergunning te verlenen. Zie verder de toelichting aldaar. 5