Verslag van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Deventer Datum: 26 januari 2011 Tijd: uur

Transcriptie

1 Verslag van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Deventer Datum: 26 januari 2011 Tijd: uur Voorzitter: Griffier: ir. A.P. Heidema drs. A.G.M. Dashorst Aanwezig: O. Arslan, E.H. van Brink, mw. C.M. ten Bulte-Herrebrugh, M.W.H. Elferink, mw. H. Eltink, A. Emens, R.S. de Geest, J. Goejer, mw. E.G. Grijsen, mw. J.F. van Harsselaar-Timmer, mw. C.N. Hunger, J.K. Jellema, W. de Jong, P.A.L. Kemperman, S.R.J. Kleine Schaars, mw. J. Lamberts-Grotenhuis, D.A. Ledeboer, mw. E. van der Mik, B. Noor, J. Oggel, mw. J. Pannekoek, H.C. Rietman, mw. K. Schmidt-Versteeg, H.B. Scharp, P.T.A. Sonneveldt, mw. A. Spa, T.W. Stegink, V. Stijns, mw. M. van Tilburg, mw. G. Tomruk-Kisi, C.J. Verhaar, mw. M. Viveen-van den Bosch, M. Yazici, Ç. Yildirim en mw. A. Zandstra-Keijl Afwezig: J.J. Breuker en T.R. Poppens Aanwezige wethouders: mw. M.J.G. de Jager-Stegeman, J.P.H.M. Pierey en M.P. Swart 1. Opening De voorzitter opent de vergadering.. 2. Vragenkwartier De voorzitter geeft het woord aan de heer De Geest. De heer De Geest vertelt dat de gemeente Apeldoorn het Woonverdeelsysteem wil verbeteren en ideeën om doorstroom te bevorderen, heeft geïnventariseerd. De PvdA vindt het goed om ook in Deventer het Woonverdeelsysteem eens kritisch te bekijken. Hij vraagt de wethouder: - of deze bekend is met de Apeldoornse invulling: jongeren behouden hun punten na de eerste woning in hun doorgroei naar een eengezinswoning; - of deze iets ziet in samenwerking met de gemeente Apeldoorn bij het uitwerken van dit soort punten; - hoe het zit met woningbouwcorporaties; - of er een vergadering met de raad zal plaatsvinden, bijvoorbeeld na het verzamelen van ideeën. Wethouder Swart ziet dit plan van Apeldoorn in een ander, Apeldoorns, licht: Apeldoorn wil zich aantrekkelijk maken voor jongeren. Dit speelt minder in Deventer. Toch ziet hij de logica van samenwerking wel. Ook in een themacongres vorig jaar is de instroom en doorstroom van jongeren aan de orde geweest. In de praktijk blijken mensen zich massaal in te schrijven en hun wachttijd af te wachten tot de ideale woning voorbijkomt. Hierdoor worden bepaalde woningen verloot onder mensen die weliswaar zeven jaar ingeschreven staan, maar heus niet zeven jaar lang wanhopig naar een woning hebben gezocht. Het systeem heeft de grenzen van zijn nut bereikt. Op 9 februari gaat de raad een gesprek aan met de corporatie. De wethouder ziet dit als een goede start voor de inventarisering van nieuwe ideeën. Ook de gemeente zal hiermee aan de slag gaan, met jongeren. In de loop van dit jaar zal hierover gepraat moeten worden, zeker als er structurele veranderingen doorgevoerd gaan worden. Hij ziet wel wat in experimenten en wil blijven kijken wat Apeldoorn doet. De heer De Geest dankt de wethouder en vindt zijn probleemschets een goede. Hij vreest dat de sessie van 9 februari te breed is om diep op dit onderwerp in te kunnen gaan. Graag praat hij dan ook in de loop van het jaar daar verder over; de toezegging van de wethouder zou hij wat verscherpt willen zien.

2 2 De heer Emens geeft aan dat er ook in Deventer een experiment plaats zal vinden. Hij vraagt de wethouder of deze bij de bespreking ook de gemeente Zutphen wil betrekken. Mevrouw Ten Bulte vraagt de wethouder waarom het voor Apeldoorn belangrijker zou zijn om voor jongeren aantrekkelijk te zijn dan voor Deventer. Wethouder Swart verduidelijkt dat het debat in Apeldoorn urgenter is. Demografische cijfers bevestigen dat, maar ook Deventer heeft alle reden om te kijken naar dit vraagstuk. Inderdaad is dit een zaak voor de gehele stedendriehoek. De wethouder heeft bewust voor de datum van 9 februari gekozen: zo vindt de eerste peiling samen met de corporaties plaats. Hij zegt toe in de loop van februari een datum voor een raadsvergadering over deze discussie te geven. De voorzitter beëindigt het vragenkwartier. Hamerstukken 3. Vaststellen bestemmingsplan Loo 2009 Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 4. Vaststellen bestemmingsplan Looërmark 2009 Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 5. Vaststellen bestemmngsplan Okkenbroek 2009 Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 6. Vaststellen bestemmingsplan Diepenveen, locatie Berends Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel. 7. Vaststellen bestemmingsplan Muldersweg ong. De heer Verhaar vindt het vreemd te slopen in beschermd dorpsgezicht; zo is rood voor rood niet bedoeld. GroenLinks stemt tegen. De raad besluit conform het voorstel. De fractie GroenLinks (4) stemt tegen. Debatstukken

3 3 8. Gewijzigde vaststelling bestemmingsplan Borgele De heer Verhaar geeft een toelichting op het amendement ingediend door GroenLinks. Op 12 januari hebben bewoners uit Borgele gesproken op de politieke markt. Zij wezen op het verloren gaan van het groene karakter en op de ruimere bouwmogelijkheden. Dit laatste lijkt een landelijke trend; makkelijker, sneller, meer bouwen. GroenLinks vindt dat hier terughoudend mee om moet worden gegaan. GroenLinks is gecharmeerd van een stelsel als bij Looërmark. Voor Borgele stelt GroenLinks een meer pragmatische oplossing voor. Groen moet wel groen van enig formaat zijn en niet zomaar een grasveldje. AMENDEMENT ingediend door de fractie GroenLinks Onderwerp: Groen in Borgele Voorgesteld wordt: - Op de plankaart een aanduiding 'specifieke vorm van groen - opgaande en afschermende beplanting/ bomen' op te nemen binnen de bestemming 'Groen' met een breedte van 3 meter rondom de bestemmingen Wonen, Wonen-Garageboxen, Wonen-Gestapeld, Wonen- Woonwagenstandplaats en Wonen-Zorgwoning. Daar waar de groenbestemming smaller is dan 3 meter de volledige groenbestemming. - In de planregels artikel 9 uit te breiden met: 9.1 onder g: 'ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - opgaande en afschermende beplanting/bomen' zijn uitsluitend opgaande en afschermende beplanting/ bomen toegestaan'. - In artikel 1 van de planregels de volgende definitiebepaling op te nemen: 'opgaande en afschermende beplanting/bomen': Bomen en daarnaast andere houtachtige gewassen die zich vanaf de grond vertakken en een uitgroeihoogte van minimaal 2 meter bereiken. De beplanting is in een zodanige dichtheid aanwezig dat gedurende het groeiseizoen de achterliggende bebouwing deels wordt afgeschermd. - Aan artikel 9.4 toe te voegen: Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 9.1 onder g en toestaan dat gronden worden gebruikt overeenkomstig het bepaalde in artikel 9.1 onder a tot en met f. Wethouder Swart reageert: met een bestemmingsplan kun je mogelijkheden creëren, niet afdwingen. Dit technische plan is niet verzekerd van praktische uitvoerbaarheid. Een bestemmingsplan leent zich gewoonweg niet voor dit soort bepalingen. Bovendien wil hij mensen de ruimte geven voor eigen invulling en deze invulling niet van tevoren vastleggen. Hij ontraadt het amendement. De heer Verhaar vindt het opmerkelijk dat de wethouder hier ontraadt wat net bij Looërmark is vastgesteld. Hij vindt een waarborg voor de invulling van de regels niet verkeerd. Bovendien is er een uitzonderingsbepaling opgenomen in het amendement. De heer Jellema wil weten of voortaan elke wijk een bestemmingsplan vol technische details krijgt. De heer Verhaar stelt dat een bestemmingsplan technisch is. Regels leiden nu eenmaal tot technische taal. Met het bestemmingsplan proberen we een wijk met een groen karakter te beschermen tegen de aanblik van hoge muren; verstop deze muren achter groen dat hoog genoeg is. De heer Jellema wil weten of de heer Verhaar in de toekomst weer zal komen met technische aanpassingen. De heer Verhaar beaamt dat hij open eindes zal repareren in een bestemmingsplan, zeker als bewoners hun zorgen uiten in een politieke markt. De heer Jellema stelt dat ook zijn partij haar zorgen heeft geuit op de politieke markt, dat het ambtelijke antwoord luidde dat stedenbouwkundige aanpassingen hiervoor verantwoordelijk waren en dat hij zich goed kon vinden in dit antwoord. Er zal sprake zijn van een uniforme toepassing.

4 Mevrouw Viveen ziet het amendement als een roep om te graven in de technische details, terwijl D66 juist simpeler, uniformer en duidelijker te werk wenst te gaan. Zij steunt niet. Bovendien vindt zij het bestemmingsplan niet de plaats om beleid in vast te leggen. De heer Verhaar is het niet eens met de laatste opmerking van mevrouw Viveen. Mevrouw Viveen ziet dat er wel over groen gesproken wordt als in natuur of park, maar nooit zo gedetailleerd over grasperken als in dit amendement. De heer Verhaar raadt mevrouw Viveen aan ook de bestemmingsplanregels eens te lezen. Mevrouw Viveen vindt dat groenbeleid in een groenbeleidsplan neergelegd moet worden en niet in een bestemmingsplan. Een groenbeleidsplan biedt meer mogelijkheden, juist door de wijkaanpak en de gesprekken met bewoners. De heer Verhaar stelt dat nu al specifieke bomen worden beschermd in een bestemmingsplan. Het kan dus wel degelijk. Mevrouw Viveen beaamt dat dit gebeurt in het groenbeleid. De heer Verhaar benadrukt dat hij het heeft over bestemmingsplannen. In dit bestemmingsplan beschermen we bijzondere bomen. Mevrouw Viveen is daar blij mee. De heer Van Brink waardeert de poging tot reparatie van GroenLinks en zegt dat dit de meest geëigende plaats is. Hij vindt dat de bewoners terecht hun zorgen hebben geuit in de politieke markt over het groen en de bouwhoogtes. Hij vindt het amendement sympathiek. Echter, hij vindt dat GroenLinks voorbijgaat aan de bouwhoogtes en wellicht zelfs van zins is de bouwhoogtes omlaag te krijgen. De heer Verhaar interrumpeert: GroenLinks heeft bekeken wat haalbaar was. De heer Van Brink acht de bouwhoogtes te hoog om het eens te kunnen zijn met het bestemmingsplan. De heer Ledeboer vindt vereenvoudiging van regelgeving van belang. De VVD is tegen compliceren van bestemmingsplannen. Hij acht het anekdotisch dat juist Borgele, toonbeeld van functionalisme in architectuur, gecamoufleerd wordt met heesters. En dat de gemeente dit nota bene vastlegt. Wethouder Swart reageert. Ook de gemeente moet het eigen beleid uitvoeren. Looërmark ziet hij als een uitzondering vanwege de andere wordingsgeschiedenis. De voorzitter brengt het amendement in stemming. Het amendement verworpen met de stemmen voor van de fracties GroenLinks (4) en SP (2). De voorzitter continueert met de stemverklaringen. De heer Van Brink stemt niet voor. Hij vindt de bouw te hoog, vindt dat het Vlierspad open moet blijven en hoopt dat het college het onttrekkingsbesluit aan de raad voorlegt. De heer Verhaar dient (alsnog) een motie in om zorg bij bewoners weg te nemen. MOTIE ingediend door de fractie GroenLinks Onderwerp: Paden in het bestemmingsplan Borgele 4

5 Verzoekt het college: De paden die in de wijk Borgele liggen, niet op te heffen. Mocht er een reden zijn het huidige padenstelsel in de wijk aan te passen, met een voorstel naar de gemeenteraad te komen. Wethouder Swart reageert. Hij verduidelijkt dat de motie overbodig is daar de raad, en niet het college, het bevoegde orgaan is. De heer Verhaar stelt dat de wandelpaden met bestemming groen niet meer op de plankaart staan. Wethouder Swart weet zeker dat het Vlierspad moet worden onttrokken aan de openbare weg. De heer Verhaar zegt dat dit amendement niet over het Vlierspad gaat. Wethouder Swart stelt dat ook een openbaar pad een openbare weg is. Dat geldt voor alle openbare paden. Formeel en inhoudelijk is de motie overbodig. De heer Verhaar vindt het Vlierspad echt een ander verhaal, dit is een informeel pad. Echter, als de wethouder toezegt terug te komen naar de raad over deze informele paden, dan vindt GroenLinks dit goed. Wethouder Swart neemt aan dat de discussie gaat over paden die zo formeel zijn dat ze in het bestemmingsplan staan. Dat is niet zo. Dan vindt hij dit een zaak voor de wethouder die over het groenbeleid gaat. Over informele paden en groenbeleid kan hij geen toezeggingen doen. De voorzitter stelt voor de motie niet in stemming te brengen. De heer Verhaar stemt in. De voorzitter continueert. Er zijn geen verdere stemverklaringen. De raad besluit conform het voorstel met tegenstemmen van de fracties GroenLinks (4) en SP (2) Burgerinitiatief Stadspark Swormink Zuid Mevrouw Lamberts dient een amendement in. In grote lijnen is ze het eens met de wethouder; de regie wil ze graag aanpassen. Ze vindt dat de burgers een voortvarende aanpak van het wijkinitiatief verdienen, onder regie van de gemeente. Ook vindt ze dat de gemeente creatief moet zijn in het vinden van financiering buiten de gemeente. AMENDEMENT ingediend door de fracties CDA, PvdA en Algemeen Plattelands Belang Onderwerp: Variant burgerinitiatief Stadspark Swormink Zuid Voorgesteld wordt het voorgenomen besluit als volgt te wijzigen: Onder overneming van het collegebesluit d.d. 30 november 2010 het burgerinitiatief voor een Stadspark Swormink Zuid af te wijzen en het college opdracht te geven via de wijkaanpak mee te werken aan een lichtere variant van het burgerinitiatief. Te schrappen en te vervangen door: 1. In te stemmen met het burgerinitiatief voor zo ver het betreft de uitbreiding van de toegankelijkheid en gebruiksmogelijkheden van het gebied door eenvoudige recreatieve voorzieningen en beperkte landschappelijke inrichting binnen de huidige bestemming (groen en primair watergebied). 2. Het college opdracht te geven de regie te nemen bij de uitvoering ervan en voor 21 maart 2011 met indieners van het burgerinitiatief concrete voorstellen te ontwikkelen voor recreatieve en landschappelijke inrichting, waarbij uitgangspunt moet zijn dat: - aansluiting wordt gezocht op omliggende landbouw- en natuurgebieden (lokale ommetjes); - alle huidige gebruikers/eigenaren van het gebied betrokken worden;

6 - gekozen wordt voor inrichting die beheers- en onderhoudsarm is en bewoners/gebruikers zo mogelijk een rol te geven in beheer/onderhoud. 3. Het college opdracht te geven zich maximaal in te spannen om verschillende subsidies/financieringsmogelijkheden voor recreatieve en landschappelijke invulling van het gebied te vinden (Provincie, Recreatieschap, Waterschap, Stichting Kostbaar Landschap, Wijkaanpak, budget openbare ruimte e.d.). 4. De raad voor de Voorjaarsnota 2011 voorstellen voor inrichting van het gebied ter informatie, of waar nodig, ter besluitvorming voor te leggen. De heer Emens vraagt wat mevrouw Lamberts doet als in de Voorjaarsnota blijkt dat er geen middelen zijn buiten die in de wijkaanpak. Mevrouw Lamberts stelt dat de wethouder dan zal zeggen dat het niet gelukt is. Ze wijst op het belang van een creatieve zoektocht. De heer Emens vermoedt dat niemand thuis zal geven en vraagt om een schorsing. De voorzitter maakt het rondje af alvorens te schorsen. Mevrouw Pannekoek sluit zich aan bij de woorden van de heer Emens. Ook vraagt ze hoe mevrouw Lamberts denkt over wijzigingen in het bestemmingsplan (sport). Mevrouw Lamberts stelt dat eventuele voorgestelde wijzigingen vanzelf weer ter goedkeuring bij de raad terechtkomen. Er is geen mandaat aan B&W. Mevrouw Van Hasselaar brengt park Zandweer in de herinnering en sluit zich aan bij de vorige twee sprekers. Ze vreest dat het scheppen van verwachtingen alleen maar teleurstelling zal opleveren. Mevrouw Lamberts verduidelijkt dat ze een vertaling van de politieke markt heeft proberen te maken, dit teruggekoppeld heeft aan de initiatiefnemers, deze mensen duidelijk heeft verteld hoe het in elkaar zit. Ze meent dat er geen valse verwachtingen kunnen zijn. Mevrouw Van Hasselaar hoopt dat het inderdaad heel duidelijk is gemaakt, zeker gezien de bezuinigingen. Mevrouw Lamberts zegt dat de mensen nu in de zaal zitten te luisteren. Mevrouw Van Hasselaar richtte zich tot mevrouw Lamberts als woordvoerder. Mevrouw Pannekoek is voorstander van een burgerinitiatief. Ze twijfelt over de kosten. Mevrouw Eltink volgt het college in deze, met name door de toezeggingen van de wethouder zoals verwoord in punt 3 van het amendement. Ze vreest het ontstaan van valse hoop en teleurstelling bij de bewoners. Mevrouw Lamberts zegt dat de initiatiefnemers hier anders over denken; ze zijn zelfs bereid zelf onderhoud te plegen. De betrokkenheid is heel groot. Ze vindt het een geweldige kans. Mevrouw Eltink is daar blij mee, maar wijst op de aanlegkosten. Mevrouw Spa wil het niet langer over financiën hebben, maar over het fenomeen burgerinitiatief. Ze wijst erop hoe moeilijk het voor de burgers is iets van de grond te krijgen, terwijl het daar allemaal om begonnen is. Pas in de uitvoering bespreekt de raad de randvoorwaarden en deze zijn redelijk verwoord, aldus mevrouw Spa. Mevrouw Eltink vraagt mevrouw Spa of zij het eens is met de stelling 'Burgerinitiatief is niet synoniem met je zin krijgen'. 6

7 Mevrouw Spa onttrekt zich aan een semantische discussie. Bovendien wordt al acht jaar met burgerinitiatief gewerkt, de zaak is duidelijk, zo stelt zij. Mevrouw Ten Bulte sluit zich aan bij mevrouw Spa. Bovendien, de burgers stellen dat ze iets hebben en dat graag willen behouden, het is geen vraag om de aanleg van een duur park. De heer Emens interrumpeert en stelt dat mevrouw Ten Bulte precies verwoordt wat het college wil. Mevrouw Ten Bulte stelt dat alle duurzaamheid ten spijt, niets voor de eeuwigheid is. Wel is ze trots op wat Deventer wel heeft aan groen. Ze vindt het te makkelijk om op voorhand tegen burgers te zeggen: als er geen geld is, gaat het niet door. Immers, het is de taak en de verantwoordelijkheid van de gemeente te bekijken of plannen mogelijk en te financieren zijn. De heer Stegink kan de indiener, mevrouw Spa en mevrouw Ten Bulte goed volgen. Ter aanvulling vraagt hij of ieder toekomstig burgerinitiatief op deze wijze behandeld en afgewezen gaat worden. De heer Emens stelt dat hij slechts de snelste weg kiest om het initiatief zo snel mogelijk te realiseren. Mevrouw Pannekoek verduidelijkt dat zij niet van zins is het initiatief af te wijzen. Wel is ze kritisch over de kosten. De heer Stegink is daar blij mee en verduidelijkt dat als er geen geld komt het plan tijdelijk geparkeerd zal worden. De heer Van Brink is blij met het amendement en maakt zich weinig zorgen om de financiering, bewoners zijn betrokken genoeg en een luxueus park is sowieso niet de bedoeling. De heer De Jong is blij met het amendement en steunt het. Het college gaat wat hem betreft een stap te ver terug. Hij wijst erop dat de financiering overzichtelijk moet zijn. Wethouder Swart brengt in herinnering dat er als eens gestruikeld is over de plannen voor een afslagbaan en dat dergelijke plannen aan de raad zouden worden voorgelegd. Nu gaat het echter om een burgerinitiatief met een relatief onschuldige verandering in het bestemmingsplan. Hij vindt dat dit niet per definitie aan een raadsbesluit gebonden hoeft te zijn. Hij stelt dat er al gesproken is met de initiatiefnemers in een taakgroep, in het kader van wijkaanpak, dat er al plannen liggen, dat er al geld gereserveerd is en dat deze afspraken gewoon zouden worden nagekomen. Het amendement spreekt van een heel ander traject. Creatief geld verzamelen zal jaren duren, immers iedereen is aan het bezuinigen en er zijn geen gedeelde belangen. De gemeente is met vele parken en parkprojecten bezig, die stuk voor stuk van belang zijn. Er zijn geen mensen vrij om de gemeentelijke regie te voeren op korte termijn. Hij ziet dus geen mogelijkheden op korte termijn en zou graag de simpele afspraken met de wijkaanpak gewoon nakomen en uitvoeren. Mevrouw Spa krijgt de kriebels van de stroperige bureaucratie die uit het verhaal van de wethouder spreekt. Ze stelt voor te schorsen. De heer Emens vraagt de wethouder nog eens hoe het zit met het bestemmingsplan. Wethouder Swart stelt dat het bestemmingsplan nog steeds de ontheffing van de bevoegdheid van het college bevat. Het college wilde teruggaan naar de raad als het plan van een golfafslagbaan zou doorgaan, niet per se met elk plan anders dan groen, anders zou de wethouder de hele ontheffingsbevoegdheid willen schrappen. Mevrouw Lamberts vraagt wat de wethouder een realistischer datum vindt dan de door haar gestelde 21 maart. Wethouder Swart noemt

8 8 De voorzitter schorst de vergadering vijf minuten. De voorzitter heropent de vergadering. Mevrouw Lamberts verklaart de datum van 21 maart uit het amendement te willen halen. Ze ziet graag dat de wethouder de liggende plannen uitvoert zoals beloofd. Het amendement dient dan om de verdere plannen in werking te zetten. De voorzitter laat de woorden 'voor 21 maart 2011' schrappen uit het amendement en geeft het woord aan de wethouder. Wethouder Swart zegt dat punt 4 het uitvoeren van de afspraken is: de korte termijn. Punt 1 t/m 3 is de verdere uitvoering: de langere termijn. Hij belooft de raad over twee jaar (2013) te informeren. De voorzitter vraagt of dit aansluit bij de verwachtingen van mevrouw Lamberts. Mevrouw Ten Bulte vraagt of er over twee jaar een plan ligt, of over twee jaar een plan gemaakt wordt. Wethouder Swart stelt dat het plan de komende jaren gemaakt wordt, maar daar ben je een aantal jaar mee bezig. Mevrouw Ten Bulte vraagt nogmaals of er over twee jaar een plan ligt, of over twee jaar een plan gemaakt wordt. Wethouder Swart stelt dat het plan, opgenomen in breder perspectief, de komende jaren gemaakt wordt. Mevrouw Spa is blij dat er direct aan de slag gegaan wordt en voorziet dat de raad haar contacten zal inzetten om verder te gaan met dit plan. De heer Emens is blij dat de raad het initiatief overneemt en dat er snel gehandeld zal worden. Mevrouw Pannekoek stemt ook in met het voorstel. De voorzitter vraagt of de VVD ook instemt. Mevrouw Eltink zegt in te stemmen. De voorzitter concludeert dat het amendement raadsbreed wordt ondersteund. besluit: Het amendement is met algemene stemmen aangenomen. De voorzitter vraagt of de raad instemt met het burgerinitiatief zelf (agendapunt 9). Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel met inachtneming van het aangenomen amendement. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering.