Behoeften aan Educatief Partnerschap op vier ASKO Scholen
|
|
- Roel Daniël van de Veen
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Behoeften aan Educatief Partnerschap op vier ASKO Scholen Onderzoek naar de Specifieke Behoeften van Ouders/Verzorgers en Leerkrachten aan Educatief Partnerschap Anne Verboon ( ) ULP 17 - Bachelor scriptie Francine Jellesma Aantal woorden: 8379
2 Inhoudsopgave Abstract 3 Inleiding 3 Relevante Onderzoeken 5 Ecologisch Model van Bronfenbrenner 6 Partnerschap 7 Definitie Educatief Partnerschap 12 Methode 13 Deelnemers 13 Instrumenten 14 Procedure 15 Resultaten 16 Gevonden Verschillen en Overeenkomsten tussen de Scholen 16 Gevonden Expertise in de Scholen 21 Advies Scholen 22 Discussie 22 Hypothesen 23 Beperkingen van het Onderzoek 24 Alternatieve Verklaringen voor de Resultaten 25 Praktische Toepasbaarheid van de Resultaten 25 Suggesties voor Vervolgonderzoek 26 Literatuurlijst 27 Bijlagen 29 Bijlage 1: Vragenlijst Ouders/Verzorgers Bijlage 2: Vragenlijst Leerkrachten Bijlage 3: Resultaten Didactisch Partnerschap Bijlage 4: Resultaten Pedagogisch Partnerschap Bijlage 5: Resultaten Organisatorisch Partnerschap Bijlage 6: Advies School A Bijlage 7: Advies School B Bijlage 8: Advies School C Bijlage 9: Advies School D! 2
3 Abstract In dit onderzoek werd er op vier ASKO scholen onderzocht wat de specifieke behoeften van ouders/verzorgers en leerkrachten waren naar educatief partnerschap. Educatief partnerschap is de samenwerking tussen thuis en school op pedagogisch, didactisch en organisatorisch gebied om het presteren en welbevinden van het kind zo optimaal mogelijk te krijgen. Op basis van de theorie in de inleiding zijn er twee vragenlijsten samengesteld: één voor leerkrachten en één voor ouders/verzorgers. 48 leerkrachten en 252 ouders/verzorgers hebben de vragenlijst ingevuld. Er is een aantal aspecten van educatief partnerschap waar alle leerkrachten en ouders/verzorgers behoefte aan hebben; bij een aantal aspecten verschilt het in hoeverre leerkrachten en ouders/verzorgers er behoefte aan hebben. Inleiding Veel scholen vinden het lastig om een goede manier te vinden om de relatie tussen ouders/verzorgers en school vorm te geven. Dit komt onder andere doordat ouders/verzorgers en leerkrachten verschillend aankijken tegen de manier waarop ouders/verzorgers betrokken horen te worden op school (Lawson, 2003). Zo gaven leerkrachten in het onderzoek van Lawson (2003) aan dat het van belang is dat ouders/verzorgers worden betrokken bij het leerproces van hun kind op school en thuis; de ouders/verzorgers gaven daarentegen aan dat het van belang is dat ze worden betrokken bij het leerproces in de buurt en pas moeten worden betrokken bij het leerproces op school als er iets ergs met hun kind aan de hand is. Daarnaast blijkt dat spanningen ontstaan tussen leerkrachten, scholen en ouders/verzorgers als ouders/verzorgers andere meningen hebben over hoe ze hun kind(eren) kunnen steunen bij het leren (Driessen, Smit & Sleegers, 2005). De verschillende uitgangspunten van ouders/verzorgers en leerkrachten moeten geen probleem worden. Er bestaan verschillende vormen om de relatie tussen ouders/verzorgers, school en kind weer te geven, zoals ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid. Een steeds meer voorkomende vorm om de relatie tussen ouders/verzorgers, school en kind weer te geven is educatief partnerschap. Er bestaan verschillende definities van educatief partnerschap. Volgens Oostdam en Hooge (2013) vallen pedagogisch en didactisch partnerschap onder educatief partnerschap. Onder pedagogisch partnerschap wordt de samenwerking tussen ouders/verzorgers en school verstaan om! 3
4 te voorkomen dat school en thuis twee verschillende werelden worden. Dit kan bijvoorbeeld door de normen en waarden van thuis en school op elkaar af te stemmen, waardoor leerlingen zich prettiger voelen op school. Didactisch partnerschap is gericht op het beter functioneren van het onderwijs door ouders/verzorgers goed te informeren over en in te schakelen bij het leerproces van hun kind. Uit andere literatuur (Epstein en Salinas, 2004) blijkt dat educatief partnerschap bereikt kan worden door zes typen van betrokkenheid toe te passen. De meeste van deze typen vallen onder pedagogisch en didactisch partnerschap; een ander deel van deze typen valt hier echter niet onder. Deze andere typen kunnen worden omvat door de term organisatorisch partnerschap. Het gaat hierbij om aspecten die te maken hebben met de organisatie tussen de school, ouders/verzorgers en de buurt. De verschillende definities van educatief partnerschap uit de literatuur kunnen dus gecombineerd worden. Bij educatief partnerschap is er sprake van een gedeeld doel, namelijk: het optimaliseren van de schoolprestaties van de kinderen (Reschly & Christenson, 2012). In dit onderzoek zal de breedste definitie van het begrip educatief partnerschap worden gebruikt, zodat er geen aspecten van educatief partnerschap over het hoofd zullen worden gezien. In dit onderzoek wordt er onder educatief partnerschap verstaan: de samenwerking tussen thuis en school op pedagogisch, didactisch en organisatorisch gebied om het presteren en welbevinden van het kind zo optimaal mogelijk te krijgen. Uit onderzoek blijkt dat de meeste leerkrachten niet weten hoe goed werkende partnerschap programma s te ontwikkelen zijn (Epstein, 2005). Zo zijn ook vier ASKO scholen (alle scholen zijn gelegen te Amsterdam) op zoek naar een manier om educatief partnerschap vorm te geven in hun school. De vier scholen hebben in een gesprek aangegeven dat ze een visie willen ontwikkelen op educatief partnerschap. Daarvoor moet eerst duidelijk worden wat educatief partnerschap precies inhoudt. Hierna kan onderzocht worden wat er op de scholen volgens ouders/verzorgers en leerkrachten al gedaan wordt aan educatief partnerschap en in hoeverre er behoefte is aan bepaalde aspecten van educatief partnerschap. Vandaar de onderzoeksvraag: Welke specifieke behoeften zijn er aan educatief partnerschap van leerkrachten en ouders/verzorgers op vier ASKO scholen? Bij dit onderzoek zijn er drie hypothesen. Ten eerste wordt er verwacht dat de scholen niet alles aan educatief partnerschap doen, aangezien ze in gesprekken! 4
5 hebben aangegeven dat ze nog niet precies weten wat educatief partnerschap inhoudt. Ten tweede wordt er verwacht dat leerkrachten van de verschillende scholen dezelfde behoeften aan educatief partnerschap zullen hebben en zo ook de ouders/verzorgers van de verschillende scholen. Ten slotte wordt er verwacht dat de leerkrachten en ouders/verzorgers van dezelfde school hetzelfde zullen aangeven waarbij gekeken wordt of een bepaald aspect wel of niet aanwezig is. Hieronder staat beschreven wat er precies onder educatief partnerschap wordt verstaan. Er worden relevante onderzoeken voor dit onderzoek genoemd, het ecologisch model van Bronfenbrenner (1997) wordt uitgelegd, er wordt beschreven wat er vanuit de literatuur over educatief partnerschap bekend is, de zes typen van betrokkenheid van Epstein et al. (2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004) worden in een model geplaatst en er volgt een samenvatting van de definitie. In de methode staan de deelnemers van dit onderzoek beschreven, de instrumenten en de procedure. Bij de resultaten worden de verschillen en overeenkomsten tussen de scholen en de expertises van de scholen weergegeven. In de discussie wordt er onder andere antwoord gegeven op de onderzoeksvraag en wordt de praktische toepasbaarheid van de resultaten aangegeven. Relevante Onderzoeken Uit onderzoek is gebleken dat betrokkenheid van ouders/verzorgers van belang is bij de ontwikkeling hun kind (Hoover-Dempsy et al., 2005) en bij de prestaties van hun kind (Henderson & Mapp, 2002). Betrokkenheid van ouders/verzorgers bij het leren van hun kind kan een positief effect hebben op de schoolprestaties van hun kind. Daarnaast heeft ouderlijke steun een positieve invloed op het psychologisch welbevinden van hun kind (Hoover-Dempsey et al., 2005). Het is dus van belang dat niet alleen de school, maar ook de ouders/verzorgers betrokken zijn bij het leren van hun kind. Er is ook onderzoek gedaan naar de relatie tussen activiteiten om ouders/verzorgers bij het leerproces van hun kind te betrekken en de mate van betrokkenheid. Zo hebben Galindo en Sheldon (2012) onderzoek gedaan op 864 scholen, waarbij er studenten waren betrokken. Uit dit onderzoek is gebleken dat scholen die meer activiteiten organiseren om gezinnen bij het leerproces van hun kind te betrekken, ouders/verzorgers een significant hogere betrokkenheid op school aangeven.! 5
6 Uit onderzoek (Hoover-Dempsey et al. 2005; Galindo & Sheldon, 2012) blijkt dus dat het van belang is dat ouders/verzorgers worden betrokken bij het leerproces van hun kind. Er is echter nog geen onderzoek gedaan naar de behoeften aan educatief partnerschap van ouders/verzorgers en leerkrachten. Vandaar dat dit onderzoek relevant is en wat kan bijdragen aan de bestaande onderzoeken. Ecologisch Model van Bronfenbrenner Bronfenbrenner (1977) heeft een theorie ontwikkeld over de ontwikkeling van de ecologie van de mens. Volgens hem gaat het begrijpen van de ontwikkeling van de mens verder dan het kijken naar één bepaalde setting: het is een systeem van interactie tussen verschillende settingen. Het proces hoe een mens zich ontwikkelt, wordt beïnvloed door relaties binnen en tussen de naaste omgevingen en daarnaast door grotere sociale contexten waarin de settingen zijn ingebed. Bronfenbrenner onderscheidt vier systemen: een microsysteem, mesosysteem, exosysteem en macrosysteem. Deze vier systemen staan schematisch in figuur 1 weergegeven. microsysteem! kind! mesosysteem! school!6!thuis! exosysteem! werk!ouders/ verzorgers! macrosysteem! (sub)cultuur! Figuur 1. Ecologisch model van Bronfenbrenner. Een microsysteem is het complex van relaties tussen de ontwikkelende persoon en omgeving in een naaste setting waar die ontwikkelende persoon deel van uitmaakt (Bronfenbrenner, 1977). Voorbeelden van microsystemen voor een basisschoolleerling zijn: school, thuis, kerk, kamp en leeftijdsgenoten-groep. De elementen van een setting zijn de factoren plaats, tijd, lichamelijke kenmerken en de! 6
7 gevormde rol. De gevormde rol voor bijvoorbeeld een basisschoolleerling op school is leerling en thuis is deze rol zoon of dochter. Voor een basisschoolleerling is dus zowel thuis als school een microsysteem. Een mesosysteem is kortgezegd een systeem van microsystemen. Een mesosysteem bestaat namelijk uit de relaties tussen de belangrijke settingen die de ontwikkelende persoon bevatten en een bepaald punt in zijn of haar leven (Bronfenbrenner 1977). Voor een basisschoolleerling is de relatie tussen de microsystemen school en thuis een mesosysteem. Een exosysteem is een uitbreiding van het mesosysteem die andere sociale structuren bevat die niet van zichzelf de ontwikkelende persoon bevatten, maar de naaste settingen waarin die ontwikkelende persoon wordt beïnvloed omvat (Bronfenbrenner, 1977). Een voorbeeld van een exosysteem voor een basisschoolleerling is de relatie tussen zijn/haar ouder en het werk van de ouder/verzorger. De leerling maakt niet direct deel uit van het werk van de ouder/verzorger, maar hoe het gaat op het werk van de ouder/verzorger, kan de ouder/verzorger beïnvloeden en daarmee de leerling. Zo kan een basisschoolleerling door verschillende exosystemen beïnvloed worden. Een macrosysteem bevat de overkoepelende patronen van de cultuur of subcultuur waarin micro-, meso- en exosystemen de concrete waarnemingen zijn (Bronfenbrenner, 1977). Voorbeelden hiervan zijn de economie en politieke systemen. Een basisschoolleerling wordt onder andere beïnvloed door de cultuur of subcultuur waarin hij of zij opgroeit. In een ecologisch model staat dus een persoon centraal en worden er allerlei interacties en relaties beschreven tussen de micro-, meso-, exo- en macrosystemen. Voor alle basisschoolleerlingen zijn de microsystemen thuis en school van belang en de relatie tussen deze microsystemen, ook wel het mesosysteem tussen thuis en school genoemd. Hoe school en thuis in die relatie staan, kan beïnvloed worden door verschillende exo- en macroosystemen. In het vervolg van dit onderzoek zal er verwezen worden naar deze systemen en deze theorie van Bronfenbrenner. Partnerschap Educatief partnerschap is niet iets van de laatste tijd, maar is al tientallen jaren een relevant onderwerp. Zo beschreef Seeley (reeds in 1984) dat er een betere relatie tussen de leerlingen en school zou kunnen ontstaan door middel van een verandering! 7
8 in de houding ten opzichte van onderwijs, waarbij in plaats van de hele verantwoordelijkheid van het onderwijzen van de kinderen te delegeren aan de overheid, er een gedeelde verantwoordelijkheid zou moeten komen waarbij er sprake is van samenwerking tussen thuis, school en de buurt. De verschillende microsystemen van het kind moeten dus gaan samenwerken (Bronfenbrenner, 1977). Zo zouden er mesosystemen ontstaan tussen thuis, school en de buurt. Volgens McDonald (1986) waren scholen een soort geïsoleerd deel geworden en zouden de scholen terug moeten komen in de buurt en de buurt zou meer betrokken moeten worden in de scholen. Harry (1992) heeft onderzoek gedaan naar de betrokkenheid van ouders/verzorgers van etnische minderheden. Hij kwam tot de conclusie dat wederzijds begrijpen leidt tot potentie voor de school om zich aan te passen en de behoeften van de families tegemoet te komen. Volgens Bines en Loxley (1995) werd partnerschap met ouders/verzorgers steeds ruimer geaccepteerd. Volgens Cairney (2000) was de meest positieve educatie ontwikkeling van het decennium de toenemende interesse in de relatie tussen thuis en school. De afgelopen tientallen jaren zijn onderzoekers dus bezig geweest met het vormgeven van een partnerschap tussen leerkrachten en ouders/verzorgers. Tegenwoordig houden wetenschappers zich nog steeds bezig met educatief partnerschap en de definitie daarvan. Zoals in de inleiding is aangegeven, bestaan er verschillende definities van educatief partnerschap. Volgens Kranenburg (2009, aangehaald in Oostdam & Hooge, 2013) valt educatief partnerschap onder een breder begrip, namelijk actief ouderschap. Er zijn nog twee andere soorten partnerschappen die onder actief ouderschap vallen: maatschappelijk en formeel partnerschap. Deze drie verschillende manieren van partnerschap kunnen allemaal leiden tot partnerschap tussen ouders/verzorgers en school. Actief ouderschap houdt de verschillende manieren waarop ouders/verzorgers betrokken kunnen zijn bij de school in. Het gaat hierbij dus om het mesosysteem tussen thuis en school (Bronfenbrenner, 1977). In figuur 2 worden de onderdelen van actief ouderschap van Oostdam en Hooge (2013) schematisch weergegeven.! 8
9 Actief ouderschap Maatschappelijk partnerschap Educatief partnerschap Formeel partnerschap Didactisch partnerschap Pedagogisch partnerschap Figuur 2. Actief ouderschap volgens Oostdam en Hooge (2013). In de inleiding staat beschreven dat Oostdam en Hooge (2013) onder educatief partnerschap verstaan dat school en ouders/verzorgers samen optrekken bij pedagogische en didactische vraagstukken. Onder pedagogisch partnerschap wordt de samenwerking tussen school en ouders/verzorgers verstaan om te voorkomen dat school en thuis twee verschillende werelden worden. Een voorbeeld hiervan is dat ouders/verzorgers graag meepraten over opvoedkundige zaken die op school gebeuren, zoals het bijbrengen van bepaalde normen en waarden en de veiligheid van leerlingen. Didactisch partnerschap is gericht op het beter functioneren van het onderwijs door ouders/verzorgers goed te informeren over en in te schakelen bij het leerproces van hun kind. Op sommige scholen wordt dit vormgegeven door leesouders/-verzorgers in te zetten. Daarnaast spelen ouders/verzorgers een belangrijke rol om thuis schoolse vaardigheden aan de leerlingen bij te brengen (Oostdam & Hooge, 2013). Onder maatschappelijk partnerschap wordt de samenwerking tussen de school en ouders/verzorgers verstaan voor buitenschoolse activiteiten in de buurt (Oostdam & Hooge, 2013). De school kan bijvoorbeeld contact hebben met de plaatselijk sporten muziekschool die cursussen aanbieden. De school kan ook contact hebben met de gemeente, bibliotheek en culturele instellingen. Deze kunnen cursussen aanbieden die in het schoolgebouw zelf plaatsvinden. Dit staat ook wel bekend als de brede school. Bij maatschappelijk partnerschap is er sprake van een mesosysteem tussen de buurt, de school en de ouders/verzorgers (Bronfenbrenner, 1977).! 9
10 Ten slotte kan formeel partnerschap leiden tot partnerschap tussen ouders/verzorgers en school. Onder formeel partnerschap wordt de inzet van ouders/verzorgers bij allerlei activiteiten in de school verstaan. Een aantal voorbeelden hiervan is het begeleiden van groepjes bij excursies en andere activiteiten, deelname in de ouderraad of in de medezeggenschapsraad. De ouders/verzorgers bieden zich bij formeel partnerschap als vrijwilliger aan (Oostdam & Hooge, 2013). Zowel maatschappelijk, educatief als formeel partnerschap kan dus leiden tot partnerschap tussen ouders/verzorgers en school. Zoals er in de inleiding stond beschreven, denken Epstein en Salinas (2004) anders over de definitie van educatief partnerschap. Volgens hen kan educatief partnerschap bereikt worden door de zes typen van betrokkenheid toe te passen op school. Deze zes typen van betrokkenheid zijn: ouderschap, communiceren, vrijwilliger zijn, thuis leren, beslissingen maken en samenwerken met de buurt (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004). Een aantal van deze typen van betrokkenheid valt onder pedagogisch en/of didactisch partnerschap. Een aantal van de typen van betrokkenheid valt hier niet onder en kan worden omvat door de term organisatorisch partnerschap. Hieronder volgt er in figuur 3 een model waarin de zes typen van betrokkenheid staan ingedeeld bij pedagogisch, didactisch en/of organisatorisch partnerschap.! 10
11 Pedagogisch! Partnerschap! Didactisch! Partnerschap! Ouderschap (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij gaat om het afstemmen van de normen en waarden thuis en op school. Voorbeelden: het uitvoeren van workshops over ouderschap, het uitvoeren van huisbezoeken (Garcia, 2004) Communiceren (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij gaat om contact tussen de school en ouders/ verzorgers over de sociaal-emotionele vooruitgang van de leerling. Voorbeelden: communicatie tussen school en ouders/verzorgers over hoe het met de leerling sociaal-emotioneel gaat door middel van een brief of notitieboekje, ontmoeting in de buurt, het ophalen van het schoolrapport, voorstelling/sport evenementen en positieve berichten die naar huis worden gestuurd (Garcia, 2004). Beslissingen maken (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij er om gaat dat ouders/verzorgers betrokken worden bij de beslissingen die in de school worden gemaakt. Volgens Stevens (1997, aangehaald in Oostdam & Hooge, 2013) zijn er drie psychologische basisbehoeften die een centrale rol hebben bij de interactie tussen ouders/verzorgers en school: behoefte aan relaties, behoefte aan competenties en behoefte aan autonomie. Bij dit type van Epstein et al. komt duidelijk de behoefte aan autonomie naar voren. Voorbeelden: actief op zoek naar PTA (parent-teacher associations) inschrijving, actief ouders werven voor EESAC (= 'Education Excellence School Advisory Commitee') lidmaatschap en beweegredenen voor beslissingen maken van ouders voorzien (Garcia, 2004). Ouderschap (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij gaat om hoe ouders/verzorgers hun kind(eren) kunnen helpen met het schoolwerk. Voorbeeld: het uitvoeren van workshops over geletterdheid (Garcia, 2004) Communiceren (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij gaat om contact tussen school en ouders/ verzorgers over de didactische vooruitgang van de leerling. Voorbeelden: communicatie tussen school en ouders/verzorgers over hoe het met de leerling didactisch gaat door middel van een brief of notitieboekje, ontmoeting in de buurt, het ophalen van het schoolrapport, voorstelling/sport evenementen en positieve berichten die naar huis worden gestuurd (Garcia, 2004). Thuis leren (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij van belang is dat ouders/verzorgers betrokken raken bij het leren van hun kind. Het is van belang dat de leerkracht huiswerk meegeeft wat de leerlingen kunnen delen met hun ouders/ verzorgers en waar ze samen over kunnen discussiëren. Voorbeelden: het sturen van informatie over het huiswerkbeleid naar huis, het sturen van thuiskalenders met activiteiten die thuis moeten gebeuren en het verstrekken van strategieën voor het promoten van geletterdheid thuis, bijvoorbeeld vakantiepakketten (Garcia, 2004). Organisatorisch Partnerschap Vrijwilliger zijn (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij er om gaat dat ouders/verzogers vrijwilliger zijn op de school. Voorbeelden: promoten van vrijwilligers door te bellen, flyers naar huis te sturen en het beoordelen van behoeften (Garcia, 2004). Samenwerken met de buurt (Epstein et al., 2002, aangehaald in Epstein & Salinas, 2004), omdat het hierbij er om gaat dat gezinnen, leerlingen en de school gebruik kunnen maken van de services die de buurt aanbiedt. Het gaat dus om een samenwerking tussen de school en de ouders/verzorgers met de omgeving/buitenschoolse activiteiten in de buurt. Voorbeelden: het coödineren van gastsprekers van de buurt, het coördineren van velduitstapjes in de buurt en de werving van buurtorganen als partners (Garcia, 2004). Figuur 3. Model waarin de zes typen van betrokkenheid verwerkt.! 11
12 Definitie Educatief Partnerschap Opnieuw, om verwarring te voorkomen, moet worden opgemerkt dat er vanuit de literatuur er dus verschillende opvattingen bestaan over wat er allemaal onder educatief partnerschap verstaan moet worden. Volgens Oostdam en Hooge (2013) vallen pedagogisch partnerschap en didactisch partnerschap onder educatief partnerschap; volgens Epstein en Salinas (2004) vallen er niet alleen pedagogische en didactische partnerschappen onder educatief partnerschap, maar nog een aantal overige aspecten. Deze overige aspecten zijn de samenwerking met de buurt en het vrijwilliger zijn van ouders/verzorgers. Deze aspecten kunnen worden gezien als organisatorisch partnerschap, aangezien het hierbij gaat om de organisatie tussen thuis en de school. Aangezien in dit onderzoek educatief partnerschap in de breedste zin van het woord wordt gebruikt, wordt er onder educatief partnerschap verstaan: de samenwerking tussen thuis en school op pedagogisch, didactisch en organisatorisch gebied om het presteren en welbevinden van het kind zo optimaal mogelijk te krijgen. In het model van Bronfenbrenner (1977) valt educatief partnerschap in het mesosyteem van de samenwerking tussen thuis en school op zowel pedagogisch, didactisch en organisatorisch gebied, wat invloed heeft op het microsysteem van het kind. In figuur 4 staat een overzicht van de verschillende aspecten van educatief partnerschap en een aantal concrete aspecten die hieronder vallen. Pedagogisch Didactisch Organisatorisch workshops over ouderschap huisbezoeken beslissingen maken over pesten workshops over geletterdheid contact via telefoon, ontmoetingen, etc. over de leerprestaties informatie over het huiswerkbeleid vrijwilliger zijn bij excursie, in de klas, etc. samenwerken met de buurt Figuur 4. Aspecten van educatief partnerschap.! 12
13 Methode Deelnemers Vier ASKO scholen te Amsterdam deden mee aan dit onderzoek. De vragenlijsten zijn door 48 leerkrachten en 252 ouders/verzorgers ingevuld. In tabel 1 staat een overzicht per school hoeveel leerkrachten de vragenlijst hebben ingevuld (ook hoeveel mannen en hoeveel vrouwen) en de gemiddelde leeftijd, de afkomst en het gemiddelde aantal jaar werkervaring op de school van de leerkrachten. In tabel 2 staat een overzicht per school hoeveel ouders/verzorgers de vragenlijst hebben ingevuld (ook hoeveel mannen en hoeveel vrouwen) en de gemiddelde leeftijd en de afkomst van de ouders/verzorgers. De leerkrachten van school A komen uit groep 1, 2 en 4. De leerkrachten in school B komen uit groep 1, 2, 3, 6 en 7. De leerkrachten van school C en D komen uit alle groepen. Van alle scholen hebben ouders/verzorgers de vragenlijst ingevuld die kinderen hebben in alle groepen. Tabel 1 Aantal Leerkrachten, Gemiddelde Leeftijd, Afkomst en Gemiddeld Aantal Jaar Werkervaring op de School per School Weergegeven School A School B School C School D Totaal aantal respondenten Aantal mannen Aantal vrouwen Gemiddelde leeftijd Afkomst Nederlands Gemiddeld aantal jaar werkervaring op de school Tabel 2 Aantal Ouders/Verzorgers, Gemiddelde Leeftijd en Afkomst per School Weergegeven School A School B School C School D Totaal aantal respondenten Aantal mannen Aantal vrouwen ! 13
14 Gemiddelde leeftijd Afkomst Nederlands Marokkaans Turks Surinaams Anders Instrumenten Er is een vragenlijst voor de ouders/verzorgers van de kinderen (zie bijlage 1) en voor de leerkrachten (zie bijlage 2). Voordat de vragenlijst werd samengesteld, is met elke directeur van de school een interview afgenomen. Het doel van de interviews was achterhalen wat er op dit moment aan educatief partnerschap wordt gedaan op de scholen. Op basis van de interviews met de directeuren en op basis van informatie uit de literatuur, zijn de vragenlijsten samengesteld. Door zo veel mogelijk punten mee te nemen wat onder educatief partnerschap valt, neemt de validiteit van de instrumenten toe. De instrumenten beslaan een groot deel van wat onder educatief partnerschap valt. De vragenlijsten bevatten voor ouders/verzorgers en leerkrachten dezelfde onderdelen, maar de vragen worden iets anders gesteld, bijvoorbeeld: in de vragenlijst voor ouders/verzorgers wordt er gesproken over mijn kind en in de vragenlijst voor de leerkrachten staat er de kinderen. Bij 23 onderdelen wordt er eerst gevraagd of het aanwezig is, bijvoorbeeld: wordt er een ouderavond georganiseerd over hoe ouders/verzorgers hun kinderen kunnen ondersteunen bij het maken van huiswerk? De deelnemers kunnen kiezen tussen de antwoordmogelijkheden ja, nee of ik heb geen idee. Afhankelijk van het antwoord, komt er een vervolgvraag. Na het antwoord ja volgen er stellingen en moet de deelnemer aangeven in hoeverre dat van toepassing is. Bij zeven aspecten wordt er eerst gekeken of er sprake was van didactische of pedagogische invulling (als dit niet uit de eerste vraag bleek). Vervolgens wordt er gekeken in hoeverre er sprake was van een dialoog. Deze stelling geeft aan of er sprake is van educatief partnerschap. Bij educatief partnerschap is er immers sprake van een dialoog tussen ouders/verzorgers en school. Ten slotte wordt er gekeken in hoeverre ouders/verzorgers en leerkrachten het! 14
15 belangrijk vinden dat er bijvoorbeeld een ouderavond over hoe ouders/verzorgers kunnen ondersteunen bij het maken van huiswerk wordt georganiseerd. Met dit laatste item kan er antwoord gegeven worden op de onderzoeksvraag. Als een proefpersoon nee of ik heb geen idee heeft ingevuld, volgt ook het vervolgitem waarbij de proefpersoon moet aangeven in hoeverre diegene het belangrijk vindt dat er bijvoorbeeld een ouderavond wordt georganiseerd over rekenen. Bij de items waarbij de proefpersoon moet aangeven in hoeverre hij/zij het ermee eens is, wordt er gebruik gemaakt van de Likert-schaal. Dit is een vijfpuntschaal, met de opties helemaal mee eens, mee eens, neutraal; eens noch oneens, oneens en helemaal mee oneens. Bij 21 items zijn er twee opties aan toegevoegd. Dit is bij een item waarbij er in de stelling staat dat iets voldoende gebeurt. Er wordt bij oneens en helemaal mee oneens een scheiding aangebracht in de zin van oneens, er is te veel sprake van, helemaal mee oneens, er is veel te veel sprake van, oneens er is te weinig sprake van en helemaal mee oneens, er is veel te weinig sprake van. Procedure Zoals eerder genoemd werden eerst de directeuren van de scholen geïnterviewd. Vanuit deze interviews waren er twee vragenlijsten ontwikkeld: één voor de leerkrachten en één voor de ouders/verzorgers. Alle ouders/verzorgers en alle leerkrachten van de vier scholen waren benaderd om de vragenlijst in te vullen. De ouders/verzorgers en leerkrachten vulden dit via internet in. De plaatsen waar de vragenlijsten werden ingevuld zijn dus verschillend. Van te voren werden de ouders/verzorgers en leerkrachten geïnformeerd door aan te geven waar het onderzoek voor zal worden gebruikt en wat voor vragen er werden gesteld (zie ook aan het begin van bijlage 1 en bijlage 2). Hierin werd ook aangegeven hoelang de vragenlijst zal duren, namelijk ongeveer twintig minuten. Er werd een aantal herinneringen gestuurd om de vragenlijsten in te vullen en de deadline om de vragenlijst te sluiten werd een aantal keer verplaatst. Uiteindelijk werden de vragenlijsten gesloten. De resultaten van deze vragenlijsten staan hieronder beschreven.! 15
16 Resultaten De resultaten zijn weergegeven in zes tabellen. In bijlage 3 zijn de twee tabellen te vinden die betrekking hebben op didactisch partnerschap; in bijlage 4 op pedagogisch partnerschap; in bijlage 5 op organisatorisch partnerschap. 1 Bij een aantal aspecten is het onduidelijk of het nu wel of niet aanwezig is. Als 75% of meer van de deelnemers heeft aangegeven dat een bepaald aspect aanwezig is (bijvoorbeeld een ouderavond aan het begin van het jaar), is er in de tabel gezet dat dit aanwezig is. Als 10% of minder van de deelnemers heeft aangegeven dat een bepaald aspect aanwezig is, is er in de tabel gezet dat dit niet aanwezig is. Als tussen 10 en 75% van de deelnemers heeft aangegeven dat een bepaald aspect aanwezig is, is dit in de tabel aangegeven als dat het onduidelijk is of dit aanwezig is. Het zou kunnen dat in werkelijkheid een aspect aanwezig is, maar dat dit bij de deelnemers niet bekend is. In de tabellen staan ook gemiddelden. De deelnemers moesten bij stellingen aangeven in hoeverre ze het met de stelling eens waren op een vijf-puntenschaal van helemaal niet mee eens tot helemaal mee eens waren. Helemaal niet mee eens wordt gescoord als 1, oneens als 2, neutraal als 3, mee eens als 4 en helemaal mee eens als 5. Per stelling zijn de gemiddelden berekend en staan in de tabellen weergegeven. Hieronder staat, op basis van de resultaten in de bijlagen 3, 4 en 5, wat de gevonden overeenkomsten en verschillen zijn tussen de scholen. Vervolgens worden de verschillende expertises van de scholen benoemd. Op basis van de onderstaande resultaten is er een advies per school geschreven. Deze adviezen per school zijn te vinden in bijlage 6, 7, 8 en 9. Gevonden Verschillen en Overeenkomsten tussen de Scholen Op het gebied van didactisch partnerschap is er een aantal verschillen en overeenkomsten tussen de scholen gevonden. Er is een aantal aspecten die nu aanwezig zijn en waar behoefte tot veel behoefte aan is. Deze aspecten zijn een ouderavond aan het begin van het jaar (er is sprake van een dialoog; de deelnemers zijn het er niet helemaal mee eens dat er voldoende aandacht wordt besteed aan hoe je kinderen kunt helpen en begeleiden bij opdrachten/huiswerk); leerprestaties van het kind bespreken tijdens het 10-minutengesprek (hierbij is sprake van een dialoog); ouders/verzorgers die helpen met (voor)lezen in de klas (bij school A is het!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!! 1 De volledige resultaten zijn op aanvraag bij de auteur te verkrijgen.! 16
17 onduidelijk of dit gebeurt; ouders/verzorgers en leerkrachten denken dat ouders/verzorgers de kinderen wat kunnen leren); kennismakingsgesprek (de deelnemers vinden dat er nu niet helemaal voldoende wordt ingegaan op hoe je het kind het beste kunt helpen en begeleiden bij het leren); afspraak maken met de directeur (de meningen zijn verdeeld in hoeverre de directeur met ouders/verzorgers kan ingaan op hoe je het beste een kind kunt begeleiden bij het leren). De meeste leerkrachten zouden ouders/verzorgers willen informeren en de meeste ouders/verzorgers zouden geïnformeerd willen worden via 10-minutengesprekken en korte gesprekken voor en/of na schooltijd met de leerkracht. In de meeste gevallen gebeurt dat nu. Er is een aantal aspecten die nu niet aanwezig zijn, maar waar behoefte en in mindere mate behoefte aan is (op uitzondering van de leerkrachten van school B, zij hebben hier geen behoefte aan). Deze aspecten zijn een ouderavond over het helpen en begeleiden van opdrachten/huiswerk en een ouderavond over rekenen. Deelnemers hebben een kleine behoefte (met uitzondering van de leerkrachten van school B, zij hebben hier geen behoefte aan) aan meer ouderavonden over hoe je het kind het beste kunt begeleiden. Het is onduidelijk of er huiswerk wordt meegegeven waarbij ouders/verzorgers moeten samenwerken met het kind, terwijl hier behoefte en in mindere mate behoefte aan is. Deelnemers hebben behoefte en in mindere mate behoefte aan een medezeggenschapsraad die invloed heeft op hoe kinderen leren binnen de school (nu heeft de medezeggenschapsraad niet helemaal voldoende invloed). De deelnemers vinden dat de ouderraad niet genoeg tot neutraal voldoende invloed hebben op hoe kinderen leren binnen de school. Hier is ook geen behoefte aan (met uitzondering van de leerkrachten van school D). Tussen de meeste scholen zijn er dus overeenkomsten op het gebied van bepaalde ouderavonden over didactische onderwerpen, 10-minutengesprekken, manieren van communiceren, ouders/verzorgers die helpen met (voor)lezen in de klas, kennismakingsgesprekken, afspraak maken met de directeur, huiswerk, medezeggenschapsraad en ouderraad. Naast de overeenkomsten tussen de meeste scholen, is er ook een aantal verschillen op het gebied van didactisch partnerschap tussen de scholen. Er is een aantal aspecten waarbij het verschilt per school of tussen leerkrachten en ouders/verzorgers of het nu wordt georganiseerd/aanwezig is, maar waar behoefte en in mindere mate behoefte aan is. Deze aspecten zijn een ouderavond over Nederlands (alleen volgens de leerkrachten van school D aanwezig; leerkrachten van school B hebben hier echter geen behoefte aan); ouderavond waarbij ouders/verzorgers kunnen! 17
18 kijken naar dingen die hun kind(eren) hebben gemaakt (wordt op school C en volgens leerkrachten op school A en D georganiseerd). Er is een aantal aspecten waarbij het verschilt in hoeverre leerkrachten en ouders/verzorgers ergens behoefte aan hebben. Alleen de ouders/verzorgers van school C kunnen de toetsresultaten op internet bekijken. Leerkrachten van de andere scholen hebben hier geen behoefte aan; ouders/verzorgers van de andere scholen hebben hier een kleine behoefte aan. Volgens alle leerkrachten worden ouders/verzorgers uitgenodigd om wat te komen vertellen in de klas; bij de ouders/verzorgers is dit onduidelijk. Leerkrachten hebben hier behoefte tot veel behoefte aan; ouders/verzorgers hebben hier behoefte en in mindere mate behoefte aan. Er is dus een aantal verschillen tussen de meeste scholen op het gebied van bepaalde ouderavonden over didactische onderwerpen, toetsresultaten op internet kunnen bekijken en ouders/verzorgers uitnodigen om wat te komen vertellen in de klas. Op het gebied van pedagogisch partnerschap is er een aantal verschillen en overeenkomsten tussen de scholen gevonden. Er is een aantal aspecten die nu aanwezig zijn en waar behoefte aan is op alle scholen. Deze aspecten zijn een ouderavond aan het begin van het jaar (er is sprake van een dialoog; de deelnemers, zeker van school A, zijn het er niet helemaal mee eens dat er voldoende aandacht wordt besteed aan normen en waarden op school); hoe het met het kind in de klas en hoe het kind thuis is bespreken in het 10-minutengesprek (beide worden nu een beetje tot zeer voldoende besproken); kennismakingsgesprek (deelnemers vinden dat er een beetje voldoende ingegaan wordt op normen en waarden, hoe het kind thuis is en bijzondere situaties in het gezin); een afspraak maken met de directeur (volgens de deelnemers kan de directeur in dit gesprek goed ingaan op welke normen en waarden er binnen de school zijn). De meeste leerkrachten zouden graag ouders/verzorgers informeren en de meeste ouders/verzorgers zouden graag willen worden geïnformeerd over dingen die te maken hebben met hoe het kind gaat op school via 10- minutengesprekken en korte gesprekken voor en/of na schooltijd met de leerkracht. In de meeste gevallen gebeurt dat nu. Er is een aantal aspecten waarbij het onduidelijk is of het nu aanwezig is en waar behoefte en in mindere mate behoefte aan is. Deze aspecten zijn een ouderavond over normen en waarden in de klas; de aanwezigheid van een schoolmaatschappelijk werker (voor ouders/verzorgers van school A, B en D is het onduidelijk of er een schoolmaatschappelijk werker aanwezig is; de rest van de deelnemers geven aan dat er wel een schoolmaatschappelijk werker aanwezig is). Er! 18
19 is behoefte en in mindere mate behoefte aan een ouderraad en medezeggenschapsraad die invloed hebben op hoe er wordt gedacht over hoe je het beste met elkaar om kunt gaan. Nu staan de deelnemers neutraal tegenover de invloed van de ouderraad en een beetje tevreden tegenover de invloed van de medezeggenschapsraad op hoe er wordt gedacht over hoe je het beste met elkaar om kunt gaan. Er is een kleine behoefte aan meer ouderavonden over opvoedingsmogelijkheden. In de dagelijkse gang van zaken vinden ouders/verzorgers en leerkrachten dat ouders/verzorgers voldoende en in mindere mate voldoende worden betrokken bij welke normen en waarden er binnen de school zijn. Tussen de meeste scholen zijn er dus overeenkomsten op het gebied van bepaalde ouderavonden over pedagogische onderwerpen, 10-minutengesprekken, kennismakingsgesprekken, afspraak maken met de directeur, schoolmaatschappelijk werker, ouderraad en medezeggenschapsraad. Naast de overeenkomsten tussen de meeste scholen is er ook een aantal verschillen op het gebied van pedagogisch partnerschap tussen de scholen. Er is een aantal aspecten waarbij het verschilt per school en/of tussen leerkrachten en ouders/verzorgers of het nu wordt georganiseerd/aanwezig is en waar behoefte in mindere mate tot veel behoefte aan is bij alle scholen. Dit is een ouderavond over het gebruik van internet, social media, mobiele telefoons en andere digitale middelen (volgens de leerkrachten op school A en B aanwezig); ouderavond over het creëren van een veilig pedagogisch klimaat (volgens de leerkrachten van school C aanwezig). Tussen de meeste scholen zijn er dus verschillen op het gebied van bepaalde ouderavonden over pedagogische onderwerpen. Op het gebied van organisatorisch partnerschap is er een aantal verschillen en overeenkomsten tussen de scholen gevonden. Er is een aantal aspecten die nu aanwezig zijn en waar behoefte aan is op alle scholen. Deze aspecten zijn de inzet van ouders/verzorgers bij klusjes in de klas; de inzet van ouders/verzorgers als begeleiding bij uitstapjes (leerkrachten en ouders/verzorgers denken dat de ouders/verzorgers de kinderen wat kunnen leren); feest/activiteit voor ouders/verzorgers, leerkrachten en kinderen (onduidelijk of dit ook op school C wordt georganiseerd; sprake van een dialoog). De meeste leerkrachten zouden graag ouders/verzorgers informeren en de meeste ouders/verzorgers zouden graag willen worden geïnformeerd over dingen die te maken hebben met dingen die geregeld moeten worden binnen de school via de mail. Dit gebeurt nu ook via de mail. Bij veel andere manieren, zoals informeren via de schoolgids, informatiebrief, website van de! 19
20 school, ouderavonden en korte gesprekken voor en/of na schooltijd met de leerkracht verschillen per school en per leerkrachten en ouders/verzorgers in hoeverre deelnemers hier behoefte aan hebben en in hoeverre het nu gebeurt. In de dagelijkse gang van zaken vinden leerkrachten en ouders/verzorgers dat ouders/verzorgers voldoende worden betrokken bij dingen die geregeld moeten worden. Er is behoefte aan een ouderraad en in mindere mate behoefte aan een medezeggenschapsraad die invloed hebben op dingen die geregeld moeten worden. Nu hebben de ouderraad en medezeggenschapsraad volgens de deelnemers een beetje voldoende invloed. Tussen de meeste scholen zijn er dus overeenkomsten op het gebied van de inzet van ouders/verzorgers bij klusjes in de klas en als begeleiding bij uitstapjes, ouderraad en medezeggenschapsraad. Naast de overeenkomsten tussen de meeste scholen is er ook een aantal verschillen op het gebied van organisatorisch partnerschap tussen de scholen. Er is een aantal aspecten waarbij het verschilt per school en/of tussen leerkrachten en ouders/verzorgers of het nu aanwezig is en in hoeverre er behoefte aan is. Volgens leerkrachten op school C is er een voorschool aanwezig; voor de rest van de deelnemers is dit onduidelijk of niet aanwezig. Leerkrachten van school A hebben veel behoefte aan een voorschool; de rest van de deelnemers heeft hier in mindere mate behoefte aan. De tussenschool is op alle scholen behalve op school A aanwezig. Op school A is hier ook geen behoefte aan; op de andere scholen wel. Volgens de leerkrachten van school B en school D wordt de tussenschool goed geïnformeerd over de dagelijkse bijzonderheden in de klas; volgens de leerkrachten van school C en de ouders/verzorgers van school B, C en D gebeurt dit niet voldoende. De naschool is volgens de leerkrachten van school A en D en de ouders/verzorgers van school C aanwezig. Het verschilt tussen de deelnemers in hoeverre hier behoefte aan is. Volgens de leerkrachten van school A zijn er organisaties bij de school betrokken. Zij hebben hier ook veel behoefte aan. De rest van de deelnemers heeft hier ook behoefte aan, maar het is onduidelijk of er organisaties bij de school zijn betrokken. Een feest/activiteit voor ouders/verzorgers en leerkrachten wordt nu georganiseerd op school B en D. Op school C is hier geen behoefte aan; op de rest van de scholen een kleine behoefte. Er is dus een aantal verschillen tussen de meeste scholen op het gebied van voorschool, tussenschool, naschool, organisaties die bij de school zijn betrokken en een feest/activiteit voor ouders/verzorgers en leerkrachten.! 20
21 Gevonden Expertise in de Scholen Zoals hierboven beschreven is er een aantal overeenkomsten en een aantal verschillen tussen de scholen op didactisch, pedagogisch en organisatorisch gebied. Bij sommige verschillen is er een school die opvalt, omdat dit ofwel alleen op die school aanwezig is ofwel er sprake is van een dialoog ofwel ouders/verzorgers en/of leerkrachten tevreden zijn. Hieruit kan een aantal expertises van de scholen naar voren komen waar de andere scholen wat van kunnen leren. Hieronder worden de expertises van de scholen weergegeven per didactisch, pedagogisch en organisatorisch partnerschap. Er is een aantal aspecten van didactisch partnerschap waar een school een expert in is. Volgens de leerkrachten van school D is er een ouderavond over Nederlands georganiseerd (op de andere scholen onduidelijk of niet). Hierbij was er in een beetje sprake van een dialoog, daarmee is er een beetje sprake van educatief partnerschap. Bij school C kunnen de ouders/verzorgers de toetsresultaten op internet bekijken (bij de ander scholen niet) en ontstaat er naar aanleiding hiervan een dialoog tussen de leerkracht en ouders/verzorgers. Op didactisch gebied is school D dus expert in een ouderavond over Nederlands en school C in de mogelijkheid voor ouders/verzorgers om de toetsresultaten op internet te kunnen bekijken. Er is een aantal aspecten van pedagogisch partnerschap waar een school een expert in is. Volgens de leerkrachten van school A en B is er een ouderavond georganiseerd over het gebruik van internet, social media, mobiele telefoons en andere digitale middelen. Er was bij beide scholen sprake van een dialoog en daarmee van educatief partnerschap. Bij school C gaven de leerkrachten aan dat er een ouderavond over het creëren van een veilig pedagogisch klimaat is georganiseerd. Hierbij was er sprake van een dialoog. Alleen bij school C was het voor de ouders/verzorgers duidelijk dat er een schoolmaatschappelijk werker aanwezig is. Deze ouders/verzorgers gaven aan dat ze goed advies kunnen vragen op het gebied van opvoeding. Op pedagogisch gebied zijn school A en B dus experts in een ouderavond over het gebruik van internet, social media, mobiele telefoons en andere digitale middelen en school C in een ouderavond over het creëren van een veilig pedagogisch klimaat en een schoolmaatschappelijk werker. Er is een aantal aspecten van organisatorisch partnerschap waar een school een expert in is. Bij school C gaven de leerkrachten aan dat er een voorschool aanwezig is en dat er een redelijk goede samenwerking is tussen de voorschool en de school. Bij! 21
22 school D vonden de leerkrachten en ouders/verzorgers dat de tussenschool redelijk tot goed wordt geïnformeerd over de dagelijkse bijzonderheden in de klas. Volgens de leerkrachten van school A wordt de naschool goed geïnformeerd over de dagelijkse bijzonderheden in de klas en zijn er organisaties bij de school betrokken die goed aansluiten op de school. Bij school B wordt er een feest/activiteit voor ouders/verzorgers en leerkrachten georganiseerd waarbij de leerkrachten en ouders/verzorgers aangeven dat er sprake was van een dialoog en in mindere mate van een dialoog. Op organisatorisch gebied is school C dus expert in de voorschool, school D in de tussenschool, school A in de naschool en in organisaties die bij de school zijn betrokken en school B in een feest/activiteit voor ouders/verzorgers en leerkrachten. Advies Scholen Op basis van de bovenstaande resultaten zijn er adviezen voor de scholen geschreven. Deze adviezen zijn te vinden in bijlage 6, 7, 8 en 9. Als een bepaald aspect nu wordt georganiseerd en er behoefte aan is, wordt er geadviseerd om dit te continueren. Als het onduidelijk is of een bepaald aspect aanwezig is, wordt er geadviseerd om dit duidelijker te communiceren. Als een bepaald aspect afwezig is en hier behoefte aan is, wordt er geadviseerd om te kijken of er mogelijkheden zijn om dit in te voeren. Discussie In dit onderzoek staat er centraal wat de specifieke behoeften aan educatief partnerschap van leerkrachten en ouders/verzorgers op vier ASKO scholen zijn. In de resultaten staat er weergegeven dat er voor alle scholen een aantal aspecten aanwezig is waar tevens behoefte aan is. Deze aspecten zijn een ouderavond aan het begin van het jaar; ouders/verzorgers die helpen met (voor)lezen in de klas; kennismakingsgesprekken; afspraak kunnen maken met de directeur; 10-minutengesprekken; inzet ouders/verzorgers bij klusjes in de klas; inzet ouders/verzorgers als begeleiding bij uitstapjes; feest/activiteit voor ouders/verzorgers, leerkrachten en kinderen. Er is ook een aantal aspecten waar de leerkrachten en ouders/verzorgers behoefte aan hebben, maar deze aspecten zijn niet aanwezig of het is niet duidelijk of deze aspecten aanwezig zijn. Deze aspecten zijn een ouderavond over hoe je het beste kunt helpen! 22
23 en begeleiden bij het maken van huiswerk; ouderavond over rekenen; ouderavonden hoe je kinderen kunt begeleiden bij het leren; huiswerk mee naar huis geven waarbij ouders/verzorgers moeten samenwerken met het kind; ouderavond over normen en waarden; aanwezigheid schoolmaatschappelijk werker. Er is een aantal aspecten waarbij het verschilt per school of dit wel of niet aanwezig is, terwijl er wel behoefte aan is. Deze aspecten zijn een ouderavond over Nederlands; ouderavond waarbij ouders/verzorgers kunnen kijken naar dingen die hun kind heeft gemaakt; ouderavond over het gebruik van internet, social media, mobiele telefoons en andere digitale middelen; ouderavond over het creëren van een veilig pedagogisch klimaat. Er is een aantal aspecten waarbij het per school verschilt of tussen de leerkrachten en ouders/verzorgers verschilt in hoeverre er behoefte naar is. Deze aspecten zijn de toetsresultaten op internet kunnen bekijken; ouders/verzorgers die wat komen vertellen in de klas; voorschool; tussenschool; naschool; feest/activiteit voor alle leerkrachten en ouders/verzorgers. Kortom, de specifieke behoeften van de vier scholen komen grotendeels overeen en op een paar punten verschillen de specifieke behoeften van de leerkrachten en ouders/verzorgers. Hypothesen Van te voren waren er drie hypothesen opgesteld. Er werd verwacht dat de scholen niet alles doen van wat er mogelijk is aan educatief partnerschap, aangezien de scholen aangaven dat ze niet goed wisten wat educatief partnerschap precies inhoudt. De scholen doen nu een aantal dezelfde en een aantal verschillende aspecten van educatief partnerschap. Alle scholen doen niet alle aspecten van educatief partnerschap. De hypothese kan dus bevestigd worden. Ten tweede werd er verwacht dat de leerkrachten van de verschillende scholen dezelfde behoeften aan educatief partnerschap zullen hebben en zo ook de ouders/verzorgers van de verschillende scholen. Voor een groot deel hebben de leerkrachten en de ouders/verzorgers van de verschillende scholen dezelfde behoeften. Er is een aantal aspecten waarbij het verschilt in hoeverre leerkrachten en ouders/verzorgers van de verschillende scholen er behoefte aan hebben. De hypothese kan dus deels bevestigd worden. Ten derde werd er verwacht dat de leerkrachten en ouders/verzorgers van dezelfde school hetzelfde aan zouden geven bij de vragen waarbij gekeken werd of een bepaald aspect wel of niet aanwezig is. Bij een aantal vragen was het bij! 23
24 leerkrachten wel aanwezig en bij de ouders/verzorgers onduidelijk of een bepaald aspect aanwezig was of andersom; of volgens de leerkrachten was het niet aanwezig en volgens de ouders/verzorgers was dit onduidelijk of andersom. Verderop in de tekst worden hier verklaringen voor gegeven. De hypothese moet dus verworpen worden. Beperkingen van het Onderzoek Er is een aantal beperkingen van dit onderzoek. Ten eerste is het opvallend dat er van school A en B weinig leerkrachten de vragenlijst hebben ingevuld, respectievelijk 3 en 6 leerkrachten. Een oorzaak hiervan zou kunnen zijn dat er niet goed gecommuniceerd is naar de leerkrachten dat ze de vragenlijst moesten invullen. Er zijn echter meerdere malen herinneringen gestuurd naar de scholen. Het zou kunnen dat de leerkrachten een vragenlijst over educatief partnerschap niet als prioriteit zien. De vraag is in hoeverre deze leerkrachten bereid zijn zich te verdiepen in educatief partnerschap als ze nu geen vragenlijst hebben ingevuld. De resultaten van de leerkrachten van school A en B zijn misschien niet representatief voor alle leerkrachten van die scholen. Ten tweede zou het kunnen dat niet alle aspecten van educatief partnerschap zijn opgenomen in de vragenlijsten. Er zijn heel veel verschillende manieren om educatief partnerschap vorm te geven. Bij de samenstelling van de vragenlijsten is geprobeerd om zo veel mogelijk aspecten van educatief partnerschap hierin op te nemen. Er zullen nog meer aspecten toegevoegd kunnen worden, zodat de vragenlijst nog completer wordt. Er moet wel rekening mee worden gehouden dat de vragenlijsten dan nog langer worden en dat misschien minder leerkrachten en ouders/verzorgers de vragenlijsten zullen invullen. Om een duidelijk beeld te krijgen van veel aspecten van educatief partnerschap is deze vragenlijst goed te gebruiken. Ten derde zou de vragenlijst wat aangescherpt kunnen worden. Niet alleen door, zoals hierboven genoemd, extra aspecten van educatief partnerschap toe te voegen, maar ook door enkele vragen aan te passen. Bij de mogelijkheid om aan te geven welk ouderpanel aanwezig zou moeten zijn, gaven veel deelnemers aan dat ze nog nooit eerder van een ouderpanel hadden gehoord. Deze vraag dient gespecificeerd te worden of uit de vragenlijst gehaald te worden. Bij de vragen waarbij het gaat om op welke manier er gecommuniceerd wordt, dient de mogelijkheid rapport toegevoegd te worden. Ondanks de bovengenoemde beperkingen van dit onderzoek,! 24
Introductie. Page 1. Beste ouder/verzorger,
Introductie Beste ouder/verzorger, U staat op het punt om een vragenlijst over het educatieve partnerschap tussen u en uw school in te vullen. Met educatief partnerschap wordt de relatie tussen ouders/verzorgers
Nadere informatieIntroductie. Page 1. Beste leraar/lerares,
Introductie Beste leraar/lerares, U staat op het punt om een vragenlijst over het educatieve partnerschap tussen ouders en de school in te vullen. Met educatief partnerschap wordt de relatie tussen ouders/verzorgers
Nadere informatieBijlage A. Dataverzameling & responsdetails uitgebreide versie
Bijlage A Dataverzameling & responsdetails uitgebreide versie Bij de dataverzameling is uitgegaan van de administratieve lijst van de besturen INNOVO en Kindante. Begin mei zijn alle leerkrachten voor
Nadere informatiePlanmatig samenwerken met ouders
Ouderparticipatie Team Planmatig samenwerken met ouders Samen vooruit! Tamara Wally Tamara Wally (MSc.) is werkzaam bij de CED- Groep. Ze werkte mee aan de publicatie Samen vooruit, over planmatig werken
Nadere informatieBouw je ideale school
Bouw je ideale school Over samen vormgeven van ouderbetrokkenheid 17 oktober 2013 Alfred Bakker De ideale school Vroeger was het beter De ideale school De ideale school is een utopie De ideale school Bouwen
Nadere informatieOp de Jules Verne willen we nadenken over hoe we ouderbetrokkenheid beter vorm kunnen geven.
Ouderbetrokkenheid Hfd. 1 Inleiding Ouderbetrokkenheid is in! Tot een paar jaar geleden hadden nog maar weinig mensen van ouderbetrokkenheid gehoord. Tegenwoordig is het een onderwerp dat volop in de schijnwerpers
Nadere informatieOnderzoek naar ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid op SG De Rietlanden
Onderzoek naar ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid op SG De Rietlanden November 2016 1 Voorwoord Enquête onder ouders / verzorgers 1 e klassers in juni 2016 Vlak voor de zomervakantie van 2016 is aan
Nadere informatieProtocol Informatieverstrekking aan gescheiden ouders
Protocol Informatieverstrekking aan gescheiden ouders Geachte ouders/verzorgers, Voor u ligt het protocol informatieverstrekking aan gescheiden ouders. Dit protocol is ontleend aan de wettelijke regelgeving
Nadere informatieOuderbeleidsplan. Sbo de Bonte Vlinder. September 2014
Ouderbeleidsplan Sbo de Bonte Vlinder September 2014 1 Inleiding De meerwaarde van een ouderbeleidsplan Een ouderbeleidsplan vormt de grondslag voor de activiteiten die een school met en voor ouders ontplooit.
Nadere informatie*Daar waar ouders staat geschreven, wordt bedoeld de ouder/ouders en/of de verzorger/verzorgers.
Partnerschap met ouders op basisschool de Hien november 2016 Inleiding In deze tekst wordt beschreven wat de visie van basisschool De Hien is op de samenwerking met ouders van onze school. Wij willen graag
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE ANJELIER BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Anjelier.
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 PANTA RHEI BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool Panta Rhei.
Nadere informatieOuderbetrokkenheid in breder perspectief Presentatie landelijk congres Beter presteren, Amersfoort 13 juni 2012
Ouderbetrokkenheid in breder perspectief Presentatie landelijk congres Beter presteren, Amersfoort 13 juni 2012 Dr. Ron Oostdam Lector Maatwerk in leren en instructie Onderzoeksdirecteur Kenniscentrum
Nadere informatieSAMENVATTING EN AANBEVELINGEN
Educatief partnerschap op de basisschool Ibn-i-Sina Een onderzoek naar de ouderbetrokkenheid van islamitische ouders bij VVE Onderzoeksstage Onderwijspedagogiek Studiejaar 2016-2017 Vrije Universiteit
Nadere informatieAchtergrond informatie Toolkit Ouderbetrokkenheid vakantieschool
Achtergrond informatie Toolkit Ouderbetrokkenheid vakantieschool De vakantieschool is een bijzonder moment, waarbij de sfeer op school anders is dan anders. Er is extra aandacht voor de leerlingen en de
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE WESTBROEK BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Westbroek.
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE LUNETTEN BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Lunetten.
Nadere informatieSBO de Vlinderboom Bemmel. Oudertevredenheidspeiling Speciaal Basisonderwijs 2011. Haarlem, maart 2011
SBO de Vlinderboom Bemmel Oudertevredenheidspeiling Speciaal Basisonderwijs 2011 Haarlem, maart 2011 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl 023
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE VRIJHEIT BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Vrijheit.
Nadere informatieExtra-Nieuwsbrief. 1. Hoe werken we op De Korenbloem aan de kwaliteit van het onderwijs?
Extra-Nieuwsbrief Kbs De Korenbloem Jan van Arkelstraat 7 8101 EN Raalte tel: 0572-362690 email: korenbloem@mijnplein.nl website:www.korenbloemraalte.nl november 2014 Thema: Wat vinden de ouders van De
Nadere informatieEFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009
EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP - eindrapport - dr. Marga de Weerd Amsterdam, november 2009 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam Tel.: +31 (0)20-5315315
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE SLEUTELBLOEM BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De
Nadere informatieRapportage Onderzoek ouderbetrokkenheid in het basisonderwijs
Rapportage Onderzoek ouderbetrokkenheid in het basisonderwijs Utrecht, juni 2019 Postbus 681 3500 AR Utrecht Telefoon: 0302631080 e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl website: www.duo-onderwijsonderzoek.nl
Nadere informatie- Samenvatting - Rapportage Oudertevredenheid Eben-Haëzerschool Emmeloord Juni 2013
- Samenvatting - Rapportage Oudertevredenheid Eben-Haëzerschool Emmeloord Juni 2013 ECM onderzoek Site: www.ecmonderzoek.nl E-mail: Info@ecmonderzoek.nl Telefoon: 0525661697 Inleiding en verantwoording
Nadere informatieVerslag. tevredenheidsonderzoek op mei 2014
Verslag tevredenheidsonderzoek op mei 2014 Mee oneens buiten niet van toepassing / geen mening helemaal Totaal helemaal Tevredenheidsonderzoek op basisschool De Ratel van mei 2014 In de maand mei hebben
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE WILGEROOS BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Wilgeroos.
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE HOEKSTEEN BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Hoeksteen.
Nadere informatie1.1 Resultaten oudertevredenheidsonderzoek
Rapportage resultaten Oudertevredenheidsonderzoek De Plakkenberg, mei juni 2013 1.1 Resultaten oudertevredenheidsonderzoek Allereerst zullen de resultaten per onderwerp kort worden samengevat. Onder deze
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE PLATAAN BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Plataan.
Nadere informatieUitkomsten enquête communicatie
Uitkomsten enquête communicatie Medezeggenschapsraad 8 e Montessori 11 oktober 2016 CONCLUSIES Belangrijkste conclusies 1. De beleving van de ouders verschilt sterk van die van de leerkrachten: leerkrachten
Nadere informatieTendensen bevraging docenten
Tendensen bevraging docenten Docenten werden aan de hand van een vragenlijst bevraagd. Het competentieprofiel omgaan met kansarmoede voor lerarenopleiders (zie kader) vormde hiervoor de basis, maar het
Nadere informatieSpeciaal dagprogramma. Didactisch Partnerschap oftewel Samen werken aan leren
Speciaal dagprogramma Didactisch Partnerschap oftewel Samen werken aan leren School en ouders als educatieve partners Dr. Ron Oostdam Lector Maatwerk Primair Cluster Onderwijs en Opvoeding, Pabo Almere
Nadere informatieKanjertraining: koploper in pedagogisch partnerschap ouders en school
Kanjertraining: koploper in pedagogisch partnerschap ouders en school Het Instituut voor Kanjertrainingen betrekt al jaren ouders bij het pedagogisch klimaat op school. Vandaar ook dat het instituut regelmatig
Nadere informatieOudertevredenheidsonderzoek mei 2013
Basisschool Bocholtz Wijngracht 11 6351 HJ Bocholtz 045 5443614 045 5445952 info.rkbsbocholtz@movare.nl Oudersonderzoek mei 2013 Doelstellingen van het onderzoek De onderzoeksdoelstellingen van het Landelijk
Nadere informatieQuickscan Ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid thuis
Quickscan Ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid thuis Wenst u de participatie en betrokkenheid van ouders binnen uw school, peuterspeelzaal, kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang (of in brede schoolverband)
Nadere informatieOuderbetrokkenheid: interviewschema
Ouderbetrokkenheid: interviewschema Contactinformatie: Prof. dr. Johan van Braak, Lien Ghysens en Ruben Vanderlinde Vakgroep Onderwijskunde Universiteit Gent Inleiding Met dit interview willen we meer
Nadere informatieFranciscusschool Zaltbommel. Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs Scholen met Succes
Franciscusschool Zaltbommel Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs 2011 1 Scholen met Succes Inleiding In dit rapport worden de resultaten beschreven van de Oudertevredenheidspeiling 2011 (OTP2011).
Nadere informatieNicolaas Beetsschool Heemstede. Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, december 2014
Nicolaas Beetsschool Heemstede Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs 2014 Haarlem, december 2014 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel:
Nadere informatieEINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017
EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE ZEEAREND BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Zeearend.
Nadere informatieProtocol bij scheiding van ouders
Protocol bij scheiding van ouders ALGEMEEN Een scheiding van ouders van kinderen op school komt met enige regelmaat voor. Naast het feit dat dit voor de kinderen emotioneel een zware belasting is, kunnen
Nadere informatieKinderopvang in eigen beheer. Resultaten marktonderzoek
Kinderopvang in eigen beheer Resultaten marktonderzoek Opgesteld door K. Soldaat Kenmerk Resultaten marktonderzoek Datum 26 juli 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Resultaten algemeen 4 3 Het makelaarsmodel
Nadere informatieRapportage resultaten enquête project derdengelden
Rapportage resultaten enquête project derdengelden Inleiding De verplichting om een stichting derdengelden ter beschikking te hebben is sinds de introductie in 1998 een terugkerend onderwerp van discussie
Nadere informatieSchoolrapportage Oudertevredenheid. Basisschool 'Regenboog' Saks Alkmaar 7.5. Datum: 21 juni Rapportage periode: Schooljaar
Schoolrapportage Oudertevredenheid Basisschool 'Regenboog' Saks Alkmaar Datum: 21 juni 2012 Rapportage periode: Schooljaar 2011-2012 Colofon Damzigt 16d 3454 PS De Meern Eindredactie: Johan Gelauf 2009-2012
Nadere informatieVerder met Zien! Op weg naar een sociaal pedagogisch veilige school
Verder met Zien! Op weg naar een sociaal pedagogisch veilige school Zien! en de fasen van het schoolontwikkelingsmodel Zien! werkt systematisch en transparant, wanneer alle fasen van handelingsgericht
Nadere informatieEen geslaagde activiteit
Een geslaagde activiteit Toelichting: Een geslaagde activiteit Voor Quest 4 heb ik een handleiding gemaakt met daarbij de bijpassend schema. Om het voor de leerkrachten overzichtelijk te maken heb ik gebruik
Nadere informatieVerslaglegging: Samenwerken met ouders Waar staat De Ambelt in 2024?
Verslaglegging: Samenwerken met ouders Waar staat De Ambelt in 2024? Door Jan- Hessel Boermans In samenwerking met Erica de Bruine, Hogeschool Windesheim In opdracht van Orthopedagogisch centrum De Ambelt.
Nadere informatieAan de ouders/verzorgers van Kiem onderwijs en opvang. Uden, juni 2015. Geachte ouders/verzorgers,
Aan de ouders/verzorgers van Kiem onderwijs en opvang Uden, juni 2015 Geachte ouders/verzorgers, In deze brief willen we u informeren over de voortgang van de tevredenheidsonderzoeken. De basisschool van
Nadere informatieProtocol ouders en school
Protocol ouders en school Voorwoord De St. Plechelmusschool ziet ouders als participanten van de school, neemt ouders serieus en betrekt ouders daarom bij de vele activiteiten van de school. Het mede-eigenaarschap
Nadere informatieBorgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Ouders
Borgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Ouders Aantal respondenten: 37 01-04-2011 Borgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Ouders 1 / 11 Welkomstblad Fijn dat u mee wilt werken aan dit onderzoek.
Nadere informatieSamenwerking BSO en basisschool 2011
Samenwerking BSO en basisschool 2011 F.A. Brugge, MSc Drs. M. Jongsma Paterswolde, juli 2011 onderzoek@vyvoj.nl www.vyvoj.nl INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave...1 Inleiding...2 1.1 Opbouw rapportage...2 1.2
Nadere informatieOnderzoek Passend Onderwijs
Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva
Nadere informatieOuders over scholen: verwachtingen en participatiebehoeften
KatholiekE UNIVERSITEIT LEUVEN Departement Sociologie Centrum voor Onderwijssociologie E. Van Evenstraat 2B B-3000 LEUVEN Prof. dr. J.C. Verhoeven Prof. dr. G. Devos Koen Stassen Veronique Warmoes Ouders
Nadere informatieKWALITEITSKAART. Ouderbetrokkenheid en participatie. Ouderbetrokkenheid en participatie. Opbrengstgericht werken
ALITEITSKAART Opbrengstgericht werken PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteits Opbrengstgericht Werken zijn te vinden op www.schoolaanzet.nl. Deze website bevat
Nadere informatieExcerpt Gemeenteraad Rotterdam VITALE VERENIGINGEN 2017
Excerpt Gemeenteraad Rotterdam VITALE VERENIGINGEN 2017 Inleiding & samenvatting Inleiding Rotterdam Sportsupport spant zich in voor vitale sportverenigingen, streeft er naar sport toegankelijk te maken
Nadere informatieStellingen en uitleg over talentgerichte ontwikkeling op de basisschool
Stellingen en uitleg over talentgerichte ontwikkeling op de basisschool Stellingen Het begrip Talent zegt vooral iets over de capaciteiten van een leerling. Sommige leerlingen hebben meer talent dan anderen.
Nadere informatieOnderwijs in programmeren in het voortgezet onderwijs: een benadering vanuit de Pedagogical Content Knowledge
153 Samenvatting Onderwijs in programmeren in het voortgezet onderwijs: een benadering vanuit de Pedagogical Content Knowledge Informatica is een vak dat de laatste 20 jaar meer en meer onderwezen wordt
Nadere informatieDE WEIDE LEEUWARDEN. Juni 2017 een goede school ben je niet maar moet je iedere dag opnieuw worden.
DE WEIDE LEEUWARDEN Juni 2017 een goede school ben je niet maar moet je iedere dag opnieuw worden. Pagina 1 van 5 Inhoud Communicatie school en ouders... 2 Nieuwsberichten / documenten / activiteiten...
Nadere informatieADVIES. inzake de klacht van: de heer A, wonende te B, vader van C, klager. tegen. D College, locatie E, te B, verweerster
107548 - Een school moet de niet-gezaghebbende ouder die daar om verzoekt, informatie verstrekken over belangrijke zaken die de persoon, verzorging of opvoeding van het kind betreffen. inzake de klacht
Nadere informatieBetreft: uitwerking vragenlijsten onderwijsvoorzieningen Moergestel.
Moergestel, 21 juli 2016 Betreft: uitwerking vragenlijsten onderwijsvoorzieningen Moergestel. Geachte ouders, verzorgers, aspirant ouders en personeelsleden van de Bienekebolders en de Vonder in Moergestel,
Nadere informatieOnderwijs en Kinderopvang
Onderwijs en Kinderopvang Rapportage ledenpeiling 19 juni tot en met 9 juli 2014 Inleiding Scholen in het primair onderwijs werken steeds vaker nauw samen met organisaties voor kinderopvang of bieden zelf
Nadere informatieVernieuwende elementen. 1. Stuurgroep ouderbetrokkenheid
Ds. Joannes Beukelmanschool, Alblasserdam pagina 1 De Ds. Joannes Beukelmanschool, locatie Weverstraat: samenwerken met ouders aan de ontwikkeling van kinderen op basis van de Bijbel Ouders worden gezien
Nadere informatieCoach-scan: een feedback tool voor (beginnende) coaches. Tamara GoudenKansen.eu
Coach-scan: een feedback tool voor (beginnende) coaches Tamara Kramer Tamara.Kramer@han.nl @Tamara_Kramer GoudenKansen.eu Voorstellen Tamara Onderzoeker/promovendus Talentidentificatie tennis Coaches Veel
Nadere informatieOBS De Houthoeffe Hellevoetsluis. Samenvatting Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, december 2016
OBS De Houthoeffe Hellevoetsluis Samenvatting Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs 2016 Haarlem, december 2016 S a m e n v a t t i n g Achtergrondgegevens Eerder dit jaar heeft OBS De Houthoeffe deelgenomen
Nadere informatieSchool- ouderbetrokkenheid
School- ouderbetrokkenheid Inleiding Het thema school-ouderbetrokkenheid staat in de afgelopen periode volop in de schijnwerpers. Niet alleen dankzij onze MR die dit thema op de agenda heeft geplaatst,
Nadere informatieOUDERBETROKKENHEID : Inleiding. Openbare basisschool
OUDERBETROKKENHEID : Inleiding Een beleidsplan ouderbetrokkenheid vormt de grondslag voor de activiteiten die een school met en voor ouders ontplooit. Het is niet alleen een agenda met te ontplooien activiteiten,
Nadere informatieHerman Broerenschool Delft. Oudertevredenheidspeiling Speciaal Onderwijs Haarlem, september 2013
Delft Oudertevredenheidspeiling Speciaal Onderwijs 2013 Haarlem, september 2013 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl 023 534 11 58 Delft Oudertevredenheidspeiling
Nadere informatieResultaten oudertevredenheidpeiling maart Paasbergschool
Resultaten oudertevredenheidpeiling maart 2012 Paasbergschool 1. algemeen In maart 2012 hebben de ouders van de leerlingen van de Paasbergschool meegedaan aan een tevredenheidsonderzoek aan de hand van
Nadere informatieBS De Vlierboom Den Haag. Samenvatting Tevredenheidspeiling 2011
BS De Vlierboom Den Haag Samenvatting Tevredenheidspeiling 2011 Antwoorden BS De Vlierboom Percentage BS De Vlierboom Percentage Alle scholen Algemeen Onlangs hebben de ouders van BS De Vlierboom meegedaan
Nadere informatieSamenvatting. SBO Focus/ Venray. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus. Ouders vinden 'Kennisontwikkeling' op school het belangrijkst
Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus Enige tijd geleden heeft onze school SBO Focus deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 208250 ouders en verzorgers
Nadere informatieOpbrengstgericht werken (OGW)
Opbrengstgericht werken (OGW) Ouderbetrokkenheid en participatie Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteits Opbrengstgericht Werken Ouderbetrokkenheid en participatie
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste
Nadere informatieVisie op ouderbetrokkenheid
Visie op ouderbetrokkenheid Basisschool Lambertus Meestersweg 5 6071 BN Swalmen tel 0475-508144 e-mail: info@lambertusswalmen.nl website: www.lambertusswalmen.nl 1 Maart 2016 Inleiding: Een beleidsnotitie
Nadere informatieSamenvatting SBO2007. SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam. Schoolgebouw. Omgeving van de school. Kennisontwikkeling. Begeleiding
SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) A.J. Schreuderschool Enige tijd geleden heeft onze school A.J. Schreuderschool deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling.
Nadere informatieDat staat toch in de schoolgids goed geïnformeerd is beter betrokken
Dat staat toch in de schoolgids goed geïnformeerd is beter betrokken Kort verslag van het onderzoek over de communicatie op De Bataaf uitgevoerd tussen december 2009 en februari 2010 Paul Beumer, directeur
Nadere informatieOuderbetrokkenheid en Educatief Partnerschap RKBS Klippeholm
Ouderbetrokkenheid en Educatief Partnerschap RKBS Klippeholm 6 augustus 2017 Paul Kupper Ouders en leerkrachten werken voortdurend samen om het leren en de gezonde ontwikkeling van leerlingen te ondersteunen,
Nadere informatieThuis en School op één lijn! Enquête ouderbetrokkenheid SBO- scholen Rotterdam Noord
Thuis en School op één lijn! Enquête ouderbetrokkenheid SBO- scholen Rotterdam Noord 2012/2013 Waarom een enquête? Beste Ouder, Het speciaal basisonderwijs (SBO) Cornelis Leeflang doet er alles aan om
Nadere informatiejanuari 2013 Speciale editie Oudertevredenheid Beste ouders en verzorgers,
januari 2013 www.josephkpo.nl Speciale editie Beste ouders en verzorgers, Voor u ligt een speciale editie van het Josephientje. Hierin brengen we u op de hoogte van de uitslag van de peiling naar de ouder-
Nadere informatieHoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving
Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving De relatie tussen leesvaardigheid en de ervaringen die een kind thuis opdoet is in eerder wetenschappelijk onderzoek aangetoond: ouders hebben een grote invloed
Nadere informatieHuiswerkbegeleiding. Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin?
Huiswerkbegeleiding Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin? 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Conclusies 8 Resultaten 1. Zetten ouders huiswerkbegeleiding
Nadere informatieInhoudsopgave. Inleiding... 5
Inhoudsopgave Inleiding... 5 Hoofdstuk 1 - Ouderbetrokkenheid 3.0... 9 1.1 De verschillende stadia van ouderbetrokkenheid.... 9 1.2 Ouderbetrokkenheid 3.0 in de praktijk... 10 1.3 Een Ouderbetrokkenheid
Nadere informatieVragenlijst ouders (compact)
Vragenlijst ouders (compact) 2018-2019 Uitslagen Vragenlijst SBO De Vlieger Inleiding In dit rapport worden de resultaten beschreven van de Vragenlijst ouders (compact) 2018-2019 van SBO De Vlieger. De
Nadere informatieRE-INTEGRATIEBEDRIJF CONTENZA
RE-INTEGRATIEBEDRIJF CONTENZA VOORBEELDRAPPORTAGE KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017-2018 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING & CONCLUSIE... 3 INLEIDING... 4 METHODE... 5 RESULTATEN TRAJECT NAAR WERK... 6 ALGEMEEN...
Nadere informatieBeleidsnotitie Ouderbetrokkenheid OBS DE BOUWSTEEN
Beleidsnotitie Ouderbetrokkenheid OBS DE BOUWSTEEN ouderbetrokkenheid Pagina 1 De identiteit van de school Obs de Bouwsteen is een openbare basisschool. Een school met ruimte en respect voor alle levensbeschouwingen.
Nadere informatieKWALITEITSKAART OUDERBETROKKENHEID. Uitgewerkt. in een protocol voor basisschool Merijntje
KWALITEITSKAART OUDERBETROKKENHEID Uitgewerkt in een protocol voor basisschool Merijntje Mei 2011 Files\Low\Content.IE5\QO1XG778\kwaliteitskaart%20ouderbetrokkenheid%20versie%202011[1].doc 1 / 5 Lowys
Nadere informatieDe Grote (kleine) voicemail-poll
De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll Maken mensen tegenwoordig nog gebruik van voicemail? En hoe staat men tegenover het gebruik van voicemails in het zakelijk verkeer? Mensen
Nadere informatieHOI nr. 01 woensdag 22 augustus 2018 In deze HOI weer belangrijke informatie over onze school. De volgende HOI verschijnt op 5 september.
HOI nr. 01 woensdag 22 augustus 2018 In deze HOI weer belangrijke informatie over onze school. De volgende HOI verschijnt op 5 september. Agenda Datum Activiteit 29 t/m 31 augustus Intekenen kennismakingsgesprekken
Nadere informatieWelkom op de informatie-avond!
Welkom op de informatie-avond! Programma: Presentatie over de uitslag van de tevredenheidsonderzoeken, de verbeterplannen en de resultaten van vorig schooljaar. Interactief met elkaar van gedachten wisselen
Nadere informatieOnline communicatie & de basisscholen van Leerplein055
Online communicatie & de basisscholen van Leerplein055 Leerplein055 doet onderzoek naar de wensen en behoeften van ouders over de inzet van online communicatie. Waarom dit onderzoek? Leerplein055 is de
Nadere informatieResultaten SBO-OTP SBO De Prinsenhof Apeldoorn. Oudertevredenheidspeiling Speciaal Basisonderwijs Haarlem, maart 2017
Resultaten SBO-OTP 2017 SBO De Prinsenhof Apeldoorn Oudertevredenheids Speciaal Basisonderwijs 2017 Haarlem, maart 2017 S a m e n v a t t i n g Achtergrondgegevens Eerder dit jaar heeft onze school deelgenomen
Nadere informatieTREND RAPPORTAGE KWALITEITSVRAGENLIJST RAPPORTAGE 2E MONTESSORISCHOOL HET WINTERKONINKJE,
TREND RAPPORTAGE KWALITEITSVRAGENLIJST RAPPORTAGE 2E MONTESSORISCHOOL HET WINTERKONINKJE, december 2014 1 ALGEMEEN 1.1 Inleiding Algemeen Het instrument de Kwaliteitsvragenlijst is een hulpmiddel om de
Nadere informatieCBS De Vaart Hoogersmilde. Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, juli 2016
CBS De Vaart Hoogersmilde Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs 2016 Haarlem, juli 2016 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534
Nadere informatieBasisschool 't Maxend, Nistelrode, Ouders
Basisschool 't Maxend, Nistelrode, Ouders Aantal respondenten: 134 14-11-2010 Basisschool 't Maxend, Nistelrode, Ouders 1 / 9 Welkomstblad Fijn dat u mee wilt werken aan dit onderzoek. De vragen gaan over
Nadere informatieSamenvatting. SBO De Regenboog/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Regenboog
SBO De Regenboog/ Rotterdam Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Regenboog Enige tijd geleden heeft onze school SBO De Regenboog deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling.
Nadere informatieBeginsituatie. Aanpak
Ouderparticipatie op school Meedoen kun je leren! Februari Juli 2012 Beginsituatie De aanleiding voor SBO School A 1 om met het project Ouderparticipatie op school Meedoen kun je leren!, aandacht te besteden
Nadere informatieSamenvatting OTO maart 2015 Bohemen Kijkduin.
Samenvatting OTO maart 2015 Bohemen Kijkduin. Achtergrondgegevens Eerder dit jaar heeft OBS Bohemen Kijkduin deelgenomen aan de oudertevredenheids. De huidige referentiegroep bevat gegevens van 96119 ouders
Nadere informatieBehoefteonderzoek opvang kinderen basisschoolleeftijd
Behoefteonderzoek opvang kinderen basisschoolleeftijd Totaal alle deelnemers Project: Dagarrangementen en Combinatiefuncties In opdracht van: DMO Weesperstraat 79 Postbus 658 1018 VN Amsterdam 1000 AR
Nadere informatieWensen en verwachtingenavond basisschool de Lage Weide
Wensen en verwachtingenavond basisschool de Lage Weide Op 22 april 2015 gingen ouders en teamleden van basisschool de Lage Weide met elkaar in gesprek. Het gesprek ging over de samenwerking tussen ouders
Nadere informatieEffect publieksvoorlichting
Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting
Nadere informatieCultuureducatie in het basisonderwijs
Cultuureducatie in het basisonderwijs Gemeente Westland Nulmeting Inleiding Teneinde aan het einde van het programma Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK) vast te kunnen stellen wat de bereikte resultaten
Nadere informatieNederlandse samenvatting (Summary in Dutch)
Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als
Nadere informatie