VERSLAG SCHOOLDOORLICHTING

Transcriptie

1 Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Referentienummer Onderwijsinspectie 0809/9/004 Basisonderwijs Schooljaar VERSLAG SCHOOLDOORLICHTING Gemeentelijke Kleuterschool Sint Martinusstraat VECHMAAL Instellingsnummer: Directie : Gilberte Smets Schoolbestuur : Gemeentebestuur van Heers Gerald Kindermans (burgemeester) Charly Vanandroye (schepen van onderwijs) Paardskerkhofstraat HEERS Periode : september 2008 Inspectieteam : Ann Vananroye (inspecteur-verslaggever) Frieda Thiels

2 2 Leeswijzer bij het verslag van een schooldoorlichting Conform aan de bepalingen van art. 10 van het Besluit van de Vlaamse regering 1 bevat het verslag van een schooldoorlichting een beschrijvend en een concluderend gedeelte met advies. In het gewoon basisonderwijs zijn de ontwikkelingsdoelen en eindtermen het uitgangspunt voor de beschrijving en de beoordeling van het onderwijskundig functioneren. In het verslag formuleert de inspectie een antwoord op de vraag: In welke mate zorgt deze school voor een maximale ontplooiing van elk kind?. Rekening houdend met relevante context- en inputkenmerken geeft het inspectieteam aan hoe kwaliteitsvol de school de basisvorming, de brede ontwikkeling en een zorgbrede leerlingenbegeleiding realiseert en hoe dit beleidsmatig wordt ondersteund. In het buitengewoon basisonderwijs is het proces van handelingsplanning in zijn verschillende fasen het uitgangspunt voor de beschrijving en de beoordeling van het onderwijskundig functioneren. Rekening houdend met relevante context- en inputkenmerken geeft het inspectieteam aan hoe kwaliteitsvol de school voor elk kind een optimale en harmonische persoonlijkheidsontwikkeling en integratie nastreeft en hoe dit beleidsmatig wordt ondersteund. Voor de beschrijving van het onderwijskundig functioneren zijn er dus 2 mogelijke structuren om de vaststellingen te ordenen: 1 De onderwijsinspectie beschrijft in het gewoon basisonderwijs het onderwijskundig functioneren vanuit kernvragen in verband met: basisvorming als samenhangend geheel realiseren brede ontwikkeling realiseren zorgbreedte realiseren. 2 De inspectie beschrijft in het buitengewoon basisonderwijs het onderwijskundig functioneren volgens de fasen van het proces van handelingsplanning: beginsituatie doelenfase voorbereidingsfase uitvoeringsfase evaluatiefase. Afkortingen CLB centrum voor leerlingenbegeleiding KVS kindvolgsysteem 1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap worden uitgevoerd ( ).

3 3 Inhoudsopgave 1 Relevante context- en inputgegevens Onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren Onderwijskundig functioneren Onderwijsondersteunend functioneren Beoordeling van de onderwijskwaliteit Relevante aspecten waarin de school goed is Relevante aspecten die de school kan verbeteren: aanbevelingen Relevante aspecten die de school moet verbeteren: tekorten Risicobeheersingsbeleid Toelichting Aanbevelingen en tekorten risicobeheersingsbeleid Andere wettelijke bepalingen Onderwijsleermiddelen en schooluitrusting Wettelijke bepalingen Aanbevelingen en tekorten naleving andere wettelijke bepalingen Conclusies en advies Conclusies Advies...12

4 4 1 Relevante context- en inputgegevens De gemeentelijke kleuterschool is gelegen in het centrum van het landelijke Vechmaal, een deelgemeente van Heers. Het is de enige gemeentelijke school in Heers. In het centrum van Heers zijn er twee basisscholen van een ander onderwijsnet. Deze tweeklassige school is verankerd in de lokale gemeenschap en kan rekenen op een ondersteunend oudercomité dat naast hand- en spandiensten ook een bijdrage levert aan de verfraaiing van de infrastructuur van de school. De directeur neemt het ambt negen jaar waar. Zij heeft negentien jaar onderwijservaring en een lesopdracht van tien lestijden. Tijdens de schoolfase was zij afwezig wegens ziekte. De school vormt samen met vijf basisscholen de scholengemeenschap Haspengouw. De puntenenveloppe wordt verdeeld naar rato van het aantal kinderen. Momenteel zijn er 31 kleuters ingeschreven. De kinderen komen vooral uit de onmiddellijke omgeving van de school. Onthaalmoeders vangen voor- en naschools ook schoolgaande kleuters op en brengen zo ouders van baby s en peuters in contact met ouders van schoolgaande kleuters. Twee kleuters zijn leerplichtig. Om haar onderwijs te organiseren beschikt de school over 48 reguliere lestijden en 4 aanvullende lestijden lichamelijke opvoeding. Er zijn drie groepsleerkrachten. Verder kan de school een beroep doen op een zorgcoördinator. Het team bestaat uitsluitend uit vrouwelijke leerkrachten. Het schoolbestuur deed ernstige inspanningen om de infrastructuur te verfraaien waardoor ook de veiligheid van de kleuters werd bevorderd.

5 5 2 Onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren 2.1 Onderwijskundig functioneren Basisvorming als samenhangend geheel realiseren In welke mate bewaakt de school dat de basiscompetenties door zo veel mogelijk kinderen worden gerealiseerd en biedt ze hiertoe onderwijs aan dat continu is opgebouwd, werkelijkheidsgericht is en het verwerven van cognitieve leerstrategieën centraal stelt? Relevante aspecten waarin de school goed is In haar pedagogisch project beschrijft het team haar zorg voor kwaliteitsvol onderwijs: In onze school willen we aan elk kind degelijk onderwijs en een goede opvoeding geven. Wij willen dat onze kleuters kunnen groeien tot zelfstandige, evenwichtige mensen. Alle teamleden beschikken over de decretaal vastgelegde ontwikkelingsdoelen en zijn in het bezit van de leerplannen van de onderwijskoepel. Deze documenten zijn richtinggevend. Binnen een tijdpad van twee schooljaren namen de teamleden alle leerplannen door. Ze distilleerden vanuit de leerplannen groeilijnen waaraan ze thema s en activiteiten koppelen die de continuïteit in het aanbod bewaken. Verder zijn er formeel geformuleerde schoolafspraken zoals het gebruik van een begrippenlijst, een streefwoordenschatlijst, tijdkaders, pictogrammen, en heel wat informele afspraken die de verticale samenhang ondersteunen. Voor lichamelijke opvoeding beschikt de leermeester over een gradueel opgebouwde planning voor alle bewegingsdomeinen. Deze planning is (via een leerpakket) gebaseerd op de ontwikkelingsdoelen. De kleuteronderwijzeressen opteren voor een thematische aanpak bij de concretisering van het onderwijsaanbod. Zij plannen vaste, traditionele thema s naast een aantal occasionele belangstellingscentra. De aangeboden inhouden zijn afgestemd op de leefwereld van het kind. Toch kunnen de mogelijkheden om levensecht onderwijs aan te bieden nog verder worden aangewend. De uitwerking van het thema is merkbaar in de inrichting van de klas en in de verschillende speel- en leerhoeken. Er is een groot aanbod aan ontwikkelingsmaterialen, spellen en boeken voorhanden, zodat de kleuters de gelegenheid krijgen tot ontdekken en beleven. De talrijke exploraties, de waarnemingen en het betrekken van experten zijn sterke belevingsmomenten. Door de thematische werking, het hoekenwerk, het kiesuurtje, de rijke leeromgeving en de gevarieerde werk- en groeperingsvormen ontwikkelen de kleuters in ruime mate strategische vaardigheden. In de keuze en de organisatie van de activiteiten creëren de kleuteronderwijzeressen veel mogelijkheden om de zelfstandigheid van de kleuters te bevorderen en zijn er veel kansen tot sociale interactie. Het toepassen van aangeleerde vaardigheden in wisselende situaties is vanzelfsprekend. Afhankelijk van de professionaliteit van de leidster wordt dit intentioneel nagestreefd. Er zijn hierover geen formele schoolafspraken. Relevante aspecten die de school kan verbeteren De school kan in mindere mate aantonen dat haar aanbod dekkend is voor alle ontwikkelingsdoelen en leerplandoelen. Het team neemt weinig initiatieven om de overgang van de kleuterschool naar de lagere afdeling te vergemakkelijken. Er zijn geen integratieactiviteiten met de omliggende basisscholen of met de scholen uit de scholengemeenschap. Ook onderwijsinhoudelijk is er geen uitwisseling. Relevante aspecten die de school moet verbeteren

6 6 Brede ontwikkeling realiseren In welke mate zorgt de school dat haar onderwijs gericht is op een brede ontwikkeling, gekenmerkt door een harmonisch evenwicht in het onderwijsleeraanbod binnen een stimulerend pedagogisch klimaat? Relevante aspecten waarin de school goed is In het pedagogisch project formuleert het team dat zij een harmonische ontwikkeling van de persoonlijkheid beoogt. De school beschikt over een goede infrastructuur en voldoende materialen en middelen om in te spelen op een brede ontwikkeling. Het pedagogisch-didactisch handelen van de teamleden richt zich op het realiseren van een brede ontwikkeling bij zoveel mogelijk kleuters. De kleuteronderwijzeressen bewaken het evenwicht in hun aanbod via de dagplanning. Mede door de thematische aanpak is de aandacht voor de brede ontwikkeling sterk aanwezig. De verschillende ontwikkelingscomponenten vloeien als het ware in elkaar over via tal van activiteiten. Door het werken met thema s die aansluiten bij de belevingswereld van de kleuters komen dynamisch-affectieve doelen op een eerder intuïtieve wijze aan bod. Het houden van onthaal- en praatrondes met de klaspop als moderator legt accenten op socio-emotionele doelen. Takenborden stimuleren kleuters in hun verantwoordelijkheidszin. Momenteel beraadt het team zich over de inrichting van een snoezelruimte. De beleving en het opbouwen van ervaringen met concreet materiaal zijn het uitgangspunt van goed onderwijs in de kleuterafdeling. De kleuterleidsters zorgen ervoor dat er bij het verwerken van het themaaanbod voldoende aandacht is voor de cognitieve component. In de verschillende leer- en werkhoeken zijn veel ontwikkelingsmaterialen aanwezig om de denkvaardigheden te stimuleren en te oefenen. Vooral vanuit de waarneming en de geleide activiteiten stimuleren de leidsters de taal- en de denkontwikkeling. Ze waken over het evenwicht tussen geleide, groeps- en keuzeactiviteiten. Bij de vijfjarigen is er aandacht voor het voorbereidend lezen, schrijven en wiskundige initiatie. Door het gebrek aan overleg met leerkrachten van het eerste leerjaar missen die activiteiten soms aan doelgerichtheid en transparantie. De teamleden verwoorden dat ze het belangrijk vinden dat de kleuters zich goed voelen. In het KVS besteedt het team aandacht aan het welbevinden, de betrokkenheid en de competenties van de kleuters. Wekelijks krijgen de kleuters twee lestijden bewegingsopvoeding door de leermeester lichamelijke opvoeding. De verschillende bewegingsdomeinen komen er aan bod en garanderen een harmonische ontwikkeling. Naast het gestructureerde aanbod voorzien de leidsters zelf heel wat mogelijkheden om de motorische ontwikkeling te stimuleren. De fietsactiviteiten verruimen het bewegingsaanbod. De speelplaats en de speelweide zetten aan tot motorische activiteiten. In de klas van de oudste kleuters zijn er twee computers aanwezig. De kleuters maken op een speelse manier kennis met dit medium. Het team hanteert duidelijke school- en klasafspraken waardoor een ordelijke en veilige leeromgeving ontstaat. De kleuteronderwijzeressen hechten veel belang aan een goede sfeer in de klas. De respectvolle en bemoederende omgang tussen leraren en kleuters kenmerkt de schoolcultuur. Het zelfontdekkend leren krijgt voldoende kansen. De kleuters zijn actief en explorerend bezig. De werkvormen wisselen frequent. Afhankelijk van de deskundigheid van de kleuteronderwijzeres mogen de kleuters initiatief nemen om zelf hun keuze te bepalen. Met het oog op een brede ontwikkeling neemt het team heel wat initiatieven zoals toneel, leeskoffers in de klas, de jaarlijkse sportdag met het gemeentebestuur. Relevante aspecten die de school kan verbeteren Relevante aspecten die de school moet verbeteren

7 7 Zorgbreedte realiseren In welke mate stemt de school, op een deskundige, doordachte, systematische en geïntegreerde wijze, haar werking af op de mogelijkheden en de specifieke noden van de kinderen? Relevante aspecten waarin de school goed is In het pedagogisch project beschrijft het team haar visie op zorgbreed werken: Wij willen het individuele in elk kind respecteren; bereiken dat elk kind zich op zijn eigen persoonlijke, creatieve manier kan uiten in zijn spel en in zijn activiteiten en dit aangepast aan het individuele tempo, het ontwikkelingsniveau en de persoonlijke gevoelens. Wij observeren de kleuters nauwkeurig op alle ontwikkelingsdomeinen. Als er problemen zijn, zullen wij trachten te remediëren, oplossingen te zoeken of zullen we de ouders doorverwijzen naar het CLB. De kleuteronderwijzeressen krijgen een goed beeld van de beginsituatie en van de ontwikkeling van de kleuters langs het kleuterdossier van het KVS. Drie keer per schooljaar screenen de leidsters het welbevinden, de betrokkenheid en de competenties van de hun toevertrouwde kleuters. De dagelijkse en de gerichte observaties, de afname van schoolrijpheidstoetsen en de gesprekken met ouders en met de zorgcoordinator verfijnen dit beeld. In overleg met de zorgcoördinator wordt het KVS ingevuld. De kleuterleidster is de spilfiguur in de zorg voor kinderen. Als eerstelijnsverantwoordelijke observeert en ondersteunt zij de kleuters. Om in te spelen op de eigenheid van de kinderen voorziet zij in een gedifferentieerd aanbod. De differentiatie kan bestaan uit het aanbieden van geleide en keuzeactiviteiten en aangepaste materialen op verschillend ontwikkelingsniveau. Bij het vaststellen van ontwikkelings-, leer- of gedragsproblemen signaleert de kleuteronderwijzeres dit aan de zorgcoördinator. Het probleem wordt verder geanalyseerd door onder meer bijkomende observaties. In overleg met de CLB-medewerker stelt de zorgcoördinator een individueel handelingsplan op. Relevante aspecten die de school kan verbeteren Het team is zich minder bewust van het preventieve luik binnen het zorgbreed werken. Zo worden onder meer de resultaten van de schoolrijpheidstoetsen nog in beperkte mate geanalyseerd om het onderwijsaanbod bij te sturen. Relevante aspecten die de school moet verbeteren 2.2 Onderwijsondersteunend functioneren In welke mate ondersteunen de gezamenlijke doelgerichtheid, het interne leiderschap, de communicatie- en overlegmogelijkheden en de professionele ontwikkeling van de teamleden het realiseren van de onderwijskundige doelen? Relevante aspecten waarin de school goed is In het pedagogisch project beschrijven de kleuteronderwijzeressen wat zij beogen met het onderwijs dat zij aanbieden. Het project is ook opgenomen in de infobrochure zodat de ouders een beeld krijgen van de visie van de school. De kleuterleidsters handelen vooral intuïtief volgens de kerngedachten van deze visie. De kleinschaligheid, het hoge welbevinden van de kleuters, een familiale sfeer en de kindgerichtheid zijn voor de teamleden de sterke troeven van de school. Het te veel bemoederen van de kinderen en het niet altijd doelgericht bezig zijn, worden eerder als knelpunten ervaren. De school profileert zich als een kleine, kindvriendelijke, familiale dorpsschool waar iedereen iedereen kent en de kinderen in de vertrouwde omgeving kunnen opgroeien. Dit gebeurt vooral via mond-aanmond-reclame, raamaffiches, het contact met de onthaalmoeders en de deelname aan activiteiten van de lokale gemeenschap. Het intern leiderschap is een gedeelde verantwoordelijkheid. Het is een verworvenheid van het kleine team om alles samen te bespreken. Het samen-school-maken is een sterk punt.

8 8 Volgens de teamleden leidt de directeur de school met veel inzet en motivatie. Om het beleid uit te voeren kan de directeur rekenen op de groepsdynamiek en steunen op het verantwoordelijkheidsgevoel van de kleuteronderwijzeressen. Vooral via informele klasbezoeken en gesprekken en door haar lesopdracht krijgt zij een beeld van de klaswerking. Voor nieuwe leerkrachten voorziet de school een leefwijzer voor leerkrachten. Het voornaamste intern formeel overlegmoment krijgt gestalte via de maandelijkse personeelsvergaderingen. Naast het uitwerken van klasoverschrijdende activiteiten en het bespreken van zorgkleuters is er ook aandacht voor het uitwerken van prioriteiten zoals het gezondheidsplan. De vergaderingen verlopen vlot en volgens de principes van efficiënt vergaderen. De leraren voelen zich nauw betrokken bij de besluitvorming die meestal in consensus gebeurt. De goede teamgeest bevordert de talrijke informele contacten. De leidsters vinden deze momenten ondersteunend voor hun klaspraktijk. De informatiedoorstroming verloopt vlot en gebeurt meestal tijdens informele gesprekken of tijdens de personeelsvergaderingen. De ouders worden geïnformeerd over de school- en de klaswerking en over de vorderingen van hun kind. Er zijn daarvoor infoavonden en structurele en occasionele individuele oudercontacten. De school neemt een erg laagdrempelige houding aan. De bereikbaarheid van de kleuterleidsters is groot. De leden van het oudercomité leveren hoofdzakelijk hand- en spandiensten en helpen mee aan het verfraaien van de infrastructuur. De contacten tussen de directeurs en tussen de zorgcoördinatoren van de scholengemeenschap, met de CLB-medewerker en met de pedagogische begeleider worden als waardevol ervaren. De personeelsvergaderingen, de informele contactmomenten en de teamgerichte nascholingen zijn de momenten bij uitstek om de professionalisering van de teamleden te verhogen. De nascholingsinitiatieven worden bij aanvang van het schooljaar kenbaar gemaakt. Voor de nascholingen in samenwerking met de pedagogische begeleiding wordt meestal aangesloten bij andere scholen om de kostprijs te drukken. Relevante aspecten die de school kan verbeteren Hoewel er initiatieven zijn om te reflecteren over bepaalde aspecten van de schoolwerking, heeft de school nog geen cultuur om via een doelgerichte zelfevaluatie haar werking te optimaliseren. De afbakening van de prioriteiten gebeurt vooralsnog niet vanuit een sterktezwakteanalyse. Eventuele knelpunten worden vooral intuïtief aangevoeld en vaak informeel besproken. Het verzamelen van outputgegevens leidt nog in mindere mate tot een outputbeleid. Op school- en klasniveau worden de schoolrijpheidstesten en de gegevens uit het KVS nog in beperkte mate geanalyseerd en geïnterpreteerd om het onderwijsaanbod te optimaliseren en preventief op te treden. De teamleden volgen weinig individuele nascholing. Ook het aantal pedagogisch-didactische naslagwerken is eerder beperkt.

9 9 3 Beoordeling van de onderwijskwaliteit 3.1 Relevante aspecten waarin de school goed is De gemeentelijke kleuterschool profileert zich als een kleine dorpsschool met sterke banden met de lokale gemeenschap. Door de kleinschaligheid heerst er een familiale sfeer. In een veilig en aangenaam milieu wil het team een gedegen opvoeding verschaffen, waarbij het welbevinden van de kinderen een belangrijk uitgangspunt is. De school wil een tweede thuis zijn voor zoveel mogelijk kinderen en slaagt daar ook in. Het team tracht een zo breed mogelijke ontwikkeling bij alle kleuters na te streven. In hun aanbod hebben de kleuteronderwijzeressen dan ook aandacht voor de harmonische ontwikkeling van de kinderen. De school heeft aandacht voor haar kwetsbare kinderen. De groepsleerkracht speelt daarbij een cruciale rol. De zorgcoördinator ondersteunt daarbij in sterke mate. Alle componenten van het onderwijsondersteunend functioneren vormen een fundering voor de realisatie van de onderwijskundige doelen. De kleuterschool probeert kwaliteitsvol onderwijs na te streven. De toevertrouwde kleuters worden omringd met goede zorgen. 3.2 Relevante aspecten die de school kan verbeteren: aanbevelingen Het team bewaakt in mindere mate of het aanbod dekkend is voor de basiscompetenties zoals beschreven in de ontwikkelingsdoelen en de leerplannen. Het team kan nog groeien om via onder meer de analyse en interpretatie van haar onderwijsopbrengsten en andere evaluatiegegevens haar onderwijskwaliteit in het algemeen en de preventieve aanpak van het zorgbreed werken te bevorderen. 3.3 Relevante aspecten die de school moet verbeteren: tekorten

10 10 4 Risicobeheersingsbeleid 4.1 Toelichting De inspectie heeft een signaalfunctie voor de scholen in het kader van een dynamisch risicobeheersingsbeleid. Zij steunt hierbij op artikel 7 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering: 2 De inspectie zal een marginale controle uitoefenen op de voorwaarden inzake hygiëne, veiligheid en bewoonbaarheid. Tevens zal zij onderzoeken of de materieel bevoegde overheden geen tekortkomingen hebben vastgesteld en of alle wettelijk vereiste veiligheidsattesten zijn afgeleverd. Aan de hand van de dynamische inspectie-index zijn volgende vier indicatoren onderzocht: 1 De organisatie van het veiligheids- en welzijnsbeleid 2 De bewoonbaarheid van de schoolinfrastructuur 3 De veiligheid van de leer- en werkomgeving 4 Hygiëne, gezondheid en milieuzorg Iedere indicator wordt gedekt door een aantal variabelen. In de bijlage van dit verslag wordt elke variabele gewaardeerd op een schaal van 0 tot en met Aanbevelingen en tekorten risicobeheersingsbeleid Om het risicobeheersingsbeleid te optimaliseren kan de school: Een officieel overlegorgaan oprichten. De toiletten renoveren. Het systeem om de zandbak af te sluiten optimaliseren. De school dient de volgende maatregelen te integreren in het beleidsplan en verbeteracties op te nemen in het jaaractieplan: De school moet maatregelen nemen om de volgende tekorten weg te werken: 2 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap worden uitgevoerd ( )

11 11 5 Andere wettelijke bepalingen 5.1 Onderwijsleermiddelen en schooluitrusting De school beschikt over voldoende onderwijsleermiddelen en over een aangepaste schooluitrusting om de ontwikkelingsdoelen na te streven. 5.2 Wettelijke bepalingen Voor zover de inspectie bij de controle van een aantal documenten heeft kunnen vaststellen, wordt de schooladministratie op een correcte manier bijgehouden en afgehandeld. De school leeft de wettelijke bepalingen na. De inspectie brengt de volgende vaststelling onder de aandacht van het schoolbestuur: Er is geen schoolraad, daardoor zetelen er ook geen afgevaardigden van de schoolraad in het medezeggenschapscollege en mist de school overleg en contacten op niveau van de scholengemeenschap. 5.3 Aanbevelingen en tekorten naleving andere wettelijke bepalingen Aanbevelingen De school kan de naleving van de wettelijke bepalingen verbeteren door: De ouders aan te sporen om zich kandidaat te stellen voor de schoolraad. Tekorten

12 12 6 Conclusies en advies 6.1 Conclusies Het onderwijskundig en het onderwijsondersteunend functioneren in deze school voldoen. Het risciobeheersingsbeleid in deze school voldoet. De naleving van de andere wettelijke bepalingen in deze school voldoet. 6.2 Advies In uitvoering van het Decreet van 17 juli 1991, inzonderheid het artikel 5, alsmede in uitvoering van het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap worden uitgevoerd van 2 februari 1999, artikel 10, wordt een gunstig advies uitgebracht voor verdere erkenning en subsidiëring. De onderwijsinspectie Ann Vananroye Inspecteur-verslaggever Frieda Thiels Datum van bespreking van het ontwerpverslag met het schoolbestuur en de directie: 10 oktober 2008 Datum van verzending aan het schoolbestuur en de directie: Voor kennisneming: De directie Het schoolbestuur Naam: Datum: Naam en functie: Datum: Het ondertekende verslag moet binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst teruggezonden worden aan de inspecteur-generaal basisonderwijs, H. Consciencegebouw 2B10, Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel. Het schoolbestuur kan op- of aanmerkingen formuleren na kennisneming van dit verslag en als bijlage meezenden. Datum ontvangst Vak bestemd voor het secretariaat van de inspectie basisonderwijs