Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek. Definitief

Transcriptie

1 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Definitief

2 Wareco is een gespecialiseerd ingenieursbureau op het gebied van water, bodem en funderingen. Onze kracht is de integratie en combinatie van onze specialisaties. We doen onderzoek en geven advies. We maken plannen en begeleiden de uitvoering. Enthousiast, persoonlijk en innovatief. Al meer dan 35 jaar leveren we maatwerk, met als resultaat hoge kwaliteit en duurzame, kostenbesparende oplossingen. Vanuit onze vestigingen in Deventer en Amstelveen bedienen we met circa 60 professionals overheden, bedrijfsleven en particulieren. We hechten grote waarde aan kwaliteit en duurzaamheid. Het managementsysteem is ISO 9001 (kwaliteitsmanagement) en ISO (milieumanagement) gecertificeerd. Voor u als opdrachtgever komt dit tot uiting in de vorm van duidelijke afspraken, het afhandelen van klachten volgens vaststaande procedures en het, waar mogelijk en wenselijk, aandragen van duurzame oplossingen. Daarnaast staat duurzaamheid ook bij onze bedrijfsvoering hoog op de agenda. Dit komt tot uiting in aandacht voor besparing op en hergebruik van grondstoffen en het beperken van milieubelasting.

3 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Definitief Uitgebracht aan: Gemeente Emmen Postbus RA EMMEN Auteur ing. M.J.C. Klein Overmeen Kenmerk BX48A RAP Vrijgave ir. J.H. Bouma Datum Status Definitief

4 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Inhoudsopgave Tekst pagina 1. Inleiding Aanleiding en doel Onderzoeksopzet Aanpak en uitgevoerde werkzaamheden Opzet online enquête Resultaten enquête grondwateroverlast Deelname online enquête Algemene vragen Vragen over vochtoverlast begane grond Vragen over kruipruimtes Vragen over kelders Vragen over tuinen of binnenplaatsen Vragen over getroffen maatregelen Vraag over nader onderzoek Samenvatting en aanbevelingen Samenvatting Aanbevelingen Bijlagen 1. Vragenlijst enquête 2. Deelname bewoners aan online enquête 3. Vochtproblemen op de begane grond 4. Vochtproblemen in de kruipruimte 5. Vochtproblemen in de kelder BX48A RAP

5 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek 1. Inleiding 1.1. Aanleiding en doel Het doel van het enquête-onderzoek is het vastleggen van de grondwateroverlast zoals die door de inwoners van Nieuw-Schoonbeek wordt ervaren. De resultaten van de enquête geven, gecombineerd met het grondwatermonitoringsonderzoek, een meer nauwkeurig beeld van de grondwater situatie in Nieuw-Schoonebeek. Dit beeld is noodzakelijk om de aard en omvang van de problematiek vast te stellen en eventueel mogelijke maatregelen te beoordelen en af te wegen. Figuur 1: Onderzoeksgebied enquête Nieuw-Schoonebeek 2. Onderzoeksopzet 2.1. Aanpak en uitgevoerde werkzaamheden Voor het onderzoek zijn de volgende werkzaamheden zijn uitgevoerd: Het bepalen van het onderzoeksgebied (figuur 1), de voorbereiding van de digitale enquête en het opstellen van een vragenlijst in overleg met de gemeente Emmen en de Dorpsraad van Nieuw-Schoonebeek. In juni 2017 zijn naar 396 adressen van Nieuw-Schoonebeek een brief verzonden om de bewoners te informeren over de online enquête. In de dorpskrant Hej t al heurd (editie juli 2017) is een nieuwsbericht geplaatst. 1 Definitief BX48A RAP

6 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek De digitale enquête is van 30 juni tot 2 augustus 2017 opengesteld voor de bewoners. Hierbij konden de bewoners eventueel telefonisch ondersteund worden. Na sluiting van de enquête zijn de resultaten verwerkt in voorliggend rapport. Figuur 2: Nieuwsbericht in Hej t al heurd 2.2. Opzet online enquête Om een goed beeld te krijgen van de huidige ervaringen van grondwateroverlast door bewoners in Nieuw-Schoonebeek is in overleg met de gemeente een enquête opgesteld. Deze enquête omvat onder andere: algemene vragen over de woning; vragen over de begane grond (ervaring overlast); vragen over de kruipruimte (aanwezigheid, diepte, ervaren overlast); vragen over de kelder (aanwezigheid, diepte, ervaren overlast); vragen over de tuin of binnenplaats (aanwezigheid, ervaren overlast); vragen over getroffen maatregelen om de overlast tegen te gaan. De vragenlijst is opgenomen in bijlage 1. 2 Definitief BX48A RAP

7 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek 3. Resultaten enquête grondwateroverlast 3.1. Deelname online enquête De online enquête heeft geresulteerd in 95 reacties. Dit is circa 24% van het totale aantal benaderde bewoners. In bijlage 2 is een overzichtskaart van de woningen van de 95 deelnemers van de enquête opgenomen. De spreiding van de deelnemers geeft aan dat de meeste reacties uit het westelijke deel van de Europaweg en de dorpskern van Nieuw- Schoonebeek zijn ontvangen. Enkele feiten op een rij: 396 bewoners zijn per brief benaderd; de online enquête kon gedurende 1 maand worden ingevuld; in totaal hebben 95 bewoners de enquête ingevuld (24%) Algemene vragen De enquête startte met twee algemene vragen over de woning en de bewoner: Bent u eigenaar van uw woning of het pand? Sinds wanneer bent u bewoner van deze woning, eigenaar of huurder van het pand? Uit de reacties blijkt dat de meeste bewoners eigenaar zijn van de woning of het pand (92,6%). Een klein deel (6,3 %) huurt bij een woningstichting. Eén bewoner geeft aan particulier te huren. Het merendeel van de bewoners geeft aan meer dan 10 jaar geleden in de woning zijn ingetrokken of eigenaar is geworden (69,5%). Een klein tiende deel (9,5 %) van de bewoners geeft aan tussen 5 tot 10 jaar geleden in de woning woonachtig te zijn. 16,8% geeft aan tussen 1 tot 5 jaar en 4,2 % geeft aan minder dan een jaar woonachtig te zijn op dit adres. Figuur 3: Sinds wanneer bent u bewoner van deze woning, eigenaar of huurder van dit pand? 3 Definitief BX48A RAP

8 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek 3.3. Vragen over vochtoverlast begane grond In de volgende sectie van de enquête werden vijf vragen gesteld over de begane grondvloer van de woning: Van welk materiaal is de begane grondvloer van uw woning of uw pand gemaakt? Ervaart u vochtproblemen op de begane grondvloer? Hoe uiten de vochtproblemen op de begane grond zich? Wanneer zijn de vochtproblemen op de begane grond ontstaan? Wanneer ervaart u problemen op de begane grond? Uit de reacties blijkt dat de meeste bewoners (90,5 %, 86 adressen) een betonvloer hebben op de begane grond van de woning. Een klein deel van de woningen (8,4 %, 8 adressen) heeft een houten vloer op de begane grond. Van de bewoners die hebben gereageerd ervaart ongeveer een derde (33,7%, 32 bewoners) vochtproblemen op de begane grond. De spreiding van de bewoners met vochtproblemen op de begane grond is op kaart weergegeven in bijlage 3. Hieruit blijkt dat een groot deel van de woningen met vochtoverlast op de begane grond zich in het noorden van de dorpskern bevinden. De bewoners geven aan dat deze vochtproblemen zich met name uiten in de vorm van schimmel op de muur (19 meldingen) en stank (12 meldingen). Overige regelmatig voorkomende vochtproblemen op de begane grond zijn loszittend stuc- en/of tegelwerk (7 meldingen), zoutuitbloei (7 meldingen) en vocht op de meubels (5 meldingen). Figuur 4: Ervaart u vochtproblemen op de begane grondvloer? Het merendeel van de bewoners met vochtproblemen op de begane grond (73,5%, overeenkomend met 25 bewoners) geeft aan dat de vochtproblemen in hun woning op de begane grond meer dan 5 jaar geleden zijn ontstaan (zie figuur 2). Een kleiner deel (17,6%) geeft aan dat de vochtproblemen tussen 1 en 5 jaar geleden zijn ontstaan. Eén bewoner geeft aan dat de problemen korter dan 1 jaar geleden zijn ontstaan. 4 Definitief BX48A RAP

9 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Figuur 5: Wanneer zijn de vochtproblemen op de begane grond ontstaan? Ruim de helft van de bewoners met vochtproblemen op de begane grond (55,9%, overeenkomend met 19 bewoners) geeft aan het hele jaar door op de begane grond vochtproblemen te ervaren. Ongeveer een vijfde (20,6%) van de bewoners zegt in de winter en na (hevige) regenval vochtproblemen te ervaren. Een klein deel (17,6 %) van de bewoners geeft aan alleen altijd na (hevige) regenval de vochtproblemen te ervaren. Eén bewoner geeft aan alleen bij een hoge grondwaterstand op de begane grond vochtproblemen te ervaren. Figuur 6: Wanneer ervaart u problemen op de begane grond? 3.4. Vragen over kruipruimtes In de volgende sectie van de enquête werden zes vragen gesteld over de kruipruimte van de woning: Heeft uw woning of pand een kruipruimte? Hoe diep is de kruipruimte? Ervaart u vochtproblemen in de kruipruimte? Hoe uiten de vochtproblemen in de kruipruimte zich? Wanneer zijn de vochtproblemen in de kruipruimte ontstaan? Wanneer staat er water in de kruipruimte? Uit de reacties blijkt dat bijna alle bewoners (95,8%, overeenkomend met 91 bewoners) een kruipruimte hebben. Van de bewoners die een kruipruimte hebben heeft 6,6% een kruipruimte met een betonnen bodemafsluiter. 5 Definitief BX48A RAP

10 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek De bewoners is gevraagd de diepte van de kruipruimte en deze op te geven. De diepte van de kruipruimte is aangegeven als de afstand vanaf de bovenkant van de begane grondvloer tot de kruipruimtebodem. Van de bewoners die gereageerd hebben én een kruipruimte hebben, zegt 3,2% een ondiepe kruipruimte van minder dan 50 cm diep te hebben. Van de bewoners geeft 31,2% aan een kruipruimte van 50 tot 70 cm te hebben. 46,2% heeft een kruipruimte van 70 tot 100 cm diep en 18,3% heeft een kruipruimte dieper dan 100 cm te hebben. 67 bewoners (70,5%) geeft aan vochtproblemen te ervaren in de kruipruimte. Ongeveer een kwart (25,3%) van de bewoners geeft aan geen vochtproblemen te hebben in de kruipruimte. 4,2% geeft aan niet te weten of er vochtproblemen zijn in de kruipruimte, omdat zij de kruipruimte niet kunnen inspecteren. De spreiding van de bewoners met vochtproblemen in de kruipruimte binnen het onderzoeksgebied is op kaart weergegeven in bijlage 4. Hieruit blijkt dat de woningen met water- of vochtoverlast in de kruipruimte zich in het noordelijk en centrale deel van de dorpskern Nieuw-Schoonebeek bevinden. De bewoners rond de Europaweg ervaren geen overlast in de kruipruimte. Figuur 7: Ervaart u vochtproblemen in de kruipruimte? De meeste bewoners (43 meldingen) geven aan dat de overlast zich uit in meer dan 10 cm water in de kruipruimte. Ook een groot deel van de bewoners geeft aan stank uit de kruipruimte (30 meldingen) of een vochtige kruipruimtebodem (29 meldingen) als probleem te ervaren. Overige veel voorkomende vochtproblemen in de kruipruimte zijn schimmelvorming (23 meldingen), water in de kruipruimte van minder dan 10 cm (19 meldingen), aantasting van de fundering (19 meldingen) en roestvorming op leidingen (17 meldingen). Ook hebben enkele bewoners last van insecten (vliegen, muggen of zilvervisjes) en van een natte vloerisolatie. Het merendeel van de bewoners (71,6%) geeft aan dat in de kruipruimte de vochtproblemen meer dan 5 jaar geleden zijn ontstaan (zie figuur 3). Een kleiner deel (16,4%) geeft aan dat de vochtproblemen tussen 1 en 5 jaar geleden zijn ontstaan. Twee bewoners geven aan dat de problemen korter dan 1 jaar geleden zijn ontstaan. 9% van de bewoners kan niet zeggen wanneer de problemen zijn ontstaan. 6 Definitief BX48A RAP

11 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Figuur 8: Wanneer zijn de vochtproblemen in de kruipruimte ontstaan? Een groot deel van de bewoners (47,1%) geeft aan het hele jaar door overlast in de kruipruimte te ervaren. Andere veel voorkomende periodes van vochtproblemen in de kruipruimte zijn volgens de bewoners in de winter én na (hevige) regenval (19,1%), alleen in de winter (10,3%) of alleen altijd na (hevige) regenval (8,8%). Enkele bewoners hebben aangeven een maatregel te hebben getroffen, zoals het aanbrengen van drainage of een pomp in de kruipruimte, waardoor niet meer te bepalen is of er water de kruipruimte in komt Vragen over kelders In de volgende sectie van de enquête werden zes vragen gesteld over een eventuele kelder in de woning: Heeft uw woning/pand een kelder, kelderkast of (parkeer)kelder? Hoe diep is de kelder of kelderkast? Ervaart u vochtproblemen in de kelder of kelderkast? Hoe uiten de vochtproblemen in de kelder of kelderkast zich? Wanneer zijn de vochtproblemen in de kelder of kelderkast ontstaan? Wanneer staat er water in de kelder of kelderkast? Uit de binnengekomen reacties blijkt dat 56,8% van de bewoners (overeenkomend met 54 reacties) een kelder of kelderkast heeft. Aan de bewoners werd gevraagd de diepte van hun kelder of kelderkast aan te geven. De diepte van de kelder is aangegeven als de afstand van de bovenkant van de begane grondvloer tot de kelderbodem. Van de bewoners met een kelder(kast) heeft ongeveer 60,3% een kelder dieper dan 150 cm. Ongeveer 22,1% van de bewoners heeft een kelder minder diep van 150 cm. De resterende bewoners (17,6%) weet de diepte van de kelder niet. 7 Definitief BX48A RAP

12 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Figuur 9: Hoe diep is de kelder of kelderkast? Iets minder dan de helft van de deelnemende bewoners (43,3%) met een kelder of kelderkast ervaart vochtproblemen in de betreffende ruimte. De spreiding van de bewoners met vochtproblemen in de kelder is weergegeven op de kaart in bijlage 5. Een groot deel van de bewoners die vochtoverlast in de kelder ervaren wonen in het centrale deel van de dorpskern van Nieuw-Schoonebeek. De meeste bewoners die vochtproblemen in de kelder ervaren geven aan last te hebben van schimmel op de muur (18 meldingen). Andere ervaren vochtproblemen in de kelder zijn loszittend stuc- en/of tegelwerk (15 meldingen), water in de kelder of kelderkast (14 meldingen), stank (12 meldingen) en zoutuitbloei op de muur (12 meldingen). Ook hebben enkele bewoners last van roestvorming op de leidingen. Figuur 10: Ervaart u vochtproblemen in de kelder of kelderkast? Het merendeel van de bewoners (68,8%) geeft aan dat in de kelder of kelderkast de vochtproblemen meer dan 5 jaar geleden zijn ontstaan (zie figuur 4). 12,5% geeft aan dat de vochtproblemen tussen 1 en 5 jaar geleden zijn ontstaan. Twee bewoners (6,3%) geven aan dat de problemen korter dan 1 jaar geleden zijn ontstaan. Ook geven twee bewoners aan dat de vochtproblemen in de kelder zijn ontstaan sinds de winter van Bij de resterende twee bewoners is het onbekend wanneer de problemen zijn ontstaan. 8 Definitief BX48A RAP

13 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Figuur 11: Wanneer zijn de vochtproblemen in de kelder of kelderkast ontstaan? Het grootste deel van de bewoners met een kelder (36%) geeft aan in de winter én na (hevige) regenval water in de kelder te hebben staan. Andere veel voorkomende periodes waarin water in de kelder komt te staan zijn volgens de bewoners alleen in de winter (16%) of alleen na (hevige) regenval (12%). Twee bewoners (8%) hebben aangegeven het hele jaar door wateroverlast in de kelder te ervaren. Voor drie bewoners (12%) is het onbekend wanneer er water in de kruipruimte staat Vragen over tuinen of binnenplaatsen In de volgende sectie van de enquête werden vijf vragen gesteld over de tuin of binnenplaats van de woning: Heeft uw woning/pand een tuin of binnenplaats? Ervaart u momenteel wateroverlast in de tuin, en zo ja, hoe uit de wateroverlast in de tuin of binnenplaats zich? Wanneer doet de wateroverlast in de tuin of binnenplaats zich voor? Wanneer is het probleem met wateroverlast in de tuin of binnenplaats ontstaan? Wat is naar uw mening de oorzaak van de wateroverlast in de tuin of binnenplaats? Bijna alle bewoners die gereageerd hebben (96,8%, 92 bewoners) geven aan een tuin of binnenplaats te hebben. 44,1% van de bewoners met een tuin geeft aan momenteel wateroverlast te ervaren in de tuin of binnenplaats. Deze bewoners geven aan dat dit zich voornamelijk uit in de vorm van een vochtige tuin of binnenplaats of een hoge grondwaterstand (24 meldingen) en waterplassen in de tuin (20 meldingen). Overige veel voorkomende overlast is langdurige waterstand in de tuin van meer dan 15 minuten (9 meldingen) en afstervende bomen of planten (5 meldingen). Het grootste deel van de bewoners (41,3%) geeft aan altijd na (hevige) regenval wateroverlast in de tuin of binnenplaats te ervaren. Andere veel voorkomende periodes waarin wateroverlast in de tuin/binnenplaats zich voordoet zijn in de winter én na (hevige) regenval (21,7%) en het hele jaar door (13,0%). Voor vier bewoners (8,7%) is het onbekend in welke perioden de wateroverlast in de tuin en/of binnenplaats zich voordoet. 9 Definitief BX48A RAP

14 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek Het merendeel van de bewoners (64,4%) geeft aan dat de wateroverlast in de tuin of binnenplaats ook meer dan 5 jaar geleden is ontstaan (zie figuur 5). 11,1% geeft aan dat de wateroverlast tussen 1 en 5 jaar geleden is ontstaan. Eén bewoner geeft aan dat de overlast minder dan een jaar geleden is ontstaan en één bewoner geeft aan dat de overlast sinds de winter van is ontstaan. Bij een vijfde van de bewoners (20,0%) is het onbekend wanneer de wateroverlast is ontstaan. Figuur 12: Wanneer is het probleem met wateroverlast in de tuin of binnenplaats ontstaan? De bewoners zijn ook gevraagd naar hun mening over de oorzaak van de wateroverlast in de tuin of binnenplaats. De meeste bewoners geven aan dat wateroverlast wordt veroorzaakt door een te hoge grondwaterstand (31 meldingen). Ook geven veel bewoners aan dat de wateroverlast is veroorzaakt doordat een watergang is gedempt of een duiker is aangebracht in het verleden (22 meldingen) en/of doordat regenwater onvoldoende de bodem in kan zakken (20 meldingen). Andere meerdere keren genoemde oorzaken zijn het instromen van water vanaf openbaar terrein (6 meldingen), overmatig regenval (6 meldingen) en het ophogen van de tuin van de buren (5 meldingen) Vragen over getroffen maatregelen In de volgende sectie van de enquête werden twee vragen gesteld over een eventuele kelder in de woning: Heeft u of de verhuurder in uw woning maatregelen genomen tegen vochtoverlast? Welke genomen maatregelen in uw woning/pand zijn volgens uw ervaring succesvol? Ongeveer een derde van de bewoners (33 meldingen) geeft aan dat zij of hun verhuurders geen maatregelen hebben genomen tegen de vochtoverlast. Bewoners waarbij wel maatregelen zijn genomen geven aan dat in de meeste gevallen ventilatie is aangebracht in de kelder of kelderkast (21 meldingen), drainage is aangelegd of doorgespoten (21 meldingen) of een pomp is aangebracht in de kelder of kelderkast (20 meldingen). Andere veel voorkomende maatregelen zijn het ophogen van de tuin of binnenplaats (10 meldingen) of het impregneren van de buitenmuren (7 meldingen). 10 Definitief BX48A RAP

15 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek De bewoners zijn redelijk verdeeld over welke maatregelen in hun ervaring succesvol zijn geweest. Twaalf bewoners geven aan dat de genomen maatregelen in hun woning niet succesvol zijn geweest. De meeste bewoners (15 meldingen) geven aan dat het aanbrengen van een pomp in de kelder(kast) of kruipruimte goed werkt. Een aantal hiervan geeft daarbij aan dat ze dit echter geen duurzame oplossing vinden. Ook geeft een groot aantal bewoners aan dat de aanleg van drainage of het doorspuiten succesvol is geweest (12 meldingen) Vraag over nader onderzoek De laatste vraag van de enquête ging over medewerking aan nader onderzoek. Mogelijk wil de gemeente Emmen nader onderzoek uitvoeren naar aanleiding van de resultaten van de enquête. Bij de bewoners is navraag gedaan of men mee wil werken aan nader onderzoek op het eigen perceel en/of in de woning. 79 bewoners (bijna 90%) die de enquête hebben ingevuld, willen meewerken aan nader onderzoek. 4. Samenvatting en aanbevelingen 4.1. Samenvatting In dit hoofdstuk zijn relevante uitslagen van de online enquête samengevat: De respons op de enquête is goed. Van de 396 aangeschreven adressen, hebben 95 bewoners de enquête ingevuld (24%). De huidige vochtproblemen, zowel op de begane grond, als in kruipruimtes, eventuele kelders en tuinen of binnenplaatsen zijn volgens de meeste bewoners meer dan vijf jaar geleden ontstaan. Van de deelnemende bewoners ervaart 66,3% vochtproblemen op de begane grond. Deze vochtoverlast bestaat voornamelijk uit schimmel op de muur en stank. Van de deelnemende bewoners met een kruipruimte ervaart 70,5% vochtproblemen in de kruipruimte. Deze water- of vochtoverlast bestaat voornamelijk uit meer dan 10 cm water in de kruipruimte, stank en vochtige kruipruimtebodems Van de deelnemende bewoners met een kelder ervaart 43,3% vochtproblemen in de kelder. Deze vocht- of wateroverlast bestaat voornamelijk uit schimmel op de muur en in mindere mate loszittend stuc- en/of tegelwerk, water in de kelder(kast), stank en zoutuitbloei op de muur. Van de deelnemende bewoners met een tuin of binnenplaats ervaart 44,1% momenteel wateroverlast in de tuin. Deze wateroverlast bestaat voornamelijk uit een vochtige tuin of binnenplaats of een hoge grondwaterstand en waterplassen in de tuin. De meeste bewoners denken dat dit door een te hoge grondwaterstand komt. Grofweg wordt de meeste vocht- of wateroverlast ervaren in het centrale en noordelijke deel van de kern Nieuw-Schoonebeek, grofweg ten noorden van de Huurdemanlaan. Bij ongeveer tweederde van de bewoners zijn maatregelen tegen de wateroverlast getroffen. Bij deze bewoners is in de meeste gevallen ventilatie is aangebracht in de 11 Definitief BX48A RAP

16 Enquête grondwateroverlast Nieuw-Schoonebeek kelder(kast), drainage aangelegd of doorgespoten of een pomp is aangebracht. De bewoners zijn redelijk verdeeld over welke maatregelen succesvol zijn geweest. 90% van de deelnemende bewoners wil mee werken aan nader onderzoek op het eigen perceel en/of in de woning Aanbevelingen Om de bovengenoemde vochtproblemen vast te stellen adviseren we om op de locaties waar de meeste overlast ervaren wordt, met name de noordoostzijde van de dorpskern van Nieuw-Schoonebeek, steekproefsgewijs inspecties te laten uitvoeren naar de bestaande vochtoverlast of -schade in de woningen. Met de inspecties kunnen de resultaten van de enquête objectief worden geverifieerd. Wij adviseren deze werkzaamheden in de winterperiode uit te voeren omdat dan de hogere grondwaterstanden verwacht worden. Bij de inspecties kan de ernst van de vochtoverlast worden vastgesteld in de kruipruimtes, kelders en op de begane grond. Ook de grondvocht- of grondwateroverlast op binnenplaatsen, tuinen en eventuele overige opstallen dienen in kaart gebracht te worden om zo een totaal beeld van de huidige grondwatersituatie op het perceel te krijgen. Daarnaast adviseren wij de bevindingen uit de enquête te vergelijken met de resultaten uit het grondwateronderzoek in Nieuw-Schoonebeek. In dit onderzoek wordt onder andere de bodemopbouw en grondwaterhuishouding op het openbare terrein in de kern in beeld gebracht. 12 Definitief BX48A RAP

17 BIJLAGE 1 Vragenlijst enquête

18

19

20

21

22

23

24

25 BIJLAGE 2 Deelname bewoners aan online enquête

26 0 Legenda Projectlocatie Deelname enquête Deelgenomen aan enquete Niet deelgenomen aan enquete m Nieuw-Schoonebeek Deelname aan online enquête Project: BX48A 0 50 Datum: Opgesteld: LKD 100 m Controle: MKL

27 BIJLAGE 3 Vochtproblemen op de begane grond

28 0 Legenda Gebied enquete Ervaart u vochtproblemen op de begane grondvloer? Ja Nee m Nieuw-Schoonebeek: Vochtprobleem begane grond en materiaal begane grondvloer Project: BX48A 0 50 Datum: Opgesteld: LKD 100 m Controle: MKL

29 BIJLAGE 4 Vochtproblemen in de kruipruimte

30 m Legenda Gebied enquete Ervaart u vochtproblemen in de kruipruimte? Ja Nee Onbekend, ik kan de kruipruimte niet inspecteren Nieuw-Schoonebeek: Vochtprobleem in de kruipruimte Project: BX48A 0 50 Datum: Opgesteld: LKD 100 m Controle: MKL

31 BIJLAGE 5 Vochtproblemen in de kelder

32 m Legenda Gebied enquete Ervaart u vochtproblemen in de kelder of kelderkast? Geen kelder aanwezig Ja Nee Nieuw-Schoonebeek: Vochtprobleem in kelder of kelderkast Project: BX48A 0 50 Datum: Opgesteld: LKD 100 m Controle: MKL