Besluit van de Deputatie

Transcriptie

1 directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning vergadering van 23 februari 2017 aanwezig Briers Jan, gouverneur-voorzitter Vercamer Alexander Versnick Geert Hertog Peter Dauwe Jozef Bruggeman Hilde Couckuyt Eddy leden De Smet Albert, provinciegriffier dossiernummer: zittingnummer: termijn: maart 2017 Besluit van de Deputatie kenmerk betreft verslaggever PA/2017/GPA/02/012 Aalter - gemeentelijk planologisch attest Debutrac. Advies milieuscreening. Geert Versnick 1. Feitelijke en juridische gronden het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM), aangepast door het decreet van 27 april 2007 (planmer-decreet) en het besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's (planmer-besluit) In bovenvermelde decreten en uitvoeringsbesluiten is bepaald dat voor een aanvraag voor een planologisch attest, of een plan-mer, of een onderzoek tot milieueffectrapportage (screening) dient te gebeuren. De aanvrager van een planologisch attest dient in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage een aantal instanties te raadplegen, waaronder de deputatie van de provincie waarin de aanvraag gelegen is. De adviesvraag strekt ertoe te vernemen of de aanvraag in zijn huidige vorm aanzienlijke milieueffecten kan genereren en of de mogelijke milieueffecten van de voorgestelde ontwikkelingsopties voldoende beschreven zijn. Het op 8 februari 2017 ontvangen 'verzoek tot raadpleging' over de screening naar de plan-mer-plicht m.b.t. de aanvraag voor een planologisch attest voor Debutrac te Aalter. In de screening worden de mogelijke milieueffecten van de aangegeven ontwikkelingsopties beschreven. Er wordt aangegeven dat er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn. Bijgevolg wordt voorgesteld om geen plan-mer op te maken voor de aanvraag voor een planologisch attest voor Debutrac te Aalter

2 p. 2./ Motivering Inhoud aanvraag De huidige activiteiten van het bedrijf zijn ambachtelijk van aard en sterk landbouw-gerelateerd. In 2003 werd reeds een planologisch attest afgeleverd en kon het bedrijf verder uit breiden. Dit planologisch attest werd veranderd in een Ruimtelijk uitvoeringsplan. De huidige activiteiten bestaan uit de verkoop, het onderhoud en het herstel van landbouwmachines. Daarnaast biedt de zaak ook een ruim assortiment erf- en stalinrichting aan. Met hun grondige kennis, jarenlange ervaring en hun compleet uitgerust atelier kan het bedrijf tevens speciale mechanisatiewensen aanbieden. Dit vanaf het uittekenen van het 3D concept tot het te plaatse produceren. Het bedrijf heeft nood aan extra werkruimte, een uitbreiding van de bedrijfsgebouwen dringt zich op.(korte termijn) Op lange termijn wenst het bedrijf zijn activiteiten te bundelen op de terreinen langsheen Woestijne en zo een verkeersveiligere situatie te bekomen en een kwalitatiever straatbeeld te creëren. (lange termijn). Inhoudelijke opmerkingen Als antwoord op de adviesvraag zijn er volgende specifieke bemerkingen te maken met betrekking tot de beschrijving van de mogelijke effecten van de ontwikkelingsopties op het leefmilieu : Het plangebied bevindt zich in het stroomgebied van waterloop O348 van 2 de categorie en is gedeeltelijk gelegen binnen effectief overstromingsgevoelig gebied. Effectief overstromingsgevoelig gebied In de zone die is ingetekend als effectief overstromingsgevoelig worden geen nieuwe gebouwen voorzien. Er wordt wel stalruimte voor landbouwmachines gepland. In deze zone mag niet worden opgehoogd. De aanvrager wordt erop gewezen dat schade aan de gestalde machines door overstromingen de verantwoordelijkheid is van de gebruikers van de terreinen. Infiltratievoorziening In totaal zal er een verharding van ca. 0,6 ha gerealiseerd worden. Op blz 31 van de milieuscreening wordt vermeld dat een waterbuffer van 330 m³/ha wordt aangelegd om het effect van de verhardingen te milderen. Het bedrijf wenst de waterbuffer ook aan te wenden voor hergebruik van hemelwater. De infiltratievoorziening is onvoldoende uitgewerkt en voldoet niet aan het provinciaal beleidskader. De Infiltratievoorziening mag niet worden aangelegd in effectief overstromingsgevoelig gebied. Waterdoorlatende verharding Een deel van het terrein wordt aangelegd in waterdoorlatende materialen. De waterdoorlatende verharding moet niet in rekening worden gebracht voor de

3 p. 3./... dimensionering van de infiltratievoorziening indien cumulatief is voldaan aan volgende voorwaarden: o de waterdoorlatende materialen worden geplaatst op een waterdoorlatende funderingslaag (opbouw te specificeren op plan); o er worden geen afvoerkolken voorzien (expliciet te vermelden op het bouwplan); o de verharding wordt niet in helling aangelegd (minder dan 0,5 %) en er worden opstaande randen voorzien die het water op de waterdoorlatende verharding houden tenzij de waterdoorlatende verharding kan afwateren naar een gras- of groenstrook met een oppervlakte die minstens 15 % van de verharde oppervlakte bedraagt en op het bouwplan staat aangeduid Er wordt akkoord gegaan met de conclusie dat geen plan-mer dient opgemaakt te worden. Dit besluit houdt geen enkel inhoudelijk planologisch advies in over de aanvraag voor een planologisch attest voor Debutrac te Aalter. De ontwikkelingsopties zullen geadviseerd worden in het kader van het openbaar onderzoek over de aanvraag. 3. Besluit Artikel 1. Het 'verzoek tot raadpleging' in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage voor de aanvraag voor een planologisch attest voor Debutrac te Aalter wordt gunstig geadviseerd. Er wordt akkoord gegaan met de conclusie dat geen plan-mer dient opgemaakt te worden. Wel wordt aandacht gevraagd voor de gemaakte opmerkingen. Art. 2. Een afschrift van dit besluit zal voor verder gevolg gezonden worden naar het studiebureau Adoplan. Gent, 23 februari 2017 namens de Deputatie: de provinciegriffier, (get.) Albert De Smet de gouverneur-voorzitter, (get.) Jan Briers

4

5

6 Vlaamse overheid Adviezen en Vergunningen Oost- en West-Vlaanderen Koningin Maria Hendrikaplein 70 bus GENT Adoplan Oudenaardsesteenweg Kortrijk T aves.ovl.anb@lne.vlaanderen.be uw kenmerk ons kenmerk* bijlagen AVES/JV/MER/AAL/ OV vragen naar/ telefoonnummer datum Jenike Vandenberghe 09/ Aves.ovl.anb@lne.vlaanderen.be Betreft: plan MER screening Onderwerp MER screening planologisch attest 'Debutrac' te Aalter Datum van ontvangst 2 februari Situering Kadaster Adres Aanvrager Naam Adres Aalter,, 768H, 768L Urselweg 20, 9880 Aalter. Landbouwmechanisatiebedrijf Debutrac Urselweg 20, 9880 Aalter Rechtsgrond Dit advies wordt verstrekt door het Agentschap voor Natuur en Bos op basis van de volgende wetgeving: Artikel decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid Artikel 3, 3 besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's

7 Bespreking MER screening (discipline Fauna Flora en Biodiversiteit) In de MER screening worden alle effecten op fauna en flora besproken. Er worden geen effecten verwacht door het planologisch attest. Conclusie 1 Het Agentschap voor Natuur en Bos stelt vast dat er voldoende werd aangetoond dat er geen aanzienlijke milieueffecten op aanwezige natuurwaarden zullen veroorzaakt worden en gaat akkoord met de inhoud van de screeningsnota. Hoogachtend Gert Van Hoydonck Adjunct-directeur Adviezen, Vergunningen, Erkenningen en Subsidies Regio Oost- en West-Vlaanderen 1 Het Agentschap voor Natuur en Bos spreekt zich enkel uit over de uitwerking van de discipline fauna en flora en dus niet over de wenselijkheid van het plan/project voor natuur.

8

9

10

11