AGENDAPUNT /04

Transcriptie

1 AGENDAPUNT /04 Voorstel voor de vergadering van: het algemeen bestuur Datum vergadering: 16 februari 2015 Onderwerp: Conceptverslag vergadering 10 november 2014 Portefeuillehouder: Indiener: De heer Van Zanen De heer Buitink 1. Het verslag (inclusief de lijst met toezeggingen), zoals hierna opgenomen, vast te stellen. 2. Toelichting bij het voorstel 3. Bijlagen bij het voorstel A. Verslag AB 10 november Financiële consequenties Geen 1

2 Bijlage A bij Agendapunt: Conceptverslag vergadering 10 november 2014 Conceptverslag 2

3 Conceptverslag Vergadering van het algemeen bestuur van de VRU Datum: 10 november 2014, Mijdrecht Quorum: aanwezig Classificatie: openbaar Vastgesteld op:.. Aanwezig Voorzitter (plaatsvervangend) Gemeente AMERSFOORT De heer drs. L.M.M. Bolsius Burgemeester Leden Gemeente BUNNIK De heer H.M. Ostendorp Burgemeester Gemeente BUNSCHOTEN De heer M. van de Groep Burgemeester Gemeente DE RONDE VENEN De heer M. Divendal Burgemeester Gemeente HOUTEN De heer drs. W.M. de Jong Burgemeester Gemeente IJSSELSTEIN De heer drs. P.C. van den Brink Burgemeester Gemeente LOPIK Mevrouw mr. R.G. Westerlaken- Burgemeester Loos Gemeente MONTFOORT De heer E.L. Jansen BA Burgemeester Gemeente NIEUWEGEIN De heer F.T.J.M. Backhuijs Burgemeester Gemeente OUDEWATER De heer mr. drs. P. Verhoeve Burgemeester Gemeente RENSWOUDE Mevrouw A. van der Kolk Wnd. burgemeester Gemeente RHENEN De heer drs. J.A. van der Pas Wnd. burgemeester Gemeente SOEST De heer R. Metz Burgemeester Gemeente STICHTSE VECHT Mevrouw mr. drs. J.W.E. Spies Wnd. burgemeester Gemeente UTRECHTSE HEUVELRUG De heer G.F. Naafs Burgemeester Gemeente VEENENDAAL De heer mr. A.W. Kolff Burgemeester Gemeente VIANEN De heer W.G. Groeneweg Burgemeester Gemeente WIJK BIJ DUURSTEDE De heer Ir. T.R. Poppens Burgemeester Gemeente WOERDEN De heer V.J.H. Molkenboer Burgemeester Gemeente WOUDENBERG Mevrouw T. Cnossen-Looijenga Burgemeester Gemeente ZEIST De heer drs. J.J.L.M. Janssen Burgemeester Genodigden Politie Midden-Nederland Mevrouw drs. M.H.C. Barendse Politiechef Provincie Utrecht De heer mr. B. Thomas Kabinet cdk Gemeente IJsselstein De heer J. van Delden Coördinerend functionaris Deelnemers Namens alle waterschappen De heer P.J.M. Poelmann Coördinerende dijkgraaf Secretaris VRU De heer dr. P.L.J. Bos Secretaris algemeen bestuur VRU Verslag VRU De heer mr. J. Nagtegaal Directiesecretaris VRU 3

4 Afwezig Voorzitter Gemeente UTRECHT De heer mr. J.H.C. van Zanen Burgemeester Leden Gemeente BAARN De heer jhr. M.A. Röell Burgemeester Gemeente DE BILT De heer A.J. Gerritsen Burgemeester Gemeente EEMNES De heer R. van Benthem RA Burgemeester Gemeente LEUSDEN Mevrouw drs. A. Vermeulen Burgemeester Deelnemer Openbaar Ministerie De heer mr. dr. J.R. Bac Hoofdofficier van justitie Genodigden RAVU De heer J.P. Versluis arts MBA Directeur-bestuurder Ministerie van Defensie De heer A.A. Leuvering Regionaal Militair Commandant Noord Agendapunt 01. Opening Agendapunt 02. Mededelingen De heer Bolsius, die deze vergadering als plaatsvervangend voorzitter voorzit in verband met een afmelding van de voorzitter, de heer Van Zanen, is iets verlaat. De heer Naafs neemt met oog op de tijd het woord en start de vergadering met punt 3. De voorzitter neemt na de presentatie het woord en geeft aan dat punt 15, de stemming voor een nieuw lid DB, in ieder geval voor komt, aangezien een aantal aanwezigen dan weg moet naar de herdenking van de MH17 slachtoffers in de RAI. 1. Kennis te nemen van de mededelingen uit de bijlage. De heer Bos neemt het woord bij de mededelingen. Mededeling 1 Ten aanzien van mededeling 1 meldt hij dat de VRU veel van die punten al standaard oppakt. Mededeling 2 Ten aanzien van mededeling 2 meldt de heer Bos dat vorige week een overleg heeft plaatsgevonden tussen bestuurders van de drie veiligheidsregio s in Midden-Nederland. Mevrouw Westerlaken zegt dat de bestuurders een pragmatische aanpak voorstaan. Er is sprake van een aantal gevoeligheden, waar de VRU buiten staat, maar die worden werkenderwijs opgepakt. Mededeling 3 Ten aanzien van mededeling 3 geeft de heer Bos aan dat de suggestie om de Wmo-verordening te verbinden aan brandveiligheid wellicht voor sommige gemeenten te laat is. 4

5 Maar het is uiteraard een thema voor de toekomst om ook de informele verbanden te benutten om brandveiligheid onder de aandacht te brengen. Diverse leden hebben vragen bij deze mededeling. Mevrouw Cnossen vraagt of de zorginstellingen in relatie tot natuurbranden ook in het Regionaal risicoprofiel terugkomen. De heer Divendal geeft aan dat hij het thema buitengebied niet duidelijk terug ziet komen in de mededeling, in tegenstelling tot de titel. De heer de Jong doet de suggestie om het in het kader van het programma stimulerende preventie op te pakken en langs te gaan bij de gemeenten. De heer Bos geeft aan dat de VRU één en ander zal oppakken bij de uitwerking van het programma stimulerende preventie. In het risicoprofiel wordt aandacht besteed aan natuurbranden. Hij zal nagaan of de relatie met zorginstellingen voldoende wordt gelegd (ACTIE). Mondelinge mededelingen De heer Bos heeft tot slot nog enkele mondelinge mededelingen. De VRU heeft op basis van een landelijke handreiking een regionale handreiking evenementen ontwikkeld. Daarbij is het verzoek aan de gemeenten of zij mee willen werken aan het benutten van de handreiking ten behoeve van de verbetering van hun vergunningverlening rond evenementen. Mevrouw Buitendijk licht op verzoek van de voorzitter toe dat deze handreiking niet direct een link heeft met het incident in Haaksbergen. De handreiking beoogt met name het proces en daarmee de kwaliteit van vergunningverlening rond evenementen te verbeteren in een faciliterende rol. De gemeenten zijn per slot zelf verantwoordelijk en de VRU en andere diensten kunnen hierin alleen dienend zijn met hun professionele kennis. De heer Bos licht kort toe welke reactie hij namens het bestuur wil geven aan het IFV inzake het begrotingsplan voor De heer Verhoeve heeft daarbij twee vragen: 1. Hoeveel geld gaat er vanuit de VRU naar het IFV? 2. Hoe kritisch zijn we daarop? De heer Bos antwoordt dat kritisch zijn zeker gewenst is. Het IFV kent namelijk gescheiden inkomstenbronnen (art 74 Wvr red.). Het bestuur van het IFV heeft de wens om die geldstromen te vermengen. Dat is echter onrechtmatig. Het gaat vanuit de VRU jaarlijks om een bedrag van 650K, die overigens in het vorige AB is geaccordeerd door het AB. 5

6 Tot slot wil de heer Bos bij het IFV het principe van samen de trap op, samen de trap af onder de aandacht brengen. Het bestuur vertrouwt een reactie toe aan de heer Bos. Afgesproken wordt de reactie toe te zenden aan de leden van het AB (ACTIE). Conform gevraagd. Agendapunt 03. Evaluatie Wateroverlast Kockengen Geen. Betreft een presentatie door de waarnemend burgemeester van Stichtse Vecht, mevrouw Spies en de coördinerend Dijkgraaf, de heer Poelmann. Mevrouw Spies schetst de aanleiding tot de presentatie en benoemt daarbij dat het onderzoeksbureau dat het optreden van de verschillende overheden rond de wateroverlast onderzocht (Twynstra Gudde) niet mals was over de rol van die overheden. De heer Poelmann licht toe hoe deze overheden in gezamenlijkheid de stap tot verbetering kunnen zetten. In dat licht noemt hij het onvermijdelijk dat dit onderwerp een grotere plek op de agenda gaat innemen, dus ook die van de veiligheidsregio. Mevrouw Spies benadrukt dat het buitengewoon relevant is om te benoemen dat hier sprake was van twee zaken. 1. Dat men in grote mate verrast was door de ontwikkelingen in Kockengen. 2. Dat OOV en waterveiligheid elkaar niet vanzelfsprekend opzoeken. De verschillende overheden dienen die verbanden vaker te zoeken, met andere woorden: van reactief naar proactief. De heer Bos geeft aan dat de VRU al heel veel doet in de voorbereiding, maar dat intern nog eens kritisch is gekeken naar wat men juist niet heeft gedaan. Hieruit is gebleken dat de VRU niet proactief uit de piketstructuur contact heeft gezocht met de gemeenten. Daaruit leren we dat we niet moeten wachten op het reguliere opschalingsproces, maar buiten de kaders van de opschaling moeten denken. Geen Agendapunt 04. Ingekomen en uitgaande stukken 1. Kennis te nemen van de ingekomen en uitgaande stukken, zoals opgenomen in de bijlage. Ten aanzien van de uitgaande post over de vorming rond de gemeenschappelijke regeling VRU geeft de heer Bos aan dat desgewenst een toelichting in de Raad kan worden gegeven. Conform gevraagd. 6

7 Agendapunt 05. Conceptverslag vergadering AB 10 november 2014, incl. Lijst toezeggingen 1. Het conceptverslag van de vergadering van het algemeen bestuur d.d. 10 november 2014 vast te stellen; 2. Kennis te nemen van de lijst toezeggingen De heer Janssen merkt n.a.v. het verslag op dat hij het jammer vindt dat de zienswijze op de jaarrekening niet is opgenomen in de gemeenschappelijke regeling. In plaats daarvan wordt gekozen voor een brief. Het is nu aan het bestuur te bepalen of dit wordt gedaan. Hij schetst dat de raden erg op de controlerende rol zitten. De heer Bos antwoordt dat het onderwerp uitvoerig aan de orde is geweest en het AB er niet aan voorbij is gegaan. Het AB heeft op 17 september jl. besloten om naar aanleiding van de jaarrekening een bestemmingsvoorstel per brief voor te leggen aan de colleges. Die kunnen dit aan de raden voorleggen. De heer Janssen geeft aan dat wat hem betreft het onderwerp hiermee einde discussie is maar zegt wel dat een zienswijze op een jaarrekening zelf iets anders is dan een zienswijze op een bestemmingsvoorstel. De heer De Jong vraagt naar aanleiding van de actiepunten uit het verslag wat de stand van zaken is betreffende de alarmeringsregeling voor burgemeesters. De heer Bos verwacht dat dit actiepunt binnen twee weken geregeld is (ACTIE). De heer Bos geeft verder nog aan dat hij de vermeende onrust onder personeel naar aanleiding van het O&F rapport in het geheel niet grootschalig heeft terug gevonden in de organisatie. Na wijziging van het O&F-plan (toegelicht bij de schriftelijke mededelingen) komen veel positieve geluiden binnen. Mevrouw Cnossen (adressant van deze zorg vorig AB; red.) dankt de VRU voor de inzet op dit punt. Zij heeft gemerkt dat een verandering is opgetreden. Conform gevraagd. Agendapunt 06. Regionaal Risicoprofiel 1. Kennis te nemen van de Samenvatting concept Regionaal Risicoprofiel, actualisatie 2014; 2. In te stemmen met het voorleggen van het geactualiseerde Regionaal Risicoprofiel aan de raden van de deelnemende gemeenten, met het verzoek om wensen kenbaar te maken over het in het komende Beleidsplan VRU op te nemen beleid, conform artikel 15 lid 3 Wvr; 3. In te stemmen met het ter zienswijze voorleggen van het geactualiseerde Regionaal Risicoprofiel aan verschillende partijen conform artikel 15, lid 4 Wvr. 7

8 De heer Bos licht het onderwerp kort toe en geeft aan dat per abuis de reacties van enkele gemeenten (Bunnik, Bunschoten, Heuvelrug en De Ronde Venen) niet goed of niet zijn verwerkt. Dit gebeurt uiteraard alsnog. De heer Backhuijs geeft aan dat zijn gemeente een brief heeft ontvangen waarin extra kosten voor opleiding betreffende het voorbereiden op de risico s LNG-gas worden aangekondigd. Hij verwondert zich hierover in het licht van regionale risico s. Mevrouw Spies geeft aan dat een nieuwe tekst voor Gulf Oil in het Regionaal Risicoprofiel komt na overleg met de VRU. De heer De Jong verzoekt om ambtelijk contact op te nemen met de gemeente Houten over de informatie omtrent zijn gemeente in het profiel, ook daar werden nog een paar kleinere punten gemist. Daarnaast geeft de heer Jong aan dat het document lastig te interpreteren valt. Er zitten weinig verklaringen in en dat vraagt veel uitleg en dat levert problemen op bij de vertaling van de informatie in de raad. Hij verzoekt om een heldere uitleg bij het profiel. De heer Verhoeve mist het risico van niet ontplofte vliegtuigbommen die nog steeds worden aangetroffen. De voorzitter verzoekt om in het kader van de genoemde objecten in het profiel, duidelijker aan de gemeenten uit te leggen waarom de keuze is gemaakt om het ene object wel en het andere object niet op te nemen. De heer Bos geeft allereerst aan dat vanuit de organisatie hard is gewerkt aan het voorliggende document. In antwoord op de gestelde vragen: - LNG is een regionaal risico en wordt als zodanig behandeld. Geen extra kosten voor individuele gemeenten; - N.a.v. Kockengen geeft spreker aan dat uiteraard ook wateroverlast in beeld is; - De punten uit Houten worden uiteraard meegenomen; - Gekeken zal worden naar de leesbaarheid. Hij stelt voor om de benodigde tijd te nemen en verzoekt het bestuur daarmee in te stemmen; - De vliegtuigbommen worden als generiek risico opgenomen. De voorzitter stelt vast dat het Regionaal Risicoprofiel, ingevolge het verzoek van de heer Bos, later wordt toegezonden aan gemeenten in verband met de uitwerking van het besprokene tijdens deze vergadering (ACTIE). Conform gevraagd 8

9 Agendapunt 07. Bestuursrapportage 1. Kennis te nemen van de bestuursrapportage 2 e trimester De heer Bos licht toe dat de Bestuursrapportage ten opzichte van eerdere versies veel inzichtelijker gemaakt. Een opvallend punt betreft de inhuur. Die overschrijding dient echter in samenhang te worden gelezen met de vacatureruimte. De inhuur was onder meer noodzakelijk om te compenseren op aangehouden vacatures en daarnaast op ziekteverzuim. Uiteraard was deze compensatie een tijdelijke oplossing. Mevrouw Cnossen geeft aan de bestuursrapportage in samenhang met het voorstel Activabeleid te hebben gelezen. Zij vond dit niet bijdragen aan de begrijpelijkheid, met name op het onderwerp van oude activa. Mevrouw Spies geeft aan dat zij een forse afwijking op onderdelen constateert, maar dat de totale begroting op zich wel in control is. Zij concludeert dat de schommelingen groot zijn en dat het dus een uitdaging moet zijn om in de toekomst dichter bij de begroting te blijven. De heer De Jong ziet dat de overschrijding op externe inhuur in het verleden aflopend was, maar dit jaar weer omhoog is geschoten, maar dit is dus ook deels voor vervanging. In het licht van deze constatering doet hij de suggestie om de kostenplaatsbegroting te wijzigen. Bijvoorbeeld door inhuur in het kader van reguliere P&O niet te begroten als inhuur. De heer Van der Pas vraagt of de structurele effecten van reis- en verblijfkosten kunnen worden geduid en verzoekt om een verklaring bij de langere effecten van afschrijving op activa. Portefeuillehouder, de heer Naafs geeft aan dat ook dit jaar wat hem betreft een deel van het overschot wordt teruggestort naar gemeenten. Het gaat om de principiële keus om geld terug te laten vloeien naar de gemeenten. Dit komt terug in het AB bij de jaarrekening. De heer De Jager geeft in reactie op de relatie met het Activabeleid aan dat de afschrijvingen nu nog het resultaat waren van de regionalisering. Zeer divers. Het materieel wordt geïnventariseerd. Afschrijvingstermijnen zijn geharmoniseerd. Over de reis en verblijfkosten geeft hij aan dat elke post in de begroting op dit moment opnieuw wordt bekeken in verband met een begrotingswijziging Hij verwacht dat de afwijkingen daardoor kleiner worden. Bij de afschrijvingen op kapitaallasten verwacht spreker dat het gat aanwezig blijft en wellicht wat groter wordt. Dat komt doordat de begroting op dit moment inclusief BTW is gemaakt. Dat effect ga je pas na veel jaren zien, aangezien nog veel van die lasten zonder BTW zijn opgenomen. Daardoor blijft het gat lang staan, want veel 9

10 materieel dient nog vervangen te worden. Een Tankautospuit staat bijvoorbeeld wel 15 jaar in de begroting. Op inhuur maakt de VRU op dit moment ook gebruik van een flink aantal posten. De suggestie van de heer De Jong om hier anders naar te kijken is een goede. Het bedrag is nu hoog, maar goed verklaarbaar. De voorzitter voegt toe dat het de bedoeling is dat inhuur straks ook zijn effect gaat hebben op de organisatie, daarin moet een verbetering optreden. Conform gevraagd Agendapunt 08. Begrotingswijziging In te stemmen met de technische begrotingswijzigingen. 2. In te stemmen met de financiële begrotingswijzigingen en daarmee de voorgestelde bestemming (voor 2014) van het extra ontvangen BDUR-geld. Portefeuillehouder, de heer Naafs deelt mede dat de Bestuurlijke adviescommissie Bedrijfsvoering en Financiën stil heeft gestaan bij de vraag hoe de VRU de BTW op gebouwgebonden kosten dient te verrekenen met de gemeenten. De uitkomst van dit vraagstuk is: 1. Dat in 2014 een procentuele verrekening plaats vindt, gebaseerd op het aantal inwoners van de betreffende gemeente. Dit sluit aan bij de huidige wijze van financiering. 2. Vanaf 2015 wordt de systematiek van het gemeentefonds gehanteerd, dit in lijn met de nieuwe financieringssystematiek van de VRU. De heer Molkenboer brengt in dat hij ziet dat de ophoging van de BDuR op BTW deels wordt gebruikt voor het op orde brengen van de basis van de VRU. Hij heeft in het verleden echter ook aandacht gevraagd voor middelen voor de opleidingen van gemeentelijke crisisfunctionarissen. Ziet de heer Bos daar nog mogelijkheden? De heer Bos antwoordt dat het opleiden op dit moment nog onderwerp van gesprek vormt in het overleg van gemeentesecretarissen. Daar is men op dit moment nog niet tot een duidelijke consensus gekomen. Veel taken op dit gebied liggen namelijk nog bij de gemeente. De voorlopige afspraak is dat de VRU in 2015 deze kosten tijdelijk, dus eenmalig, opvangt binnen de begroting. In het overleg gaat men nog in gesprek over Conform gevraagd Agendapunt 09. Jeugdbrandweer 1. Kennis te nemen van bijgevoegd voorstel betreffende de jeugdbrandweer. Portefeuillehouder, de heer Van den Brink licht dit onderwerp toe. De 10

11 centrale vraag is of de jeugdbrandweer door een ieder belangrijk wordt ge vonden en dus gezien kan worden als niet wettelijke basistaak. De financieringsdiscussie volgt dan later. De heer Van de Groep geeft aan het punt kennis te nemen iets te licht te vinden. Eerst zal besloten moeten worden over het principepunt van één VRU jeugdbrandweer, dan komen de financiën vanzelf wel. De heer Naafs ziet zeker meerwaarde in de jeugdbrandweer. Goed gekeken moet worden naar het toekomstperspectief. De heer Jansen geeft aan al tijdens de bestuursconferentie in Kijkduin aandacht te hebben gevraagd voor de jeugdbrandweer en vindt het jammer dat er nu pas een notitie ligt. Hij heeft nog enige vraagtekens bij de keuze van de financieringssystematiek VRU als financiering voor de jeugdbrandweer. Daarnaast schetst hij dat de jeugdbrandweer een vereniging is. In dat licht zouden er ook enige inkomsten tegenover moeten staan. De heer Metz merkt op dat het bij de jeugdbrandweer juist om het maatschappelijk rendement moet gaan. Doorstroom is niet vanzelfsprekend, de jeugdbrandweer kent namelijk ook nog een hoog pleziergehalte. De heer Kolff zegt dat de financiering verschilt per gemeente. Daarnaast onderschrijft hij de opmerking van de heer Naafs over de aanwas voor de toekomst. De heer Groeneweg vraagt aandacht voor de koppeling tussen de jeugdbrandweer en de reductie van vrijwilligers op grond van het dekkingsplan. De heer Backhuijs wil ook graag de doorstroom in beeld hebben. Daarnaast vraagt hij aandacht voor de gevolgen van dit idee op de inzet van vrijwilligers. Die spelen een belangrijke rol in de begeleiding van de jeugdbrandweer en krijgen het steeds drukker. Mevrouw Cnossen had verwacht dat de notitie verder zou gaan. Zij vraagt aandacht voor het betrekken van de jeugdbrandweer en de vrijwilligers bij dit plan. Dit heeft in eerdere trajecten bij de VRU ook haar vruchten afgeworpen. Mevrouw Spies merkt op dat zij het belangrijk vindt om de uitstroom naar andere korpsen in beeld te krijgen. Niet alle mensen blijven in dezelfde plaats wonen, maar hebben wellicht wel bij een jeugdbrandweer gezeten. De voorzitter wijst op het belang van een doorstroomprofiel. Daarnaast wijst hij op de lokale koppeling van de jeugdbrandweer. Als sprake is van één jeugdbrandweer, dan dient de koppeling regionaal te worden, dus voor alle gemeenten. De heer Van den Brink merkt op dat het punt van doorstroming een lastige is. Vaak is het lidmaatschap ook ingegeven door het feit dat 11

12 het jeugdlid familie is van een brandweerman of vrouw. Hij wil de maatschappelijke relevantie benadrukken van de jeugdbrandweerleden in het dagelijks leven, zoals op school. De overdracht van hun kennis en boodschap zorgt voor meer alertheid in de samenleving. Verder geeft hij de suggesties te zullen meenemen. De voorzitter vat de visie als volgt samen: Het AB ziet de ratio van een gezamenlijke jeugdbrandweer mits de antwoorden, zoals geformuleerd op de vragen in deze discussie, goed beantwoord worden. Een notitie wordt uitgewerkt en volgend jaar via de Bestuurlijke adviescommissie Brandweer voorgelegd aan het algemeen bestuur (ACTIE). Het AB stemt in met een visie onder voorwaarden. Agendapunt 10. Bekrachtigen aanpassingen Sociaal Statuut 1. De voorgestelde correcties, wijzigingen en aanvullingen ten behoeve van het sociaal statuut vast te stellen. Geen opmerkingen Conform gevraagd Agendapunt 11. Activabeleid 1. In te stemmen met de nota activabeleid Geen opmerkingen Conform gevraagd Agendapunt 12. Normen en toetsingskader 1. Het geactualiseerde normen -en toetsingskader vast te stellen ten behoeve van de accountantscontrole. Geen opmerkingen Conform gevraagd Agendapunt 13. Handhavingsbeleid Industriële Veiligheid 1. Het handhavingsbeleid voor industriële veiligheid vast te stellen 2. Hiermee in te stemmen met het volgen van de Landelijke Handhavingsstrategie Brzo Vast te stellen dat dit beleid per 1 januari 2015 in werking treedt Mevrouw Cnossen vraagt een korte toelichting op de keuze om de begunstigingstermijn korte te kunnen maken dan de bezwaartermijn en vraagt aandacht voor de bekendmaking van het beleid bij de handhavingspartners. Het is namelijk van belang om samen op te trekken, dat voorkomt dat je tegen elkaar uitgespeeld wordt. Zij begreep al via de RUD dat men daar content is met het feit dat de VRU nu ook handhavingsbeleid heeft. 12

13 De heer Bos antwoordt dat de wijziging met de begunstigingstermijn juist is aangebracht om beter aan te sluiten bij het gemeentelijke handhavingsbeleid. Ten aanzien van de samenwerking en de bekendmaking zal zeker de verbinding worden gezocht, ook vanuit de hoek van de politie waren al signalen opgepikt over samenwerking en samen optrekken. Conform gevraagd Agendapunt 14. Benoemen leden plaatsingsadviescommissie VRU 1. De heer H. Verhoef te benoemen als voorzitter van de plaatsingsadviescommissie. 2. Mevrouw C. Geertsma te benoemen als lid namens de directie van de VRU in de plaatsingsadviescommissie. 3. De heer H. van Deún te benoemen als lid namens de vakorganisaties in de plaatsingsadviescommissie. De heer Nagtegaal meldt dat het commissielid onder punt 2, vanuit de directie VRU, niet mevrouw Geertsma is, zoals vermeld, maar de heer De Jager. Met inachtneming van de correctie, conform gevraagd Agendapunt 15. Verkiezing nieuw lid dagelijks bestuur 1. Een nieuw lid van het dagelijks bestuur te kiezen conform de daartoe geldende stemmingsprocedure. De vergadering kent 21 stemgerechtigde leden, waarvan twee leden zich kandidaat hebben gesteld voor de vacante functie, te weten: 1. Hans Martijn Ostendorp 2. Victor Molkenboer De kandidaten kunnen zelf niet stemmen, hetgeen betekent dat 19 leden hun stem kunnen uitbrengen. Een gewone meerderheid van de stemmen, te weten tien of meer, volstaat daarmee om gekozen te worden. De kiescommissie heeft de 19 stemmen in een gesloten doos verzameld. Tijdens een korte schorsing zijn de stemmen geteld onder zes ogen van de kiescommissie. Na telling blijkt dat de heer Molkenboer met 10 tegen 9 stemmen als nieuw lid van het dagelijks bestuur van de VRU is gekozen. De heer Molkenboer wordt per 1 december 2014 benoemd als lid van het dagelijks bestuur van de VRU met de portefeuilles Brandweerrepressie en Huisvesting 13

14 Rondvraag Er wordt geen gebruik gemaakt van de rondvraag. De voorzitter neemt vervolgens afscheid van de heer Van den Brink en bedankt hem voor zijn verdiensten als lid van het algemeen én dagelijks bestuur. Spreker wenst hem veel succes in zijn nieuwe functie als directeur van het CCV. Lijst toezeggingen uit vergadering algemeen bestuur 10 november 2014 Actie Status Relatie zorginstellingen en risico natuurbranden meenemen bij de uitwerking programma stimulerende preventie. Programma bovendien oppakken samen met gemeenten Reactie op begroting IFV uit namens het algemeen bestuur, daarvoor verzenden aan burgemeesters Verdieping alarmeringsregeling burgemeesters onder de aandacht brengen van de burgemeesters. Regionaal risicoprofiel aanpassen en leesbaarheid verbeteren. Begin 2015 Voltooid Loopt Voltooid, RRP ligt ter consultatie bij de gemeenten. Nader voorstel jeugdbrandweer 1 e helft