Voorbeeldles Een vlieg op vakantie

Transcriptie

1 Voorbeeldles Een vlieg op vakantie groep 5 Basisgegevens Auteur deel A en C Geraldine Ligtermoet Auteur deel B Tersite Ayele Instrument Dwarsfluit Titel les Moet Je Doen Een vlieg op vakantie Map 5 Lesnummer 1 Taakverdeling rondom de lesmethode Moet Je Doen, muziek Lesonderdeel Activiteit groepsleerkracht vakleerkracht Inleiding Presentatie ansichtkaart Kern Een lied aanleren spel Afsluiting Luisteren Verdieping Zingen A Muzikale activiteit n.a.v. de inhoud van de les Titel lesactiviteit: Lied invullen 1. Zing het lied Een dikke vlieg nog eens door. Het lied is al bekend bij de leerlingen. 2. Zoek uit de melodie enkele noten die de leerlingen op hun instrument kunnen spelen en schrijf deze alvast op het bord. 3. Zing het lied nogmaals en geef een stilteteken op de plaats waar de instrumentale tonen komen. De leerlingen zingen hier niet, maar denken de tonen wel mee, zodat ze verderop weer goed invallen. 4. De leerlingen zingen het lid nogmaals en vullen met hun instrument, waar ze eerst stil waren, de noten in die aangewezen worden op het bord. 5. Na een paar keer kunnen de hulpnoten weggeveegd worden. hoogte Het lied Een dikke vlieg instrumentaal invullen Voorbeeldles Een vlieg op vakantie voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 1

2 B Instrument specifieke activiteit Titel lesactiviteit: Beatvlieg Instrument: Dwarsfluit 1. Luister naar Flight of the bumblebee in de beatbo versie op Youtube. 2. Op de kop het beatbogeluid proberen te imiteren. Kies één motief. 3. De docent speelt de melodie, de leerlingen beatboen. 4. Verdeel de groep in spelers en slagwerkers. 5. Spelers beatboen en de slagwerkers breiden het beatboen uit met stampen en klappen. Eventueel wisselen. 6. Voeg vervolgens alles samen; melodie en beatbo. Techniek instrument Alternatieve klank Beatboen Flight of the bumblebee in een swingende versie C Coöperatieve werkvorm Titel lesactiviteit: Woordritmes uitvoeren Groepsvorm: Twee- en viertallen Benodigdheden: leeg blaadje, pen, instrument Opdracht voor de kinderen: 1. Schrijf samen vier woorden op het blaadje die met vakantie te maken hebben. De woorden moeten verschillende lengtes hebben. Bijvoorbeeld: zand, handdoek, zeemeeuwen, zonnebrandcrème. 2. Speel deze woorden duidelijk op je instrument, zodat je goed hoort welk woord je bedoelt. Elk woord mag je meerdere keren gebruiken. Ook mag je twee woorden tegelijk laten horen. Zoek een mooie volgorde uit en speel die een paar keer samen door. 3. Zoek een ander tweetal en probeer samen van jullie acht gevonden woorden één muziekstuk te maken. 4. Oefen dit een paar keer met zijn vieren en laat het aan de hele groep horen. Voorbeeldles Een vlieg op vakantie voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 1

3 Voorbeeldles Muziek uit oude rommel groep 5 Basisgegevens Auteur deel A en C Sem van Blerk Auteur deel B Tersite Ayele Instrument Dwarsfluit Titel les Moet Je Doen Muziek uit oude rommel Map 5 Lesnummer 8 Taakverdeling rondom de lesmethode Moet Je Doen, muziek Lesonderdeel Activiteit groepsleerkracht vakleerkracht Inleiding Oude rommel Kern Voorzingen Aanleren van het lied Luisteren Spelen Afsluiting Presenteren Verdieping Je eigen drumstel Voorbeeldles Muziek uit oude rommel voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 8

4 A Muzikale activiteit n.a.v. de inhoud van de les Titel lesactiviteit: Ritmegevoel ontwikkelen 1. Demonstreer hoe de leerlingen op de instrumenten korte ritmische klanken kunnen maken. Laat zien dat er verschillende mogelijkheden zijn en benadruk dat het de bedoeling is dat de leerlingen bij de opdracht variëren ten opzichte van elkaar en dat ze ook nieuwe of andere manieren mogen bedenken dan die er gedemonstreerd zijn. 2. Luister naar het lied (lvb28). Deel tijdens het lied de instrumenten als volgt uit: Neem een instrument en speel na de tekst dat klinkt zo drie keer op. Geef het instrument vervolgens aan een kind. Deel zo steeds meer instrumenten uit. De leerlingen spelen mee (stapeleffect). Let er wel op dat de leerlingen alleen op het juiste moment de klanken maken. Het doel is juist dat ze leren luisteren en timen op welke plek ze iets moeten doen in een muziekstuk. 3. Speel een nieuw passend ritme en laat de groep dit imiteren tijdens de percussieve momenten in het liedje. Geef vervolgens verschillende leerlingen opdracht een ritme te bedenken dat de rest nadoet. 4. Optioneel kun je dit uitbreiden naar ritmes spelen zonder het liedje erbij. Ritme Herhaling, imitatie Meespelen met muziek (ritme vasthouden), imitatie van ritmes Ritme-fills door de leerlingen B Instrument specifieke activiteit Titel lesactiviteit: Nummertje trekken Instrument: Dwarsfluit 1. Ga in een kring staan, iedereen met de kop van de fluit. 2. Geef iedere leerling een nummer en iedere leerling verzint een woordritme in het betekenisdomein rommel. 3. De leerlingen oefenen het verzonnen ritme op de kop. 4. Zing het lied en roep nummers in de rusten. De leerlingen spelen hun ritme. Let op de maat. Het moet goed passen. 5. Zorg voor een beat en schrijf een nummervolgorde op het bord, die wordt uitgevoerd door de leerlingen. Techniek instrument Zingen, invullen Embouchure Ritme binnen de maat spelen Voorbeeldles Muziek uit oude rommel voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 8

5 C Coöperatieve werkvorm Titel lesactiviteit: Rommelmuziek Groepsvorm: Twee- en vijftallen Benodigdheden: cd-speler, luistervoorbeeld 32, muziekinstrument Opdracht voor de kinderen: 1. Oefen de spreektekst uit luistervoorbeeld 32. Oefen het met en zonder de muziek er bij. 2. Verzin met je groepje een eigen ritme. Laat het laatste zinnetje dat klinkt zo en de tikjes intact. 3. Oefen jullie eigen ritme op de muziek. 4. Presenteer jullie rommelmuziek aan de rest van de groep. Voorbeeldles Muziek uit oude rommel voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 8

6 Voorbeeldles De draak van Drakesteijn groep 5 Basisgegevens Auteur deel A en C Marc van den Bosch Auteur deel B Tersite Ayele Instrument Dwarsfluit Titel les Moet Je Doen De draak van Drakesteijn Map 5 Lesnummer 10 Taakverdeling rondom de lesmethode Moet Je Doen, muziek Lesonderdeel Activiteit groepsleerkracht vakleerkracht Inleiding Wat voor draak? Stemepressie Kern Voorzingen lied Aanleren lied Luisteren Afsluiting Uitvoering gehele lied Verdieping Van beweging naar begeleiding Voorbeeldles De draak van Drakesteijn voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 10

7 A Muzikale activiteit n.a.v. de inhoud van de les Titel lesactiviteit: Swingende draak 1. Zing het liedje met de kinderen en stap (halve noot) afwisselend rechts en links met de voeten mee. 2. Doe hetzelfde, maar nu afwisselend stap-klap. 3. Oefen nu elke tweede maat de tweede halve noot voorgetrokken. Zie voorbeeld 1. Oefen dit eerst apart. Oefen daarna met het zingen van het liedje. 4. Zing de grondtonen voor: D, A, Bes en A. Waarvan de laatste A voorgetrokken. Zie voorbeeld. Ritme, grondtonen, swing achtsten Klappen, stampen, zingen Voorbeeldles De draak van Drakesteijn voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 10

8 B Instrument specifieke activiteit Titel lesactiviteit: Langste adem Instrument: Dwarsfluit 1. Zing het lied en laat de leerlingen zo lang mogelijk vuurspuwen. Wie kan dat het langst? 2. Oefen met pfffff en tssss om de toon op te rekken. Besteed aandacht aan het belang van een goede luchtverdeling in combinatie met een klein blaasgat. 3. I.p.v. iedereen samen, iedereen precies achter elkaar zonder dat er een stilte valt. Goed aansluiten betekent: goed aangeven wanneer je leeg bent. 4. Verdeel de groep in twee teams. 5. Zing het lied en spuw vuur. Welk team kan dat het langst en wint? Techniek instrument Blaastechniek en ademtechniek Aangeven en reageren C Coöperatieve werkvorm Titel lesactiviteit: Samen vuurspuwen Groepsvorm: Instrumentengroepjes Benodigdheden: muziekinstrument Opdracht voor de kinderen: 1. Ga na of de kinderen met hun verschillende instrumenten het hele lied kunnen spelen. a. De kinderen die de melodie kunnen spelen doen dat. b. De kinderen die de akkoorden kunnen spelen doen dat. c. De kinderen die de grondtonen kunnen spelen doen dat. 2. Oefen eerst afzonderlijk in de groepjes en speel daarna met de gehele groep het lied. Uitbreiding: 1. Laat de kinderen drakengeluiden verzinnen (bijvoorbeeld: Pschsss ). De kinderen mogen dit geluid op de voorgetrokken noot (in de tweede, vierde en zesde maat) zingen. Zie voorbeeld Laat de kinderen ook op de halve noot rechts en links stappen (de eerste drie halve noten). 3. Verdeel de groep in tweeën. De ene helft stapt-klapt met drakengeluid en de andere helft speelt op het instrument. Vergeet niet ook de cd te gebruiken. Voorbeeldles De draak van Drakesteijn voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 10

9 Voorbeeldles Stemmen groep 5 Basisgegevens Auteur deel A en C Jenneke Zweers Auteur deel B Tersite Ayele Instrument Dwarsfluit Titel les Moet Je Doen Stemmen Map 5 Lesnummer 14 Taakverdeling rondom de lesmethode Moet Je Doen, muziek Lesonderdeel Activiteit groepsleerkracht vakleerkracht Inleiding Stemmenquiz Kern Verschillende zangers Kijken naar noten Luisteren en lezen Zangles Afsluiting Luisteren Verdieping Notatie Voorbeeldles Stemmen voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 14

10 A Muzikale activiteit n.a.v. de inhoud van de les Titel lesactiviteit: Hoog en laag 1. Partituur a. Bekijk met de kinderen de partituur op kopieerblad 11. Stel vragen over de partituur: wat weet je al van het notenschrift? Wat is de hoogste noot? Wat is de laagste noot? b. Luister de bijbehorende cd-track (track 3). Controleer of de leerlingen kunnen meelezen met de partituur. c. Zet de cd op een willekeurig moment op pauze en vraag in welke maat er gepauzeerd is. d. Vraag de leerlingen hun vinger op te steken als de muziek bij maat 10 is. 2. Spelen a. Bespreek met de leerlingen dat je, net als met zingen, ook hoog en laag kunt spelen op je muziekinstrument. b. Laat de leerlingen een zo hoog mogelijke toon spelen. Geef eventueel daarna instructie om de leerlingen nog hoger te leren spelen. c. Laat de leerlingen een zo laag mogelijke toon spelen. Geef eventueel daarna instructie om de leerlingen nog lager te leren spelen. d. Laat de leerlingen afwisselend hoog/laag spelen door je hand hoog of laag te houden. e. Laat één van de leerlingen de groep dirigeren. 3. Koppelen naar notatie a. Maak, eventueel samen met de groep, een eenvoudige compositie op het bord door hoog en laag bolletjes te tekenen (zie afbeelding 1 voor een voorbeeld hiervan). b. Laat de leerlingen de muziek spelen die op het bord afgebeeld staat c. Als uitbreiding zou je glissando s omhoog/omlaag kunnen tekenen tussen de bolletjes. Toonhoogte: notenbalk, hulplijnen, grafische notatie (eventueel: toonladders) Toonhoogte d.m.v. grafische notatie Dirigeren, tegelijk wisselen van toon Met de hele groep hoogste en laagste tonen spelen, compositie van het bord spelen Voorbeeldles Stemmen voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 14

11 B Instrument specifieke activiteit Titel lesactiviteit: Nima Instrument: Dwarsfluit 1. Zet de leerlingen in een kring met de hele fluit. 2. Zing Nima naja nog een keer. 3. Speel het ritme van het liedje op een B of een G, leerlingen kiezen. Bespreek hoe dat samen klinkt. 4. Verdeel de groep in tweeën en maak een vraag/antwoord spelletje tussen beide groepen. 5. Fluister iedere leerling zijn eigen woordritme van 1 maat in. 6. Beide teams moeten de ritmes van het lied zo snel mogelijk in de goede volgorde zetten (zonder te praten!), door in de goede volgorde te gaan staan. Het snelste team wint. Techniek instrument Samenklank B en G Vraag en antwoord B en G, aanzet Reageren en produceren C Coöperatieve werkvorm Titel lesactiviteit: Componeren Groepsvorm: Tweetallen Benodigdheden: wit A4-tje, muziekinstrument, schrijfgerei Opdracht voor de kinderen: 1. Vouw het blad in de breedte dubbel zodat je twee langgerekte rechthoeken krijgt: dit zijn je twee notenbalken. 2. Schrijf de eerste twee noten over van het bord aan het begin van je bovenste notenbalk. 3. Maak de compositie zover af dat de voorkant van het blad vol is. 4. Oefen het muziekstuk op je instrument. Eerst wijst één van jullie de muzieknoten aan terwijl de ander speelt, daarna wissel je om. Als dit goed gaat spelen jullie de compositie allebei tegelijk. 5. Tijd over? Maak op de achterkant nog een compositie. Verzin wat moeilijkere dingen als middentonen (tussen hoog en laag in) of trappetjes. Voorbeeldles Stemmen voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 14

12 Voorbeeldles Aquarium groep 5 Basisgegevens Auteur deel A en C Tersite Ayele Auteur deel B Tersite Ayele Instrument Dwarsfluit Titel les Moet Je Doen Aquarium Map 5 Lesnummer 18 Taakverdeling rondom de lesmethode Moet Je Doen, muziek Lesonderdeel Activiteit groepsleerkracht vakleerkracht Inleiding Gesprek Muziekvissen Kern Aquariummuziek maken Luisteren Luisteren en kijken Afsluiting Luisterpartituur Verdieping Maak je eigen vispuzzel A Muzikale activiteit n.a.v. de inhoud van de les Titel lesactiviteit: Ritmebingo 1. Laat de leerlingen negen vissensoorten die in een aquarium voorkomen verzinnen. Schrijf die op het bord. 2. Maak vervolgens een ritmische notatie van die namen in streepjes en puntjes. Let op dat het negen verschillende ritmes worden. Geef ze een nummer van 1 t/m Laat de leerlingen een boter, kaas en eierenschema op een papier tekenen. Laat ze de hokjes vullen met de cijfers 1 t/m 9 in een willekeurige volgorde. Vervolgens speelt de docent de ritmes ook in een willekeurige volgorde (wel onthouden!) Wie heeft als eerste bingo? Ritmeherkenning Voorbeeldles Aquarium voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 18

13 B Instrument specifieke activiteit Titel lesactiviteit: Vissen Instrument: Dwarsfluit 1. Blub, blub a. Maak op het mondstuk kleine blubjes. Houd de toon kort. b. Maak daarna op de hele fluit kleine blubjes. c. De docent speelt voor. De leerlingen spelen na. 2. Vissen spelen a. Op de hele fluit speelt de docent de vissennamen voor. De leerlingen spelen ze na. b. Laat vervolgens de leerlingen om de beurt spelen. 3. Muziek versieren a. Laat het muziekfragment horen. Welk geluid past daarbij? b. Verdeel de leerlingen in groepjes van vier. Elk groepje verzint geluiden bij het muziekfragment. c. De leerlingen krijgen vijf minuten om te oefenen. Laat ze daarna presenteren aan elkaar. Techniek instrument Toonvorming, ritmeherkenning Toonvorming alleen op de kop Muziekfragment aanvullen met geluiden C Coöperatieve werkvorm Titel lesactiviteit: Rap Groepsvorm: Viertallen Benodigdheden: pen en papier, achtergrondbeat (zonder akkoorden), muziekinstrument Opdracht voor de kinderen: 1. Verdeel de groepjes in viertallen. 2. Kies twee vissennamen van het bord en de opdracht voor de leerlingen om daarmee een rap te gaan maken. 3. Kies een bandleider. Dit is degene die de definitieve keuzes maakt indien dat nodig is wanneer er meerdere ideeën zijn. Zorg voor een duidelijk begin en eind is van de rap van in totaal tussen de vier en acht zinnen. 4. Zorg dat één kind per groepje zijn instrument gebruikt tijdens de muzikale rap. Geef zelf een voorbeeld hoe je dat kan doen. Bijvoorbeeld door steeds de lettergrepen van het laatste woord mee te spelen met een akkoord of toon. 5. Oefen vijf à tien minuten ter voorbereiding op de presentaties. Zorg dat de groepjes niet te dicht op elkaar zitten tijdens het oefenen, zodat ze geen last hebben van elkaar. 6. Presenteer de rap aan de andere groepjes. Voorbeeldles Aquarium voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 18

14 Voorbeeldles We will rock you groep 5 Basisgegevens Auteur deel A en C Jenneke Zweers Auteur deel B Tersite Ayele Instrument Dwarsfluit Titel les Moet Je Doen We will rock you Map 5 Lesnummer 19 Taakverdeling rondom de lesmethode Moet Je Doen, muziek Lesonderdeel Activiteit groepsleerkracht vakleerkracht Inleiding Luisteren zingen Kern Zingen Ritme presenteren Luisteren en spelen Afsluiting Popconcert Verdieping Improvisatie Voorbeeldles We will rock you voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 19

15 A Muzikale activiteit n.a.v. de inhoud van de les Titel lesactiviteit: Rockritmes 1. Kennismaken met de ritmekaarten a. Neem onderstaand schema over op het bord zonder de woorden erbij: b. Zeg één van de woorden zo ritmisch mogelijk op en laat de leerlingen raden bij welk ritme het woord hoort. Ga zo door tot alle woorden bij de ritmes staan. c. Klap alle ritmes klassikaal een paar keer door. 2. Spelen van de ritmekaarten a. De leerlingen zoeken op hun instrument de noot G op. Met deze noot zullen ze de ritmes gaan spelen. b. Maak een imitatie-improvisatie: één leerling speelt een ritmekaart voor, de rest van de klas speelt het na. Als dit nog te moeilijk is speel dan zelf eerst de rol van de solist. 3. Rocken maar! a. Speel het schema met de cd mee (track 18 Rommelruimrocker ). Als je elke ritmekaart vier keer achter elkaar speelt komt het precies uit. b. Let op het tempo: wat in de partituur van het lied de lengte is van een kwartnoot wordt op de ritmekaarten een achtste noot! Pulse, notenwaarde Motief, imitatie, herhaling Rockmuziek Achtste- en kwartnoten, ritmeschema meespelen Luisteren naar elkaar, elkaar naspelen, met elkaar in de maat blijven spelen Met de cd meespelen Voorbeeldles We will rock you voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 19

16 B Instrument specifieke activiteit Titel lesactiviteit: Nummertje trekken Instrument: Dwarsfluit 1. Ga in een kring staan. Iedereen gebruikt alleen de kop van de fluit. 2. Geef elke leerling een nummer. Iedere leerling verzint een woordritme dat iets met rommel te maken heeft. 3. De leerlingen oefenen het verzonnen ritme op de kop. 4. Zing het lied en roep nummers in de rusten. De leerlingen spelen hun ritme. Let op de maat; het moet goed passen. 5. Zorg voor een beat en schrijf een nummervolgorde op het bord. Die wordt door de leerlingen uitgevoerd. Techniek instrument Toon Ritme Het spelen van de toon G Luisteren en reageren op elkaar Ritmische productie van het lied C Coöperatieve werkvorm Titel lesactiviteit: Componeren Groepsvorm: Tweetallen Benodigdheden: kopieerblad, muziekinstrument, schrijfgerei Opdracht voor de kinderen: 1. Ontdek de partituur door de noten te spelen die er al staan. Goed tellen! 2. Vul om de beurt een lege maat in op de bovenste regel. Gebruik de ritmes uit het begin van de les. 3. Verdeel de C en de G over jullie tweeën. Leg jouw geschreven noten uit aan de ander en speel het stuk door. 4. Als dit goed gaat maak je ook de rest van de bladzijde af. Je mag ook best eigen rommelritmes bedenken. 5. Laat de compositie horen aan de klas. Voorbeeldles We will rock you voor Dwarsfluit - groep 5 / map 5 / lesnummer 19