Aanwezig namens gemeente: Ynze Haitsma (projectleider), Cristien Bajema, Jacob Jongejan, Klary-An Wimmenhove

Transcriptie

1 Verslag Werkgroep Belanghebbenden Wmo Datum: 25 april 2019 Aanwezig namens gemeente: Ynze Haitsma (projectleider), Cristien Bajema, Jacob Jongejan, Klary-An Wimmenhove Aanwezig namens partijen: Afwezig namens partijen: Joop Abma (Adviesraad sociaal domein, ASD), Ingemarit van der Wal (GGz/Mind-Up), Erik Blank & Hans den Hertog (Support Fryslân, Vrijwilligers Organisaties Leeuwarden V-O-L), Sjoerd Tolsma (Amaryllis), André Visser (Pluskwadraat), Hannah van der Feen (Aardema Thuiszorg, netwerkpsychologen), Pieter Kuiken (Rondomzorg), Marga à Nijeholt (Werkpro), Peter de Visser (Incluzio), van Zuidam (Alliade - Wil/Reik), Sieds Rienks (Kwadrantgroep, HH BV) André Saris (Het Buro) Aanwezig onafhankelijk, namens allen: Notulist(e): Rob Lambrichs de Bruin Hilly Seepma 1. Opening en mededelingen: Ynze Haitsma opent de vergadering. 2. Vaststellen agenda: De agenda wordt vastgesteld. 3. Definitief verslag 28 maart 2019: In het definitieve verslag zijn de opmerkingen van de vorige keer verwerkt. Het verslag is ter informatie bijgevoegd. 4. Concept verslag 11 april 2019: Blz. 3. De partijen hebben geen reactie meer gegeven op het raadsvoorstel. Er is aangegeven dat de bezuiniging van 3,6 miljoen een gemeentelijk getal is, een rekenslag met lijst maatregelen. Amaryllis kijkt hier nog naar en komt met een reactie. In de raadsstukken staat dat de gemeente input voor de getallen heeft gegeven. De werkgroep financiën moet hier naar kijken in plaats van Amaryllis. Blz. 4. Het Friese Land wordt door Sieds Rienks op de hoogte gehouden. Blz. 4 Sjoerd Tolsma heeft Noorderbreedte geïnformeerd over stand van zaken. Met de aanpassing op bladzijde 3 is het verslag van 11 april akkoord en vastgesteld. 5. Terugblik open podium 17 en raad 24 april 2019: De raad heeft het open podium van 17 april zeer op prijs gesteld. De raad heeft geconstateerd dat er verschillende ideeën in de werkgroep zijn maar dat leden van de werkgroep goed in de materie zitten. De raad is zoekende wat buurt en dorpskamers inhouden, wie dit gaat uitvoeren, wat dit betekent voor de wijkteams en hoe het komt met de locaties.

2 Blad 2 De raad lijkt zich te kunnen vinden in de hoofdlijn die is uitgezet en heeft waardering voor de inzet van de werkgroep. De raad heeft voor een groot deel dezelfde zorgen en aandachtspunten als de werkgroep belanghebbenden. De financiële opgave van een bezuiniging van 3,6 miljoen van de Wmo is de opgave voor de werkgroep belanghebbenden Wmo. De aangrijpingspunten moeten gemarkeerd worden waar raakvlakken en kansen zijn om op termijn jeugd en participatie te kunnen koppelen. Vanuit de planvorming Wmo moet iets meegegeven worden hoe de werkgroep belanghebbenden de aansluiting met participatie en jeugd ziet. De werkgroep geeft aan de vraag van de raad om dit uit te zoeken te begrijpen maar dat het beter is vanuit deze werkgroep procedureel zaken te melden en de mogelijkheden te benoemen voor een nauwere samenwerking tussen de verschillende domeinen. Er kan alvast advies worden gegeven en de risico s kunnen worden benoemd. De integraliteit kan in een paragraaf in het plan worden opgenomen of kan in de bovenliggende raadsbrief worden opgenomen. 6. Nadere invulling plan: De paginanummering moet worden toegevoegd. De versiedatum wordt vanaf nu vermeld. Hoofdstuk 1 inleiding: 1. Ingemarit van der Wal en van Zuidam maken tekstvoorstellen voor de hoofdstukken die er al een tijdje liggen. Deze kunnen geactualiseerd worden. 2. Verdere opmerkingen van de werkgroep kunnen per mail aan Ynze Haitsma worden doorgegeven. 3. Model 4. Aardema Thuiszorg heeft nog niet het goede gevoel of model 4 een goede keuze is of dat het misschien toch beter is om een combinatie te maken. Hoe de knip ook gelegd wordt, de knip is altijd lastig en kan beter in het begin gelegd worden. Door de rest van de werkgroep wordt aangegeven niet meer aan de modelkeuze te komen. Met elkaar moet naar de kennis van vandaag, best mogelijke inschatting, risico s en randvoorwaarden gekeken worden. Het geloof is er dat de kwetsbare cliënten op verschillende manieren geholpen kunnen worden maar gezamenlijk moet goed gekeken worden naar de manier waarop. Er moet goed naar de overgangssituatie gekeken worden en tijdens deze periode is het nodig om dubbel te financieren. Mind-Up en Alliade willen binnen de eigen organisatie inventariseren wat een goede verdeling is voor de huidige cliënten en willen nu geen getal geven. Hier wordt tijdens de werkgroep belanghebbenden van 9 mei op teruggekomen. 4. In de werkgroep financiën is een aanname van 80-20% gedaan. Hoe gevoelig zijn de berekeningen als je die 5 tot 10 % bijstelt. De basis is nu zoals in het plan staat opgenomen. Qua inhoud eerst een ruwe scheiding op cliënt niveau en vervolgens kijken hoe dit uitpakt. TO dagbesteding marge bij verdere doorrekening. Dit moet als startpositie nemen en dan kijken hoe je dit op cliënt niveau gaat doen. De overgangsperiode moet voor 1 januari gedaan worden. Er moet een budgettaire verdeling gedaan worden zodat iedereen weet wat de ruimte op individueel gebied ongeveer is. 5. Mind-Up heeft zorgen betreffende TO 2, dit zijn ingewikkelde zaken en horen eigenlijk in TO 4 thuis. Er kan alleen gestart worden in 2020 als de sociale basis zorg al is ingericht. Er is een jaar nodig om zorg over te dragen. Er moet z.s.m. met buurt- en dorpshuizen worden gestart. Mind-up en Alliade maken een tekst waar specifiek op gelet moet worden en de ruimte die nog nodig is. Wat kunnen we doen om de schattingen die wij maken met elkaar overeind te kunnen houden. 6. Cristien Bajema geeft aan dat er vanuit de werkgroep huishoudelijke hulp een aanvullend advies is gekomen. Het advies is om in 2021 ook richting lump sum te gaan met resultaat gerichte financiering. De toegang komt bij de zorgaanbieders te liggen in plaats van bij de gemeente. Vanaf 2021 wordt de schoonmaakvoorziening en HO1 samengevoegd.

3 Blad 3 7. De aanvullende ondersteuning wordt in het plan visueel opgedeeld in 3 blokken omdat meer blokken onoverzichtelijk en niet werkbaar zijn. Vanuit de gemeente is deze indeling logisch maar vanuit de praktijk mogelijk niet. Inschatting van de gemeente is dat er 70 aanbieders voor 2 e lijns ondersteuning zijn, 80% valt onder 8-10 aanbieders. Voor huishoudelijke hulp zijn 2 grote aanbieders, 80% dagbesteding-4 aanbieders. Er moet een overzicht komen welke organisatie in welk blok zit zodat er een beeld is welke organisatie de cliënten in basis en aanvullend heeft zitten. Er is moet een overzicht komen van omzet en aantal cliënten per aanbieder. Het gaat om de gefactureerde bedragen. Er wordt naar het historisch aanbod van de aanbieder gekeken en daar wordt een lump sum van gemaakt. De gemeente pakt dit op. 8. Aandachtspunt blijft de keuze vrijheid voor cliënten en het behouden van de kleinschalige aanbieders. Er moet vrije contracteerruimte voor kleine partijen met specialistische zorg zijn. Dit moet inzichtelijk worden gemaakt. Er moet de mogelijkheid bij zowel basis als aanvullend zijn om iets met meerwaarde te doen zodat zelf op- en afgeschaald kan worden. Flexibiliteit tussen lijnen is mogelijk. 9. Mind-Up is voor populatiebekostiging in wijken zonder schotten. Aandachtspunt is dat het geld dan ook onder aanbieders verdeeld moet worden. Buurtkamers, financiën, 2 e lijns beschikking moeten simpel en eenvoudig worden gemaakt. De randvoorwaarden, voordelen en nadelen moeten op papier gezet worden. 10. Voor de volgende bijeenkomst moet duidelijk zijn welke aanbieders in de 1 e en 2 e lijn bewegen. De werkgroep contractering gaat hierin in het voorwerk doen. Dit betreft ook een inhoudelijke vraag. Voor de splitsing van de 2 e lijn moeten cliënten en geld in beeld worden gebracht. Keuze 1 e of 2 e lijns contractering en belangenverstrengeling uitsluiten. Conclusie is dat aanbieders niet in 1 e en 2 e lijn moeten zitten en niet naar zichzelf moeten doorverwijzen. Hannah van der Feen en Pieter Kuiken schrijven twee scenario s uit. Hoofdstuk 2 kaders en uitgangspunten voor de planvorming: Opmerkingen kunnen per mail aan Ynze Haitsma worden doorgegeven. In hoofdstuk 2 staan nog steeds opmerkingen, discussie specialistische begeleiding versus 1 e lijn. Er komt een nieuw tekstvoorstel. Er wordt aandacht gevraagd om met elkaar kritisch te kijken naar het detailniveau waarin we zaken beschrijven. Als het te gedetailleerd wordt is er weinig ruimte voor aanbieders om hun kennis optimaal in te brengen. Hierin moet een optimum worden gezocht. Hoofdstuk 3 Werkwijze om de Wmo te organiseren: 1. Keukentafelgesprekken kunnen nog steeds plaats vinden en er vindt ook nog ondersteuning bij mensen thuis en op diverse locaties plaats. De buurtkamers zijn niet de enige plek waar ondersteuning gevonden kan worden. 2. Mind-up en Alliade lopen opmerkingen in het plan langs. 3. Er wordt nog een stuk vanuit de werkgroep huishoudelijke hulp toegevoegd. De gemeente doet een aanzet naar aanleiding van de werkgroep huishoudelijke hulp van 24 april. 4. Trajectfinanciering wordt niet in het plan meegenomen. Hier is voldoende over gesproken. Hoofdstuk 4 Takenpakket: wie doet wat? 1. De startsituatie moet goed onder de blokken omschreven worden. Algemeen moet omschreven worden wat uitgangspunt is. TO 1 en TO 3 en welke organisaties hier annex mee zijn moeten worden nagelopen. Generiek uitgangspunt moet gebruikt worden. 2. Warme overdracht en periode moeten goed omschreven worden. 3. Omschreven moet worden hoe tot een startsituatie gekomen worden. Hier is al een eerste start voor gemaakt. Hiervoor is nodig het generiek kader, financiering maar ook overheveling klanten, klantniveau. Er moet aangegeven worden wat er in 2020 wordt gedaan en welk bedrag beschikbaar is. Dit vraagt wel enige druk.

4 Blad 4 4. De opmerkingen van de werkgroep inhoud zitten in het gesprekverslag en kunnen in het plan verwerkt worden. Toetsen aan objectief meet baar instrument. Afgesproken is om de deelwerkgroepen niet meer bij elkaar te laten komen. Alternatief voorstek van werkgroep inhoud zou in werkgroep belanghebbenden besproken worden. Bekeken moet worden of de indeling van Monique Coenen voldoende is. Pieter Kuiken vindt dit te mager. Er moet een instrument gebruikt worden om objectief te meten. Afgesproken wordt dat iedereen naar het verslag van de werkgroep inhoud kijkt en mailt of er nog zaken worden gemist en als er nog aanvullingen zijn zodat deze in het concept plan kunnen worden verwerkt. 5. Derde lump sum aanvullende ondersteuning. In de tekst lijkt het er op dat je alleen bij buurtkamer terecht kunt. Er moet bredere tekst komen met meerdere locaties, telefonisch en thuis. 6. Overige Wmo taken. Eerste zin is nieuw voor iedereen in paragraaf 4.2. Hier wordt het gemeentelijk jeugdteam bij betrokken. Er is al besloten dat er een jeugd expert team is. De tekst moet aangepast worden. 7. Opbouwwerk in relatie tot buurtkamers moet toegevoegd worden. Uitgangspunt is dat er 1 budget is daar moet opbouwwerk ook uit betaald worden. Subsidies voor buurthuisbeheerders worden deels vanuit de gemeente betaald. V-O-L inventariseert breed wat er in wijken en dorpen al geboden worden. Eind juni wordt het rapport opgeleverd. Als duidelijk is wat er in de bestaande situatie al is kan bekeken worden wat we kunnen benutten en wat veranderd moet worden. Optie is dat de gemeente subsidiebesluiten gaat nemen voor bestaande subsidies waarin bepaald wordt dat er samengewerkt moet worden met buurt en dorpskamers. Nu moet vorm en inhoud worden gegeven op basis van onderzoek V-O-L maar er is wel extra geld nodig op dit op te zetten in opbouwwerk, trainen vrijwilligers e.d. Zonder geld en menskracht kunnen de buurtkamers niet opgezet worden. De gemeente moet in de huidige subsidies melden dat vanaf 1 januari de voorwaarden voor buurtkamers e.d. worden vermeld. V-O-L heeft stukken nagestuurd waarbij woningbouwcoöperatie ook betrokken is. Er moet opgenomen hoe hier specifiek mee wordt omgegaan. 8. Inloopvoorziening GGZ. Mind-Up is van mening dat de inloopvoorziening iets is dat heel goed in de 0 e lijn kan worden georganiseerd en 4.4. De teksten sluiten nog niet op elkaar aan. De teksten moeten zo compleet mogelijk worden gemaakt en alle tekst over jeugd moet in 1 paragraaf worden gezet. Jeugd gaat al per januari 2020 in en is vanaf januari 2021 onderdeel van lump sum. De gemeente maakt een tekstvoorstel regie gemeentelijk jeugdteam laatste alinea taakstelling beschermd wonen moet volgend jaar ook gerealiseerd worden wie heeft de regie over de twee hulpvragen in 1 huishouding. Als je twee hulpvragen in 1 huishouding hebt, heb je nog niet 1 plan. Bekeken moet worden hoe dit in praktijk gebracht kan worden. De aanbieders willen wel 1 plan. Dit vraagt om sterke regievoering en goede ICT ontwikkelingen. De gemeente houdt vast aan het huidige cliëntvolgsysteem. Dit systeem moet verbouwd worden zodat dit ook deels beschikbaar is voor cliënten De gemeente komt met een voorstel om de tekst concreter te maken.

5 Blad 5 Hoofdstuk 5 contracteervormen: Het verslag van de werkgroep contractering is op 24 april nagestuurd. De meerderheid van de werkgroep geeft aan dat de coöperatie voor basisondersteuning geen passende vorm is en dat is niet wat wij nu willen. In de aanbestedingsvorm krijgen alle partijen een goede kans en de opdrachtgever kan sturing geven. Procesvoorstel is om voor de finale keuze een specialist in te huren (Tim Robbe en Pianoo) en deze in de werkgroep contractering uit te werken. Als we er met de coöperatie niet uitkomen dan kan aanbesteding met concurrentie gerichte dialoog als back up dienen. Optie is ook om in te besteden. De voordelen en nadelen van inbesteding moeten in beeld worden gebracht. Op 15 mei worden de woordvoerders van de raad bijgepraat. 2. Subsidie biedt niet voordelen ten opzichte van aanbesteding. Bijbehorend element is dat het niet afdwingbaar is. Utrecht werkt ieder jaar met een nieuwe subsidiebeschikking. Dit is iets flexibeler. De werkgroep kan zich wel vinden in de conclusie dat subsidie niet een voor de hand liggende keuze is, maar zou de afweging wel uitgebreider willen laten zien. De gemeente gaat dit uitbreiden. Hoofdstuk 6 overgang naar nieuwe werkwijze: 1. Reacties op dit hoofdstuk worden per doorgegeven aan Ynze Haitsma. 7. Invulling buurt- en dorpskamers: Dit agendapunt wordt voor de volgende werkgroep geagendeerd zodat er voldoende tijd is om dit punt te bespreken. Afgesproken wordt dat iedereen reacties over het stuk alvast naar V-O-L mailt. V-O-L kijkt hoe zaken ingepast kunnen worden in de teksten die er al zijn. De vrijwilligers doen zo veel mogelijk noodzakelijke dingen maar de eindverantwoordelijkheid ligt bij de basisondersteuning. V-O-L neemt niet het werkgeverschap op zich. 8. Concrete werkafspraken en vervolgstappen: 1. Op 16 mei wordt een extra bijeenkomst ingepland omdat er meer tijd nodig is om de financiële paragraaf en de buurt- en dorpskamers te bespreken. 2. Wat betreft de financiële taakstelling ligt er voor 2020 een concreet pakket maatregelen. Ynze Haitsma wil graag van de werkgroep weten of zij achter de uitspraak staan dat 3,6 miljoen haalbaar is uitgaande van de gegevens die op dit moment bekend zijn. De werkgroep belanghebbenden heeft er vertrouwen in dat de taakstelling van 3,6 miljoen gehaald kan worden. Zij staan achter de ambtelijke inschatting die in de raadsbrief is benoemd. Kanttekening is dat de gegevens door het Berenschot model gehaald moeten worden en wat de invloed van de cao is. De uitkomst kan minder rooskleurig zijn dan ingeschat is. In oktober moet het beleidskader voor huishoudelijke hulp aangepast worden. De schets van de werkgroep financiën wordt alvast door het Berenschot model gehaald. Sjoerd Tolsma en Klary-An Wimmenhove kijken naar de effecten. 3. Experimenten en pilots staan p.m. maar dat is te neutraal. Pilots moeten beloond worden en niet gestraft. Bekeken moet worden of pilots eventueel uit een ander potje gehaald kunnen worden (optie innovatiepotje CDA?). 4. De gemeente maakt een slag in de leesbaarheid van het plan en haalt de dubbelingen eruit en verwerkt de keuzes die gemaakt zijn. Het concept wordt vervolgens weer toegestuurd.

6 Blad 6 5. Tekstuele opmerkingen op het concept plan kunnen alvast per mail worden toegestuurd na de bespreking van 9 mei. 6. Paragraaf ICT wordt vorm gegeven. Bekeken moet worden hoe ICT elders functioneert. 9. Rondvraag en sluiting: Er wordt geen gebruik gemaakt van de rondvraag. Ynze Haitsma sluit de vergadering en bedankt een ieder voor zijn/haar aanwezigheid en inbreng. nr Datum Afspraak Actie Opmerkingen afspraak 1 z.s.m. Ingemarit van der Wal en van Zuidam maken tekstvoorstellen voor de hoofdstukken die er al een tijdje liggen. Deze kunnen geactualiseerd worden. Ingemarit en 2. Inventariseren binnen eigen organisatie wat een goede verdeling is voor de huidige cliënten. 3. To2-TO4. Tekst maken waar specifiek op gelet moet worden en de ruimte die nog nodig is. Wat kunnen we doen om de schattingen die wij maken met elkaar overeind te kunnen houden. 4. Er moet een overzicht komen van omzet en aantal cliënten per aanbieder. 5. Voor de volgende bijeenkomst moet duidelijk zijn welke taken in de 1 e en 2 e lijn bewegen. Twee scenario s uitschrijven. Ingemarit en Ingemarit en gemeente Rondom Zorg en GGZ 6. Opmerkingen in plan langs lopen. Ingemarit en 7. z.s.m. Extra werkgroep contractering inplannen (16 mei). Ynze 8. z.s.m. Reacties op plan V-O-L mailen. Iedereen 9. De werkgroep kan zich wel vinden in de conclusie dat subsidie niet een voor de hand liggende keuze is, maar zou de afweging wel uitgebreider willen laten zien. De gemeente gaat dit uitbreiden. 10 Beschrijven voor- en nadelen of aanbieders mogen inschrijven op basisondersteuning en aanvullende ondersteuning. gemeente Aardema Thuiszorg, Alliade en Rondomzorg