Belangenbehartiging van haar leden in de meest ruime zin, in het bijzonder het veilig stellen van huidige en toekomstige pensioenaanspraken.

Transcriptie

1 Met elkaar beschermen wij ons pensioen. Doelstellingen van de vereniging VvGDN. Belangenbehartiging van haar leden in de meest ruime zin, in het bijzonder het veilig stellen van huidige en toekomstige pensioenaanspraken. Ledenaantal: per oktober 2013: 431 leden. Website: Onze website is te vinden op: Inhoud: Voorwoord van de voorzitter Nieuws vanuit de deelnemersraad van het Draka pensioenfonds Fondspensioen en Verzekerde Regeling (toelichting door Jan Cieremans) Nieuws vanuit VOG-PME Nieuws van de NVOG Notulen Algemene Ledenvergadering VvGDN 26 maart 2013 Voorwoord van uw VvGDN voorzitter Voor het reilen en zeilen, en het op de juiste koers houden van de VvGDN is het bestuur verantwoordelijk. Vandaar dat het verstandig is dit in het bestuur te evalueren en af te stemmen bij de leden of we met onze vereniging de juiste koers vasthouden. Op de huidige woelige pensioenbaren is dit laatste geen sinecure. Bij afweging van de behaalde resultaten bleek een positieve conclusie gerechtvaardigd. Enkele voorbeelden nader belicht: 1 e Financieel gezien (overslaan van een jaar contributie en daarna verlaging naar 10 per jaar) geen dringende reden om beleid te veranderen. 2 e Belangenbehartiging functioneert naar tevredenheid. Dit blijkt o.a. uit de benoemingen in besturen ( Stichting Pensioenfonds Draka Holding en VOG-PME) en deelnemersraden (PME). 3 e Overleg met de STAR en VNO (zie artikel van Jan Cieremans in deze nieuwsbrief) 4 e Opbouw van een netwerk in het grote pensioenland, waardoor indien nodig snel overlegd kan worden op hoog kennis niveau over o.a. politieke ontwikkelingen en krachtenbundeling. Onze nieuwsbrief staat weer bol van belangwekkende informatie. Na lezing is iedereen op de hoogte van de relevante pensioen onderwerpen: Met het DRAKA pensioenfonds gaat het goed. Vervolgens geeft Jan Cieremans uitleg over fondspensioenen en direct verzekerde regeling. Dan nieuws betreffende het VOG-PME en ontwikkelingen bij het NVOG. In een persbericht lichten CSO en KNVG het nieuwe pensioenstelsel toe. Het NVOG maakt melding van het artikel van Yvonne Hofs in de Volkskrant. Het thema koopkrachtdaling wordt onder de loupe genomen en in de notulen van onze Algemene Ledenvergadering van 26 maart 2013 staat een belangrijke samenvatting van de presentatie van Klaas Roskam over de ontwikkelingen bij de SPDH. Frans de Haan. 1

2 Contributie Tijdens de algemene ledenvergadering van 26 maart 2013 is besloten dat voor het jaar 2014 de contributie wordt verlaagd naar 10,00. Nieuws uit de deelnemersraad van het Draka pensioenfonds SPDH. De dekkingsgraad per 30 september 2013 op basis van de werkelijke rente is 111,7% en was eind augustus ,0%. De dekkingsgraad is positief gekleurd omdat de UFR rente en de werkelijke rente 12 basispunten uit elkaar liggen. Op basis van de werkelijke rente bedraagt de dekkingsgraad 109,8%.Het pensioenfonds bevindt zich nu 8 maanden boven de 104,25 en is na 9 maanden officieel uit onderdekking. Een prima resultaat! Het vermogen van het pensioenfonds is van 94,4 mln. Euro ( ultimo december 2012) gestegen naar 96,8 mln. Euro ultimo september Met Prysmian lopen nog steeds gesprekken over de toekomst van het pensioenfonds (zie onder). Sinds april 2013 heeft ons pensioenfonds een eigen website: waar veel informatie over het pensioenfonds is te vinden. De dekkingsgraad van PME is per 30 september ,9%. De website van PME is: Bert Docter. Het bestuur van de SPDH heeft in 18 juli jl. de volgende informatie op de website geplaatst: "Toekomst Stichting Pensioenfonds Draka Holding Zoals u ongetwijfeld zult weten is de gehele pensioenwereld in beweging. Dit geldt natuurlijk ook voor Stichting Pensioenfonds Draka Holding (SPFDH). De pensioenwet verandert, nieuwe pensioenregels en nieuwe pensioencontracten in Op zich gaat het goed met het Fonds; de dekkingsgraad is redelijk en er is geen dekkingstekort en het bestuur is volop bezig. Toch oriënteren wij ons op de toekomst. Zowel Prysmian als SPFDH kijken naar een mogelijkheid om het pensioenfonds onder te brengen om uw belangen ook in de toekomst zo goed mogelijk onder te brengen. Via deze website zullen wij u zo veel mogelijk informeren over de voortgang. Hieronder een overzicht van de gang van zaken tot nu toe. Op 2 april 2013 is het bestuur van SPFDH met Prysmian Nederland bij elkaar geweest om te spreken over de toekomst van Stichting Pensioenfonds Draka Holding. Conform afspraak zouden wij Prysmian informeren over de voortgang. Het bestuur van het Fonds heeft bij 8 partijen offertes aangevraagd om het fonds onder te brengen, waarbij rekening is gehouden met de belangen van de actieven, niet-actieven alsmede de werkgever. Tevens zijn er ontwikkelingen in het pensioenland, waarbij keuzes gemaakt dienen te worden tussen een nominaal- of reëelpensioencontract. Het nieuwe contract dient per in te gaan en de keuze dient elk pensioenfonds eind 2013 gemaakt te hebben. Alles is dan ook vanuit het bestuur gericht om, indien mogelijk op over te gaan. Verschillende marktpartijen waren niet geïnteresseerd en eigenlijk zijn er maar 2 of 3 serieus te noemen, waarbij PME een van de kandidaten is. Gisteren 17 juli 2013 heeft PME bekend gemaakt dat PME waarschijnlijk april 2014 opnieuw moet korten op de pensioenen. Een dergelijk bericht helpt natuurlijk niet in een goede en geaccepteerde overgang. Het is dan ook niet ondenkbaar dat wij een beroep zullen moeten doen op de sponsor om een steuntje in de rug te krijgen. Zelf onderzoekt het bestuur nog alternatieve mogelijkheden om adequaat om te gaan met de ingangsdatum

3 Ook heeft het bestuur op 25 april jl. een gesprek gehad met Nationale Nederlanden (NN). Met Nationale Nederlanden (NN) zal nog een vervolggesprek plaats vinden omdat NN heeft aangegeven niet door te willen gaan met het Fonds. NN heeft gekozen voor een andere toekomstige marktstrategie voor de pensioensector. DNB is door het bestuur geïnformeerd over de gang van zaken. DNB onderneemt geen acties en wacht op een besluit van het Fonds en daarna heeft DNB enkele maanden nodig om een advies uit te brengen. Zonder goedkeuring van DNB kan er geen verandering worden ingevoerd. De website zal door ons actief worden gebruikt om informatie te verstrekken aan o.a. de deelnemers. Bovenstaande betekent dat naar onze mening in augustus/begin september er een overleg zal moeten zijn met Prysmian om een definitieve stap te kunnen zetten, rekening houdend met: 1. DNB circa 3 maanden nodig heeft om goedkeuring te verlenen; 2. Overnemende partijen willen gaarne ook per een nieuwe overeenkomst in laten gaan. 3. De keuze van een nieuw pensioencontract dient ultimo 2013 ook bekend te zijn en de keuze is dan inherent aan de keuze m.b.t. het Fonds". Inmiddels heeft staatssecretaris Klijnsma nieuwe voorstellen gedaan voor aanpassing van het pensioenstelsel (met één systeem i.p.v. twee). Ook de gesprekken van het bestuur met Prysmian alsook de evaluatie van offertes vergt meer tijd dan op moment van het persbericht voorzien. Fondspensioen en Direct Verzekerde Regeling, hoe zit dat? Voor alle werknemers onder een Collectieve Arbeids Overeenkomst is de werkgever verplicht een pensioenregeling te treffen. Daarvoor zijn drie oplossingen, te weten een ondernemingspensioen-fonds, een bedrijfstakpensioenfonds dan wel een direct verzekerde regeling. De fondspensioenen zowel als de verzekerde regelingen vallen beide onder de Pensioenwet (Pw) maar er zijn aanzienlijke verschillen bij bestuur, risicodeling en regelgeving, waarover straks meer. Historisch gezien is het ondernemingspensioenfonds de oudste vorm, eind negentiende eeuw gestart door sociaal ingestelde werkgevers en daarna gevolgd door anderen die inzagen dat oudedags armoede niet in de familie maar wel via het werk moest worden bestreden. Voor kleine ondernemingen, dus een klein fonds, is beheer en bestuur een extra last en via werkgeversverenigingen (zoals FME) werden bedrijfstakfondsen opgericht (zoals PME). Kenmerk van alle pensioenfondsen is dat zij financieel en bestuurlijk, als rechtsvorm, los staan van de ondernemingen. De afspraken worden gemaakt in de pensioendriehoek: de werkgever sluit met het fonds de uitvoeringsovereenkomst, en met elke werknemer de pensioenovereenkomst; de verhouding tussen het fonds en de werknemers is vastgelegd in het pensioenreglement. Fondsen werken collectief en solidair dat wil zeggen voor alle deelnemers in een fonds gelden dezelfde regelingen en meevallers worden eerlijk verdeeld maar ook de tegenvallers. De meeste fondsen zijn stichtingen of verenigingen zonder winstoogmerk, daarom gaan resultaten positief of negatief volgens uniforme regels naar de actieve deelnemers en de gepensioneerden. Even wat cijfers: In Nederland zijn 77 bedrijfstakpensioenfondsen voor ca 5 mln. cliënten en er zijn 370 (ooit waren dat er meer dan 1000) ondernemingspensioenfondsen voor 0,65 mln. cliënten. PME, het 5e bedrijfstakfonds in grootte, heeft meer dan 1200 aangesloten werkgevers, actieve deelnemers en gepensioneerden. 3

4 Ook de verzekerde regeling kent een lange geschiedenis. Denk daarbij aan de lijfrente, waarbij met spaargeld voor een persoon een levenslange uitkering wordt gekocht bij een verzekeraar. Wordt dat collectief gedaan voor een groep personen dan kom je al aardig in de buurt, zeker als het sparen en het uitkeren van de lijfrente door de verzekeraar wordt geadministreerd. De verzekeraar doet dit niet uit welwillendheid, hij heeft aandeelhouders en hij gaat voor winst. De keerzijde is dat de verzekeraar zelf als ondernemer voldoende zekerheid moet bieden dat de afspraken zullen worden nagekomen. Dat wordt geregeld in de Wet financieel toezicht, Wft. Een werkgever kan besluiten om de pensioenplicht onder te brengen bij een verzekeraar die daarvoor een vergunning heeft. De uitvoeringsovereenkomst tussen werkgever (hij is de verzekeringnemer) en verzekeraar kan maatwerk zijn. Het pensioenreglement is meestal de standaard van de verzekeraar met aanvullingen indien er maatwerk is. In de verzekerde regeling zijn deelnemers en gepensioneerden niet de verzekerden, zij zijn begunstigden. In Nederland zijn 22 verzekeraars actief en er lopen meer dan uitvoeringsovereenkomsten voor totaal ca 1 mln. deelnemers en gepensioneerden. Hoe zit het met de zekerheid van een pensioenfonds vergeleken met een verzekeraar? Omdat bij een fonds de resultaten worden gedeeld, kan een fonds wel//niet indexeren of zelfs korten, dat is eigenlijk negatief indexeren, hoe dat uitwerkt is inmiddels in de praktijk wel gebleken. Elk fonds moet 97,5% zekerheid bieden dat alle verplichtingen worden nagekomen, dat is dan een faalkans van 2,5%. Verzekeraars handelen onder contract en volgens de Wft moeten zij 99,5% zekerheid bieden ofwel een faalkans van 0,5%; dat is vijfmaal minder, maar niet nul. Ergens zit de prijs voor dat lagere risico natuurlijk in de waardeoverdracht en de premie. Dreigt een verzekeraar toch ten onder te gaan dan komen er toezicht, herstel en onderbrenging mechanismen in werking onder regie van DNB. De begunstigden van een verzekerde regeling merken daar weinig of niets van (als het goed is) hoogstens dat de naam van de uitvoerder wijzigt. Een ander duidelijk verschil tussen fonds en verzekerd pensioen vinden we bij de medezeggenschap. Het coöperatieve en onafhankelijke karakter van een fonds biedt duidelijk toegang aan belanghebbenden om invloed en controle uit te oefenen op het bestuur. Door de Pw is dat geregeld in de vorm van deelnemersraad, verantwoordingsorgaan en verdeling van bestuurszetels. Van belang is daarbij dat niet het belang van een groep domineert maar dat goed beheer en bestuur van het fonds als geheel voorop staat. Er komt een nieuwe wet Wvbp, met meer en betere mogelijkheden om dit vorm te geven waarbij ook pensioengerechtigden een positie krijgen. Een verzekeraar is een ondernemer met winstoogmerk. Correct handelen staat onder intern toezicht via raad van bestuur, raad van commissarissen, en onder extern toezicht van accountants en DNB. Je zou zelfs aandeelhouders daarbij kunnen noemen maar die invloed is betrekkelijk gering. Medezeggenschap bij de verzekeraar als uitvoerder is dus geen optie. Wat wel een mogelijkheid biedt is medezeggenschap bij de verzekeringnemer, de werkgever. Daar worden besluiten genomen over wel of niet verzekeren, de keuze van de verzekeraar, de hoofdstukken van de uitvoeringsovereenkomst, de communicatie met deelnemers en gepensioneerden, etc. De (C)OR is de aangewezen plaats om die medezeggenschap vorm te geven en voor actieve deelnemers (zij die nog werken) loopt dat ook op die manier. Gepensioneerden staan daarbij vaak buiten spel want hun arbeidsovereenkomst is geëindigd en zij hebben dus geen plaats in het sociaal overleg. Is er 4

5 een vereniging van gepensioneerden dan zijn er in de praktijk voorbeelden waar zij worden betrokken bij het (C)OR werk op dit onderwerp. Met de Stichting van de Arbeid - STAR- en het Verbond van Ondernemers -VNO- is begin 2013 overleg gestart om tot een verbetering in dit traject te komen. Ook ligt daar het vraagstuk op tafel van de werkgever die verdwijnt door fusie, overname of faillissement. Ook dan zullen de belangen van begunstigden in een direct verzekerde regeling moeten worden behartigd. Zowel bij fondspensioen als bij verzekerd pensioen is lid worden en blijven van een vereniging van gepensioneerden van groot belang. Langs die weg wordt kennis en inzicht opgebouwd en waardevolle invloed uitgeoefend in het belang van een veilig pensioen voor allen. Jan Cieremans. oktober 2013 VOG-PME. In oktober 2013 zal de nieuwe deelnemersraad van de PME geïnstalleerd worden. De VOG-PME zal met 3 zetels (van de totaal 21) vertegenwoordigd zijn. Ruim 1,5 jaar na de oprichting van de VOG-PME mag dit een succes worden genoemd! Naar aanleiding van de aangenomen Wet Versterking Pensioenbestuur is het bestuur van de VOG-PME in gesprek met het bestuur van de PME over de volgende stap, nl. deelname aan het bestuur van de PME. Hierover zullen wij u in een volgende nieuwsbrief, en/of via onze website informeren. De VOG-PME bundelt de belangenbehartiging van de gepensioneerden van en Stork, Siemens, Draka/NKF bij PME. Deelnemers en gepensioneerden van deze bedrijven zijn in de afgelopen jaren overgegaan naar PME of hebben rechtstreeks een deel van hun aanvullend pensioen bij PME opgebouwd. Elk van de bedrijven heeft een vereniging van gepensioneerden die samen goed zijn voor bijna 7000 leden. De aangesloten Vereniging van Gepensioneerden Stork (VGS) heeft recent haar naam gewijzigd in Vereniging van Gepensioneerden Metaal VGM () en heeft het lidmaatschap van haar vereniging nu ook opengesteld voor personen die niet bij Stork werken of gewerkt hebben, maar wel een PME-pensioen hebben. Iedereen met een PME-pensioen kan nu, via de VGM, lid worden van de VOG-PME en is van harte welkom. Kent u iemand in uw omgeving die een Draka-, NKF- of PME-pensioen heeft en nog geen lid is van de VvGDN of VOG-PME, maak hem/haar dan attent op het lidmaatschap. NVOG oktober 2013 Spanning rond pensioenfondsen loopt op Het gaat erom spannen of miljoenen Nederlanders volgend jaar (opnieuw) gekort worden op hun pensioen. De grootste pensioenfondsen van ons land zagen hun financiële positie het afgelopen kwartaal fors verbeteren. Toch waken ze voor te veel optimisme, omdat de situatie op 31 december 2013 allesbepalend is voor het besluit of de oude dag moet worden verlaagd.op die datum moeten de pensioenreuzen een dekkingsgraad hebben van zo n 104 procent. Dat betekent dat ze voor elke 100 die ze in de toekomst aan pensioen uitkeren, er 104 in kas hebben. 5

6 Eind september kwam de graadmeter bij ambtenarenfonds ABP (103,3%) en de metaalfondsen PMT (101,5%) en PME (101,9%) nog onder deze kritieke grens uit. Bpf Bouw (109,7%) en PFZW (zorg en welzijn, 107%) zaten al wel boven het vereiste minimum. Het bouwfonds hoeft naar eigen zeggen niet te korten in PFZW houdt echter nog een slag om de arm. Toch zal de vlag bij de pensioengiganten niet uitgaan als blijkt dat ze eind dit jaar op de vereiste dekking zitten. De koopkracht van de aanvullende oude dag, die is gespaard via de werkgever, blijft al jaren achter bij de inflatie. Zowel gepensioneerden als werknemers worden geraakt door een korting of het niet indexeren van het pensioen. Reactie CSO op begroting SZW 2014 Begin deze week heeft CSO een brief gestuurd aan de leden van de vaste commissie voor SZW in de Tweede Kamer. In een begeleid bericht noemt CSO alvast de speerpunten in deze brief: Geachte leden van de Tweede Kamer commissie SZW, Op 17 oktober moet u uw vragen inbrengen over de begroting van SZW In verband hiermee wil de CSO, de koepel van de Unie KBO, PCOB, NVOG en NOOM, uw aandacht vragen voor een paar onderwerpen uit die begroting: - Koopkracht ouderen daalt tot 6.1% - WWB kostdelersnorm. Gevolgen voor mensen met een AIO uitkering. - MKOB en ouderencomponent huishuiden toeslag, o.a. Is een grondige analyse van effecten op koopkracht noodzakelijk. In aangehechte relatief korte- brief lichten wij onze vragen en zorgen toe. Wij menen u met deze signalering te helpen bij het voorbereiden van uw inbreng, die wordt eenvoudiger. Wij rekenen er op dat u de genoemde onderwerpen inbrengt en zien daar met spanning naar uit. Klik hier voor het lezen van de gehele brief. Noot van de redactie: Inhoudelijk is de brief niet helemaal actueel meer i.v.m. het begrotingsakkoord dat afgelopen vrijdag is gesloten. CSO is bezig daar waar nodig doorberekeningen te doen. PERSBERICHT namens CSO en KNVG Nieuwe voorstellen voor aanpassing van het pensioenstelsel: een verbetering die leidt tot versterking van het pensioen voor jong en oud 2 oktober werden door de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Mevrouw Jetta Klijnsma definitieve voorstellen gedaan voor versterking van het Nederlandse pensioenstelsel. De staatssecretaris heeft in deze voorstellen de reacties verwerkt die binnenkwamen tijdens de internetconsultatie. Gepensioneerdenverenigingen en ouderenbonden kunnen zich grotendeels verenigen met deze voorstellen. In een gezamenlijke brief van 13 september 2013 van de Stichting van de Arbeid, De jongerenbonden van FNV en CNV, vertegenwoordigende organisaties van ouderen en gepensioneerden en de Pensioenfederatie werd aangedrongen op een besluit, waarin zoveel mogelijk dezelfde spelregels voor pensioencontracten zouden gelden. Het nieuwe contract zou meer duidelijkheid moeten scheppen over jaarlijkse indexatie en het risico op kortingen. Grote schommelingen in uitkeringen en premies zijn volgens partijen niet houdbaar. Daarom is meer stabiliteit gewenst. Fondsen moeten in staat worden gesteld een beleggingsbeleid te voeren dat past bij de pensioenambitie. Het vermijden van schokken en het spreiden van aanpassingen zijn in het belang van een goed pensioenstelsel. 6

7 De staatssecretaris komt nu in deze voorstellen in grote mate tegemoet aan deze voorstellen. De komende maanden zullen nog veel details moeten worden uitgewerkt, maar de grote lijn is acceptabel en vormt een goed uitgangspunt voor verder overleg. Deze voorstellen bezorgen oud en jong ook de nodige rust. Het pensioenstelsel behoeft aanpassing, maar een volledig nieuw stelsel met alle problemen van dien is niet nodig. Ouderenbonden en verenigingen van gepensioneerden zullen de komende maanden constructief meewerken aan de uitwerking. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met: Jaap van der Spek, CSO telefoonnummer Steven Molkenboer, KNVG telefoonnummer De CSO is de koepel van ouderenorganisaties Unie KBO, NVOG, PCOB een NOOM. De CSO is de collectieve belangen behartiger van ouderen. NVOG oktober 2013 Meningen, media en emoties Zaterdag 21 september heeft onder de titel Ouderen, hoezo oud en zielig? een door Yvonne Hofs (44 jaar) geschreven open brief gestaan in de Volkskrant. In drie volle pagina s wilde Yvonne afrekenen met de drogredenen die ouderen en Henk Krol aanvoeren om te zeggen dat er niet aan hun positie moet worden getornd. De KNVG heeft een poging gedaan om erop te reageren en te kijken of er nog radiotijd aan hun opmerkingen kon worden besteed. NVOG voorzitter Wim van den Brandt heeft mij gebeld en gevraagd of het wijs zou zijn om mee te doen. Ik wil graag verantwoording afleggen voor mijn advies dat niet te doen. In de media is de afgelopen weken het rapport van het CPB (ook wel het rapport Don of het IBO rapport genoemd) veelvuldig onder de aandacht gebracht. Ouderen zijn in koopkracht vanaf % in koopkracht gegroeid, terwijl betaald werkenden maar 18% zijn gegroeid. Even los van feitelijke bezwaren tegen de gekozen onderzoeksperiode en het niet volledig zijn van de redenen waarom die verschillen ontstaan zijn (bijvoorbeeld dat er juist in die periode een inhaalslag is gemaakt, omdat de AOW al de daaraan voorafgegane jaren 13% was achteruit gegaan (in koopkracht), is het ook duidelijk dat het rapport toewerkt naar politieke maatregelen, waardoor de ouderen meer moeten inleveren. De werkgroep Koopkracht maakt van het geheel en van de reactie van de regering een analyse, die we in CSO- verband willen gebruiken in de richting van de minister, de Kamerleden en de publiciteit. In dat licht past beter een genuanceerde reactie op de brief van Yvonne Hofs. Ook is het de vraag of een reactie van ons een plek krijgt. Inmiddels (gedurende het weekend) zijn er al duizenden reacties gekomen, ook van organisaties, waardoor onze reactie volledig (in het geweld) zou wegvallen. Maar de belangrijkste reden is, dat, als emoties in de discussie een rol gaan spelen, ook bij Yvonne Hofs en haar lezers, een communicatieve verdedigingsactie averechts werkt. Zelfs, of juist wel, als we zouden proberen met feiten de anderen ervan te overtuigen. In de praktijk zullen degenen, die een bepaald beeld (voor ons negatief) hebben van de werkelijkheid door de feiten en argumenten die hen worden tegengeworpen, alleen maar meer teruggedrongen worden in hun bestaande gedachten en opvattingen. In de psychologie en de communicatieleer is dit een bekend verschijnsel en ik heb zelf ook in mijn leven al meermalen mogen meemaken wat die averechtse werking daarna gaat betekenen. In politiek Den Haag zeggen ze wel eens: Als je geschoren wordt moet je stil blijven zitten. Helaas zitten wij als gepensioneerden op dit moment even in hetzelfde schuitje. Mijn advies aan de NVOG en de CSO is dan ook geweest op dit moment even niets te doen en er later op terug te komen met een beter verhaal, waarin ook meegenomen moet worden wat er allemaal naar ons oordeel klopt in de brief van Yvonne. Het belangrijkste daarbij is echter dat we ons richten op de besluitvormers die mogelijk de komende tijd uit kunnen gaan van allerlei vooronderstellingen in het rapport Don, die op zich al ter discussie kunnen staan. De eerste week van oktober hebben we een bijeenkomst met minister Asscher en met staatssecretaris Klijnsma. Bovenstaande zal daarbij zeker aan de orde komen. 7

8 Jaap van der Spek Bestuurslid communicatie en mediacontacten Koopkracht ouderen daalt tot 6,1% De koopkrachtdaling van ouderen blijkt veel hoger te zijn dan de 1,5% waarvan tot nu toe werd uitgegaan. In sommige gevallen gaat het zelf om een koopkrachtdaling van 6,1%. Dit is de uitkomst van de koopkrachtberekeningen die het Nibud in opdracht van de CSO, de koepel van de ouderenorganisaties Unie KBO, PCOB, NVOG en NOOM, heeft uitgevoerd. De Nibudberekeningen laten zien dat ouderen met een hoog aanvullend pensioen en ouderen die veel zorgkosten hebben er veel meer op achteruit gaan dan het gemiddelde van 1,5%, zoals opgenomen in de begroting van SZW. In de groep ouderen die geen of nauwelijks zorgkosten hebben zijn het de ouderen met een hoger aanvullend pensioen die er het meest op achteruit gaan. Bij deze ouderen loopt de koopkrachtdaling op tot 2,6%. De koopkrachtdaling van ouderen met een aanvullend pensioen wordt onder andere veroorzaakt door belastingmaatregelen en de korting op de pensioenen. In de berekeningen wordt slechts rekening gehouden met een gemiddelde korting van 0,75% terwijl veel gepensioneerden ook komend jaar hoogstwaarschijnlijk weer geconfronteerd zullen worden met een hogere korting op hun pensioen. In de groep ouderen met hoge zorgkosten varieert de koopkrachtdaling van 1,8% tot 6,1%. Binnen deze groep gaan ouderen met een laag inkomen er het meest op achteruit. Een alleenstaande AOW-gerechtigde met hoge zorgkosten en een klein aanvullend pensioen van 5000 euro heeft in ,1% minder te besteden, wat neerkomt op bijna 100 euro per maand. De forse koopkrachtdaling van deze ouderen wordt onder andere veroorzaakt doordat verschillende compensatiemaatregelen voor zorgkosten afgeschaft worden. Het is de bedoeling dat gemeentes deze inkomensvoorzieningen gaan uitvoeren. Helaas wordt er fors op het totale budget bezuinigd en krijgen de gemeentes veel minder geld om deze taak over te nemen. Bovendien wordt het budget dat de gemeentes krijgen niet geoormerkt, zodat het geld ook aan andere zaken uitgegeven kan worden. Veel gemeentes overwegen om de kosten van zorg te compenseren via de individuele bijzondere bijstand. In dat geval zullen veel ouderen, die nu nog in aanmerking komen voor de huidige regelingen, niet meer gecompenseerd worden. Men komt namelijk pas in aanmerking voor bijzondere bijstand met een inkomen op minimumniveau. Ook wordt rekening gehouden met het vermogen en de inkomsten van een partner. Deze voorwaarden gelden niet voor de huidige regelingen. Een oudere met AOW en een klein aanvullend pensioen of een oudere met wat spaargeld krijgt dan geen compensatie meer voor zorgkosten. Dit leidt tot een forse koopkrachtdaling voor deze groep ouderen. Veel ouderen zijn grootgebruikers van zorg. Zij worden geconfronteerd met een stapeling van zorgkosten die als gevolg van de kabinetsplannen in de toekomst niet of nauwelijks meer gecompenseerd zullen worden. De eerdere toezegging van minister Asscher aan de ouderenorganisaties, om de koopkrachtdaling van ouderen in 2013 te compenseren in de begroting voor 2014, blijkt niets waard te zijn. De CSO is daarom erg teleurgesteld en zal er bij de Tweede Kamer-leden op aandringen om, tijdens de behandeling van de begroting 2014, de minister te verzoeken alsnog de compensatie te realiseren. Het Koopkracht rapport met de berekeningen van het NIBUD kunt u downloaden op onze website Notulen Algemene ledenvergadering VvGDN 26 maart Locatie: Draka Kabel B.V. Amsterdam Aantal aanwezigen: 34 (incl. bestuur) Aantal afmeldingen: 6 Agenda: - opening en vaststelling agenda 8

9 - goedkeuring notulen Algemene Ledenvergadering 17 april goedkeuring jaarverslag ontwikkelingen Stichting Pensioenfonds Draka Holding o.a. toelichting door Klaas Roskam (voorzitter SPDH) - lezing/discussie Henk Duijst (Stork): ervaringen overgang ondernemingspensioenfonds Stork naar PME - pauze - ontwikkelingen PME - voortgang VOG-PME (Vereniging van Organisaties Gepensioneerden PME) - ontwikkelingen NVOG - bestuursverkiezing - financieel verslag verslag kascommissie - rondvraag - sluiting 1. Welkom en vaststelling agenda. Opening door voorzitter, deelt mee dat lezing dhr. Henk Duijst over overgang Stork pensioenfonds naar PME niet door kan gaan wegens verhindering dhr. Duijst. Aan agenda wordt lezing van Jan Cieremans toegevoegd over medezeggenschap in een Rechtstreeks Verzekerde Regeling. Voorzitter bedankt Ruud Jansen voor onderhoud website VvGDN en overhandigt attentie. 2. Notulen ALV 17 april Zonder commentaar aangenomen. 3. Jaarverslag Zonder commentaar aangenomen. 4. Ontwikkelingen Stichting Pensioenfonds Draka Holding door Klaas Roskam. Toelichting op het proces waarin het pensioenfonds zich bevindt n.a.v. de overname van Draka door Prysmian. Bij aanwezigen leven vele vragen zoals: Hoe verder met fonds; Hoe gaat het met de beleggingen; Scenario's opheffen fonds; Aandacht voor achterstallige indexaties; Toekomstige indexaties; Stand van zaken overleg met Prysmian; Tijdsduur van het traject; Wat wil Prysmian resp. het fondsbestuur; Blijft Klaas Roskam het project begeleiden tot einde; Wens deelnemers; Is huidige uitvoeringsovereenkomst nog van kracht. Prysmian wil pensioenverplichtingen niet meer op balans verantwoorden en zoekt samen met bestuur pensioenfonds naar een voor alle partijen aanvaardbare oplossing. Draka is geen Draka meer (hoofdkantoor 1000 km verder), aantal deelnemers daalt en aantal gepensioneerden stijgt. Uitvoeringsovereenkomst is nog steeds van kracht en kan ten alle tijde door sponsor worden opgezegd, is echter niet aan de orde. In uitvoeringsovereenkomst staat verplichting werkgever vermeld voor eventuele bijstorting. In UK gaat Prysmian over op een DC regeling. Gezien korting bij PME geen noodzaak tot snelle overgang, wat doet PME in 2014? Een aantal scenario's zijn mogelijk: - doorgaan op oude voet; - Prysmian trekt stekker eruit; - allen, zowel gepensioneerden als actieven naar PME; - gepensioneerden naar Verzekerde Regeling, actieven naar PME; - allen naar Verzekerde Regeling (niet denkbeeldig, moet met vakorganisaties worden onderhandeld) Verzekeraars staan niet meer te trappelen om aanbieding te doen, aantal is nu beperkt. Verzekeraars korten niet maar geven ook geen indexatie (tenzij geld meegebracht wordt). Indexatie is wel mee te verzekeren (kost dus geld), ook letten op mogelijkheid van winstdeling bij verzekeraar. 9

10 Bestuur zal luisteren naar zowel actieven als gepensioneerden (slapers zijn ongrijpbaar). Het benaderen van verzekeraars en PME is in gang gezet, kan nog maanden duren en Klaas R. blijft proces begeleiden. Ook DNB moet worden benaderd voor goedkeuring. Niet bekend op welke wijze Prysmian een overgang naar een ander pensioenfonds/verzekeraar kan ondersteunen. Toekomstige indexatie is onderhandelingspunt, wat extra te doen voor actieven en gepensioneerden die overgaan? PME erkent geen achterstallige indexatie. Communicatie: Klaas R. wil op verzoek opdraven, deelnemers per brief informeren en openen van website voor het pensioenfonds. 5. Ontwikkelingen NVOG. NH geeft korte toelichting op NVOG nieuwe stijl. Vertegenwoordigen ca gepensioneerden, was voorheen ca Hopen toch sterker terug te komen o.l.v. nieuw bestuur. Werken met Unie KBO, PCOB en NOOM samen binnen CSO en richt zich binnen dit samenwerkingsverband met name op Pensioenen. Binnen NVOG blijven de hoofdthema's Inkomen& Pensioenen, Zorg & Welzijn en Koopkracht centraal staan. contributieverhoging door terugloop leden (nog) niet aan de orde. 6. Bestuursverkiezing. vergadering gaat akkoord met herbenoeming Jeanne O., Henny v.d.b, en Frans de H. 7. Financieel jaarverslag Uitleg over alle jaarcijfers door Henny met voorstel om, gezien onze financiële positie, de contributie voor het jaar 2014 te verlagen naar 10,00. Vergadering akkoord. Kascommissie (HH Mourits en Groen) dechargeren de penningmeester en continueren hun werk ook weer voor komend jaar. 8. Voortgang VOG-PME. Toelichting door Jan C. Deelnemersraad PME zal per 1 oktober a.s. worden vernieuwd waarbij overeengekomen is dat de VOG-PME 3 zetels heeft. Voorgedragen zijn de heren Wevers en Kortenhoff van Stork en van Rooy van Siemens. Ook blijft het doel een bestuurszetel op basis van de mogelijkheden die de wet biedt. 9. Lezing Medezeggenschap Rechtstreeks Verzekerde Regeling (RVR) door Jan Cieremans. Jan is ook platform voorzitter Verzekerde Regelingen binnen Commissie pensioenen van de NVOG en geeft een Interessante uiteenzetting met levendige discussie. Hans Visser stelt dat de uitvoeringovereenkomst meestal maar 5 jaar geldig is en vraagt zich af hoe bij een RVR de terugkoppeling naar gepensioneerden tot stand kan komen als de werkgever bijv. niet meer bestaat. Volgens Jan C. kan de Vereniging van Gepensioneerden hierbij een rol spelen. Voorzitter spreekt zijn waardering uit voor deze lezing Jan C. 10. Rondvraag. Leo van Schie deelt mee dat Prysmian Delft 1 juni een open dag organiseert vanwege de 100e verjaardag van NKF. Gepensioneerden van NKF zullen mogelijk via de VvGDN geïnformeerd worden. Dhr. Uijlenbroek maakt zich zorgen als pensioenfondsen gaan beleggen in hypotheken zoals mogelijk door de politiek gaat worden voorgesteld. Mevr. Wormer geeft suggestie om volgende ALV bij v.d.valk in Katwoude te organiseren, geen zaalhuur, uitsluitend drankjes betalen. 11. Sluiting. De voorzitter bedankt aanwezigen en sluit de vergadering. 10

11 11