Uitspraak van de Huurcommissie Verzoek Betalingsverplichting servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek; art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte) Woonruimte Preludeweg 20 2402 HD ALPHEN AAN DEN RIJN Hierna te noemen: de woonruimte Zaaknummer Verzonden op 24-11-2014 Verzonden aan huurder en verhuurder Verzoeker Hierna te noemen: huurder Wederpartij Hierna te noemen: verhuurder ------------------------------------------------------------------------------------------ Kern van de uitspraak De betalingsverplichting van de huurder voor de stookkosten over de periode 11 januari 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 2.416,28 ------------------------------------------------------------------------------------------ I Verloop van de procedure De Huurcommissie ontving op 18 juni 2014 een verzoek van de huurder. Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de stookkosten voor over de periode 11 januari 2013 tot en met 31 december 2013 te beoordelen. Onderzoek door de Huurcommissie De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Daarvoor is in september 2014 een onderzoek uitgevoerd. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de servicekosten opgevraagd. Deze rekeningen zijn gecontroleerd. De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd. COU2G ENV-2014-372865 Pagina 1 van 5
II Zitting Gegevens zitting Zittingsdatum: Correspondentie over de zitting De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de zitting van de Huurcommissie. Verklaring van de partijen Korte samenvatting verklaring huurder: als leek zijnde kan je er niet zelf uitkomen; ik heb de woning gekregen op 11 januari 2013. Ik ben twee maanden bezig geweest om de woning op te knappen, daarna ben ik drie maanden met vakantie geweest; ik heb in mijn vakantieperiode alles afgesloten; in 2014 heb ik een afrekening ontvangen van bijna 1500,00; het hele jaar door krijg je geen bericht van de verhuurder; ik heb navraag gedaan hoe er berekend wordt; er wordt gemeten vanaf buitenaf; ik heb de woningbouw gevraagd om langs te komen; op het dak staat een sensor dat aanslaat bij koud en warm weer. Als de temperatuur te laag wordt gaat de kachel aan. En als het heet is door de zon dan wordt er geen warmte gegeven. Hoe kunnen de radiatoren dan warmte geven? Korte samenvatting verklaring gemachtigde van de verhuurder: ik heb contact gehad met Ista Nederland over de afrekening; we hebben de afrekening vergeleken met andere bewoners; de huurder verbruikt 4,5 keer meer dan het gemiddelde; wat opvalt aan de afrekening van de huurder is dat alle radiotoren worden gebruikt. Ook gedurende de zomermaanden; er zijn ook geen storingen geconstateerd; één keer per jaar worden de meters aan de buitenzijde van het complex uitgelezen; als de batterijen opraken kunnen er geen meterstanden worden uitgelezen maar dat is niet het geval bij deze huurder; het verbruik is ook vergeleken met de vorige bewoner echter is daar geen verbruik gemeten voor zowel 2011 als 2012. De vorige bewoner had waarschijnlijk zijn radiatorknoppen uitstaan; er is 10% reductie toegepast op de afrekening omdat de huurder een hoekwoning heeft; de afrekening klopt gewoon; ik kan aan de huismeester vragen om met de gebruiksaanwijzing van de meter met de huurder door te nemen en dan kan er ook gekeken worden of de radiatorknoppen goed afsluiten. Pagina 2 van 5
III Beoordeling De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de stookkosten. De Huurcommissie kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten. Als er geen eindafrekening is stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting van de huurder voor de onderzochte kostenposten vast op basis van de aangetoonde daadwerkelijk gemaakte kosten. Omdat de huurder alleen de kostenpost stookkosten ter discussie stelt, zal de Huurcommissie de andere kostenposten niet beoordelen. De Huurcommissie neemt deze posten ongewijzigd over van de eindafrekening van de verhuurder. De Huurcommissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken. Eindafrekening stookkosten De huurder heeft gedurende de periode 11 januari 2013 tot en met 31 december 2013 de woonruimte gehuurd. De verhuurder heeft over deze periode een bedrag van 1.932,14 in rekening gebracht. Deze kosten zijn volgens de huurovereenkomst tussen de huurder en de verhuurder overeengekomen. Rapportage De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de stookkosten over de periode 11 januari 2013 tot en met 31 december 2013 vast te stellen op 1.932,14. Beoordeling Huurcommissie In wat de huurder ter zitting heeft verklaard, ziet de Huurcommissie geen aanleiding om van het rapport af te wijken. Het rapport bevat voor zover bekend geen onjuistheden. De Huurcommissie gaat daarom akkoord met het rapport en stelt de betalingsverplichting van de huurder conform de rapportage vast op 2.416,28 Conclusie/ Gevolgen van deze uitspraak De huurder moet voor de stookkosten 1.932,14 betalen. De overige kostenposten neemt de Huurcommissie ongewijzigd over van de eindafrekening van de verhuurder. De totale betalingsverplichting van de huurder voor de servicekosten over de periode 11 januari 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 2.416,28. COU2G ENV-2014-372865 Pagina 3 van 5
Legesbeoordeling De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen. De Huurcommissie oordeelt dat het bedrag aan servicekosten dat de verhuurder berekent, redelijk is. De Huurcommissie stelt de huurder daarom in het ongelijk. De huurder moet de leges betalen. De Huurcommissie stelt de verhuurder daarom in het ongelijk. De verhuurder moet de leges betalen. Welk bedrag Volgens de wet betaalt een rechtspersoon 450,00 leges. Een huurder, en een verhuurder die geen rechtspersoon is, betaalt 25,00. IV Beslissing De totale betalingsverplichting van de huurder voor de servicekosten over de periode 11 januari 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 2.416,28. Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht. Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen. Legesveroordeling De huurder moet 25,00 leges betalen. De huurder heeft dit bedrag al betaald als voorschot. Deze uitspraak is zowel aan de verzoeker als aan de wederpartij gestuurd. 'S-GRAVENHAGE, De Huurcommissie, mr. E.M. Jacquemijns P.L.M. Brugman en J.W. Hospes Zittingsvoorzitter Zittingsleden Pagina 4 van 5
Pagina 5 van 5