J a a r v e r s l a g

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "J a a r v e r s l a g"

Transcriptie

1 J a a r v e r s l a g S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e i n l i q u i d a t i e

2 Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers en kengetallen voor collectieve waarderdracht 4 Bestuursverslag 5 1 Voorwoord 6 2 Besturing en naleving wetgeving Algemeen Bestuursaangelegenheden Liquidatie van het pensioenfonds en collectieve waardeoverdracht Goed Pensioenfondsbestuur Verslag van het Verantwoordingsorgaan Vergoedingsregeling Toezicht van DNB en AFM Geschiktheidsbeleid Gedragscodes Klachten- en geschillenprocedure Statutenwijzigingen 15 3 Beleid en financiële positie in Beleid Beleggingsbeleid Premiebeleid Toeslagbeleid Uitvoeringskosten Risicomanagement Garantiecontract Financiële positie 28 4 Beleggingen Algemeen Resultaten beleggingsportefeuille Maatschappelijk verantwoord beleggen 32 5 Pensioenen Pensioenregeling Pensioencommunicatie Communicatie met deelnemers en pensioengerechtigden Communicatie met werkgevers Website 36 6 Actuariële analyse 37 7 Verwachte gang van zaken 39 Jaarrekening 40 8 Jaarrekening Balans per 31 december Staat van baten en lasten Kasstroomoverzicht Toelichting op de jaarrekening Algemeen Grondslagen 44 2

3 Algemene grondslagen Grondslagen voor waardering van activa en passiva Grondslagen voor bepaling van het resultaat Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans per 31 december Niet in de balans opgenomen regelingen Verbonden partijen Gebeurtenissen na balansdatum Toelichting op de staat van baten en lasten over Overige gegevens 62 9 Overige gegevens Actuariële verklaring Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 65 Bijlagen 69 Bijlage 1 Deelnemersbestand 70 Bijlage 2 Nevenfuncties Bijlage 3 Begrippenlijst 72 3

4 Meerjarenoverzicht van kerncijfers en kengetallen voor collectieve waarderdracht Bedragen x Aantal aangesloten werkgevers Aantal verzekerden Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen (arbeidsongeschikten en gepensioneerden) Totaal aantal verzekerden Pensioenen Kostendekkende premie o.b.v. herverzekeringscontract Zuivere kostendekkende premie o.b.v. marktwaarde n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Gedempte premie n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Feitelijke premie Koopsom 15-jaarsfinanciering VPL Uitvoeringskosten* Uitkeringen Vermogen en solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen (Minimaal) vereist eigen vermogen Voorziening voor pensioenverplichtingen Overige technische voorzieningen FTK-grondslag dekkingsgraad in % 105,4% 105,6% 105,6% 105,5% 106,6% Beleidsdekkingsgraad in % 105,2% 105,4% n.v.t. n.v.t. n.v.t. Dekkingsgraad beleggingsdepot** 85,7% 88,4% 89,6% 94,7% 87,1% Toeslagverlening Toegekend*** 0,43% 0,1% 0,0% 1,80% 1,80% Beoogd 0,63% 1,05% 1,56% 2,45% 2,30% Uitkering overrente**** Beleggingsrendement per jaar Portefeuille (inclusief LDO) 9,4% 0,0% 24,8% 3,6% 15,8% Portefeuille (exclusief LDO) 5,9% 0,7% 10,7% 7,1% 12,5% Benchmark (exclusief LDO) 6,1% 0,4% 9,7% 5,3% 11,4% Standen zijn per het einde van het genoemde jaar; stromen betreffen de gehele verslagperiode * 2016 inclusief kosten voor de liquidatie van 323 duizend. Voor de liquidatiekosten was overigens al een overige technische voorziening beschikbaar die ultimo jaar is vrijgevallen. ** De dekkingsgraad van het beleggingsdepot geeft de verhouding weer van de in het gesepareerde beleggingsdepot aanwezige geactiveerde negatieve overrente (rekening houdende met de aanwezige vrije reserve) en de voorziening pensioenverplichting (VPV) op basis van de grondslagen volgens de herverzekeringsovereenkomst. *** Toegekend toeslagverlening per 1 januari 2013 betreft alleen voor gewezen deelnemers en gepensioneerden. Aan actieve deelnemers is een toeslag verleend van 0,68%. **** De overrente is na aftrek van de beheerskosten. 4

5 Bestuursverslag 5

6 1 Voorwoord Met gemengde gevoelens bieden wij u het jaarverslag over 2016 van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie in liquidatie (hierna: het pensioenfonds) aan. Gemengde gevoelens omdat dit, in verband met de komende liquidatie van ons pensioenfonds, het laatste volledige jaarverslag zal zijn. In de loop van 2017 zal nog een liquidatieverslag verschijnen, waarna het fonds opgeheven wordt. Dat vinden wij jammer. Na een bestaan van ruim 50 jaar zal er geen eigen pensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberbranche meer zijn. In dit jaarverslag legt het bestuur verantwoording af over het in 2016 en begin 2017 gevoerde beleid, de achterliggende overwegingen bij de vaststelling van het beleid en de uitkomsten hiervan voor het pensioenfonds. In dit verslag wordt de weg naar de komende liquidatie van het fonds beschreven. Collectieve waardeoverdracht opgebouwde pensioenen en liquidatie van het pensioenfonds Samen met sociale partners is de afgelopen jaren een toekomstverkenningstraject doorlopen. Dit heeft in 2016 geresulteerd tot een besluit van sociale partners om de uitvoering van de pensioenregeling van de bij de NRK-Werkgeversvereniging Branche Pensioenregeling (NWBP) aangesloten bedrijven vanaf 2017 niet meer door het pensioenfonds te laten verzorgen. Dit betekent dat per 31 december 2016 de pensioenopbouw van ouderdomspensioen en risicodekkingen partnerpensioen en arbeidsongeschiktheid voor de deelnemers bij het pensioenfonds zijn beëindigd. Per 31 december 2016 zijn de opgebouwde pensioenaanspraken door middel van een collectieve waardeoverdracht overgedragen aan Aegon Levensverzekering N.V. (hierna: Aegon). Hierdoor zijn de in ons fonds aanwezige pensioenaanspraken gegarandeerd. Ten aanzien van de pensioenopbouw vanaf 2017 is door sociale partners besloten deze via een zogenaamde mantelovereenkomst door het Pensioenfonds PGB te laten uitvoeren. Op 21 april 2016 is het besluit genomen tot liquidatie, onder positief advies van het Verantwoordingsorgaan. Op 7 juni is het fonds definitief in liquidatie gegaan waarna de bestuurders formeel vereffenaars zijn geworden. In de tweede helft van 2017 zal het pensioenfonds daadwerkelijk geliquideerd worden. Voor de leesbaarheid van het jaarverslag is over het hele verslagjaar de term bestuur c.q. bestuurders gehanteerd. Financieel De financiële situatie van ons pensioenfonds is in 2016 niet materieel veranderd. Door de werking van het garantiecontract is de dekkingsgraad stabiel gebleven. De vrije middelen zijn enerzijds verlaagd door de indexatie van 1 juli 2016 maar anderzijds door de beleggingsresultaten en de toevoeging van de opbouwde technische resultaten over de afgelopen periode in totaal enigszins gestegen. De totale vrije reserve per 1 januari 2017 bedraagt circa 27,6 miljoen. Na afronding van het liquidatieverslag in de tweede helft van 2017 zal het overblijvende saldo definitief worden vastgesteld en aangewend voor een eenmalige slotindexatie van de overgedragen opgebouwde pensioenen. 6

7 Tot slot Het bestuur is voornemens de liquidatie in de tweede helft van 2017 af te ronden. Alle werkgevers, (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden zijn op de hoogte gebracht van de komende liquidatie en de gevolgen hiervan. Wij nodigen u graag uit tot het lezen van dit jaarverslag. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie in liquidatie, Den Haag, 20 juni 2017 De heer N. Altundal MIB Voorzitter Mevrouw C.F.J. Bulten Bestuurder 7

8 2 Besturing en naleving wetgeving 2.1 Algemeen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie il. (hierna te noemen: pensioenfonds) is statutair gevestigd te Den Haag. Het pensioenfonds is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer Op 7 juni 2016 is het pensioenfonds definitief in liquidatie gegaan waarna de bestuurders formeel vereffenaars zijn geworden. Vanaf 1 januari 2017 vindt geen pensioenopbouw meer plaats en is de hoofddoelstelling het afwikkelen van het liquidatietraject en het mitigeren van de risico s ten aanzien van het restvermogen dat als bestemming de aanwending voor een slotindexatie op de opgebouwde pensioenen heeft. De missie, visie en doelstellingen zoals hieronder verwoordt gelden in beginsel derhalve tot aan het moment van de collectieve waardeoverdracht per 31 december Missie, visie en doelstellingen Het pensioenfonds is een vrijwillig bedrijfstakpensioenfonds en voert de pensioenregeling uit voor het personeel van aangesloten ondernemingen. Het pensioenfonds kent een voorwaardelijk geïndexeerde middelloonregeling. De premie voor deze regeling wordt ingebracht door de werkgevers en de werknemers. De door het pensioenfonds uitgevoerde regeling voldoet aan de pensioenregeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst Bedrijfstakpensioenregeling voor de Kunststof- en Rubberindustrie, die wordt vastgesteld door sociale partners in de bedrijfstak. Missie In de missie is beschreven waar het pensioenfonds voor staat, wat de bestaansgrond is en welke waarden en identiteit het pensioenfonds kenmerken. De missie van het pensioenfonds is als volgt: Het pensioenfonds stelt alles in het werk om, binnen de grenzen van haar middelen, (gewezen) deelnemers en gepensioneerden van bij het pensioenfonds aangesloten bedrijven een zo goed mogelijk pensioen te bieden tegen voor alle betrokkenen acceptabele kosten. Visie In de visie wordt beschreven hoe het pensioenfonds inspeelt op (toekomstige) veranderingen en welke zienswijze en toekomstbeeld daarbij ten grondslag liggen aan het handelen van het pensioenfonds. De visie van het pensioenfonds is als volgt: Het creëren van een duurzame invulling van de overeengekomen pensioenregeling en een groot draagvlak bij werkgevers, (gewezen) deelnemers en gepensioneerden voor zowel de pensioenregeling als de uitvoering van die regeling Doelstellingen Op basis van de missie en de visie zijn de strategische doelstellingen bepaald. Deze strategische doelstellingen zijn als volgt verwoord: primair doel van het pensioenfonds is op korte en lange termijn te kunnen voldoen aan de nominale pensioenverplichtingen, en daarnaast de opgebouwde aanspraken en de ingegane pensioenen, indien mogelijk, te kunnen aanpassen aan de prijsontwikkeling; het realiseren van eenduidige verwachtingen bij werkgevers, (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden ten aanzien van zekerheid, ambitie en kosten van zowel het pensioenfonds als de pensioenregeling; het verzorgen van heldere, consistente, tijdige en transparante communicatie; het pensioenfonds zorgt voor een solide uitvoering van de pensioenregeling die zo kostenefficiënt als mogelijk plaatsvindt. Het pensioenfonds heeft beleid ontwikkeld op het gebied van financiering, toeslagverlening, beleggingen en communicatie om de genoemde doelstellingen te bereiken. Dit beleid is vastgelegd in diverse documenten, waarvan de Actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN) het belangrijkste is. De ABTN is in 2016 geactualiseerd. 8

9 Risicohouding en haalbaarheidstoets De risicohouding is een belangrijk uitgangspunt voor de vaststelling van de mate waarin het pensioenfonds beleggingsrisico kan en wil nemen (beleggingsbeleid) om de (strategische) doelstellingen van het pensioenfonds te realiseren. Binnen de driehoek ambitie premie risicohouding, worden door het pensioenfonds de afwegingen gemaakt die moeten leiden tot de gewenste uitvoering van de afgesproken pensioenregeling(en). Het uitgangspunt voor de risicohouding is dat sprake is van een nominale pensioentoezegging. Omdat sprake is van een garantie op de ingekochte aanspraken, zullen de pensioenaanspraken en -rechten niet worden gekort. In 2015 is de aanvangshaalbaarheidstoets uitgevoerd. Deze toets geeft inzicht in de samenhang tussen de financiële opzet, het verwachte pensioenresultaat en de risico s die daarbij gelden. De uitkomsten van de haalbaarheidstoets gaven geen aanleiding tot aanpassing van het beleid op korte termijn. De uitkomsten zijn besproken met het Verantwoordingsorgaan. In verband met de op handen zijnde liquidatie van het pensioenfonds heeft DNB op 10 mei 2016 bevestigd dat Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie in 2016 geen haalbaarheidstoets meer hoeft in te dienen. Het bestuur in 2016 Het bestuur van het pensioenfonds bestaat uit zes leden (waarvan ultimo 2016 één vacature), waarbij: drie werkgeversbestuursleden worden voorgedragen door de werkgeversorganisatie NWBP; twee bestuursleden worden voorgedragen door de werknemersorganisaties in onderling overleg tussen FNV te Amsterdam, CNV Vakmensen te Utrecht en De Unie te Culemborg; de vertegenwoordiger namens de pensioengerechtigden wordt voorgedragen na verkiezing door de pensioengerechtigden. Kandidaatstelling vindt plaats door: o (één van) de hiervoor beschreven werknemersorganisaties; o een individuele pensioengerechtigde. De samenstelling van het bestuur per 31 december 2016 was als volgt: Benoemd namens de werkgevers Naam Functie in bestuur De heer A.N. Jager Werkgeversvoorzitter AAG Mevrouw C.F.J. Bulten Vacature Benoemd Bestuurslid tot Geboortejaar Functie/in dienst van Senior beleidsadviseur pensioen bij de AWVN Bestuurslid General manager Rubber Resources Benoemd namens de deelnemers Naam Functie in bestuur Benoemd Bestuurslid Tot Geboortejaar Functie/in dienst van De heer N. Altundal Werknemers bestuurder bij FNV MIB voorzitter De heer H. Roeten Bestuurslid pensioenbestuurder bij CNV Vakmensen Benoemd namens de pensioengerechtigden Naam Functie in Benoemd Bestuurslid Geboorte Functie bestuur Tot jaar De heer J.A.M. Verkleij Bestuurslid Afgevaardigde van De Unie Als gevolg van het vertrek van de heer Van Gele per 1 januari 2016 is een vacature van toepassing in de vertegenwoordiging namens de werkgevers, welke in overleg tussen de werkgeversvereniging NWBP en het bestuur niet is ingevuld. Per 1 mei 2017 heeft de heer Jager zijn functie neergelegd naar aanleiding van het verbreken van zijn dienstverband bij de AWVN. Gezien de verwachte liquidatie in de tweede helft van 2017 zal geen opvolger meer benoemd worden. 9

10 Pensioenfondsgerelateerde partijen/organen Verantwoordingsorgaan Zittingsduur Geboortejaar De heer L.A. van der Werf, namens de actieve deelnemers tot 1 oktober De heer A.A.J. Geerts, namens de pensioengerechtigden tot 1 april De heer M.B.J. Schulte, namens actieve deelnemers tot 1 juli De heer H. Emmen, namens de werkgevers tot 1 juli Herverzekering Aegon Levensverzekering N.V. (tot 1 januari 2017) Vermogensbeheerder Aegon Asset Management B.V. Pensioenadministratie TKP Pensioen B.V. Adviseur Willis Towers Watson Certificeerders Compliance officer PwC Accountants N.V., externe accountant De heer drs. A.N. Jager AAG tot 1 januari 2016 Ernst & Young Actuarissen B.V., externe actuaris De heer N. Altundal MIB vanaf 1 januari Bestuursaangelegenheden Vergaderingen in 2016 Het bestuur heeft in 2016 totaal 12 keer vergaderd te weten op 14 januari, 11 februari, 17 maart, 21 april, 12 mei, 7 juni, 7 juli, 25 augustus, 8 en 30 september, 10 november en 15 december. Bij of aansluitend aan de vergaderingen op 17 maart, 21 april, 12 mei, 7 juni en 15 december vonden overleggen met het Verantwoordingsorgaan plaats. In de vergaderingen stond de liquidatie van het pensioenfonds en de daaraan voorafgaande collectieve waardeoverdracht van de opgebouwde aanspraken en rechten centraal. Het Verantwoordingsorgaan is bij het gehele proces betrokken geweest en heeft positieve adviezen afgegeven ten aanzien van zowel de liquidatie als de waardeoverdracht aan Aegon. Overige belangrijke vergaderonderwerpen en besluitvorming betroffen: Vaststellen kerncijfers Monitoring pensioenadministratie en vermogensbeheer. De controle van de het jaarverslag en de jaarrekening over 2015; Overdracht van de VPL tegoeden. Integriteit. Communicatie. Kostenbeheersing Afdekking van het renterisico van het vrije vermogen tot het moment van de eenmalige slotindexatie in In alle vergaderingen is het voor besluitvorming noodzakelijke quorum aanwezig geweest. 10

11 2.3 Liquidatie van het pensioenfonds en collectieve waardeoverdracht Met sociale partners is de afgelopen jaren een toekomstverkenningstraject doorlopen. De sociale partners hebben daarbij uitvoerig gekeken naar de verschillende uitvoeringsmogelijkheden. Het herverzekeringscontract tussen het fonds en Aegon is op 31 december 2016 afgelopen. Het volledig herverzekeren van pensioenregelingen is de laatste jaren doorgaans aanzienlijk kostbaarder gebleken dan het in eigen beheer uitvoeren van een pensioenregeling. Het opnieuw aangaan van een herverzekeringscontract met Aegon is besproken tussen bestuur en sociale partners. De in de verschillende overleggen tussen bestuur en sociale partners geschetste problematiek met betrekking tot de financierbaarheid van de pensioenregeling zou met een hernieuwd verzekeringscontract per 1 januari 2017 alleen maar toenemen. Gezamenlijk is geconcludeerd dat voortzetting van de herverzekering niet tot de mogelijkheden behoort. Tevens is geconcludeerd dat de benodigde schaalgrootte voor een toekomstbestendige pensioenuitvoering op dit moment bij het pensioenfonds niet aanwezig is en, gezien de niet verplichte Cao en de diversiteit in de bedrijfstak, binnen een realistisch tijdsbestek niet haalbaar is. Op 12 april 2016 hebben sociale partners in een aangetekende brief het pensioenfondsbestuur geïnformeerd dat een principeakkoord afgesloten is over de aanpassing van hun pensioenafspraken per 1 januari Hierin is onder meer is opgenomen dat per 31 december 2016 de opdracht tot pensioenuitvoering die partijen hebben verstrekt aan het pensioenfonds formeel beëindigd wordt. Dit heeft in 2016 geresulteerd dat: er een mantelovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde tijd met het Pensioenfonds PGB (PGB) waarbij sociale partners de uitvoering van hun pensioenafspraken vanaf 1 januari 2017 opdragen aan PGB. PGB de pensioenregeling en de VPL-overgangsregelingen met ingang van 1 januari 2017 zal gaan uitvoeren. Ten gevolge van het beëindigen van de opdrachtverlening van sociale partijen heeft het bestuur van het fonds besloten tot liquidatie. De uitvoeringsovereenkomsten met alle aangesloten werkgevers zijn per 31 december 2016 opgezegd. Per 1 januari 2017 zijn de pensioenopbouw van ouderdomspensioen en risicodekkingen van partnerpensioen en arbeidsongeschiktheid voor de deelnemers komen te vervallen. Zowel de pensioenregeling als de voorwaardelijke pensioenregeling (VPL) zijn tot en met 31 december 2016 uitgevoerd. Op 31 december 2016 heeft de collectieve waardeoverdracht van de opgebouwde pensioenaanspraken en rechten aan Aegon plaatsgevonden. Hierdoor zijn de aanwezige pensioenaanspraken gegarandeerd. In 2017 zal uit de nog aanwezige middelen een eenmalige slotindexatie verleend worden van de overgedragen pensioenaanspraken en rechten. Hierbij zal rekening gehouden worden met de indexatie die actieven in het jaar 2013 hebben misgelopen. Het evenwicht in de belangenbehartiging van alle doelgoepren zal hierbij leidend zijn. Het bestuur is voornemens de liquidatie medio 2017 af te ronden. Alle werkgevers, (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden zijn op de hoogte gebracht van de komende liquidatie en de gevolgen hiervan. VPL Regeling Ook is de uitvoeringsovereenkomst met sociale partners inzake de uitvoering van de VPL regeling beëindigd. Gezien de uitvoeringskosten van uitsluitend een VPL regeling was het verder uitvoeren van deze regeling niet mogelijk. In nader overleg tussen sociale partners en het bestuur van pensioenfonds zijn nadere afspraken gemaakt over de overdracht van de opgebouwde VPL-spaargelden naar een nieuwe uitvoerder ofwel inkoop bij Aegon. 2.4 Goed Pensioenfondsbestuur Bestuursmodel Het pensioenfonds heeft een paritair bestuursmodel. De bestuurssamenstelling bestaat uit vertegenwoordigers van de werkgevers- en de werknemersverenigingen, en een vertegenwoordiging van pensioengerechtigden. De verdeling tussen de zetels namens de actieve deelnemers en de pensioengerechtigden is afhankelijk van de onderlinge getalsverhouding. Ieder bestuurslid heeft één stem. Code Pensioenfondsen Het bestuur van het pensioenfonds leeft de normen zoals zijn opgenomen in de Code Pensioenfondsen na volgens het pas-toe-of-leg-uit -beginsel. Afwijken van de norm is mogelijk, als daar een goede reden voor 11

12 is. Uit een inventarisatie is gebleken dat het pensioenfonds voor het merendeel al aan de Code voldoet. Onderstaand een opsomming waaraan nog niet (volledig) wordt voldaan: In code 2 wordt vermeld dat het bestuur heldere afspraken maakt met de sociale partners over de beleidsruimte. De in 2015 uitgevoerde haalbaarheidstoets is met sociale partners besproken waarbij sociale partners hebben aangegeven zich te kunnen vinden in de opzet en uitwerking daarvan. De beleidsruimte in de herverzekerde situatie tot en met 31 december 2016 is duidelijk bij alle partijen. Vanaf 2017 is geen opdracht vanuit sociale partners meer van kracht. Het pensioenfonds kent geen noodprocedure zoals vermeld in Code nr.4. Het bestuur kan in spoedeisende situaties via mail en telefoon snel handelen. Besluitvorming buiten de vergadering om is in de statuten opgenomen. Ten aanzien van norm 50 geldt dat het pensioenfonds een opleidingsplan heeft voor bestuursleden. Het programma voor permanente educatie heeft gezien het voorwaardelijke besluit tot liquidatie minder prioriteit gehad en wordt per periode nader geconcretiseerd met de nadruk op kennisuitbreiding ten aanzien van een liquidatietraject. Voor wat betreft de normen die betrekking hebben op het onderdeel diversiteit (norm 66, 69 en 71) geldt dat het pensioenfondsbestuur al wel voldoet aan de bepalingen ten aanzien van de verdeling man/vrouw, maar nog niet aan de verdeling jonger dan 40 jaar en ouder dan 40 jaar. Het bestuur zal bij een vacature concreet aangeven welk profiel voor de invulling van kracht is. Vanwege de liquidatie van het pensioenfonds wordt aan de invulling van vacatures geen prioriteit gegeven. Visitatiecommissie Het interne toezicht heeft betrekking op het kritisch bezien van het functioneren van het bestuur van het pensioenfonds door deskundigen. Het bestuur heeft voor de inrichting van het interne toezicht gekozen voor een Visitatiecommissie. Deze commissie bestaat uit drie onafhankelijke leden die door het bestuur worden benoemd. De laatste visitatie is in 2015 met het bestuur besproken. De aanbevelingen zijn vastgelegd in de actielijst van het bestuur en zijn opgevolgd. Het bestuur heeft na een interne zelfevaluatie in 2016 besloten dat, gezien de collectieve waardeoverdracht en de liquidatie van het fonds er in 2016 geen nieuwe visitatie meer uitgevoerd wordt. De Visitatiecommissie hoeft geen advies te geven over het liquidatiebesluit en/of de collectieve waardeoverdracht maar is hier wel in gekend. Verantwoordingsorgaan Het Verantwoordingsorgaan beoordeelt het door het bestuur gevoerde beleid en de gemaakte beleidskeuzes, met als uitgangspunt de vraag of het bestuur op een evenwichtige wijze met de belangen van alle belanghebbenden rekening heeft gehouden. Het Verantwoordingsorgaan betrekt daar het oordeel van het intern toezicht bij en legt zijn oordeel ten minste één maal per jaar schriftelijk vast. Dit oordeel wordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, opgenomen in het jaarverslag waar het oordeel betrekking op heeft. In sub paragraaf is het verslag van het Verantwoordingsorgaan en de reactie van bestuur op het oordeel van het Verantwoordingsorgaan opgenomen Verslag van het Verantwoordingsorgaan Dit jaar stond geheel in het teken van de liquidatie van ons pensioenfonds, dit nadat de sociale partners vastgesteld hadden dat voortzetting van de huidige situatie niet realistisch bleek. In verband met het aflopen van het garantiecontract met Aegon moest er een adequate oplossing komen voor een gedegen uitvoering en financiering van de pensioenregeling in de sector. Het Verantwoordingsorgaan is dan ook tevreden dat sociale partners goede afspraken hebben gemaakt met PGB voor de verdere uitvoering van de pensioenregeling na 1 januari Er zijn veel extra vergaderingen geweest samen met het bestuur om alle stappen die genomen moesten worden weloverwogen en correct te nemen. Het Verantwoordingsorgaan heeft dan ook een positief advies gegeven ten aanzien van de liquidatie van ons fonds en ten aanzien van de collectieve overdracht van het opgebouwde pensioen naar Aegon. De wijzigingen die hier voor moesten worden aangebracht in alle fondsdocumenten zijn voor 31 december gedaan. De afwikkeling van de overdracht is inmiddels gebeurd en het batige saldo wordt gebruikt voor een laatste eenmalige indexatie van de pensioenen. De vergadering van 20 juni, waarin het jaarverslag werd besproken en goedgekeurd, was onze laatste. Wij danken de afzonderlijke leden van het Verantwoordingsorgaan voor alle werkzaamheden en de vele vrije tijd die zij de afgelopen jaren hebben 12

13 gestoken in het pensioenfonds. Het bestuur, de medewerkers van TKP, de accountant en de actuaris bedanken wij voor de goede en prettige samenwerking van de afgelopen jaren. Het Verantwoordingsorgaan heeft tijdens een gezamenlijke vergadering met het bestuur het jaarverslag besproken aan de hand van het verslag van de jaarcommissie. Het doorgronden van alle processen zodat er een gefundeerd oordeel kan worden gegeven over alle onderdelen van het door het bestuur gevoerde beleid is dit jaar, net als vorig jaar, gedaan in de jaarwerkcommissie waar het Verantwoordingsorgaan deel van uit maakt. De vragen die deze commissie had zijn door de accountant, de actuaris en de administrateur beantwoord en in het verslag verwerkt. Deze hadden te maken met de interne beheersing van de uitbestedingsaspecten, de opmerkingen van de accountant en actuaris bij het vorige jaarverslag en kosten transparantie binnen vermogensbeheer en de uitbestedingswerkzaamheden en natuurlijk de liquidatie van het fonds. Reactie bestuur Het bestuur waardeert de actieve rol die het Verantwoordingsorgaan aan de dag legt ten zeerste. Wij zijn verheugd met de betrokkenheid die hierin wordt getoond. Het Verantwoordingsorgaan is een goed klankbord geweest voor ons in de voorbereiding naar het ingrijpende voorwaardelijke besluit tot liquidatie. Het bestuur bedankt de leden van het Verantwoordingsorgaan voor de goede samenwerking van de afgelopen jaren en met name in het complexe jaar De adviezen en suggesties, met name ten aanzien van de wijze van aanwending van het liquidatieoverschot, heeft het bestuur ter harte genomen. 2.5 Vergoedingsregeling De vergoedingsregeling is in 2016 niet aangepast. Voor bestuursleden geldt een vaste vergoeding die is gebaseerd op de aanbevelingen van de van de Pensioenfederatie. Dit resulteert in een vergoeding voor een bestuurslid van 20 duizend op jaarbasis en voor de werkgevers- en werknemersvoorzitters een vergoeding van 30 duizend o.b.v. een tijdsbeslag van 1 respectievelijk 1,5 dag per week. De vergoeding wordt uitbetaald aan de voordragende partijen dan wel aan de betrokken bestuursleden zelf. De leden van het Verantwoordingsorgaan ontvangen vacatiegeld voor het deelnemen aan overleg vergaderingen met het bestuur en de vergaderingen van het Verantwoordingsorgaan zelf. De hoogte van de vergoedingen voor het Verantwoordingsorgaan is conform de SER-vergoedingen aan leden van de raad, het dagelijks bestuur en commissies. De vergoeding wordt uitbetaald aan de voordragende partijen dan wel aan de betrokken leden zelf. Gemaakte noodzakelijke onkosten worden vergoed op declaratiebasis. De gedeclareerde kosten hebben voornamelijk betrekking op gemaakte reiskosten (kilometervergoedingen en reiskosten openbaar vervoer). 2.6 Toezicht van DNB en AFM Geen sancties, dwangsommen of boetes In 2016 zijn, evenals in voorgaande jaren, aan het pensioenfonds geen dwangsommen of boetes opgelegd. Er zijn door DNB geen aanwijzingen aan het pensioenfonds gegeven, noch is een bewindvoerder aangesteld of is bevoegdheidsuitoefening van organen van het pensioenfonds gebonden aan toestemming van DNB. Het pensioenfonds voert geen nevenactiviteiten uit en heeft ook geen nevenactiviteiten ondergebracht in een aparte rechtspersoon. Het pensioenfonds heeft twee toezichthouders. De AFM voor het gedragstoezicht en DNB voor het prudentiële toezicht. AFM Voor wat betreft het gedragstoezicht is in 2016 geen contact met de AFM geweest. DNB Met DNB is in 2016 fondsspecifiek schriftelijk contact geweest over: de voorgenomen liquidatie de collectieve waardeoverdracht de haalbaarheidstoets 2016 Alle onderwerpen zijn inmiddels naar tevredenheid van zowel het bestuur als DNB afgewikkeld. 13

14 Op 10 mei 2016 heeft de toezichthouder aangegeven dat het fonds in 2016 geen haalbaarheidstoets meer hoeft in te dienen. Op 28 november 2016 heeft DNB aangegeven geen bezwaar te hebben tegen de collectieve waardeoverdracht aan Aegon. 2.7 Geschiktheidsbeleid Het bestuur als collectief dient over voldoende diepgaande kennis en inzicht te beschikken op de verschillende geschiktheidsgebieden die van belang zijn voor een geschikt pensioenfondsbestuur. Ook dienen het bestuur als geheel en de bestuursleden individueel over bepaalde competenties te beschikken en de toepassing daarvan te laten zien door professioneel gedrag. Integriteit speelt hierbij een sleutelrol, maar ook tijdsbeslag, kennis van het pensioenfonds en aandacht voor eigen gedrag en groepsdynamische processen zijn van belang. Het bestuur beschikt als geheel over het geschiktheidsniveau A en waar het bestuur dat zelf nodig acht over geschiktheidsniveau B. Een nieuw bestuurslid moet bij zijn/haar benoeming al beschikken over geschiktheidsniveau A. Het pensioenfonds heeft een garantiecontract met Aegon waarbij de risico s voor langleven, overlijden en arbeidsongeschiktheid afgedekt zijn. De beleggingen maken onderdeel uit van de herverzekeringsovereenkomst. Het bestuur heeft geen invloed op het tactische beleggingsbeleid. De mate van complexiteit van besturen is hierdoor sterk gereduceerd. Dit houdt in dat de aanwezige geschiktheid in de huidige situatie van het pensioenfonds ruim voldoende is voor het adequaat besturen van het fonds. Het onderwerp deskundigheid heeft in 2016 geen prioriteit gekregen. Aan de hand van de bestaande ontwikkelplannen is gedurende 2016 onder meer gerichte aandacht gegeven aan: themadag over het liquideren van een pensioenfonds i.c.m. integrale risicobeheersing tot de liquidatie; bijwonen van relevante seminars, studiedagen, informatiesessies en Webinars; individuele pensioenopleidingen van bestuurders. 2.8 Gedragscodes Het pensioenfonds beschikt over een gedragscode. Het doel van de gedragscode is het bijdragen aan het transparant en integer handelen van bestuurders ten behoeve van al degenen die bij het pensioenfonds belang hebben en tot het waarborgen van de goede naam en reputatie van het pensioenfonds als marktpartij. De gedragscode bevat onder meer regels over hoe een bestuurslid moet omgaan met vertrouwelijke informatie, voorwetenschap, relatiegeschenken en het vervullen van nevenfuncties bij andere ondernemingen en instellingen. De Compliance Officer voert het toezicht uit op de naleving van de op grond van de gedragscode geldende bepalingen. De verklaringen over 2016 zijn in februari 2017 verspreid onder de bestuursleden en de leden van het Verantwoordingsorgaan. Alle bestuursleden en leden van het Verantwoordingsorgaan hebben de gedragscode nageleefd en opgave gedaan van alle nevenfuncties. De nevenfuncties van de bestuursleden zijn opgenomen in bijlage 2. Er zijn over 2016 geen overtredingen van de gedragscode geconstateerd. Er kan door het bestuur geen enkele invloed op het beleggingsbeleid worden uitgeoefend. Bestuurders staan op dusdanige afstand van de uitvoering van zowel het vermogensbeheer als de pensioenadministratie, dat zij geen direct zicht op transacties hebben of deze kunnen beïnvloeden. Alles overziend heeft het bestuur besloten om geen insiders te benoemen. 2.9 Klachten- en geschillenprocedure Het pensioenfonds heeft een klachten- en geschillenregeling opgesteld. Er wordt onderscheid gemaakt tussen klachten en geschillen. Klachten gaan over het gedrag van mensen (bestuur of uitvoering), die belast zijn met de uitvoering van de pensioenregeling. De wijze van bejegening kan onvrede geven en daarover kan worden geklaagd. Geschillen gaan over de interpretatie van regelingen en afspraken. Een deelnemer kan het niet eens zijn met een besluit van het bestuur en kan het bestuur proberen te overtuigen om een ander besluit te nemen. In het betreffende reglement is zowel een klachtenregeling als een geschillenregeling opgenomen. Klachten kunnen worden ingediend bij de administrateur van het pensioenfonds en geschillen kunnen worden ingediend bij het bestuur van het pensioenfonds. Alle klachten worden gerapporteerd aan het bestuur. 14

15 In het verslagjaar is één deelnemersklacht ontvangen. Deze klacht is in 2016 afgehandeld Statutenwijzigingen De statuten van het pensioenfonds zijn in 2016 niet aangepast. 15

16 3 Beleid en financiële positie in Beleid Het bestuur heeft beleid ontwikkeld op het gebied van beleggingen, premie en toeslagen om de risico s en de financiële positie van het pensioenfonds te beheersen. Bij het maken van beleidskeuzes worden de belangen van alle belanghebbenden evenwichtig afgewogen. Het beleid moet worden uitgevoerd binnen de kaders van de pensioenregeling. Dit beleid staat omschreven in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) Beleggingsbeleid Het pensioenfonds belegt in een drietal beleggingsfondsen, het Strategic Allocation Fund Equity, het Strategic Allocation Fund Fixed Income en het Strategic Allocation Fund Fixed Income LDO. De verdeling over de beleggingsfondsen leidt tot de verdeling 65% vastrentende waarden en 35% zakelijke waarden. Verder wordt het renterisico, zijnde het verschil in duration tussen de beleggingen en de pensioenverplichtingen voor 40% afgedekt. Met een diversificatie van het aantal beleggingscategorieën wordt getracht met een gelijk risico een hoger rendement te behalen. Naast staatsobligaties en aandelen wordt onder meer belegd in bedrijfsobligaties, vastgoed, hypotheken en grondstoffen. Het mixfonds is gericht op een optimale strategische allocatie gemeten naar risico (ten opzichte van de verplichtingen) en rendement. Het beleggingsproces is gericht op waarde toevoeging door middel van een actief beleid over en binnen de beleggingscategorieën, landen, sectoren, individuele bedrijven en door het innemen van duration- en yieldcurve posities bij obligaties. In het SAF beleggingsfonds wordt gebruik gemaakt van derivaten. Als hoofdregel geldt dat derivaten uitsluitend worden gebruikt voor zover dit passend is binnen het algemene beleggingsbeleid van het fonds. De portefeuillestructuur en het risicoprofiel, inclusief de economische effecten van derivaten, bevinden zich binnen de door de vermogensbeheerder met het bestuur besproken grenzen (limieten). Het gebruik van derivaten is beperkt tot het gedekt kopen van put-opties, het gedekt schrijven van call-opties, het (eventuele) gebruik van swaps en het aan- en verkopen van futures. Strategische beleggingsmix per 31 december 2016 voor collectieve waardeoverdracht Mandaat Beleggingscategorie Strategisch Strategic Allocation Fund Equity Strategic Allocation Fund Fixed Incomen + Strategic Allocation Fund Fixed Income LDO 35,00% 65,00% Liquiditeiten 0,0% Totaal 100,0% 16

17 Overzicht portefeuille per 31 december 2016 (in de beleggingsfondsen van Aegon) voor collectieve waardeoverdracht Beleggingscategorie Weging Staatsobligaties Aegon Core Eurozone Government Bond 10,87% Index Fund Bedrijfsobligaties Aegon European credit Fund 15,26% Hypotheken Aegon Hypotheken fonds 13,50% Asset Backed Securities Aegon ABS Fund 4,61% High Yield Aegon European High Yield Pool 0,78% High Yield Aegon North America High Yield Pool 1,80% Emerging Market Debt Aegon Emerging Market Debt Fund (EUR) 2,77% Tactical Interest Rate Overlay Aegon Tactical interest Rate Overlay 0,50% Aandelen Aegon World Equity Fund (EUR) 19,25% Vastgoed Aegon Vastgoed Fund International 7,32% Grondstoffen Aegon Global Commodity Fund (EUR) 2,31% Hedge Funds Aegon Absolute Return Pool (EUR) 4,10% Private Equity Aegon Private Equity Pool 4,38% GTAA Aegon Global TAA+ Pool 1,35% Liquiditeiten Aegon (1,03%) Totaal excl. SLM 87,80% Strategic Liability Matching Strategic Liability Matching Fund 12,20% Totaal 100,0% Premiebeleid Feitelijke premie Een bij het pensioenfonds aangesloten werkgever is voor elke bij hem in dienst zijnde deelnemer jaarlijks een doorsneepremie aan het pensioenfonds verschuldigd die door het bestuur wordt vastgesteld. De doorsneepremie per 1 januari 2016 voor werkgevers die voor 2014 zijn toegetreden is vastgesteld op 25,0%. Werkgevers die op of na 1 januari 2014 zijn toegetreden zijn een kostendekkende premie ter grootte van 23,2% verschuldigd. Over heel 2016 is sprake van een minimaal kostendekkende premie. De aangesloten werkgever kan jaarlijks op de deelnemer een bijdrage verhalen die met de deelnemer zal worden verrekend in evenveel termijnen als waarin het salaris aan de deelnemer wordt betaald. De bijdrage door de deelnemer is per jaar maximaal gelijk aan 40% van de door de werkgever voor de deelnemer verschuldigde premie. In 2016 bedraagt de feitelijke premie duizend (in 2015: duizend). Hierbij dient te worden opgemerkt dat in de genoemde bijdrage geen rekening is gehouden met de in het boekjaar ontvangen bijdrage met betrekking tot de inkoop van pensioenrechten uit hoofde van de Overgangsmaatregel VPL. Kostendekkende premie op basis van het verzekeringscontract Gezien het met de verzekeraar gesloten garantiecontract beschouwt het bestuur de som van de volgende componenten als kostendekkende premie: de kosten van de jaarlijkse pensioeninkoop op de grondslagen van het verzekeringscontract; een opslag voor garantiekosten die worden bepaald aan de hand van de garantiekosten die betaald worden door het pensioenfonds aan Aegon op basis van de Technische Voorziening (VPV) voor nieuw opgebouwde aanspraken; een opslag voor solvabiliteit (vanwege de garantieovereenkomst met Aegon is deze opslag voor het pensioenfonds 1%); het totaal van de pensioenuitvoeringskosten. 17

18 De hoogte van de aldus becijferde kostendekkende premie op basis van het verzekeringscontract bedraagt voor duizend (2015: duizend). Dit is inclusief pensioenuitvoeringskosten en garantiekostenvergoeding van het nieuwe contract. De feitelijke premie van het pensioenfonds is in 2016 voldoende om deze kosten te financieren. De DNB heeft aangeven dat het een herverzekerd pensioenfonds is toegestaan om de premie die met de herverzekeraar is overeengekomen, te beschouwen als het onderdeel van de kostendekkende premie, dat actuarieel nodig is in verband met de aangroei van verplichtingen. Het bestuur van het pensioenfonds heeft hierop besloten om de definitie van de kostendekkende premie aan te passen. Naar aanleiding van dit besluit is vanaf 2012 geen kostendekkende premie op basis van marktwaarde meer bepaald. In de aan de herverzekeraars af te dragen premies, stortingskoopsommen en koopsommen zijn opslagen opgenomen voor medeverzekering van premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid, excasso-, administratie- en mutatiekosten. De betreffende premies en (stortings)koopsommen zijn opgenomen in de post Mutatie voorziening voor pensioenverplichtingen Toeslagbeleid De pensioenregeling kent een voorwaardelijk toeslagbeleid voor alle deelnemers. Het bestuur beslist jaarlijks in hoeverre er toeslagen kunnen worden verleend op ingegane, premievrije en opgebouwde pensioenrechten. Het pensioenfonds zal hierbij de consumentenprijsindex, de financiële positie van het pensioenfonds en de vrije reserve betrekken. De toeslag is afhankelijk van de reële dekkingsraad. Onder reële dekkingsgraad wordt verstaan de verhouding tussen de bezittingen en verplichtingen van het pensioenfonds, waarbij de verplichtingen worden berekend alsof de toekomstige toeslagen (uitgaande van een 100%- ambitie) volledig gefinancierd zijn en onderdeel uitmaken van die verplichtingen. Onder vrije reserve wordt verstaan de middelen waarover het pensioenfonds vrij kan beschikken indien de nominale dekkingsgraad van het pensioenfonds hoger is dan 105%. Onder nominale dekkingsgraad wordt verstaan de conform wet- en regelgeving vastgestelde en als zodanig in het jaarverslag vastgelegde dekkingsgraad. Toeslag per 1 juli 2016 Het bestuur heeft per 1 juli 2016 een toeslag verleend. Alle opgebouwde pensioenaanspraken en rechten zijn per 1 juli 2016 met 0,43% verhoogd. De over de afgelopen 5 jaren toegekende toeslagen aan de actieve deelnemers en aan de gewezen en gepensioneerde deelnemers per 1 juli is als volgt: Toegekende toeslag Actief en voortzetters Toegekende toeslag Gewezen en ingegaan 0,43% 0,10% 0,00% 0,68% 0,00% 0,43% 0,10% 0,00% 1,80% 1,80% Beoogde toeslag 0,63% 1,05% 1,56% 2,45% 2,30% Toeslag 2017 Na afronding van het liquidatieverslag medio 2017 zal het overblijvende saldo volledig worden aangewend voor een eenmalige slotindexatie van de overgedragen opgebouwde pensioenen. 18

19 3.2 Uitvoeringskosten Totale uitvoeringskosten In onderstaande tabel zijn de totale uitvoeringskosten weergegeven: Pensioenbeheerkosten (in euro per deelnemer (actieven en gepensioneerden)) Pensioenbeheerkosten (in euro per deelnemer (actieven, gepensioneerden en gewezen deelnemers)) Vermogensbeheerkosten (als percentage van het gemiddeld belegd vermogen) 0,36% 0,36% 0,38% 0,39% Transactiekosten (als percentage van het gemiddeld belegd vermogen) 0,03% 0,02% 0,03% 0,02% De pensioenbeheerkosten per deelnemer zijn met 6,4% afgenomen. De pensioenbeheerkosten bestaan uit de integrale kosten voor pensioenbeheer inclusief de in het depotverslag opgenomen administratiekostenvergoeding maar exclusief de kostenvoorziening liquidatie van 323 duizend. In 2016 bedragen de totale pensioenuitvoeringskosten 901 duizend (2015: 944 duizend). Dat is een daling van 4,6%. Het aantal deelnemers (actieven, gepensioneerden en gewezen deelnemers) is in 2016 gestegen van deelnemers naar deelnemers. Het aantal actieve deelnemers en gepensioneerden is in 2016 gestegen van deelnemers naar deelnemers (1,7% stijging). De pensioenbeheerkosten per deelnemer worden berekend door de totale kosten te delen door het aantal actieven en gepensioneerden. De daling van 6,4% in kosten per deelnemer worden dan ook veroorzaakt door een daling van de absolute kosten van 4,6% en een stijging van 1,7% van de deelnemers, waardoor de kosten over meer deelnemers berekend worden, wat dus leidt tot een daling per deelnemer van 6,4%. De vermogensbeheerkosten bedragen in duizend (2015: duizend). De kosten vermogensbeheer worden gerapporteerd als percentage van het gemiddeld belegd vermogen en bedraagt 0,36% (2015: 0,36%). Bij de transactiekosten zijn de betaalde in- en uitstapvergoedingen van de beleggingsfondsen verantwoord. Transactiekosten van beleggingstitels binnen de beleggingsfondsen zijn niet meegenomen, omdat deze niet betrouwbaar kunnen worden vastgesteld. Deze transactiekosten bedragen in duizend (2015: 78 duizend). In 2016 bedraagt het gemiddeld belegd vermogen 330,5 miljoen (2015: 310,8 miljoen). De transactiekosten worden gerapporteerd als een percentage van het gemiddeld belegd vermogen en bedraagt 0,03% (2015: 0,03%). 3.3 Risicomanagement Het bestuur heeft in 2016, vanwege de komende liquidatie, gerichte aandacht besteed aan risicomanagement dat samenhangt met de periode waarin het fonds zich bevindt. In 2015 zijn alle risico s beoordeeld en is per risico de kans en impact bepaald om het bruto risico te kunnen bepalen. Tevens zijn deze bruto risico s en de beheersing daarvan nader geanalyseerd. Met behulp van deze analyse is het netto risico bepaald. Dit heeft in belangrijke mate bijgedragen aan een verdere verbetering van het risicomanagementsysteem. Het pensioenfonds is gedurende het verslagjaar volledig herverzekerd. Dat betekent dat een aantal risico s niet voor rekening van het pensioenfonds komen of in zekere mate bij de herverzekeraar liggen. Het bestuur hecht veel waarde aan beheersing van de risico s en is ook van mening dat in het kader van de integrale verantwoordelijkheid alle risico s in redelijke mate gemitigeerd moeten worden. Om die reden acht het bestuur het niet raadzaam om prioritering te geven aan de beschreven risico s. Verder geldt dat de risico s zich in 2016 niet in onbeheersbare zin hebben voorgedaan. 19

20 Het liquidatieproces en het moment van de collectieve waardeoverdracht heeft volgens het bestuur geen impact op de wijze van beleggen en het beleggingsrisico. Hiervoor worden dan ook geen extra maatregelen getroffen. Het beleggingsrisico wordt verder nog beperkt door het gegeven dat er geen sprake is van een overdracht tussen twee pensioenfondsen. Er is zelfs geen werkelijke geldstroom tussen het pensioenfonds en Aegon. De beleggingen staan immers bij Aegon. Omdat het hier gaat om een herverzekerd fonds dat de verplichtingen en het vermogen achterlaat bij de herverzekeraar is er alleen sprake van een juridisch traject. Eind 2016 is veel aandacht besteed aan het mitigeren van de risico s op het in 2017 aanwezige vrije vermogen dat in de loop van het jaar aangewend zal worden voor indexatie van de overgedragen pensioenen. Daarbij zijn met name maatregelen genomen ten aanzien van het renterisico. A. Financiële risico's: 1. Matching-/renterisico Risico items Beheersing door Rente Valuta Volatile premie en waarde bezittingen Mismatch bezittingen en verplichtingen/dekkingsgraad Beleggingsrisico's door valutabewegingen Om dit risico te beheersen worden de beleggingen afgestemd op de rentegevoeligheid van de verplichtingen. Dit is gedaan door toevoeging van het Long Duration Overlay Fund (LDO) aan het Strategic Allocation Fund. Met het LDO wordt de looptijd van het vastrentende deel van de beleggingsportefeuille tot 15 jaar verlengd om het zo meer af te stemmen op de verplichtingen van het pensioenfonds. In april 2016 is het LDO vervangen door het Strategic Liability Matching Fund (SLM) fonds dat het renterisico op een meer aan de huidige tijd gekoppelde wijze afdekt en voldoet aan wetgeving rondom EMIR. Het fonds is beperkt gevoelig voor het renterisico voor wat betreft de voorziening pensioenverplichtingen als gevolg van het afgesloten garantiecontract. Het bestuur onderkent echter wel dat dit een risico voor de premiestelling is, doordat de ontwikkeling van de rente van invloed is op de hoogte van de op de herverzekeringspremie van toepassing zijnde correctiefactor. Deze is in 2013 voor de periode vastgeklikt op de rente van nov Binnen de categorie vastrentende waarden wordt het valutarisico naar de euro volledig weggenomen (afgedekt met valutatermijncontracten naar de euro). Voor zakelijke waarden wordt dit risico niet afgedekt. Beleggingen zijn derhalve onderdeel van het herverzekeringscontract, waardoor het risico is afgedekt. Inflatie Toeslagverlening Toeslagen worden verleend vanuit vrij vermogen. Het bestuur van het pensioenfonds heeft de ambitie toeslagen op de pensioenen te verlenen. Het risico bestaat dat de meeropbrengsten uit beleggingen en de daarmee samenhangende ontwikkeling van de dekkingsgraad niet toereikend zijn om invulling te kunnen geven aan het beoogde toeslagbeleid. Overigens heeft 20

21 het toeslagbeleid een strikt voorwaardelijk karakter en is met een continuïteitsanalyse en consistentietoets berekend wat de slaagkans van de toeslagambitie is. Naar de mening van het bestuur is daardoor het financiële risico voor het pensioenfonds nagenoeg nihil. 2. Marktrisico Het risico als gevolg van het blootstaan aan wijzigingen in marktprijzen van verhandelbare financiële instrumenten. Bestaat uit: Prijsvolatiliteit Marktliquiditeit Concentratierisico en Correlatie van de beleggingsportefeuille De vaststelling van het strategische beleid Is de beleggingsportefeuille voldoende 'doorzichtig'? Is er (voldoende) afstemming over portefeuille invulling? Is het maximale risico gedefinieerd en vindt monitoring plaats? Door spreiding binnen de portefeuille (diversificatie) wordt het prijsrisico gedempt. Dit risico wordt beheerst door in het strategische en tactische beleggingsbeleid voldoende ruimte aan te houden voor liquiditeitsposities. Daarnaast kunnen de beleggingen binnen een maand liquide worden gemaakt. Het concentratierisico is onderzocht in de ALM-studie, waarbij beleggingscategorieën met elkaar worden gecombineerd om tot een strategische beleggingsmix te komen. Om de concentratierisico s te beheersen, is de beleggingsportefeuille van het pensioenfonds in hoge mate gediversifieerd. Aan de hand van een ALM-studie heeft het fonds het strategisch beleid vastgesteld. Het strategisch beleid wordt niet zonder nieuwe ALM-studie aangepast. In het jaarverslag is een hoofdstuk opgenomen over de beleggingen. Naar mening van het bestuur is dit op een doorzichtige manier weergegeven. Het bestuur heeft de verantwoordelijkheid voor het tactische en operationele beleggingsbeleid gedelegeerd aan de vermogensbeheerder middels een beleggingsmandaat. De vermogensbeheerder is binnen de door het bestuur geformuleerde randvoorwaarden zoals zijn vastgelegd in het beleggingsmandaat - vrij in de wijze van belegging en herbelegging. Het bestuur controleert als eindverantwoordelijke periodiek het door de vermogensbeheerders uitgevoerde beleid en ontvangt daartoe de adequate rapportages. De beleggingen zijn onderdeel van de herverzekering, het beleggingsrisico ligt daarom primair bij de herverzekeraar. Risicoreductie vindt plaats door middel van spreiding over de verschillende beleggingscategorieën en op waardetoevoeging door middel van een actief beleid over en binnen beleggingscategorieën, landen, sectoren, individuele bedrijven en door het 21

22 innemen van duration- en yieldcurve posities bij obligaties. Er vindt monitoring plaats door de vermogensbeheerder GTAA: wie neemt de besluiten, wat is de timehorizon, hoe zit de rebalancing? Zijn de investment fees / kostenstructuur transparant? Worden de juiste benchmarks gehanteerd? De vermogensbeheerder neemt alle besluiten over het tactische beleggingsbeleid, alles binnen het door het bestuur geaccordeerde beleggingsmandaat. De fees en kosten zijn opgenomen in enerzijds de overeenkomst met Aegon en anderzijds in de factsheets van de onderliggende fondsen. Het bestuur heeft geen invloed op de transactiekosten binnen de beleggingsfondsen. Alle benchmarks zijn opgenomen in de factsheets en in het door het bestuur geaccordeerde mandaat. 3. Kredietrisico's Het risico dat een tegenpartij contractuele of andere overeengekomen verplichtingen niet nakomt. Beheersing van het kredietrisico vindt plaats door een goede selectie van tegenpartijen, het stellen van limieten aan tegenpartijen en het waar mogelijk vragen van extra zekerheden zoals onderpand. Het bestuur heeft gezien de solvabiliteit van Aegon Levensverzekering N.V. (hetgeen onder meer is vertaald in de bevestiging van de rating door Standard en Poor s) besloten om geen kredietafslag te bepalen op de vordering op de herverzekeraar ultimo boekjaar. Debiteurenrisico wordt gemanaged door streng incassobeleid met maandelijks beheer door de uitvoeringsorganisatie en rapportage per kwartaal aan het bestuur. 4. Verzekerings-technische risico's Sterfte Arbeidsongeschiktheid Het risico dat uitkeringen niet gefinancierd kunnen worden vanuit premieen/of beleggingsinkomsten als gevolg van onjuiste en/of onvolledige technische aannames en grondslagen bij de ontwikkeling en premiestelling van de pensioenovereenkomst. Bestaat uit: - langlevenrisico gepensioneerden / slapers Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door het garantiecontract (herverzekering) - langlevenrisico actieven Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door het garantiecontract (herverzekering) - kortlevenrisico actieven Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door het garantiecontract (met herverzekering sterfterisico). - Arbeidsongeschiktheidsrisico actieven Dit is onderdeel en hierdoor afgedekt door de herverzekering van het AO risico. 22

23 B. Niet financiële risico's: 6. Omgevingsrisico's Werkgever zegt overeenkomst op Een vertrek van een aangesloten werkgever kan druk leggen op het evenwicht tussen de bijdragen van werkgevers en werknemers enerzijds en de te betalen premies en uitvoeringskosten anderzijds. Bij een substantiële daling van de bijdragen nemen de uitvoeringskosten namelijk niet naar rato daarvan af. Beheersing vindt plaats door het sluiten van 5-jarige aansluitingsovereenkomsten. Nieuwe pensioenregeling De pensioenregeling is in 2014 (pensioenleeftijd) en in 2015 (opbouwpercentage) aangepast. De kans dat ook in de toekomst de pensioenregeling zal (moeten) worden aangepast is door het liquidatiescenario nihil geworden. Veranderende rol toezichthouder AFM/DNB (richtlijnen en controles) Reputatierisico (vertrouwen stakeholders) Dit risico wordt binnen de huidige opzet van het pensioenfonds beheersbaar geacht, mede gezien het feit dat het bestuur wordt bijgestaan door een actuarieel en beleggingsadviseur, alsmede op financieel gebied door een extern accountant. Wel zal het bestuur extra aandacht besteden aan de benodigde geschiktheid van de bestuurders. Mede in dit kader is er ook een geschiktheidsplan opgesteld. De beheersing van dit risico geschiedt vanuit het fonds door een goede governance, een transparante communicatie en een goede pensioenuitvoering. Ook van belang is een goede afstemming met sociale partners over de inhoud van de regeling en de premie die hiervoor benodigd is. De afgesloten 3-jarige CAO heeft dit risico positief beïnvloed. 7. Uitbestedingsrisico's Kwaliteit dienstverlening Het uitbestedingsrisico wordt gemitigeerd door de afspraken (kwaliteitseisen) in de uitbestedingsovereenkomst en de daaraan verbonden Service Level Agreement (SLA). Monitoring van de uitvoering door het bestuur vindt plaats op basis van de periodieke rapportages van Aegon en TKP over de uitgevoerde werkzaamheden. Tevens ontvangt het pensioenfonds van TKP en Aegon ISAE 3402 type II-rapportages. Deze rapportages geven inzicht in de wijze van beheersing van de operationele risico s en geven aan of de uitvoerders in control zijn. Met de uitvoeringsorganisatie is afgesproken dat zij een actieve bijdrage leveren aan het liquidatieproces tot dit volledig is afgerond. 23

24 Continuïteit en solvabiliteit tegenpartij Exit-bepaling en afhankelijkheid Flexibiliteit wijzigingen/uitvoeringen IT-omgeving (strategie, beheersbaarheid, continuïteit en beveiliging) Kosten Het bestuur acht de continuïteit en solvabiliteit van Aegon en dat van de dochteronderneming TKP Pensioen als stabiel. Er zijn hiervoor daarom verder geen beheersmaatregelen getroffen. In het herverzekeringscontract is vastgelegd dat de pensioenrechten, aanspraken en het bijhorende vermogen achter kunnen blijven bij de herverzekeraar. Niet is vastgelegd hoe en onder welke voorwaarden dit gebeurt. Met Aegon is een overeenkomst opgesteld waarin de voorwaarden opgenomen zijn. De voor het fonds meest belangrijke afspraak is dat de overdracht met gesloten beurzen plaatsvindt. De ervaring van het bestuur is dat de uitvoerende organisaties zich flexibel opstellen bij wijzigingen die in de uitvoering doorgevoerd moeten worden. Het bestuur acht dit risico daarom als 'in control'. De pensioenuitvoerder heeft op dit gebied beheersmaatregelen getroffen die ook opgenomen zijn in de ISAE rapportage en de In Control Statements. Voor de korte termijn is als beheersmaatregel een structurele maandelijkse monitoring van de uitvoeringskosten ingevoerd. 8. Integriteitsrisico Taakbeschrijving Binnen het bestuur is er een taakverdeling afgesproken o.b.v. de verdeling van aandachtsgebieden. Deze zijn vastgelegd in het geschiktheidsplan. Met TKP en Aegon zijn daarnaast duidelijke afspraken gemaakt welke zijn vastgelegd in de uitbestedingsovereenkomst en de daaraan verbonden Service Level Agreement. Transparantie tussen bestuur en stakeholders Integriteit en gedrag personeel tegenpartij Het bestuur hadt zich voorgenomen de communicatie te verbeteren en vindt zich daarin geslaagd. De organisatie waaraan het fonds werkzaamheden heeft uitbesteed moet beschikken over een gedragscode, die ten minste gelijkwaardig is aan die van het fonds. Het bestuur van het fonds heeft dit gecontroleerd. De door het fonds ingeschakelde vermogensbeheerder en/of eventuele beleggingsadviseur dienen bij voorkeur te handelen op basis van een gedragscode die ten minste gelijkwaardig is aan de volledige modelgedragscode van de Pensioenfederatie. Net als bijna ieder ander fonds heeft het fonds de administratie en het vermogensbeheer uitbesteed. Hierdoor is er een integriteitsrisico, maar het bestuur acht de kans hierop klein gezien de gekozen partners. 24

25 Benadeling derden Voorwetenschap Witwassen Terrorisme financiering Onoorbaar handelen 9. Juridische risico's Wet- en regelgeving (zorgplicht; FTK, verslaglegging, governance) Aansprakelijkheid (zorgplicht) Managementrisico (juiste besluitvorming) Afdwingbaarheid contracten Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard geen vertrouwelijke informatie aan derden te verstrekken tenzij een zorgvuldige uitoefening van zijn functie dat vereist of hij daartoe wettelijk verplicht is. Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard niet te handelen op basis van voorwetenschap. Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard niet te handelen op basis van voorwetenschap. Het fonds voert het beleggingsbeleid uit conform het op de website van Aegon gepubliceerde Beleid Verantwoord Beleggen van Aegon Nederland. Dit beleid past binnen het advies van de Pensioenfederatie. Ieder bestuurslid heeft de gedragscode getekend en hiermee o.a. verklaard dat hij zich onder alle omstandigheden zal gedragen volgens de hoogste normen van de bedrijfsethiek. Waar nodig wordt externe expertise ingekocht. Compliance programma en juiste en volledige fondsreglementen. Er zijn geen producten met beleggingsvrijheid voor de deelnemer, deze kant van de zorgplicht is dus niet van toepassing. Communicatie over indexatie en premie zijn van groot belang. Het bestuur heeft een geschiktheidsbeleid met de doelstelling dat op ieder geschiktheidsgebied voldoende geschiktheid binnen het bestuur aanwezig is. De invulling dient nog verdere uitwerking te krijgen. Het risico dat de verplichting van derden, of van het fonds jegens derden voortvloeiend uit contracten, niet of onvoldoende kunnen worden afgedwongen wordt wel aanwezig geacht maar wordt niet gezien als een zorg. Daarnaast is de risicohouding van het fonds onderwerp van gesprek geweest in het bestuur. Risicohouding De risicohouding is een belangrijk uitgangspunt voor de vaststelling van de mate waarin het pensioenfonds beleggingsrisico kan en wil nemen (beleggingsbeleid) om de (strategische) doelstellingen van het pensioenfonds te realiseren. Binnen de driehoek ambitie premie risicohouding, worden door het pensioenfonds de afwegingen gemaakt die moeten leiden tot de gewenste uitvoering van de afgesproken pensioenregeling. In Artikel 102a van de PW staat het volgende vermeld: Het bestuur van een pensioenfonds legt doelstellingen en beleidsuitgangspunten, waaronder de risicohouding, van het pensioenfonds vast. De organen van het pensioenfonds gebruiken deze 25

26 doelstellingen en uitgangspunten bij de toetsing van de opdrachtaanvaarding van de pensioenregelingen en bij de besluitvorming, de verantwoording, de advisering, en het toezicht binnen het pensioenfonds. Volgens het FTK is de risicohouding van het fonds de mate waarin een fonds, na overleg met de vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers en na overleg met organen van het fonds, bereid is beleggingsrisico s te lopen om doelstellingen van het fonds te realiseren. De risicohouding voor het fonds voldoet aan de prudent person-regel en komt voor de lange termijn tot uitdrukking in de door het fonds vast te leggen ondergrenzen, die worden getoetst door middel van de (aanvangs)haalbaarheidstoets. De risicohouding dient derhalve door het bestuur te worden vastgesteld en vastgelegd. Het vaststellen van de risicohouding moet na overleg met de sociale partners en organen van het fonds plaatsvinden. De risicohouding is door het bestuur in overleg met sociale vastgesteld. Door middel van de aanvangshaalbaarheidstoets is getoetst of wordt voldaan aan de gekozen ondergrenzen. Grofweg zijn de volgende procedures gevolgd om als bestuur van het pensioenfonds samen met de sociale partners en overige organen, de risicohouding vast te stellen: 1. Het bestuur van het pensioenfonds en de sociale partners bepalen los van elkaar welke risicohouding gewenst is. Nadat dit door partijen onafhankelijk van elkaar is bepaald wordt gekeken welke overeenkomsten en verschillen er zijn. Hierover vindt discussie plaats, bijvoorbeeld tijdens een studiemiddag. Uitgangspunt is dat aan het einde van de studiemiddag definitieve risicohouding kan worden gedefinieerd. 2. Het bestuur van het pensioenfonds en de sociale partners beleggen een gezamenlijke studie(mid)dag waarin wordt gediscussieerd over de risicohouding en de verschillende ondergrenzen. Uitgangspunt is dat aan het einde van deze dag de definitieve risicohouding kan worden gedefinieerd. 3. Het bestuur doet een voorstel voor de risicohouding aan de sociale partners. Het bestuur communiceert over de risicohouding van het bestuur en de gevolgen daarvan met de sociale partners. Vervolgens kan de definitieve risicohouding worden bepaald. De mate van risicoacceptatie van het bestuur is onder andere gebaseerd op de volgende kwalitatieve overwegingen: Het proces dient zo efficiënt mogelijk te worden ingestoken. Er is sprake van een nominale pensioentoezegging met een strikt voorwaardelijke indexatie. Omdat bij het pensioenfonds sprake is van enige indexatiecapaciteit, zal in de aanvangshaalbaarheidstoets naar verwachting kunnen worden voldaan aan de ondergrens die hoort bij een nominale toezegging. Bij slechte economische omstandigheden acht het bestuur het uitlegbaar dat indexatie niet kan worden toegekend. Omdat sprake is van een garantie door Aegon op de ingekochte aanspraken, is er (tenzij er iets met Aegon gebeurt) geen mogelijkheid dat de pensioenaanspraken en -rechten worden gekort. Risicohouding Door middel van de aanvangshaalbaarheidstoets dient het volgende te worden getoetst: 1. Dat het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau boven de door het fonds te kiezen ondergrens van het pensioenresultaat blijft. Bij het vaststellen van de risicohouding dient de ondergrens van het pensioenresultaat te worden gedefinieerd. 2. Dat het premiebeleid over de gehele beleggingshorizon voldoende realistisch en haalbaar is. Bij het vaststellen van de risicohouding dient het premiebeleid te worden gedefinieerd. 3. Dat het fonds voldoende herstelcapaciteit heeft om naar verwachting vanuit de situatie dat aan de vereisten van het minimaal vereist eigen vermogen wordt voldaan, binnen de looptijd van het herstelplan aan de vereisten van vereist eigen vermogen wordt voldaan. Omdat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds is het vereist eigen vermogen gelijk aan het minimaal vereist eigen vermogen. 4. Dat het pensioenresultaat op fondsniveau in het slecht weer scenario niet te veel afwijkt van het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau. Bij het vaststellen van de risicohouding dient een maximale afwijking ten opzichte van de mediaan te worden gedefinieerd. Hetgeen hiervoor staat vermeld wordt getoetst uitgaande van de feitelijke financiële positie van het fonds. De toetsing ten aanzien van de (afwijking) van het pensioenresultaat en van het premiebeleid wordt tevens getoetst vanuit een dekkingsgraad waarbij aan de vereisten van het vereist eigen vermogen wordt voldaan. Verwachte pensioenresultaat (en acceptabele afwijking) 26

27 Omdat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds, worden de nominale (ingekochte) pensioenaanspraken en -rechten gegarandeerd door de verzekeraar (Aegon). Als uitgangspunt voor de risicohouding is aangenomen dat sprake is van een nominale toezegging. Omdat bij het pensioenfonds sprake is van enige indexatiecapaciteit, zal in de aanvangshaalbaarheidstoets kunnen worden voldaan aan de ondergrens die hoort bij een nominale toezegging. De ondergrens van het pensioenresultaat behorende bij een nominale toezegging is voor het pensioenfonds bepaald op 65%. Omdat sprake is van een garantie door Aegon op de ingekochte aanspraken, is er (tenzij er iets met Aegon gebeurt) geen mogelijkheid dat de pensioenaanspraken en -rechten worden gekort. Het is echter wel mogelijk dat de werkelijke prijsinflatie (op basis waarvan het pensioenresultaat wordt berekend) hoger is dan in het basisscenario wordt verondersteld. Een nominale aanspraak in combinatie met een hogere prijsinflatie, zal leiden tot een lager pensioenresultaat. De ondergrens van het pensioenresultaat behorende bij een nominale toezegging is het pensioenfonds in het 5e percentiel slechtste gevallen globaal bepaald op 52%. Premiebeleid voldoende realistisch en haalbaar Als uitgangspunt voor de aanvangshaalbaarheidstoets is het volgende premiebeleid voorgesteld: De feitelijke premie voor 2015 en 2016 is gelijk aan 25% van de pensioengrondslagsom. Bij het berekenen van de kostendekkende premie wordt hierbij uitgegaan van de herverzekerde situatie. Bij het vaststellen van de kostendekkende premie wordt rekening gehouden met: de marktrente in enig jaar; een opslag in verband met het in stand houden van het minimaal vereist eigen vermogen; een opslag voor garantiekosten; een opslag voor uitvoeringskosten. Voldoende herstelcapaciteit Omdat sprake is van een volledig herverzekerd pensioenfonds is het vereist eigen vermogen gelijk aan het minimaal vereist eigen vermogen. Er wordt derhalve automatisch voldaan aan het vereiste dat sprake is van voldoende herstelcapaciteit. 3.4 Garantiecontract Herverzekering Het pensioenfonds heeft per 1 januari 2012 voor een periode van vijf jaar zijn pensioenregeling herverzekerd bij Aegon. Het verzekeringstechnische risico is bij deze maatschappij ondergebracht en vastgelegd in een garantieovereenkomst die liep tot en met 31 december Het contract behelste een volledige herverzekering met een levenslange garantie en is gesloten op marktwaardegrondslagen. Daarnaast heeft het pensioenfonds een aanvullende regeling met Aegon afgesloten die geen onderdeel is van het garantiedepot. Dit betreft de afwikkeling van premievrije aanspraken die in een voorgaande contractperiode tegen een contante rentekorting zijn afgerekend en waarover geen overrente meer afgerekend wordt door Aegon. De herverzekeraar garandeert de tarieven tot en met de einddatum van de overeenkomst en daarna levenslang de op 31 december 2016 gefinancierde pensioenen. Het pensioenfonds deelt in de technische resultaten welke de herverzekeraar behaalt. De herverzekeraar heeft de als tegenwaarde van de pensioenverplichtingen aangehouden beleggingen ondergebracht in een gesepareerd beleggingsdepot. Het pensioenfonds heeft recht op de overrente die met dit gesepareerde beleggingsdepot wordt gerealiseerd. Waardering volledig herverzekerde contracten binnen het FTK Binnen de kaders van het FTK wordt de uitbestedingsovereenkomst van het pensioenfonds gezien als volledige herverzekering om de volgende redenen: Wanneer het pensioenfonds na beëindiging van het contract kiest voor premievrije voortzetting van de overeenkomst de herverzekeraar geen betaling van eerder genoemde garantiekosten zal vragen, maar deze zal verrekenen met de gegenereerde overrente. Indien in enig jaar de overrente niet voldoende is om daaruit de kosten geheel te financieren, zal het niet verrekende deel van de kosten doorschuiven naar volgende jaren ter verrekening met toekomstige overrente. Geactiveerde (negatieve) overrente in gesepareerd beleggingsdepot In het bij de herverzekeraar aangehouden gesepareerde beleggingsdepot is sprake van een zogenaamde 27

28 geactiveerde overrente. Het pensioenfonds kent winstdeling van de in het depot behaalde overrendementen (verschil tussen behaald beleggingsrendement en benodigde intrest); positieve resultaten worden ten gunste van het pensioenfonds in rekening-courant geboekt. Eventuele negatieve rendementen worden niet ten laste van het pensioenfonds gebracht, maar worden in het depot geactiveerd. Momenteel is er sprake van geactiveerde negatieve overrente. De hoogte van de geactiveerde negatieve overrente van het gesepareerd beleggingsdepot, na bestemming van het resultaat van het depot over 2016, bedraagt ultimo boekjaar negatief (ultimo 2015: negatief ). De stijging van de negatieve overrente wordt met name veroorzaakt doordat in 2016 de benodigde intrest hoger was dan het resultaat op beleggingen. In de met de herverzekeraar afgesloten verzekeringsovereenkomst is bepaald dat, indien het fonds de op 31 december 2016 opgebouwde aanspraken achterlaat bij de verzekeraar, de op dat moment aanwezige negatieve overrente volledig ten laste van de verzekeraar zal komen. Daarnaast is ultimo 2016 in het depot sprake van een saldo uit hoofde van vrij vermogen van (ultimo 2015: ). In dit saldo is de rendementsbijschrijving over het boekjaar reeds opgenomen. Bij de bepaling van de depotdekkingsgraad voor uitvoering van de collectieve waardeoverdracht worden het vrije vermogen en de geactiveerde overrente gesaldeerd en afgezet tegen de voorziening pensioenverplichtingen. De depotdekkingsgraad ultimo 2016 voor collectieve waardeoverdracht bedraagt 85,7% (2015: 88,4%), op basis van de volgende opstelling: Vrij vermogen incl. geactiveerde Technische voorzieningen volgens grondslagen Dekkingsgraad negatieve overrente gesepareerd beleggingsdepot van het depot negatief ,7% 3.5 Financiële positie Algemeen Een maatstaf om de financiële positie van een pensioenfonds te bepalen is de dekkingsgraad. De dekkingsgraad is de procentuele verhouding tussen de bezittingen, verlaagd met overige schulden en de voorziening pensioenverplichtingen. De dekkingsgraad geeft aan in hoeverre op lange termijn de pensioenverplichtingen kunnen worden nagekomen. De verslagleggingregels voor herverzekeringscontracten uit hoofde van RJ 610 zijn toegepast. Volgens deze verslagleggingsregels staan de beleggingen niet separaat op de balans van het pensioenfonds. Tegenover de verplichtingen op de passivazijde van de balans staan op de activazijde de vorderingen op de herverzekeraar. Door deze wijze van presenteren worden die risico s welke het pensioenfonds loopt inzichtelijk gemaakt; door het gelijkstellen van de vordering op de herverzekeraar aan de verplichting van het pensioenfonds (en de beleggingen feitelijk niet op de balans zichtbaar te maken) ontstaat de situatie dat het beleggingsrisico niet tot uitdrukking komt in de jaarcijfers van het pensioenfonds. Dit sluit aan op de gedachte achter het met de herverzekeraar afgesloten garantiecontract. Het pensioenfonds ontvangt jaarlijks haar aandeel in de behaalde positieve overrente. Indien de overrente in enig jaar negatief is, zal deze niet met het pensioenfonds worden verrekend, maar binnen het depot worden geactiveerd en verrekend met toekomstige positieve overrente. Wanneer in enig jaar het beleggingsresultaat negatief is, vertaalt dit zich in een onttrekking aan de vrije reserve van het pensioenfonds. Deze vrije reserve betreft een overschot aan middelen welke het pensioenfonds in het gesepareerd beleggingsdepot aanhoudt. Aangezien tegenover deze middelen geen voorziening wordt aangehouden, betreffen dit feitelijk vrije middelen van het pensioenfonds; een eventueel negatief beleggingsrendement in enig jaar zal dan ook (voor het respectievelijke deel) aan de vrije reserve worden onttrokken. Een eventueel negatief rendement dat wordt behaald over de middelen die ter dekking van de pensioenverplichtingen worden aangehouden, zal niet direct bij het pensioenfonds in rekening worden gebracht, maar worden verrekend met toekomstige positieve resultaten. 28

29 Voor het beleid is een aantal vermogensposities van belang. De volgende grenzen worden onderscheiden. Minimaal vereist eigen vermogen: het minimaal vereist eigen vermogen is de ondergrens van het vereist eigen vermogen. Indien het pensioenfonds niet over het minimaal vereist vermogen beschikt, is sprake van een dekkingstekort. Pensioenfondsen die hun risico s bij een verzekeraar hebben verzekerd mogen het kredietrisico op die verzekeraar buiten beschouwing laten bij de berekening van het (minimaal) vereist eigen vermogen. In 2016 is de dekkingsgraad behorend bij het minimaal vereist eigen vermogen voor collectieve waardeoverdracht 101,0% van de voorziening pensioenverplichtingen (2015: 101,0%). Vereist eigen vermogen: het vereist eigen vermogen is het vermogen dat nodig is om te bewerkstelligen dat met een zekerheid van 97,5% wordt voorkomen dat binnen een jaar het eigen vermogen na één jaar negatief wordt. Indien het pensioenfonds niet over het vereist eigen vermogen beschikt, is sprake van een reservetekort. Pensioenfondsen die hun risico s bij een verzekeraar hebben verzekerd mogen het kredietrisico op die verzekeraar buiten beschouwing laten bij de berekening van het (minimaal) vereist eigen vermogen. Ultimo 2016 bedraagt de dekkingsgraad behorend bij het vereist eigen vermogen voor collectieve waardeoverdracht eveneens 101,0% (2015: 101,0%). Ontwikkeling dekkingsgraad De ontwikkeling van de dekkingsgraad van het pensioenfonds gedurende het jaar wordt hieronder weergegeven. Daarbij is per factor het procentuele effect op de dekkingsgraad bepaald. (in %) Dekkingsgraad 1 januari 105,6% 105,6% Premie 0,0% 0,1% Uitkering 0,1% 0,1% Toeslagverlening -/-0,4% 0,0% Beleggingsrendementen (exclusief renteafdekking) 0,0% 0,0% Renteafdekking 0,0% 0,0% Wijzigingen in de rentetermijnstructuur voorziening pensioenverplichtingen -/- 0,5% -/- 0,4% Aanpassing levensverwachting 0,0% 0,0% Overige oorzaken 0,6% 0,2% Dekkingsgraad 31 december voor collectieve waardeoverdracht 105,4% 105,6% Financiële positie De dekkingsgraad kan wijzigen door diverse factoren, zoals de ontwikkeling van het beleggingsresultaat, verzekeringstechnische ontwikkelingen en de ontwikkeling van de marktrente. Met ingang van 2015 wordt de beleidsdekkingsgraad bepaald aan de hand van het gemiddelde van de dekkingsgraden over de laatste vier kwartalen. Ultimo 2016 voor collectieve waardeoverdracht betreft de beleidsdekkingsgraad 105,2%(2015: 105,4%). Dit is hoger dan de dekkingsgraad behorend bij het (minimaal) vereist eigen vermogen van 101,0%. De vermogenspositie van het pensioenfonds kan daarom worden gekarakteriseerd als toereikend. 29

30 4 Beleggingen 4.1 Algemeen De hoofddoelstelling van het beleggingsbeleid is het op lange termijn realiseren van een zo hoog mogelijk rendement uitgaande van het strategische beleggingsbeleid bij een acceptabel risico, rekening houdend met de verplichtingenstructuur van het pensioenfonds. Hoewel het rendement op de portefeuille een hoge prioriteit heeft, staan een enigszins defensief karakter van het beleggingsbeleid en een voorzichtige afweging van risico en rendement voorop. Om de doelstelling te realiseren voert het pensioenfonds een actieve beleggingsstijl. Dit wil zeggen dat zal worden getracht op basis van marktvisie van de vermogensbeheerder een hoger rendement te behalen dan de gekozen benchmark. Dit alles binnen de randvoorwaarden van een aanvaardbaar risico. Teneinde de beoogde pensioenuitkeringen op korte en lange termijn veilig te stellen wenst het bestuur de toevertrouwde middelen op een verantwoorde en solide wijze te beleggen. Het pensioenfonds belegt vanuit de prudent person gedachte. Daarbij moeten de beleggingen voldoen aan kwalitatieve beginselen van veiligheid, kwaliteit en spreiding van risico s. Het pensioenfonds hanteert hierbij de volgende uitgangspunten: een zorgvuldige selectie van de vermogensbeheerder die strikt binnen het afgegeven mandaat dient te opereren en frequent verantwoording aflegt aan het bestuur; een breed gespreide beleggingsportefeuille met grotendeels defensief karakter die is afgestemd op de verplichtingen; er wordt niet rechtstreeks in derivaten belegd. Een aantal beleggingsfondsen maakt gebruik van derivaten. er worden door de vermogensbeheerder geen achtergestelde leningen aangegaan en ook geen leningen met een looptijd langer dan 1 jaar; alle beleggingen kunnen binnen 1 maand liquide worden gemaakt; de vermogensbeheerder sluit aan bij principes maatschappelijk verantwoord beleggen via de Code of Conduct. Met betrekking tot het vrije vermogen acht het bestuur het concentratierisico dat voortvloeit uit het aanhouden van het vrije vermogen bij dezelfde vermogensbeheerder relatief gering. Bij het inschakelen van een extra partij zou het pensioenfonds zich geconfronteerd zien met extra beheerskosten en bovendien zou dit extra overleg vergen die voor het bestuur ten koste zou gaan van beleidsvorming. Voor de uitvoering van het beleggingsbeleid wordt op zeer beperkte wijze gebruik gemaakt van derivaten. Als hoofdregel geldt dat derivaten uitsluitend worden gebruikt voor zover dit passend is binnen het algemene beleggingsbeleid van het fonds waarin wordt deelgenomen. Het bestuur is verantwoordelijk voor de nadere invulling alsmede de uitvoering van het strategisch beleggingsbeleid. Hieronder wordt verstaan de vaststelling van het doel en de stijl van het beleggingsbeleid, de strategische beleggingsportefeuille en bandbreedtes, de benchmarks en de selectie en aanstelling van de vermogensbeheerder(s). Het bestuur heeft de verantwoordelijkheid voor het tactische en operationele beleggingsbeleid gedelegeerd aan de vermogensbeheerder middels een beleggingsmandaat. De vermogensbeheerder is binnen de door het bestuur geformuleerde randvoorwaarden zoals zijn vastgelegd in het beleggingsmandaat - vrij in de wijze van belegging en herbelegging. Het bestuur controleert als eindverantwoordelijke periodiek het door de vermogensbeheerders uitgevoerde beleid en ontvangt daartoe de adequate rapportages. Risicoreductie vindt plaats door middel van spreiding over de verschillende beleggingscategorieën en op waardetoevoeging door middel van een actief beleid over en binnen beleggingscategorieën, landen, sectoren, individuele bedrijven en door het innemen van duration- en yieldcurve posities bij obligaties. 30

31 4.2 Resultaten beleggingsportefeuille De samenstelling van de beleggingsportefeuille per ultimo 2016 voor collectieve waardeoverdacht is weergegeven in de onderstaande tabel. Minimum (%) Mandaat Strategisch (%) Maximum (%) Beleggingscategorie Marktwaarde (x 1,000) Portefeuille Feitelijk (%) 0,00 65,00 100,00 Vastrentende waarden ,28 0,00 35,00 100,00 Zakelijke waarden ,72-5, ,00 Liquiditeiten 0 0, Totaal Het totale beleggingsrendement inclusief kosten en SLM in 2016 bedroeg 9,38%. Het totale beleggingsresultaat exclusief LDO kwam uit op 5,91%, terwijl de benchmark een rendement behaalde van 6,08%. Daarmee heeft het pensioenfonds in 2016 een underperformance van circa 0,16% behaald. Toelichting portefeuille Het Strategic Allocation Fund Equity beleggingsbeleid is gericht op risicoreductie door middel van spreiding over en binnen verschillende beleggingscategorieën. Het beleggingsproces is tevens gericht op waarde toevoeging door middel van het door de vermogensbeheerder te voeren beleid. Het pensioenfonds belegt, direct of indirect, hoofdzakelijk in zakelijke waarden, daarbij streeft het naar een optimaal risicorendement profiel door te beleggen in verschillende goed gespreide beleggingscategorieën. Het Strategic Allocation Fund Fixed Income hanteert eenzelfde beleggingsbeleid, alleen belegt dit pensioenfonds, direct of indirect, hoofdzakelijk in vastrentende waarden. Het doel van het Strategic Liability Matching Fund beleggingsbeleid is om het marktrenterisico voor een pensioenfonds op een efficiënte wijze af te dekken als onderdeel van de vastrentende portefeuille. Het fonds gebruikt onder andere interest rate swaps om de rentegevoeligheid te verhogen en heeft hierdoor een 'hefboom' waardoor de beweeglijkheid van de participatiewaarde groter is dan bij een gemiddeld vastrentend fonds. Het fonds maakt gebruik van een buffer om door middel van onderpand het tegenpartij risico te managen. Bij sterke bewegingen van de participatiewaarde kunnen er bijstortingen of afromingen plaatsvinden vanuit de overige bestanddelen van de beleggingsportefeuille van de participant naar de buffer. Het renterisico wordt strategisch voor 49% afgedekt. Algemeen overzicht 2016 Onrustige start van het jaar De eerste weken van 2016 waren onstuimig. Wereldwijd daalden koersen door slechte Chinese economische cijfers en de depreciatie van de renminbi ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Beleggers vluchtten hierdoor in het eerste kwartaal massaal naar de relatief veilige staatsobligaties, met wereldwijd nog lagere rentestanden tot gevolg. Wel was er herstel op de aandelenmarkten door de versoepeling van monetair beleid. De verrassende Brexit De zomer werd gedomineerd door het Brexit referendum. Op de financiële markten was er onzekerheid over de impact van een mogelijke Brexit op de (handels)relatie met Europa. En er was angst dat het sentiment in het Verenigd Koninkrijk kon overslaan op de rest van de EU. De verrassende keuze voor een Brexit in de nacht van donderdag 23 op vrijdag 24 juni leidde meteen tot stevige reacties op de financiële markten. Europese beurzen kelderden met gemiddeld meer dan 8%, en de Britse pond verzwakte met meer dan 5% op één dag. Centrale banken bieden de helpende hand In de weken na het Brexit-referendum kwamen centrale banken met diverse ondersteunende maatregelen. In het derde kwartaal begon in Amerika de rente op staatsobligaties op te lopen. Een groeiende economie, sterk aantrekkende arbeidsmarkt en een iets toenemende inflatie waren hier de oorzaak van. En het vergrootte de kans op een renteverhoging van de Amerikaanse centrale bank (de Fed) in december. Daarom haalden investeerders hun geld uit obligaties en belegden het in meer risicovolle 31

32 beleggingscategorieën zoals aandelen. Dit alles zorgde voor sterke resultaten bij aandelen in het derde kwartaal. Trump de verrassende winnaar van de Amerikaanse verkiezingen In november volgde nog een grote verrassing: de uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen. De peilingen zaten er net als bij de Brexit weer flink naast. Het was Donald Trump die ten koste van Hillary Clinton de verkiezingen won en het presidentschap naar zich toe trok. De financiële markten hadden hier geen rekening mee gehouden en lieten aanvankelijk grote verliezen zien. Binnen een dag draaide het sentiment compleet om. De financiële markten denken dat Trump, met zijn plannen voor meer investeringen en lagere belastingen, zowel de economische groei als inflatie kan laten stijgen. Deze verwachting had een positief effect op aandelenmarkten en die behaalden een sterk positief rendement in het vierde kwartaal. Tegelijk ging de rente omhoog, waardoor obligaties negatief rendeerden. 4.3 Maatschappelijk verantwoord beleggen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie heeft zijn beleggingen uitbesteed aan Aegon Asset Management. Het pensioenfonds hanteert in het kader van verantwoord beleggen een aantal uitgangspunten. Het pensioenfonds wenst uiteraard niet mee te werken aan een beleggingstransactie die bijvoorbeeld op grond van het internationale recht, verboden is. Voorts onthoudt het pensioenfonds zich van een belegging: indien daardoor strafbare of moreel verwerpelijke gedragingen worden bevorderd; indien de belegging - zo zij zou worden verricht - in onmiddellijk verband staat met een schending van mensenrechten of fundamentele vrijheden. Deze dienen in het beleggingsbeleid tot uitdrukking te komen. Het pensioenfonds voert het beleggingsbeleid uit conform het op de website van Aegon gepubliceerde Beleid Verantwoord Beleggen van Aegon Nederland. Dit beleid past binnen het advies van de Pensioenfederatie. Als het gaat om productie, ontwikkeling en verhandelen van controversiële wapens, zoals clustermunitie en landmijnen, dan geldt er een algeheel investeringsverbod. Met behulp van de uitgebreide analyseresultaten van een gespecialiseerd extern bureau waarover we de beschikking hebben, stellen we een uitsluitingslijst op van bedrijven die hierin actief zijn. In deze bedrijven mag niet worden belegd, ook niet voor zogenaamde passieve indexbeleggingen. Alle beleggingsportefeuilles worden periodiek gecontroleerd op de naleving van dit uitsluitingsbeleid. Aegon voldoet hiermee aan de Nederlandse wetgeving die het verbiedt om directe steun te verlenen aan ondernemingen die clustermunitie produceren, verkopen of distribueren. Een andere categorie beleggingen waarvoor een investeringsverbod geldt zijn staatsobligaties, en overige leningen van lagere overheden, van landen die stelselmatig de mensenrechten schenden. Leidend hiervoor zijn veroordelingen van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en sancties van de Europese Unie. Een uitsluitingslijst met alle bedrijven en landen die worden uitgesloten wordt gepubliceerd op Als het gaat om de gedragingen van ondernemingen dan moet er voldaan worden aan internationaal geaccepteerde verdragen, in het bijzonder de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, Rio Declaration on Environment and Development, United Nations Convention against Corruption, UN Global Compact Principles, International Labour Organization s Declaration of Fundamental Principles and Right at Work en OECD Guidelines for Multinational Enterprises. Of de bedrijven waarin we investeren voldoen aan deze normen monitoren we periodiek. Met bedrijven die niet voldoen willen we een dialoog voeren om deze bedrijven tot ander gedrag te bewegen, dit wordt engagement genoemd. Als deze dialoog na veelvuldige en herhaalde pogingen niet tot voldoende resultaat leidt, dan gaat Aegon Asset Management alsnog over tot uitsluiting van het bedrijf. Naast uitsluiting en dialoog is een volgend belangrijk onderdeel van verantwoord beleggen de integratie van milieu-, sociale of maatschappelijke-, en bestuurlijke criteria (ESG in het Engels) direct in de investeringsbeslissingen en -analyse. Welke factoren bij deze zogeheten ESG-integratie relevant zijn verschilt per sector en type belegging. Via het gespecialiseerde externe bureau hebben de analisten en portefeuillemanagers wereldwijd de beschikking over beoordelingen van vrijwel alle bedrijven en sectoren op deze ESG factoren. Deze beoordeling vormt een integraal onderdeel van het totale investeringsproces. Sinds kort worden ook eisen gesteld aan de ESG beoordeling van landen buiten de Europese Unie. Bovenstaande uitgangpunten voor verantwoord beleggen zijn integraal van toepassing op het beleggingsbeleid. Slecht in uitzonderlijke situaties kan het, vanwege praktische bezwaren, voorkomen dat niet alle uitsluitingen overal kunnen worden toegepast. Dit is bijvoorbeeld het geval bij financiële 32

33 instrumenten op een index en bij deelname en een gemengd fonds van een externe manager. Voor externe managers geldt dat in de due diligence onderzoeken aandacht besteed wordt aan milieu-, maatschappelijke- en bestuurlijke factoren en worden deze externe managers gevraagd verantwoording af te leggen over hun beleggingsbeleid. Indien zij keuzes maken die niet in lijn liggen met de uitgangspunten voor verantwoord beleggen, dan wordt met de betreffende partijen in gesprek gegaan. 33

34 5 Pensioenen 5.1 Pensioenregeling De belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling in 2016 worden hierna toegelicht. Deze regeling is in 2017 vervangen door een nieuwe, door sociale partners vast te stellen, regeling die niet door het pensioenfonds zal worden uitgevoerd. Ouderdomspensioen Dit pensioen gaat in op de 67-jarige leeftijd van de deelnemer (de pensioendatum) en wordt uitgekeerd tot zijn/haar overlijden. De aanspraak wordt berekend over de pensioengrondslag: het pensioensalaris vermindert met de franchise. Het tot 1 januari 2014 opgebouwde recht behoudt de pensioenleeftijd 65. Pensioensalaris het maximum pensioensalaris in 2016: Franchise (2016), de franchise is het deel van het salaris waarover geen pensioen wordt opgebouwd. Opbouwpercentage Voor 2016 is de opbouw van ouderdomspensioen vastgesteld op 1,875% van de pensioengrondslag. Partnerpensioen Dit pensioen gaat in bij overlijden van de deelnemer en wordt uitgekeerd tot de (huwelijks)partner overlijdt. Het jaarlijks partnerpensioen is gelijk aan 70% van het ouderdomspensioen dat bij gelijkblijvende pensioengrondslag op de pensioendatum zou zijn bereikt, indien de deelnemer niet voordien zou zijn overleden. Gedurende het deelnemerschap wordt het partnerpensioen toegezegd op risicobasis; dit betekent dat er voor dit pensioen geen waarde wordt opgebouwd en dat de aanspraak op partnerpensioen vervalt op de pensioendatum en bij eerder ontslag. Wezenpensioen Ook het wezenpensioen gaat in bij overlijden van de deelnemer en wordt vervolgens uitgekeerd tot het kind 18 jaar wordt. Voor studerende en arbeidsongeschikte kinderen wordt het wezenpensioen doorbetaald tot uiterlijk de 27ste verjaardag. Voor elk kind is het wezenpensioen gelijk aan 20% van het partnerpensioen (voor volle wezen 40%). Ook het wezenpensioen wordt toegezegd op risicobasis. Toeslagverlening De regeling kent voor zowel de opgebouwde aanspraken van de actieve deelnemers als de al dan niet reeds ingegane pensioenen van de inactieve deelnemers een voorwaardelijke toezegging voor toeslagen. De toeslagen (indexaties) zijn volledig afhankelijk van de daartoe beschikbare middelen van het pensioenfonds. Aanspraken op grond van de pensioenregeling die gold tot 2006 Keuzemogelijkheden De aanspraken op ouderdomspensioen, nabestaandenpensioen en wezenpensioen die een deelnemer eventueel tot 1 januari 2006 bij het pensioenfonds heeft opgebouwd, blijven ongewijzigd gehandhaafd. Deze aanspraken worden meegenomen in de eventuele toeslagverlening op de pensioenen. Ruil ouderdomspensioen voor nabestaandenpensioen Op de pensioendatum of de eerdere ontslagdatum heeft de deelnemer de mogelijkheid om het (vanaf 1 januari 2001) opgebouwde ouderdomspensioen om te zetten in een verlaagd ouderdomspensioen met een bijbehorende aanspraak op partnerpensioen. Vervroegen pensioeningang De deelnemer kan kiezen voor een eerdere ingang van het ouderdomspensioen dan op 65 jaar, maar niet eerder dan op 60 jaar. Variabele pensioenuitkeringen De deelnemer kan de hoogte van de uitkeringen van het ouderdomspensioen variabel laten zijn. Tot (naar keuze van de deelnemer) de 65-jarige of 70-34

35 jarige leeftijd wordt dan eerst een hoger pensioen uitgekeerd en daarna lager, in de verhouding van 4:3. Premie en deelnemersbijdrage Aanvullende regeling Overgangsmaatregelen Deeltijdpensioen Vanaf 2014 is de mogelijkheid om gedeeltelijk met pensioen te gaan in de regeling opgenomen. In 2016 is de premie voor werkgevers die aangesloten waren voor 1 januari 2014 gehandhaafd op 25%. Werkgevers die na 1 januari 2014 zijn aangesloten zijn de kostendekkende premie ter grootte van 23,2% verschuldigd. De werkgevers kunnen aan de actieve deelnemers een bijdrage vragen die maximaal gelijk is aan 40% van de totale deelnemersbijdrage. Iedere werkgever kan besluiten ook pensioenaanspraken aan zijn werknemers toe te kennen over het pensioensalaris boven het maximum. Voor de pensioenaanspraken volgens de aanvullende regeling gelden dezelfde voorwaarden en uitgangspunten als voor de pensioenaanspraken tot het maximum salaris van (peil 2016). Voor actieve deelnemers die op 31 december 2005 deelnamen aan de prepensioen-/vut-regeling in de bedrijfstak gelden voorwaardelijke overgangsmaatregelen. Deze maatregelen zijn er op gericht om de vroegere prepensioen-/vut-rechten te vertalen naar extra ouderdomspensioen. De overgangsmaatregelen worden volledig door Cao Partijen bepaald. Het extra ouderdomspensioen kan worden benut voor vervroeging van de pensioeningang. Cao Partijen hebben afgesproken dat in 2014 en 2015 deze extra aanspraken met 22% worden gekort. Door aanpassingen in de rentestand en de sterftetafels, is de waarde van het extra toegekende levenslange ouderdomspensioen in de jaren 2014 tot en met 2016 groter dan destijds beoogd. Met de verlaging van 22% wordt bereikt, dat de deelnemer gemiddeld hetzelfde aantal jaren dezelfde uitkering kan verkrijgen zoals de overgangsregeling in 2006 bedoeld was. In 2016 is deze regeling aangepast. Ieder jaar wordt per werkgever aan de hand van een bevroren premiebijdrage bepaald of de VPL rechten kunnen worden toegekend; indien dit niet het geval is moet een kortingspercentage vastgesteld worden. Het kortingspercentage wordt zodanig vastgesteld dat de benodigde koopsom voor de inkoop van de op dat moment nog uitstaande VPL-aanspraken per werkgever gelijk is aan de beschikbare middelen. Deze overgangsmaatregelen worden door de respectievelijke werkgevers gefinancierd buiten de beleggingen van het pensioenfonds. Voor de overgangsmaatregelen worden voor elke afzonderlijke werkgever de jaarlijkse kosten becijferd. De werkgever kan 40% van die kosten doorbelasten aan zijn werknemers. Vanaf 2017 wordt deze regeling niet meer door het pensioenfonds ondersteun 5.2 Pensioencommunicatie Duidelijke communicatie met de verschillende doelgroepen van het pensioenfonds is voor het bestuur van groot belang. Doelstelling van het pensioenfonds op dit gebied is het zorgdragen voor duidelijke en klantgerichte communicatie met deelnemers, gewezen deelnemers, pensioengerechtigden, werkgevers en prospects. Het afgelopen jaar stond de pensioencommunicatie in het teken van de liquidatie van het pensioenfonds. Hier is op verschillende manieren aandacht aan geschonken. 35

36 5.2.1 Communicatie met deelnemers en pensioengerechtigden Brieven met persoonlijke informatie Naast algemene informatie over het pensioenfonds krijgen deelnemers ook per brief persoonlijke informatie. Jaarlijks ontvangen actieve deelnemers bijvoorbeeld het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en procesbrieven. Gepensioneerden ontvangen ieder jaar een uitkeringsspecificatie met toelichting en een partnerpensioenmailing. In 2016 hebben de deelnemers en pensioengerechtigden meerdere brieven ontvangen, waarin de liquidatie werd aangekondigd. Ook werd aangegeven welke gevolgen de liquidatie voor hen heeft. Zowel Aegon als Pensioenfonds PGB zijn in de deze brieven geïntroduceerd. Magazine Uw Pensioen Aan het einde van 2016 is de laatste editie van het magazine Uw Pensioen verschenen. In dit bewaarexemplaar werd alle informatie van de liquidatie nogmaals uitgelegd. Het magazine gaat naar alle actieve deelnemers en gepensioneerden van het Pensioenfonds Communicatie met werkgevers Ook de werkgevers hebben in 2016 verschillende brieven ontvangen over de liquidatie. Daarnaast hebben ze een digitale nieuwsbrief met informatie hierover ontvangen Website Ook op de website is een aparte pagina ingericht met informatie over de liquidatie. Hier kunnen deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers alle brieven terugvinden die ze hebben ontvangen. Daarnaast zijn er pagina s met veel gestelde vragen voor de verschillende doelgroepen. 36

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g

J a a r v e r s l a g J a a r v e r s l a g 2 0 1 5 S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g 2 0 1 4

J a a r v e r s l a g 2 0 1 4 J a a r v e r s l a g 2 0 1 4 S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e 1 Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g 2 0 1 3

J a a r v e r s l a g 2 0 1 3 J a a r v e r s l a g 2 0 1 3 S t i c h t i n g B e d r i j f s t a k p e n s i o e n f o n d s v o o r d e K u n s t s t o f - e n R u b b e r i n d u s t r i e Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016 Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016 1 1: OPENING & AGENDA Opening Notulen deelnemersvergadering 2015 Deelnemersvergadering juli 2016 Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Deelnemersbestand en uitvoeringskosten

Deelnemersbestand en uitvoeringskosten 03 Financiële positie 06 Deelnemersbestand en uitvoeringskosten 05 Het bestuur 07 08 Pensioencommunicatie Kerncijfers 2012 Uit het voorwoord van het bestuur Hoewel de Europese schuldencrisis ook in 2012

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen.

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. Verkort jaarverslag 2014 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl.

Nadere informatie

TRANSPARANTIEDOCUMENT

TRANSPARANTIEDOCUMENT TRANSPARANTIEDOCUMENT Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS) Dit is een uitgave van de Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015 Stand van zaken SVG 1 van 19 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2014 Vooruitblik 2015 Vragen 2 van 19 Pensioenfonds SVG

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2016

Verkort jaarverslag 2016 Verkort jaarverslag 2016 Wat waren in 2016 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag. Naast deze bondige versie treft u ook het

Nadere informatie

Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO

Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO Met normen kan een Verantwoordingsorgaan (VO) zijn verantwoordelijkheden (oordelen, adviseren en overleggen) beter uitoefenen. Penvita onderscheidt algemene

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Positie 2018 Gebaseerd op het jaarverslag over 2018 en recente ontwikkelingen Hoe werkt ons pensioenfonds voor jou? Financiële positie Waardevastheid pensioen 1

Nadere informatie

Deelnemersvergadering. Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017

Deelnemersvergadering. Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017 Deelnemersvergadering Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017 Agenda Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds Verantwoording en jaarverslag 2016: beleggingen en pensioenaanspraken

Nadere informatie

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015 Welkom namens Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK AMSTERDAM, 25 juni 2015 AGENDA 1. Opening en voorstellen leden van het bestuur 2. Mededelingen van de voorzitter 3. Notulen deelnemersvergadering 26

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

De wereld verandert. SPH Jaarbericht. Highlights van 2015

De wereld verandert. SPH Jaarbericht. Highlights van 2015 De wereld verandert. SPH Jaarbericht Highlights van 2015 Veranderingen vragen om wendbaarheid Vooraf De wereld om ons heen verandert, dat hebben we ook in 2015 ondervonden. De financiële markten bleven

Nadere informatie

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Verklaring inzake beleggingsbeginselen STICHTING PENSIOENFONDS RECREATIE Mei 2011 INHOUDSOPGAVE 0. Introductie 3 1. Doelstelling van het beleggingsbeleid 4 2. Organisatie en risicobeheerprocedures 5 3. Beleggingsbeginselen 7 Mei 2011 Pagina

Nadere informatie

Jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie

Jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie Jaarverslag 2012 Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Kunststof- en Rubberindustrie Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers en kengetallen 4 Bestuursverslag 5 1 Woord van de voorzitter 6

Nadere informatie

Welkom op de jaarvergadering 2017

Welkom op de jaarvergadering 2017 Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK Welkom op de jaarvergadering 2017 Amsterdam, 29 augustus 2018 1 Onderwerp Inhoudsopgave 1 Opening 2 Mededelingen van de voorzitter 3 Notulen deelnemersvergadering

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Verslag deelnemersvergadering 2013, gehouden op dinsdag 10 december 2013 om uur in het Golden Tulip Alkmaar, Arcadialaan 6 te Alkmaar.

Verslag deelnemersvergadering 2013, gehouden op dinsdag 10 december 2013 om uur in het Golden Tulip Alkmaar, Arcadialaan 6 te Alkmaar. STICHTING PENSIOENFONDS GROOTHANDEL VEGRO Verslag deelnemersvergadering 2013, gehouden op dinsdag 10 december 2013 om 19.00 uur in het Golden Tulip Alkmaar, Arcadialaan 6 te Alkmaar. 1. Opening en mededelingen

Nadere informatie

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 In deze verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2015 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag

Nadere informatie

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Voorzitter: R.J.P. Siebesma AGENDA: 1. Opening 2. Notulen deelnemersvergadering d.d. 20 september 2011 3. Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

1. Organisatie BIJLAGE I: VERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA. ABTN 2014 versie 21-3-2014 1. Stichting Pensioenfonds Achmea

1. Organisatie BIJLAGE I: VERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA. ABTN 2014 versie 21-3-2014 1. Stichting Pensioenfonds Achmea BIJLAGE I: VERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN Introductie Deze Verklaring inzake beleggingsbeginselen (hierna: Verklaring) beschrijft op beknopte wijze de uitgangspunten van het beleggingsbeleid van SPA.

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur

Nadere informatie

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: Financieel Crisisplan 1. Elementen crisisplan In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: vereist eigen vermogen (ultimo 2011

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds PROFIELSCHETS NIET UITVOEREND BESTUURDER Stichting Stichting behoort tot de grootste ondernemingspensioenfondsen van Nederland met een belegd vermogen van bijna 18 miljard euro. Het pensioenfonds voert

Nadere informatie

STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE

STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE LIQUIDATIERAPPORT 2014 INHOUD A. Kerncijfers 2 B. Vereffenaar en functionarissen 4 C. Liquidatieverslag 6 D. Liquidatierekening 9 E. Overige gegevens 17 STICHTING

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2015

Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 Wat waren in 2015 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2015. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019 Profielschets lid Raad van Toezicht 20 mei 2019 71649 092004 1. INLEIDING Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Kappersbedrijf (hierna: Pensioenfonds Kappers) is het pensioenfonds voor de kappersbranche.

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Positie 2017 en verwachtingen 2018-2020 Gebaseerd op het jaarverslag over 2017 en recente ontwikkelingen Hoe werkt het pensioenfonds? Financiële positie Waardevastheid

Nadere informatie

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016 Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016 Per 1 augustus 2016 voert de beheerder van de Aegon Funds, de AEAM Funds en de Aegon Paraplu 1 Funds, Aegon Investment

Nadere informatie

Verklaring beleggingsbeginselen

Verklaring beleggingsbeginselen Verklaring beleggingsbeginselen Inleiding Deze Verklaring inzake beleggingsbeginselen (hierna: Verklaring) beschrijft op beknopte wijze de uitgangspunten van het beleggingsbeleid van Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Financieel crisisplan

Financieel crisisplan Financieel crisisplan Inleiding In Artikel 145 van de Pensioenwet wordt voorgeschreven dat de ABTN een financieel crisisplan moet bevatten. Artikel 29b van het besluit FTK geeft hier een nadere uitwerking

Nadere informatie

delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012

delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012 delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012 XY 13996-0513 In dit Jaarbericht leest u wat er in 2012 bij ons pensioenfonds gebeurde. We gaan wat dieper in op onze beleggingen en andere financiële zaken.

Nadere informatie

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap Governance Algemeen Het bestuur van het fonds streeft als eindverantwoordelijk uitvoerder van de door sociale partners overeengekomen pensioenregeling naar een optimale kwaliteit, zorgvuldigheid en openheid

Nadere informatie

Haarlem 18 juni 2019 Boxmeer 20 juni 2019 Oss 20 juni 2019

Haarlem 18 juni 2019 Boxmeer 20 juni 2019 Oss 20 juni 2019 Haarlem 18 juni 2019 Boxmeer 20 juni 2019 Oss 20 juni 2019 Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds Ontwikkelingen 2018 & 2019 - IORP II & Bestuursmodel - Pensioenakkoord Beleggingen,

Nadere informatie

Competentievisie verantwoordingsorgaan. Juli 2014

Competentievisie verantwoordingsorgaan. Juli 2014 Competentievisie verantwoordingsorgaan Juli 2014 Versie 1.0 1 juli 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Competentievisie...3 Hoofdstuk 2 Profiel van het fonds...3 Hoofdstuk 3 Profiel verantwoordingsorgaan...3

Nadere informatie

Uitvoeringskosten Pensioenfonds UWV

Uitvoeringskosten Pensioenfonds UWV Uitvoeringskosten Pensioenfonds UWV Pensioenuitvoeringskosten De totale pensioenuitvoeringskosten bedragen in 2015 5,01 miljoen euro (2014: 4,70 miljoen euro). Hiertoe worden onder meer gerekend de kosten

Nadere informatie

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016 WELKOM Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016 Agenda Opening Nieuws vanuit het bestuur Hoe staat het fonds ervoor? Pensioen: wat is er gewijzigd en wat betekent dat?

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Stichting Pensioenfonds Avery Dennison Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Agenda 1. Opening 2. Vaststelling notulen jaarvergadering 4 september 2017 3.

Nadere informatie

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag. 12 vragen over het jaarverslag 2013 De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 12 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH 1. Introductie 1.1 Inleiding Deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen geeft beknopt de uitgangspunten weer van het

Nadere informatie

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland 1 Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland Versie 1 juli 2017 Inhoudsopgave 1. Profielschets lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Beleggingsovertuigingen. Stichting Pensioenfonds Openbare Bibliotheken

Beleggingsovertuigingen. Stichting Pensioenfonds Openbare Bibliotheken Beleggingsovertuigingen Stichting Pensioenfonds Openbare Bibliotheken Beleggingsovertuigingen De missie van het Pensioenfonds Openbare Bibliotheken (POB) is een toekomstbestendig en verantwoord pensioen

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart Stand van zaken SVG. 1 van 21

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart Stand van zaken SVG. 1 van 21 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart 2016 Stand van zaken SVG 1 van 21 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2015 Vooruitblik 2016 Derivaten Vragen 2 van 21 Pensioenfonds

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie 1. Introductie Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Doelstelling en basis voor dit document Dit document ("de Verklaring") beschrijft

Nadere informatie

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017.

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017. Pensioenfonds Verkort jaarverslag Gezond maar alert De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017. Nieuws IN DIT NUMMER: Augustus 2018 Hierdoor was het mogelijk de opgebouwde pensioenen

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2017

VERKORT JAARVERSLAG 2017 VERKORT JAARVERSLAG 2017 De belangrijkste ontwikkelingen in 2017 bij Pensioenfonds TNT Express op een rij in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige jaarverslag vindt

Nadere informatie

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014 Welkom namens Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK AMSTERDAM, 26 juni 2014 AGENDA 1. Opening en voorstellen leden van het bestuur 2. Mededelingen van de voorzitter 3. Notulen deelnemersvergadering 27

Nadere informatie

Notulen Kernvergadering St Sportfondsen Pensioenfonds 24 november 2017

Notulen Kernvergadering St Sportfondsen Pensioenfonds 24 november 2017 Notulen Kernvergadering St Sportfondsen Pensioenfonds 24 november 2017 Agenda 1. Opening 2. Verslag kernvergadering 2016 3. Financiële situatie per 31-12-2016 - Toeslagverlening per 1-1-2017 4. Ontwikkelingen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620 Artikel 1 Inleiding De wijze waarop de Stichting Pensioenfonds SMIT wordt bestuurd ligt op hoofdlijnen vast in de statuten. In dit bestuursreglement wordt hier verder invulling aan gegeven. Het bestuursreglement

Nadere informatie

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland 1 Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland Inhoudsopgave 1. Profielschets lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland 2 1.1. Het pensioenfonds...

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Bij de tijd: de huidige positie en verwachtingen voor de komende jaren Gebaseerd op het jaarverslag over 2016 en recente ontwikkelingen Hoe werkt ons pensioenfonds

Nadere informatie

10. Goed pensioenfondsbestuur

10. Goed pensioenfondsbestuur 10. Goed pensioenfondsbestuur 10.1 Paritair bestuursmodel SPE kent het paritair bestuursmodel. Intern toezicht Visitatiecommissie Bestuur Werkgever Werknemers Pensioengerechtigden Verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Beschikbare premieregeling (x 1.000) Beleggingen voor risico deelnemers (Robeco) 289.419 253.667

Beschikbare premieregeling (x 1.000) Beleggingen voor risico deelnemers (Robeco) 289.419 253.667 VERKORT JAARVERSLAG 2013 INLEIDING In juni 2014 is door het Algemeen Bestuur van Pensioenfonds Deloitte het Jaarverslag 2013 vastgesteld. Hieronder treft u een samenvatting aan van dit verslag. Aan dit

Nadere informatie

VERKLARING INZAKE DE BELEGGINGSBEGINSELEN. Pensioenfonds Medewerkers Apotheken

VERKLARING INZAKE DE BELEGGINGSBEGINSELEN. Pensioenfonds Medewerkers Apotheken VERKLARING INZAKE DE BELEGGINGSBEGINSELEN Pensioenfonds Medewerkers Apotheken 22 februari 2018 Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen PMA 1. Inleiding Deze Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen

Nadere informatie

Pensioenbijeenkomst. 22 maart 2018

Pensioenbijeenkomst. 22 maart 2018 Pensioenbijeenkomst 22 maart 2018 Programma Welkom! Het fonds - mensen en cijfers* Financiële positie en beleid* Pensioenregeling en keuzes Actualiteiten 5 minuten 15 minuten 10 minuten 5 minuten Vragen?

Nadere informatie

Herstelplan ultimo 2017

Herstelplan ultimo 2017 Stichting Pensioenfonds NIBC Herstelplan ultimo 2017 3 juli 2018 - samenvatting (1) - Het Pensioenfonds NIBC (PF NIBC) verkeert sinds 30 juni 2015 in een tekort situatie en daarom dient jaarlijks het Herstelplan

Nadere informatie

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018 Profielschets lid Raad van Toezicht 6 maart 2018 71649 092004 1. INLEIDING In dit document zijn achtereenvolgens de kenmerken van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Kappersbedrijf (Bpf Kappers)

Nadere informatie

Competentievisie. lid verantwoordingsorgaan

Competentievisie. lid verantwoordingsorgaan Competentievisie lid verantwoordingsorgaan In dit document worden de vereiste kennis, ervaring en competenties voor de leden van het verantwoordingsorgaan omschreven. De vereiste competenties hebben betrekking

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst over voorwaardelijke toeslagverlening en de toekomst van het gesepareerd beleggingsdepot

Informatiebijeenkomst over voorwaardelijke toeslagverlening en de toekomst van het gesepareerd beleggingsdepot Informatiebijeenkomst over voorwaardelijke toeslagverlening en de toekomst van het gesepareerd beleggingsdepot Breda, 4 december 2018 Roel Nass Deze presentatie is uitsluitend bedoeld voor het geven van

Nadere informatie

Kosten. Onderstaand overzicht geeft de relevante kengetallen weer over de jaren 2014 tot en met Kengetallen Kosten

Kosten. Onderstaand overzicht geeft de relevante kengetallen weer over de jaren 2014 tot en met Kengetallen Kosten Kosten Kostentransparantie De aandacht voor kosten is de laatste jaren sterk toegenomen. Dat is een goede zaak, immers elke euro die wordt uitgegeven aan kosten is niet beschikbaar voor pensioen. Een eenduidige

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2017 bedroeg 112,5% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2017 bedroeg 0,8% Het rendement van 1 januari tot

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie. Informatiebijeenkomst

Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie. Informatiebijeenkomst Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie Informatiebijeenkomst (Maassluis) en 1 februari 2019 (Mijdrecht) Rita van Ewijk Anton Hoorman Pieter Heesterbeek Dirk Jagers (voorzitter) (secretaris)

Nadere informatie

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting IKEA Pensioenfonds Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a) Bestuur: het bestuur van het fonds. b) Code Pensioenfondsen: de Code opgesteld

Nadere informatie

VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS

VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS Deelnemersvergadering 14 september 2015 Voorgenomen liquidatie pensioenfonds 14 september 2015 Pagina 1 AGENDA Regelingen pensioenfonds Achtergrond Voorgenomen besluit

Nadere informatie

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Kenmerken Fonds Stichting Pensioenfonds ING (hierna: het Fonds) is op 1 januari

Nadere informatie

Beschikbarepremieregeling (x 1.000) Beleggingen voor risico deelnemers (Robeco) 253.667 208.267

Beschikbarepremieregeling (x 1.000) Beleggingen voor risico deelnemers (Robeco) 253.667 208.267 VERKORT JAARVERSLAG 2012 INLEIDING In juni 2013 is door het Algemeen Bestuur van Pensioenfonds Deloitte het Jaarverslag 2012 vastgesteld. Hieronder treft u een samenvatting aan van dit verslag. Aan dit

Nadere informatie

Procedure toetsing premie, bijlage 3 (ABTN) Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Procedure toetsing premie, bijlage 3 (ABTN) Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Feitelijke premie In de uitvoeringsovereenkomst tussen de vennootschap en het pensioenfonds wordt bepaald dat de vennootschap jaarlijks een vaste premie ter beschikking stelt. Deze premie wordt vastgesteld

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Verklaring inzake de beleggingsbeginselen 1. Inleiding Ongeveer 2.000 personen hebben pensioenaanspraken opgebouwd bij Stichting Pensioenfonds Avery Dennison (in deze verklaring voortaan verder pensioenfonds

Nadere informatie

Het Nedlloyd Pensioenfonds van nu en in de toekomst

Het Nedlloyd Pensioenfonds van nu en in de toekomst Het Nedlloyd Pensioenfonds van nu en in de toekomst Jaarvergadering DNP 25 maart 2015 Frans Dooren, directeur 1 Agenda - Even voorstellen - Terugblik 2014 - Organisatie, Dekkingsgraad, Rente, Verplichtingen,

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur de pensioenregeling

Nadere informatie

10. Goed pensioenfondsbestuur

10. Goed pensioenfondsbestuur 10. Goed pensioenfondsbestuur 10.1 Algemeen In 2013 is de Wet versterking bestuur pensioenfondsen in werking getreden. De invloed van deze nieuwe wet is van groot belang voor de governance structuur van

Nadere informatie

Veel veranderingen in druk pensioenjaar 2015

Veel veranderingen in druk pensioenjaar 2015 Verkort jaarverslag 2015 Elk jaar legt Metro Pensioenfonds in het jaarverslag verantwoording af over het gevoerde beleid van het afgelopen jaar. Voor degenen die liever een overzicht willen lezen van de

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

In deze verklaring is rekening gehouden met de wet- en regelgeving.

In deze verklaring is rekening gehouden met de wet- en regelgeving. Stichting Pensioenfonds Alliance Verklaring inzake beleggingsbeginselen Volgens het nftk bevat de verklaring inzake beleggingsbeginselen in ieder geval onderwerpen als de: toegepaste wegingsmethoden voor

Nadere informatie

2. Spreiding verbetert effectief de verhouding tussen rendement en risico.

2. Spreiding verbetert effectief de verhouding tussen rendement en risico. Beleggingsbeginselen Spoorwegpensioenfonds 1. Rendement wordt behaald door het nemen van risico. Om de ambitie van SPF waar te maken is rendement op het belegd vermogen nodig. Sparen levert onvoldoende

Nadere informatie

STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN

STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN 22 september 2016 Beleggingsbeginselen De beleggingsbeginselen van het pensioenfonds zijn de uitgangspunten ten aanzien van beleid en uitvoering,

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2012. 2012: Voortzetting koers 2011 en op naar herstel. Stichting Pensioenfonds PostNL. Meer weten? www.pensioenpostnl.

Verkort jaarverslag 2012. 2012: Voortzetting koers 2011 en op naar herstel. Stichting Pensioenfonds PostNL. Meer weten? www.pensioenpostnl. Verkort jaarverslag 2012 Stichting Pensioenfonds PostNL 2012: Voortzetting koers 2011 en op naar herstel Pensioenfondsen en pensioenen stonden ook in 2012 weer in het middelpunt van de belangstelling.

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarbericht 2015 AUGUSTUS 2016 In dit Jaarbericht over 2015 legt Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland op hoofdlijnen verantwoording af voor het

Nadere informatie

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 blad 1 van 7 Het Metro Pensioenfonds Hieronder eerst een aantal bijzonderheden over het Metro Pensioenfonds. Het Metro Pensioenfonds is opgericht

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie 1. Introductie Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Doelstelling en basis voor dit document Dit document ("de Verklaring") beschrijft

Nadere informatie

Beleggingsbeleid Pensioenfonds PGB. 29 april 2016

Beleggingsbeleid Pensioenfonds PGB. 29 april 2016 Beleggingsbeleid Pensioenfonds PGB 29 april 2016 1 Uw pensioen bij PGB in 2016 3 september 2015 Pensioenfonds balans 50% 50% Bezittingen Matching portefeuille Staatsobligaties Bedrijfsobligaties Hypotheken

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL BESTUUR VOOR LEDEN EN VOORZITTER (BELEGGINGSCOMMISSIE)

FUNCTIEPROFIEL BESTUUR VOOR LEDEN EN VOORZITTER (BELEGGINGSCOMMISSIE) FUNCTIEPROFIEL BESTUUR VOOR LEDEN EN VOORZITTER (BELEGGINGSCOMMISSIE) Stichting Pensioenfonds Mercer 1. Algemene kenmerken Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Mercer (SPM) is een (paritair) bestuur

Nadere informatie

Haarlem 19 juni 2018 Boxmeer 21 juni 2018 Oss 21 juni 2018

Haarlem 19 juni 2018 Boxmeer 21 juni 2018 Oss 21 juni 2018 Haarlem 19 juni 2018 Boxmeer 21 juni 2018 Oss 21 juni 2018 Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds MSD PF gaat indexeren in 2018! Ontwikkelingen 2017 - beleggingen en rendementen -

Nadere informatie

Strategic Allocation Funds (SAF) Een alles-in-één propositie voor pensioenbeleggingen

Strategic Allocation Funds (SAF) Een alles-in-één propositie voor pensioenbeleggingen Strategic Allocation Funds (SAF) Een alles-in-één propositie voor pensioenbeleggingen 10 januari 2016 Inhoud SAF: een alles-in-één propositie 3 Professionaliteit in pensioenbeleggen 3 SAF, voor wie? 3

Nadere informatie

FINANCIEEL CRISISPLAN STICHTING PENSIOENFONDS HUNTSMAN ROZENBURG. Bijlage bij de actuariële en bedrijfstechnische nota

FINANCIEEL CRISISPLAN STICHTING PENSIOENFONDS HUNTSMAN ROZENBURG. Bijlage bij de actuariële en bedrijfstechnische nota FINANCIEEL CRISISPLAN STICHTING PENSIOENFONDS HUNTSMAN ROZENBURG Bijlage bij de actuariële en bedrijfstechnische nota Versie 19 april 2012 Inleiding Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg

Nadere informatie