Instituut voor de autocar en de autobus v.z.w. Institut pour l autocar et l autobus a.s.b.l. UBSIDIE- MAATREGELEN BIJ TEWERKSTELLING OVERZICHT

Transcriptie

1 Instituut voor de autocar en de autobus v.z.w. Institut pour l autocar et l autobus a.s.b.l. UBSIDIE- MAATREGELEN BIJ TEWERKSTELLING OVERZICHT

2 Tewerkstellingsmaatregelen :overzicht HD/--/HD/eco.035/ /123 oktober 2010 ICB Instituut voor de autocar en de autobus v.z.w Dobbelenberg Metrologielaan Brussel 02/ / info@icb-institute.be Het ICB streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie en stelt haar brochures samen met de grootste zorg. Niettemin neemt het ICB geen verantwoordelijkheid voor de actualiteit, de juistheid, de volledigheid en de kwaliteit van de inhoud. Deze brochure is een bron van algemene informatie en betreft op geen enkele manier de particuliere situatie van een natuurlijke of rechtspersoon en dient derhalve niet als een vervanging van een professioneel advies. Niets uit deze publicatie mag worden gereproduceerd, opgeslagen of overgedragen in welke vorm of op welke wijze dan ook, electronisch, mechanisch of door middel van fotokopieën, zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van het ICB.

3 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 2 I n h o u d INHOUD INHOUD... 2 INLEIDING... 3 Deel 1 FEDERAAL Tijdelijke crisis-arbeidsduurvermindering Individuele en tijdelijke vermindering van prestaties Economische werkloosheid voor bedienden Structurele vermindering Aanwerving van de eerste drie s Langdurig werklozen (activa-plan) Jonge laaggeschoolde s (activa-plan) Werknemers van 19 tot 30 jaar (activa-plan) Oudere s (activa-plan) Win-win aanwervingsplan Aanwerving van een tengevolge van herstructurering ontslagen Werkhervattingstoeslag voor 50-plussers Deel 2 VLAANDEREN Tewerkstellingspremie Tijdelijke overbruggingspremie in het kader van een herstructurering Subsidiëring van diversiteitsplannen op de werkvloer DEEL 3 BRUSSEL Taalcheque Beroepsoverstappremie gekoppeld aan een beroepsopleiding in de onderneming Beroepsoverstappremie gekoppeld aan een startbaanovereenkomst Beroepsoverstappremie gekoppeld aan een opleidingsproject voor alternerend werken en leren... 41

4 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 3 I n l e i d i n g INLEIDING In 2008 publiceerde het ICB een overzicht van de belangrijkste subsidiemaatregelen voor privé-ondernemingen op het vlak van tewerkstelling. Naast de federale maatregelen werden hierin ook de belangrijkste aanvullende maatregelen op regionaal niveau uitgelegd. Sinds het uitbreken van de economische crisis hebben de overheden verschillende nieuwe maatregelen uitgevaardigd of bestaande gewijzigd. Net als in 2009 werd daarom dit overzicht van maatregelen geactualiseerd. Voor elke maatregel wordt de wettelijke basis gegeven en wordt het doel van de maatregel uitgelegd. Daarnaast worden bij elke maatregel ook de voorwaarden vermeld en worden de voordelen voor de en/of opgesomd.

5 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 4 DEEL 1 FEDERAAL 1 TIJDELIJKE CRISIS-ARBEIDSDUURVERMINDERING 1.1 Inhoud Het gaat om een tijdelijke collectieve arbeidsduurvermindering van 20% of 25% die kan worden toegepast op alle s van een onderneming of op een specifieke categorie van s uit de onderneming. 1.2 Voorwaarden De moet een privé onderneming zijn die onder het toepassingsgebied valt van de wet van 5/12/1968 betreffende de CAO s en de paritaire comités; of een autonome openbare onderneming. De maatregel is van toepassing voor voltijdse arbeiders en bedienden. 1.3 Voordelen De geniet, vanaf het trimester waarin de arbeidsduurverkorting wordt geïntroduceerd tot het trimester waarin de arbeidsduurverkorting eindigt, van een vermindering van de patronale RSZ-bijdragen. 600 per trimester voor een verkorting met 20% en 750 per trimester voor een verkorting met 25%. Indien tegelijk de vierdagenweek wordt ingevoerd worden deze bedragen verhoogd met 400. De ontvangt een looncompensatie, die minstens 75% moet bedragen van het patronale voordeel.

6 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N Bemerkingen Voor de toepassing van deze maatregel is er geen individueel akkoord nodig met de, maar dient wel een CAO op het niveau van de onderneming afgesloten te worden. De maatregel is tijdelijk en werd door de federale regering verlengd tot 31/12/2010. De s blijven beschouwd als voltijdse s. 1.5 Wettelijke basis Wet van 19/06/09

7 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 6 2 INDIVIDUELE EN TIJDELIJKE VERMINDERING VAN PRESTATIES 2.1 Inhoud Het gaat om een individuele arbeidsduurvermindering van 20% of van 50% die tijdelijk kan worden toegepast op één of verschillende s van de onderneming op basis van een individuele overeenkomst tussen de en de. 2.2 Voorwaarden De moet een privé onderneming zijn die onder het toepassingsgebied valt van de wet van 5/12/1968 betreffende de CAO s en de paritaire comités. De maatregel is daarenboven voorbehouden voor bedrijven in moeilijkheden. Om erkend te worden als bedrijf in moeilijkheden dient een onderneming te maken hebben: met een daling in de omzet of productie van minstens 20% in de loop van één van de 4 kwartalen voorafgaand aan de arbeidsduurvermindering, en dit in vergelijking met hetzelfde kwartaal het jaar voordien; of met een economische werkloosheid onder de arbeiders van 20% tijdens het kwartaal voorafgaand aan de arbeidsduurvermindering. De maatregel is van toepassing voor voltijdse arbeiders en bedienden. 2.3 Voordelen De kan, zonder over te moeten gaan tot ontslag, de duur van de prestaties van de s tijdelijk beter afstemmen op de activiteit van de onderneming in de huidige periode van economische crisis. De ontvangt een looncompensatie betaald door de RVA ten bedrage van 442 bij een vermindering van 50%; 188 bij een vermindering van 20%; 248 bij een vermindering van 20% als de een 50-plusser is.

8 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N Bemerkingen Voor de toepassing van deze maatregel is er wel een individueel akkoord nodig met de. De maatregel moet overeengekomen zijn door een sector-cao, of bedrijfs-cao of een ondernemingsplan dat door een tripartiete commissie is goedgekeurd (5 vertegenwoordigers van de s, 5 van de s en 3 van de regering). De maatregel is tijdelijk en en werd door de federale regering verlengd tot 31/12/2010. De arbeidsduurvermindering moet minimum gedurende 1 maand en maximum gedurende 6 maanden toegepast worden. 2.5 Wettelijke basis Wet van 19/06/09

9 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 8 3 ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN 3.1 Inhoud Het gaat om een volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst of de inrichting van een stelsel van arbeidsduurvermindering dat wordt toegepast op een aantal bedienden van de onderneming bij gebrek aan werk. Indien het gaat om een gedeeltelijke schorsing dient de arbeidsduurvermindering minstens 2 arbeidsdagen per week bedragen. De overeengekomen duur van de schorsing moet in elk geval in de CAO of het bedrijfsplan vermeld worden en kan per kalenderjaar maximum 16 weken bedragen ( bij een volledige schorsing) of 26 weken (bij een gedeeltelijke schorsing). 3.2 Voorwaarden De moet een privé onderneming zijn die onder het toepassingsgebied valt van de wet van 5/12/1968 betreffende de CAO s en de paritaire comités. De maatregel is daarenboven voorbehouden voor bedrijven in moeilijkheden. De maatregel is van toepassing voor bedienden. 3.3 Voordelen De kan, zonder over te moeten gaan tot ontslag, de duur van de prestaties van de bediende tijdelijk beter afstemmen op de activiteit van de onderneming in de huidige periode van economische crisis. De ontvangt crisis-daguitkering betaald door de RVA gelijk aan 70% als hij samenwoont, 75% als hij alleen staat of gezinshoofd is van zijn bruto maandloon (begrensd op per maand). Daarnaast kan hij van de een bijkomende vergoeding ontvangen. Deze is minstens gelijk aan het supplement dat wordt toegekend aan de arbeiders van dezelfde die genieten van uitkeringen in geval van

10 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 9 economische werkloosheid. Deze bijkomende vergoeding moet ook opgenomen worden in de sector- of bedrijfs-cao of in het ondernemingsplan. 3.4 Bemerkingen Voor de toepassing van deze maatregel is er geen individueel akkoord nodig met de. De maatregel moet overeengekomen zijn door een sector-cao, of bedrijfs-cao of een ondernemingsplan dat door een tripartiete commissie is goedgekeurd (5 vertegenwoordigers van de s, 5 van de s en 3 van de regering). De maatregel is tijdelijk en werd door de federale regering verlengd tot 31/12/ Wettelijke basis Wet van 19/06/09

11 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 10 4 STRUCTURELE VERMINDERING 4.1 Inhoud De structurele lastenverlaging beoogt de arbeidsintensiteit van de economische groei te verhogen door de patronale bijdragen die de moet betalen voor de sociale zekerheid van de te verlagen. Deze vermindering is structureel in de zin dat ze in principe wordt toegekend aan iedere in dienst zijnde zonder dat die aan speciale voorwaarden moet voldoen, en dat ze onbeperkt in tijd wordt toegekend. Het is dus een driemaandelijks terugkerende vermindering van te betalen bijdragen. 4.2 Voorwaarden De moet aan geen bijzondere voorwaarden voldoen. De vermindering kan toegepast worden voor iedere die onderworpen is aan alle regelingen van de sociale zekerheid. 4.3 Voordelen Voor elke voltijdse die gedurende het ganse kwartaal werkte, bedraagt de vermindering 400 per kwartaal. Naast deze forfaitaire vermindering wordt nog een bijkomende vermindering toegekend voor de hoogste en de laagste looncategorieën. Voor de laagste looncategorie is de grens van het brutoloon per kwartaal vastgelegd op 5.870,71, voor de hoogste looncategorie is dit een bruto kwartaalloon van Geen directe voordelen voor de.

12 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N Bemerkingen Deze vermindering is cumuleerbaar met ten hoogste één van de specifieke verminderingen van RSZ sbijdragen (bv. de vermindering voor oudere s, voor langdurig werklozen,...). 4.5 Wettelijke basis Programmawet 24 december 2002 (artikel 329 ev.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (artikel 3)

13 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 12 5 AANWERVING VAN DE EERSTE DRIE WERKNEMERS 5.1 Inhoud De kan gedurende enkele kwartalen een forfaitaire vermindering van de sbijdragen genieten voor de aanwerving van een eerste, tweede en derde. 5.2 Voorwaarden De mag in het kwartaal waarin hij de aanwerft en de vier daaraan voorafgaande kwartalen, nooit meer dan twee s samen tewerkgesteld hebben. Het is dus essentieel een steunmaatregel die gericht is op kleine (nieuwe) s. De moet aan geen specifieke voorwaarden voldoen bij hun aanwerving. 5.3 Voordelen De vermindering is op te nemen binnen de 20 kwartalen te rekenen van het kwartaal dat de voor de eerste maal recht had op deze vermindering. De vermindering is niet gebonden aan één bepaalde. De kan met andere woorden kiezen in welk kwartaal en voor welke hij de vermindering toepast. Eerste 1000 gedurende maximum 5 kwartalen en 400 gedurende maximum 8 kwartalen; Tweede 400 gedurende maximum 13 kwartalen;

14 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 13 de vermindering kan alleen toegepast worden als er in de loop van het kwartaal minstens 2 s tewerkgesteld waren (gelijktijdig of opeenvolgend). Derde 400 gedurende maximum 9 kwartalen; de vermindering kan alleen toegepast worden als er in de loop van het kwartaal minstens 3 s tewerkgesteld waren (gelijktijdig of opeenvolgend). Geen voordelen voor de. 5.4 Bemerkingen Deze vermindering kan niet gecumuleerd worden met een specifieke vermindering van RSZ sbijdragen (bv. de vermindering voor oudere s, voor langdurig werklozen,...). Ze is wel cumuleerbaar met de structurele vermindering. 5.5 Wettelijke basis Programmawet 24 december 2002 (artikel 342 e.v.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (artikel 15 e.v.)

15 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 14 6 LANGDURIG WERKLOZEN (ACTIVA-PLAN) 6.1 Inhoud Deze maatregel bevordert de herinschakeling van werkzoekenden in het normale arbeidscircuit door het toekennen van: een vermindering van sbijdragen voor de sociale zekerheid; een geactiveerde werkloosheidsuitkering (werkuitkering genaamd). 6.2 Voorwaarden Alle s van de privé-sector die onderworpen zijn aan de sociale zekerheid kunnen van deze maatregel gebruik maken. Om recht te hebben op de RSZ-vermindering moet de ingeschreven zijn als niet-werkend werkzoekende op het ogenblik van de indienstneming of gedurende een bepaalde periode voorafgaand aan de indienstneming.; Om gerechtigd te zijn op de werkuitkering moet de bovendien uitkeringsgerechtigde volledig werkloze zijn op het ogenblik van de indienstneming. 6.3 Voordelen De voordelen verschillen naar gelang de leeftijd van de in dienst genomen en van de duur van zijn inschrijving als werkzoekende. De volgende tabellen geven een overzicht van de RSZ-vermindering.

16 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 15 voor jonger dan 45 jaar: Duur inschrijving werkzoekende 312 dagen in periode van 18 maanden (1 jaar) 624 dagen in periode van 36 maanden (2 jaar) 936 dagen in periode van 54 maanden (3 jaar) 1560 dagen in periode van 90 maanden (5 jaar) RSZ-vermindering 1000 in kwartaal indienstneming + 4 volgende kwartalen 1000 in kwartaal indienstneming + 8 volgende kwartalen 1000 in kwartaal indienstneming + 8 volgende kwartalen 400 in 4 volgende kwartalen 1000 in kwartaal indienstneming + 8 volgende kwartalen 400 in 12 volgende kwartalen voor van 45 jaar of ouder: Duur inschrijving werkzoekende 156 dagen in periode van 9 maanden (1/2 jaar) 312 dagen in periode van 18 maanden (1 jaar) 468 dagen in periode van 27 maanden (1,5 jaar) RSZ-vermindering 1000 in kwartaal indienstneming + 4 volgende kwartalen 400 in 16 volgende kwartalen 1000 in kwartaal indienstneming + 20 volgende kwartalen 1000 in kwartaal indienstneming + 20 volgende kwartalen

17 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 16 Ook de werkuitkering verschilt naargelang de leeftijd en de duur van inschrijving als werkzoekende: voor jonger dan 45 jaar: Duur inschrijving werkzoekende 624 dagen in periode van 36 maanden (2 jaar) 936 dagen in periode van 54 maanden (3 jaar) 1560 dagen in periode van 90 maanden (5 jaar) Werkuitkering 500 in maand indienstneming + 15 volgende maanden 500 in maand indienstneming + 23 volgende maanden 500 in maand indienstneming + 29 volgende maanden voor van 45 jaar of ouder: Duur inschrijving werkzoekende 468 dagen in periode van 27 maanden (1,5 jaar) Werkuitkering 500 in maand indienstneming + 29 volgende maanden 6.4 Bemerkingen De RSZ-vermindering kan niet gecumuleerd worden met een specifieke vermindering van RSZ sbijdragen (bv. de vermindering voor oudere s, voor langdurig werklozen,...). Ze is wel cumuleerbaar met de structurele vermindering. De geactiveerde werkloosheidsuitkering is niet cumuleerbaar met andere geactiveerde werkloosheidsuitkeringen. De kan ze aftrekken van het netto te betalen loon. 6.5 Wettelijke basis Programmawet 24 december 2002 (artikel 340 e.v.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (artikel 7 e.v.) Koninklijk besluit tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden van 19 december 2001

18 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 17 7 JONGE LAAGGESCHOOLDE WERKNEMERS (ACTIVA-PLAN) 7.1 Inhoud Deze maatregel beoogt de tewerkstelling van laaggeschoolde jonge s (19 tot 26 jaar). Een bedrijf dat hen in dienst neemt, krijgt een vermindering van de sbijdragen. 7.2 Voorwaarden Om te kunnen genieten van de bijdragevermindering moet de voldoen aan de startbaanverplichting of van deze verplichting zijn vrijgesteld. De vermindering kan verkregen worden voor laaggeschoolden tot 26 die in dienst genomen worden met een startbaanovereenkomst. 7.3 Voordelen De bijdragevermindering varieert naargelang de situatie van de jongere. RSZ-vermindering laaggeschoolde jongere erg laaggeschoolde jongere laaggeschoolde jongere van buitenlandse afkomst laaggeschoolde gehandicapte jongere 1000 in kwartaal indienstneming + 7 volgende kwartalen 400 t.e.m. kwartaal dat jongere 26 jaar wordt 1000 in kwartaal indienstneming + 15 volgende kwartalen 400 t.e.m. kwartaal dat jongere 26 jaar wordt 1000 in kwartaal indienstneming + 15 volgende kwartalen 400 t.e.m. kwartaal dat jongere 26 jaar wordt 1000 in kwartaal indienstneming + 15 volgende kwartalen 400 t.e.m. kwartaal dat jongere 26 jaar wordt

19 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 18 De kan een maandelijkse werkuitkering krijgen ten bedrage van 350 gedurende de eerste 6 maanden na indienstname. 7.4 Bemerkingen Deze vermindering kan niet gecumuleerd worden met een specifieke vermindering van RSZ sbijdragen. Ze is wel cumuleerbaar met de structurele vermindering. De geactiveerde werkloosheidsuitkering is niet cumuleerbaar met andere geactiveerde werkloosheidsuitkeringen. De kan ze aftrekken van het netto te betalen loon. 7.5 Wettelijke basis Programmawet 24 december 2002 (artikel 346 e.v.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (artikel 4 en 17 e.v.)

20 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 19 8 WERKNEMERS VAN 19 TOT 30 JAAR (ACTIVA-PLAN) 8.1 Inhoud Deze maatregel beoogt de tewerkstelling van jonge s (19 tot 30 jaar). Een bedrijf dat hen in dienst neemt, krijgt een vermindering van de sbijdragen. 8.2 Voorwaarden Om te kunnen genieten van de bijdragevermindering moet de voldoen aan de startbaanverplichting of van deze verplichting zijn vrijgesteld. De vermindering kan verkregen worden voor s van 19 tot 30 jaar. Hun refertekwartaalloon moet lager zijn dan 5870,71 ( = bovenste loongrens van de lagelonencomponent van de structurele vermindering). 8.3 Voordelen De bijdragevermindering bedraagt maximaal 300 per kwartaal. Het bedrag vermindert geleidelijk met oplopende leeftijd van de jongere. Geen directe voordelen voor de. 8.4 Bemerkingen Deze vermindering kan niet gecumuleerd worden met een specifieke vermindering van RSZ sbijdragen. Ze is wel cumuleerbaar met de structurele vermindering. 8.5 Wettelijke basis Programmawet 24 december 2002 (artikel 346 e.v.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (artikel 4 en 17 e.v.)

21 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 20 9 OUDERE WERKNEMERS (ACTIVA-PLAN) 9.1 Inhoud De maatregel beoogt het stimuleren van de aanwerving van s vanaf 50 jaar. Het bedrijf komt voor deze aanwerving in aanmerking voor een vermindering van de aan de RSZ verschuldigde sbijdragen variërend naar leeftijd en afhankelijk van het refertekwartaalloon. 9.2 Voorwaarden Er zijn geen bijzondere voorwaarden de moet voldoen. Twee gevallen dienen worden onderscheiden: geval 1 :de is minstens 50 jaar oud op de laatste dag van het kwartaal en heeft een refertekwartaalloon dat lager is dan geval 2 : de is minstens 57 jaar oud op de laatste dag van het kwartaal en heeft een refertekwartaalloon van of meer. 9.3 Voordelen De bijdragevermindering wordt weergegeven in onderstaande tabel: RSZ-vermindering geval 1 (leeftijd-49) X 50 indien nog geen 57 jaar (leeftijd-57) X 50 vanaf 57 jaar geval per kwartaal Geen directe voordelen voor de.

22 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N Bemerkingen Deze vermindering kan niet gecumuleerd worden met een specifieke vermindering van RSZ sbijdragen. Ze is wel cumuleerbaar met de structurele vermindering. 9.5 Wettelijke basis Programmawet van 24 december 2002 (art. 339bis ev.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (art. 4,5 en 6)

23 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N WIN-WIN AANWERVINGSPLAN 10.1 Inhoud De doelstelling van deze maatregel is om de indienstneming van een aantal doelgroepen te vergemakkelijken door de kost van hun aanwerving drastisch te verlagen via een activering van de werkloosheidsuitkering. Deze maatregel kadert in het Activa-plan maar is eigenlijk een tijdelijke versterking ervan in de huidige crisisperiode Voorwaarden Alle s uit de privésector kunnen van het win-win aanwervingsplan genieten. Het betreft de volgende doelgroepen: s jonger dan 26 jaar, zonder diploma van het hoger secundair onderwijs en die minimum 3 maanden ingeschreven zijn als werkzoekende (uitkeringsgerechtigd of niet); s jonger dan 26 jaar, met maximum een diploma van het hoger secundair onderwijs en die minimum 6 maanden ingeschreven zijn als werkzoekende (uitkeringsgerechtigd of niet); s ouder dan 50 jaar, die uitkeringsgerechtigd volledig werkloos zijn die en gedurende minimum 6 maanden ingeschreven zijn als werkzoekende; alle uitkeringsgerechtigd volledig werklozen, ongeacht hun leeftijd en diploma, die minimum 1 jaar en maximum 2 jaar ingeschreven zijn als werkzoekende Voordelen De RVA betaalt aan de een geactiveerde werkloosheidsuitkering, de werkuitkering. De kan het bedrag van deze uitkering aftrekken van het te betalen nettoloon. Hij moet dan enkel nog de rest van het nettoloon betalen aan de, alsook de persoonlijke bijdragen voor sociale zekerheid en de bedrijfsvoorheffing.

24 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 23 De Jonger dan 26 jaar Geen diploma hoger secundair onderwijs Jonger dan 26 jaar Maximum een diploma van hoger secundair onderwijs 50 jaar en meer Uitkeringsgerechtigd volledig werkloos Langdurig uitkeringsgerechtigd volledig werkloos Ingeschreven als werkzoekende gedurende minimum 3 maanden minimum 6 maanden minimum 6 maanden minimum 1 jaar en maximum 2 jaar Bedrag van de werkuitkering Werkuitkering wordt toegekend gedurende euro 24 maanden (aanwerving in 2010) 12 maanden (aanwerving in 2011) euro 24 maanden (aanwerving in 2010) 12 maanden (aanwerving in 2011) euro 24 maanden (aanwerving in 2010) 750 euro of 500 euro (*) 12 maanden (aanwerving in 2011) 12 maanden (aanwerving in 2010 / 2011) 16 maanden (*) (*) De een uitkering van 750 euro per maand gedurende 12 maanden en van 500 euro per maand gedurende de 16 daaropvolgende maanden in geval van aanwerving in In geval van aanwerving in 2011 is er een uitkering van 750 euro voorzien voor 12 maanden (eventueel begrensd tot het nettoloon indien dat lager is) Bemerkingen De bedragen van de werkuitkeringen zijn geldig voor voltijdse s. Voor s die deeltijds werken worden de bedragen herberekend in functie van de tewerkstellingsbreuk. Deze maatregel is cumuleerbaar met de structurele vermindering maar niet met de andere maatregelen in het kader van het Activa-plan.

25 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 24 De maatregel is vanaf 1 oktober 2010 ook niet meer cumuleerbaar met de Vlaamse tewerkstellingspremie Wettelijke basis Programmawet 24 december 2002 (titel IV, hoofdstuk 7, artikel 340 e.v.) Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (artikel 7 e.v.) Koninklijk besluit van 25 november 1991 Koninklijk besluit van 21 december 2009

26 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N AANWERVING VAN EEN TENGEVOLGE VAN HERSTRUCTURERING ONTSLAGEN WERKNEMER 11.1 Inhoud De maatregel beoogt s die ontslagen werden tengevolge van een herstructurering. Een die zo een aanwerft komt in aanmerking voor een vermindering van de RSZ sbijdragen. Tevens kan de genieten van een vermindering van de sbijdragen Voorwaarden Er zijn geen bijzondere voorwaarden de moet voldoen. Het mag echter niet gaan om een onderneming in herstructurering die de ontsloeg, of om een onderneming die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid. De die aangeworven wordt, moet ontslagen zijn tengevolge van een herstructurering, en in het bezit zijn van een "verminderingskaart herstructureringen" Voordelen De bijdragevermindering wordt weergegeven in onderstaande tabel: RSZ-vermindering jonger dan 45 jaar bij de indiensttreding 1000 in kwartaal indienstneming + 4 volgende kwartalen 45 jaar of ouder bij de indiensttreding 1000 in kwartaal indienstneming + 4 volgende kwartalen 400 in volgende 16 kwartalen

27 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 26 De sbijdragen worden verminderd met 133,33 per maand gedurende de geldigheidsduur van de "verminderingskaart herstructureringen", en dit voor ten hoogste drie kwartalen Bemerkingen Deze vermindering kan niet gecumuleerd worden met een specifieke vermindering van RSZ sbijdragen. Ze is wel cumuleerbaar met de structurele vermindering Wettelijke basis Programmawet van 24 december 2002 (art. 353bis ev.) Wet van 20 december 1999 Koninklijk besluit van 16 mei 2003 (art. 28) Koninklijk besluit van 17 januari 2000

28 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N WERKHERVATTINGSTOESLAG VOOR 50-PLUSSERS 12.1 Inhoud De maatregel beoogt de werkhervatting van s vanaf 50 jaar. De RVA kent onder bepaalde voorwaarden een werkhervattingstoeslag per maand toe aan werklozen van 50 jaar of ouder die het werk hervatten als loontrekkende of statutair, ongeacht het uurrooster zelfstandige in hoofdberoep Voorwaarden Er zijn geen bijzondere voorwaarden de moet voldoen. De moet gelijktijdig aan de volgende voorwaarden voldoen: hij heeft recht op werkloosheidsuitkeringen als volledig werkloze hij is minstens 50 jaar, maar heeft de wettelijke pensioenleeftijd niet bereikt hij bewijst minstens 20 jaar beroepsverleden hij is geen bruggepensioneerde en heeft ook geen afstand gedaan van het brugpensioen hij moet zijn gewone verblijfplaats hebben in België en er effectief verblijven (behoudens uitzonderingen) 12.3 Voordelen Geen financiële voordelen voor de. De ontvangt van de RVA maandelijks een bedrag van 179,27. Dit is cumuleerbaar met zijn loon Bemerkingen Geen cumul mogelijk met volledig rustpensioen Wettelijke basis Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering 25 november 1991

29 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 28 V l a a n d e r e n DEEL 2 VLAANDEREN 1 TEWERKSTELLINGSPREMIE Inhoud De werft een 50-plusser aan met een contract van onbepaalde duur. Hij kan dan in aanmerking komen voor een vermindering in de loonkost gedurende maximaal vier kwartalen. 1.2 Voorwaarden De onderneming moet een exploitatiezetel hebben in het Vlaams Gewest of verbindt er zich toe een exploitatiezetel in het Vlaams Gewest te vestigen binnen de vijf kwartalen vanaf de aanwerving die plaats vond in het kader van deze maatregel. De onderneming mag ook geen s ontslaan met de bedoeling deze te vervangen door personen die recht geven tot deze premie. De moet gelijktijdig aan de volgende voorwaarden voldoen: 50 jaar of ouder zijn.; de dag voorafgaand aan de indiensttreding moet hij ingeschreven zijn bij de VDAB als niet werkende werkzoekende; hij moet aangeworven zijn met een contract van onbepaalde duur; In de zes maanden voorafgaand aan de indiensttreding mag de niet bij dezelfde of een andere onderneming van dezelfde technische bedrijfseenheid in dienst geweest zijn. Een individuele beroepsopleiding in het bedrijf voorafgaand aan de tewerkstelling is wel mogelijk; hij moet minstens vijf opeenvolgende kwartalen tewerkgesteld worden bij het bedrijf. 1.3 Voordelen Het bedrijf ontvangt naargelang de grootte van het betaalde brutoloon van de een premie die uitbetaald wordt door de VDAB.

30 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 29 V l a a n d e r e n Deze premie bedraagt: Brutoloon per kwartaal Tewerkstellingspremie per kwartaal vanaf De premie wordt maximaal 4 opeenvolgende kwartalen toegekend te rekenen vanaf het kwartaal volgend op het kwartaal van indiensttreding. Geen directe voordelen voor de. 1.4 Bemerkingen Cumul met andere maatregelen is toegelaten zolang het totaal bedrag van de subsidies niet groter is dan de loonkost. Cumul met het federale win win aanwervingsplan werd vanaf 1 oktober 2010 uitgesloten door de Vlaamse regering. 1.5 Wettelijke basis Besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2006

31 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 30 V l a a n d e r e n 2 TIJDELIJKE OVERBRUGGINGSPREMIE IN HET KADER VAN EEN HERSTRUCTURERING 2.1 Inhoud De tewerkgesteld in een onderneming in moeilijkheden of in herstructurering of met een substantiële daling van de economische activiteiten, kan tijdelijk een aanmoedigingspremie krijgen indien hij zijn arbeidsduur vermindert met tenminste 10% van de voltijdse arbeidsregeling en na deze vermindering nog minstens halftijds werkt. 2.2 Voorwaarden de onderneming moet een uitbatingzetel in het Vlaamse Gewest hebben; de onderneming moet een privé-bedrijf zijn; de onderneming moet ofwel beschikken over een federale erkenning als onderneming in moeilijkheden of herstructurering, ofwel moet ze een substantiële daling 1 van de economische activiteiten kunnen aantonen; de onderneming moet in overleg met svertegenwoordigers een plan opmaken met arbeidsherverdelende maatregelen. De moet na de arbeidsduurvermindering nog minstens 50% werken; mag geen ander werk uitoefenen en geen zelfstandige activiteit hebben, tenzij hij al één jaar voor de arbeidsduurvermindering zelfstandige in bijberoep was; mag geen onderbrekingsuitkering hebben in het kader van het federale tijdskrediet; mag geen vergoeding voor (economische) werkloosheid ontvangen; ontvangt de premie slechts voor de duurtijd van het plan arbeidsherverdeling; mag tezelfdertijd geen andere Vlaamse aanmoedigingspremie ontvangen. 1 daling van minimum 20% van de omzet of de productie in één van de vier kwartalen voorafgaand aan de arbeidsduurvermindering ten opzichte van hetzelfde kwartaal van het jaar voordien

32 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 31 V l a a n d e r e n 2.3 Voordelen Geen directe voordelen voor de. De kan een premie krijgen voor 6 maanden (verlengbaar met maximaal 6 maanden) voor een arbeidsduurvermindering tot en met 31 december De basisbedragen van de premie zijn als volgt vastgelegd, maar zijn wel gekoppeld aan het indexcijfer. Er wordt eveneens direct 30% bedrijfsvoorheffing op ingehouden. basispremie extra premie alleenstaande (*) extra premie opleiding (**) vermindering met 10-19% van voltijdse job bruto : 135,71 netto : 95, vermindering met 20-49% van voltijdse job bruto : 207,14 netto : 145,00 bruto : 43,35 netto : 30,35 bruto : 58,59 netto : 41,01 vermindering met 50% van voltijdse job bruto : 492,85 netto : 345,00 bruto : 43,35 netto : 30,35 bruto : 58,59 netto : 41,01 (*) alleenstaande : die alleen woont, eventueel met 1 of meerdere kinderen. (**) opleiding: extra premie als de werktijd van de met minstens 20% vermindert en hij hiervan gebruik maakt om een opleiding te volgen. De opleiding moet wel aan één van volgende criteria beantwoorden: een opleiding bij de VDAB; een opleiding die wordt georganiseerd, gesubsidieerd of erkend door de sectorale opleidingsfondsen;

33 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 32 V l a a n d e r e n een opleiding die door de Vlaamse overheid wordt georganiseerd, 2.4 Bemerkingen gesubsidieerd of erkend,of een opleiding die daarmee gelijkgesteld is. Die opleiding moet minimum 120 uren op jaarbasis bedragen. De overbruggingspremies worden maandelijks door de Vlaamse overheid uitbetaald. 2.5 Wettelijke basis Besluit van de Vlaamse regering van 01/03/2002 Besluit van de Vlaamse regering van 20/03/2009

34 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 33 V l a a n d e r e n 3 SUBSIDIËRING VAN DIVERSITEITSPLANNEN OP DE WERKVLOER 3.1 Inhoud Bedrijven die hun personeelsbeleid wensen bij te sturen met bijzondere aandacht voor diversiteit, doorstroom, retentie en opleiding van s, kunnen hiervoor een financiële ondersteuning ontvangen. Hiertoe kan de keuze gemaakt worden uit 4 verschillende diversiteitsplannen waartegenover telkens een ander subsidiebedrag staat: instapdiversiteitsplan: een ideale opstap naar een planmatig diversiteitsbeleid; diversiteitsplan: een volledige en planmatige aanpak in vier stappen, met onder meer aandacht voor opleidings- en competentiebeleid en kwaliteit van de arbeid; clusterdiversiteitsplan: één centrale aanvrager clustert een aantal bedrijven met een gelijklopend diversiteitsplan. Het is een ideaal instrument voor een groep van kleinere bedrijven uit één sector of voor units binnen een groter geheel; groeidiversiteitsplan: diversiteit verankeren in het strategisch beleid van het bedrijf om volop gebruik te maken van de meerwaarde van diversiteit; 3.2 Voorwaarden Werkgever Ondernemingen, instellingen, arbeidsorganisaties uit de profit- en socialprofitsector en lokale besturen kunnen een aanvraag tot subsidiëring van een diversiteitsplan indienen. Zij dienen een exploitatiezetel te hebben in het Vlaams of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het plan moet in Vlaanderen eerst voorgelegd worden aan de Sociaal- Economische Raad voor de Regio (SERR), of aan het Brussels Nederlandstalig Comité voor Tewerkstelling en Opleiding (BNCTO). De prioritaire doelgroepen zijn allochtonen, oudere s (50+) en personen met een arbeidshandicap.

35 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 34 V l a a n d e r e n 3.3 Voordelen instapdiversiteitsplan: de helft van de kosten voor de uitvoering van een instapdiversiteitsplan wordt gesubsidieerd met een maximum van 2.500; diversiteitsplan: 2/3 van de kosten van een diversiteitsplan kan worden gesubsidieerd tot een maximum van ; clusterdiversiteitsplan: 2/3 van de kosten van elke deelnemend bedrijf kan worden gesubsidieerd met een maximum van per deelnemend bedrijf; groeidiversiteitsplan: de helft van de kosten van een groeidiversiteitsplan kan worden gesubsidieerd met een maximum van 2.500; Een diversiteitsplan heeft niet alleen voordelen voor de organisatie zelf, maar komt direct en indirect ook en vooral de s ten goede. 3.4 Bemerkingen Meer informatie over de diversiteitsplannen, de aanvraagformulieren of de contactgegevens van de projectontwikkelaars, wordt verschaft op Wettelijke basis Decreet van 8/05/2002 Besluit van de Vlaamse regering van 12/05/2006

36 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 35 B r u s s e l DEEL 3 BRUSSEL 1 TAALCHEQUE 1.1 Inhoud Werkzoekenden die zijn ingeschreven bij ACTIRIS en wier aanwerving door een onvoldoende talenkennis wordt bemoeilijkt, kunnen, als zij worden aangeworven door een of als zij zich als zelfstandige vestigen, een individuele taalopleiding genieten die door ACTIRIS wordt gefinancierd. 1.2 Voorwaarden De bedrijfszetel ligt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of indien dit niet het geval is moet de werkzoekende die het bedrijf aanwerft in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen. de persoon aangeworven wordt, is als werkzoekende ingeschreven bij ACTIRIS; de werkzoekende heeft een duidelijk beroepsproject en beschikt over de vereiste bekwaamheden en/of heeft de nodige opleidingen gevolgd. De enige hindernis in zijn zoektocht naar werk is zijn onvoldoende kennis van één van de volgende vier talen: Nederlands, Frans, Duits of Engels; de werkzoekende beheerst minstens één van de twee officiële talen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en kan voor deze taal geen taalcheque aanvragen; de werkzoekende moet worden aangeworven met een voltijdse of minstens halftijdse arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur of voor minstens 6 maanden; 1.3 Voordelen Geen directe voordelen voor de. De werkzoekende ontvangt één, twee of drie "bon(nen) voor een taalcheque" waarmee ACTIRIS zich ertoe verbindt 20, 40 of 60 uur individuele opleiding te

37 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 36 B r u s s e l betalen voor één of meer van de 4 betrokken talen (Nederlands, Frans, Duits of Engels). 1.4 Bemerkingen De cheques blijven 6 maanden geldig. 1.5 Wettelijke basis Ordonnantie van 18 januari 2001 (art. 4)

38 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 37 B r u s s e l 2 BEROEPSOVERSTAPPREMIE GEKOPPELD AAN EEN BEROEPSOPLEIDING IN DE ONDERNEMING 2.1 Inhoud Via ACTIRIS kent het Brussels Hoofdstedelijk Gewest beroepsoverstappremies toe aan s die moeilijk te plaatsen werkzoekenden aanwerven en hen een opleiding in de onderneming aanbieden. 2.2 Voorwaarden de is een KMO of een VZW en heeft een hoofdzetel of bedrijfszetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; de onderneming werft de aan met een overeenkomst voor onbepaalde duur en voltijds; de onderneming laat de een beroepsopleiding volgen van minstens 240 uur, erkend door de VDAB of door Bruxelles Formation. En zorgt voor de omkadering van de opleiding van de ; de wordt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tewerkgesteld. De premie kan worden toegekend voor de aanwerving van een werkzoekende die bij ACTIRIS is ingeschreven, en die houder is van maximum een diploma van het hoger secundair onderwijs (uitzonderingen: zie voorwaarden hieronder). Bovendien moet hij aan één van de volgende voorwaarden voldoen: jonger dan 25 jaar zijn en geen eerste regelmatige bezoldigde beroepsactiviteit hebben gehad voor een duur van drie opeenvolgende maanden of langer; jonger dan 25 jaar zijn en niet gewerkt hebben gedurende zes opeenvolgende maanden; 25 jaar zijn en niet gewerkt hebben gedurende twaalf opeenvolgende maanden; ouder dan 45 jaar zijn; ouder dan 55 jaar zijn en geen werk hebben (hier geldt geen beperking m.b.t. het hoogstbehaalde diploma); niet gewerkt hebben noch een opleiding gevolgd hebben gedurende ten minste twee jaar (hier geldt geen beperking m.b.t. het hoogstbehaalde diploma); geen eerste regelmatige bezoldigde beroepsactiviteit hebben gevonden, voor een duur van drie opeenvolgende maanden of langer, na een vrijheidsstraf

39 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 38 B r u s s e l te hebben uitgezeten (hier geldt geen beperking m.b.t. het hoogstbehaalde diploma); jonger dan 46 jaar zijn, niet werken en de aanwerving geeft aanleiding tot het creëren van netto-arbeidsplaatsen (In dit geval mag de werkzoekende geen houder zijn van een diploma, getuigschrift, brevet of een ander gelijkgesteld document hoger dan het lager secundair onderwijs). 2.3 Voordelen De ontvangt een maandelijkse premie van 500 tijdens maximum 12 maanden en enkel gedurende de maanden waarin een loon aan de wordt betaald. De periode van 12 maanden moet vallen binnen een periode van 2 jaar te rekenen vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanwerving plaatsvindt. Geen directe voordelen voor de. 2.4 Bemerkingen Het maandelijkse bedrag van de beroepsoverstappremie mag in geen geval het maandelijkse nettoloon, dat door de aan de wordt betaald, overschrijden. 2.5 Wettelijke basis Artikelen 53 tot 58 van het KB van 20 december 1963 (laatst gewijzigd op 11/03/2004)

40 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 39 B r u s s e l 3 BEROEPSOVERSTAPPREMIE GEKOPPELD AAN EEN STARTBAANOVEREENKOMST 3.1 Inhoud Via ACTIRIS kent het Brussels Hoofdstedelijk Gewest beroepsoverstappremies toe aan s die jonge werkzoekenden aanwerven in het kader van een startbaanovereenkomst van type II (die een arbeidsovereenkomst koppelt aan een erkende opleiding van minimum 240 uur, goedgekeurd door de VDAB of door Bruxelles Formation). 3.2 Voorwaarden de is een KMO of een VZW en heeft een hoofdzetel of bedrijfszetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; de onderneming werft de aan met een overeenkomst voor onbepaalde duur en minstens halftijds; de onderneming laat de een beroepsopleiding volgen van minstens 240 uur, erkend door de VDAB of door Bruxelles Formation. En zorgt voor de omkadering van de opleiding van de ; de wordt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tewerkgesteld. De premie kan worden toegekend voor de aanwerving van werkzoekenden jonger dan 26 jaar die bij ACTIRIS zijn ingeschreven, en die houder zijn van maximum een diploma van het hoger secundair onderwijs (uitzonderingen: zie bij voorwaarden hieronder). Bovendien moeten ze aan de volgende voorwaarden voldoen: jonger dan 25 jaar zijn en geen eerste regelmatige bezoldigde beroepsactiviteit hebben gehad voor een duur van drie opeenvolgende maanden of langer; jonger dan 25 jaar zijn en niet gewerkt hebben gedurende zes opeenvolgende maanden; 25 jaar zijn en niet gewerkt hebben gedurende twaalf opeenvolgende maanden; jonger dan 26 jaar zijn en niet gewerkt hebben noch een opleiding gevolgd hebben gedurende ten minste twee jaar (hier geldt geen beperking m.b.t. het hoogstbehaalde diploma);

41 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 40 B r u s s e l jonger dan 26 jaar zijn en geen eerste regelmatige bezoldigde beroepsactiviteit hebben gevonden, voor een duur van drie opeenvolgende maanden of langer, na een vrijheidsstraf te hebben uitgezeten (hier geldt geen beperking m.b.t. het hoogstbehaalde diploma); jonger dan 26 jaar zijn en niet werken en de aanwerving moet aanleiding geven tot het creëren van netto-arbeidsplaatsen (in dit geval mag de werkzoekende geen houder zijn van een diploma, getuigschrift, brevet of een ander gelijkgesteld document hoger dan het lager secundair onderwijs). 3.3 Voordelen De ontvangt een maandelijkse premie van 250 tijdens maximum 12 maanden en enkel gedurende de maanden waarin een loon aan de wordt betaald. De periode van 12 maanden moet vallen binnen een periode van 2 jaar te rekenen vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanwerving plaatsvindt. Geen directe voordelen voor de. 3.4 Bemerkingen Het maandelijkse bedrag van de beroepsoverstappremie mag in geen geval het maandelijkse nettoloon, dat door de aan de wordt betaald, overschrijden. 3.5 Wettelijke basis Artikelen 53 tot 58 van het KB van 20 december 1963 (laatst gewijzigd op 11/03/2004)

42 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 41 B r u s s e l 4 BEROEPSOVERSTAPPREMIE GEKOPPELD AAN EEN OPLEIDINGSPROJECT VOOR ALTERNEREND WERKEN EN LEREN 4.1 Inhoud Via ACTIRIS kent het Brussels Hoofdstedelijk Gewest beroepsoverstappremies toe aan s die jonge werkzoekenden aanwerven in het kader van een opleidingstraject voor het alternerend leren en werken. 4.2 Voorwaarden de is een KMO of een VZW en heeft een hoofdzetel of bedrijfszetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; de onderneming moet de aan werven voor een startbaanovereenkomst van minstens 1 jaar, met : een arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur (en minstens halftijds); of een leerovereenkomst ; of een stageovereenomst ; of een inschakelingsovereenkomst. de aanwerving moet bovendien kaderen in een opleidingstraject alternerend leren/werken, erkend door de minister bevoegd voor beroepsopleidingen. de wordt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tewerkgesteld. Dezelfde voorwaarden gelden als bij de beroepsoverstappremie gekoppeld aan een startbaanovereenkomst. 4.3 Voordelen De ontvangt een maandelijkse premie van 125 voor een met een contract van bepaalde duur,en van 250 voor een met een contract van onbepaalde duur, en dit tijdens maximum 12 maanden en enkel gedurende de maanden waarin een loon aan de wordt betaald. De periode van 12 maanden moet vallen binnen een periode van 2 jaar te rekenen vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanwerving plaatsvindt. Geen directe voordelen voor de.

43 T E W E R K S T E L L I N G S M A A T R E G E L E N 42 B r u s s e l 4.4 Bemerkingen Het maandelijkse bedrag van de beroepsoverstappremie mag in geen geval het maandelijkse nettoloon, dat door de aan de wordt betaald, overschrijden. 4.5 Wettelijke basis Artikelen 53 tot 58 van het KB van 20 december 1963 (laatst gewijzigd op 11/03/2004)

44 - Dobbelenberg - Metrologielaan 8 Avenue de la Métrologie Brussel 1130 Bruxelles 02/ / info@icb-institute.be