Verslag van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Deventer

Transcriptie

1 Verslag van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Deventer Datum: 21 oktober 2009 Voorzitter: Griffier: ir. A.P. Heidema drs. A.G. M. Dashorst Aanwezig: O. Arslan (later), mw. G. Brouwer-Knol, mw. C.M. ten Bulte-Herrebrugh, M.W.H. Elferink, A. Emens, R.S. de Geest, J. Goejer, mw. E.G. Grijsen, H.G. Jansen, W. de Jong, A.J. Krabbendam, mw. J. Lamberts-Grotenhuis, mw. G. Lutje Hulsik, mw. E.S. Mook-Matualatupauw, M.H. Nijboer, mw. K.J.J. Obdeijn, J. Oggel, H.N. Oguray, M.J.M. Oosterwegel, J.P.H.M. Pierey, T.R. Poppens, B. Rolloos, mw. I. Sipman-Jansen, mw. A. Spa, T.W. Stegink, mw. G. Tomruk-Kisi, C.J. Verhaar, mw. M. Viveenvan den Bosch, mw. B.J.Th. Westerbeek-Spin, Y. Yabas, Ç. Yildirim en mw. M.J.L.A. Zweers Afwezig: A.M. Koot, mw. W.J.M. van der Ouderaa, J.C.M. Schaap, M. Yazici, en mw. A. Zandstra-Keijl Aanwezige wethouders: M.J. Ahne, G.A.J. Berkelder, G. Hiemstra, mw. M.J.G. de Jager-Stegeman en M.P. Swart 1. Opening De voorzitter opent de vergadering. Hij deelt mee dat mevrouw Zandstra en de heren Koot, Schaap en Yazici met kennisgeving afwezig zijn. Vanuit de zaal wordt daar de naam van mevrouw Van der Ouderaa aan toegevoegd. De heer Arslan komt wat later. De voorzitter deelt mee dat er twee moties vreemd aan de orde zijn aangekondigd. Hij stelt voor die te agenderen na de hamerstukken. Verder wijst hij erop dat dit de week is van het project Minder Drank, Meer scoren. Na afloop van deze vergadering staan er allerlei overheerlijke alcoholvrije drankjes klaar. Als men een borrel wil drinken, zal men dat thuis moeten doen. De voorzitter raadt echter iedereen aan om het eens een avond zonder alcohol te proberen. 2. Technische behandeling begroting De voorzitter constateert dat er veel schriftelijke vragen zijn gesteld en dat het college die vragen ook schriftelijk heeft beantwoord. Hij vraagt wie nog behoefte heeft aan een nadere verduidelijking. De heer Oggel wijst op vraag 157. Hij wilde weten hoe het tarief van 3% is samengesteld. Daarop werd geantwoord dat de tekst verkeerd was, maar dat was geen antwoord op zijn vraag. De heer Stegink refereert aan vraag 123. Die ging over de doelstelling om minder politie in te zetten voor geweld rond voetbalwedstrijden. Het college stelde dat er een stabilisatie van het voetbalgeweld zou kunnen plaatsvinden. De APB-fractie wil graag weten hoe het college die stabilisatie denkt te kunnen bereiken met minder toezicht. Spreker vraagt of er sprake is van een landelijke trend. Verder heeft hij een aanvullende vraag naar aanleiding van het antwoord op vraag 126, over het cameratoezicht. Het college stelt dat de gemeente projecten op dat gebied zal ondersteunen, maar dat daar op dit moment nog geen middelen voor zijn. Spreker wil weten welke projecten dan ondersteund worden. Zijn dat initiatieven van particulieren of van bedrijven? De heer Elferink legt de vinger bij vraag 110, over de lasten van de huisvesting bij nieuwbouw vanaf Het antwoord op die vraag luidt dat in de begroting van 2008 een bedrag beschikbaar is gesteld voor de kosten van de inrichting van de bibliotheek en voor de exploitatiekosten van het stadskantoor. De APB-fractie begrijpt niet helemaal hoe dat zit, nu de plannen voor het stadskantoor zijn geschrapt.

2 2 Verder heeft de fractie een aanvullende vraag bij vraag 121, over de bijdrage van de provincie uit de Essentgelden. Ze is benieuwd of er meer geld naar Deventer toe zou kunnen komen en of er met de provincie gesproken is over een aanpassing van de verdeelsleutel ten aanzien van de cofinanciering. Als dat laatste niet het geval is, wil ze weten of dat alsnog gaat gebeuren. Mevrouw Grijsen wil graag weten hoe groot de overschrijding is in fase 1 van de renovatie van de Prins Bernhardsluis (vraag 92). Verder wil ze graag alsnog een feitelijk antwoord op vraag 100. Dat is de vraag op basis van welke feiten mag worden verwacht dat er een nettogroei wordt gerealiseerd. Het antwoord op vraag 106 over de uitgifte van kavels in het Eikendal begrijpt ze niet. Ook bij vraag 114 zou ze graag een nadere verduidelijking van het antwoord willen hebben. Het antwoord roept bij haar de vraag op of er sprake is van een extra stijging van het ozb-tarief bij de waardedaling van de woning. Verder heeft de hele fractie geprobeerd het antwoord op vraag 116 te begrijpen, maar dat is niet gelukt. Daarom vraagt ze ook bij dat antwoord om een nadere uitleg. De heer Goejer heeft behoefte aan een verduidelijking van het antwoord op vraag 34. Hij vraagt of bij al de genoemde punten een cofinanciering nodig is of dat ook een aparte financiering mogelijk is. Er wordt ook gezegd dat naast deze mogelijkheid van cofinanciering de komende jaren meer mogelijkheden volgen. Spreker vraagt of bij al die mogelijkheden cofinanciering noodzakelijk is en zo ja, of daar in de begroting rekening mee is gehouden of dat daar de middelen nog voor gevonden moeten worden. Bij het punt woningverbetering Rivierenwijk wijst hij erop dat de raad ooit heeft besloten dat het bedrag van euro dat in het fonds SVn is gestort specifiek voor de Rivierenwijk zou worden ingezet. Spreker geeft aan dat zijn vragen ook schriftelijk beantwoord mogen worden. De voorzitter heet de heer Arslan welkom en geeft het woord aan wethouder Hiemstra. Wethouder Hiemstra beantwoordt de vraag over het bedrag van euro dat in de begroting 2008 is toegevoegd voor de huisvestingslasten. Dat geld blijft binnen het budget voor huisvesting beschikbaar met het oog op toekomstige ontwikkelingen. Wat de vraag over de Essentgelden betreft: de provincie zorgt niet alleen voor een verdubbeling bij investeringen uit het budget van 18,4 miljoen euro. Er zijn daarnaast allerlei programma s waarin extra middelen beschikbaar zijn voor grotestedenbeleid, cultuurbeleid e.a. Ook daarvoor heeft deze gemeente een aantal aanvragen ingediend. In november wordt daar met de provincie over gesproken. De provincie zal in de toekomst gaan nadenken over de verdeelsleutel, vooral omdat de gemeenten de komende jaren veel krapper bij kas komen te zitten. De heer Krabbendam interrumpeert. Hij wijst erop dat alle gemeenten het in deze tijd moeilijk hebben. Wethouder Hiemstra merkt op dat de provincie ook niet specifiek aan Deventer denkt. De heer Krabbendam kan zich niet voorstellen dat een poging om meer geld los te krijgen van de provincie kans van slagen heeft. Wethouder Hiemstra legt uit dat de provincie nadenkt over een hoger percentage aan cofinanciering van projecten dan 50%. Dat geldt dus voor alle gemeenten. Voor het antwoord op vraag 100 verwijst de wethouder naar pagina 185 van de begroting. Daar staat in tabel 7b onder c dat in 2010 en 2011 het aantal woningen gelijk blijft ten opzichte van Dat betekent dus dat er in die jaren evenveel wordt bijgebouwd als er gesloopt wordt. Mevrouw Grijsen interrumpeert. Volgens haar staat ergens anders dat er in 2010 netto 400 woningen bij zouden komen en in Wethouder Hiemstra denkt dat mevrouw Grijsen doelt op een achterhaalde tekst uit de zomerrapportage of de voorjaarsnota. Mevrouw Grijsen weet zeker dat het zo in de begroting staat. Wethouder Hiemstra weet niet precies wat er staat, maar hij weet wel dat het niet goed is.

3 3 Mevrouw Grijsen merkt op dat het antwoord op vraag 100 dan helemaal niet meer klopt. Wethouder Hiemstra wijst erop dat er sprake is van een geactualiseerde prognose en dat die verwerkt is in de A.U. Volgens de meest actuele inzichten is de nulgroei waarmee het college nu rekening houdt voor de komende twee jaren de beste prognose die men kan doen. De wethouder gaat vervolgens in op de vraag over de extra stijging van het ozb-tarief bij een waardedaling van de woning. Hij legt uit wat de methodiek van de ozb is. Een keer per jaar wordt bekeken hoever de woningen in waarde zijn gestegen. Die stijgende waarden zouden in principe tot extra opbrengsten moeten leiden. De methodiek is echter dat er een neutralisering plaatsvindt. Bij een stijging van de waarde met 10% daalt het tarief dus met 10%. Zo blijft de burger onafhankelijk van de stijging van de waarde hetzelfde bedrag betalen. Op dezelfde manier wordt ook een daling van de waarde neutraal vertaald. De heer Stegink interrumpeert. Volgens hem betekent dit dat de gemeente minder geld binnenkrijgt. Wethouder Hiemstra legt uit dat de tarieven eerst neutraal worden gemaakt en dat vervolgens kan worden besloten of de ozb verhoogd of verlaagd moet worden. De verandering in waarde leidt dus niet tot een hogere of een lagere opbrengst. Als een woning van euro volgend jaar euro waard wordt, blijft men hetzelfde bedrag aan ozb betalen. Hetzelfde geldt als de woning euro waard wordt. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Ahne. Wethouder Ahne dacht dat het antwoord op vraag 106 over het Eikendal vrij helder was, maar hij wil nog wel een poging doen om het uit te leggen. Er staat duidelijk hoe de uitgifte van de kavels in fase 1 tot nu toe verloopt. Mevrouw Grijsen geeft aan dat het probleem in het tweede onderdeel zit. Daarin staat dat een substantiële verlaging van de prijzen met 25% kan leiden tot een snellere verkoop van de kavels, maar dat een dergelijke maatregel ook zal leiden tot een ongewenste verlaging van de kwaliteit van de villa s. Die koppeling begrijpt spreekster niet. Wethouder Ahne legt uit dat bij het bouwen op goedkopere grond de prijs van de woning ook lager wordt. Hij acht de kans tenminste erg klein dat de persoon die gaat bouwen het extra geld in de woning steekt. Bij een lagere grondprijs richt men zich op een lager segment woningen. Daarmee is men in ieder geval de optanten uit het eerste deel van het antwoord kwijt. Mevrouw Grijsen denkt dat de discussie een politiek karakter krijgt als ze hier verder op ingaat. Daarom laat ze het hierbij. Wethouder Ahne merkt op dat het dan juist wel interessanter wordt. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Berkelder. Wethouder Berkelder erkent dat de heer Oggel gelijk heeft met zijn opmerking dat hij geen feitelijk antwoord op zijn vraag heeft gekregen. Hij kon het antwoord zo snel niet produceren. Het gaat om de richtlijn voor de begroting Daarin is het inflatiepercentage over 2008 opgenomen. Dat was namelijk in juni 2009 bekend. Het ging om 2,5 %. Daar komt 0,5% bij op grond van wat de raad heeft vastgesteld in het uitvoeringsplan Parkeren. Hoe hoog het percentage nu gaat worden, is nog niet bekend. Het wordt geschat op 2 x 0,5%, plus de kosten van het veerpontje. Dat zou kunnen betekenen dat de dekking voor dit jaar ook op 3% uitkomt. De verrekening vindt echter plaats met terugwerkende kracht. De renovatie van de Prins Bernhardsluis staat als hamerstuk op de agenda. In het betreffende stuk staat het tekort voor fase 1 precies aangegeven. Verder wil de wethouder graag nog even de exacte formulering weten van vraag 34. Hij zal die vraag dan schriftelijk beantwoorden.

4 4 Burgemeester Heidema beantwoordt de vragen op het gebied van veiligheid. Hij wijst erop dat het college zeer binnenkort de visie Veiligheid voor de komende vier jaar zal vaststellen en ter bespreking aan de raad zal aanbieden. De tussentijdse evaluatie over de eerste periode van dit jaar liet al zien dat er minder inzet van de politie was, maar ook minder voetbalgeweld. Dat is het gevolg van een integrale en gecoördineerde aanpak. Die aanpak gaat veel verder dan dat de politie rond een wedstrijd de kruising op wordt gestuurd om alles onder controle te houden. De evaluatie laat zien dat er alle reden is om voor de komende tijd dezelfde ambitie te hebben. Wat het cameratoezicht betreft: de raadsleden zijn uitgenodigd om over een week in Zwolle kennis te nemen van de laatste stand van zaken op dat gebied. De burgemeester weet dat in ieder geval wordt gedacht aan een beveiliging door camera s op bedrijventerreinen. Over de vraag of dat wenselijk is, zal een politiek debat moeten worden gevoerd. De bijeenkomst in Zwolle kan daarvoor een uitgangspunt zijn. De heer Stegink interrumpeert. Hij wil graag weten om welke bedrijventerreinen het gaat. Burgemeester Heidema denkt dat het handig is om daar tijdens de bijeenkomst in Zwolle op terug te komen. Hij gaat ten slotte in op de vraag over het antwoord op vraag 116. Het centraal stellen van beurzen en bedrijven zat inderdaad al helemaal bij de reorganisatie. Er heeft echter een tussentijdse evaluatie van de reorganisatie plaatsgevonden. In het nieuwe interventieplan Deventer om van te houden is in kaart gebracht op welke punten de ambitie en de realiteit nog niet met elkaar in de pas lopen. Daar waar nog een impuls nodig is, wil het college die impuls geven. Dat geldt ook voor dit punt. Mevrouw Grijsen is blij met dit heldere taalgebruik. De voorzitter gaat na of er nog behoefte is aan een tweede termijn. Dat blijkt niet het geval te zijn. 3. Vragenkwartier Voor dit agendapunt zijn geen vragen aangemeld. Hamerstukken 4. Vaststellen diverse verordeningen in het kader van de Wet investeren in jongeren (WIJ) Besluit: Zonder stemming of stemverklaring gaat de raad akkoord met het voorstel van het college. 5. Verkeersplan Keizerslanden De heer Emens legt een stemverklaring af. Het ADB stemt tegen het voorstel, omdat in het verkeersplan de knik nog steeds gehandhaafd wordt. De fractie vertrouwt erop dat het uiteindelijk toch niet doorgaat. Ze vindt het daarom niet nodig om voor dit plan te stemmen. Mevrouw Tomruk laat weten dat GroenLinks voor het verkeersplan is. Door dit plan wordt de verkeersoverlast beperkt. Verder staan de veiligheid en een groene omgeving voor de wijk voorop. De fractie wenst de wethouder veel succes met de uitvoering van het plan. Mevrouw Mook geeft aan dat haar fractie graag had ingestemd met het verkeersplan en met de knip in de Karel de Grotelaan. In de vorige politieke markt is gesproken over de relatie met de kruising Hoge Hondstraat-Margijnenenk. Het memo van het college daarover heeft de SP teleurgesteld. De fractie denkt dat de knik de verkeersdruk op die kruising doet toenemen. Daarom stemt ze uiteindelijk toch niet voor dit plan en dus ook niet voor de knik. De SP kan pas met het plan instemmen als er geld is om de genoemde kruising snel op te knappen.

5 5 Mevrouw Lutje Hulsik sluit zich aan bij de woorden van de heer Emens. De heer De Jong laat weten dat de ChristenUnie voor het voorstel is, maar hij wil wel iets rechtzetten. De krant meldde dat hij bij alle andere leden een non-verbale instemming zou hebben gevonden met een ongelijkvloerse kruising voor fietsen en voetgangers. Dat was niet het geval. Het ging om een conflictvrije vormgeving van de twee verkeersstromen. Een ongelijkvloerse kruising zou daarbij een optie kunnen zijn. Inmiddels heeft er een rectificatie in de krant gestaan. De heer De Geest geeft aan dat de PvdA met het verkeersplan kan instemmen. In 2007 heeft de fractie namens de toenmalige coalitiepartijen een motie ingediend, waarin ze verzocht draagvlak te zoeken onder de bewoners en rekening te houden met sluipverkeer. De wethouder heeft de PvdA er in de politieke markt van overtuigd dat het draagvlak verbeterd is, dat de gemeente oog heeft voor het sluipverkeer en dat ze op allerlei manieren samen met de bewoners nadenkt over verkeersremmende maatregelen. Besluit: Het voorstel van het college wordt aangenomen met vier stemmen tegen (fracties Algemeen Deventer Belang, fractie Lutje-Hulsik en SP). 6. Vaststellen bestemmingsplan Fietsbrug N348 Mevrouw Mook legt een stemverklaring af. De SP stemt in met het bestemmingsplan, omdat ze goede fietsvoorzieningen in de stad belangrijk vindt. De fractie heeft wel moeite met het vervolg van de procedure. Vanwege de haast wordt de raad niet om een mening gevraagd over de verdere uitvoering. Gezien de ervaringen uit het verleden met fietsbruggen en -tunnels is de SP op dit punt niet helemaal gerust. De fractie wil de volgende keer graag iets meer respect zien voor de controlerende rol van de raad, met name van de kant van het ambtelijk apparaat. Besluit: Zonder stemming gaat de raad akkoord met het voorstel van het college. 7. Aanvullend krediet renovatie Prins Bernhardsluiscomplex fase 1 Besluit: Zonder stemming of stemverklaring gaat de raad akkoord met het voorstel van het college. 8. Bekrachtiging geheimhouding Besluit: Zonder stemming of stemverklaring gaat de raad akkoord met het voorstel van het college. Debatstukken 9. Motie vreemd aan de orde over het welzijn van circusolifanten Mevrouw Obdeijn wijst erop dat de volgende week circus Renz in Deventer zijn tenten opslaat. Ze denkt dat veel mensen en kinderen daarvan zullen genieten. De wilde dieren die in het circus optreden, zullen echter niet zo genieten. Dat blijkt uit een rapport van de universiteit van Wageningen. Deze universiteit heeft in opdracht van de minister een onderzoek ingesteld naar het welzijn van circusdieren. Uit het rapport blijkt dat dat welzijn te wensen overlaat. Dat geldt in het bijzonder voor de olifanten. Het rapport zegt zelfs dat hun leefgenot in ernstige mate wordt aangetast. GroenLinks zou dan ook het liefst zien dat deze dieren helemaal niet meer in circussen optreden. Dat zou echter landelijk geregeld

6 6 moeten worden. De fractie heeft nu gekeken wat in Deventer zou moeten worden gedaan om ervoor te zorgen dat het welzijn van de olifanten zoveel mogelijk wordt gewaarborgd. Er is een gemeente geweest die geprobeerd heeft het circus de toegang te ontzeggen, maar dat stond de rechter niet toe. GroenLinks dient nu een motie in waarin het college wordt opgeroepen om toezicht te laten houden op het welzijn van dieren die in Deventer in circussen optreden. Motie ingediend door de fractie GroenLinks De raad van de gemeente Deventer, in vergadering bijeen d.d. 21 oktober 2009, gehoord de beraadslaging, van mening dat dieren die in gevangenschap niet hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen bescherming verdienen, constaterend - dat circus Renz van 29 oktober tot en met 1 november aanstaande in Deventer verblijft; - dat circus Renz olifanten laat optreden; - dat onderzoek van Wageningen Universiteit in opdracht van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselveiligheid heeft aangetoond dat circusolifanten ernstige welzijnsproblemen ondervinden; - dat de minister pas vanaf 2011 strengere maatregelen wil nemen om het welzijn van circusdieren te waarborgen, overwegend dat bijvoorbeeld de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming toezicht houdt op dierenwelzijn, in samenwerking met de Algemene Inspectiedienst van het Ministerie van Landbouw, verzoekt het college toezicht te laten houden op het welzijn van wilde dieren die actief zijn in circussen, in het bijzonder van de olifanten, te beginnen met circus Renz dat zich volgende week in Deventer bevindt en gaat over tot de orde van de dag. De voorzitter stelt voor eerst de wethouder de gelegenheid te geven om op de motie te reageren. Hij constateert dat de vergadering daarmee instemt en geeft het woord aan de heer Berkelder. Wethouder Berkelder geeft aan dat het college ook kennis heeft genomen van het standpunt van het ministerie. Het college staat sympathiek tegenover de intentie van de motie, maar is niet in de positie om toezicht te houden op het welzijn van deze dieren. Daar zijn de beide inspecties verantwoordelijk voor. Het college wil wel een brief schrijven aan de inspecties om hun te vragen hun taak serieus te nemen, maar daar houdt het mee op. Mevrouw Obdeijn is blij met het antwoord van de wethouder en met de bereidheid om een brief naar de inspecties te sturen. Mevrouw Spa vindt de motie wel sympathiek, maar ze kan zich vinden in het antwoord van de wethouder. Ze heeft nog wel een paar aanvullende opmerkingen. In oktober 2006 heeft ze het college gevraagd om circussen zonder dieren uit te nodigen. Die zijn er in voldoende mate. Het college heeft toegezegd dat actief naar deze mogelijkheid zou worden gekeken. Spreekster ziet er reikhalzend naar uit dat een dergelijke uitnodiging eens wordt beantwoord. De heer Oggel laat weten dat het CDA de motie niet zal steunen. De fractie vindt het ook nogal aanmatigend dat het college de inspecties in een brief wil aansporen om hun werk goed te doen. Spreker vraagt of er aanleiding is om te veronderstellen dat deze mensen hun werk niet goed doen. De heer Emens sluit zich helemaal bij de vorige spreker aan. Mevrouw Lutje Hulsik doet dat ook.

7 7 De heer Poppens vindt ook dat het gemeentebestuur zich beter kan beperken tot de zaken waar het wel over gaat. Hij vindt de motie sympathiek, maar ziet geen noodzaak om er verder veel woorden aan vuil te maken. Mevrouw Grijsen geeft aan dat APB de motie ook niet zal steunen. De fractie denkt overigens dat het weinig zin heeft om toezicht te laten houden door mensen die eigenlijk niet goed weten hoe ze het welzijn van olifanten moeten beoordelen. Daarnaast vindt ook de APB het sturen van een brief naar de inspecties nogal aanmatigend. Mevrouw Sipman laat weten dat het belang van de dieren D66 zeker ter harte gaat, maar dat de fractie de motie niet zal steunen. Ook D66 vindt dat het college hiermee op de verkeerde stoel wordt gezet. Mevrouw Mook geeft aan dat het belang van de wilde dieren ook haar fractie zeer ter harte gaat. De SP zal de motie daarom juist wel steunen. De heer De Jong sluit zich aan bij de woorden van mevrouw Sipman. De voorzitter constateert dat de wethouder geen behoefte meer heeft aan een reactie en dat niemand behoefte heeft aan een tweede termijn. Hij vraagt of GroenLinks de motie in stemming wil brengen. Mevrouw Obdeijn ziet in de woorden van de wethouder voldoende aanleiding om de motie in te trekken. Ze vindt de opmerking van mevrouw Grijsen overigens een diskwalificatie van de inspecties. Zelf wil ze de deskundigheid van die inspecties niet bij voorbaat in twijfel trekken. De voorzitter stelt vast dat de motie van tafel is en dat de wethouder een toezegging heeft gedaan. 10. Motie vreemd aan de orde over helder taalgebruik in gemeentelijke beleidsstukken De voorzitter draagt de leiding van de vergadering over aan mevrouw Spa. De heer De Geest merkt op dat in de sessies van de politieke markt van deze avond al een paar keer naar deze motie is verwezen. Hij is blij dat de inhoud van het stuk is overgekomen. Dat het punt dat hij wilde maken duidelijk is, blijkt ook wel uit het grote aantal fracties dat de motie mee indient. Hij geeft aan om welke fracties het gaat. Fracties die de motie alsnog mee willen indienen, mogen zich van hem achteraf nog wel melden. Hij geeft een korte toelichting en wijst erop dat de motie wat anders is opgesteld dan de raad gewend is. Dat lijkt hem iets voor de toekomst. Hij constateert dat de gemeente al het een en ander doet aan het verbeteren van haar schriftelijke communicatie. Die activiteit richt zich echter nog niet op beleidsteksten. De PvdA wil graag dat ook raadsvoorstellen zoals die op dit moment op tafel liggen voor de burgers van Deventer goed leesbaar zijn. Het moet de mensen duidelijk zijn waar de raad precies besluiten over neemt. Ze moeten ook de nota s, visies, rapporten en plannen van de gemeente goed kunnen begrijpen. Daar voorziet het beleid op dit moment nog niet in. Ook het beleid ten behoeve van laaggeletterden doet dat niet. Intussen willen raad en college wel graag dat de burgers reageren op wat de gemeente op papier zet en dat ze komen inspreken. De kwaliteit van de stukken loopt volgens de indieners van de motie nogal uiteen. Vandaar dat ze met deze motie komen. Op de motie volgt een toelichting met een aantal voorbeelden van hoe het volgens de PvdA niet moet. De voorzitter leest het dictum van de motie voor. Motie ingediend door de fracties PvdA, GroenLinks, Algemeen Plattelands Belang, Algemeen Deventer Belang, VVD, ChristenUnie en SP De raad heeft gesproken over het volgende: 1. Het gemeentebestuur en de gemeenteraad van Deventer hebben allebei vaak aangegeven (o.a. in het coalitieakkoord) dat zij deelname van Deventenaren aan discussies heel belangrijk vinden en dit willen verbeteren.

8 8 2. De gemeente maakt veel werk van het ondersteunen en helpen van Deventenaren met leesproblemen (laaggeletterden). Maar er wordt nog niet genoeg rekening gehouden met inwoners die wél goed kunnen lezen en schrijven en die ook behoefte hebben aan leesbare, duidelijke beleidsteksten. 3. Verschillende gemeenten en andere overheden werken al actief aan duidelijke taal. Zij hebben richtlijnen voor duidelijke beleidsinformatie en helder taalgebruik. Voor burgers die betrokken zijn bij een onderwerp en misschien willen deelnemen aan een discussie via inspraak is dit erg belangrijk. 4. De gemeente Deventer is wel actief om publieksinformatie (bijvoorbeeld formulieren, folders, website) leesbaarder te maken, maar doet dat nog niet genoeg bij beleidsteksten en -stukken. De raad vindt het volgende: 1. De beleidsteksten van de gemeente verschillen nog te veel in kwaliteit, indeling en taalgebruik. Het is belangrijk dat burgers begrijpen wat het gemeentelijke beleid inhoudt bij onderwerpen waarbij ze betrokken zijn. 2. Beleidsteksten kunnen duidelijker zijn, zonder dat de inhoud versimpeld wordt: de informatie moet wel volledig zijn. 3. Informatie van de gemeente kan vaak door kleine ingrepen al een stuk leesbaarder worden, bijvoorbeeld door het volgende te doen: zo min mogelijk afkortingen gebruiken; geen ambtelijke taal of jargon gebruiken als dat niet echt nodig is; procedures en achtergronden in het stuk uitleggen; een lijst met uitleg over de gebruikte begrippen en afkortingen altijd bij de informatie voegen; een ambtenaar een rode pen geven met de speciale opdracht om bij gemeentelijke stukken na te gaan of die voor burgers voldoende begrijpelijk is. De raad verzoekt het college van burgemeester en wethouders de kwaliteit van beleidsteksten te verbeteren, zodat die ook geschikt zijn om te worden begrepen door inwoners die willen deelnemen aan discussies of die bijvoorbeeld willen inspreken; richtlijnen op te stellen waaraan alle beleidsstukken moeten voldoen; dit te zien als onderdeel van de aangekondigde verbeterslag in de participatie door inwoners; hierover verslag te doen aan de raad voor 1 januari Burgemeester Heidema uit allereerst zijn enthousiasme over de vorm van de motie. Als voorzitter van de raad zou hij willen adviseren voortaan dit format te hanteren. De gemeente gebruikt nogal eens belegen teksten, ook in de formulering van de moties die in de raadsvergadering worden ingediend. Wat dat betreft vindt spreker dit een prima voorzet van de PvdA-fractie. Hij is blij dat de indieners van de motie constateren dat de gemeente de afgelopen jaren al behoorlijke vorderingen heeft gemaakt als het gaat om begrijpelijk taalgebruik. De tekst op de website is goed. Mensen die niet kunnen lezen, kunnen door een bepaalde voorziening horen wat er op de site staat. Op dit moment werkt de organisatie aan een herschrijving van alle standaardteksten op een niveau dat voor de gewone burger te begrijpen is. Verder wordt de aanpassing van brochures aan de nieuwe huisstijl aangegrepen om de teksten meteen ook begrijpelijker te maken. Zo is Deventer Nu al een stuk beter leesbaar geworden. De aankondiging van de raadsvergaderingen is niet langer een dorre opsomming van punten, maar is veel meer een journalistiek product geworden dat laagdrempelig is geformuleerd. Ook alle formulieren worden op dit moment op het taalgebruik doorgelicht. De formulieren van de afdeling Sociale Zaken worden door een werkgroep van het Ministerie van BZK ten voorbeeld gesteld. Wat de beleidsstukken betreft: ook op dat terrein is de afgelopen jaren al een aantal stappen gezet. Spreker is het echter met de indieners van de motie erover eens dat er meer te doen valt. De gemeente biedt haar ambtenaren een cursus Beleidsnota s schrijven aan. Er worden allerlei handreikingen gegeven. Daarin is het gebruik van jargon en van onbegrijpelijke afkortingen taboe. Belangrijk is dat de handreiking voor het schrijven van het Deventer A4 tje aangeeft hoe het moet, zowel wat de structuur betreft als waar het gaat om vormgeving en taalgebruik. Alle relevante informatie moet in dat A4 tje staan. De beslispunten moeten helder geformuleerd zijn. Achter dat A4 tje zitten de bijlagen.

9 9 De burgemeester denkt dat het erg hoog gegrepen is om die allemaal op het ideale taalniveau B1 of B2 te schrijven, ook omdat het vaak om erg specialistische documentatie gaat. Voor hem zit de uitdaging vooral in het helder, strak en laagdrempelig formuleren van de raadsvoorstellen, zodat voor iedereen duidelijk kan zijn wat er in de raadsvergadering en de politieke markt gebeurt. Op dat punt is het einddoel nog niet bereikt. De burgemeester ziet de motie als een aanmoediging om op dat punt nog een kwaliteitsslag te maken. Er liggen soms heel mooie voorbeelden van laagdrempelige raadsvoorstellen, maar er wordt ook nog wel eens techneutentaal gebruikt. Spreker wijst erop dat het verzoek om richtlijnen op te stellen (tweede bullet) niet zo noodzakelijk is. Die richtlijnen zijn er wel. De kunst is vooral om ervoor te zorgen dat iedereen ook volgens die richtlijnen gaat schrijven. Wat dat betreft wil het college de raad aanraden om de motie te steunen. De voorzitter vraagt of de heer De Geest hierop wil reageren. De heer De Geest bedankt de portefeuillehouder voor zijn enthousiasme. Hij is blij te horen dat de burgemeester het helemaal met de strekking van de motie eens is. Als hij het goed begrepen heeft, neemt het college de motie in feite over, afgezien van dat ene onderdeel over het opstellen van richtlijnen. Het woord opstellen zou misschien vervangen moeten worden door hanteren. De indieners van de motie willen graag dat daarin voortgang wordt gemaakt en dat op dat punt ook duidelijkheid wordt geboden. Spreker denkt dat de motie niet meer in stemming hoeft te worden gebracht. Hij wil graag weten of de andere indieners het daarmee eens zijn. De heer Verhaar wil graag laten weten dat deze motie hem uit het hart gegrepen is. Hij dankt de heer De Geest voor diens initiatief en ook voor de nota die zijn collega erbij heeft geschreven. Volgens hem is het echt nodig dat de dingen waar de motie om vraagt, gebeuren. Het schrijven in heldere taal is zijn dagelijks werk. Hij geeft daar ook les in. Daarbij laat hij zijn studenten vaak aan de hand van twee voorbeelden zien hoe het niet moet. Het ene voorbeeld is de troonrede. Het tweede is een willekeurig beleidstuk dat hij uit de raadsstukken heeft geplukt. Een van de dingen die hij dan laat zien, is dat zo n stuk stijf staat van de lijdende vorm. Hij zou graag willen dat daar ook een richtlijn over komt. Lijdende vormen verstoppen wie verantwoordelijk is. Dat is volgens hem vaak het probleem met dit soort teksten. De heer Poppens laat weten dat ook de VVD helemaal achter de motie staat. Hij vraagt de portefeuillehouder wat precies de consequenties zijn van diens woorden. De burgemeester gaf aan dat op dit gebied al veel wordt gedaan, maar spreker wil graag weten of er wel eens collegevoorstellen worden teruggestuurd en of er iemand is die aan het eind de tekst nog eens goed bekijkt. Hij vraagt of daarin misschien een rol kan zijn weggelegd voor het presidium. Mevrouw Sipman geeft aan dat haar fractie de motie ook van harte steunt. Ze roept de raadsleden op om alle moties en amendementen met betrekking tot de begroting in het format te gaan schrijven dat de PvdA nu heeft aangereikt. Dat zou dan meteen een concreet resultaat zijn. De heer De Jong is heel enthousiast over de motie, omdat ze goed aansluit bij een initiatief dat hij eerder heeft genomen met betrekking tot laaggeletterdheid. Dit onderdeel werd in dat initiatief nog niet afgedekt. Spreker wijst erop dat ook hoogopgeleide mensen graag teksten lezen die op een laag taalniveau geschreven zijn. De opmerkingen van de heer Verhaar brengen hem op een idee. Volgens hem moet het met de tegenwoordige mogelijkheden voor tekstverwerking een eenvoudige opgave zijn om het aantal keren dat de lijdende vorm wordt gebruikt te meten en na te gaan of het afneemt. Hij vraagt of dat nog in de meter van de publieke dienstverlening kan worden meegenomen. Verder wijst hij erop dat in Hengelo alle ambtenaren les krijgen in schrijven voor Joris. Joris is dan een bouwvakker die een mbo-opleiding net niet heeft afgemaakt en alleen de Autoweek nog leest. De voorzitter constateert dat het om een soort Joe the plummer gaat, maar dan in Hengelo. Mevrouw Lutje Hulsik vindt dat haar collega een prima motie heeft ingediend, in duidelijke taal. Haar naam staat er niet onder, omdat de spelling daarvan vaak de nodige problemen geeft. Ze neemt het advies van mevrouw Sipman ter harte. Het programma Schrijven voor Joris kent zij ook. Ze wil graag weten wat de portefeuillehouder daarvan vindt.

10 10 Burgemeester Heidema laat weten dat het wel eens voorkomt dat een collegevoorstel via de filter van de locosecretaris of van de driehoek (burgemeester, gemeentesecretaris, griffier) wordt teruggestuurd omdat de opzet niet adequaat is. Op dit moment wordt daarbij nog niet expliciet gelet op het taalgebruik. De burgemeester wil daar graag nog eens over doorspreken met de afdeling Communicatie. Hij vindt dat het vrijblijvende er wat vanaf moet. Voor de manier waarop dat moet gebeuren, zijn allerlei varianten denkbaar. Spreker kan zich voorstellen dat het presidium daar voor zichzelf een rol in ziet. Zelf vindt hij echter dat het college er zijn uiterste best voor moet doen dat het presidium stukken krijgt aangereikt die op een goed taalniveau geschreven zijn. Hij zegt toe dat het college daarmee aan de slag zal gaan. De voorzitter concludeert dat het college de motie overneemt en dat de raad er dus niet over hoeft te stemmen. Ze draagt de leiding van de vergadering weer over aan de burgemeester. 11. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering en wenst iedereen wel thuis.