J a a r v e r s l a g

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "J a a r v e r s l a g"

Transcriptie

1 J a a r v e r s l a g S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e

2 Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers en kengetallen 4 Bestuursverslag 5 1 Voorwoord 6 2 Besturing en naleving wetgeving Algemeen Bestuursaangelegenheden Toekomst van het pensioenfonds Goed Pensioenfondsbestuur Verslag van het Verantwoordingsorgaan Vergoedingsregeling Toezicht van DNB en AFM Geschiktheidsbeleid Gedragscodes Klachten- en geschillenprocedure Statutenwijzigingen 15 3 Beleid en financiële positie in Beleid Beleggingsbeleid Premiebeleid Toeslagbeleid Uitvoeringskosten Risicomanagement Garantiecontract Financiële positie 28 4 Beleggingen Algemeen Resultaten beleggingsportefeuille Maatschappelijk verantwoord beleggen Beleggingsvooruitzichten 33 5 Pensioenen Pensioenregeling Pensioencommunicatie Communicatie met deelnemers en pensioengerechtigden Communicatie met werkgevers Website Communicatiebeleids- en actieplan 38 6 Actuariële analyse 39 7 Verwachte gang van zaken 41 2

3 Jaarrekening 42 8 Jaarrekening Balans per 31 december Staat van baten en lasten Kasstroomoverzicht Toelichting op de jaarrekening Algemeen Grondslagen Algemene grondslagen Grondslagen voor waardering van activa en passiva Grondslagen voor bepaling van het resultaat Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans per 31 december Niet in de balans opgenomen regelingen Verbonden partijen Toelichting op de staat van baten en lasten over Overige gegevens 63 9 Overige gegevens Statutaire regelingen omtrent de bestemming van het saldo van baten en lasten Gebeurtenissen na balansdatum Actuariële verklaring Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 67 Bijlagen 69 Bijlage 1 Deelnemersbestand 70 Bijlage 2 Nevenfuncties 71 Bijlage 3 Relevante ontwikkelingen in wet- en regelgeving op pensioengebied 72 Bijlage 4 Begrippenlijst 74 3

4 Meerjarenoverzicht van kerncijfers en kengetallen Bedragen x Aantal aangesloten werkgevers Aantal verzekerden Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen (arbeidsongeschikten en gepensioneerden) Totaal aantal verzekerden Pensioenen Kostendekkende premie o.b.v. herverzekeringscontract Zuivere kostendekkende premie o.b.v. marktwaarde n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t Gedempte premie n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t Feitelijke premie Koopsom 15-jaarsfinanciering Uitvoeringskosten Uitkeringen Vermogen en solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen (Minimaal) vereist eigen vermogen Voorziening voor pensioenverplichtingen Overige technische voorzieningen FTK-grondslag dekkingsgraad in % 105,6% 105,6% 105,5% 106,6% 109,9% Beleidsdekkingsgraad in % 105,4% n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Dekkingsgraad beleggingsdepot* 88,4% 89,6% 94,7% 87,1% 82,7% Toeslagverlening Toegekend** 0,1% 0,0% 1,80% 1,80% 1,00% Beoogd 1,05% 1,56% 2,45% 2,30% 2,61% Uitkering overrente*** Beleggingsrendement per jaar Portefeuille (inclusief LDO) 0,0% 24,8% 3,6% 15,8% 8,8% Portefeuille (exclusief LDO) 0,7% 10,7% 7,1% 12,5% 1,1% Benchmark (exclusief LDO) 0,4% 9,7% 5,3% 11,4% 0,7% Standen zijn per het einde van het genoemde jaar; stromen betreffen de gehele verslagperiode * De dekkingsgraad van het beleggingsdepot geeft de verhouding weer van de in het gesepareerde beleggingsdepot aanwezige geactiveerde negatieve overrente (rekening houdende met de aanwezige vrije reserve) en de voorziening pensioenverplichting (VPV) op basis van de grondslagen volgens de herverzekeringsovereenkomst. ** Toegekend toeslagverlening per 1 januari 2013 betreft alleen voor gewezen deelnemers en gepensioneerden. Aan actieve deelnemers is een toeslag verleend van 0,68%. *** De overrente is na aftrek van de beheerskosten. 4

5 Bestuursverslag 5

6 1 Voorwoord Graag bieden wij u het jaarverslag over 2015 van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie aan. In dit jaarverslag legt het bestuur verantwoording af over het gevoerde beleid, de achterliggende overwegingen bij de vaststelling van het beleid en de uitkomsten hiervan voor het pensioenfonds. In dit verslag wordt ook vooruitgekeken naar de toekomst van het pensioenfonds. Toekomst van het pensioenfonds In navolging op hetgeen reeds in het jaarverslag 2013 en 2014 is vermeld, heeft de toekomst van het pensioenfonds prominent de bestuurlijke aandacht gekregen. Aanleiding hiervoor is het aflopen van het garantiecontract met Aegon per 31 december Het bestuur en sociale partners hebben een traject doorlopen om tot een solide en toekomstbestendige pensioenuitvoering te komen. Door het bestuur zijn diverse alternatieven aangedragen teneinde de toekomstbestendigheid van het pensioenfonds te vergroten. In december 2015 is er een cao-overleg geweest tussen sociale partners waarin de toekomst van de pensioenuitvoering is besproken. Uit dit overleg is geen definitief besluit gekomen ten aanzien van de toekomst van de uitvoering. Gezien de geschetste situatie en het ontbreken van een oplossingsrichting, heeft het bestuur aan sociale partners een uiterste datum moeten stellen waarvoor besluitvorming moest plaatsvinden. Dit omdat het bestuur een zorgplicht heeft jegens (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers. Indien hun belangen optimaal behartigd moeten worden, wat wij als taak van het bestuur zien, dienen wij tijdig een besluit te nemen over de situatie in Op 12 april 2016 hebben sociale partners in een aangetekende brief het pensioenfondsbestuur geïnformeerd dat er een principeakkoord afgesloten is over de aanpassing van hun pensioenafspraken per 1 januari Hierin is onder meer is opgenomen dat per 31 december 2016 de opdracht tot pensioenuitvoering die partijen hebben verstrekt aan het BPF Kunststof- en Rubberindustrie formeel beëindigd wordt. Dit betekent dat wij zowel de pensioenregeling als de voorwaardelijke pensioenregeling (VPL-regeling) in praktische zin tot 31 december 2016 zullen uitvoeren. Per 1 januari 2017 vervallen daarmee de pensioenopbouw van ouderdomspensioen en risicodekkingen partnerpensioen en arbeidsongeschiktheid voor de deelnemers.aangezien het voortzetten van het pensioenfonds met een populatie deelnemers zonder actieve opbouw van ouderdomspensioen leidt tot onevenredig hoge uitvoeringskosten per deelnemer, acht het bestuur het niet redelijk om de uitvoering voort te zetten. In het kader van de zorgplicht naar de deelnemers is voortzetting niet passend. Het bestuur heeft dan ook het voorwaardelijke besluit genomen het pensioenfonds te liquideren. Er is beoogd om de opgebouwde pensioenaanspraken per 31 december 2016 door middel van een collectieve waardeoverdracht over te dragen aan Aegon. De komende tijd zal het voorbereiden van deze overdracht en het liquideren van het pensioenfonds de volledige aandacht van het bestuur vragen. Hoe staan we er voor De financiële situatie van ons pensioenfonds is complex door de werking van de herverzekering. Enerzijds worden daardoor alle verplichtingen afgedekt waardoor het niet nodig is om opgebouwde rechten te korten. Anderzijds zijn de beleggingen in de afgelopen jaren achtergebleven bij de ontwikkeling van de waarde van de pensioenverplichtingen, zodat de kleine kans op overrente en daardoor ook de kans op indexatie erg laag blijft. Tot slot In het verslagjaar is er een aantal wisselingen geweest binnen het bestuur en Verantwoordingsorgaan. Het bestuur bedankt vertrekkend bestuurslid de heer Van Gele voor zijn bijdrage en heet de heren Schulte en Emmen van harte welkom als leden van het Verantwoordingsorgaan. Wij nodigen u graag uit tot het lezen van dit jaarverslag. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie, Den Haag, 7 juni 2016 De heer drs. A.N. Jager AAG Voorzitter De heer N. Altundal MIB Secretaris 6

7 2 Besturing en naleving wetgeving 2.1 Algemeen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie (hierna te noemen: pensioenfonds) is statutair gevestigd te Den Haag. Het pensioenfonds is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer Missie, visie en doelstellingen Het pensioenfonds is een vrijwillig bedrijfstakpensioenfonds en voert de pensioenregeling uit voor het personeel van aangesloten ondernemingen. Het pensioenfonds kent een voorwaardelijk geïndexeerde middelloonregeling. De premie voor deze regeling wordt ingebracht door de werkgevers en de werknemers. De door het pensioenfonds uitgevoerde regeling voldoet aan de pensioenregeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst Bedrijfstakpensioenregeling voor de Kunststof- en Rubberindustrie, die wordt vastgesteld door sociale partners in de bedrijfstak. Missie In de missie is beschreven waar het pensioenfonds voor staat, wat de bestaansgrond is en welke waarden en identiteit het pensioenfonds kenmerken. De missie van het pensioenfonds is als volgt: Het pensioenfonds stelt alles in het werk om, binnen de grenzen van haar middelen, (gewezen) deelnemers en gepensioneerden van bij het pensioenfonds aangesloten bedrijven een zo goed mogelijk pensioen te bieden tegen voor alle betrokkenen acceptabele kosten. Visie In de visie wordt beschreven hoe het pensioenfonds inspeelt op (toekomstige) veranderingen en welke zienswijze en toekomstbeeld daarbij ten grondslag liggen aan het handelen van het pensioenfonds. De visie van het pensioenfonds is als volgt: Het creëren van een duurzame invulling van de overeengekomen pensioenregeling en een groot draagvlak bij werkgevers, (gewezen) deelnemers en gepensioneerden voor zowel de pensioenregeling als de uitvoering van die regeling Doelstellingen Op basis van de missie en de visie zijn de strategische doelstellingen bepaald. Deze strategische doelstellingen zijn als volgt verwoord: Primair doel van het pensioenfonds is op korte en lange termijn te kunnen voldoen aan de nominale pensioenverplichtingen, en daarnaast de opgebouwde aanspraken en de ingegane pensioenen, indien mogelijk, te kunnen aanpassen aan de prijsontwikkeling; het realiseren van eenduidige verwachtingen bij werkgevers, (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden ten aanzien van zekerheid, ambitie en kosten van zowel het pensioenfonds als de pensioenregeling; het verzorgen van heldere, consistente, tijdige en transparante communicatie; het pensioenfonds zorgt voor een solide uitvoering van de pensioenregeling die zo kostenefficiënt als mogelijk plaatsvindt. Het pensioenfonds heeft beleid ontwikkeld op het gebied van financiering, toeslagverlening, beleggingen en communicatie om de genoemde doelstellingen te bereiken. Dit beleid is vastgelegd in diverse documenten, waarvan de Actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN) het belangrijkste is. De ABTN is in 2015 tweemaal geactualiseerd. Risicohoudingen haalbaarheidstoets De risicohouding is een belangrijk uitgangspunt voor de vaststelling van de mate waarin het pensioenfonds beleggingsrisico kan en wil nemen (beleggingsbeleid) om de (strategische) doelstellingen van het pensioenfonds te realiseren. Binnen de driehoek ambitie premie risicohouding, worden door het pensioenfonds de afwegingen gemaakt die moeten leiden tot de gewenste uitvoering van de afgesproken pensioenregeling(en). Het uitgangspunt voor de risicohouding is dat sprake is van een nominale pensioentoezegging. Omdat sprake is van een garantie op de ingekochte aanspraken, zullen de pensioenaanspraken en -rechten niet worden 7

8 gekort. Vanaf 2017 zou bij continuatie van het pensioenfonds de feitelijke premie gelijkgesteld aan de kostendekkende premie na overgang op eigen beheer. Gezien de ophanden zijnde liquidatie is dit niet verder uitgewerkt. In 2015 is ook een zogenoemde haalbaarheidstoets uitgevoerd. Deze toets vloeit voort uit het nieuw financieel toetsingskader en geeft inzicht in de samenhang tussen de financiële opzet, het verwachte pensioenresultaat en de risico s die daarbij gelden. De uitkomsten van de haalbaarheidstoets geven geen aanleiding tot aanpassing van het beleid op korte termijn. De uitkomsten zijn besproken met het Verantwoordingsorgaan. Het bestuur in 2015 Het bestuur van het pensioenfonds bestaat ultimo 2015 uit zes leden, waarbij: Drie werkgeversbestuursleden worden voorgedragen door de werkgeversorganisatie NWBP; Twee bestuursleden worden voorgedragen door de werknemersorganisaties in onderling overleg tussen FNV te Amsterdam, CNV Vakmensen te Utrecht en De Unie te Culemborg; De vertegenwoordiger namens de pensioengerechtigden wordt voorgedragen na verkiezing door de pensioengerechtigden. Kandidaatstelling vindt plaats door: o (één van) de hiervoor beschreven werknemersorganisaties; o een individuele pensioengerechtigde. De samenstelling van het bestuur per 31 december 2015 was als volgt: Benoemd namens de werkgevers Naam Functie in bestuur De heer A.N. Jager Werkgeversvoorzitter AAG De heer C.I. van Gele Mevrouw C.F.J. Bulten Benoemd Bestuurslid tot Geboortejaar Functie/in dienst van Senior beleidsadviseur pensioen bij de AWVN Bestuurslid European Finance Controller RPC Group Bestuurslid HR manager Rubber Resources Benoemd namens de deelnemers Naam Functie in bestuur Benoemd Bestuurslid Tot Geboortejaar Functie/in dienst van De heer N. Altundal Werknemers bestuurder bij FNV MIB voorzitter De heer H. Roeten Bestuurslid bestuurder bij CNV Vakmensen Benoemd namens de pensioengerechtigden Naam Functie in Benoemd Bestuurslid Geboorte Functie bestuur Tot jaar De heer J.A.M. Verkleij Bestuurslid Afgevaardigde van De Unie Statutair is bepaald dat de bestuursleden een zittingstermijn van vier jaar hebben. Na afloop van een zittingstermijn is er de mogelijkheid tot herbenoeming. De totale maximale zittingsperiode voor een bestuurslid betreft twaalf jaar. In 2015 heeft heeft het bestuur besloten tot aanpassing van het bestuursmodel. Voorheen werden door de drie werkgeversorganisaties elk één bestuurslid benoemd. Namens de gepensioneerden was er tevens één zetel beschikbaar, waardoor het totale aantal bestuurszetels zeven betrof. Per 1 oktober 2015 is het bestuursmodel aangepast naar de hierboven beschreven situatie welke ultimo 2015 geldt. De heer Verkleij is als gevolg van de wijziging in het bestuursmodel namens de pensioengerechtigden benoemd, aansluitend op de benoeming namens de deelnemers. De heer Altundal is in 2015 herbenoemd voor vier jaren. Als gevolg van het vertrek van de heer Van Gele per 1 januari 2016 is er een vacature van toepassing in de vertegenwoordiging namens de werkgevers welke nog niet is ingevuld door de NWBP. 8

9 Pensioenfondsgerelateerde partijen/organen Verantwoordingsorgaan De heer L.A. van der Werf, namens de actieve deelnemers tot 1 oktober 2018 De heer G. Geerts, namens de pensioengerechtigden tot 1 april 2019 De heer M. Schulte namens actieve deelnemers tot 1 juli 2019 De heer H. Emmen namens de werkgevers tot 1 juli 2017 Door de benoeming van de heren Schulte en Emmen zijn de vacatures in het Verantwoordingsorgaan in het verslagjaar ingevuld. Het bestuur is hiermee verheugd. Herverzekering Aegon Levensverzekering N.V. Vermogensbeheerder Aegon Asset Management B.V. Pensioenadministratie TKP Pensioen B.V. Adviseur Willis Towers Watson Certificeerders Compliance officer PwC Accountants N.V., externe accountant De heer drs. A.N. Jager AAG tot 1 januari 2016 Ernst & Young Actuarissen B.V., externe actuaris De heer N. Altundal MIB vanaf 1 januari Bestuursaangelegenheden Vergaderingen in 2015 Het bestuur heeft in 2014 totaal 9 keer vergaderd te weten op 12 en 17 februari, 15 en 24 april, 17 juni, 17 september, 5 en 25 november en 9 december. Daarnaast heeft het bestuur op 8 april, 16 juni, 23 september en 4 november overleg gehad met sociale partners over de toekomst van het pensioenfonds. In de bestuursvergaderingen en het overleg met sociale partners stond de toekomst van het pensioenfonds centraal. Verderop leest u hier uitgebreid over. De overige belangrijke vergaderonderwerpen en besluitvorming betroffen: de invulling van het bestuursmodel en governancemodel; het nieuwe FTK met bijbehorende risicohouding, risicobereidheid en haalbaarheidstoets; Risicomanagement; Implementatie van de Wet Pensioencommunicatie; het visitatierapport; de controle van de het jaarverslag en de jaarrekening; evaluatie van het bestuur en van uitbestedingspartijen; Geschiktheidsbeleid en competentiemanagement; Code Pensioenfondsen; IT risico s en de beheersing daarvan; uitvoerings- en communicatieplan 2016, waaronder de begroting en de strategische kalender. Besluiten ten aanzien van de pensioenregeling per 1 januari 2016 betreffen: jaarlijkse opbouw van ouderdomspensioen: 1,875% van de pensioengrondslag; franchise (10/7 AOW voor een samenwonende): ; maximum salaris basisregeling: ; maximum salaris excedentregeling: ; pensioenrichtdatum 1ste van de maand waarin 67 (opgebouwde rechten tot 2014 blijven op een ingangsrichtdatum 1ste van de maand waarin 65). In alle vergaderingen is het voor besluitvorming noodzakelijke quorum aanwezig geweest. 2.3 Toekomst van het pensioenfonds Met sociale partners zijn al in 2014 drie bijeenkomsten geweest om van gedachten te wisselen over de toekomst van het pensioenfonds. Belangrijke aspecten hierbij waren schaalvergroting, een flexibele (modulaire) pensioenregeling en de beheersbaarheid van de financiering van de pensioenregeling. 9

10 Het bestuur heeft op basis van deze aspecten een aantal uitgangspunten gedefinieerd, die in 2015 verder onderwerp van gesprek tussen het pensioenfondsbestuur en de sociale partners in de bedrijfstak zijn geweest. Aanleiding voor deze strategische verkenning is het aflopen van het garantiecontract met Aegon per 31 december Een overzicht van de ontwikkelingen in 2015: In het voorjaar van 2015 hebben wij overleg gehad met sociale partners over de toekomst van het pensioenfonds. Hierbij is gezamenlijk geconcludeerd dat het opnieuw aangaan van een herverzekeringscontract niet tot de mogelijkheden behoort, mede gezien de financierbaarheid hiervan. De gezamenlijke conclusie is dat een voortzetting van de uitvoering van de pensioenregeling in een eigen beheer situatie zou moeten plaatsvinden. Voor het proces om te komen tot een nieuwe vorm van uitvoering, alsook vaststelling van de inhoud van de pensioenregeling vanaf 2017, hadden wij een aantal stappen voorgesteld. De eerste stap was het tekenen van een convenant waarin partijen zich committeerden om het gezamenlijke proces aan te gaan. Onze insteek was dit voor de zomer van 2015 te tekenen waarna een GO/NO GO voor de eigen beheer situatie zou volgen in het najaar van Op verzoek van sociale partners is dit uitgesteld tot in december In december 2015 hebben sociale partners een overleg gehad waarin de toekomst van de pensioenregeling is besproken. Er is geen definitief besluit gekomen ten aanzien van de toekomst van de regeling. Het volledig herverzekeren van pensioenregelingen is de laatste jaren doorgaans aanzienlijk kostbaarder gebleken dan het in eigen beheer uitvoeren van een pensioenregeling. De in de verschillende overleggen geschetste problematiek met betrekking tot de financierbaarheid van de pensioenregeling zou met een hernieuwd verzekeringscontract per 1 januari 2017 alleen maar toenemen. Het opnieuw aangaan van een herverzekeringscontract met Aegon is in 2015 meerdere malen besproken tussen het bestuur en sociale partners. Gezamenlijk is geconcludeerd dat dit niet tot de mogelijkheden behoort. In de besprekingen zijn diverse alternatieven door ons aangedragen om te komen tot een meer toekomstbestendige financiering en uitvoering van de pensioenregeling bij het pensioenfonds in een zogenoemd eigen beheer situatie. Helaas heeft dit niet geleid tot een oplossingsrichting bij sociale partners. Gezien de geschetste situatie en het ontbreken van een oplossingsrichting, heeft het bestuur aan sociale partners een uiterste datum moeten stellen waarvoor besluitvorming moest plaatsvinden. Dit omdat het bestuur een zorgplicht heeft jegens (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers. Om deze belangen optimaal te kunnen behartigen, wat wij als taak van het bestuur zien, dienden wij tijdig een besluit te nemen over de situatie in Dit betreft het al dan niet stoppen van de opbouw van ouderdomspensioen en risicodekking partner- en wezenpensioen per 31 december Zoals hierboven aangegeven was een voortzetting van het garantiecontract met Aegon voor de nieuwe opbouw van ouderdomspensioen en risicodekking geen alternatief. Voor een overgang naar een zogenoemde eigen beheer situatie, waarbij niet meer alle risico s via Aegon herverzekerd zouden worden, is naar onze mening draagvlak nodig bij sociale partners. Sociale partners hebben ons op 12 april 2016 laten weten de pensioenuitvoering per 1 januari 2017 door het Pensioenfonds voor de Grafische Bedrijven (PGB) te laten plaatsvinden. Op grond van bovenstaande heeft het bestuur geconcludeerd dat haar op dit moment alleen de mogelijkheid rest om de opdracht van sociale partners voor uitvoering van de regeling terug te geven. Zowel de pensioenregeling als de voorwaardelijke pensioenregeling (VPL) regeling zullen wij in praktische zin tot 31 december 2016 uitvoeren. Per 1 januari 2017 vervallen daarmee de pensioenopbouw van onderdomspensioen en risicodekkingen partnerpensioen en arbeidsongeschiktheid voor de deelnemers. De consequentie van deze conclusie is dat ten eerste de uitvoeringsovereenkomst met alle aangesloten werkgevers is opgezegd. Ten tweede is de uitvoeringsovereenkomst met sociale partners inzake VPL beëindigd. Gezien de uitvoeringskosten van uitsluitend de VPL regeling, acht het bestuur het niet redelijk om deze regeling nog uit te voeren wanneer dat niet in combinatie met de uitvoering van de pensioenregeling plaatsvindt. In nader overleg tussen sociale partners en het bestuur van pensioenfonds zullen afspraken worden gemaakt over de voorwaarden en overdracht van deze VPL-gelden naar een nieuwe uitvoerder. Het bestuur is voornemens de liquidatie zo spoedig mogelijk na 1 januari 2017 af te ronden. Wij zullen de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden separaat op de hoogte brengen van de voorgenomen liquidatie en de gevolgen hiervan voor de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden. 10

11 Wij hebben de werkgevers er dringend op gewezen dat er voor 1 januari 2017 een nieuwe pensioenuitvoerder nodig is voor de pensioenopbouw van ouderdomspensioen en risicodekking partner- en wezenpensioen. Via het lidmaatschap van de NWBP vallen de werkgevers onder de pensioen cao. Vanaf 1 januari 2017 zijn wij dus niet meer de uitvoerder van de pensioenregeling! Het bestuur heeft op basis van hetgeen hiervoor geschetst op 21 april 2016 een voorwaardelijk besluit tot liquidatie genomen. In het traject voorafgaande aan dit voorwaardelijke besluit heeft het Verantwoordingsorgaan meerdere keren met het bestuur vergaderd. Ook het Verantwoordingsorgaan is van mening dat het voorwaardelijke besluit tot liquidatie het meeste tegemoet komt aan de belangen van de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden en heeft dan ook een positief advies uitgebracht aangaande de liquidatie. Op het moment dat De Nederlandsche Bank (DNB) geen bezwaar maakt tegen dit voorwaardelijke besluit, zal het pensioenfonds in haar naam ook de toevoeging in liquidatie krijgen. De communicatie naar (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers wordt daarmee aangepast. Het bestuurlijke jaar 2016 zal verder in het teken staan van het voorbereiden van een collectieve waardeoverdracht en de bijbehorende liquidatie. De liquidatie zal naar het huidige inzicht in 2017 plaatsvinden. Het streven is om een collectieve waardeoverdracht te laten plaatsvinden per 31 december 2016 naar Aegon. Hierdoor zijn de aanwezige pensioenaanspraken gegarandeerd. 2.4 Goed Pensioenfondsbestuur Bestuursmodel Het pensioenfonds wordt bestuurd door middel van een paritair bestuursmodel. De bestuurssamenstelling bestaat uit vertegenwoordigers van de werkgevers- en de werknemersverenigingen, en een vertegenwoordiging van pensioengerechtigden. De verdeling tussen de zetels namens de actieve deelnemers en de pensioengerechtigden is afhankelijk van de onderlinge getalsverhouding. Begin 2015 bestond het bestuur uit 7 leden. In 2015 is het bestuursmodel geëvalueerd omdat DNB slechts tijdelijk goedkeuring heeft gegeven aan een gewogen stemverhouding in het bestuur. Het bestuur heeft naar aanleiding daarvan in april 2015 besloten het bestuursmodel aan te passen waarbij de drie vakbonden voortaan twee vertegenwoordigers voordragen namens de werknemers. Daarnaast komt er aan werknemerszijde vertegenwoordigers namens de pensioengerechtigden. Aan werkgeverszijde heeft geen wijziging plaatsgevonden, waardoor het totaal aantal bestuurders zes is geworden. Ieder bestuurslid in het nieuwe model heeft één stem. Code Pensioenfondsen De Code Pensioenfondsen is wettelijk verankerd. De normen in de Code Pensioenfondsen zijn een aanvulling op wet- en regelgeving. De normen in de Code Pensioenfondsen zijn weliswaar leidend, maar de Code Pensioenfondsen laat ruimte voor de eigen verantwoordelijkheid van het pensioenfondsbestuur. De pensioenfondsen mogen de Code Pensioenfondsen daarom naleven volgens het pas-toe-of-leg-uit -beginsel. Afwijken van de norm is dus mogelijk, als daar een goede reden voor is. Het bestuur wil echter zoveel als mogelijk de Code volgen. Uit een inventarisatie is gebleken dat het pensioenfonds voor het merendeel al aan de Code voldoet. Onderstaand een opsomming waaraan nog niet (volledig) wordt voldaan: In code 2 wordt vermeld dat het bestuur heldere afspraken maakt met de sociale partners over de beleidsruimte. In 2015 is de opdrachtaanvaarding i.o.m. sociale partners vastgesteld en is de haalbaarsheidstoets uitgevoerd waarbij sociale partners hebben aangegeven zich te kunnen vinden in de opzet en uitwerking van de haalbaarheidstoets. De beleidsruimte in de huidige herverzekerde situatie is duidelijk bij alle partijen. Het pensioenfonds kent geen noodprocedure zoals vermeld in Code nr.4. Het bestuur kan in spoedeisende situaties via mail en telefoon snel handelen. Besluitvorming buiten de vergadering om is in de statuten opgenomen. De uitvoeringsorganisatie beschikt over een calamiteitenplan. Het bestuur kan in spoedeisende situaties via mail en telefoon snel handelen. Besluitvorming buiten de vergadering om is in de statuten opgenomen. ten aanzien van norm 50 geldt dat het pensioenfonds een opleidingsplan heeft voor bestuursleden. Het programma voor permanente educatie heeft gezien het voorwaardelijke besluit tot liquidatie minder prioriteit gehad en wordt per periode nader geconcretiseerd met de nadruk op kennisuitbreiding ten aanzien van een liquidatietraject. Ten aanzien van norm 59 (ieder bestuurslid heeft stemrecht) is in 2015 gekozen voor aanpassing van het bestuursmodel waardoor nu aan deze norm voldaan wordt. 11

12 Voor wat betreft de normen die betrekking hebben op het onderdeel diversiteit (norm 66, 69 en 71) geldt dat het pensioenfondsbestuur al wel voldoet aan de bepalingen ten aanzien van de verdeling man/vrouw maar nog niet aan de verdeling jonger dan 40 jaar en ouder dan 40 jaar. Het bestuur zal bij een vacature concreet aangeven welk profiel voor de invulling van kracht is. Vanwege de vooruitzichten van het pensioenfonds wordt deze norm als minder urgent beschouwd. Bij benoemingen zal er extra aandacht zijn voor evenwicht tussen mannen, vrouwen, ouderen en jongeren. Visitatiecommissie Het interne toezicht heeft betrekking op het kritisch bezien van het functioneren van het bestuur van het pensioenfonds door deskundigen. Het bestuur heeft voor de inrichting van het interne toezicht gekozen voor een Visitatiecommissie. Deze commissie bestaat uit drie onafhankelijke leden die door het bestuur worden benoemd. Eind 2014 heeft een volledige visitatieronde plaatsgevonden, welke in april 2015 met het bestuur is besproken. De aanbevelingen zijn vastgelegd in de actielijst van het bestuur en zijn in 2015 opgevolgd. Gezien het voorwaardelijke besluit tot liquidatie en de prioriteitstellingen die daarmee gepaard gaan, is er in de periode voorafgaand aan het vaststellen van het jaarverslag 2015 nog geen nieuwe visitatie uitgevoerd. Deze is gepland voor het tweede halfjaar van Verantwoordingsorgaan Het Verantwoordingsorgaan beoordeelt het door het bestuur gevoerde beleid en de gemaakte beleidskeuzes, met als uitgangspunt de vraag of het bestuur op een evenwichtige wijze met de belangen van alle belanghebbenden rekening heeft gehouden. Het Verantwoordingsorgaan betrekt daar het oordeel van het intern toezicht bij en legt zijn oordeel ten minste één maal per jaar schriftelijk vast. Dit oordeel wordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, opgenomen in het jaarverslag waar het oordeel betrekking op heeft. In sub paragraaf is het verslag van het Verantwoordingsorgaan en de reactie van bestuur op het oordeel van het Verantwoordingsorgaan opgenomen Verslag van het Verantwoordingsorgaan We beginnen dit verslag met de verheugende mededeling dat de vacatures binnen het verantwoordingsorgaan eind 2015 zijn ingevuld en wij heten de nieuwe VO-leden van harte welkom. Er zijn in het verslagjaar diverse vergaderingen gehouden met de sociale partners om de mogelijkheden en de toekomstbestendigheid van ons pensioenfonds te onderzoeken. De sociale partners gaan over de pensioenregeling als onderdeel van het arbeidsvoorwaardenbeleid. Het bestuur van het fonds voert deze regeling vervolgens uit. Als er dus aanpassingen moeten worden gedaan aan de pensioenregeling dan moeten de sociale partners dat doen en moet het bestuur kijken of die ook uitvoerbaar zijn en dus is nauw en goed overleg een vereiste. Vanuit het bestuur is er vorig jaar een commissie gevormd die onderzoekt wat we in 2017 moeten als het herverzekeringscontract met Aegon afloopt. Met de huidige rentestand is een nieuw herverzekeringscontract niet meer te betalen. Deze commissie heeft voorstellen gedaan en die zijn en worden met de sociale partners besproken. In november 2015 zou er goedkeuring van de sociale partners moeten komen om deze voorstellen verder uit te werken en zo samen met hen te komen tot een nieuwe pensioenregeling. In januari 2016 was deze er nog niet. De kans dat de sociale partners gaan voor een lagere premie bij een ander fonds en niet voor een goed pensioen met kans op indexatie, wordt dan ook steeds groter. In mei 2016 hebben de sociale partners besloten om de pensioen regeling vanaf 1 januari 2017 onder te brengen bij pensioenfonds PGB. Het bestuur van ons pensioenfonds heeft na overleg met het verantwoordingsorgaan het voorwaardelijke besluit genomen om het pensioenfonds KRI in 2017 te liquideren en de collectieve waardeoverdracht in gang te zetten. Het verantwoordingsorgaan heeft tijdens een gezamenlijke vergadering met het bestuur gesproken over de keuzes die het bestuur dit jaar heeft genomen t.a.v. het beleid, de bestuursvorm, het voortbestaan van ons fonds en het pensioencontract van het fonds aan de hand van het verslag van de jaarcommissie. Het doorgronden van alle processen zodat er een gefundeerd oordeel kan worden gegeven over alle onderdelen van het door het bestuur gevoerde beleid is dit jaar, net als vorig jaar, gedaan in de jaarcommissie waar het verantwoordingsorgaan deel van uit maakt. De vragen die deze commissie had zijn door de accountant, de actuaris en de administrateur beantwoord en in het verslag verwerkt. Deze hadden te maken met het zichtbaar maken van de kosten, de nieuwe richtlijnen in het nftk, de nieuwe eisen van DNB t.a.v. het risico management en het liquidatie traject en de gevolgen voor onze deelnemers. 12

13 Het verantwoordingsorgaan heeft een extra vergadering met het bestuur gehad in de vorm van een themadag om het risico profiel van het fonds door te nemen en te kijken welke maatregelen er reeds zijn genomen, welke er nog moeten worden genomen en welke risico s niet van toepassing zijn omdat we een volledig herverzekerd fonds zijn. Tevens werd er een extra themadag ingelast om over een mogelijke liquidatie te praten en tevens om ons te informeren over het plan van aanpak en later nog een extra vergadering met het bestuur waarin het voorwaardelijke besluit tot liquidatie en het voorwaardelijke besluit tot collectieve waardeoverdracht ook daadwerkelijk is genomen. Reactie bestuur Het bestuur waardeert de actieve rol die het verantwoordingsorgaan aan de dag legt ten zeerste. Wij zijn verheugd met de betrokkenheid die hierin wordt getoond. Het verantwoordingsorgaan is een goed klankbord geweest voor ons in de voorbereiding naar het ingrijpende voorwaardelijke besluit tot liquidatie. Wij hebben er alle vertrouwen in dat de verdere samenwerking met het verantwoordingsorgaan een positieve bijdrage zal leveren in het liquidatietraject. Het bestuur wil het verantwoordingsorgaan dan ook hartelijk danken voor haar inzet. 2.5 Vergoedingsregeling De vergoedingsregeling is in 2015 niet aangepast. Voor bestuursleden geldt een vaste vergoeding die is gebaseerd op de aanbevelingen van de van de Pensioenfederatie. Dit resulteert in een vergoeding voor een bestuurslid van op jaarbasis en voor de werkgevers- en werknemersvoorzitters een vergoeding van o.b.v. een tijdsbeslag van 1 respectievelijk 1,5 dag per week. De vergoeding wordt uitbetaald aan de voordragende partijen dan wel aan de betrokken bestuursleden zelf. De leden van het Verantwoordingsorgaan ontvangen vacatiegeld voor het deelnemen aan overleg vergaderingen met het bestuur en de vergaderingen van het Verantwoordingsorgaan zelf. De hoogte van de vergoedingen voor het Verantwoordingsorgaan is conform de SER-vergoedingen aan leden van de raad, het dagelijks bestuur en commissies. De vergoeding wordt uitbetaald aan de voordragende partijen dan wel aan de betrokken leden zelf. De gemaakte noodzakelijke onkosten worden vergoed op declaratiebasis. De gedeclareerde kosten hebben voornamelijk betrekking op gemaakte reiskosten (kilometervergoedingen en reiskosten openbaar vervoer). 2.6 Toezicht van DNB en AFM Geen sancties, dwangsommen of boetes In 2015 zijn, evenals in voorgaande jaren, aan het pensioenfonds geen dwangsommen of boetes opgelegd. Er zijn door DNB geen aanwijzingen aan het pensioenfonds gegeven, noch is een bewindvoerder aangesteld of is bevoegdheidsuitoefening van organen van het pensioenfonds gebonden aan toestemming van DNB. BPF Kunststof- en Rubberindustrie voert geen nevenactiviteiten uit en heeft ook geen nevenactiviteiten ondergebracht in een aparte rechtspersoon. Het pensioenfonds heeft twee toezichthouders. De AFM voor het gedragstoezicht en DNB voor het prudentiële toezicht. AFM Voor wat betreft het gedragstoezicht toezicht is in 2015 geen contact met de AFM geweest. DNB Met DNB is in 2015 fondsspecifiek schriftelijk contact geweest over: de herziene keuze van het bestuursmodel en de daarmee samenhangende statutenwijziging; De ABTN die is ingediend met de wijzigingen als gevolg van het nftk; Onderzoek naar exitbepalingen inzake het garantiecontract. Alle onderwerpen zijn inmiddels naar tevredenheid van zowel het bestuur als DNB afgewikkeld. 13

14 De pensioensector heeft in januari 2015 een brief van DNB ontvangen inzake de wijzigingen in de pensioenwet en aan welke wettelijke vereisten het pensioenfonds als gevolg daarvan moet voldoen. De belangrijkste wijzigingen die in deze sectorbrief zijn beschreven, zijn: vaststelling van de (beleids)dekkingsgraad, het vereist eigen vermogen en een eventueel tekort per 1 januari 2015; herstelplan; aanpassing van de financiële opzet vastgelegd in de ABTN; wijzigingen met betrekking tor het beleggingsbeleid; haalbaarheidstoets. De hierboven genoemde punten zijn voor zover van toepassing verwerkt in het beleid van het pensioenfonds. Buiten de hierboven genoemde onderwerpen is er geen contact met DNB geweest. 2.7 Geschiktheidsbeleid Een goed bestuur dient niet alleen over kennis te beschikken, maar dient ook in staat te zijn om met die kennis te werken. Een bestuurslid dient geschikt te zijn, wat in ieder geval blijkt uit opleiding, werkervaring en competenties en de toepassing daarvan. Een bestuurslid laat professioneel gedrag zien en moet in staat zijn de voor het besturen van een pensioenfonds relevante onderwerpen te analyseren, daarover besluiten te nemen, de besluiten te evalueren en zo nodig bij te sturen. Extra eisen worden gesteld aan de bestuursleden die aanspreekpunt zijn voor een bepaald aan hen toegewezen aandachtsgebied van het pensioenfonds en/of lid zijn van een bestuurscommissie. Het bestuur als collectief dient over voldoende diepgaande kennis en inzicht te beschikken op de verschillende geschiktheidsgebieden die van belang zijn voor een geschikt pensioenfondsbestuur. Ook dienen het bestuur als geheel en de bestuursleden individueel over bepaalde competenties te beschikken en de toepassing daarvan te laten zien door professioneel gedrag. Integriteit speelt hierbij een sleutelrol, maar ook tijdsbeslag, kennis van het pensioenfonds en aandacht voor eigen gedrag en groepsdynamische processen zijn van belang. Het bestuur beschikt als geheel over het geschiktheidsniveau A en waar het bestuur dat zelf nodig acht over geschiktheidsniveau B. Een nieuw bestuurslid moet bij zijn/haar benoeming al beschikken over geschiktheidsniveau A. Het pensioenfonds heeft een garantiecontract met Aegon waarbij de risico s voor langleven, overlijden en arbeidsongeschiktheid afgedekt zijn. De beleggingen maken onderdeel uit van de herverzekeringsovereenkomst. Het bestuur heeft geen invloed op het tactische beleggingsbeleid. De mate van complexiteit van besturen is hierdoor sterk gereduceerd. Dit houdt in dat een aanwezige geschiktheid op niveau A voor alle bestuurders in beginsel voldoende basis is voor het adequaat besturen van het pensioenfonds. Zittende bestuursleden dienen hun geschiktheid en vaardigheden op peil te houden en waar nodig verder te ontwikkelen. Het bestuur is verantwoordelijk voor het aanwezig hebben in het bestuur van voldoende individuele geschiktheid en competenties én voor de collectieve geschiktheid en vaardigheden. Gevolgde opleidingen en seminars in 2015 Aan de hand van de ontwikkelplannen is gedurende 2015 onder meer gerichte aandacht gegeven aan: themadagen met uitwerking van risicomanagement en vermogensbeheerthema s; bijwonen van relevante seminars, studiedagen, informatiesessies en webinars; individuele pensioenopleidingen/ masterclasses. Beoogde activiteiten 2016 Naar aanleiding van de vastgestelde geschiktheidsmatrix wordt in 2016 nadere invulling gegeven aan het ontwikkelplan met als uitgangspunt dat bestuurders in hun aandachtsgebied doorgroeien naar niveau B. De thema s integrale risicobeheersing en het liquideren van een pensioenfonds zullen in themasessies extra belicht worden. 2.8 Gedragscodes Het pensioenfonds beschikt over een gedragscode. Het doel van de gedragscode is het bijdragen aan het transparant en integer handelen van bestuurders ten behoeve van al degenen die bij het pensioenfonds 14

15 belang hebben en tot het waarborgen van de goede naam en reputatie van het pensioenfonds als marktpartij. De gedragscode bevat onder meer regels over hoe een bestuurslid moet omgaan met vertrouwelijke informatie, voorwetenschap, relatiegeschenken en het vervullen van nevenfuncties bij andere ondernemingen en instellingen. De Compliance Officer voert het toezicht uit op de naleving van de op grond van de gedragscode geldende bepalingen. De verklaringen over 2015 zijn in februari 2016 verspreid onder de bestuursleden en de leden van het Verantwoordingsorgaan. Alle bestuursleden en leden van het Verantwoordingsorgaan hebben de gedragscode nageleefd en opgave gedaan van alle nevenfuncties. De nevenfuncties van de bestuursleden zijn opgenomen in bijlage 2. Er zijn over 2015 geen overtredingen van de gedragscode geconstateerd. Tijdens het in 2015 gehouden Assessment Integriteitsrisico s heeft het bestuur vastgesteld dat er geen enkele invloed op het beleggingsbeleid kan worden uitgeoefend. Bestuurders staan op dusdanige afstand van de uitvoering van zowel het vermogensbeheer als de pensioenadministratie, dat zij geen direct zicht op transacties hebben of deze kunnen beïnvloeden. Alles overziend heeft het bestuur besloten om gedurende de periode dat er sprake is van een verzekeringsconstructie, geen insiders te benoemen. 2.9 Klachten- en geschillenprocedure Het pensioenfonds heeft een klachten- en geschillenregeling opgesteld. Klachten kunnen worden ingediend bij de administrateur van het pensioenfonds en geschillen kunnen worden ingediend bij het bestuur van het pensioenfonds. Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen klachten en geschillen. Klachten gaan over het gedrag van mensen (bestuur of uitvoering), die belast zijn met de uitvoering van de pensioenregeling. De wijze van bejegening kan onvrede geven en daarover kan worden geklaagd. Geschillen gaan over de interpretatie van regelingen en afspraken. Een deelnemer kan het niet eens zijn met een besluit van het bestuur en kan het bestuur proberen te overtuigen om een ander besluit te nemen. In het betreffende reglement is zowel een klachtenregeling als een geschillenregeling opgenomen. Het bestuur heeft besloten dat iedere klacht zal worden geagendeerd voor een bestuursvergadering. In het verslagjaar is één deelnemersklacht ontvangen. Deze klacht zal in 2016 worden behandeld in het bestuur. De klachten- en geschillenregeling is gepubliceerd op de website van het pensioenfonds Statutenwijzigingen De statuten van het pensioenfonds zijn in 2015 tweemaal aangepast: 1. De wijziging van het bestuursmodel naar 6 leden en het vervallen van de stemverhouding. 2. Een aanpassing bij de leden van het Verantwoordingsorgaan zodat nu ook leden namens een geleding benoemd kunnen worden. 15

16 3 Beleid en financiële positie in Beleid Het bestuur heeft beleid ontwikkeld op het gebied van beleggingen, premie en toeslagen om de risico s en de financiële positie van het pensioenfonds te beheersen. Bij het maken van beleidskeuzes worden de belangen van alle belanghebbenden evenwichtig afgewogen. Het beleid moet worden uitgevoerd binnen de kaders van de pensioenregeling. Dit beleid staat omschreven in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) Beleggingsbeleid Het pensioenfonds belegt in een drietal beleggingsfondsen, het Strategic Allocation Fund Equity, het Strategic Allocation Fund Fixed Income en het Strategic Allocation Fund Fixed Income LDO. De verdeling over de beleggingsfondsen leidt tot de verdeling 65% vastrentende waarden en 35% zakelijke waarden. Verder wordt het renterisico, zijnde het verschil in duration tussen de beleggingen en de pensioenverplichtingen voor 40% afgedekt. Met een diversificatie van het aantal beleggingscategorieën wordt getracht met een gelijk risico een hoger rendement te behalen. Naast staatsobligaties en aandelen wordt onder meer belegd in bedrijfsobligaties, vastgoed, hypotheken en grondstoffen. Het mixfonds is gericht op een optimale strategische allocatie gemeten naar risico (ten opzichte van de verplichtingen) en rendement. Het beleggingsproces is gericht op waarde toevoeging door middel van een actief beleid over en binnen de beleggingscategorieën, landen, sectoren, individuele bedrijven en door het innemen van duration- en yieldcurve posities bij obligaties. In het SAF beleggingsfonds wordt gebruik gemaakt van derivaten. Als hoofdregel geldt dat derivaten uitsluitend worden gebruikt voor zover dit passend is binnen het algemene beleggingsbeleid van het fonds. De portefeuillestructuur en het risicoprofiel, inclusief de economische effecten van derivaten, bevinden zich binnen de door de vermogensbeheerder met het bestuur besproken grenzen (limieten). Het gebruik van derivaten is beperkt tot het gedekt kopen van put-opties, het gedekt schrijven van call-opties, het (eventuele) gebruik van swaps en het aanen verkopen van futures. Strategische beleggingsmix per 31 december 2015 Beleggingscategorie Mandaat Strategisch Strategic Allocation Fund Equity 35,00% Strategic Allocation Fund Fixed Income 25,60% Strategic Allocation Fund Fixed Income LDO 39,40% Liquiditeiten 0,0% Totaal 100,0% 16

17 Overzicht portefeuille per 31 december 2015 (in de beleggingsfondsen van Aegon) Beleggingscategorie Weging Staatsobligaties Aegon Core Eurozone Government Bond Index Fund 8,15% Bedrijfsobligaties Aegon European credit Fund 24,13% Hypotheken Aegon Hypotheken fonds 11,92% Asset Backed Securities Aegon ABS Fund 7,32% High Yield Aegon European High Yield Pool 2,01% High Yield Aegon North America High Yield Pool 3,22% Emerging Market Debt Aegon Emerging Market Debt Fund (EUR) 1,98% Tactical Interest Rate Overlay Aegon Tactical interest Rate Overlay 0,69% Aandelen Aegon World Equity Fund (EUR) 18,79% Vastgoed Aegon Vastgoed Fund International 5,08% Grondstoffen Aegon Global Commodity Fund (EUR) 1,76% Hedge Funds Aegon Absolute Return Pool (EUR) 4,25% Private Equity Aegon Private Equity Pool 4,71% GTAA Aegon Global TAA+ Pool 1,07% GTAA Aegon AA+ Pool 0,11% Liquiditeiten Aegon -0,52% Totaal excl. LDO 94,80% Long Duration Overlay Aegon Long Duration Overlay 5,20% Totaal 100,0% Premiebeleid Feitelijke premie Een bij het pensioenfonds aangesloten werkgever is voor elke bij hem in dienst zijnde deelnemer jaarlijks een doorsneepremie aan het pensioenfonds verschuldigd die door het bestuur wordt vastgesteld. De doorsneepremie per 1 januari 2014 voor werkgevers die voor 2014 zijn toegetreden is vastgesteld op 25,0%. Werkgevers die op of na 1 januari 2014 zijn toegetreden zijn een kostendekkende premie ter grootte van 23,2% verschuldigd. Over heel 2015 is sprake van een minimaal kostendekkende premie. De aangesloten werkgever kan jaarlijks op de deelnemer een bijdrage verhalen die met de deelnemer zal worden verrekend in evenveel termijnen als waarin het salaris aan de deelnemer wordt betaald. De bijdrage door de deelnemer is per jaar maximaal gelijk aan 40% van de door de werkgever voor de deelnemer verschuldigde premie. In 2015 bedraagt de feitelijke premie duizend (in 2014: duizend). Hierbij dient te worden opgemerkt dat in de genoemde bijdrage geen rekening is gehouden met de in het boekjaar ontvangen bijdrage met betrekking tot de inkoop van pensioenrechten uit hoofde van de Overgangsmaatregel VPL. Kostendekkende premie op basis van het verzekeringscontract Gezien het met de verzekeraar gesloten garantiecontract beschouwt het bestuur de som van de volgende componenten als kostendekkende premie: de kosten van de jaarlijkse pensioeninkoop op de grondslagen van het verzekeringscontract; een opslag voor garantiekosten die worden bepaald aan de hand van de garantiekosten die betaald worden door het pensioenfonds aan Aegon op basis van de Technische Voorziening (VPV) voor nieuw opgebouwde aanspraken; een opslag voor solvabiliteit (vanwege de garantieovereenkomst met Aegon is deze opslag voor het pensioenfonds 1%); het totaal van de pensioenuitvoeringskosten. De hoogte van de aldus becijferde kostendekkende premie op basis van het verzekeringscontract bedraagt voor duizend (2014: duizend). Dit is inclusief pensioenuitvoeringskosten en garantiekostenvergoeding van het nieuwe contract. 17

18 De feitelijke premie van het pensioenfonds is in 2015 voldoende om deze kosten te financieren. De DNB heeft aangeven dat het een herverzekerd pensioenfonds is toegestaan om de premie die met de herverzekeraar is overeengekomen, te beschouwen als het onderdeel van de kostendekkende premie dat actuarieel nodig is in verband met de aangroei van verplichtingen. Het bestuur van het pensioenfonds heeft hierop besloten om de definitie van de kostendekkende premie aan te passen. Naar aanleiding van dit besluit is vanaf 2012 geen kostendekkende premie op basis van marktwaarde meer bepaald. In de aan de herverzekeraars af te dragen premies, stortingskoopsommen en koopsommen zijn opslagen opgenomen voor medeverzekering van premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid, excasso-, administratieen mutatiekosten. De betreffende premies en (stortings)koopsommen zijn opgenomen in de post Mutatie voorziening voor pensioenverplichtingen Toeslagbeleid De pensioenregeling kent een voorwaardelijk toeslagbeleid voor alle deelnemers. Het bestuur beslist jaarlijks in hoeverre er toeslagen kunnen worden verleend op ingegane, premievrije en opgebouwde pensioenrechten. Het pensioenfonds zal hierbij de consumentenprijsindex, de financiële positie van het pensioenfonds en de vrije reserve betrekken. De toeslag is afhankelijk van de reële dekkingsraad. Op basis van het door het pensioenfonds gehanteerde toeslagkader is er in 2015 sprake van toeslagcategorie D1 uit de toeslagmatrix. Onder reële dekkingsgraad wordt verstaan de verhouding tussen de bezittingen en verplichtingen van het pensioenfonds, waarbij de verplichtingen worden berekend alsof de toekomstige toeslagen (uitgaande van een 100%- ambitie) volledig gefinancierd zijn en onderdeel uitmaken van die verplichtingen. Onder vrije reserve wordt verstaan de middelen waarover het pensioenfonds vrij kan beschikken indien de nominale dekkingsgraad van het pensioenfonds hoger is dan 105%. Onder nominale dekkingsgraad wordt verstaan de conform wet- en regelgeving vastgestelde en als zodanig in het jaarverslag vastgelegde dekkingsgraad. Toeslag per 1 juli 2015 Het bestuur heeft per 1 juli 2015 een toeslag verleend. Alle opgebouwde pensioenaanspraken en rechten zijn per 1 juli 2015 met 0,1% verhoogd. Het toeslagbeleid is strikt voorwaardelijk en laat zich volgens de toeslagmatrix kwalificeren als categorie D1. De over de afgelopen 5 jaren toegekende toeslagen aan de actieve deelnemers en aan de gewezen en gepensioneerde deelnemers per 1 juli is als volgt: Toegekende toeslag Actief en voortzetters Toegekende toeslag Gewezen en ingegaan 0,10% 0,00% 0,68% 0,00% 1,00% 0,10% 0,00% 1,80% 1,80% 1,00% Beoogde toeslag 1,05% 1,56% 2,45% 2,30% 2,61% Toeslag 2016 Het bestuur heeft besloten in 2016 na vaststelling van het jaarverslag te besluiten of er per 1 juli 2016 een toeslag verleend kan worden aan de actieve, gewezen en gepensioneerde deelnemers. 3.2 Uitvoeringskosten In navolging van de publicatie Kosten pensioenfondsen verdienen meer aandacht van de Autoriteit Financiële Markten op 12 april 2011 heeft de Pensioenfederatie op 10 november de notitie Aanbevelingen uitvoeringskosten 2011 gepubliceerd. 18

19 In deze publicatie benoemt de Pensioenfederatie de verschillende uitvoeringskosten en worden aanbevelingen gedaan hoe over deze kosten gecommuniceerd kan worden richting de verschillende stakeholders. De pensioenfederatie heeft in de notitie een onderscheid gemaakt tussen pensioenbeheerkosten, vermogensbeheerkosten en transactiekosten. Totale uitvoeringskosten In onderstaande tabel zijn de totale uitvoeringskosten weergegeven: Pensioenbeheerkosten (in euro per deelnemer (actieven en gepensioneerden)) Pensioenbeheerkosten (in euro per deelnemer (actieven, gepensioneerden en gewezen deelnemers)) Vermogensbeheerkosten (als percentage van het gemiddeld belegd vermogen) 0,36% 0,38% 0,39% Transactiekosten (als percentage van het gemiddeld belegd vermogen) 0,02% 0,03% 0,02% De pensioenbeheerkosten per deelnemer zijn met 6,6% afgenomen. De pensioenbeheerkosten bestaan uit de integrale kosten voor pensioenbeheer inclusief de in het depotverslag opgenomen administratiekostenvergoeding. In 2015 bedragen de totale pensioenuitvoeringskosten 944 duizend (2014: duizend). Dat is een daling van 8,8%. Het aantal deelnemers (actieven, gepensioneerden en gewezen deelnemers) is in 2015 gedaald van deelnemers naar deelnemers. Het aantal actieve deelnemers en gepensioneerden is in 2015 gedaald van deelnemers naar deelnemers (2,2% daling). De pensioenbeheerkosten per deelnemer worden berekend door de totale kosten te delen door het aantal actieven en gepensioneerden. De daling van 6,6% in kosten per deelnemer worden dan ook veroorzaakt door een daling van de absolute kosten van 8,8% en een daling van 2,2% van de deelnemers, waardoor de kosten over minder deelnemers berekend worden, wat dus leidt tot een stijging per deelnemer van 2,2%. De vermogensbeheerkosten bedragen in duizend (2014: 993 duizend). De kosten vermogensbeheer worden gerapporteerd als percentage van het gemiddeld belegd vermogen en bedraagt 0,36% (2014: 0,38%). Bij de transactiekosten zijn de betaalde in- en uitstapvergoedingen van de beleggingsfondsen verantwoord. Transactiekosten van beleggingstitels binnen de beleggingsfondsen zijn niet meegenomen, omdat deze niet betrouwbaar kunnen worden vastgesteld. Deze transactiekosten bedragen in duizend (2014: 74 duizend). In 2015 bedraagt het gemiddeld belegd vermogen 310,8 miljoen (2014: 262,6 miljoen). De transactiekosten worden gerapporteerd als een percentage van het gemiddeld belegd vermogen en bedraagt 0,02% (2014: 0,03%). 19

20 3.3 Risicomanagement Het bestuur heeft in 2015 veel aandacht besteed aan risicomanagement. Op 12 februari 2015 heeft het bestuur een dag besteed aan dit onderwerp. Op deze dag zijn alle risico s beoordeeld en is per risico de kans en impact bepaald om het bruto risico te kunnen bepalen. Op basis daarvan heeft het bestuur op 15 april 2015 haar bestuursvergadering gewijd aan het nader analyseren van deze bruto risico s en de beheersing daarvan. Met behulp van deze analyse is het netto risico bepaald. Dit heeft in belangrijke mate bijgedragen aan een verdere verbetering van het risicomanagementsysteem. Het pensioenfonds is volledig herverzekerd. Dat betekent dat een aantal risico s ook niet voor rekening van het pensioenfonds komen of in zekere mate bij de herverzekeraar liggen. Het bestuur hecht veel waarde aan beheersing van de risico s en is ook van mening dat in het kader van de integrale verantwoordelijkheid alle risico s in redelijke mate gemitigeerd moeten worden. Om die reden acht het bestuur het niet raadzaam om prioritering te geven aan de beschreven risico s. Verder geldt dat de risico s zich in 2015 niet in onbeheersbare zin hebben voorgedaan. A. Financiële risico's: 1. Matching-/renterisico Risico items Beheersing door Rente Valuta Volatile premie en waarde bezittingen Mismatch bezittingen en verplichtingen/dekkingsgraad Beleggingsrisico's door valutabewegingen 20 Om dit risico te beheersen worden de beleggingen afgestemd op de rentegevoeligheid van de verplichtingen. Dit is gedaan door toevoeging van het Long Duration Overlay Fund (LDO) aan het Strategic Allocation Fund. Met het LDO wordt de looptijd van het vastrentende deel van de beleggingsportefeuille tot 15 jaar verlengd om het zo meer af te stemmen op de verplichtingen van het pensioenfonds. Het fonds is beperkt gevoelig voor het renterisico voor wat betreft de voorziening pensioenverplichtingen als gevolg van het afgesloten garantiecontract. Het bestuur onderkent echter wel dat dit een risico voor de premiestelling is, doordat de ontwikkeling van de rente van invloed is op de hoogte van de op de herverzekeringspremie van toepassing zijnde correctiefactor. Deze is in 2013 voor de periode vastgeklikt op de rente van nov Binnen de categorie vastrentende waarden wordt het valutarisico naar de euro volledig weggenomen (afgedekt met valutatermijncontracten naar de euro). Voor zakelijke waarden wordt dit risico niet afgedekt. Beleggingen zijn derhalve onderdeel van het herverzekeringscontract, waardoor het risico is afgedekt. Inflatie Toeslagverlening Toeslagen worden verleend vanuit vrij vermogen. Het bestuur van het pensioenfonds heeft de ambitie toeslagen op de pensioenen te verlenen. Het risico bestaat dat de meeropbrengsten uit beleggingen en de daarmee samenhangende ontwikkeling van de dekkingsgraad niet toereikend zijn om invulling te kunnen geven aan het

21 21 beoogde toeslagbeleid. Overigens heeft het toeslagbeleid een strikt voorwaardelijk karakter en is met een continuïteitsanalyse en consistentietoets berekend wat de slaagkans van de toeslagambitie is. Naar de mening van het bestuur is daardoor het financiële risico voor het pensioenfonds nagenoeg nihil. 2. Marktrisico Het risico als gevolg van het blootstaan aan wijzigingen in marktprijzen van verhandelbare financiële instrumenten. Bestaat uit: Prijsvolatiliteit Marktliquiditeit Concentratierisico en Correlatie van de beleggingsportefeuille De vaststelling van het strategische beleid Is de beleggingsportefeuille voldoende 'doorzichtig'? Is er (voldoende) afstemming over portefeuille invulling? Is het maximale risico gedefinieerd en vindt monitoring plaats? Door spreiding binnen de portefeuille (diversificatie) wordt het prijsrisico gedempt. Dit risico wordt beheerst door in het strategische en tactische beleggingsbeleid voldoende ruimte aan te houden voor liquiditeitsposities. Daarnaast kunnen de beleggingen binnen een maand liquide worden gemaakt. Het concentratierisico is onderzocht in de ALM-studie, waarbij beleggingscategorieën met elkaar worden gecombineerd om tot een strategische beleggingsmix te komen. Om de concentratierisico s te beheersen, is de beleggingsportefeuille van het pensioenfonds in hoge mate gediversifieerd. Aan de hand van een ALM-studie heeft het fonds het strategisch beleid vastgesteld. Het strategisch beleid wordt niet zonder nieuwe ALM-studie aangepast. In het jaarverslag is een hoofdstuk opgenomen over de beleggingen. Naar mening van het bestuur is dit op een doorzichte manier weergegeven. Het bestuur heeft de verantwoordelijkheid voor het tactische en operationele beleggingsbeleid gedelegeerd aan de vermogensbeheerder middels een beleggingsmandaat. De vermogensbeheerder is binnen de door het bestuur geformuleerde randvoorwaarden zoals zijn vastgelegd in het beleggingsmandaat - vrij in de wijze van belegging en herbelegging. Het bestuur controleert als eindverantwoordelijke periodiek het door de vermogensbeheerders uitgevoerde beleid en ontvangt daartoe de adequate rapportages. De beleggingen zijn onderdeel van de herverzekering, het beleggingsrisico ligt daarom primair bij de herverzekeraar. Risicoreductie vindt plaats door middel van spreiding over de verschillende beleggingscategorieën en op waardetoevoeging door middel van een actief beleid over en binnen

22 beleggingscategorieën, landen, sectoren, individuele bedrijven en door het innemen van duration- en yieldcurve posities bij obligaties. Er vindt monitoring plaats door de vermogensbeheerder GTAA: wie neemt de besluiten, wat is de timehorizon, hoe zit de rebalancing? Zijn de investment fees / kostenstructuur transparant? Worden de juiste benchmarks gehanteerd? De vermogensbeheerder neemt alle besluiten over het tactische beleggingsbeleuid, alles binnen het door het bestuur geaccordeerde beleggingsmandaat. De fees en kosten zijn opgenomen in enerzijds de overeenkomst met Aegon en anderzijnds in de factsheets van de onderliggende fondsen. Het bestuur heeft geen invloed op de transactiekosten binnen de beleggingsfondssen. Alle benchmarks zijn opgenomen in de factsheets en in het door het bestuur geaccordeerde mandaat. 3. Kredietrisico's Het risico dat een tegenpartij contractuele of andere overeengekomen verplichtingen niet nakomt. Beheersing van het kredietrisico vindt plaats door een goede selectie van tegenpartijen, het stellen van limieten aan tegenpartijen en het waar mogelijk vragen van extra zekerheden zoals onderpand. Het bestuur heeft gezien de solvabiliteit van Aegon Levensverzekering N.V. (hetgeen onder meer is vertaald in de bevestiging van de rating door Standard en Poor s) besloten om geen kredietafslag te bepalen op de vordering op de herverzekeraar ultimo boekjaar. Debiteurenrisico wordt gemanaged door streng incassobeleid met maandelijks beheer door de uitvoeringsorganisatie en rapportage per kwartaal aan het bestuur. 4. Verzekerings-technische risico's Sterfte Arbeidsongeschiktheid Het risico dat uitkeringen niet gefinancierd kunnen worden vanuit premieen/of beleggingsinkomsten als gevolg van onjuiste en/of onvolledige technische aannames en grondslagen bij de ontwikkeling en premiestelling van de pensioenovereenkomst. Bestaat uit: - langlevenrisico gepensioneerden / slapers Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door het garantiecontract (herverzekering) - langlevenrisico actieven Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door het garantiecontract (herverzekering) - kortlevenrisico actieven Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door het garantiecontract (met herverzekering sterfterisico). - Arbeidsongeschiktheidsrisico actieven Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door de herverzekering van het AO risico. 22

23 B. Niet financiële risico's: 6. Omgevingsrisico's Werkgever zegt overeenkomst op Een vertrek van een aangesloten werkgever kan druk leggen op het evenwicht tussen de bijdragen van werkgevers en werknemers enerzijds en de te betalen premies en uitvoeringskosten anderzijds. Bij een substantiële daling van de bijdragen nemen de uitvoeringskosten namelijk niet naar rato daarvan af. Beheersing vindt plaats door het sluiten van 5-jarige aansluitingsovereenkomsten. Nieuwe pensioenregeling De pensioenregeling is in 2014 (pensioenleeftijd) en in 2015 (opbouwpercentage) aangepast. De kans bestaat dat ook in de toekomst de pensioenregeling zal (moeten) worden aangepast. Veranderende rol toezichthouder AFM/DNB (richtlijnen en controles) Reputatierisico (vertrouwen stakeholders) Dit risico wordt binnen de huidige opzet van het pensioenfonds beheersbaar geacht, mede gezien het feit dat het bestuur wordt bijgestaan door een actuarieel en beleggingsadviseur, alsmede op financieel gebied door een extern accountant. Wel zal het bestuur extra aandacht besteden aan de benodigde geschiktheid van de bestuurders. Mede in dit kader is er ook een geschiktheidsplan opgesteld. De beheersing van dit risico geschiedt vanuit het fonds door een goede governance, een transparante communicatie en een goede pensioenuitvoering. Ook van belang is een goede afsteming met sociale partners over de inhoud van de regeling en de premie die hiervoor benodigd is. De afgesloten 3-jarige CAO heeft dit risico positief beïnvloed. 7. Uitbestedingsrisico's Kwaliteit dienstverlening Het uitbestedingsrisico wordt gemitigeerd door de afspraken (kwaliteitseisen) in de uitbestedingsovereenkomst en de daaraan verbonden Service Level Agreement (SLA). Monitoring van de uitvoering door het bestuur vindt plaats op basis van de periodieke rapportages van Aegon en TKP over de uitgevoerde werkzaamheden. Tevens ontvangt het pensioenfonds van TKP en Aegon ISAE 3402 type II-rapportages. Deze rapportages geven inzicht in de wijze van beheersing van de operationele risico s en geven aan of de uitvoerders in control zijn. Continuiteit en solvabiliteit tegenpartij Het bestuur acht de continuïteit en solvabiliteit van Aegon en dat van de dochteronderdeneming TKP Pensioen als stabiel. Er zijn hiervoor daarom verder geen beheersmaatregelen getroffen. 23

24 Exit-bepaling en afhankelijkheid Flexibiliteit wijzigingen/uitvoeringen IT-omgeving (stategie, beheersbaarheid, continuiteit en beveiliging) Kosten Aegon en TKP hebben geen exitbepaling en het huidige contract met Aegon en TKP loopt door tot het einde van Ondanks dat het pensioenfonds afhankelijk is van de uitvoerders, loopt het pensioenfonds op dit moment nagenoeg geen risico. De ervaring van het bestuur is dat de uitvoerende organisaties zich flexibel opstellen bij wijzigingen die in de uitvoering doorgevoerd moeten worden. Het bestuur acht dit risico daarom als 'in control'. De pensioenuitvoerder heeft op dit gebied beheersmaatregelen getroffen die ook opgenomen zijn in de ISAE rapportage en de In Control Statements. Voor de korte termijn is als beheersmaatregel een structurele maandelijkse monitoring van de uitvoeringskosten ingevoerd. 8. Integriteitsrisico Taakbeschrijving Binnen het bestuurs is er een taakverdeling afgesproken o.b.v. de verdeling van aandachtsgebieden. Deze zijn vastgelegd in het geschiktheidsplan. Met TKP en Aegon zijn daarnaast duidelijke afspraken gemaakt welke zijn vastgelegd in de uitbestedingsovereenkomst en de daaraan verbonden Service Level Agreement. Transparantie tussen bestuur en stakeholders Het bestuur heeft zich voorgenomen de communicatie te verbeteren. Integriteit en gedrag personeel tegenpartij Benadeling derden Voorwetenschap 24 De organisatie waaraan het fonds werkzaamheden heeft uitbesteed moet beschikken over een gedragscode, die ten minste gelijkwaardig is aan die van het fonds. Het bestuur van het fonds heeft dit gecontroleerd. De door het fonds ingeschakelde vermogensbeheerder en/of eventuele beleggingsadviseur dienen bij voorkeur te handelen op basis van een gedragscode die ten minste gelijkwaardig is aan de volledige modelgedragscode van de Pensioenfederatie. Net als bijna ieder ander fonds heeft het fonds de administratie en het vermogensbeheer uitbesteed. Hierdoor is er een integriteitsrisico, maar het bestuur acht de kans hierop klein gezien de gekozen partners. Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard geen vertrouwelijke informatie aan derden te verstrekken tenzij een zorgvuldige uitoefening van zijn functie zulks vereist of hij daartoe wettelijk verplicht is. Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard niet te handelen op basis van voorwetenschap.

25 Witwassen Terrorisme financiering Onoorbaar handelen 9. Juridische risico's Wet- en regelgeving (zorgplicht; FTK, verslaglegging, governance) Aansprakelijkheid (zorgplicht) Managementrisico (juiste besluitvorming) Afdwingbaarheid contracten Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard niet te handelen op basis van voorwetenschap. Het fonds voert het beleggingsbeleid uit conform het op de website van Aegon gepubliceerde Beleid Verantwoord Beleggen van Aegon Nederland. Dit beleid past binnen het advies van de Pensioenfederatie. Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard dat hij zich onder alle omstandigheden zal gedragen volgens de hoogste normen van de bedrijfsethiek. Waar nodig wordt externe expertise ingekocht. Complianceprogram en juiste en volledige fondsreglementen. Er zijn geen producten met beleggingsvrijheid voor de deelnemer, deze kant van de zorgplicht is dus niet van toepassing. Communicatie over indexatie en premie zijn van groot belang. Het bestuur heeft een geschiktheidsbeleid met de doelstelling dat op ieder geschiktheidsgebeid voldoende geschiktheid binnen het bestuur aanwezig is. De invulling dient nog verdere uitwerking te krijgen. Het risico dat de verplichting van derden, of van het fonds jegens derden voortvloeiend uit contracten, niet of onvoldoende kunnen worden afgedwongen wordt wel aanwezig geacht maar wordt niet gezien als een zorg. Daarnaast is de risicohouding van het fonds onderwerp van discussie geweest in het bestuur. Met ingang van 1 januari 2015 zijn de Pensioenwet (PW) en het financieel toetsingskader (FTK) gewijzigd. Risicohouding De risicohouding is een belangrijk uitgangspunt voor de vaststelling van de mate waarin het pensioenfonds beleggingsrisico kan en wil nemen (beleggingsbeleid) om de (strategische) doelstellingen van het pensioenfonds te realiseren. Binnen de driehoek ambitie premie risicohouding, worden door het pensioenfonds de afwegingen gemaakt die moeten leiden tot de gewenste uitvoering van de afgesproken pensioenregeling. In Artikel 102a van de PW staat het volgende vermeld: Het bestuur van een pensioenfonds legt doelstellingen en beleidsuitgangspunten, waaronder de risicohouding, van het pensioenfonds vast. De organen van het pensioenfonds gebruiken deze doelstellingen en uitgangspunten bij de toetsing van de opdrachtaanvaarding van de pensioenregelingen en bij de besluitvorming, de verantwoording, de advisering, en het toezicht binnen het pensioenfonds. Volgens het FTK is de risicohouding van het fonds de mate waarin een fonds, na overleg met de vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers en na overleg met organen van het fonds, bereid is 25

26 beleggingsrisico s te lopen om doelstellingen van het fonds te realiseren. De risicohouding voor het fonds voldoet aan de prudent person-regel en komt voor de lange termijn tot uitdrukking in de door het fonds vast te leggen ondergrenzen, die worden getoetst door middel van de (aanvangs)haalbaarheidstoets. De risicohouding dient derhalve door het bestuur te worden vastgesteld en vastgelegd. Het vaststellen van de risicohouding moet na overleg met de sociale partners en organen van het fonds plaatsvinden. De risicohouding dient vóór 1 juli 2015 te zijn vastgesteld. Door middel van de aanvangshaalbaarheidstoets, die vóór 1 oktober 2015 dient te zijn uitgevoerd, wordt getoetst of wordt voldaan aan de gekozen ondergrenzen. Grofweg zijn de volgende procedures gevolgd om als bestuur van het pensioenfonds samen met de sociale partners en overige organen, de risicohouding vast te stellen. 1. Het bestuur van het pensioenfonds en de sociale partners bepalen los van elkaar welke risicohouding gewenst is. Nadat dit door partijen onafhankelijk van elkaar is bepaald wordt gekeken welke overeenkomsten en verschillen er zijn. Hierover vindt discussie plaats, bijvoorbeeld tijdens een studiemiddag. Uitgangspunt is dat aan het einde van de studiemiddag de definitieve risicohouding kan worden gedefinieerd. 2. Het bestuur van het pensioenfonds en de sociale partners beleggen een gezamenlijke studie(mid)dag waarin wordt gediscussieerd over de risicohouding en de verschillende ondergrenzen. Uitgangspunt is dat aan het einde van deze dag de definitieve risicohouding kan worden gedefinieerd. 3. Het bestuur doet een voorstel voor de risicohouding aan de sociale partners. Het bestuur communiceert over de risicohouding van het bestuur en de gevolgen daarvan met de sociale partners. Vervolgens kan de definitieve risicohouding worden bepaald. In de bestuursvergadering van 12 februari 2015 heeft het bestuur van BPF KRI het volgende besloten: Het proces dient zo efficiënt mogelijk te worden ingestoken. Door het bestuur van BPF KRI zal een voorstel aan sociale partners worden gedaan voor de risicohouding. Door de adviserend actuaris van het fonds zal aan het bestuur een voorstel worden gedaan voor de risicohouding inclusief de ondergrenzen. Bij het voorstel voor de risicohouding wordt rekening gehouden met het feit dat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds. Risicohouding Door middel van de aanvangshaalbaarheidstoets dient het volgende te worden getoetst: 1. Dat het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau boven de door het fonds te kiezen ondergrens van het pensioenresultaat blijft. o Bij het vaststellen van de risicohouding dient de ondergrens van het pensioenresultaat te worden gedefinieerd. 2. Dat het premiebeleid over de gehele beleggingshorizon voldoende realistisch en haalbaar is. o Bij het vaststellen van de risicohouding dient het premiebeleid te worden gedefinieerd. 3. Dat het fonds voldoende herstelcapaciteit heeft om naar verwachting vanuit de situatie dat aan de vereisten van het minimaal vereist eigen vermogen wordt voldaan, binnen de looptijd van het herstelplan aan de vereisten van vereist eigen vermogen wordt voldaan. o Omdat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds is het vereist eigen vermogen gelijk aan het minimaal vereist eigen vermogen. 4. Dat het pensioenresultaat op fondsniveau in het slecht weer scenario niet te veel afwijkt van het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau. o Bij het vaststellen van de risicohouding dient een maximale afwijking ten opzichte van de mediaan te worden gedefinieerd. Hetgeen hiervoor staat vermeld wordt getoetst uitgaande van de feitelijke financiële positie van het fonds. De toetsing ten aanzien van de (afwijking) van het pensioenresultaat en van het premiebeleid wordt tevens getoetst vanuit een dekkingsgraad waarbij aan de vereisten van het vereist eigen vermogen wordt voldaan. Verwachte pensioenresultaat (en acceptabele afwijking) Omdat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds, worden de nominale (ingekochte) pensioenaanspraken en -rechten gegarandeerd door de verzekeraar (Aegon). 26

27 Als uitgangspunt voor de risicohouding is aangenomen dat sprake is van een nominale toezegging. Omdat bij BPF KRI sprake is van enige indexatiecapaciteit, zal in de aanvangshaalbaarheidstoets kunnen worden voldaan aan de ondergrens die hoort bij een nominale toezegging. De ondergrens van het pensioenresultaat behorende bij een nominale toezegging is voor BPF KRI door globaal bepaald op 65%. Omdat sprake is van een garantie door Aegon op de ingekochte aanspraken, is er (tenzij er iets met Aegon gebeurt) geen mogelijkheid dat de pensioenaanspraken en -rechten worden gekort. Het is echter wel mogelijk dat de werkelijke prijsinflatie (op basis waarvan het pensioenresultaat wordt berekend) hoger is dan in het basisscenario wordt verondersteld. Een nominale aanspraak in combinatie met een hogere prijsinflatie, zal leiden tot een lager pensioenresultaat. De ondergrens van het pensioenresultaat behorende bij een nominale toezegging is voor BPF KRI in het 5e percentiel slechtste gevallen globaal bepaald op 52%. Premiebeleid voldoende realistisch en haalbaar Als uitgangspunt voor de aanvangshaalbaarheidstoets is het volgende premiebeleid voorgesteld: De feitelijke premie voor 2015 en 2016 is gelijk aan 25% van de pensioengrondslagsom. Vanaf 2017 is de feitelijke premie gelijk aan de kostendekkende premie. Bij het berekenen van de kostendekkende premie wordt hierbij uitgegaan van de herverzekerde situatie. Bij het vaststellen van de kostendekkende premie wordt rekening gehouden met: de marktrente in enig jaar; een opslag in verband met het in stand houden van het minimaal vereist eigen vermogen; een opslag voor garantiekosten; een opslag voor uitvoeringskosten. Bij een lage marktrente zal de kostendekkende premie hoger uitkomen dan de 25% van de pensioengrondslagsom zoals die voor 2015 en voor 2016 geldt. Voldoende herstelcapaciteit Omdat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds is het vereist eigen vermogen gelijk aan het minimaal vereist eigen vermogen. Er wordt derhalve automatisch voldaan aan de vereiste dat sprake is van voldoende herstelcapaciteit. 3.4 Garantiecontract Herverzekering Het pensioenfonds heeft per 1 januari 2012 voor een periode van vijf jaar zijn pensioenregeling herverzekerd bij Aegon Levensverzekering N.V. Het verzekeringstechnische risico is bij deze maatschappij ondergebracht en vastgelegd in een garantieovereenkomst die loopt tot en met 31 december Het contract behelst een volledige herverzekering met een levenslange garantie en is gesloten op marktwaardegrondslagen.. Daarnaast heeft het pensioenfonds een aanvullende regeling met Aegon Levensverzekering N.V. afgesloten die geen onderdeel is van het garantiedepot. Dit betreft de afwikkeling van premievrije aanspraken die in een voorgaande contractperiode tegen een contante rentekorting zijn afgerekend en waarover geen overrente meer afgerekend wordt door Aegon. De herverzekeraar garandeert de tarieven tot en met de einddatum van de overeenkomst en daarna levenslang de op 31 december 2016 gefinancierde pensioenen. Het pensioenfonds deelt in de technische resultaten welke de herverzekeraar behaalt. De herverzekeraar heeft de als tegenwaarde van de pensioenverplichtingen aangehouden beleggingen ondergebracht in een gesepareerd beleggingsdepot. Het pensioenfonds heeft recht op de overrente die met dit gesepareerde beleggingsdepot wordt gerealiseerd. Waardering volledig herverzekerde contracten binnen het FTK Binnen de kaders van het FTK wordt de uitbestedingsovereenkomst van het pensioenfonds gezien als volledige herverzekering om de volgende redenen. 27

28 Wanneer het pensioenfonds na beëindiging van het contract kiest voor premievrije voortzetting van de overeenkomst de herverzekeraar geen betaling van eerder genoemde garantiekosten zal vragen, maar deze zal verrekenen met de gegenereerde overrente. Indien in enig jaar de overrente niet voldoende is om daaruit de kosten geheel te financieren, zal het niet verrekende deel van de kosten doorschuiven naar volgende jaren ter verrekening met toekomstige overrente. Geactiveerde (negatieve) overrente in gesepareerd beleggingsdepot In het bij de herverzekeraar aangehouden gesepareerde beleggingsdepot is sprake van een zogenaamde geactiveerde overrente. Het pensioenfonds kent deling in de in het depot behaalde overrendementen (verschil tussen behaald beleggingsrendement en benodigde intrest); positieve resultaten worden ten gunste van het pensioenfonds in rekening-courant geboekt. Eventuele negatieve rendementen worden niet ten laste van het pensioenfonds gebracht, maar worden in het depot geactiveerd. Momenteel is er sprake van geactiveerde negatieve overrente. Deze zal worden verrekend met eventuele toekomstige positieve rendementen voordat die weer volledig zullen bijdragen aan een stijging van het vrije vermogen van het pensioenfonds. De hoogte van de geactiveerde negatieve overrente van het gesepareerd beleggingsdepot, na bestemming van het resultaat van het depot over 2015, bedraagt ultimo boekjaar negatief (ultimo 2014: negatief ). De stijging van de negatieve overrente wordt met name veroorzaakt door de garantiekosten van Daarnaast is ultimo 2015 in het depot sprake van een saldo uit hoofde van vrij vermogen van (ultimo 2014: ). In dit saldo is de rendementsbijschrijving over het boekjaar reeds opgenomen. Bij de bepaling van de depotdekkingsgraad worden het vrije vermogen en de geactiveerde overrente gesaldeerd en afgezet tegen de voorziening pensioenverplichtingen. De depotdekkingsgraad bedraagt 88,4% (2014: 89,6%), op basis van de volgende opstelling: Vrij vermogen incl. geactiveerde Technische voorzieningen volgens grondslagen Dekkingsgraad negatieve overrente gesepareerd beleggingsdepot van het depot negatief ,4% In de met de herverzekeraar afgesloten verzekeringsovereenkomst is bepaald dat, indien het pensioenfonds de overeenkomst niet verlengt en de op de einddatum van de overeenkomst opgebouwde aanspraken achterlaat bij de verzekeraar, de op dat moment aanwezige negatieve overrente volledig ten laste van de verzekeraar zal komen. Indien bij het niet verlengen van de overeenkomst de opgebouwde aanspraken worden overgedragen naar een andere uitvoerder, zal de negatieve overrente worden verrekend met de overdrachtswaarde. 3.5 Financiële positie Algemeen Een maatstaf om de financiële positie van een pensioenfonds te bepalen is de dekkingsgraad. De dekkingsgraad is de procentuele verhouding tussen de bezittingen, verlaagd met overige schulden en de voorziening pensioenverplichtingen. De dekkingsgraad geeft aan in hoeverre op lange termijn de pensioenverplichtingen kunnen worden nagekomen. De verslagleggingregels voor herverzekeringscontracten uit hoofde van RJ 610 zijn toegepast. Volgens deze verslagleggingsregels staan de beleggingen niet separaat op de balans van het pensioenfonds. Tegenover de verplichtingen op de passivazijde van de balans staan op de activazijde de vorderingen op de herverzekeraar. Door deze wijze van presenteren worden die risico s welke het pensioenfonds loopt inzichtelijk gemaakt; door het gelijkstellen van de vordering op de herverzekeraar aan de verplichting van het pensioenfonds (en de beleggingen feitelijk niet op de balans zichtbaar te maken) ontstaat de situatie dat het beleggingsrisico niet tot uitdrukking komt in de jaarcijfers van het pensioenfonds. Dit sluit aan op de gedachte achter het met de herverzekeraar afgesloten garantiecontract. Het pensioenfonds ontvangt jaarlijks haar aandeel in de behaalde positieve overrente. Indien de overrente in enig jaar negatief is, zal deze niet met het pensioenfonds worden verrekend, maar binnen het depot worden geactiveerd en verrekend met toekomstige positieve overrente. Wanneer in enig jaar het beleggingsresultaat negatief is, vertaalt dit zich in een onttrekking aan de vrije reserve van het pensioenfonds. Deze vrije reserve betreft een overschot aan middelen welke het pensioenfonds in het gesepareerd beleggingsdepot aanhoudt. Aangezien tegenover deze middelen geen voorziening wordt aangehouden, betreffen dit feitelijk vrije middelen van het pensioenfonds; een eventueel 28

29 negatief beleggingsrendement in enig jaar zal dan ook (voor het respectievelijke deel) aan de vrije reserve worden onttrokken. Een eventueel negatief rendement dat wordt behaald over de middelen die ter dekking van de pensioenverplichtingen worden aangehouden, zal niet direct bij het pensioenfonds in rekening worden gebracht, maar worden verrekend met toekomstige positieve resultaten. Voor het beleid is een aantal vermogensposities van belang. De volgende grenzen worden onderscheiden. Minimaal vereist eigen vermogen: het minimaal vereist eigen vermogen is de ondergrens van het vereist eigen vermogen. Indien het pensioenfonds niet over het minimaal vereist vermogen beschikt, is sprake van een dekkingstekort. Pensioenfondsen die hun risico s bij een verzekeraar hebben verzekerd mogen het kredietrisico op die verzekeraar buiten beschouwing laten bij de berekening van het (minimaal) vereist eigen vermogen. In 2015 is de dekkingsgraad behorend bij het minimaal vereist eigen vermogen 101,0% van de voorziening pensioenverplichtingen (2014: 101,0%). Vereist eigen vermogen: het vereist eigen vermogen is het vermogen dat nodig is om te bewerkstelligen dat met een zekerheid van 97,5% wordt voorkomen dat binnen een jaar het eigen vermogen na één jaar negatief wordt. Indien het pensioenfonds niet over het vereist eigen vermogen beschikt, is sprake van een reservetekort. Pensioenfondsen die hun risico s bij een verzekeraar hebben verzekerd mogen het kredietrisico op die verzekeraar buiten beschouwing laten bij de berekening van het (minimaal) vereist eigen vermogen. Ultimo 2015 bedraagt de dekkingsgraad behorend bij het vereist eigen vermogen eveneens 101,0% (2014: 101,0%). Ontwikkeling dekkingsgraad De ontwikkeling van de dekkingsgraad van het pensioenfonds gedurende het jaar wordt hieronder weergegeven. Daarbij is per factor het procentuele effect op de dekkingsgraad bepaald. (in %) Dekkingsgraad 1 januari 105,6% 105,5% Premie 0,1% 0,1% Uitkering 0,1% 0,1% Toeslagverlening 0,0% 0,0% Beleggingsrendementen (exclusief renteafdekking) 0,0% 0,0% Renteafdekking 0,0% 0,0% Wijzigingen in de rentetermijnstructuur voorziening pensioenverplichtingen 0,0% -/- 1,0% Wijziging Ultimate Forward Rate voorziening pensioenverplichtingen -/- 0,4% 0,0% Aanpassing levensverwachting 0,0% 0,0% Overige oorzaken 0,2% 0,9% Dekkingsgraad 31 december 105,6% 105,6% Financiële positie De dekkingsgraad kan wijzigen door diverse factoren, zoals de ontwikkeling van het beleggingsresultaat, verzekeringstechnische ontwikkelingen en de ontwikkeling van de marktrente. Met ingang van 2015 wordt de beleidsdekkingsgraad bepaald aan de hand van het gemiddelde van de dekkingsgraden over de laatste vier kwartalen. Ultimo 2015 betreft de beleidsdekkingsgraad 105,4%. Dit is hoger dan de dekkingsgraad behorend bij het (minimaal) vereist eigen vermogen van 101,0%. De vermogenspositie van het pensioenfonds kan daarom worden gekarakteriseerd als toereikend. 29

30 4 Beleggingen 4.1 Algemeen De hoofddoelstelling van het beleggingsbeleid is het op lange termijn realiseren van een zo hoog mogelijk rendement uitgaande van het strategische beleggingsbeleid bij een acceptabel risico, rekening houdend met de verplichtingenstructuur van het pensioenfonds. Hoewel het rendement op de portefeuille een hoge prioriteit heeft, staan een enigszins defensief karakter van het beleggingsbeleid en een voorzichtige afweging van risico en rendement voorop. Om de doelstelling te realiseren voert het pensioenfonds een actieve beleggingsstijl. Dit wil zeggen dat zal worden getracht op basis van marktvisie van de vermogensbeheerder een hoger rendement te behalen dan de gekozen benchmark. Dit alles binnen de randvoorwaarden van een aanvaardbaar risico. Teneinde de beoogde pensioenuitkeringen op korte en lange termijn veilig te stellen wenst het bestuur de toevertrouwde middelen op een verantwoorde en solide wijze te beleggen. Het pensioenfonds belegt vanuit de prudent person gedachte. Daarbij moeten de beleggingen voldoen aan kwalitatieve beginselen van veiligheid, kwaliteit en spreiding van risico s. Het pensioenfonds hanteert hierbij de volgende uitgangspunten: een zorgvuldige selectie van de vermogensbeheerder die strikt binnen het afgegeven mandaat dient te opereren en frequent verantwoording aflegt aan het bestuur; een breed gespreide beleggingsportefeuille met grotendeels defensief karakter die is afgestemd op de verplichtingen; er wordt niet rechtstreeks in derivaten belegd. Een aantal beleggingsfondsen maakt gebruik van derivaten. er worden door de vermogensbeheerder geen achtergestelde leningen aangegaan en ook geen leningen met een looptijd langer dan 1 jaar; alle beleggingen kunnen binnen 1 maand liquide worden gemaakt; de vermogensbeheerder sluit aan bij principes maatschappelijk verantwoord beleggen via de Code of Conduct. Met betrekking tot het vrije vermogen acht het bestuur het concentratierisico dat voortvloeit uit het aanhouden van het vrije vermogen bij dezelfde vermogensbeheerder relatief gering. Bij het inschakelen van een extra partij zou het pensioenfonds zich geconfronteerd zien met extra beheerskosten en bovendien zou dit extra overleg vergen die voor het bestuur ten koste zou gaan van beleidsvorming. Voor de uitvoering van het beleggingsbeleid wordt op zeer beperkte wijze gebruik gemaakt van derivaten. Als hoofdregel geldt dat derivaten uitsluitend worden gebruikt voor zover dit passend is binnen het algemene beleggingsbeleid van het fonds waarin wordt deelgenomen. Het bestuur is verantwoordelijk voor de nadere invulling alsmede de uitvoering van het strategisch beleggingsbeleid. Hieronder wordt verstaan de vaststelling van het doel en de stijl van het beleggingsbeleid, de strategische beleggingsportefeuille en bandbreedtes, de benchmarks en de selectie en aanstelling van de vermogensbeheerder(s). Het bestuur heeft de verantwoordelijkheid voor het tactische en operationele beleggingsbeleid gedelegeerd aan de vermogensbeheerder middels een beleggingsmandaat. De vermogensbeheerder is binnen de door het bestuur geformuleerde randvoorwaarden zoals zijn vastgelegd in het beleggingsmandaat - vrij in de wijze van belegging en herbelegging. Het bestuur controleert als eindverantwoordelijke periodiek het door de vermogensbeheerders uitgevoerde beleid en ontvangt daartoe de adequate rapportages. Risicoreductie vindt plaats door middel van spreiding over de verschillende beleggingscategorieën en op waardetoevoeging door middel van een actief beleid over en binnen beleggingscategorieën, landen, sectoren, individuele bedrijven en door het innemen van duration- en yieldcurve posities bij obligaties. 30

31 4.2 Resultaten beleggingsportefeuille De samenstelling van de beleggingsportefeuille per ultimo 2015 is weergegeven in de onderstaande tabel. Minimum (%) Mandaat Strategisch (%) Maximum (%) Beleggingscategorie Marktwaarde (x 1,000) Portefeuille Feitelijk (%) 0,00 17,46 100,00 Strategic Allocation Fund Fixed Income ,01 0,00 47,54 100,00 Strategic Allocation Fund Fixed Income LDO ,72 0,00 35,00 100,00 Strategic Allocation Fund Equity ,51-5, ,00 Liquiditeiten , Totaal Het totale beleggingsrendement inclusief kosten en LDO in 2015 bedroeg 0,0%. Het totale beleggingsresultaat exclusief LDO kwam uit op 0,65%, terwijl de benchmark een rendement behaalde van 0,43%. Daarmee heeft het pensioenfonds in 2015 een outperformance van circa 0,22% behaald. Toelichting portefeuille Het Strategic Allocation Fund Equity beleggingsbeleid is gericht op risicoreductie door middel van spreiding over en binnen verschillende beleggingscategorieën. Het beleggingsproces is tevens gericht op waarde toevoeging door middel van het door de vermogensbeheerder te voeren beleid. Het pensioenfonds belegt, direct of indirect, hoofdzakelijk in zakelijke waarden, daarbij streeft het naar een optimaal risico-rendement profiel door te beleggen in verschillende goed gespreide beleggingscategorieën. Het Strategic Allocation Fund Fixed Income hanteert eenzelfde beleggingsbeleid, alleen belegt dit pensioenfonds, direct of indirect, hoofdzakelijk in vastrentende waarden. Het Strategic Allocation Fund Fixed Income Long Duration beleggingsbeleid is gericht op risicoreductie door middel van spreiding over en binnen verschillende beleggingscategorieën. Het beleggingsproces is tevens gericht op waarde toevoeging door middel van het door de beheerder te voeren beleid. Het pensioenfonds belegt, direct of indirect, hoofdzakelijk in vastrentende waarden waarbij de duration wordt verlengd middels derivaten. Het pensioenfonds streeft naar een verlenging van de duration van de vastrentende waarden in het pensioenfonds met 20 jaar. De beheerder mag nieuwe beleggingscategorieën toevoegen indien deze waarde toevoegen en/of het risico reduceren. Het pensioenfonds streeft naar een optimaal risico-rendement profiel door te beleggen in verschillende goed gespreide beleggingscategorieën. Het renterisico wordt begrensd door het verschil in de dollar duration tussen de beleggingen en de verplichtingen voor 40% te dichten. Dit vindt plaats met behulp van een belegging in het Aegon Long Duration Overlay (LDO). Algemeen overzicht was een bewogen economisch jaar. Het jaar werd gedomineerd door centrale banken, maar ook de oorzaken en gevolgen van de sterk gedaalde grondstoffenprijzen stuurde financiële markten. In het begin van het jaar besloten Zwitserse centrale Bank het plafond voor de Zwitserse frank af te schaffen. De Zwitserse frank apprecieerde sterk hierdoor. Kort erop besloot de Europese centrale Bank om een QE programma te implementeren. De ECB maakte zich zorgen over de lage inflatie. Het economische herstel in Europa zette door. Met name enkele landen in de periferie presteerden erg goed. De hervormingen die waren geïmplementeerd, de lagere wisselkoers en de lage grondstoffenprijzen ondersteunen het herstel. Een uitzondering was Griekenland. Hier verzetten de regering zich tegen het Europese programma. In de zomer leek het even of Griekenland de eurozone zou verlaten. Een referendum over het hulppakket resulteerde in een nee stem. Desondanks besloot de Griekse regering om in de eurozone te blijven en de voorwaarden van de geldschieters te accepteren. De kosten voor een exit bleken te groot. In de VS gaat het economisch goed. De werkloosheid daalde verder en de groei bleef robuust. Het hele jaar werd gespeculeerd op een renteverhoging door de centrale Bank. Uiteindelijk kwam deze pas in december. De Fed maakte zich zorgen over de economie in opkomende landen. Door de aanstaande renteverhoging en door de dalende grondstofprijzen kwamen enkele opkomende landen in de problemen. Brazilië gaat bijvoorbeeld door een diepe recessie. De omstandigheden in China zijn echter het meest bepalend voor de wereld economie. China heeft heel veel schulden opgebouwd in de afgelopen 31

32 jaren. De vraag is of deze houdbaar zijn. Dit jaar bleek dat de economie langzamer groeit dan de afgelopen jaren. Daarnaast besloot de Chinese regering om het wisselkoersmechanisme aan te passen. Financiële markten interpreteerden dit als een zeer negatief signaal. Het is namelijk onduidelijk of ze dit doen om een sterke economische teruggang te voorkomen. Daarnaast zal een lagere wisselkoers minder groei en minder inflatie betekenen in de rest van de wereld. 4.3 Maatschappelijk verantwoord beleggen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie heeft zijn beleggingen uitbesteed aan Aegon Asset Management. Het pensioenfonds hanteert in het kader van verantwoord beleggen een aantal uitgangspunten. Het pensioenfonds wenst uiteraard niet mee te werken aan een beleggingstransactie die bijvoorbeeld op grond van het internationale recht, verboden is. Voorts onthoudt het pensioenfonds zich van een belegging: indien daardoor strafbare of moreel verwerpelijke gedragingen worden bevorderd; indien de belegging - zo zij zou worden verricht - in onmiddellijk verband staat met een schending van mensenrechten of fundamentele vrijheden. Deze dienen in het beleggingsbeleid tot uitdrukking te komen. Het pensioenfonds voert het beleggingsbeleid uit conform het op de website van Aegon gepubliceerde Beleid Verantwoord Beleggen van Aegon Nederland. Dit beleid past binnen het advies van de Pensioenfederatie. Als het gaat om productie, ontwikkeling en verhandelen van controversiële wapens, zoals clustermunitie en landmijnen, dan geldt er een algeheel investeringsverbod. Met behulp van de uitgebreide analyseresultaten van een gespecialiseerd extern bureau waarover we de beschikking hebben, stellen we een uitsluitingslijst op van bedrijven die hierin actief zijn. In deze bedrijven mag niet worden belegd, ook niet voor zogenaamde passieve indexbeleggingen. Alle beleggingsportefeuilles worden periodiek gecontroleerd op de naleving van dit uitsluitingsbeleid. Aegon voldoet hiermee aan de Nederlandse wetgeving die het verbiedt om directe steun te verlenen aan ondernemingen die clustermunitie produceren, verkopen of distribueren. Een andere categorie beleggingen waarvoor een investeringsverbod geldt zijn staatsobligaties, en overige leningen van lagere overheden, van landen die stelselmatig de mensenrechten schenden. Leidend hiervoor zijn veroordelingen van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en sancties van de Europese Unie. Een uitsluitingslijst met alle bedrijven en landen die worden uitgesloten wordt gepubliceerd op Als het gaat om de gedragingen van ondernemingen dan moet er voldaan worden aan internationaal geaccepteerde verdragen, in het bijzonder de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, Rio Declaration on Environment and Development, United Nations Convention against Corruption, UN Global Compact Principles, International Labour Organization s Declaration of Fundamental Principles and Right at Work en OECD Guidelines for Multinational Enterprises. Of de bedrijven waarin we investeren voldoen aan deze normen monitoren we periodiek. Met bedrijven die niet voldoen willen we een dialoog voeren om deze bedrijven tot ander gedrag te bewegen, dit wordt engagement genoemd. Als deze dialoog na veelvuldige en herhaalde pogingen niet tot voldoende resultaat leidt, dan gaat Aegon Asset Management alsnog over tot uitsluiting van het bedrijf. Naast uitsluiting en dialoog is een volgend belangrijk onderdeel van verantwoord beleggen de integratie van milieu-, sociale of maatschappelijke-, en bestuurlijke criteria (ESG in het Engels) direct in de investeringsbeslissingen en -analyse. Welke factoren bij deze zogeheten ESG-integratie relevant zijn verschilt per sector en type belegging. Via het gespecialiseerde externe bureau hebben de analisten en portefeuillemanagers wereldwijd de beschikking over beoordelingen van vrijwel alle bedrijven en sectoren op deze ESG factoren. Deze beoordeling vormt een integraal onderdeel van het totale investeringsproces. Sinds kort worden ook eisen gesteld aan de ESG beoordeling van landen buiten de Europese Unie. Bovenstaande uitgangpunten voor verantwoord beleggen zijn integraal van toepassing op het beleggingsbeleid. Slecht in uitzonderlijke situaties kan het, vanwege praktische bezwaren, voorkomen dat niet alle uitsluitingen overal kunnen worden toegepast. Dit is bijvoorbeeld het geval bij financiële instrumenten op een index en bij deelname en een gemengd fonds van een externe manager. Voor externe managers geldt dat in de due diligence onderzoeken aandacht besteed wordt aan milieu-, maatschappelijke- en bestuurlijke factoren en worden deze externe managers gevraagd verantwoording af te leggen over hun beleggingsbeleid. Indien zij keuzes maken die niet in lijn liggen met de uitgangspunten voor verantwoord beleggen, dan wordt met de betreffende partijen in gesprek gegaan. 32

33 4.4 Beleggingsvooruitzichten De arbeidsmarkt in de VS is bijna volledig hersteld: de werkloosheid is nu lager dan het historisch gemiddelde. Het gevolg is dat de Amerikaanse centrale bank langzaam de rente gaat verhogen en dat de groei langzaam lager zal worden. Dit zal zorgen voor volatiliteit in wisselkoersen en obligatiemarkten. We verwachten dat de inflatie toe zal nemen door een hogere loondruk en doordat de daling van energieprijzen uit de inflatiecijfers valt. Het ruime monetaire beleid in Europa heeft geholpen om een nieuwe crisis te voorkomen. De effecten hiervan nemen echter af. Het herstel in Europa zal daarom steeds meer afhangen van politieke keuzes. Onder andere in Spanje en Portugal is het risico groot dat hervormingen worden teruggedraaid. Europa blijft hierdoor erg kwetsbaar voor een verslechtering van het economische klimaat. Door de positieve effecten van de lagere energieprijzen en de verbeterende arbeidsmarkt verwachten we in 2016 nog een redelijke groei. De situatie in China is complexer. Staatsbedrijven zijn in de afgelopen jaren veel schulden aangegaan. Nu hebben ze moeite om deze schulden te voldoen. Mede hierdoor vertraagt de groei. Daar staat tegenover dat de Chinese staat de economie nog steeds controleert, waardoor ze de flexibiliteit hebben om uit deze schulden te groeien. We verwachten dat de groei geleidelijk blijft afnemen. Aandelen De waarderingen van aandelen liggen gemiddeld op vergelijkbaar niveau als voor de financiële crisis. Aandelen zijn daarmee niet goedkoop, maar gezien de winstvooruitzichten en marktrentes zijn ze nog steeds redelijk geprijsd. Voor Europa is een aantal van de recente ontwikkelingen in eerste instantie gunstig. Lagere grondstofprijzen, vooral die van olie, betekenen een positieve impuls voor de koopkracht. De rente is laag en daarnaast is de verzwakking van de euro ten opzichte van de dollar een duwtje in de rug. Daartegenover staat dat de lagere grondstofprijzen de winst van olieproducenten en mijnbouwbedrijven sterk onder druk zetten, waardoor zij hun investeringen terugschroeven. Ook de toeleveranciers van deze sectoren lijden daar onder. Ook dit jaar zullen de ogen van veel beleggers gericht zijn op de ontwikkelingen in China. Voor het land worden niet meer de hoge groeicijfers uit het verleden verwacht, maar met zo n 6% verwachte groei zal China nog steeds beter presteren dan veel geïndustrialiseerde landen. Geopolitieke risico s waar beleggers rekening mee moeten houden zijn onder andere de conflicten in het Midden-Oosten en coalitieonderhandelingen in Spanje die economische hervormingen kunnen vertragen of ongedaan maken. Daarnaast zal het Verenigd Koninkrijk per referendum beslissen over zijn toekomst in de Europese Unie. Het vooruitzicht voor Noord-Amerikaanse aandelen is neutraal. De waardering en winstmarges aan de hoge kant zijn, maar is er op korte termijn geen reden tot zorg aangezien de economie sterke cijfers laat zien. De Amerikaanse centrale bank heeft aangegeven de rente ook komend jaar te verhogen. Dit kan het opwaarts potentieel sterk beperken. De verwachting is dat het huidige, gematigde groeiprofiel van de wereldeconomie voorlopig aanhoudt, zowel voor ontwikkelde markten als de meeste grote ontwikkelingslanden zoals China, Brazilië, Turkije en Rusland. Dalende grondstofprijzen in combinatie met zwakke groei zorgt wereldwijd voor lage(re) inflatie en rentestanden. Overheden en centrale bankiers hebben verschillende maatregelen doorgevoerd om de economie in de regio te stimuleren, vooralsnog met weinig succes. Zolang deze stimuleringsmaatregelen niet leiden tot een aanzienlijke groei versnelling, is de verwachting dat aandelenmarkten in een zij- tot neerwaarts consolidatiepatroon zullen blijven handelen. Het belangrijkste risico voor de Aziatische aandelenmarkten is de verdere appreciatie van de US dollar, waardoor liquiditeit in de regio afneemt. Hierdoor komen balansen van banken verder onder druk te staan en kunnen veel bedrijven steeds moeilijker aan hun verplichtingen voldoen. Hierdoor neemt het aantal slechte leningen bij banken toe. Een ander groot risico is verdere afzwakking van de Chinese groei, waardoor de gehele regio in een recessie terecht zou kunnen komen. Tenslotte vormen de toegenomen geopolitieke spanningen in het Midden-Oosten en in de Aziatische regio een bedreiging voor economische groei en de financiële markten. Vastrentende waarden De economische groei en de inflatie in de eurozone zullen voor lange tijd laag blijven. Voor de rente betekent dit dat er beperkte opwaartse druk is, ondanks de lage huidige renteniveaus. De ECB heeft vanwege deze groei- en inflatieontwikkelingen begin december 2015 aangekondigd om de periode waarin staatsobligaties opgekocht worden te verlengen, alsook de deposito rente verder te verlagen tot -0,3%. De officiële rente bleef voorlopig wel ongewijzigd op 0,05%. Bij aanhoudend lage inflatie verwachten wij aanvullende maatregelen van de ECB. Vanuit monetair beleid voorzien wij een aanhoudende neerwaartse druk op de rente. Andere redenen voor een blijvend lage rente zijn regelgeving en de vereisten voor onderpand voor derivaten die beiden de vraag naar staatsobligaties stimuleren. 33

34 De rendementen van bedrijfsobligaties over 2016 zullen relatief laag uitvallen. Dit is met name ingegeven door de zeer lage rente-omgeving waarin de markten zich begeven. Daarnaast kan de stijgende rente in de Verenigde Staten uiteindelijk opwaartse druk gaan uitoefenen op de Europese rentes. Voor High Yield obligaties zijn onze verwachtingen optimistisch met een kanttekening. De Europese economie trekt aan en dat is altijd positief voor bedrijven met meer schulden, aangezien dit ze de mogelijkheid biedt om hun kasstroom te verbeteren en schulden af te bouwen. Hiermee samenhangend wordtj voor 2016 een vrij laag aantal faillissementen verwacht, met name in Europa, hetgeen goed is voor het rendement op High Yield obligaties wordt een moeilijk jaar voor Emerging Market Debt, ondanks dat veel opkomende landen nog acceptabele economische ontwikkelingen zullen doormaken. Allereerst is de verwachting dat de Amerikaanse centrale bank de rente in de VS verder gedurende het jaar zal verhogen. Momenteel gaat de markt uit van drie verhogingen, maar als het herstel van de Amerikaanse economie doorzet, kunnen dat er ook meer zijn. De dollar zou bovendien nog sterker kunnen worden, wat opkomende landen met veel schuld in US dollars kwetsbaar zou maken. Grondstoffen De verwachtingen zijn neutraal. De wereldwijde economische groei lijkt wat aan te trekken. De bezettingsgraden zijn echter nog laag. De grondstoffenmarkt heeft te maken met overaanbod en hoge voorraden. Daarnaast hebben vooral de industriële metalen last van een groeivertraging in China. Aan de andere kant nemen de investeringen snel af, waardoor de toekomstige productiecapaciteit ook sterk afneemt. Eventuele oplopende spanningen in het Midden Oosten of andere geopolitieke spanningen kunnen dan zorgen voor plotselinge prijsstijgingen. Daarnaast kan een versnelling van de economische groei een opwaarts effect hebben op vooral metaal- en energieprijzen. De risico s blijven vooralsnog groot. 34

35 5 Pensioenen 5.1 Pensioenregeling De belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling in 2015 worden hierna toegelicht. Ouderdomspensioen Dit pensioen gaat in op de 67-jarige leeftijd van de deelnemer (de pensioendatum) en wordt uitgekeerd tot zijn/haar overlijden. De aanspraak wordt berekend over de pensioengrondslag: het pensioensalaris vermindert met de franchise. Het tot 1 januari 2014 opgebouwde recht behoudt de pensioenleeftijd 65. Pensioensalaris het maximum pensioensalaris in 2015: Franchise (2015), de franchise is het deel van het salaris waarover geen pensioen wordt opgebouwd. Opbouwpercentage Voor 2015 is de opbouw van ouderdomspensioen vastgesteld op 1,875% van de pensioengrondslag. Partnerpensioen Dit pensioen gaat in bij overlijden van de deelnemer en wordt uitgekeerd tot de (huwelijks)partner overlijdt. Het jaarlijks partnerpensioen is gelijk aan 70% van het ouderdomspensioen dat bij gelijkblijvende pensioengrondslag op de pensioendatum zou zijn bereikt, indien de deelnemer niet voordien zou zijn overleden. Gedurende het deelnemerschap wordt het partnerpensioen toegezegd op risicobasis; dit betekent dat er voor dit pensioen geen waarde wordt opgebouwd en dat de aanspraak op partnerpensioen vervalt op de pensioendatum en bij eerder ontslag. Wezenpensioen Ook het wezenpensioen gaat in bij overlijden van de deelnemer en wordt vervolgens uitgekeerd tot het kind 18 jaar wordt. Voor studerende en arbeidsongeschikte kinderen wordt het wezenpensioen doorbetaald tot uiterlijk de 27ste verjaardag. Voor elk kind is het wezenpensioen gelijk aan 20% van het partnerpensioen (voor volle wezen 40%). Ook het wezenpensioen wordt toegezegd op risicobasis. Toeslagverlening De regeling kent voor zowel de opgebouwde aanspraken van de actieve deelnemers als de al dan niet reeds ingegane pensioenen van de inactieve deelnemers een voorwaardelijke toezegging voor toeslagen. De toeslagen (indexaties) zijn volledig afhankelijk van de daartoe beschikbare middelen van het pensioenfonds. Aanspraken op grond van de pensioenregeling die gold tot 2006 Keuzemogelijkheden De aanspraken op ouderdomspensioen, nabestaandenpensioen en wezenpensioen die een deelnemer eventueel tot 1 januari 2006 bij het pensioenfonds heeft opgebouwd, blijven ongewijzigd gehandhaafd. Deze aanspraken worden meegenomen in de eventuele toeslagverlening op de pensioenen. Ruil ouderdomspensioen voor nabestaandenpensioen Op de pensioendatum of de eerdere ontslagdatum heeft de deelnemer de mogelijkheid om het (vanaf 1 januari 2001) opgebouwde ouderdomspensioen om te zetten in een verlaagd ouderdomspensioen met een bijbehorende aanspraak op partnerpensioen. Vervroegen pensioeningang De deelnemer kan kiezen voor een eerdere ingang van het ouderdomspensioen dan op 65 jaar, maar niet eerder dan op 60 jaar. Variabele pensioenuitkeringen De deelnemer kan de hoogte van de uitkeringen van het ouderdomspensioen variabel laten zijn. Tot (naar keuze van de deelnemer) de 65-jarige of 70- jarige leeftijd wordt dan eerst een hoger pensioen uitgekeerd en daarna lager, in de verhouding van 4:3. 35

36 Premie en deelnemersbijdrage Aanvullende regeling Overgangsmaatregelen Deeltijdpensioen Vanaf 2014 is de mogelijkheid om gedeeltelijk met pensioen te gaan in de regeling opgenomen. In 2015 is de premie voor werkgevers die aangesloten waren voor 1 januari 2014 gehandhaafd op 25%. Werkgevers die na 1 januari 2014 zijn aangesloten zijn de kostendekkende premie ter grootte van 22,8% verschuldigd. De werkgevers kunnen aan de actieve deelnemers een bijdrage vragen die maximaal gelijk is aan 40% van de totale deelnemersbijdrage. Iedere werkgever kan besluiten ook pensioenaanspraken aan zijn werknemers toe te kennen over het pensioensalaris boven het maximum. Voor de pensioenaanspraken volgens de aanvullende regeling gelden dezelfde voorwaarden en uitgangspunten als voor de pensioenaanspraken tot het maximum salaris van (peil 2015). Voor actieve deelnemers die op 31 december 2005 deelnamen aan de prepensioen-/vut-regeling in de bedrijfstak gelden voorwaardelijke overgangsmaatregelen. Deze maatregelen zijn er op gericht om de vroegere prepensioen-/vut-rechten te vertalen naar extra ouderdomspensioen. De overgangsmaatregelen worden volledig door Cao Partijen bepaald. Het extra ouderdomspensioen kan worden benut voor vervroeging van de pensioeningang. Cao Partijen hebben afgesproken dat in 2014 deze extra aanspraken met 22% worden gekort. Door aanpassingen in de rentestand en de sterftetafels, is de waarde van het extra toegekende levenslange ouderdomspensioen in de jaren 2014 tot en met 2016 groter dan destijds beoogd. Met de verlaging van 22% wordt bereikt, dat de deelnemer gemiddeld hetzelfde aantal jaren dezelfde uitkering kan verkrijgen zoals de overgangsregeling in 2006 bedoeld was. In 2016 wordt deze regeling aangepast. Ieder jaar wordt per werkgever aan de hand van een bevroren premiebijdrage bepaald of de VPL rechten kunnen worden toegekend; indien dit niet het geval is moet een kortingspercentage vastgesteld worden. Het kortingspercentage wordt zodanig vastgesteld dat de benodigde koopsom voor de inkoop van de op dat moment nog uitstaande VPL-aanspraken per werkgever gelijk is aan de beschikbare middelen. Deze overgangsmaatregelen worden door de respectievelijke werkgevers gefinancierd buiten de beleggingen van het pensioenfonds. Voor de overgangsmaatregelen worden voor elke afzonderlijke werkgever de jaarlijkse kosten becijferd. De werkgever kan 40% van die kosten doorbelasten aan zijn werknemers. Overzicht premie en grensbedragen over de laatste 4 jaar (bedragen in euro) Premie (% van de pensioengrondslag) 25,0% (wg* tot 25,0% 24% 17,5% tot 1 juli 2014) (wg* tot 2014) 22,8% (wg* na 23,28% 25% na 1 juli 2014) (wg* na 2014) Maximum pensioengevend salaris Franchise *wg= werkgevers 36

37 5.2 Pensioencommunicatie Duidelijke communicatie met de verschillende doelgroepen van het pensioenfonds is voor het bestuur van groot belang. Doelstelling van het pensioenfonds op dit gebied is het zorgdragen voor duidelijke en klantgerichte communicatie met deelnemers, gewezen deelnemers, pensioengerechtigden, werkgevers en prospects Communicatie met deelnemers en pensioengerechtigden Magazine Uw Pensioen Twee keer per jaar komt het magazine Uw Pensioen uit. In 2015 kwam Uw Pensioen in mei en september uit. In het magazine staan de ontwikkelingen van het pensioenfonds, maar wordt er bijvoorbeeld ook aandacht besteed aan life-events, cijfers/data en veel gestelde vragen. Het magazine gaat naar alle actieve deelnemers en gepensioneerden van het pensioenfonds. Brieven met persoonlijke informatie Naast algemene informatie over het pensioenfonds krijgen deelnemers ook per brief persoonlijke informatie. Jaarlijks ontvangen actieve deelnemers bijvoorbeeld het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en procesbrieven. Gepensioneerden ontvangen ieder jaar een uitkeringsspecificatie met toelichting en een partnerpensioenmailing. Daarnaast zijn per 1 juli 2015 de (opgebouwde) pensioenen verhoogd met 0,1%. Actieve deelnemers, slapers en gepensioneerden hebben hierover een brief ontvangen. Ook werkgevers zijn geïnformeerd over de toeslagverlening. Communicatieonderzoek actieve deelnemers en pensioengerechtigden Begin september is er een online communicatieonderzoek onder actieve deelnemers en gepensioneerden van start gegaan over wat deelnemers en gepensioneerden vinden van de informatievoorziening en communicatie vanuit het pensioenfonds. Een steekproef van actieve deelnemers en gepensioneerden is uitgenodigd om deel te nemen. Het onderzoek was volledig anoniem. In totaal hebben 96 deelnemers en 111 gepensioneerden de vragenlijst ingevuld. Rapportcijfers Actieve deelnemers Gepensioneerden Algemeen oordeel pensioenfonds 6,4 7,7 Vertrouwen pensioenfonds 74% 97% Totale communicatie 6,5 7,6 - Persoonlijke brieven 6,7 7,7 - Brochures 6,1 n.v.t. - Magazine Uw Pensioen 6,3 7,5 - Pensioenplanner 6,6 n.v.t. - Website 6,9 7,4 Pensioen Er is druk gewerkt aan de ontwikkeling van het Pensioen De opzet van laag 1 is eind 2015 opgeleverd. Op 8 januari 2016 is deze geïmplementeerd en laag 2 op de website live gezet Communicatie met werkgevers In 2015 zijn vijf digitale nieuwsbrieven voor werkgevers verstuurd: in maart, mei, juli, oktober en december. In deze nieuwsbrieven is, naast aandacht aan de ontwikkelingen, eveneens aandacht voor de uitvoeringszaken. De december editie was een speciale editie, deze was volledig gericht op de rekencijfers, aanlever- en notadata voor Daarnaast is in maart een werkgeversbijeenkomst georganiseerd. Deze bijeenkomst heeft het pensioenfonds samen met NWBP georganiseerd bij TKP Pensioen in Groningen. 37

38 5.2.3 Website In juli is de nieuwe website en Mijn omgeving live gegaan. Vooral de vormgeving en navigatie zijn flink verbeterd. Het deel onder werknemers is eind 2015 vervangen door het Pensioen Naast het reguliere onderhoud van de website, werden er diverse aanpassingen gedaan op de website, documenten toegevoegd en nieuwsberichten geplaatst. Denk hierbij aan de kerncijfers, indexatie, verhoging AOW-leeftijd, aanlever- en notadata Communicatiebeleids- en actieplan Ieder jaar wordt een actieplan gemaakt dat is afgeleid van het beleidsplan. De ambitie voor de communicatie is duidelijk; de deelnemer staat centraal, de werkgever is een belangrijke partner en alle (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers hebben een positief beeld van ons pensioenfonds. Aan deze ambitie zijn in het communicatiejaarplan doelstellingen, een strategie, een middelenmix en een agenda gekoppeld. In de uitwerking van de plannen zal rekening worden gehouden met communicatie rondom de toekomst van het pensioenfonds. 38

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g

J a a r v e r s l a g J a a r v e r s l a g 2 0 1 6 S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e i n l i q u i d a t i e Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g 2 0 1 4

J a a r v e r s l a g 2 0 1 4 J a a r v e r s l a g 2 0 1 4 S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e 1 Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van

Nadere informatie

TRANSPARANTIEDOCUMENT

TRANSPARANTIEDOCUMENT TRANSPARANTIEDOCUMENT Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS) Dit is een uitgave van de Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2016

Verkort jaarverslag 2016 Verkort jaarverslag 2016 Wat waren in 2016 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag. Naast deze bondige versie treft u ook het

Nadere informatie

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016 Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016 1 1: OPENING & AGENDA Opening Notulen deelnemersvergadering 2015 Deelnemersvergadering juli 2016 Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Competentievisie verantwoordingsorgaan. Juli 2014

Competentievisie verantwoordingsorgaan. Juli 2014 Competentievisie verantwoordingsorgaan Juli 2014 Versie 1.0 1 juli 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Competentievisie...3 Hoofdstuk 2 Profiel van het fonds...3 Hoofdstuk 3 Profiel verantwoordingsorgaan...3

Nadere informatie

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Kenmerken Fonds Stichting Pensioenfonds ING (hierna: het Fonds) is op 1 januari

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g 2 0 1 3

J a a r v e r s l a g 2 0 1 3 J a a r v e r s l a g 2 0 1 3 S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers

Nadere informatie

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016 WELKOM Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016 Agenda Opening Nieuws vanuit het bestuur Hoe staat het fonds ervoor? Pensioen: wat is er gewijzigd en wat betekent dat?

Nadere informatie

Deelnemersvergadering. Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017

Deelnemersvergadering. Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017 Deelnemersvergadering Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017 Agenda Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds Verantwoording en jaarverslag 2016: beleggingen en pensioenaanspraken

Nadere informatie

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds PROFIELSCHETS NIET UITVOEREND BESTUURDER Stichting Stichting behoort tot de grootste ondernemingspensioenfondsen van Nederland met een belegd vermogen van bijna 18 miljard euro. Het pensioenfonds voert

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur...

Nadere informatie

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019 Profielschets lid Raad van Toezicht 20 mei 2019 71649 092004 1. INLEIDING Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Kappersbedrijf (hierna: Pensioenfonds Kappers) is het pensioenfonds voor de kappersbranche.

Nadere informatie

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap Governance Algemeen Het bestuur van het fonds streeft als eindverantwoordelijk uitvoerder van de door sociale partners overeengekomen pensioenregeling naar een optimale kwaliteit, zorgvuldigheid en openheid

Nadere informatie

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015 Welkom namens Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK AMSTERDAM, 25 juni 2015 AGENDA 1. Opening en voorstellen leden van het bestuur 2. Mededelingen van de voorzitter 3. Notulen deelnemersvergadering 26

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015 Stand van zaken SVG 1 van 19 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2014 Vooruitblik 2015 Vragen 2 van 19 Pensioenfonds SVG

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur... 3 4. Bestuurssamenstelling...

Nadere informatie

Profiel voor (kandidaat)leden van het Verantwoordingsorgaan PMT

Profiel voor (kandidaat)leden van het Verantwoordingsorgaan PMT Profiel voor (kandidaat)leden van het Verantwoordingsorgaan PMT Profiel van PMT Pensioenfonds Metaal en Techniek (PMT) verzorgt de pensioenregeling voor de bedrijfstak Metaal en Techniek. In totaal zijn

Nadere informatie

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018 Profielschets lid Raad van Toezicht 6 maart 2018 71649 092004 1. INLEIDING In dit document zijn achtereenvolgens de kenmerken van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Kappersbedrijf (Bpf Kappers)

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur... 3

Nadere informatie

Profielschets lid Verantwoordingsorgaan oktober 2016

Profielschets lid Verantwoordingsorgaan oktober 2016 71649 092004 Profielschets lid Verantwoordingsorgaan oktober 2016 postadres postbus 3183 3502 GD Utrecht telefoon (030) 245 39 22 fax (030) 245 35 72 KvK 41178959 1. INLEIDING In dit document zijn achtereenvolgens

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst over voorwaardelijke toeslagverlening en de toekomst van het gesepareerd beleggingsdepot

Informatiebijeenkomst over voorwaardelijke toeslagverlening en de toekomst van het gesepareerd beleggingsdepot Informatiebijeenkomst over voorwaardelijke toeslagverlening en de toekomst van het gesepareerd beleggingsdepot Breda, 4 december 2018 Roel Nass Deze presentatie is uitsluitend bedoeld voor het geven van

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2015

Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 Wat waren in 2015 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2015. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Deelnemersbestand en uitvoeringskosten

Deelnemersbestand en uitvoeringskosten 03 Financiële positie 06 Deelnemersbestand en uitvoeringskosten 05 Het bestuur 07 08 Pensioencommunicatie Kerncijfers 2012 Uit het voorwoord van het bestuur Hoewel de Europese schuldencrisis ook in 2012

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen.

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. Verkort jaarverslag 2014 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl.

Nadere informatie

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017.

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017. Pensioenfonds Verkort jaarverslag Gezond maar alert De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017. Nieuws IN DIT NUMMER: Augustus 2018 Hierdoor was het mogelijk de opgebouwde pensioenen

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland 1 Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland Versie 1 juli 2017 Inhoudsopgave 1. Profielschets lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland

Nadere informatie

delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012

delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012 delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012 XY 13996-0513 In dit Jaarbericht leest u wat er in 2012 bij ons pensioenfonds gebeurde. We gaan wat dieper in op onze beleggingen en andere financiële zaken.

Nadere informatie

10. Goed pensioenfondsbestuur

10. Goed pensioenfondsbestuur 10. Goed pensioenfondsbestuur 10.1 Algemeen In 2013 is de Wet versterking bestuur pensioenfondsen in werking getreden. De invloed van deze nieuwe wet is van groot belang voor de governance structuur van

Nadere informatie

Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO

Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO Met normen kan een Verantwoordingsorgaan (VO) zijn verantwoordelijkheden (oordelen, adviseren en overleggen) beter uitoefenen. Penvita onderscheidt algemene

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2017

VERKORT JAARVERSLAG 2017 VERKORT JAARVERSLAG 2017 De belangrijkste ontwikkelingen in 2017 bij Pensioenfonds TNT Express op een rij in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige jaarverslag vindt

Nadere informatie

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer Pagina 1 van het addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, contractnummer 27339 Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van 27339. Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

10. Goed pensioenfondsbestuur

10. Goed pensioenfondsbestuur 10. Goed pensioenfondsbestuur 10.1 Paritair bestuursmodel SPE kent het paritair bestuursmodel. Intern toezicht Visitatiecommissie Bestuur Werkgever Werknemers Pensioengerechtigden Verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019.

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019. PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019. 1. Het Pensioenfonds Bpf MITT Bpf MITT is opgericht met het doel de pensioenregelingen van de aangesloten werkgevers uit te voeren. Het

Nadere informatie

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 In deze verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2015 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Stichting Norit Pensioenfonds

Stichting Norit Pensioenfonds Stichting Norit Pensioenfonds Communicatieplan 2017-2019 Dit communicatieplan is voorbereid door de werkgroep communicatie van Stichting Norit Pensioenfonds en vastgesteld door het bestuur. Amersfoort,

Nadere informatie

Transparantiedocument

Transparantiedocument Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten 16 december 2016 1 Voorwoord In dit document beschrijft het bestuur van Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies. van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies. van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Versie: mei 2013 1 Visitatiecommissie De visitatiecommissie heeft

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan

Reglement Verantwoordingsorgaan Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1 Definities In dit reglement worden geacht te zijn overgenomen de definities van de statuten, terwijl voorts wordt verstaan onder: a. Selectiecommissie De commissie

Nadere informatie

Jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie

Jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie Jaarverslag 2012 Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers en kengetallen 4 Bestuursverslag 5 1 Woord van de voorzitter 6

Nadere informatie

VEP Workshop Pensioenen 10 november 2015. Wie, wat en hoe en waar gaan we dan naartoe

VEP Workshop Pensioenen 10 november 2015. Wie, wat en hoe en waar gaan we dan naartoe VEP Workshop Pensioenen 10 november 2015 Wie, wat en hoe en waar gaan we dan naartoe Piet Hein Oyens Diverse management functies bij O&vE, Van Lanschot, EuroCard/MasterCard, Interpay en Equens (1-1- 1990

Nadere informatie

Actuariële en bedrijfstechnische nota

Actuariële en bedrijfstechnische nota Stichting Pensioenfonds Towers Watson Actuariële en bedrijfstechnische nota 1 juli 2015 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 1 2. MISSIE, VISIE EN STRATEGIE... 2 3. ORGANISATIE, BEHEER EN INTERNE CONTROLE...

Nadere informatie

Welkom op de jaarvergadering 2017

Welkom op de jaarvergadering 2017 Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK Welkom op de jaarvergadering 2017 Amsterdam, 29 augustus 2018 1 Onderwerp Inhoudsopgave 1 Opening 2 Mededelingen van de voorzitter 3 Notulen deelnemersvergadering

Nadere informatie

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer Pagina 1 van het addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma pensioenregeling A, contractnummer 27339 Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland,

Nadere informatie

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014 Welkom namens Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK AMSTERDAM, 26 juni 2014 AGENDA 1. Opening en voorstellen leden van het bestuur 2. Mededelingen van de voorzitter 3. Notulen deelnemersvergadering 27

Nadere informatie

VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS

VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS Deelnemersvergadering 14 september 2015 Voorgenomen liquidatie pensioenfonds 14 september 2015 Pagina 1 AGENDA Regelingen pensioenfonds Achtergrond Voorgenomen besluit

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Bakkersbedrijf Datum 15 juni 2012 1 Voorwoord

Nadere informatie

Veel veranderingen in druk pensioenjaar 2015

Veel veranderingen in druk pensioenjaar 2015 Verkort jaarverslag 2015 Elk jaar legt Metro Pensioenfonds in het jaarverslag verantwoording af over het gevoerde beleid van het afgelopen jaar. Voor degenen die liever een overzicht willen lezen van de

Nadere informatie

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland 1 Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland Inhoudsopgave 1. Profielschets lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland 2 1.1. Het pensioenfonds...

Nadere informatie

WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN?

WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN? WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN? Bijeenkomst voor pensioengerechtigden Dick Vis, voorzitter Stichting Pensioenfonds Urenco Nederland 20 september 2016 Agenda 1. Samenvatting jaarverslag 2015 2.

Nadere informatie

Financieel crisisplan

Financieel crisisplan Financieel crisisplan Inleiding In Artikel 145 van de Pensioenwet wordt voorgeschreven dat de ABTN een financieel crisisplan moet bevatten. Artikel 29b van het besluit FTK geeft hier een nadere uitwerking

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Procedure toetsing premie, bijlage 3 (ABTN) Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Procedure toetsing premie, bijlage 3 (ABTN) Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Feitelijke premie In de uitvoeringsovereenkomst tussen de vennootschap en het pensioenfonds wordt bepaald dat de vennootschap jaarlijks een vaste premie ter beschikking stelt. Deze premie wordt vastgesteld

Nadere informatie

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Voorzitter: R.J.P. Siebesma AGENDA: 1. Opening 2. Notulen deelnemersvergadering d.d. 20 september 2011 3. Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Transparantiedocument organisatie van Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche

Transparantiedocument organisatie van Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche Transparantiedocument organisatie van Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche Voorwoord In dit

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018 Januari 2018 1 Artikel 1. Begripsomschrijvingen De definities als opgenomen in artikel 1 van de statuten van het fonds zijn van overeenkomstige toepassing op dit reglement. Daarnaast gelden de volgende

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Stichting Pensioenfonds Avery Dennison Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Agenda 1. Opening 2. Vaststelling notulen jaarvergadering 4 september 2017 3.

Nadere informatie

Profielschets lid van het bestuur

Profielschets lid van het bestuur Profielschets lid van het bestuur Algemene kenmerken Stichting Prepensioenfonds voor de Groothandel in Textielgoederen en Aanverwante Artikelen (PRETEX) dat met ingang van 2002 is opgericht, is per 1 januari

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart Stand van zaken SVG. 1 van 21

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart Stand van zaken SVG. 1 van 21 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart 2016 Stand van zaken SVG 1 van 21 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2015 Vooruitblik 2016 Derivaten Vragen 2 van 21 Pensioenfonds

Nadere informatie

Overgang naar Bpf Detailhandel 27 September 2017

Overgang naar Bpf Detailhandel 27 September 2017 Overgang naar Bpf Detailhandel 27 September 2017 Agenda Overgang naar Pensioenfonds Detailhandel Aanleiding Uitgangspunten voor samenwerking Conclusies Besluit Sociale Partners In het kort: Pensioenfondsen

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen Voor de werknemers in dienst van Tronox Pigments (Holland) B.V. te Rotterdam-Botlek Looptijd 1 januari 2015 t/m 31 december 2019 Tronox Pigments (Holland)

Nadere informatie

Transparantiedocument

Transparantiedocument Transparantiedocument Stichting Pensioenfonds Ahold (versie: 28 april 2015) Hoofdstuk 1 - Inleiding 1.1 Voorwoord Stichting Pensioenfonds Ahold is de financiële dienstverlener voor Koninklijke Ahold N.V.

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie. Informatiebijeenkomst

Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie. Informatiebijeenkomst Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie Informatiebijeenkomst (Maassluis) en 1 februari 2019 (Mijdrecht) Rita van Ewijk Anton Hoorman Pieter Heesterbeek Dirk Jagers (voorzitter) (secretaris)

Nadere informatie

Strengere regels voor pensioenfondsen

Strengere regels voor pensioenfondsen Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag November 2015 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Lid van het Verantwoordingsorgaan Vacature lid namens deelnemers 2019 t/m 2022 januari 2018 c:\users\maassenm\appdata\local\microsoft\windows\temporary

Nadere informatie

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Verkort jaarverslag 2009 2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Het jaar 2009 stond in het teken van het treffen van maatregelen om de financiële positie van het fonds weer op het gewenste

Nadere informatie

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting IKEA Pensioenfonds Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a) Bestuur: het bestuur van het fonds. b) Code Pensioenfondsen: de Code opgesteld

Nadere informatie

Pensioenbijeenkomst. 22 maart 2018

Pensioenbijeenkomst. 22 maart 2018 Pensioenbijeenkomst 22 maart 2018 Programma Welkom! Het fonds - mensen en cijfers* Financiële positie en beleid* Pensioenregeling en keuzes Actualiteiten 5 minuten 15 minuten 10 minuten 5 minuten Vragen?

Nadere informatie

Toelichting op de voorgenomen besluiten liquidatie en collectieve waardeoverdrachten PMA

Toelichting op de voorgenomen besluiten liquidatie en collectieve waardeoverdrachten PMA Toelichting op de voorgenomen besluiten liquidatie en collectieve waardeoverdrachten PMA Woord vooraf De afgelopen jaren zijn de deelnemers meer en meer geconfronteerd met de turbulentie rondom pensioenen

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur de pensioenregeling

Nadere informatie

Artikel 1 - Definities

Artikel 1 - Definities Reglement Verantwoordingsorgaan Versie BV 21 december 2016 Artikel 1 - Definities In dit reglement wordt verstaan onder: Pensioenfonds: Bestuur: het bestuur van het Pensioenfonds Verantwoordingsorgaan:

Nadere informatie

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: Financieel Crisisplan 1. Elementen crisisplan In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: vereist eigen vermogen (ultimo 2011

Nadere informatie

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag. 12 vragen over het jaarverslag 2013 De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 12 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

Competentievisie. lid verantwoordingsorgaan

Competentievisie. lid verantwoordingsorgaan Competentievisie lid verantwoordingsorgaan In dit document worden de vereiste kennis, ervaring en competenties voor de leden van het verantwoordingsorgaan omschreven. De vereiste competenties hebben betrekking

Nadere informatie

WELKOM! 22 april, NBC Congrescentrum, Nieuwegein

WELKOM! 22 april, NBC Congrescentrum, Nieuwegein WELKOM! 3061504048 Agenda: Algemene situatie pensioenland Wat betekent dit voor het BPF Textielverzorging? Herstructureringstraject Volgende bijeenkomst 23 juni 2 Algemene situatie pensioenland 3 Of verhoogt

Nadere informatie

Transparantiedocument

Transparantiedocument Transparantiedocument Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw

Nadere informatie

de aangesloten onderneming volgens de statuten van het pensioenfonds; de personen, in dienst van de werkgever.

de aangesloten onderneming volgens de statuten van het pensioenfonds; de personen, in dienst van de werkgever. REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities Bestuur: Ondernemingsraad: Pensioenreglement: Statuten: Uitvoeringsovereenkomst: Vereniging van gepensioneerden:

Nadere informatie

Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen

Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen 9 september 2014 Reglement verantwoordingsorgaan SPD 1 van 7 Artikel 1. Definities Bestuur: Deelnemer: Pensioengerechtigde: Intern

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill

Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill Pensioenfonds Cargill 2017 in beeld Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2017 van Pensioenfonds Cargill? U leest het in dit verkort jaarverslag. Financiële

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2015

VERKORT JAARVERSLAG 2015 VERKORT JAARVERSLAG 2015 Belangrijkste ontwikkelingen in 2015 De in 2014 opgerichte Stichting Pensioenfonds TNT Express beleefde in 2015 het eerste volledige jaar. Dit verkort jaarverslag is een samenvatting

Nadere informatie

Wijziging uitvoerder & pensioenregeling 2015 25 november 2014

Wijziging uitvoerder & pensioenregeling 2015 25 november 2014 Wijziging uitvoerder & pensioenregeling 2015 25 november 2014 1 Doel van deze bijeenkomst Toelichting waarom overstap naar nieuwe pensioenuitvoerder Toelichting waarom nieuwe pensioenregeling per 1-1-2015

Nadere informatie

Verslag Verantwoordingsorgaan 2016

Verslag Verantwoordingsorgaan 2016 Verslag Verantwoordingsorgaan 2016 Inhoudsopgave: Voorwoord Doel en ambitie Bestuursmodel Samenstelling verantwoordingsorgaan Financiën Activiteiten Adviezen Communicatie Toekomstige ontwikkelingen San

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620 Artikel 1 Inleiding De wijze waarop de Stichting Pensioenfonds SMIT wordt bestuurd ligt op hoofdlijnen vast in de statuten. In dit bestuursreglement wordt hier verder invulling aan gegeven. Het bestuursreglement

Nadere informatie

Code Rechtstreeks verzekerde regelingen

Code Rechtstreeks verzekerde regelingen Code Rechtstreeks verzekerde regelingen Voorwoord De (hierna: de Code) is opgesteld door het Verbond van Verzekeraars en de Stichting van de Arbeid. Met de Code wordt nader invulling gegeven aan de waarborging

Nadere informatie

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds?

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds? Veelgestelde vragen en antwoorden Ontbinding Stichting Pensioenfonds Bavaria (in liquidatie) Wat gaat er op 1 april 2017 gebeuren? Dan gaan de opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve en gewezen deelnemers

Nadere informatie

In september 2016 werd het contract met Syntrus Achmea Pensioenbeheer opgezegd. In 2017 werd een nieuwe pensioenuitvoeringsorganisatie

In september 2016 werd het contract met Syntrus Achmea Pensioenbeheer opgezegd. In 2017 werd een nieuwe pensioenuitvoeringsorganisatie 2017in vogelvlucht Deelnemers Financieel Beleggingen Kosten Communicatie In juni 2018 hebben we ons jaarverslag 2017 uitgebracht. We hebben de belangrijkste ontwikkelingen van 2017 voor u samengevat. Het

Nadere informatie

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Bijlagen PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12 E NOTA VAN WIJZIGING Versie 1 januari

Nadere informatie

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 blad 1 van 7 Het Metro Pensioenfonds Hieronder eerst een aantal bijzonderheden over het Metro Pensioenfonds. Het Metro Pensioenfonds is opgericht

Nadere informatie

Herstelplan PME 2015. Vastgesteld door het algemeen bestuur op 25 juni 2015

Herstelplan PME 2015. Vastgesteld door het algemeen bestuur op 25 juni 2015 Herstelplan PME 2015 Vastgesteld door het algemeen bestuur op 25 juni 2015 1 PME Herstelplan 2015 dekkingraadsjabloon inclusief onderbouwing Dit document bevat het dekkingsgraadsjabloon dat deel uitmaakt

Nadere informatie

Profiel bestuurslid Pensioenfonds Medewerkers Apotheken voor opvulling vacature per 1 januari Vertegenwoordiger pensioengerechtigden

Profiel bestuurslid Pensioenfonds Medewerkers Apotheken voor opvulling vacature per 1 januari Vertegenwoordiger pensioengerechtigden Profiel bestuurslid Pensioenfonds Medewerkers Apotheken voor opvulling vacature per 1 januari 2018 Vertegenwoordiger pensioengerechtigden Algemeen Van een bestuurslid van PMA wordt in zijn algemeenheid

Nadere informatie