Technisch beleidsplan VV Utrecht Versie 1.0

Transcriptie

1 Technisch beleidsplan VV Utrecht Versie 1.0 1

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding Strategische uitgangspunten technisch beleid Onze Ambitie Uitwerking Piramide structuur Technisch en Jeugd Technisch en Breedtelijn Technisch en Toplijn Organisatie Technische Cluster Middelen Bijlage 1 Leden raadpleging 22 april Bijlage 2 Indelingscriteria TC Bijlage 3 - Uitwerking piramide model Bijlage 4 - Vastomlijnde jaaragenda

3 1. Inleiding Voor je ligt het technisch beleidsplan van Volleybal Vereniging Utrecht voor de periode Met dit beleidsplan wordt richting gegeven aan de technische volleybalkoers van VVU voor de komende jaren. Totstandkoming technisch beleid Dit technisch beleidsplan is net als het algemene beleidsplan tot stand gekomen in samenspraak met de leden van VVU. In een gezamenlijk proces hebben we met elkaar vooruit gekeken. Op 5 februari 2016 heeft een eerste strategiebijeenkomst plaats gevonden. Met elkaar zijn we gaan dromen. Leden werd gevraagd na te denken over de vraag Wat is jouw droom voor VVU?. Aan de hand van deze vraag is in verschillende groepen gesproken over elementen die leden van belang achten voor VVU. Het bestuur is vervolgens aan de slag gegaan met de uitkomst van deze bijeenkomst en hebben de eerste hoofdlijnen geformuleerd van het nieuwe beleidsplan. Op 22 april 2016 hebben leden meegedacht in de verdere ontwikkeling van het nieuwe beleid. In groepen zijn verschillende stellingen behandeld. In bijlage 1 is een samenvatting van de sessies m.b.t. het technisch beleid te vinden. Tijdens de Algemene Ledenvergadering van 20 mei 2016 is dat definitieve beleidsplan gepresenteerd. Daarna is de Centrale TC verder gegaan met het verder uitwerken van het technische beleid. Het resultaat is na diverse review sessies (met o.a. het bestuur) dit huidige document. Leeswijzer In het volgende hoofdstuk worden de strategische uitgangpunten voor dit technisch beleidsplan nogmaals weergegeven. Daarna wordt in hoofdstuk drie de ambitie van VVU geformuleerd en gaat hoofdstuk vier in op de piramidestructuur waar we naar toe gaan werken. De hoofdstukken vijf tot en met zeven gaan achtereenvolgens in op het technisch beleid voor de jeugd, de breedtelijn en de toplijn. In hoofdstuk acht komt de organisatie van het technische cluster aan bod gevolgd door de benodigde middelen in hoofdstuk negen. Tot slot zijn een aantal bijlagen bijgevoegd. 3

4 2. Strategische uitgangspunten technisch beleid Dit technisch beleidsplan is gebaseerd op een aantal strategische uitgangspunten op het gebied van technisch beleid. Zij zijn het fundament van dit beleid. Deze uitgangspunten zijn ook vastgelegd in het algemene beleidsplan van VVU. Deze uitgangspunten zijn als volgt geformuleerd: - We bouwen voort op dat wat in het technisch beleidsplan centraal stond: Topvolleybal op ieders niveau. We willen nog steeds de club zijn voor iedere volleyballer. Dit betekent dat iedere speler daar ook zo goed als mogelijk in gefaciliteerd wordt. - Ons streven is volleybal op het hoogste niveau. Op termijn zowel bij de dames als de heren. We hebben de ambitie om in 2020 (of zoveel eerder) in ieder geval in één Eredivisie mee te spelen. - Een gezonde piramidestructuur is nodig om dit streven voor de eerste teams te kunnen realiseren. Een goede piramide kan de topteams namelijk faciliteren, maar maakt het tegelijkertijd voor alle leden mogelijk om een topprestatie na te streven. Om deze ambitie te realiseren is een minimale omvang van tien teams in zowel de heren als de dames lijn noodzakelijk. - De piramidestructuur is ook van toepassing op de jeugdteams. Ook hier wordt een onderscheid gemaakt in een topsportlijn en een breedtesportlijn. De topsportteams krijgen daarvoor de faciliteiten, maar van de betreffende spelers wordt ook verwacht dat zij hun verplichtingen nakomen. Het creëren van een topsportcultuur is daarom belangrijk. Alleen op die manier is het mogelijk om jeugd ook naar de top van de senioren te laten doorstromen en de eerste teams een eigen gezicht te geven. - De jeugdopleiding blijft, voor de doorstroom die we nastreven, van groot belang. We achten het van groot belang dat alle jeugdteams beschikken over een goede trainer en coach. De topteams van de jeugd beschikken over een toptrainer. - De volleybalschool is onderdeel van onze ambitie om een de jeugdopleiding op een hoog technisch niveau te brengen. - We stimuleren alle trainers, zowel in de jeugd als bij de senioren, om zich te blijven ontwikkelen op dit gebied. Het onderhouden van het trainersvak zorgt er voor dat het niveau van trainers op peil blijft en dat zij op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen in het volleybal. Een voorbeeld kan zijn dat trainers actief worden gestimuleerd om train-de-trainer bijeenkomsten bij te wonen of elkaar te helpen bij vragen. - De recreanten en masters staan los van de genoemde piramidestructuur. Deze teams zijn onder andere een alternatief voor spelers die niet meer volledig in de competitieteams willen meedraaien. Dat zij los staan van de genoemde piramidestructuur, geldt alleen voor het technische gedeelte. Zij zijn normale verenigingsleden. - VVU Beach blijven we in de lucht houden. De zomer van 2017 wordt gebruikt om een aantal zaken op dit gebied te stabiliseren. Alleen het huren van velden wordt deze zomer aangeboden. Ook de komende jaren willen we beachvolleybal faciliteren. - VVU staat open om ook sporters met een beperking in het volleyballen te faciliteren. Streven is een tak op te bouwen die, net als de recreanten, technisch min of meer los staan maar verder normale verenigingsleden zijn. 4

5 3. Onze Ambitie 3.1 Missie en Visie statement We bouwen door op het missie en visie statement uit het beleidsplan De strategische uitwerking (welke in de volgende hoofdstukken volgt) kent echter aanpassingen. Statement: Topvolleybal op ieders niveau! Missie: Volleybalvereniging Utrecht is een vereniging die zich richt op het aanbieden van competitief en recreatief volleybal op alle niveaus, voor alle leeftijden maar ook met of zonder beperking. Visie: De vereniging is op het gebied van topsport en talentontwikkeling een voorloper. De mogelijkheid om talent en ambities binnen alle geledingen van de vereniging verder te ontwikkelen maakt VVU een aantrekkelijke vereniging voor iedere volleyballer. Met haar breedte en omvang draagt de vereniging de maatschappelijke relevantie van de (volleybal)sport voor de regio Utrecht uit. 3.2 Ambitie en Doelstellingen Zaalvolleybal: De ambitie van VVU heeft met betrekking tot zaalvolleybal meerdere gezichten. We onderscheiden onderstaande lijnen: De Toplijn: Dit zijn de teams die opleiden naar topvolleybal en de teams die topvolleybal spelen. Top volleybal definiëren we als 3de divisie Nevobo competitie en hoger. Zoals ook in het algemene beleidsplan vermeld is de doelstelling op termijn zowel met de dames als heren lijn Eredivisie te spelen. De Breedte lijn: Dit zijn de teams die maximaal presteren vanuit het niveau wat de individuele spelers hebben. Natuurlijk is het doel hier ook beter worden maar het doel is niet (meer) top volleybal. Recreanten (Masters) lijn: Bij deze teams is de balans gelegd op prettig met elkaar volleybal spelen. Teams bepalen zelf in hoeverre verder ontwikkelen van de volleybal techniek/tactiek en meedoen aan toernooien daarvan deel uitmaakt. De doelstelling in de toplijn is ambitieus. Daarom moeten we een fasering aanbrengen. We kiezen ervoor om de komende twee jaar met de dames de doelstelling na te streven om in 2018 of 2019 kampioen te worden in de Topdivisie. Dat betekent promotie naar de Eredivisie. Eredivisie spelen heeft een grote impact op de vereniging. We moeten dit zorgvuldig opbouwen met elkaar. We willen een gezonde vereniging houden waarin het spelen van Eredivisie een deel van de club is. Eredivisie dus niet ten koste van alles. Dit om een gezonde club te blijven maar ook een gezonde kans te hebben in de Eredivisie te blijven. Voor de herenkant willen we daarna volgen. De komende jaren nemen we de tijd om een brede opbouw te doen aan de heren kant. Te starten met een goede opleiding voor jongens (via bijvoorbeeld Smashball) en het aantrekken van jonge spelers die over een paar jaar de basis vormen voor het heren Eredivisie team. In 2020 willen we met de heren Topdivisie spelen en klaar zijn voor de volgende stap. 5

6 Beachvolleybal: VVU wil beachvolleybal blijven aanbieden aan haar leden. Dit zullen we faciliteren en begeleiden. In de komende technische beleidstermijn zullen we top beachvolleyballijn alleen ontwikkelen als er vanuit de vereniging zich trekkers aandienen. Volleybal voor spelers met een beperking: VVU wil een club zijn die topvolleybal voor iedereen aanbiedt. We staan open om paravolley of een G- team verder te integreren in onze club. Toch zullen we dit ook alleen doen in deze beleidstermijn als er trekkers zijn uit de club die dit willen ontwikkelen. We kunnen simpel weg niet alles tegelijkertijd goed doen. De focus van het bestuur ligt voor de komende jaren op ontwikkeling in het zaalvolleybal. 6

7 4. Uitwerking Piramide structuur We geloven dat een gezonde vereniging een goede samenwerking kent tussen de toplijn en de breedte lijn. Deze samenwerking wordt vormgegeven in de piramide structuur. De piramide wordt gebouwd op een gezonde jeugdafdeling. De jeugdafdeling moet zowel aantrekkelijk zijn voor jongens als meisjes. De mini afdeling is onze eerste kans om jonge kinderen direct goede volleybal techniek aan te leren. Dit gebeurd op een manier die past bij de leeftijd en de beleving van deze groep. Cool Moves Volley (CMV) en Smashball zijn vormen die we ondersteunen om jeugd aan ons te binden. In de paragraaf Technisch en Jeugd wordt dit verder uitgewerkt. In de jeugdafdeling is op elk leeftijdsniveau zowel voor de jongens als de meisjes minimaal 1 top team. Dit zijn dus minimaal de A1, B1 en C1. De lijn naar de top moet in de Piramide dus gestart worden in de jeugd. Doorstroming van de jeugd naar de senioren competitie moet optimaal geregeld zijn. Er zijn verschillende modellen om deze doorstroming vorm te geven. Deze modellen zijn: o Het teammodel. Een team van talentvolle jeugdspelers wordt geplaatst in de seniorencompetitie met goede begeleiding. Het team is gericht op ontwikkeling. De begeleiding is daarop afgestemd o Het supportmodel: een aantal jeugdspelers worden samengevoegd met senioren. Deze senioren gaan actief helpen de jeugdspelers verder te ontwikkelen. Ook hier staat centraal het belang van kunnen ontwikkelen en dus speeltijd voor de jeugdspelers. De senioren leden in dit team stemmen in met het ontwikkeldoel van dit team en nemen een deel van de begeleiding op zich. Verdere begeleiding is afgestemd op het ontwikkeldoel van dit team. o Het adoptiemodel: Een speler wordt opgenomen in een team met een duidelijke afspraak met dit team om de speler de gelegenheid te geven zich verder te ontwikkelen. Jeugdspelers moeten zoveel mogelijk spelen en leren. Het teammodel hanteren we als ideaal maar is niet altijd haalbaar. Een mix met het supportmodel is second best. Als er te weinig jeugdspelers zijn is het belangrijk in het adoptie model goede afspraken te maken en dit ook te begeleiden. Te vaak verzuipen talentvolle jeugdspelers in de senioren competitie met mondige senioren om zich heen die het goed bedoelen maar soms net de verkeerde dingen doen. Ook dit model vraagt dus intensieve begeleiding. VV Utrecht werkt dus bij voorkeur met het teammodel. Als dat niet mogelijk is werken we met het support model. Als dat ook niet mogelijk is werken we met het adoptiemodel. De gedachte van de piramidestructuur is op de volgende pagina weergegeven. De omvang van de senioren kant van de piramide is zowel bij de dames als de heren 10 teams of meer. In deze lijn spelen de bovenste twee teams top volleybal. Er zijn minimaal 6 teams aan zowel de heren als dames kant beschikbaar voor de breedtelijn. Voor de indelingscriteria zoals de TC die hanteert en het opvullingsprotocol van de teams; zie Bijlage 2. Voor een uitwerking van de planning van de piramide over de jaren van dit beleidsplan verwijzen we naar Bijlage 3. 7

8 Figuur: Piramide ideaal model

9 5. Technisch en Jeugd De jeugd TC van VVU, meer specifiek het technische opleidingsgedeelte, heeft een verhoogde organisatiegraad nodig. Daaruit vloeit voort dat er meer tijd in gestoken moet worden en die tijd doelmatiger ingezet moet worden. De focus moet gericht zijn op de structuur om de jeugdopleiding toekomst vast te maken. Daarna kunnen we doorbouwen naar een top jeugdopleiding. 5.1 Doel jeugdopleiding: - De jeugdafdeling van VVU zal zich ontwikkelen tot kweekvijver voor breedtesport én topsport; alle jeugdleden moeten zich hier thuis voelen. - Jeugdspelers die blijven moeten op hun eigen niveau kunnen instromen in de seniorentak van VVU. - Jeugdspelers die vertrekken bij VVU om elders te gaan spelen hebben een zodanige binding met VVU dat zij later graag terugkomen om bij VVU te spelen en/of training te geven aan de jeugd van VVU. - Vanuit het perspectief van de jeugd moeten we iets anders of extra s kunnen bieden dan andere clubs. Wij willen de club zijn die Utrechtse jeugd de kans bieden het hoogste niveau in volleybal te bereiken. De volleybal opleiding moet voor alle jeugdspelers een degelijke basis zijn voor hun verdere actieve volleybal leven. 5.2 Hoofd Jeugd TC Het hoofd jeugd TC stuurt de jeugd technische commissie aan. De jeugd TC is verantwoordelijk voor het indelen van de jeugdteams, het organiseren van de jeugdtrainingen en de afstemming met de overige TC s. Voor dit doel is de technische jeugd coördinator lid van de centrale TC van VVU. De doorstroming van de jeugd naar de senioren is een belangrijk aandachtspunt. Hiervoor is er binnen de TC iemand die de taak Top lijn coördinator jeugd invult. Deze rol vraagt nauwe samenwerking met het hoofd jeugd TC. 5.3 Jeugdtrainer begeleider Om de kwaliteit van de jeugdtrainingen te verhogen en om planmatig jeugd technisch op te leiden is de functie van jeugdtrainer begeleider in het leven geroepen. Aan deze functie worden hoge eisen gesteld, hij/zij moet vanuit kennis en ervaring zowel beginnende als ervaren trainers begeleiden en naar een hoger niveau brengen. De jeugdtrainer begeleider is praktisch aan de slag met de jeugdtrainers maar doet dat planmatig waarbij de technische standaarden die VVU heeft ontwikkeld leidend zijn. Ook werkt de jeugdtrainer begeleider nauw samen met de trainingsopleiding voor (jeugd)trainers. 9

10 5.4 Jeugd volg systeem Om de jeugdspelers zo goed mogelijk te kunnen begeleiden zal VVU een jeugd volgsysteem invoeren. Het doel van dit systeem is de technische ontwikkeling van een individuele jeugdspeler te kunnen volgen. Dit systeem zal stap voor stap opgebouwd worden. De start is een overzicht van alle spelers en hun geschiedenis bij VVU. Daaraan wordt stap voor stap de informatie aan toegevoegd. Daarmee bedoelen we dat er voor elke leeftijdscategorie doelen gesteld worden. Bijvoorbeeld het onder de knie hebben van een bepaalde techniek in een bepaalde context (voorbeeld: eerste jaar C-jeugd beheerst onderhandse techniek vanuit een boogbal). Dit stelt VVU in staat nog beter te gaan sturen op het ontwikkelen van de jeugdspelers. Het ondersteunt onze doelstelling om de lat met betrekking tot technische vaardigheden op het hoogst mogelijke niveau te brengen. 5.5 NOJK Tevens is het de verantwoordelijkheid van de jeugd TC om deelname aan het NOJK (Nederlandse Open Jeugd Kampioenschappen) te organiseren. Voor dit doel kan de jeugd TC een coördinator NOJK benoemen. Het selecteren van de teams voor het NOJK blijft een verantwoordelijkheid van de jeugd TC. 5.6 Volleybalschool De volleybalschool is een extra middel om jeugdspelers te ontwikkelen. Los van de verenigingsstructuur worden er op zondag extra trainingen aangeboden. De trainingen worden gegeven door VVU trainers. De technische lijn die gevolgd wordt bij de volleybalschool sluit aan bij de technische lijn van VVU. De jeugd TC kan een coördinator volleybalschool benoemen die dit met een aantal vrijwilligers organiseert. De volleybalschool is financieel zelfsupporting. De ouders doen dus een bijdrage om hun kinderen deel te kunnen laten nemen aan de volleybalschool. Er vindt een selectie plaats om deel te mogen nemen maar alle spelers worden in staat gesteld aan deze selectie deel te nemen. De volleybalschool staat ook open voor spelers van buiten de vereniging. 5.7 CMV Mini-volleybal Om de jeugd van 6 tot 12 jaar op te leiden en te binden aan de volleybal sport gebruiken we Cool Moves Volleybal (CMV). Mini s kunnen zo spelenderwijs volleybal leren, toernooien en competitie spelen. Het is onze kans om kinderen in deze leeftijd de basis goed bij te brengen. Om dit in goede banen te leiden en zoveel mogelijk kinderen kennis te laten maken met volleybal is de Combinatiefunctionaris actief binnen VVU. Zolang deze Combinatiefunctionaris vanuit de gemeente ondersteund wordt zullen wij deze inzetten als minicoördinator. Een andere opzet is mogelijk als de meerwaarde van de Combinatiefunctionaris wegvalt. De functie van minicoördinator zal dan anders ingevuld worden. We streven er naar minimaal vier teams in de mini competitie actief te hebben. Daarnaast is het doel een groep toernooi mini s actief te hebben in voorbereiding op de mini competitie. 5.8 De minicoördinator (Combinatiefunctionaris) De minicoördinator (nu de Combinatiefunctionaris) is verantwoordelijk voor het Cool Moves Volleybal (CMV) voor de jeugd van 6 tot 12 jaar en de PR van deze mini s binnen en buiten de vereniging in samenwerking met de communicatie-commissie. Hij/zij stelt samen met de minitrainers het (individuele) niveau en de teamindeling vast en stelt planning vast en bewaakt handhaving hiervan. Het accent ligt op het ontwikkelen van motorische vaardigheden maar ook beurtgedrag, assertiviteit en gedeeld speelplezier komen hierbij naar voren. Natuurlijk spelen ouders daarbij een belangrijke rol. Het betrekken van de ouders bij de ontwikkeling is een belangrijk aspect. Ouders kunnen alleen een ondersteunde rol spelen als ze ook betrokken worden bij het volleybal van hun kinderen. Ook het samenwerken met scholen is een andere belangrijke doelstelling. Bij dit aspect komt het gezamenlijk belang van de gemeente en VVU goed tot uiting. Dit gezamenlijk belang is zoveel mogelijk kinderen aan het volleyballen te krijgen. Vanuit de gemeente is dit van belang om kinderen te laten bewegen en mee te laten doen aan een sportclub. Voor 10

11 VVU is het van belang om nieuwe jeugd binnen te halen. De combinatiefunctionaris vertegenwoordigt VVU ook in het regio-overleg voor de mini s. 5.9 Smashball Naast het CMV volleybal is Smashball een andere goede mogelijkheid om jonge kinderen te boeien voor de volleybalsport. Met name jongens lijken dit een leuke spelvorm te vinden. Omdat we actief meer jongens willen aantrekken zullen we gaan experimenteren met het aanbieden van Smashball. Ook zullen we hierbij de samenwerking zoeken met andere naburige verenigingen die hier ook op in willen zetten. Hierdoor kunnen we een competitie vorm opzetten. Het doel is jongens tussen de 6 en 12 jaar te binden aan de volleybalsport als alternatief voor het Circulatie Mini Volleybal. De Combinatiefunctionaris zal hiervoor ook ingezet worden De sportieve inrichting van de A-, B- en C-jeugdafdeling Binnen de 3 leeftijdsgroepen is er minimaal 1 top team. Een topteam heeft als doelstelling topklasse in de jeugdcompetitie te spelen. Indien de luxe van genoeg talenten ontstaat, is het mogelijk meerdere top teams per leeftijdscategorie te hebben. Dit is een besluit van de jeugd TC. Het bestuur besluit vervolgens of er voldoende middelen zijn om dit zo te kunnen faciliteren. Met betrekking tot trainingsuren en trainingsschema zijn de uitgangspunten: - Alle toplijn teams (talenten) minimaal 2x 1½ uur per week trainen (dat kunnen dus ook de tweede teams per leeftijdscategorie zijn indien er genoeg talent is). - De spelers van deze teams worden ook aangemoedigd om mee te doen met de selectietraining van de volleybalschool. - De talenten een 3e keer kunnen meetrainen met een hoger spelend jeugdteam en/of seniorenteam. - De overige jeugdteams 1 x per week trainen, een tweede keer trainen is op basis van individuele afspraken mogelijk met een ander team. Met betrekking tot trainers zijn de uitgangspunten: - Alle jeugdteams hebben een trainer (norm VT2). - Alle talententeams hebben een gekwalificeerde jeugdtrainer voor alle trainingen (niveau VT3 of hoger). Afhankelijk van het niveau waarin het betreffende talenten team uitkomt wordt het profiel van de gewenste trainer aangepast op het gebied van ervaring en ambitie. - Er bij de senioren topteams trainers worden aangesteld die de VVU visie op het gebied van jeugdbeleid omarmen en toepassen De ouder als teammanager Omdat er voor jeugd nogal wat geregeld moet worden op teamniveau wordt er per team een van de ouders als teammanager aangesteld. Dit heeft twee positieve effecten. Ouders worden meer betrokken bij VVU en met name bij het team waar hun zoon of dochter in speelt. Ouders hebben daardoor een vertrouwd aanspreekpunt. Ook is het daardoor makkelijker de andere ouders te betrekken. Daarnaast neemt het een boel regelwerk uit handen van de trainer/coach. Menig jeugdtrainer vindt training geven en coachen erg leuk maar om daarnaast nog van alles te moeten regelen is soms lastig De teammanager is de contactpersoon van het team en regelt de organisatie rondom de wedstrijden zoals vervoer, vervangers. Ook taken die door jeugdleden moeten worden uitgevoerd heeft de aandacht. De teammanager geeft aandacht aan spelers voor verjaardagen, teamuitjes, ziekte en algemeen welbevinden. De teammanager heeft voor iedere wedstrijd contact met de coach en zorgt voor begeleiding in/uit de kleedkamer 11

12 6. Technisch en Breedtelijn De breedte lijn is het hart van de vereniging. In principe komen deze teams uit in de promotieklasse tot en met vierde klasse. Mocht er echter een team naar de derde of zelfs tweede divisie promoveren dan is daar vanuit het technisch beleid geen bezwaar tegen. De doelstelling voor de breedte teams is maximaal presteren vanuit de samenstelling die door de TC voor deze teams gemaakt is. Bij het indelen van de teams wordt er vooral gekeken naar het bereikte niveau van de spelers. Het verschil met de top lijn is dat daar alles gericht is op de potentie en de ontwikkeling daarvan. De vereniging biedt alle breedte teams een minimum aan trainingsfrequenties aan. Hiervoor geldt dat de senioren teams 1 maal per week 2 uur trainen. Vanaf de derde divisie trainen teams 2 keer per week. De tweede training is niet vrijblijvend, er wordt van spelers in deze teams verwacht dat ze beide trainingen aanwezig zijn. Teams kunnen vanuit de TC een specifieke doelstelling mee krijgen. Dit wordt gedaan om het piramidemodel in stand te houden. Ook aan de onderkant van de senioren piramide moet genoeg aanbod zijn. We willen vertegenwoordigd zijn in alle regio-klassen van de Nevobo competitie. Ondanks dat de breedte lijn niet als primaire doelstelling heeft het ontwikkelen van talent, ontwikkelen spelers zich wel over de tijd (zowel beter als wat minder). Als een individuele speler zich goed ontwikkelt, zal deze speler de kans krijgen in een hoger team te gaan spelen indien deze speler beter is dan de huidige speler(s) in dat hogere team. In de praktijk zullen we ook een aantal spelers uit de opleidingsteams van de top lijn zien afbuigen naar de breedtelijn. Dit is een gewenst model. Andersom kan ook maar zal minder vaak voorkomen. In de breedte lijn zijn er geen teams die rechten kunnen ontleden uit samenstellingen uit voorgaande jaren. Wel is er in overleg met de TC de mogelijkheid een specifieke samenstelling van een team te realiseren. De TC is bepalend als daarbij meerdere belangen afgewogen moeten worden. Spelers die vanuit de breedte lijn in een opleidingsteam spelen ter ondersteuning van de talenten (supportmodel) zijn in principe breedte spelers die voor een bepaalde tijd deze vorm ondersteunen. Ook voor deze spelers geldt dat op het moment dat ze niet meer actief willen of kunnen doorgaan met hun rol in het supportmodel zij terugstromen in de breedtelijn en ingedeeld worden door de TC (zie ook bijlage 2 over de indelingscriteria). 12

13 7. Technisch en Toplijn We streven ernaar om de eerste teams Eredivisie te laten spelen. Stap voor stap zullen we voor de bovenste teams (top teams) steeds meer een topsport cultuur nastreven. De eerste teams zijn daarbij leidend. De tweede teams volgen. De opleidings- en jeugdteams in de toplijn bereiden spelers daarop voor. In een topsport cultuur staat de prestatie centraal. Dit geeft rechten en plichten. We verwachten van spelers in deze teams dat ze heel veel tijd in hun sport stoppen en dat volleybal prioriteit heeft in hun tijdsbesteding. Het gaat om winnen. Alle aspecten die dat doel kunnen ondersteunen zoals technisch, tactisch, mentaal en fysiek worden daarvoor ingezet en getraind. In 2020 is het doel Eredivisie voor de dameslijn gerealiseerd te hebben. De tweede teams spelen tweede divisie of hoger. In het piramidemodel is het vierde team een opleidingsteam. Het niveau is promotieklasse/derde divisie. Dit is een landingsplaats voor talentvolle jeugd (teammodel). Net als in de top jeugdteams staat opleiden en doorstromen hier centraal. Er wordt op eerste/tweede klasse niveau een tweede opleidingsteam gestart (tevens volgens het team of supportmodel). Dit is een tweede landingsplaats voor jeugd dat zich iets minder snel ontwikkeld en een tussenstap nodig heeft naar het hogere opleidingsteam. Om doorstroming en ontwikkeling van spelers goed te kunnen volgen en daarop in te kunnen spelen, is er het toplijn overleg. Dit toplijn overleg vindt minimaal drie keer per seizoen plaats. Het toplijn overleg geeft advies aan de TC over doorstroming en plaatsing van spelers bij de indeling van teams m.b.t. de toplijn maar adviseert ook tijdens het seizoen over meetrainen bijvoorbeeld. Het toplijn overleg wordt zowel aan de dames kant als aan de herenkant gehouden. Het toplijn overleg bestaat uit: De hoofdtrainers van de eerste teams De toplijn coördinator jeugd TC verantwoordelijke eerste teams TC verantwoordelijke opleidingsteams Hoofd TC (kan zich laten vertegenwoordigen) Technisch directeur (voorzitter) De teamindeling voor deze teams blijft een eindverantwoordelijkheid van de TC maar het toplijn overleg bereid deze beslissingen voor. De hoofdtrainer heeft de belangrijkste stem in de samenstelling van het eerste team. Ook kan het technisch geweten (zie ook p.16) geraadpleegd worden door de CTC in het voorbereiden van beslissingen. Top teams in de senioren lijn trainen minimaal 2 keer per week 2 uur. Voor de eerste teams in de Top divisie en/of Eredivisie geldt dat er gekeken wordt naar het aantal trainingsuren. Hiervoor heeft de Nevobo voor de Eredivisie eisen gesteld. Er wordt dan vaker/of langer getraind. Streven is om 3 tot 4 trainingen in de week te organiseren 13

14 8. Organisatie Technische Cluster Om de vereniging te kunnen besturen en optimaal te laten functioneren, heeft het bestuur een aantal commissies voor uitvoerende taken. Deze organen hebben de taak om het in de algemene ledenvergadering vastgestelde verenigingsbeleid uit te voeren en uit te dragen. Eén van de grootste organen binnen de vereniging is het Technische Cluster (TC), belast met het hoofdproduct van de vereniging: volleybal technische aangelegenheden. Het Technische cluster bestaat uit de drie technische commissies en de coördinatoren van de afdelingen (recreanten, beach en paravolley). Om dit geheel te besturen en onderlinge afstemming te kunnen doen kennen we de centrale TC. De centrale TC (CTC) bestaat uit de hoofden van de TC s en de coördinatoren van de afdelingen. De technisch Directeur zit de CTC voor en is tevens lid van het verenigingsbestuur. Beachvolleybal is nog niet geïntegreerd in de huidige TC structuur. De Beach coördinator zal wel periodiek aansluiten bij de CTC vergaderingen en op termijn zal er een aparte Beachvolleybal TC worden gevormd. Dit om het integrale (beach)volleybalaanbod, het hele jaar door en een volleyballeven lang, gestalte te geven. Hetzelfde zal gaan gelden voor volleybal voor gehandicapten zodra dit actief wordt. 14

15 De Centrale TC zet de hoofdlijnen van het technisch beleid uit. In het bijzonder is er aandacht voor interactie en samenwerking tussen de verschillende afdelingen en voor toplijnbeleid. Het hoofd TC en de teambegeleiders vormen samen de afdeling TC (Jeugd TC, Heren TC, Dames TC). De afdelingen zijn verantwoordelijk voor de invulling van het beleid, waaronder teamindeling, trainerscontacten en coördinatie technische zaken. Om de toplijn te organiseren is er in de jeugd TC is een toplijn coördinator benoemd en in de heren en dames TC een verantwoordelijke voor de opleidingsteams. De teambegeleiders hebben de continue taak om met spelers en trainer/coach af te stemmen hoe het gaat, welke zaken extra aandacht verdienen en waar ingrijpen wellicht noodzakelijk is. Dit is enerzijds vormgegeven in een vastomlijnde jaaragenda (o.a. tussentijdse evaluaties en een enquête, zie bijlage 4), maar dient anderzijds in het informele circuit plaats te vinden. De recreanten en de masters hebben geen teambegeleiders. Hier is dit een taak van de coördinator in overleg met de teams zelf. De coördinator is lid van de CTC en kan ook hulp inroepen van de CTC als dat nodig is. Ook de mogelijk toekomstige lijnen voor paravolley en beachvolleybal zullen een coördinator hebben die deze taak vervult 8.1 Het Technisch Geweten Op verzoek van de Technisch Directeur kan een kleine groep bij elkaar komen die samen het Technisch Geweten van VVU vormen. Ze geven advies aan de Centrale TC op het gebied van het technisch beleid. Personen in deze groep zijn VVU-ers met een brede en diepe technische achtergrond. Ze worden door de centrale TC voorgedragen en door de technische directeur benoemd in deze adviesfunctie. Het is een kleine groep van 3 tot 5 personen. Deze groep helpt ook bij het bepalen van Top lijn beslissingen, volgt de talenten en heeft contact met de buitenwereld. Ook geven ze advies over bijvoorbeeld het standaard VVU systeem, onze manier van technisch spelen en onze manier van opleiden met de kwaliteitsstandaarden die daarbij horen. 15

16 9. Middelen 9.1 Financiële middelen Het bestuur is verantwoordelijk voor het organiseren van voldoende financiële middelen om het technisch beleid te kunnen uitvoeren. Naast de basisfaciliteiten voor elk team vragen de topteams substantieel extra geld vanwege extra zaalhuur en duurdere trainers. Dit komt slechts voor een beperkt deel vrij uit algemeen contributiegeld en wordt gefinancierd door commerciële activiteiten en sponsoring (Cluster Commercieel). In samenwerking en onder verantwoording van de Penningmeester wordt een budgettering gemaakt voor de trainers. De Technisch Directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van dit budget Er wordt tevens een bedrag gebudgetteerd voor de TC dat gebruikt wordt voor specifieke trainingsmaterialen (agility ladders, videocamera, etc.). De Technisch Directeur bepaalt de besteding van dit TC budget en legt aan het eind van het seizoen verantwoording af aan de Penningmeester. 9.2 Trainingsfaciliteiten Om de volleybalkwaliteiten van iedere individuele speler maximaal te ontwikkelen en het gewenste niveau van de topteams te bereiken, worden leden in de gelegenheid gesteld om hun volleybalvaardigheden door middel van trainingen te ontwikkelen. VVU heeft als doel om alle trainingen en wedstrijden in volwaardige (top)sport accommodaties te laten plaatsvinden. De vereniging streeft er naar om alle teams in een wedstrijdwaardige sporthal te laten trainen. Het is het streven dat de trainingen van de topteams zodanig worden ingepland, dat zij minimaal 1x per week op hun wedstrijdveld trainen. Voor het eerste heren en dames team betekent dat een center court opstelling. 9.3 Trainers, Coaches en Teambegeleiders Om de kwaliteiten van iedere speler of speelster maximaal te ontplooien en om optimale teamprestaties te kunnen leveren, beschikken alle teams over (gekwalificeerde) trainers en coaches, waardoor zij passend begeleid worden. Tevens wordt er voor topteams vanaf eerste divisie een assistent-trainer aangesteld. Vanaf de Topdivisie wordt er ook een teammanager toegevoegd. Trainers en coaches dienen aan de volgende criteria te voldoen: - Voldoende volleybal technische knowhow, aansluitend bij het niveau van hun team - Voldoende didactische, sociale en communicatieve vaardigheden - Kennis van en het uitdragen van Positief Coachen - Aansluiten bij het zogeheten trainers overleg - Voldoen aan het veiligheidsbeleid dat door de vertrouwenscontactpersonen is opgesteld en door het bestuur wordt ondersteund (verklaring van gedrag overhandigen) De opleiding van trainers en coaches wordt door de vereniging gestimuleerd. Daarnaast biedt de vereniging workshops en kennissessies aan ter bevordering van de kennisdeling. 16

17 9.4 Trainersopleiding Naast het ontwikkelen van spelerstalent zal VVU ook actief trainers talent ondersteunen in hun ontwikkeling en deze zo actief binden aan de club. VVU streeft naar 80% gekwalificeerde trainers, volgens de geldende Nevobo-norm. Om dit te bereiken, organiseert VVU eenmaal per twee jaar de VT-2 cursus in eigen huis. Dit wordt georganiseerd in nauwe samenwerking met een erkende opleider van de Nevobo. Voor de komende beleidsperiode wordt er een verdergaande samenwerking met Scherp Volleybal opgezet. De VT0 opleiding Een tweetal avonden voor ouders en begeleiders over de beginselen van volleybal coachen. De opleiding wordt kosteloos aangeboden. De VT2 opleiding. In eigen beheer voor zowel de senioren als jeugdtrainers. Van trainers die het examen hebben behaald wordt verwacht dat ze daarna nog minimaal 1 seizoen als verenigingstrainer optreden. De opleiding is dan kosteloos. De VT3/4 opleiding VVU ziet VT3 als het gewenste minimale niveau voor haar toptrainers. Het volgen van een VT3 of 4 opleiding gebeurt op basis van persoonlijke afspraken. Een meerjarige verbintenis is een duidelijk streven hierbij. VT4/5 opleiding Voor het spelen in de Eredivisie is trainer met een VT5 licentie verplicht. De assistent zal een VT4 licentie moeten hebben. Ook hier is dus een piramide model te zien waarbij de VT5 trainers de hoogste teams zullen trainen. De trainersbijeenkomsten die in eigen beheer worden opgezet zijn ter voorbereiding van de VT2 en VT3 opleiding maar ook bedoeld voor alle trainers om bezig te blijven met het ontwikkelen van hun trainersvak. Trainers worden gestimuleerd hieraan deel te nemen. Door veel trainers breed op te leiden wil VVU in de positie komen om een keuze te hebben de beste trainer op de juiste groep te kunnen zetten. Deze trainersbijeenkomsten worden ook gebruikt om de te volgen technische lijn uit te dragen, zodat de verschillende technieken en systemen binnen de gehele vereniging op dezelfde wijze worden aangeleerd en gehanteerd. De CTC is verantwoordelijk voor het bepalen van de technische lijnen. De CTC kan zich laten ondersteunen door de personen die als technisch geweten zijn aangesteld. 9.5 Fysieke begeleiding Om maximaal te kunnen presteren is naast een goede technische begeleiding ook een goede fysieke begeleiding nodig. Voor onze eerste teams zullen we samenwerking aangaan met fysiotherapeuten of mogelijk een praktijk voor fysiotherapie. Het streven zal zijn hier ook van gebruik te kunnen maken voor alle top teams en zelfs breder voor alle leden. Hierbij zal de volgende richtlijn worden aangehouden: - Heren 1 en Dames 1: actief aanwezig en support in ondersteunde programma s (zoals krachttraining) - Toplijn: Er wordt een structureel programma samen met de toplijn trainers vastgesteld. Dit programma krijgt ondersteuning in de uitvoering en de fysiotherapeut is op afroep aanwezig. - Breedte lijn: Via open spreekuur om vragen te beantwoorden, advies te geven en doorverwijzing te doen. 17

18 Naast de samenwerking met fysiotherapeuten is de samenwerking met een teamarts in de Eredivisie een vereiste. We streven ernaar deze samenwerking al in de Topdivisie vorm te geven. 9.6 Mentale begeleiding Naast fysieke begeleiding kunnen we ook winst boeken door spelers mentaal te laten groeien. Waar het mogelijk is zullen we ook hiervoor hulp en inzichten van buitenaf inzetten. Ook crossovers met andere sporten kunnen hier een aanwinst zijn. In principe ligt de focus in eerste instantie om onze top hiermee als eerste te ondersteunen. Dit kan door de coaches meer bagage te geven om op dit vlak beter te kunnen werken met hun team maar ook een meer direct model behoort tot de mogelijkheden. 9.7 Scouting en analyse hulpmiddelen Een belangrijk aspect om feedback te krijgen is de analyse met of zonder video. Voor dit doel zullen we een team oprichten dat zich gaat richten om de wedstrijd analyse op Eredivisie niveau te kunnen doen. Maar het instrument (eventueel versimpeld) inzetten moet voor alle top teams mogelijk zijn. De frequentie zal alleen lager liggen. Scouting is in de Eredivisie elke thuis wedstrijd verplicht. We willen echter in de Topdivisie al deze discipline opgebouwd hebben. 9.8 Andere samenwerkingen Om de nodige nieuwe kennis binnen te halen en aan de andere kant invulling te geven aan maatschappelijke betrokkenheid zal onderzocht worden of we met enige schaal en regelmaat kunnen samen werken met de MBO Sport en Bewegen die zich ook in de Galgenwaard heeft gevestigd 9.10 Ledenbestand De continuïteit van de vereniging is grotendeels afhankelijk van het aantal leden. De vereniging heeft dan ook voortdurend behoefte om leden te behouden en om nieuwe leden aan te trekken. Dit om het aantal leden en het aantal teams op peil te kunnen houden of te kunnen verbeteren. Maar ook om het niveau van de teams op peil te kunnen houden of te kunnen verbeteren. Door een actief jeugdbeleid zal de vereniging blijven groeien. Om onze ambities te kunnen waarborgen zal een minimale omvang van 10 senioren dames teams en 10 senioren heren teams nodig zijn. De maximale omvang is niet afhankelijk van het technisch beleid maar zal veel eerder begrensd worden door operationele beperkingen en onze ambities vanuit verbinding bijvoorbeeld. 18

19 Bijlage 1 Leden raadpleging 22 april De ledenraadpleging van 22 april heeft input opgeleverd met betrekking tot het technisch beleid. Besproken is de vertaling vanuit de droom naar een stelling voor de komende jaren. De vraag aan de leden was verdere input op onderstaande stelling. We gaan voor volleybal op topniveau. We kijken naar mogelijkheden om verschillende lijnen neer te zetten: een topsportlijn en een breedtesportlijn, welke niet geheel los van elkaar staan. Op deze manier kunnen we beide lijnen voorzien van goede ondersteuning, zodat iedereen op zijn eigen niveau optimaal kan presteren. Aandacht voor jeugdopleiding ten behoeve van eigen gezicht. Bijgesloten als foto is de tekening die gemaakt is deze avond als voorbeeld van de input. Hieronder de belangrijkste punten van alle input. 19

20 We willen een vereniging zijn die volleybal op het hoogste niveau speelt zowel bij de dames als de heren maar dat moet op een manier gebeuren dat iedereen die bij VVU speelt een topprestatie kan nastreven Ons doel (op termijn) is eredivisie te spelen voor zowel dames als heren We hebben een gezonde Piramide structuur nodig om dit te kunnen uitvoeren De omvang van de vereniging moet de doelstelling presteren op topniveau voor de toplijn en de breedte lijn faciliteren De Piramide zal gebouwd moeten worden op een gezonde jeugdafdeling Utrecht wil een vereniging zijn waarbij jeugd kan doorstromen naar het hoogste niveau Alle jeugd moet begeleid worden door goede trainers en coaches. Talentvolle jeugd moet begeleid worden door toptrainers De lijn naar de top moet in de Piramide gestart worden in de jeugd. Doorstroming van de jeugd naar de senioren competitie moet goed geregeld zijn Er worden verschillende modellen besproken als ideaal model voor deze doorstroming. Ze hebben allemaal hun voor en nadeel. Deze modellen zijn: o Het adoptiemodel: Een speler wordt opgenomen in een team met een duidelijke afspraak met dit team om de speler de gelegenheid te geven zich verder te ontwikkelen. Jeugdspelers moeten zoveel mogelijk spelen en leren. o Het supportmodel: een aantal jeugdspelers worden samengevoegd met senioren. Deze senioren gaan actief helpen de jeugdspelers verder te ontwikkelen. Ook hier staat centraal het belang van kunnen spelen voor de jeugdspelers. o Het teammodel. Een heel team van jeugdspelers wordt geplaatst in de seniorencompetitie met goede begeleiding. o Het laatste model wordt als ideaal gezien maar is niet altijd haalbaar. Een mix met het supportmodel is ook prima. Als er te weinig jeugdspelers zijn is het belangrijk in het adoptie model goede afspraken te maken en dit ook te begeleiden. Te vaak verzuipen talentvolle jeugdspelers in de senioren competitie met mondige senioren om zich heen die het goed bedoelen maar soms net de verkeerde dingen doen. Ook dit model vraagt dus intensieve begeleiding. Vanuit het perspectief van de jeugd moeten we iets anders of extra s kunnen bieden dan andere clubs. Als voorbeeld werd Protos genoemd. Voor een aantal jeugdspelers kan dit op een gegeven moment een leuk alternatief zijn. Wij willen de club zijn die Utrechtse jeugd (we heten niet voor niets VV Utrecht) de kans bieden het hoogste niveau in volleybal te bereiken. Er alles uit kunnen halen dus. Een goede jeugdopleiding, een goede doorstroming en extra trainingsfaciliteiten. Dit laatste zowel kwalitatief als kwantitatief We hebben een toplijn nodig in onze Piramide om talentvolle spelers naar het voor hen hoogst haalbare te brengen. Dit vraagt ook commitment van de betreffende spelers. Meedoen in de toplijn geeft meer faciliteiten maar brengt ook meer verplichtingen met zich mee. Naast de toplijn moet er genoeg alternatief zijn in de breedtelijn voor alle leden. Dat kunnen jeugdleden zijn die de absolute top niet halen maar kunnen ook zij-instromers zijn. Er moet duidelijk beleid zijn hoe instroming en indeling geregeld is. Recreanten competitie is het alternatief voor die leden die niet meer de volledige training en competitie sport willen beleven. Dit alternatief willen we blijven bieden. Wel werden er kritische kanttekeningen geplaatst bij de betrokkenheid van de recreanten leden bij de rest van de club. Aan de andere kant werd geopperd dat het enigszins zelfstandig draaien van de recreanten eigenlijk ook wel goed is. Mogelijk moet het ook steeds meer zo georganiseerd worden. Ook werd er nog het idee van de cross over met andere sporten ingebracht. Door samenwerking in training bijvoorbeeld kan mogelijk voordeel behaald worden. 20

21 Bijlage 2 Indelingscriteria TC De TC hanteert vaste indelingscriteria bij de teamindeling. Hieronder zie je puntsgewijs welke criteria en principes dit zijn. Voorop staat dat we elk vv Utrecht lid een plek bieden. Externe versterkingen kunnen dus nooit ten koste gaan van een huidig vv Utrecht lid. Wel kan er geschoven worden in teams en niveaus, waardoor een vv Utrecht lid in een ander team geplaatst wordt. Streven hierbij is altijd om iedereen op zijn/haar eigen niveau te laten spelen. a. De prioriteit van belangen is bij het maken van de teamindelingen als volgt: - verenigingsbelang - teambelang - individueel belang b. De volgende factoren worden voor elke speler meegenomen bij het plaatsen in een team (op volgorde van prioriteit): i. Spelniveau van een speler (gebaseerd op waarneming TC en advies van trainers) ii. Verwachte groei van een speler voor de komende twee seizoenen (N.B. punten 1 en 2 hebben in geval van een jeugd- of opleidingsteam (toplijn) de omgekeerde volgorde van prioriteit) iii. Ambitie en instelling van een speler Bij vergelijkbare factoren 1, 2 en 3 geldt het volgende: iv. Aanwezigheidsgarantie gedurende het seizoen v. Een VVU-jeugdlid gaat voor op een huidig seniorenlid vi. Een huidig VVU-lid gaat voor op een extern nieuw lid vii. Externe nieuwe leden van Protos gaan voor op overige externe nieuwe leden viii. De intentie om voor langere tijd lid te blijven bij VVU. ix. Bij verder gelijke factoren gaat een actief lid voor op een niet-actief lid. Dit sluit aan op het verenigingsbeleid dat zegt dat van elk team actieve bijdragen verwacht mag worden: het leveren van scheidsrechters, trainers, commissieleden, etc. x. Sociale verbondenheid spelers Verticale instroom in top teams (eerste en tweede team) Om de benodigde kwaliteit van spelers en speelsters in de eerste teams te krijgen kan het zijn dat het wenselijk is verticale instroom toe te laten. Mogelijk dat deze spelers op een bepaald moment willen doorstromen naar de breedtelijn Het gevaar dat hierin zit is dat spelers zonder binding met VVU de plek innemen van VVU leden in de breedtelijn. Spelers of speelsters die in de bovenste twee teams in de toplijn 1 jaar of minder binnen zijn via verticale instroom en worden als nieuw lid beschouwd als ze in de breedte lijn willen gaan spelen. Dat betekent dus dat doorstromen naar de breedtelijn na twee seizoenen mogelijk is voor spelers die zijn binnen gekomen via verticale instroom in deze teams. Ze zullen bij de indeling dan beschouwd worden als spelers binnen de breedtelijn 21

22 Tot slot: de TC is verantwoordelijk voor de indeling van de teams en kan voor vragen over de indeling worden aangesproken. Bovenstaande lijst geeft de in het algemeen geldende richtlijnen voor de teamindeling weer. Het zijn en blijven richtlijnen, dus in de praktijk is het mogelijk dat er (weloverwogen) beslissingen worden genomen, die niet in lijn zijn met bovenstaande lijst. Protocol opvullen teams Protocol voor het vullen van teams (voor wedstrijden) tijdens het seizoen. Basisuitgangspunt: na de definitieve teamindeling wordt er niet meer onderling geschoven tussen teams, dit gebeurt na het seizoen weer. Eventuele ontstane gaten worden op een andere wijze gevuld. Hierbij wordt de volgende prioritering gebruikt: Tijdelijke vervanging wedstrijden (enkele weken / maximaal paar maanden): 1. intern in het team oplossen 2. het invallen van jeugdspeelsters 3. het invallen van speelsters uit lagere teams (niet ten koste van eigen team) / masters / recreanten 4. externen benaderen Structurele vervanging wedstrijden (tot einde seizoen en langer): 1. intern in het team oplossen 2. meespelen jeugd op structurele wijze 3. afspraken maken over invallen speelsters uit lagere teams (niet ten koste van eigen team) 4. opvullen vanaf de wachtlijst (liefst kwalitatieve impuls) 5. schuiven tussen de teams Protocol over (alleen) meetrainen bij teams, prioritering: 1. jeugd 2. talentvolle / ambitieuze spelers uit lagere teams 3. externen met de ambitie om volgend seizoen bij vv Utrecht te komen 4. externen die alleen (tijdelijk) willen meetrainen Basisprincipe: meetrainen bij een hoger team mag nóóit ten koste gaan van het eigen team, tenzij met de TC expliciet afgesproken. 22

23 Bijlage 3 - Uitwerking piramide model Uitwerking piramide model Dit is een concept operationeel document, deze 0.9 versie is aan het beleidsplan toegevoegd ter oriëntatie maar wordt n.a.v. besluiten in de TC's bijgesteld (meerdere keren per jaar is mogelijk) Bijlage 3 Technisch beleidsplan - Piramid 23

24 Bijlage 4 - Vastomlijnde jaaragenda Vastomlijnde jaaragenda Concept operationeel document in bewerking Bijlage 4 - Jaarplanning TC