MELDING. ingevolge artikel 49a Wet marktordening gezondheidszorg van een voorgenomen CONCENTRATIE. tussen. Stichting Zorggroep Florence,

Transcriptie

1 Pagina 1 van 21 MELDING ingevolge artikel 49a Wet marktordening gezondheidszorg van een voorgenomen CONCENTRATIE tussen Stichting Zorggroep Florence, Stichting Fundis en Stichting WoonZorgcentra Haaglanden

2 Pagina 2 van 21 Formulier melding concentratie 1. Inlichtingen over de betrokken organisaties 1.1 Vermeld voor iedere betrokken organisatie: - naam en - indien anders handelsnaam - rechtsvorm - adres, telefoon- en faxnummer en eventueel elektronisch postadres - handelsregisternummer of het buitenlands register en registratienummer van de betrokken organisaties - contactpersoon. Stichting Zorggroep Florence Laan van Vredenoord DA Rijswijk t: e: info@florence.nl handelsregisternummer: Stichting Fundis Antwerpseweg PB Gouda t: f: e: info@fundis.nl handelsregisternummer: Stichting WoonZorgcentra Haaglanden Polanenhof MP Den Haag t: f: e: info@wzh.nl handelsregisternummer: Stichting Zorggroep Florence ( Florence ), Stichting Fundis ( Fundis ) en Stichting WoonZorgcentra Haaglanden ( WZH ) worden hierna gezamenlijk aangeduid als partijen.

3 Pagina 3 van Geef een beschrijving van de (bedrijfs)activiteiten van alle betrokken organisaties en geef aan in welke sectoren zij werkzaam zijn. Stichting Zorggroep Florence Gezondheid en Zorg. Dat is waarvoor ruim medewerkers en ruim vrijwilligers van Florence zich iedere dag inzetten. Zo n inwoners van Delft, Den Haag, Rijswijk, Leiden, Leidschendam-Voorburg, Voorschoten en Wassenaar maken gebruik van de ondersteuning van Florence. De dienstverlening omvat onder meer thuiszorg, jeugdgezondheidszorg, verzorgingshuiszorg, verpleeghuiszorg, advisering en gemaksdiensten. Stichting Fundis Fundis heeft de zeggenschap over een aantal rechtspersonen welke thuiszorg, verpleegkundige hulp, woonzorgcentra en aanvullende diensten op het gebied van gezondheid, welzijn en comfort aanbieden. Het werkgebied van Vierstroom bestrijkt alle gemeenten in Woerden, Midden-Holland en Capelle aan den IJssel, Lansingerland en Zoetermeer. Binnen het hele werkgebied wordt extramurale zorg geleverd. Daarnaast heeft Vierstroom veertien intramurale locaties in Woerden, Krimpenerwaard en Zoetermeer. De doelgroep bestaat uit chronisch zieken en kwetsbare ouderen die zijn verzekerd op grond van de Wlz of waarvoor een aanspraak bestaat op grond van de Wmo. Stichting WoonZorgcentra Haaglanden WHZ biedt wonen, zorg en welzijn voor ouderen en mensen met Niet-Aangeboren Hersenletsel in de regio Haaglanden aan. Vanuit twaalf woonzorgcentra in Den Haag, Leidschendam-Voorburg en Zoetermeer biedt WZH verpleeghuiszorg, thuiszorg en allerlei welzijnsactiviteiten aan. WZH is actief binnen de regio Haaglanden en richt zich op cliënten in Den Haag, Leidschendam-Voorburg, Rijswijk en Zoetermeer. 1.3 Vermeld de namen, adressen, telefoonnummers, faxnummers, eventuele elektronische postadressen en functies van de aangewezen contactpersonen. Partijen hebben de heer E.W.F. Schotanus gemachtigd. Hij is bereikbaar bij: KienhuisHoving Postbus AC Enschede E.W.F. Schotanus t: f: e: edwin.schotanus@kienhuishoving.nl

4 Pagina 4 van Geef aan welke van de betrokken organisaties zorgaanbieder zijn. Fundis, Florence en WZH zijn zorgaanbieders in de zin van artikel 1 aanhef en onder c van de Wet marktordening gezondheidszorg. 1.5 Geef voor elk van de betrokken zorgaanbieders aan door hoeveel personen zij in de regelzorg doen verlenen. Licht uw antwoord toe. Bij Fundis waren per 1 januari personen in loondienst, waarvan personen zorg verleenden. Bij Florence waren per 1 januari personen in loondienst, waarvan personen zorg verleenden. Bij WZH waren per 1 januari personen in loondienst, waarvan personen zorg verleenden.

5 Pagina 5 van Gegevens over de concentratie 2.1 Beschrijf het karakter van de operatie: - Vermeld daarbij of het gaat om een fusie, de verkrijging van uitsluitende of gezamenlijke zeggenschap of de totstandbrenging van een gemeenschappelijke organisatie, in de zin van artikel 27 van de Mededingingswet. - Zet uiteen hoe de structuur van eigendom en zeggenschap er na de concentratie uit zal zien. - Vermeld alle overeenkomsten en transacties die de concentratie belichamen of die daarmee samenhangen. Met de concentratie samenhangende overeenkomsten en transacties dienen ook te worden vermeld indien deze reeds zijn aangegaan of uitgevoerd. Per 1 januari 2015 is een groot gedeelte van de voormalige AWBZ zorg (de extramurale verpleging) overgeheveld naar de Zorgverzekeringswet. De zorgverzekeraar zal de wijkverpleging inkopen in drie segmenten. Segment 1 betreft de populatiegebonden bekostiging van een onafhankelijke verpleegkundige poortwachter. Teneinde op deze ontwikkeling in te spelen zijn partijen voornemens een gemeenschappelijke onderneming voor Segment 1 op te richten. De gemeenschappelijke onderneming zal als werknaam wijkverpleegkundige praktijk krijgen en zal de wijkverpleegkundige zorg segment 1 gaan leveren in het werkgebied Haaglanden, Midden-Holland, IJsselgemeenten, Lansingerland en Utrecht-West. De wijkverpleegkundige moet bijdragen aan een onafhankelijk goed afgestemd aanbod van zorg en voorzieningen in de buurt, in aansluiting op de behoeften van de cliënt. De wijkverpleegkundige is daarbij gepositioneerd als een verbindende schakel tussen zorg, wonen en welzijn. De transactie zal als volgt vorm krijgen. Partijen zullen een coöperatie oprichten. Vierstroom Zorg Thuis BV, onderdeel van de Fundis Groep, zal haar activiteiten op het gebied van wijkverpleegkundige zorg die met ingang van 1 januari 2015 zijn ondergebracht in segment 1 in de coöperatie inbrengen. Stichting Florence zal tevens haar activiteiten op het gebied van wijkverpleegkundige zorg die met ingang van 1 januari 2015 zijn ondergebracht in segment 1 in de coöperatie inbrengen. Het bij Fundis en Florence werkzame personeel zal niet van rechtswege naar de coöperatie overgaan. WZH zal geen bestaande activiteiten in de coöperatie inbrengen. Er zal derhalve sprake zijn van een duurzame wijziging in de structuur van Fundis en Florence. De coöperatie zal A- en B-leden kennen. De A-leden zullen de wijkverpleegkundigen zijn die voldoen aan nader te bepalen voorwaarden. De B-leden zijn de oprichtende organisaties. Het uitgangspunt van partijen is dat zij na de oprichting van de coöperatie als B-leden de gezamenlijke zeggenschap over de coöperatie zullen gaan uitoefenen. Dit uitgangspunt is in de conceptstatuten ([bijlage 1] (vertrouwelijk)) nader uitgewerkt. Uit conceptartikel 16 lid 1 blijkt dat bestuursbesluiten over de begroting, het beleidsplan en het investeringsplan de voorafgaande goedkeuring van de B-

6 Pagina 6 van 21 leden zullen behoeven. Op basis hiervan zijn partijen ieder voor zich in staat het beleid te blokkeren; het kenmerk van gezamenlijke zeggenschap. Een eenhoofdig bestuur zal de coöperatie besturen. De Raad van Commissarissen zal het bestuur benoemen (artikel 12 van de conceptstatuten). De Raad van Commissarissen zal bestaan uit minimaal vijf leden. Iedere vergadering zal één commissaris benoemen. De Algemene Vergadering zal het resterende aantal commissarissen benoemen 1. Een aantal leden van de Raad van Commissarissen zal tevens als Compliance Commissie functioneren. Deze leden hebben geen enkele verbintenis met de deelnemende organisaties als B lid (artikel 17 van de conceptstatuten). De leden zullen een ledenovereenkomst met de Coöperatie sluiten. Deze ledenovereenkomst ziet op de relatie tussen een individueel lid en de Coöperatie. Deze overeenkomst zal afspraken gaan bevatten over onder meer de inbreng door het betreffende lid. Echter zal de ledenovereenkomst geen nadere afspraken bevatten over de wijze waarop de leden van de Coöperatie de zeggenschap daarover zullen gaan uitoefenen. De afspraken tussen de leden dienaangaande zullen uitputtend in de statuten worden geregeld. Voorts zal sprake zijn van een volwaardige economische eenheid. Zo zal de coöperatie over een eigen bestuur beschikken dat zich aan de dagelijkse gang van zaken van de coöperatie zal wijden. Voorts zullen Fundis en Florence hun wijkverpleegkundigen in staat stellen om bij de coöperatieve vereniging in dienst te treden. Inmiddels heeft diverse wijkverpleegkundigen bij de coöperatie in oprichting gesolliciteerd en is 20 fte reeds ingevuld. Partijen hebben reeds een overeenkomst gesloten met [...] welke productie zal worden ingebracht in de coöperatie. De financieringsvorm is een populatiegerichte bekostiging (op basis van fte). De verwachting voor 2015 is dat de coöperatie over circa 30 fte zal beschikken. De overige financiële middelen zullen voortkomen uit een verdeling van de aanloopkosten tussen de B-leden, alsmede uit een nader te bepalen werkkapitaal dat de B-leden zullen verstrekken in de vorm van een lening. De voorgenomen oprichting van de coöperatie vormt een concentratie in de zin van artikel 27 lid 2 van de Mededingingswet. 2.2 Beschrijf de wijze waarop en het tijdsbestek waarbinnen de concentratie zal worden gerealiseerd. Beschrijf hierbij: - welke activiteiten de organisatie na concentratie zal ontplooien; - over welke periode de daadwerkelijke integratie van (onderdelen van) de organisaties zich uitstrekt; - hoe het implementatieplan eruit ziet. Hiertoe behoort ook een goede inventarisatie van integratieproblematiek bij de bedrijfsvoering (ICT-systemen, financiële systemen, inte- 1 Op basis van artikel 2:37 lid 2 jo artikel 2:53a BW dient ieder lid van een coöperatie invloed op de benoeming van het bestuur uit te kunnen oefenen. Om die reden is het niet mogelijk dat de B-leden vetorechten ten aanzien van de benoeming van de bestuurders hebben.

7 Pagina 7 van 21 gratie van ondersteunende en operationele processen e.d.) - over welke periode de daadwerkelijke integratie van (onderdelen van) de organisaties zich uitstrekt; - hoe het implementatieplan eruit ziet. Hiertoe behoort ook een goede inventarisatie van integratieproblematiek bij de bedrijfsvoering (ICT-systemen, financiële systemen, integratie van ondersteunende en operationele processen e.d.). De coöperatie wordt voor onbepaalde duur opgericht. Na oprichting zal de coöperatie de contracten ten behoeve van wijkverpleegkundige zorg segment 1 (hierna: S1 wijkverpleegkundige ) gaan uitvoeren. Activiteiten die de coöperatie zal ontplooien: - De coöperatie de Wijkverpleegkundige Praktijk 2 is een onafhankelijk platform met S1 wijkverpleegkundigen die zich positioneren tussen het medische en sociale domein en zo dicht mogelijk naast de huisarts. De S1 wijkverpleegkundigen zijn laagdrempelig toegankelijk en zichtbaar aanwezig in de wijk, bij voorkeur op de vindplaats van de kwetsbare burger. De Wijkverpleegkundige Praktijk is direct toegankelijk voor alle burgers in haar wijk met een (hulp)vraag op het somatische gebied. De S1 wijkverpleegkundige zal zich inzetten om de burger te ondersteunen om eigen kracht, eigen regie en eigen netwerk te versterken, zodat waar mogelijk formele zorg niet ingezet hoeft te worden. - Processen en procedures worden ontworpen. - Er wordt een monitor ingericht voor de verantwoording. - Het netwerk zal worden uitgebreid. Er zal vooralsnog geen sprake zijn van integratie van de onderdelen ICT, finance en administratie, kwaliteit, HRM en facilitair. Gedurende 2015 zal Fundis de Coöperatie op genoemde terreinen op basis van een dienstverleningsovereenkomst ondersteunen. In 2016 zal de Coöperatie opnieuw bezien waar deze diensten zullen worden ingekocht. Missie De Wijkverpleegkundige Praktijk is in het werkgebied Haaglanden, Midden Holland, IJsselgemeentes, Lansingerland en Utrecht-West marktleider voor segment 1. De Wijkverpleegkundige Praktijk is hét gezicht voor de huisartsen, gemeenten en zorgverzekeraars. Door aan te sluiten bij de couleur locale zal de kwaliteit van de dienstverlening toenemen. Implementatie Om te komen tot een succesvolle implementatie is een projectdirecteur benoemd en is vanuit de S1 wijkverpleegkundigen een aantal kwartiermakers aangesteld. Deze groep houdt zich bezig met zaken 2 Dit is de voorlopige werknaam voor de coöperatieve vereniging wijkverpleegkundige Segment 1.

8 Pagina 8 van 21 als het inrichten van de processen en protocollen, de functionele eisen ten aanzien van de ICTondersteuning, procesindicatoren, meetinstrumenten en de communicatie naar stakeholders. Tegelijkertijd is een stuurgroep onder leiding van de projectdirecteur actief waaronder een aantal werkgroepen zijn ingesteld: De werkgroep juridische zaken bereidt alle juridische zaken voor, waarbij te denken valt aan de structuur van de coöperatie, de bevoegdhedenregeling en statuten alsmede alle medezeggenschapstrajecten. Daarnaast bestaat er een werkgroep HR die zich bezig houdt met vraagstukken inzake overgang onderneming, arbeidsvoorwaarden en het gehele wervings- en selectieproces. De financiële werkgroep regelt zaken als de begroting, de openingsbalans en de inrichting van de administratie. Omschrijving Gereed Opstellen businessplan en implementatieplan 1 oktober 2014 Formeren projectgroep, inclusief kwartiermakers wijkverpleegkundige 1 oktober 2014 Aanstellen projectdirecteur 1 november 2014 Indienen aanvraag OR/CR 15 oktober 2014 Ondertekenen intentieverklaring 15 november 2014 Kandidaat participanten leden A informeren in twee aparte 15 november 2014 bijeenkomsten Compliance advies gereed 15 november 2014 Werving/ selectie medewerkers december 2014/ januari 2015 Indienen aanvraag Nza 22 januari 2015 Compliance commissie 31 januari 2015 Indienen aanvraag ACM 1 maart 2015 Opstellen juridische overeenkomsten maart 2015 Start implementatie 1 maart 2015 Ondertekening coöperatie overeenkomst 1 maart 2015 RvC installeren 1 april 2015 Coöperatie operationeel 1 april 2015 De wijkverpleegkundigen van Florence gebruiken een beproefd ICT systeem, waarvan besloten is dit

9 Pagina 9 van 21 ook in de coöperatie te gaan gebruiken. In dit systeem worden alle noodzakelijke parameters bijgehouden die noodzakelijk zijn voor de bedrijfsvoering en de verantwoording naar de zorgverzekeraars. De S1 wijkverpleegkundige kan via haar laptop gegevens direct invoeren bij de klant. De coöperatie is een organisatie die op zichzelf staat waardoor geen ICT verbindingen met andere organisaties noodzakelijk zijn. 2.3 Beschrijf de doelstellingen van de concentratie. De doelstelling van de oprichting van de coöperatie is een onafhankelijk platform te bieden met en door S1 wijkverpleegkundigen die zich positioneren tussen het medische en sociale domein en zo dicht mogelijk naast de huisarts. De S1 wijkverpleegkundige zal laagdrempelig toegankelijk en zichtbaar aanwezig zijn in de wijk, bij voorkeur op de vindplaats van de kwetsbare burger. De S1 wijkverpleegkundige zal zich inzetten om de burger te ondersteunen om eigen kracht, eigen regie en eigen netwerk te versterken, zodat waar mogelijk formele en langdurige zorg niet ingezet hoeft te worden. Dit doet ze zoveel mogelijk met partners uit het medische en sociale domein en sluit aan bij ontwikkelingen die spelen in de wijk, gericht op burgerinitiatieven ten behoeve van zelfredzaamheid, verbetering sociaal netwerk, etc. 2.4 Beschrijf de redenen voor concentratie. Beschrijf daarbij welke alternatieven in de voorbereiding in beschouwing zijn genomen en waarom concentratie daarbij uiteindelijk de voorkeur heeft gekregen. De infrastructuur in de thuiszorg dreigt te versnipperen. Door een coöperatie op te richten van waaruit de S1 wijkverpleegkundige haar werkzaamheden zal verrichten wordt de functie duidelijker gepositioneerd en zullen burgers makkelijker hun weg kunnen vinden. Aanvankelijk was Fundis voornemens de coöperatie zelf op te richten. Partijen zijn echter van mening dat het van belang is om het lokale netwerk te versterken. Partijen vervullen thans een voortrekkersrol en zullen de gezamenlijke zeggenschap gaan uitoefenen in de coöperatie. Partijen laten de mogelijkheid open dat ook andere zorgaanbieders lid kunnen worden van de coöperatie.

10 Pagina 10 van Gegevens over de gevolgen van de concentratie 3.1 Beschrijf de financiële gevolgen van de concentratie voor de betrokken zorgaanbieder(s). Overleg hierbij ten minste: - het businessplan met de verwachte kosten en baten van de concentratie; - de verwachte synergievoordelen in de vijf jaren na de transactie. Licht uw antwoord toe. Geef daarbij aan wie de financier(s) is/zijn en of uw business case wordt ondersteund door financiers. De coöperatie zal het antwoord zijn op een succesvolle ontwikkeling in de care, te weten het vergroten van het eigenaarschap van de professional over het eigen zorgproces en de resultaten die voor de client te halen zijn. De rol van de betrokken zorgaanbieders is vooral ondersteundend en niet inhoudelijk bepalend. Ten behoeve van de oprichting van de coöperatie hebben partijen een businessplan ([bijlage 2] (vertrouwelijk)). Beoogde deelnemers Naast de S1 wijkverpleegkundigen (die tevens lid zijn van de coöperatie) kunnen ook andere partijen lid worden van de cooperatie; - VVT instellingen - Eerste lijns zorgaanbieders - Tweede lijns zorgaanbieders - Andere brancheorganisaties Voorwaarde voor deelname is het onderschrijven van en het zich committeren aan de zelfstandige en onafhankelijke positie van de wijkverpleegkundigen. Visie en missie. De S1 wijkverpleegkundige moet bijdragen aan een goed afgestemd aanbod van zorg en voorzieningen in de buurt, in aansluiting op de behoeften van de cliënt. De basis waaruit de S1 wijkverpleegkundige opereert is het zorgdomein en hieruit heeft zij nauwe contacten binnen het sociale domein van de gemeente waarbinnen zij werkzaam is. Door de onafhankelijke positionering kan de S1 wijkverpleegkundige haar bijdrage leveren op alle levensdomeinen zodat kwetsbaren zo lang als mogelijk zelfredzaam thuis kunnen blijven. De S1 wijkverpleegkundige zal zich inzetten om de kwetsbare burger te ondersteunen om eigen kracht, eigen regie en eigen netwerk te versterken, zodat war nodig formele zorg niet ingezet hoeft te worden. De S1 wijkverpleegkundige is het gezicht voor huisartsen, gemeenten en zorgverzekeraars. Door aan te sluiten bij de couleur locale zijn stakeholders en kwetsbare burgers tevreden met de kwaliteit van dienstverlening.

11 Pagina 11 van 21 Strategische doelen De wijkverpleegkundige Praktijk: - Is in [...] van het gebied welk vanuit de zorgverzekeraars is gegund, actief en aanbieder van S1; - Heeft met [...] van de huisartsen afspraken over samenwerken in de wijk; - Heeft 100% binding met het sociale domein van de gemeenten; - Heeft een rendement van [...]; - Is dynamisch en vernieuwend door het gekozen bedrijfsmodel; - Bindt en boeit deskundige en ondernemende wijkverpleegkundigen niveau 5. Klantsegmenten. De S1 wijkverpleegkundigen werken in de eerste fase in de prioriteitswijken, die zijn vastgesteld in overleg met zorgverzekeraars, gemeenten en huisartsen. In de komende jaren zal het aanbod zich verbreden naar een dekking van alle gegunde gemeenten/wijken. Mogelijke hulpvragen vanuit de kwetsbare burger zijn: - Comorbiditeit; - (dreigende) escalatie in zorgvraag; - (Sociaal) netwerk zwak of dreigt weg te vallen; - Zorgmijders. Kenmerken werkwijze wijkverpleegkundigen. De S1 wijkverpleegkundige zal: - Laagdrempelig zijn; - Altijd gericht op het vergroten van zelfredzaamheid; - Verbeteren gevoelde veiligheid; - Voorkomen van erger ; - Zonder druk van individuele indicatie; - Mantelzorgondersteuning; en - Verstevigen netwerk. Kernactiviteiten. De kernactiviteiten van de S1 wijkverpleegkundigen zijn onder te brengen in de volgende punten: - Versterken eigen kracht en inzetten netwerk; - Preventie; - Kwaliteitsbevordering; - Vernieuwende samenwerking in de keten; en - Onderhouden relaties en opbouwen netwerk; Stakeholders. Als belangrijkste stakeholders worden herkend:

12 Pagina 12 van 21 - Huisartsen; - Verzekeraars; - Gemeenten; - Thuiszorgorganisaties; - Ziekenhuizen; en - Welzijnsorganisaties. Voordeel voor de stakeholders is de mogelijkheid om met slechts één partij te overleggen over de inzet van de S1 wijkverpleegkundige vanuit een onafhankelijke organisatie en werkwijze. Marketing en communicatie. Er zijn 3 marketingdoelstellingen te onderscheiden: - In [...] van de WMO werkgebieden is de wijkverpleegkundige praktijk aanbieder van S1 wijkverpleging; - Realiseren van naamsbekendheid bij 80% van de burgers in het werkgebied; - [...]. De communicatiemiddelen zullen worden afgestemd op de marketingdoelstellingen. Organisatieplan. In het organisatieplan staan uitgewerkt beschreven: - De uitgangspunten voor de onafhankelijke organisatie; - De wijze waar op de S1 wijkverpleegkundigen kunnen toetreden en aan het roer kunnen staan; - De overgang van onderneming (met betrekking tot de borging functie Zichtbare Schakels en 1 e lijnsverpleegkundigen); - De economische eenheid; - De organisatiestructuur; - De cultuur; - Huisvesting; - Systemen; - Toetredingsfee voor deelnemende zorgaanbieders; - Winstuitkering aan leden. Maatschappelijke businesscase. Uit onderzoek blijkt dat de S1 wijkverpleegkundige jaarlijks (na aftrek van haar eigen kosten) per client EUR bespaart op de inzet van formele zorg (bron: BMC onderzoek naar Zichtbare Schakel). Door de inzet van de S1 wijkverpleegkundige kunnen ziekenhuisopnames of opnames in verpleeg- en verzorgingshuizen beperkt worden. Het inzetten en steunen van mantelzorgers, het inschakelen van familie of vrienden of het adequaat

13 Pagina 13 van 21 regelen van hulpmiddelen draagt hieraan substantieel bij. Dit bespaart niet alleen kosten, maar is ook prettiger voor de cliënt die langer in zijn eigen omgeving kan blijven. Financiële businesscase De financieringsvorm van de coöperatie is een populatiegerichte bekostiging op basis van fte. De verwachting voor 2015 is dat de coöperatie over 30 fte zal beschikken. Afhankelijk van de jaarlijks gegunde contracten door de zorgverzekeraars kan dit verder toenemen. De overige financiële middelen zullen bestaan uit de nog nader vast te stellen toetredingsfee van de B-leden, alsmede eventuele subsidies. Er is een meerjarenbegroting opgesteld voor de periode ([bijlage 3] (vertrouwelijk)). De voorgenomen transactie zal naar verwachting leiden tot een gezamenlijke omzet van [...]. De begrote directe (salaris)kosten, alsmede de indirecte kosten bedragen [...] respectievelijk [...]. Conform de begroting 2015 zal de coöperatie een resultaat van [...] voor belasting realiseren; hetgeen neerkomt op [...] De zorgaanbieder die bij oprichting van de coöperatie B lid wordt, zal een entreefee betalen van [...]. Zorgaanbieders die in een latere fase B lid zullen worden, zullen een entreefee van [...] betalen. Het verschil wordt verklaard door de bijdrage die de oprichtende leden bieden aan de aanloopfase van de Coöperatie. Partijen vinden het gerechtvaardigd dat nieuwe leden eveneens een financiële bijdrage in de aanloopkosten zullen dragen. De kosten van de met (de implementatie van) de voorgenomen transactie verband houdende werkzaamheden zijn niet afzonderlijk begroot en zullen op de lopende exploitaties van partijen drukken. Partijen schatten de aanloopkosten op [...]. Deze kosten hebben betrekking op (juridische) advieskosten, werving en (extra) inzet van personeel gedurende de implementatieperiode en communicatie. Binnen de kostenstructuur is bekend op welke wijze de opbouw van het tarief wordt gehanteerd. Omdat het hier om populatiebekostiging gaat wordt op basis van FTE gefinancierd. De productiviteitsnorm voor een S1 wijkverpleegkundige wordt op [...] vastgesteld. [...] wordt gereserveerd voor ziekte en vakantie. In de volledige businesscase wordt de kostenstructuur gedetailleerd weergegeven. Hieruit blijkt een licht positief resultaat als gevolg van onder andere de volgende omstandigheden (synergievoordelen): - Managementkosten zijn lager dan wanneer iedere aanbieder voor zich zou werken; - Aanloopkosten zijn gedragen door meerdere partijen; - Reductie van kosten als gevolg van een gezamenlijke backoffice; - Reductie van kosten door één ondersteunend ICT-systeem; - Reductie van kosten voor PR en marketing; - Een verdere efficiency is mogelijk vanaf het tweede jaar (2016) door de groei van omzet.

14 Pagina 14 van Beschrijf de gevolgen van de concentratie voor de zorgverlening aan de cliënt. Beschrijf hierbij, voor zover van toepassing, ten minste: - veranderingen in het aanbod van zorg; - de herinrichting van de zorgprocessen; - de verplaatsing van zorgaanbod tussen locaties; - de verandering van het aantal locaties waar zorg wordt verleend; - de aanpassing van de schaalgrootte van de zorgverlening op de locaties. Ga hierbij uit van het tijdsbestek waarbinnen alle uit de concentratie voortkomende veranderingen in de zorgverlening zijn gerealiseerd. In het kader van de wijkverpleegkundige zorg Segment 1 spreken partijen bewust over burgers in plaats van cliënten, omdat er nog niet altijd een (bewuste) zorgvraag is. De burgers binnen de wijken die bij De Wijkverpleegkundige Praktijk terecht komen zijn erg divers, de volgende kenmerken spelen daar een rol; Comorbiditeit, chronisch ziek; (Dreigende) escalatie in zorgvraag; (Sociaal) netwerk/mantelzorg is niet krachtig of dreigt weg te vallen; Zorgmijder; (Psycho)somatische zorgvraag (sociale vraag doorverwijzen); Drempel formele zorg wordt hoog ervaren of is taboe. Veranderingen in het aanbod van zorg: De door de Coöperatie te verrichten werkzaamheden borduren voort op het project Zichtbare Schakel. De zogenaamde zichtbare schakel verpleegkundigen waren werkzaam op basis van een overheidssubsidie tot en met 31 december Deze zichtbare schakels zijn nu overgegaan naar de financiering voor Segment 1 (Zorgverzekeringswet) en zullen hun bestaande werkzaamheden voor hun cliënten blijven verrichten. Voor de overige werkzaamheden in Segment 1 geldt dat er geen sprake is van vaste cliënten. Zodra er sprake is van een indicatie zal een cliënt worden doorverwezen naar vervolgzorg en zal er financiering plaatsvinden vanuit segment 2 of op basis van een andere financiering, wanneer bijvoorbeeld Wmo-zorg geïndiceerd is. De voorgenomen concentratie zal dus geen zorginhoudelijke gevolgen voor de burger hebben in die zin, dat de wijkverpleegkundige zorg segment 1 waarin de S1 wijkverpleegkundige een onafhankelijke rol vervult, reeds voortvloeit uit gewijzigde wet en regelgeving met ingang van 1 januari Door de S1 wijkverpleegkundigen in een aparte coöperatie te organiseren, beogen partijen een onafhankelijke en neutrale omgeving te creëren waarin het belang van de burger voorop staat. De S1 wijkverpleegkundige heeft de tijd en de concentratie om zich op dat belang te richten zonder te worden afgeleid door de productieomgeving binnen S2. De voordelen voor de burger als gevolg van de onaf-

15 Pagina 15 van 21 hankelijke positionering van de S1 wijkverpleegkundige is de signaleringsfunctie die uitgeoefend wordt, waardoor de kwaliteit van leven wordt bevorderd. Doel van de functie is immers het zo lang mogelijk zelfstandig laten functioneren van mensen in de thuissituatie waarbij mantelzorgers en het sociale netwerk van de klant een belangrijke steunstructuur vormen. De herinrichting van de zorgprocessen: De S1 wijkverpleegkundige zal zichtbaar en laagdrempelig in de wijk aanwezig zijn. Hierdoor kan zij het vertrouwen van de (kwetsbare) burgers winnen. Pas dan kan ze worden toegelaten tot de privésituatie van de (kwetsbare) burger en vervolgens de situatie in kaart brengen en even met de burger meelopen. Dit is nodig om te kunnen beoordelen van de burger zelf kan, waar ze hem/haar kan ondersteunen om weer de eigen regie te kunnen pakken, in eigen kracht te komen staan en het eigen netwerk te versterken. Zo nodig zal de wijkverpleegkundige de burger doorverwijzen naar overige (zorg)professionals in de wijk, waaronder de wijkverpleegkundige S2. S1 wijkverpleegkundigen verrichten de werkzaamheden elk op hun eigen manier, uiteraard binnen de kaders van het vakgebied. Voor de coöperatie wordt een efficiënt proces ingericht, waarbij het overigens mogelijk is om regionale verschillen te behouden, afhankelijk van het netwerk. Hierdoor blijven de wijkverpleegkundigen en het netwerk dicht aansluiten bij de burger. De verandering van het aantal locaties waar zorg wordt verleend: S1 wijkverpleegkundigen zullen hun werkzaamheden in de wijk blijven verrichten vanuit de locaties van waaruit zij thans ook werkzaam zijn. De S1 wijkverpleegkundigen zullen hun werkzaamheden verrichten vanuit de locaties in het netwerk, zoals de huisartsenpraktijk, bij welzijnsorganisaties of de kerk. De aanpassing van de schaalgrootte van de zorgverlening op de locaties: Ook hierin zijn geen veranderingen te verwachten; zelfs een mogelijke groei zal niet direct van invloed zijn op de schaalgrootte van de zorgverlening op de locaties. De genoemde groei is gebaseerd op het eerder aan de zorgverzekeraar gevraagde budget van [...], waarbij uiteindelijk [...] is gegund. Verdere groei is gebaseerd op de aangekondigde landelijke groei. Er zal dus eerder sprake zijn van een uitbreiding van het aantal locaties van waaruit de S1 wijkverpleegkundigen werkzaam zullen zijn. Dit hangt samen met de omstandigheid dat meer gemeenten gebruik zullen gaan maken van de wijkgerichte inzet van S1 wijkverpleegkundigen. Samengevat: De (kwestbare) burger heeft direct toegang tot de S1 wijkverpleegkundige; De S1 wijkverpleegkundige is onafhankelijk en neutraal, gericht op de (zorg)vraag van de burger zonder een productiedruk; De (kwetsbare) burger krijgt ondersteuning in het versterken van eigen kracht, regie en netwerk;

16 Pagina 16 van 21 De (kwetsbare) burger krijgt ondersteuning in het voorkomen van formele zorg; De (kwetsbare) burger kan terugvallen op de regie/coördinerende functie van de S1 wijkverpleegkundige. 3.3 Beschrijf de risico s van de concentratie voor de bereikbaarheid van de zorg en de wijze waarop deze risico s worden ondervangen. Onder vraag 3.2 heeft u de eventuele veranderingen in het zorgaanbod en de locaties waar zorg wordt verleend beschreven. Beschrijf welke risico s deze veranderingen met zich meebrengen voor de bereikbaarheid van de zorg. Beschrijf hierbij, voor zover van toepassing, ten minste: - de gevolgen van de concentratie voor het aantal locaties dat cliënten kunnen bezoeken; - de gevolgen van de concentratie voor de reisafstand die cliënten moeten afleggen. De voorgenomen concentratie zal geen risico s voor de bereikbaarheid van de zorg met zich brengen. Er zijn voorts geen gevolgen voor het aantal locaties dat cliënten kunnen bezoeken. Wel zullen de S1 wijkverpleegkundigen beter zichtbaar zijn waardoor de toegankelijkheid voor de cliënt wordt vergroot. De verbeterde zichtbaarheid van de S1 wijkverpleegkundigen is niet gerelateerd aan het aantal locaties, maar aan de verbinding met het sociaal domein van de gemeentes waarmee de Coöperatie zal samenwerken. Aangezien S1 wijkverpleegkundigen hun werkzaamheden in de wijk blijven verrichten, treden geen wijzigingen op in de reisafstanden van cliënten. 3.4 Beschrijf de risico s van de concentratie voor de kwaliteit van de zorg en de wijze waarop deze risico s worden ondervangen. Beschrijf hierbij ten minste: - wat het verwachte effect van de concentratie is op de cliënttevredenheid. - hoe is geborgd dat het bestuur gedurende het concentratieproces voldoende aandacht heeft voor het primaire proces. - hoe u het risico inschat op kwaliteitsverlies door bijvoorbeeld: cultuurverschillen tussen de concentrerende organisaties; stagnerende implementatie van de concentratie; vertrekkend personeel. - welke scenario s voor risicobeheersing u heeft opgesteld; - de wijze waarop u het optreden van dergelijke risico s monitort. Partijen verwachten dat de cliënttevredenheid verder zal toenemen door de onafhankelijke positie van de S1 wijkverpleegkundige die als een vertrouwenspersoon zal functioneren en dichtbij de cliënt staat en zowel het zakelijke en persoonlijke netwerk zal inzetten om de cliënt te ondersteunen. De S1 wijkverpleegkundigen zijn de vakinhoudelijke specialisten en hebben als lid van de coöperatie invloed

17 Pagina 17 van 21 op zorginhoudelijke zaken waardoor het cliëntbelang goed is geborgd. Partijen verwachten dat kwaliteitsverlies als gevolg van cultuurverschillen tussen de organisaties zich nauwelijks zal voordoen doordat de S1 wijkverpleegkundigen zelfstandig functionerende professionals zijn en de coöperatie op afstand staat van de oprichtende zorgaanbieders. In de sollicitatieprocedure zullen wijkverpleegkundigen mede worden geselecteerd op de eigenschap om onafhankelijk te willen werken. Deze wijkverpleegkundigen dienen niet belast te zijn met de cultuur vanuit de organisatie waar zij voorheen werkzaam waren. Een stagnerende implementatie zal naar partijen verwachten evenmin invloed op de kwaliteit van de dienstverlening hebben, omdat partijen in dat geval de betreffende dienstverlening zullen aanbieden. De wijkverpleegkundigen die bij de oprichting in dienst van de coöperatie zullen treden, krijgen een terugkeergarantie van de zorgaanbieder waar men voorheen werkzaam was. Mogelijk zal dit ook gelden voor wijkverpleegkundigen die in een latere fase in dienst zullen treden aangezien elke zorgaanbieder de wijkverpleegkundige graag in dienst zal nemen voor de continuering van de dienstverlening. Het risico op het vertrekken van medewerkers is naar verwachting laag gezien de duurzame en toekomstbestendige opzet van de coöperatie; te meer omdat de wijkverpleegkundigen tevens lid zullen zijn van de Coöperatie waardoor er een grote verbinding zal bestaan tussen de wijkverpleegkundige en de Coöperatie. Inmiddels is gebleken dat de belangstelling om voor de coöperatie te werken, groot is onder wijkverpleegkundigen. Vanuit partijen hebben diverse wijkverpleegkundigen bij de coöperatie gesolliciteerd en inmiddels is [...] ingevuld. Natuurlijk verloop kan, gezien de huidige arbeidsmarkt, relatief eenvoudig worden opgevangen. Daarnaast zal een programma voor werving en selectie, opleidingen en dergelijke onderdeel worden van het organisatiebeleid. Scenario s voor risicobeheersing zijn onderdeel van het implementatieplan en zullen nader worden uitgewerkt als onderdeel van het aanbod van aan de desbetreffende zorgverzekeraar. Zoals partijen hiervoor hebben opgemerkt, geldt in algemeen zin dat in geval van stagnatie partijen in staat zullen zijn de dienstverlening aan de cliënt (tijdelijk) over te nemen.

18 Pagina 18 van Gegevens over de continuïteit van cruciale zorg 4.1 Indien één of meer van de betrokken zorgaanbieders voorafgaand aan de concentratie één of meer van de genoemde vormen van cruciale zorg aanbiedt, beschrijf de gevolgen van de concentratie voor de continuïteit van: - ambulancezorg - spoedeisende hulp - acute verloskunde - crisisopvang geestelijke gezondheidszorg - AWBZ, bezien in de sociale context a. Beschrijf in geval van ambulancezorg, spoedeisende hulp of acute verloskunde ten minste de verandering van spreiding en capaciteit (per locatie) van deze zorg. b. Beschrijf in geval van crisisopvang geestelijke gezondheidzorg ten minste de verandering van afspraken over crisisopvang in de regio( s) waarin u actief bent. c. Beschrijf in geval van AWBZ de verandering in de sociale context van de zorg zoals de geografische ligging van het zorgaanbod, het bij je partner kunnen blijven wonen en de aansluiting bij de godsdienst of levensovertuiging van cliënten en hun leefomgeving. Partijen zijn alle aanbieders van onder meer Wlz-zorg. De coöperatie zal daarentegen uitsluitend actief op het gebied van Zwv-gefinancierde thuiszorg (segment 1) zijn en dus geen cruciale Wlz-zorg gaan leveren. Om die reden zal de voorgenomen transactie geen wijziging brengen in het aanbod van partijen van cruciale Wlz-zorg. 4.2 Beschrijf of door de concentratie de normen voor deze vormen van cruciale zorg in gevaar komen en de wijze waarop deze risico s worden ondervangen. niet van toepassing

19 5. Gegevens over de betrokkenheid van cliënten, personeel en andere stakeholders Openbare versie Pagina 19 van Vermeld indien van toepassing, van elke betrokken zorgaanbieder, naam, adres, telefoonnummer en eventuele elektronisch postadres van de voorzitter van de cliëntenraad. Stichting Fundis De contactgegevens van de voorzitter van de cliëntenraad van Fundiszijn: [...] Stichting Florence De contactgegevens van de voorzitter van de cliëntenraad van Florence zijn: [...] Stichting WoonZorgcentra Haaglanden De contactgegevens van de voorzitter van de cliëntenraad van WZH zijn: [...] 5.2 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder: a. Het verloop van de raadpleging van cliënten: - Op welke wijze zijn cliënten betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen? - Op welke wijze hebben cliënten hun oordeel en aanbevelingen kenbaar kunnen maken? - Zijn cliënten van mening dat de zorgaanbieder hen voldoende tijd heeft gegeven om te reageren op het concentratievoornemen - Zijn cliënten in de gelegenheid gesteld om, indien gewenst, een deskundige te raadplegen? Zijn cliënten van mening dat de zorgaanbieder hen hiervoor voldoende tijd en zo nodig (financiering van) expertise ter beschikking heeft gesteld, zodat een oordeel over de concentratie kan worden gegeven? b. Of cliënten van mening zijn dat zij tijdig en op begrijpelijke wijze aantoonbaar voldoende geïnformeerd zijn over: - de verwachte gevolgen van de concentratie voor de inrichting van de zorg - de inhoud van de concentratieplannen - de mogelijkheden om daar bezwaar tegen te maken - de mogelijkheden om alternatieven of andere zienswijzen in te brengen - de manier waarop oordelen of aanbevelingen hierover kenbaar kunnen worden gemaakt. c. Het oordeel van cliënten: - Hoe luidt het oordeel en de aanbevelingen van cliënten over het voornemen tot concentratie?

20 Pagina 20 van 21 - Zijn het oordeel en de aanbevelingen van cliënten overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie? Indien aanbevelingen van clienten niet zijn overgenomen, geef aan waarom niet. Stichting Fundis Op 1 juli 2014 heeft Fundis de CCR Holding 3 een adviesaanvraag ([bijlage 4] (vertrouwelijk)) gestuurd inzake de oprichting van een coöperatie Wijkverpleegkundige praktijk. Omdat de CCR Holding van mening was dat de CCR van Zorg Thuis de adviesaanvraag moest behandelen, heeft de CCR Zorg Thuis op 5 september 2014 advies uitgebracht ([bijlage 4a] (vertrouwelijk)). Op dat moment was er nog geen sprake van betrokkenheid van Florence bij het voornemen. Fundis heeft op 6 oktober 2014 een tweede adviesaanvraag ([bijlage 5] (vertrouwelijk)) gezonden aan de CCR Zorg Thuis. Tijdens de overleg vergadering van 17 oktober 2014 heeft Fundis de gevolgen voor de cliënten nader toegelicht en tevens een schriftelijke toelichting ([bijlage 6] (vertrouwelijk)) overhandigd 4. Op basis van die informatie heeft de CCR Zorg Thuis op 28 oktober 2014 positief geadviseerd ([bijlage 7] (vertrouwelijk)). De CCR Zorg Thuis is van mening dat de coöperatie en de nieuwe werkwijze een waardevolle bijdrage zullen leveren aan het verlengen van de zelfstandigheid van burgers; hetgeen goed aansluit op de verandering van de zorg. In haar advies vraagt de cliëntenraad wel aandacht voor de cliëntenmedezeggenschap in de coöperatie. Aangezien WZH begin januari 2015 aangaf als medeoprichter van de coöperatie deel te willen nemen, heeft Fundis op 15 januari 2015 een aangevulde adviesaanvraag aan haar cliëntenraad gestuurd ([bijlage 8] (vertrouwelijk)). Op 27 januari 2015 heeft de cliëntenraad positief geadviseerd ([bijlage 9] (vertrouwelijk)). Stichting Florence Florence heeft op 28 oktober 2014 een adviesaanvraag gezonden ([bijlage 10] (vertrouwelijk)) aan de CCR Florence. Op 14 november 2014 heeft de Raad van Bestuur een mondelinge toelichting gegeven aan de CCR. Bij brief van 20 november 2014 ([bijlage 11] (vertrouwelijk)) heeft de CCR advies uitgebracht. In dit advies heeft de CCR aangegeven positief te staan ten opzichte van de oprichting van de coöperatie, maar heeft daarbij nog wel een aantal aanvullende vragen cq opmerkingen be- 3 4 In 2014 heeft er bij Fundis een structuurwijziging plaatsgevonden waarbij diverse activiteiten zijn verzelfstandigd in BV s met een eigen bestuurder. Zo is onder andere de thuiszorg apart gepositioneerd, alsmede de intramurale zorg. Als gevolg van deze ingrijpende organisatiestructuurwijziging is de medezeggenschapsstructuur voor cliënten tevens gewijzigd met als uitgangspunt dat de medezeggenschap de zeggenschap volgt. Er zijn thans bij Fundis drie centrale cliëntenraden: een Centrale Cliëntenraad Holding, een Centrale Cliëntenraad Zorg Thuis en een Centrale Cliëntenraad Intramuraal. De CCR Holding functioneert op algemeen, strategisch niveau en richt zich op de hoofdlijnen en op het beleid op de lange termijn. Deze cliëntenraad behandelt alleen adviesaanvragen die betrekking hebben op het aandachtsgebied van de holdingdirectie, waaronder onder andere het portfoliomanagement. De onderwerpen die de CCR Zorg Thuis behandelt, hebben betrekking op strategisch niveau op het gebied van thuiszorg, waaronder de voorgenomen oprichting van de Coöperatie. De inhoud van deze toelichting is verwerkt in het antwoord op vraag 3.2 van dit meldingsformulier.

21 Pagina 21 van 21 noemd. Er worden zorgen geuit over het eventueel wegkopen van verpleegkundigen die op dit moment bij Florence werken, de beschikbaarheid van de zogenaamde zichtbare schakels (wijkverpleegkundigen met een centrale rol in de wijk) en vragen gesteld over de dekking van aanloopkosten, de mogelijkheid van winstuitkering en de vormgeving van medezeggenschap in de coöperatie. Bij brief van 26 november 2014 ([bijlage 12] (vertrouwelijk)) heeft de Raad van Bestuur deze vragen beantwoord. De Raad van Bestuur heeft aangegeven dat voor alle verpleegkundigen geldt dat zij mogen solliciteren naar functies in de coöperatie, maar daar geen verplichting toe hebben. De aanloopkosten zullen voor rekening van partijen komen. Ten aanzien van het onderwerp cliëntenmedezeggenschap is opgemerkt, dat de Coöperatie dit onderwerp mee zal nemen in het nog te ontwikkelen kwaliteitsbeleid. Met betrekking tot de vragen over een eventuele winstuitkering is geantwoord dat partijen voornemens zijn om eventuele positieve resultaten aan het vermogen van de coöperatie toe te voegen, zodat van een winstuitkering aan de oprichtende partijen geen sprake zal zijn. Hoewel de CCR niet nader op de brief van 26 november 2014 van de RvB van Florence heeft gereageerd, zal Florence de CCR tijdens de overlegvergaderingen informeren over de algehele voortgang, alsmede over de door CCR gesignaleerde aandachtspunten. Tevens houdt Florence de CCR schriftelijk op de hoogte via de zogenaamde bestuursverslagen. Aangezien WZH begin januari 2015 aangaf als medeoprichter van de coöperatie deel te willen nemen, heeft Florence op 16 januari 2015 een aangevulde adviesaanvraag aan haar cliëntenraad gestuurd ([bijlage 13] (vertrouwelijk)). Op diezelfde datum heeft de cliëntenraad positief geadviseerd ([bijlage 14] (vertrouwelijk)). Stichting WoonZorgcentra Haaglanden Op 15 oktober 2014 heeft de bestuurder van WZH de CCR tijdens een overlegvergadering mondeling geïnformeerd over de oprichting van een coöperatie Wijkverpleegkundige praktijk. WZH biedt nu geen vergelijkbare activiteiten aan waardoor een formele adviesaanvraag niet noodzakelijk is. In een bijeenkomst met de gezamenlijke Cliëntenraden op 12 januari 2015 heeft de bestuurder nogmaals een mondelinge toelichting gegeven op de coöperatie. In haar advies van 16 januari 2015 bevestigt de Centrale Clientenraad dat er overleg is geweest met de bestuurder omtrent dit onderwerp en dat zij de voorgestelde gedragslijn onderschrijft ([bijlage 15] (vertrouwelijk)). De CCR heeft op 27 maart 2015 een aanvullend positief advies uitgebracht ten aanzien van de voorgenomen oprichting van de Coöperatie ([bijlage 15a] (vertrouwelijk)). De CCR constateert nog wel diverse onduidelijkheden, maar gezien de fase waarin de voorgenomen oprichting van de Coöperatie is zij bereid die onduidelijkheden vooralsnog te accepteren wanneer het bestuur van WZH toezegt haar tijdens de overlegvergaderingen van de voortgang van de voorgenomen oprichting op de hoogte te houden. Het bestuur van WZH heeft op 30 maart 2015 op het advies van de CCR gereageerd ([bijlage 15b] (vertrouwelijk)). In haar reactie zegt het bestuur van WZH toe de CRR voortdurend te zullen informeren. Het bestuur van WZH zegt voorts toe in de gesprekken met Florence en Fundis de vormgeving van cliëntenmedezeggenschap te zullen agenderen en haar daarover eveneens te informeren.

22 Pagina 22 van Vermeld indien van toepassing, van elke betrokken zorgaanbieder, naam, adres, telefoonnummer en eventuele elektronisch postadres van de voorzitter van de ondernemingsraad. Stichting Fundis De contactgegevens van de voorzitter van de ondernemingsraad van Fundis zijn: [...] Stichting Florence De contactgegevens van de voorzitter van de ondernemingsraad van Florence zijn: [...] Stichting WoonZorgcentra Haaglanden De contactgegevens van de voorzitter van de ondernemingsraad van WZH zijn: [...] 5.4 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder: a. Het verloop van de raadpleging van het personeel: - Op welke wijze is het personeel betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen? - Op welke wijze heeft het personeel zijn oordeel en aanbevelingen kenbaar kunnen maken? - Is het personeel van mening dat de zorgaanbieder hen voldoende tijd gegeven heeft om te reageren op het concentratievoornemen? - Is het personeel in de gelegenheid gesteld om, indien gewenst, een deskundige te raadplegen? Is het personeel van mening dat de zorgaanbieder hen hiervoor voldoende tijd en zo nodig (financiering van) expertise ter beschikking heeft gesteld, zodat een oordeel over de concentratie kan worden gegeven? b. Of het personeel van mening is dat het tijdig en op begrijpelijke wijze aantoonbaar voldoende geïnformeerd is over: - de verwachte gevolgen van de concentratie voor de inrichting van de zorg - de inhoud van de concentratieplannen - de mogelijkheden om daar bezwaar tegen te maken - de mogelijkheden om alternatieven of andere zienswijzen in te brengen - de manier waarop oordelen of aanbevelingen hierover kenbaar kunnen worden gemaakt. c. Het oordeel van het personeel: - Hoe luidt het oordeel en de aanbevelingen van het personeel over het voornemen tot concentratie? - Zijn het oordeel en de aanbevelingen van het personeel overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie? Indien aanbevelin-

23 gen van het personeel niet zijn overgenomen, geef aan waarom niet. Openbare versie Pagina 23 van 21 Stichting Fundis Op 1 juli 2014 heeft Fundis de OR een adviesaanvraag ([bijlage 16] (vertrouwelijk)) gestuurd inzake de oprichting van een coöperatie Wijkverpleegkundige praktijk. Op dat moment was er nog geen sprake van betrokkenheid van Florence bij het voornemen. De OR heeft geen advies uitgebracht naar aanleiding van deze adviesaanvraag vanwege het feit dat de RvB van Fundis gedurende de adviestermijn de OR heeft geïnformeerd dat er een wijziging in het voornemen was opgetreden, namelijk dat de coöperatie samen met Florence zou worden opgericht. Op 6 oktober 2014 heeft Fundis een aanvullende adviesaanvraag ([bijlage 17] (vertrouwelijk)) gestuurd met een gewijzigd businessplan waarin wel met Florence als mede oprichtende partij rekening is gehouden. De OR heeft ten behoeve van de behandeling van de adviesaanvraag advies bij twee wijkverpleegkundigen en twee wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel ingewonnen. Tijdens de commissievergadering op 10 november 2014 heeft Fundis het businessplan mondeling toegelicht. Naar aanleiding daarvan heeft de OR schriftelijke vragen gesteld ([bijlage 18] (vertrouwelijk)) over diverse onderwerpen in het businessplan, zoals de aard van de werkzaamheden, de inrichting van de organisatie. Nadat Fundis deze vragen had beantwoord ([bijlage 19] (vertrouwelijk)), heeft de OR op 26 november 2014 positief advies ([bijlage 20] (vertrouwelijk)) uitgebracht met inachtneming van een aantal voorwaarden: - het scholingsplan per 1 mei 2015 voorleggen als deeladvies; - de benoeming van de directeur vooralsnog voor de duur van één jaar; - het ontvangen van het marketing en communicatieplan per 1 april 2015 ter informatie; - het zo spoedig mogelijk ontvangen van het functieprofiel ter informatie; - het voor 31 december 2014 geïnformeerd worden over de hoogte van de entree fee; - het uitvoeren van een evaluatie binnen zes maanden; - het aanpassen van een stukje tekst op bladzijde 5 en 12 van het businessplan; Bij brief van 8 januari 2015 ([bijlage 21] (vertrouwelijk)) heeft Fundis op het advies gereageerd. Daarin zegt Fundis toe om de in het advies verzochte stukken zo spoedig mogelijk aan de OR toe te zullen sturen. Ten aanzien van de positie van de directeur merkt Fundis op dat zij reeds een arbeidsovereenkomst voor [...] heeft. Fundis zegt toe dat zij de OR in staat zal stellen om zes maanden na de formele oprichting van de coöperatie zich door de directeur over de stand van zaken met betrekking tot de coöperatie te laten informeren. Op 3 februari 2014 heeft Fundis het functieprofiel toegezonden aan de OR ([bijlage 21a] (vertrouwelijk)). De OR heeft zich vervolgens op het standpunt gesteld dat de inschaling van de functie in FWG 55 dient te geschieden zoals staat opgenomen in het businessplan ([bijlage 21b] (vertrouwelijk)). In reactie daarop heeft Fundis aangegeven dat bij de voorlopige weging van de functie is gebleken dat deze in FWG 50 valt ([bijlage 21c] (vertrouwelijk)). In afwachting van de definitieve externe weging is daarom de functie van wijkverpleegkundige S1 voorlopig in FWG 50 geplaatst. Indien uit de externe weging volgt dat de functie in FWG 55 dient te worden ingeschaald, zal dit met terugwerkende kracht plaatsvinden.