Zing Zo! De brievenbus Woorden horen! Groep 3 periode 3

Transcriptie

1 Zing Zo! De brievenbus Woorden horen! Groep 3 periode 3 MUZIEKSCHOOL AMSTERDAM Afdeling: MUZIEKZO! Binnenschoolse Muziekeducatie Het didactisch concept van de muziekmethode Zing Zo! is gebaseerd op een combinatie van zingen, spelen, luisteren, improviseren en componeren: de centrale muzikale gedragsvormen (domeinen) die je nodig hebt om actief muziek te maken. Actief handelen ligt aan de basis van deze muziekmethode. Samen met de kinderen muziek maken, waarbij je uitgaat van hun inbreng ( ownership ), is het pedagogisch uitgangspunt. ZINGEN staat centraal. Dat betekent dat de kinderen in deze methode liedjes leren zingen uit verschillende culturen en in verschillende stijlen. Circa twintig liedjes per jaar. Daarnaast leren de kinderen zuiver te zingen, hun lichaam goed te gebruiken, meerstemmig zingen en hun eigen liedjes schrijven. Kennis maken met verschillende instrumenten en zelf gitaar spelen, jezelf begeleiden terwijl je zingt! is een wezenlijk onderdeel van de methode. Creativiteit ontwikkelen als uitgangspunt. Kinderen onderzoeken geluiden, maken zelf muziek en geven daar vorm aan. Er wordt ook een basis gelegd voor het notenschrift, de kinderen leren dit in de loop van acht jaar. Luisteren is een voorwaarde om goed muziek te maken. Vandaar dat luisteren een prominente rol heeft iedere lessenperiode. De leerkracht wordt hier nauw bij betrokken. Iedere dag luisteren de kinderen naar de LuisterZo! Voor alle groepen is er Luisterzo! site, zodat de kinderen kennismaken met de enorme diversiteit aan muzikale stijlen en culturen, instrumenten en muzikanten. Op impliciete wijze, tijdens het binnenkomen, bij het verlaten van de klas, tijdens handvaardigheid of andere vakken waarbij muziek op de achtergrond een rol kan spelen, klinkt deze muziek. Zo maken de leerlingen gedurende de acht jaar van de basisschool kennis met enorm veel muziek. Ze ontdekken waar hun belangstelling en affiniteit ligt en leren zelf keuzes te maken. De thema s door alle jaren zijn: Groep Kleuters: muziek en thema s uit de kleuterperiode als: Boekenweek, groot/klein, verkeer, herfst, lente, circus, dieren, ziek, boodschappen doen zie de site Groep 3: muziek en taal, schrijven van letters, woordjes, zinnen en zingen van liedjes Groep 4: muziek en ritme, spelen op emmers van verschillende ritmes en zingen van liedjes Groep 5: muziek en gevoel, zingen van Amsterdamse smartlappen en componeren voor instrumenten Groep 6: muziek en spelen, zingen en jezelf begeleiden op gitaar! Iedereen leert gitaar spelen! Groep 7: Groep 8: muziek en pop liedjes zingen vanaf de jaren 50 tot nu! musical zingen van musical repertoire en werken naar je eigen musical afsluiting of de Amsterdamse musical: de Bullebak (gratis verkrijgbaar) Omdat de methode gebouwd is op de samenwerking tussen muziekvakdocent en leerkracht, zij geven om de week muziekles, is de mate van samenwerking tussen hen bepalend voor het succes van de muzieklessen en muzikale ontwikkeling van de kinderen! 1

2 INLEIDING BIJ DIT THEMA Voor u ligt het thema Woorden horen dat hoort bij de methodiek Zing Zo! voor groep 3 periode 3 PLOT Mia loopt vaak langs de brievenbus op de hoek van de straat. Op een dag hoort ze dat hij geluid maakt. Ik heb honger!, roept de brievenbus. Mia probeert hem eten te geven. Maar hij lust helemaal niets. Geen blaadjes, takjes, snoeppapiertjes.. de brievenbus houdt zijn lippen stijf op elkaar. Dan komt de postbode langs. Hij legt Mia uit dat een brievenbus alleen brieven, kaarten en pakjes eet. Mia brengt de brievenbus elke dag iets te eten. Er ontstaat een vriendschap tussen Mia en de postbode, die droomt van een land in de verte, waar de zon altijd schijnt. Als de postbode besluit te verhuizen, omdat hij niet meer tegen de regen kan, moeten ze afscheid nemen van elkaar. Maar eerst maken ze, samen met de brievenbus, een plan om vrienden te kunnen blijven, al zijn ze nog zover bij elkaar vandaan. Dat gaat goed, tot de brievenbus de postbode heel erg begint te missen. Mia bedenkt een nieuw plan... WERKWIJZE van de METHODE ZING ZO! Voorafgaand aan iedere periode (er zijn 5 periodes per jaar, telkens 6 weken tussen alle vakanties) geeft de muziekvakdocent een instructie aan alle leerkrachten. Dus 5 keer per jaar zal de muziekvakdocent de leerkrachten inleiden in het lesprogramma! De muziekvakdocent start iedere periode met zijn/haar les (week 1, 3 en 5 van iedere periode). Hij/zij betrekt de leerkracht bij de les om hem/haarvaardigheden te leren waarmee u de week erna (WEEK 2, 4 en 6) verder gaat. De leerkracht geeft geen muziekles van 45 minuten maar werkt 5 keer 5 a 10 minuten met het lesmateriaal zoals u dat hier aantreft. Deze vijf dagen kiest u zelf, passend in uw lesrooster. Tijdens de laatste lesdag sluit u uw muzikale activiteiten af met de kinderen. Deze afsluiting laat u horen aan de muziekvakdocent als hij de week erop weer les komt geven. Zo bouwt u samen met de hem/haar aan de muzikale ontwikkeling van uw kinderen. Tijdens de les van de muziekdocent wordt er altijd live gespeeld. De cd tracks zijn er ter ondersteuning van de leerkracht voor de weken dat hij/zij met de kinderen muziek maakt. Op internet kunt u alle lessen terugvinden, en ook de filmpjes en opnames van de liedjes. LESSEN van deze periode zijn: LES 1 Woorden horen door de muziekdocent WEEK 2 Woorden horen door de leerkracht LES 3 Droom door de muziekdocent WEEK 4 Droom door de leerkracht LES 5 Post door de muziekdocent WEEK 6 Post door de leerkracht INTERNET SITE: Thema s per periode voor groep 3 Thema 1 periode 1 Letters Thema 2 periode 2 De Brievenbus Thema 3 periode 3 Woorden horen Thema 4 periode 4 Zinnen zingen Thema 5 periode 5 Muzikaal verhaal 2

3 TRACKS groep 3 thema 3 Track 1: leerliedje van de brievenbus Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal Track 5: Liedje Droom met zang Track 6: Liedje Droom instrumentaal Track 7: liedje Post met zang Track 8: Liedje Post instrumentaal Beeldboek 1: het filmpje over Mia Beeldboek 2: Mia schrijft nootjes op 1 lijn MATRIX van 6 lessen van groep 3 periode 3 Liedjes Toonsoort Maatsoort Stijl Woord C majeur /groot 4 kwart Kinderlied Brievenbuslied In DO 4 kwart Leerlied Droom D mineur 3 kwart Kinderlied Post F majeur/groot 4 kwart Kinderlied 3

4 Zing Zo! Woorden horen les 1 Voor de muziekdocent GROEP 3 INHOUD De leerlingen leren Mia beter kennen. Ze herhalen het liedje BLAADJE.. Ze geven de brievenbus te eten door de ritmekaarten te herhalen van P1 en P2. Ze leren ook DO RE MI via het handzingen. Ze improviseren hiermee en herkennen het brievenbus lied dat met DOREMI is opgeschreven op 1 lijn. Ze leren het liedje WOORD zingen. Doelstellingen De leerlingen kunnen het lied WOORD zingen De leerlingen kunnen de nootjes meelezen op 1 lijn De leerlingen kunnen handzingen met DOREMI De leerlingen kunnen improviseren me DOREMI Lesbenodigdheden Digibord Ritmekaarten Klankstaven Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal informatiebronnen beeldboek het filmpje over Mia 4

5 Mia BASISLES Context Zingen Verhaal Warming Up Herhaal het verhaaltje van Mia, vraag de kinderen waar het verhaal ook alweer over gaat. Kijk eventueel het filmpje nog een keer. Zing de liedjes van de vorige periodes: - Geef het door - Blaadje - Honger - Letterketting - Lievelingsletter - Geluid Ritmes Noteren Improviseren met handzingen do re mi Leerkracht Kind Spelen klankstaven Informeren Kern Mia heeft een idee. Als we nu allemaal een kaart (partituur) gaan maken met fruitritmes erop en die aan de brievenbus geven? Dan zal zijn honger toch wel overgaan? Oefen verschillende ritmes met de telkaarten Peer, Appel, Sinaasappel, Rust in 4/4 maat. Laat kinderen zelf ritmes bedenken en stuur ze daarbij. Laat de kinderen nu zelf een ritme opschrijven van een maat. Laat je inspireren door ritmekaarten 3.1 t/m Oefen nu met de kinderen met het handzingen. Improviseer allerlei melodietjes met do re mi Combineer eenvoudige ritmes met het handzingen. Leer ook de leerkracht het handzingen. En wellicht is er een kind dat het ook kan. Als de leerkracht improviseert met handzingen kan de muziekdocent ook meespelen met de klankstaven en/of zijn met zijn eigen instrument en - speelt een kind op de klankstaven - of 3 kinderen, ieder met een eigen klankstaaf DO / RE / MI Samenvattend: als je zingt en omhoog en omlaag gaat dan krijg je een MELODIETJE met de noten DO RE MI 5

6 Beeld naar notenschrift Kijk met de kinderen naar het beeldboek 2 van Mia waarin de blaadjes veranderen in nootjes en de nootjes op 1 lijn een melodie worden. Noteren In 4/4 maat De muziekdocent tekent de lijn van het filmpje op het bord en legt uit dat de noot onder de lijn een DO is, een noot op de lijn is de RE en de noot boven de lijn is de MI. met 1 lijn - 3 noten: Do Re Mi Schrijf een melodie met alleen kwartnoten op de lijn, laat de kinderen dit benoemen. Zing het melodietje met de kinderen. De leerkracht doet de bijbehorende handgebaren. Oefen op deze manier een paar verschillende melodieen. Context Vertel aan de kinderen dat de brievenbus ook brieven krijgt waar allemaal woorden in staan. Welke woordjes hebben wij net gerapt en gezongen? (Peer, appel, etc) We hebben een liedje geleerd over letters. Vraag: als je allemaal letters aan elkaar plakt, wat krijg je dan? Een woord! Zing eventueel het ABC lied. Luisteren Track 3 en 4 Zing het liedje WOORD voor de kinderen. Aanleermanier: Welke woorden hoor je allemaal in dit liedje? Bespreek die met de kinderen. Laat de kinderen er drie uitkiezen die ze kunnen meezingen. Voeg steeds meer woorden toe zodat ze het liedje leren meezingen. Leer zo eerst regel 1 goed aan, als ze het kunnen zingen ga je door met regel 2 Speel de volgende ostinaat op de klankstaven en zing hierbij het lied. Laat een paar kinderen de ostinaat spelen. De rest van de klas zingt het lied. 6

7 Zingen Slot De muziekdocent zingt nu het lied met gitaarbegeleiding. De kinderen zingen mee. De leerkracht speelt de ostinaat op de klankstaven. Luisteren Spelen Luisteren Noteren klappen EXTRA activiteiten Teken een 2 verschillende melodietjes op het bord met do re mi en zing 1 van de twee. Vraag aan de kinderen welke melodie is gezongen van de twee? Breidt dit uit naarmate de kinderen het aankunnen. Speel de DO RE MI op de klankstaven C D E of F G A of G A B Kies 1 kind dat alle drie de noten speelt Kies 3 kinderen met ieder 1 klankstaaf Nu draaien we het om. Een kind speelt telkens 1 van de drie noten en de klas laat zien welk handgebaar daarbij hoort. Daarna zing je de juiste noot. Kunnen we dit ook opschrijven op een 1 regelige notenbalk? Klap het hele liedje WOORD ritmisch en vraag aan de kinderen welke ritme het zijn? Laat ze het hele liedje ritmisch opnoemen met de fruitritmes (een halve noot is een kwart met kwart rust) 7

8 Zing Zo! Woorden horen week 2 Voor de LEERKRACHT GROEP 3 INHOUD Zing met de kinderen het lied: WOORD en oefen met de ritme kaarten. Je kunt de ritmekaarten ook zingen met DO RE MI. Deze drie noten worden aangeleerd d.m.v. het handzingen. Pas dit toe in het leerliedje: brievenbuslied Doelstellingen De leerlingen kunnen het lied: WOORD zingen De leerlingen kunnen ritmes maken met de telkaarten De leerlingen kunnen door het handzingen DO RE MI zingen De leerlingen kunnen met de leerkracht DO RE MI op 1 regel noteren Lesbenodigdheden Ritmekaarten Klankstaven Digibord Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal informatiebronnen Herhaal in deze week 2, 4, 6 de volgende 5 muzikale activiteiten: 8

9 Alle liedjes staan in het songboek achterin de lesbrief 1 Track 3 en 4 2 Ritmekaarten Zing met de kinderen het liedje WOORD (muziek staat in het songboek) Gebruik track 3 op de site Oefen met de telkaarten (peer, appel etc) Maak verschillende ritmes van 4 kaarten. Laat eventueel de kinderen zelf ritmes maken en uivoeren. Gebruik ter inspiratie de uitgeschreven ritmekaarten 3.1 t/m Noteren Maak met de kinderen een melodie van twee maten. Schrijf deze op de lijn op het bord. Speel dit melodietje op de klankstaven C, D en E. (Do, Re, Mi) 4 Zingen Oefen het liedje Woord 5 Zingen Oefen alle liedjes tot nu toe: - Geef het door - Blaadje - Honger - Letterketting - Lievelingsletter - Geluid 9

10 Zing Zo! De brievenbus Droom les 3 Voor de muziekdocent GROEP 3 INHOUD We herhalen het liedje WOORD van de vorige les en leren op de klankstaven een begeleiding te spelen op DO en RE. De muziekdocent zingt een ostinaat en de kinderen mogen vertellen welke tekst hij daar moet zingen. Het eerste couplet van liedje DROOM wordt geleerd. De leerlingen schrijven een melodie met DO RE MI op 1 lijn met appel en peer ritme Doelstellingen De leerlingen kunnen het liedje WOORD zingen en luisteren naar de ostinaat De leerkracht de kinderen kunnen de begeleiding spelen met Do en RE De leerlingen kunnen het eerste couplet van het lied DROOM zingen in groepjes De leerlingen kunnen ritmes maken in 4/4 en 3/ 4 maat De leerlingen kunnen een melodie op 1 lijn met 3 noten: DO RE MI en 2 ritmes: peer en appel opschrijven Lesbenodigdheden Ritmekaarten Klankstaven Digibord Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal Track 5: Liedje Droom met zang Track 6: Liedje Droom instrumentaal informatiebronnen 10

11 Zingen Klankstaven BASISLES Warming Up De muziekdocent zingt het lied Woord met gitaarbegeleiding. De kinderen zingen mee. De leerkracht speelt de ostinaat op de klankstaven. Track 3 4 Zing en vraag Track 5 en 6 Kern Vertel over de postbode. Toen Mia vriendjes werd met de brievenbus, ontmoette ze ook de postbode. Die vertelde haar dat een brievenbus geen blaadjes en boterhammen eet, maar post! Pakketjes, brieven, kranten, enveloppen, postzegels etc. De postbode moet de hele dag buiten lopen om post te bezorgen, maar het regent zo vaak in Nederland! Daar is hij niet blij mee. Maar s nachts, als hij slaapt, is alles anders... Spreek het eerste couplet van het liedje Droom uit als een versje en vraag aan de kinderen wat er in het dromenland van de postbode anders is dan hier in Nederland. Zingen Deel de klas in vier groepen en ieder groepje zingt een regel uit het lied. Leer de regel aan met voor- en nazingen. Groepje 1 Ik droom van een land met een zee zonder zout Groepje 2 Het regent er niet en het is er nooit koud Groepje 3 De lucht is er roze, de bomen van goud Groepje 4 Ik heb er alvast een huis gebouwd Laat de groepjes de regels in de goede volgorde na elkaar zingen. Eventueel hierna wisselen van regel. De kinderen klappen mee of slaan mee op hun bovenbenen het ritme van de tekst. Laat de kinderen ook de puls mee klappen of op de bovenbenen slaan. Meeklappen Puls Ze leren het liedje de week erna met de leerkracht Zing het hele couplet 1 samen met de kinderen. Laat af en toe woorden weg zodat de kinderen het uiteindelijk zonder de muziekdocent kunnen zingen. Als de kinderen het eerste couplet kunnen zingen luisteren ze naar het tweede couplet dat je voorzingt en vraagt na afloop wat er in de droom gebeurt? Laat de kinderen de puls meeklappen als jij zingt: Het is er zo mooi, het is er zo stil Dit land heeft alles wat ik wil s Nachts in mijn dromen dan ga ik er heen 11

12 En s ochtends is het weer verdwenen. Luisteren Puls Zing het derde coupletje aan de kinderen voor en vraag wat de postbode gaat doen als hij in het land van zijn dromen woont. De kinderen blijven de puls klappen. Ik hou van die plek, dat land van mijn dromen En binnenkort ga ik er wonen Dan breng ik daar de pakjes rond Langs de bomen van goud, in de warme zon Zing het hele liedje. De kinderen zingen het eerste couplet zelf. Ondersteun waar nodig. Coupletten twee en drie zingt de muziekdocent, kinderen zingen mee als ze dat kunnen. Ritmes Leg uit dat er ritmes zijn met vier tellen, maar ook met drie tellen. Oefen verschillende ritmes met de telkaarten Peer, Appel, Sinaasappel, Rust in 3/4 maat. Laat kinderen zelf ritmes bedenken en stuur ze daarbij. Laat je inspireren door ritmekaarten 3.16 t/m Beeldboek 2 Kijk nog een keer met de kinderen naar het beeldboek 2 van Mia waarin de blaadjes veranderen in nootjes en de nootjes op 1 lijn een melodie worden. De muziekdocent tekent de lijn van het filmpje op het bord en legt uit dat de noot onder de lijn een DO is, een noot op de lijn is de RE en de noot boven de lijn is de MI. Schrijf een melodie van twee maten in 3/4 maat met alleen kwartnoten op de lijn, laat de kinderen dit benoemen. Zing het melodietje met de kinderen. De leerkracht doet de bijbehorende handgebaren. Laat een kind de melodie op de klankstaven spelen. 12

13 Nu komt de appel erbij. Maak met de kinderen een melodietje waar zowel appels als peren in voor komen. Laat een kind kiezen tussen een appel of een peer. Laat ze ook kiezen tussen Do, Re of Mi. Schrijf dit op. Doe dit tot dat er een maat vol is. Oefen dit eigen gemaakte melodietje met de kinderen. Zingen Slot Maak hier een vorm van: - Zingen van het eerste couplet van Droom - Zingen van zelfgemaakte melodie (met appels en peren) - Zingen van het tweede couplet (kinderen proberen mee te zingen) - Zingen van zelfgemaakte melodie - Zingen van het derde couplet Luisteren Bewegingspel Spelen/ componeren Noteren Improviseren EXTRA activiteiten Neem een ritmekaart en laat die alleen aan jezelf zien. Maak het ritme dat bij die kaart hoort en de kinderen moeten horen/raden welke telkaart de muziekdocent in zijn/haar hand heeft. In het speellokaal zijn 4 hoeken, iedere hoek staat voor een ritmekaart. Speel een ritmekaart en de kinderen rennen naar de juiste hoek. Maak ritmes met de telkaarten en voer deze uit met eitjes en stokken Laat je inspireren door ritmekaarten 3.16 t/m Schrijf het aantal bolletjes op dat je hoort per telkaart Welke woordjes passen er nog meer bij iedere telkaart? Stel, samen met de leerkracht en de kinderen, met de 4 losse telkaarten een ritme samen en voer dat met de kinderen uit. Iedere telkaart is 1 tel! spreken met fruitritmes, klap, bodypercussie 13

14 Zing Zo! De brievenbus Droom week 4 Voor de LEERKRACHT GROEP 3 INHOUD De leerlingen leren het hele lied DROOM zingen en de leerkracht kan dit begeleiden met 2 klankstaven (C en D). De ritmekaarten uit de vorige les worden herhaald (3 kwart) en de leerkracht gaat met de kinderen handzingen met 3 noten, DO RE MI gekoppeld aan een zelf gekozen ritme kaart. Doelstellingen De leerlingen kunnen het hele liedje DROOM zingen De leerlingen kunnen de ritmekaarten in 3 kwart uitvoeren De leerlingen kunnen het liedje WOORD zingen en de leerkracht kan begeleiden op de klankstaven C en D De leerkracht kan met de kinderen handzingen met DO RE MI en toepassen op een zelfgekozen ritmekaart Lesbenodigdheden Ritmekaarten Klankstaven Digibord Track 1: leerliedje: brievenbusliedje Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal Track 5: Liedje Droom met zang Track 6: Liedje Droom instrumentaal informatiebronnen Herhaal in deze week 2, 4, 6 de volgende 5 muzikale activiteiten: 14

15 Alle liedjes staan in het songboek achterin de lesbrief 1 Zingen Track 5 Zie voor de muziek het songboek Zing met de kinderen het liedje DROOM Het eerste couplet kennen de kinderen. Het 2 de en 3 de leren ze door met de tracks mee te zingen. Oefen vooraf de tekst Spreek die eerst ritmisch uit. Groepje 1 Ik droom in een land met een zee zonder zout Groepje 2 Het regent er niet en het is er nooit koud Groepje 3 De lucht is er roze de bomen van goud Groepje 4 Ik heb er alvast een huis gebouwd Het is er zo mooi, het is er zo stil Dit land heeft alles wat ik wil s Nachts in mijn dromen dan ga er heen En s ochtends is het weer verdwenen Ik hou van die plek, dat land van mijn dromen En binnenkort ga ik er wonen Dan breng ik daar de pakjes rond Langs de bomen van goud In de warme zon 2 Zingen Track 3 en 4 Zing het liedje WOORD met de kinderen en probeer te begeleiden met de klankstaven G, F, E, D 3 Ritme kaarten Maak samen met de kinderen verschillende ritmes in een 3/4 maat. Dit betekent dat er drie tellen in de maat zijn (ipv 4). Voer de ritmes uit met eitjes en/of stokken. Tel goed drie tellen vooraf, zodat de kinderen weten wanneer ze moeten beginnen. Laat je inspireren door ritmekaarten 3.16 t/m Beeld via YOUTUBE Kijk op internet naar het liedje: voor alles is een woord uit Sesamstraat Google: voor alles is een woord Sesamstraat 5 Zingen Track 3 4 Track 5 6 De kinderen zingen de liedjes die we tot nu toe hebben geleerd. Woord de leerkracht speelt mee met de klankstaven G, F, E, D als begeleiding Droom zing alle coupletten met track 5 mee Ze spelen ook de puls mee door zachtjes mee te klappen 15

16 Zing Zo! De Brievenbus Post! INHOUD De leerlingen zingen in de warming up de liedjes WOORD en DROOM. Ze gaan call response oefenen, voor en nadoen, met ritmekaarten. Het liedje POST bestaat uit 3 regels. Regel 1 en 2 zijn call response en de 3 de regel bestaat uit 2 noten de DO en de RE dus dat leren we met het handzingen. De leerlingen schijven in groepjes of alleen een eigen melodie voor de 3 de regel van het liedje POST. Doelstellingen De leerlingen kunnen de liedjes DROOM en WOORD zingen De leerlingen kunnen het liedje POST zingen. De leerlingen kunnen de 3 kwart ritmekaarten uitvoeren De leerlingen kunnen een eigen melodie componeren voor de 3 de regel (laatste) regel van het liedje POST les 5 Voor de muziekdocent GROEP 3 Lesbenodigdheden Ritmekaarten Klankstaven Digibord Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal Track 5: Liedje Droom met zang Track 6: Liedje Droom instrumentaal Track 7: Liedje Post met zang Track 8: Post instrumentaal informatiebronnen 16

17 Luisterspel Zingen Ritmes Zingen BASISLES Warming Up Begin met een luister en concentratiespelletje. Vertel dat je drie geluiden gaat maken in het klaslokaal. De leerlingen doen hun ogen dicht en luisteren. Daarna doen ze hun ogen open en vertellen ze waarmee je de geluiden hebt gemaakt, en hoe? Doe dit twee keer, daarna mag een kind de geluiden maken. Neurie een liedje. Laat de kinderen hun vinger opsteken als ze weten welk liedje het is. Zing het liedje. Kies uit de liedjes die de kinderen tot nu toe geleerd hebben: - Geef het door - Blaadje - Honger - Letterketting - Lievelingsletter - Geluid - Woord - Droom Oefen verschillende ritmes met de telkaarten in 3/4 maat. Gebruik ter inspiratie de ritmekaarten 3.16 t/m Kern Zing de regel Post, post, post voor mij! Oh oh oh wat ben ik blij! Hoe voelt de persoon in het liedje zich? (Blij) Laat de kinderen het regeltje blij nazingen. Let op! Als de muziekdocent zingt zijn de kinderen stil en als de kinderen zingen is de muziekdocent stil. Let op: het staat niet als vraag-antwoord op de cd, alleen de vraag wordt gezongen! Vertel dat het volgende stukje wel samen wordt gezongen: Het is een pakketje, een heel mooi pakketje, en dat pakketje, dat ben jij! Oefen dit zinnetje met de kinderen. Laat de kinderen hun ogen sluiten. Vertel: Stel dat vanmiddag de deurbel gaat. De postbode staat voor de deur met een heel groot pakket. Daar zit iemand in! Wie zou je willen dat daar in zit? Het moet iemand uit de klas zijn, want bij het woordje Jij, helemaal aan het einde van het liedje, mag je diegene aanwijzen. Lied 17

18 Handzingen Leerkracht Oefen samen met de leerkracht het handzingen op DO en RE. De muziekdocent doet de gebaren, de kinderen zingen de goede noot er bij samen met de leerkracht. Doe dit zo, dat uiteindelijk de melodie van de laatste regel te horen is (zie partituur hieronder): Het is een pakketje Een heel mooi pakketje En dat pakketje Dat ben jij! Componeren Vertel de kinderen dat we ook zelf een melodie kunnen verzinnen voor deze laatste regel. Teken het onderstaande schema op het bord of importeer hem op het digibord. Vertel dat boven elk woordje of stukje van een woord, een noot moet komen te staan, die zelf gekozen mag worden. Kiezen uit DO of RE. Maak de regel samen met de kinderen. Laat een kind steeds kiezen uit DO of RE. Een ander kind mag de noot op het bord komen tekenen. Let op de plek van het nootje! Oefen de eigen gemaakt compositie en plaats hem in het liedje. Zingen Slot Zing het liedje Post met de zelfgemaakte compositie. EXTRA activiteiten Componeren Kopieer leerlingenblad 1 en knip ze door de helft. Ieder kind krijgt een lege partituur waarop ze zelf hun eigen compositie mogen tekenen. Controleer heel duidelijk of ze de nootjes goed op of onder de lijn tekenen! 18

19 Zing Zo! De Brievenbus Post! week 6 Voor de LEERKRACHT GROEP 3 INHOUD Zing alle liedjes van deze periode: DROOM WOORD en POST met eigen melodie in de derde regel. De leerkracht gaat met de kinderen handzingen met DO ER MI en probeert dat op te schrijven op de 1 lijn notenbalk met appel en peer ritmes. Herhaal de liedjes tot nu toe ook uit de andere periodes, zie songboek Doelstellingen De leerlingen kunnen de drie liedjes zingen: WOORD DROOM en POST De leerlingen kunnen de derde regel van POST zingen met hun eigen melodie De leerlingen kunnen het handzingen van de leerkracht omzetten in een melodie met DO RE MI De leerlingen kunnen een melodie van DO RE MI opschrijven in noten op 1 lijn De leerlingen kunnen ritmekaarten in 3 en 4 kwart maat uitvoeren Lesbenodigdheden Ritmekaarten Klankstaven Digibord Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal Track 5: Liedje Droom met zang Track 6: Liedje Droom instrumentaal Track 7: Liedje Post met zang Track 8: Post instrumentaal informatiebronnen 19

20 Herhaal in deze week 2, 4, 6 de volgende 5 muzikale activiteiten: Alle liedjes staan in het songboek achterin de lesbrief 1 Zingen Track 7 en 8 Zing en oefen het liedje POST Probeer ook de eigen melodieën van de kinderen te zingen voor regel 3 als dat nog niet lukt dan zing de originele melodie 2 Zingen Track 3 4 Track 5 6 Klassikaal Groepjes Solo? Zing de liedjes WOORD en DROOM Streef ernaar dat de kinderen het uit hun hoofd kunnen zingen. Splits de klas in twee groepen en laat ze om de beurt een regel zingen zodat ze ook leren luisteren na elkaar. Stel dan vragen hoe ze het vinden klinken? Misschien moet het wel harder, meer verstaanbaar of Zijn er kinderen die alleen (solo) kunnen zingen? de andere kinderen neuriën! 3 Handzingen Oefen met het handzingen improviseer met DO RE MI Als er tijd is schrijf dan een melodie op het bord en zing dan vanaf deze notatie op 1 lijn. Gebruik als ritmes peer en appel: 4 Ritme kaarten Oefen met de ritmekaarten 3.16 t/m 3.18 in 3 kwart Oefen met een keuze uit de ritmekaarten 3.01 t/m 3.15 in 4 kwart Oefen met de telkaarten. Laat kinderen zelf ritmes maken en deze uitvoeren 5 Zingen Klassikaal Groepjes Solo of duo s Zingen en oefen de liedjes die tot nu toe geleerd zijn. Misschien zijn er al kinderen die een liedje samen of alleen voor de klas durven te zingen? - Geef het door - Blaadje - Honger - Letterketting - Lievelingsletter - Geluid - Woord - Droom 20

21 Leerlingen Materiaal ZingZo! LEERLINGENBLAD 1 partituur 21

22 R I T M E K A A R T E N 3.1 t/m 3.15 in 4 kwart 3.16 t/m 3.18 in 3 kwart maat Wat kun je allemaal met de ritmekaarten doen? De muziekdocent en/of leerkracht geeft een tempo aan, een puls, en blijft dit strak aanhouden. Gedragsvorm Uitleg Werkvorm Rappen Neem een beat met de beattrack 2 en rap de ritme kaarten Kinderen doen na (call response) of doen mee Om de beurt rapt ieder kind de ritmekaart Call response Meedoen Doorgeven Wissel snel van ritmekaart Wisselen Zingen Improviseren Improviseer op het ritme een melodie die de kinderen nazingen. Call response Meedoen Wissel snel van ritmekaart Wisselen Spelen Noteren /lezen en onthouden Luisteren Noteren Klap de ritme kaarten Speel de ritmekaarten met bodysounds Speel ritmekaarten met stokken Wissel snel van ritmekaart De kinderen lezen de ritmekaart, die wordt weggehaald en dan pas, nadat er tot 4 is geteld spelen, rappen, zingen de kinderen deze ritmekaart De kinderen luisteren naar een ritmekaart en zij wijzen de juiste kaart aan De kinderen luisteren en tekenen het ritme van de juiste ritmekaart - met de appel en peren notatie - met de noten notatie Call response Meedoen Doorgeven Wisselen Audiëren Onthouden Aanwijzen Schrijven Componeren Maak je eigen ritmekaarten met de 4 verschillende telkaarten In volgordes leggen TELKAARTEN 22

23 Ritmekaart 3.1 Ritmekaart 3.2 Ritmekaart 3.3 Ritmekaart

24 Ritmekaart 3.5 Ritmekaart 3.6 Ritmekaart 3.7 Ritmekaart

25 Ritmekaart 3.9 Ritmekaart 3.10 Ritmekaart

26 Ritmekaart 3.12 Ritmekaart 3.13 Ritmekaart 3.14 Ritmekaart

27 Ritmekaart kwart & Ritmekaart 3.17 & Ritmekaart 3.18 & 27

28 SONGBOEK ZINGZO! groep 3 de BRIEVENBUS Track 1: Liedje Geluid gezongen Track 2: Liedje Geluid instrumentaal Track 3: clicktrack in C Track 4: ritme kaart lied gezongen Track 5: ritme kaart lied instrumentaal Track 6: ABC lied Track 7: Liedje Lievelingsletter gezongen Track 8: Liedje Lievelingsletter instrumentaal Track 9: Liedje Letterketting gezongen Track 10: Liedje Letterketting instrumentaal 28

29 29

30 30

31 TRACKS VOOR DE MUZIEKLESSEN van periode 2 Track 1: Liedje Honger met zang Track 2: Honger instrumentaal Track 3: Herfstgeluiden Track 4: Liedje Blaadje met zang Track 5: Liedje Blaadje instrumentaal Track 6: Liedje Geef het door met zang Track 7: Liedje geef door instrumentaal Track 8: Beattrack voor de ritmekaarten 31

32 32

33 S O N G B O O K Groep 3 periode 3 Woorden en horen de brievenbus Track 1: leerliedje van de brievenbus Track 2: Beattrack Track 3: Liedje Woord met zang Track 4: Liedje Woord instrumentaal Track 5: Liedje Droom met zang Track 6: Liedje Droom instrumentaal Track 7: liedje Post met zang Track 8: Liedje Post instrumentaal 33

34 34

35 35