Verslag aan de Provincieraad

Transcriptie

1 10e Directie Dienst 102 Land- en Tuinbouw Verslag aan de Provincieraad betreft TOELAGEN VOOR DIVERSE PROEFPROJECTEN IN OOST-VLAANDEREN Mevrouwen en mijne Heren, Op de provinciebegroting 2001 is op artikel 62000/322/12 'Toelagen voor diverse proefprojecten in Oost-Vlaanderen' BEF ingeschreven. In zitting van 22 februari 2001 besliste uw college om hiervan BEF toe te kennen aan de Koning Boudewijn Stichting voor het project rond agrarisch natuurbeheer. Sindsdien ontving het provinciebestuur 5 bijkomende voorstellen tot subsidiëring van proefprojecten. 1. Projectvoorstellen 1.1 Van het Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost- Vlaanderen vzw een projectvoorstel rond drainage grondgebonden groenteteelt onder glas In de tuinbouwsector worden op heden tal van normeringen opgelegd in het kader van een milieuvriendelijke teelttechniek en een hoogstaande voedingskwaliteit. Dit is het geval bij gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en bemesting. Het onderzoek en de voorlichting, onder andere vanuit het Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt, heeft zich deze problematiek sterk aangetrokken. Projectvoorstel Deel 1 : onderzoek en ontwikkeling Door de aanwezigheid van drainputten in elke afdeling van de proefserres van het PCG, aangesloten op een centrale computer (klimaatcomputer) behoort een dagelijkse meting van de drainhoeveelheid en drainsamenstellen tot de mogelijkheden. Vanuit deze drainputten wordt het water verzameld in grote drainvoorraden. Dit biedt perspectieven naar een hergebruik van drainwater met of zonder ontsmetting. Dit kadert voor de sector binnen een duurzame landbouw.

2 p. 2 Deel 2 : verwerking van gegevens De metingen worden verzameld en uit de cijfers en grafieken worden besluiten getrokken. Deel 3 : voorlichting Gegevens verkregen uit deel 1 en 2 krijgen hun doorstroming binnen het netwerk waarin het PCG zich bevindt. Dit is contact met praktijk via werkgroepen en Technisch comité, samenwerking met andere proefcentra en projectontwikkeling. De kostprijs van het project wordt geraamd op BEF 1.2 Van het proefcentrum voor de Sierteelt een projectaanvraag tot betoelaging van externe begeleiding in het kader van GEP Wat is GEP? GEP of Good Experimental Practices staat voor Goede Proef Methoden en heeft betrekking op de kwaliteit van de uitgevoerde proeven, meer bepaald voor proeven met bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik. Onder kwaliteit van het proefwerk verstaat men hier de mate waarin de proeven correct en nauwkeurig worden opgezet, uitgevoerd en geïnterpreteerd, om bijgevolg tot betrouwbare en reproduceerbare resultaten te komen. Werken volgens GEP houdt dus in dat de voorwaarden voor kwalitatief hoogstaande proefnemingen volledig moeten ingevuld zijn en dat de uitvoering van de proeven nauwgezet moet opgevolgd worden, zodat men kan garanderen dat er correct wordt gewerkt. Hoe GEP bekomen? Om een GEP-erkenning te bekomen, moet een kwaliteitssysteem worden uitgewerkt, waarin alle handelingen met betrekking tot het uitvoeren van gewasbeschermingsproeven worden vastgelegd in procedures, beproevingsmethodes en werkinstructies. Deze beschrijvingen hebben niet alleen betrekking op de eigenlijke uitvoering van de proef, maar slaan ook op aspecten als het personeelsbeheer, het productenbeheer, het klachtenbeheer, de archivering van de documenten, enz. Wanneer het kwaliteitssysteem op punt staat, moet het in de praktijk worden geïmplementeerd en moet het voortdurend worden opgevolgd om toe te zien op de goede werking ervan. Praktisch Voor de externe begeleiding van de GEP-erkenningsaanvraag zou een beroep gedaan worden op het Centrum voor Kwaliteitszorg te Kortrijk. Deze organisatie verzorgt ondermeer begeleiding en advies bij het uitwerken en implementeren van diverse kwaliteitszorgsystemen. Voor dit activiteitenluik beschikt ze over een team van 18 consultants. Een begeleidingsprocedure bestaat uit drie fasen : een voorbereidende

3 p. 3 evaluatie, de eigenlijke begeleiding en een afsluitende audit met nabespreking. Tijdens de eerste evaluatie, wordt de huidige werking doorgelicht en getoetst aan de normen. Op basis hiervan wordt een planning opgemaakt. De begeleiding zelf wordt uitgevoerd in sessies van halve dagen, telkens met een interval van 3 weken. Elke sessie handelt over een specifiek thema, dat op basis van een vooropgestelde planning en aan de hand van ter beschikking gestelde raamteksten wordt uitgewerkt. Na het einde van elke sessie wordt een bezoekrapport opgesteld, waarin de te ondernemen actiepunten zijn opgesomd. Een normale begeleidingsprocedure neemt 15 sessies in beslag, maar aangezien er voor de GEP-erkenningsaanvraag reeds een aantal zaken zijn uitgewerkt, zouden een 10-tal sessies volstaan. De kostprijs van het project wordt geschat op BEF 1.3 Van het Proefcentrum voor de Groenteteelt te Kruishoutem Aanvraag tot betoelaging van externe begeleiding in het kader van GEP Waarom GEP? Het bekomen van een dergelijke GEP-erkenning is een zeer belangrijk gegeven voor de toekomst. Dit vormt een voorwaarde voor het uitvoeren van Fytofonds-proeven, met het oog op het bekomen van erkenningen van bestrijdingsmiddelen. Als gevolg van de Europese harmonisering van de wetgeving omtrent gewasbeschermingsmiddelen, waarbij alle actieve stoffen tegen 2003 gereëvalueerd moeten worden, zullen heel wat producten van de markt verdwijnen. Bovendien worden door de fytofarmaceutische industrie weinig inspanningen gedaan om nieuwe middelen te laten erkennen voor de groenteteelt, omdat de investeringen die hiermee gepaard gaan niet opwegen tegen de opbrengsten van de zeer kleine deelmarkten, waaruit groenteteelt bestaat. Waarom externe begeleiding? Aangezien er met de aanvraag van de GEP-erkenning voor het eerst een kwaliteitszorgsysteem moet opgesteld worden binnen het Provinciaal Proefcentrum voor Groenteteelt, kan men zich niet beroepen op praktische ervaring binnenhuis. Om de gekozen aanpak reeds voor het indienen van het aanvraagdossier te laten beoordelen, kan men een beroep doen op een externe kwaliteitsconsultant. Deze kan het proces in de goede richting sturen en vanuit zijn ervaring praktische adviezen aanbrengen. Praktisch Voor de externe begeleiding van de GEP-erkenningsaanvraag zou men een beroep kunnen doen op het Centrum voor Kwaliteitszorg te Kortrijk. Deze organisatie verzorgt begeleiding en advies bij het uitwerken en implementeren

4 p. 4 van diverse kwaliteitszorgsystemen. De begeleiding wordt uitgevoerd in sessies van halve dagen, met een interval van 2 à 3 weken, gevolgd door een volledige audit van het kwaliteitssysteem. De begeleiding voor de GEP-erkenning zou een 10-tal sessies in beslag nemen. Met een kostprijs van BEF per halve dag betekent dit een totaal van BEF 1.4 Projectvoorstel door het PCS Provinciaal Domein 'Het Leen' als bron van alternatieve teelten voor de boomkwekerij In eerste instantie wordt voorzien om op het arboretum in Eeklo zelf de soorten die uitgekozen worden van nabij op te volgen. Hierbij zal o.a. gelet worden op het ogenblik van uitlopen, gevoeligheid voor ziekten en plagen, e.a. De informatie die op deze manier verzameld wordt, kan op langere termijn van pas komen als de soorten in verhoogde aantallen zouden aangeplant worden in vb. openbaar groen. Desgevallend kan er dan bij de telers gewaarschuwd worden voor een verhoogde gevoeligheid voor bepaalde ziektes. In een eerste proefjaar zullen de vijf soorten die reeds aan bod kwamen in een verkennende fase in het Meetjesland 5b-project hernomen worden en zullen de stratificatieomstandigheden verder verfijnd worden. De resultaten bekomen in een eerste proefjaar zullen hiervoor richtinggevend zijn. Voor deze verfijning zal er met een combinatie van vochtgehaltes gestratificeerd worden. Voor de verschillende soorten die aan bod komen, zal ook via gerichte kiemkrachtsproeven nagegaan worden welke de ideale zaaiomstandigheden zijn. In het voorjaar zullen de zaden op een proefperceel uitgezaaid worden. Vanaf dit moment zal het gedrag te velde gevolgd worden bij opkomst. In een latere fase zal tijdens het groeiseizoen nagegaan worden in hoeverre er specifieke problemen zijn i.v.m. ziekten en plagen, en andere mogelijke problemen. De gevoeligheden als zaailing zijn niet altijd dezelfde als deze van de volwassen uitgegroeide boom. De kosten voor dit project worden geraamd op BEF 1.5 Projectvoorstel : reductie phytoproducten naar oppervlaktewaters, ingediend door de Provinciale Landbouwkamer Het provinciebestuur is goed geplaatst om een coördinerende rol te spelen in dit project. Dit kan gebeuren via de dienst Land- en Tuinbouw, het 'kenniscentrum water' (PCG) of de Provinciale Landbouwkamer voor Oost- Vlaanderen. Coördinatie en opvolging project :

5 p. 5 - onderzoek efficiëntie phytobac- voorlichting rond 'code goede praktijk' - voorlichting rond spuitapparatuur en vullen, gebruik en reiniging - voorlichting en demo rond aanpassen bestaande spuitapparatuur - demo-projecten cfr. onderzoek phytobacs - voorlichting rond gebruik van mechanische onkruidbestrijding, erosiebestrijding, enz. - gebiedsgerichte intensieve acties incl. individuele begeleiding in gevoelige gebieden Dit project is voorzien voor een periode van 3 jaar en wordt geraamd op BEF * * * Voorgesteld wordt om het budget nominatief toe te wijzen. Wij hebben de eer u het volgende voorstel voor te leggen : 1. het project rond agrarisch natuurbeheer van de Koning Boudewijn Stichting : BEF 2. het projectvoorstel rond drainage grondgebonden groenteteelt onder glas van het PCG : BEF 3. het project 'aanvraag tot betoelaging van externe begeleiding in het kader van GEP' ingediend door het Proefcentrum voor de Sierteelt : BEF 4. het project 'aanvraag tot betoelaging van externe begeleiding in het kader van GEP' ingediend door het Proefcentrum voor de Groenteteelt te Kruishoutem : BEF 5. het project 'het Provinciaal domein Het Leen als bron voor alternatieve teelten voor de boomkwekerij' ingediend door het PCS : BEF 6. het project 'reductie phytoproducten naar oppervlaktewaters' van de Provinciale Landbouwkamer i.s.m. het Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek : BEF Kan uw raad met dit voorstel akkoord gaan en kunnen in voorkomend geval de bijgevoegde raadsbesluiten ondertekend worden? Gent, 16 oktober 2001 Namens de Bestendige Deputatie : de Provinciegriffier, Albert De Smet de Gouverneur-Voorzitter, Herman Balthazar