Duurzame ontwikkeling en kringlopen (DOK) Toets 1: 30%

Vergelijkbare documenten
Biologische homeostase van het wereldklimaat: Daisyworld als parabel

Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer

Energiebalans aarde: systeemgrens

Extra opgaven hoofdstuk 11

Koolstof wordt teruggevonden in alle levende materie en in sedimenten, gesteenten, de oceanen en de lucht die we inademen.

Tentamen Warmte-overdracht

Een praktische opdracht voor computerondersteund modelleren Broeikas Aarde

Duurzame ontwikkeling en kringlopen (DOK)

Compex wiskunde A1-2 vwo 2005-I

Broeikas Aarde: een leefbare temperatuur

TENTAMEN. Thermodynamica en Statistische Fysica (TN )

Hitte op sportvelden

Kernvraag: Hoe ziet een afkoelingsgrafiek eruit?

DEEL 2: VIER OPEN VRAGEN (6 PUNTEN)

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie

Thermodynamica. Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje

IVF temperatuurregeling incubator

Klimaatverandering. Urgentie in Slow Motion. Bart Verheggen ECN

Examen VWO - Compex. wiskunde A1,2

1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig Het symbool staat voor verandering.

Technische Thermodynamica 1, Deeltoets 2 Module 2, Energie en Materialen ( )

Opwarming van de aarde

D h = d i. In deze opgave wordt de relatie tussen hoekmaat en afstand uitgerekend in een vlak expanderend heelal.

Les Koolstofkringloop en broeikaseffect

De verliezen van /in het systeem zijn ook het gevolg van energietransformaties!

Technische Universiteit Eindhoven Tentamen Thermische Fysica II 3NB augustus 2011, uur

Tentamen Inleiding Meten Vakcode 8E april 2009, uur

Relevante duurzame energiebronnen op aarde Artikel 2

Figuur 8.50: Toestandsdiagram van propaan naar ASHRAE Hoofdstuk 8: Kringprocessen 46

TOETS CTD voor 1 ste jaars MST (4051CHTHEY, MST1211TA1, LB1541) 10 maart uur Docenten: L. de Smet, B. Dam

HERHALINGS TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA voor S2/F2/MNW2 Woensdag 14 januari, 2009,

mei 16 19:37 Iedere keer is de groeifactor gelijk. (een factor is een getal in een vermenigvuldiging)

Aantal fietsen Kosten ( ) Verandering kosten ( )

12.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: l:y = ax + b gaat door de punten A(5, 3) en B(8, 12). Stel de functie van l op.

SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9

Opgaven. Opgave: Polsstokspringen a) m = ρ V

Inleiding Astrofysica College 3 10 oktober Ignas Snellen

Een model voor een lift

Examen Inleiding Atmosfeer 8 mei 2014 EXAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 8 mei 2014, 13:30-16:30 uur

TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA. Dinsdag 25 oktober

Exponentiële functies

Eindtoets 3DEX0: Fysica van nieuwe energie van 9:00-12:00

Tentamen Warmte-overdracht

Examen HAVO. wiskunde A1,2. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

KNVWS Delft. Overzicht

Practicum: Fysische en Chemische Technologie. WARMTEWISSELAAR (Groot)

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

Deel 1 : Mechanica. 2 de jaar 2 de graad (2uur) Inhoudstafel. - a -

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019)

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden.

1) Neem een blokje en meet met een krachtmeter hoeveel kracht er nodig is om een blokje op te tillen.

Mooie opgaven met mooie contexten. Maar je moet het wel snappen. Standaard aanpak van bekende opgaven werkt hier niet. Je moet de aanpak wel zien.

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

Hoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO,

Opdracht 3: Baanintegratie: Planeet in een dubbelstersysteem

3 Veranderende krachten

natuurkunde 1,2 Compex

PLANETENSTELSELS - WERKCOLLEGE 3. Opdracht 5: Exoplaneet WASP-203b

NNV-bestuursstandpunt over de samenhang tussen klimaatverandering en energiegebruik

Vrijdag 19 augustus, uur

Klimaatmodellen. Projecties van een toekomstig klimaat. Wiskundige vergelijkingen

dampkring voorstelt en een fles die een planeet zonder dampkring voorstelt

Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

Alternatieve energiebronnen

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3

Eindexamen aardrijkskunde vwo I

Hoofdstuk 12: Exergie & Anergie

Eindexamen biologie pilot havo II

Oplossing examenoefening 2 :

Zonnestraling. Samenvatting. Elektromagnetisme

Les bij klimaatverandering:

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt.

Eindexamen scheikunde havo 2006-II

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M?

De meest revolutionaire momenten belicht, de momenten waarin iets gebeurde waardoor nieuwe dingen ontstonden.

Praktische opdracht ANW De zon en ons klimaat

THERMODYNAMICA 2 (WB1224)

Samenvatting Natuurkunde hoofdstuk 4

Tentamen Warmte-overdracht

Eindtoets 3BTX1: Thermische Fysica. Datum: 3 juli 2014 Tijd: uur Locatie: paviljoen study hub 2 vak c & d

Na leren van paragraaf 5.1 kun je

Correctievoorschrift HAVO 2016

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO

THERMODYNAMICA 2 (WB1224)

Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect

kringloop TS diagram berekeningen. omgevingsdruk / aanzuigdruk na compressor na de verbrandingskamers na de turbine berekend:

Onderzoek 46: De temperatuur van een lijk

Eindexamen aardrijkskunde vwo 2008-II

Overgangsverschijnselen

J De centrale draait (met de gegevens) gedurende één jaar. Het gemiddelde vermogen van de centrale kan dan berekend worden:

Uitwerkingen van de opgaven in Basisboek Natuurkunde

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015

wiskunde B pilot vwo 2017-II

Compex wiskunde A1-2 vwo 2003-I

Tentamen Planetenstelsels met oplossingen 19 april 2012 Docent: Dr. Michiel Hogerheijde

Verwarming en koeling met warmtepomp d.m.v. vloerverwarming / koeling. Werking van de warmtepomp

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2004-I

Transcriptie:

Duurzame ontwikkeling en kringlopen (DOK) Toets 1: 30% Docenten: Hans Geerlings en Henk Nugteren Datum: 30 mei 2016 Tijd: 8:45 10:45 uur Locatie: TN F4.25 Deze toets telt voor 30% voor het eindresultaat DOK. De toets bestaat uit 5 vragen die elk 6 punten opleveren voor een totaal van 30 punten. Beantwoord de vragen kort en bondig en beperk je tot wat er gevraagd wordt. Bij sommen wel je berekening laten zien. Begin elke vraag op een nieuwe rechter pagina. Dit bevordert de snelheid van nakijken. Succes. Vraag 1. CO 2 sekwestratie Voor de mens invloed op het CO 2 gehalte in de atmosfeer kreeg, waren er het laatste miljard jaar twee belangrijke processen die de verandering van de hoeveelheid CO 2 in de atmosfeer bepaalden. a) Welke twee processen waren dit? Stel hiervoor de massabalans op. Nog veel langer geleden bestond zelfs een van deze twee processen nog niet. b) Welk proces was dit en hoe zou je de fluxen voor en na het tijdstip van ontstaan van dit proces kunnen beschrijven? Nu de mens zijn invloed laat gelden wordt er door verbranding van fossiele brandstoffen extra CO 2 aan de atmosfeer toegevoegd. Basische gesteenten nemen van nature CO 2 uit de atmosfeer op. c) Wat voor type reacties liggen hieraan ten grondslag? d) Als we deze reacties willen versnellen, hoe zou dat dan kunnen? e) Dit lijkt heel veel energie te kosten. Noem twee redenen waarom dit mogelijk best nog wel mee kan vallen. Hoe kan daar slim gebruik van gemaakt worden? -1-

Start nu op pagina 3 van je antwoordvel Vraag 2. Een diepvriescel In een diepvriescel worden producten bij een temperatuur van -25 C bewaard. De temperatuur buiten de cel bedraagt +25 C. Door een ideale warmtepomp wordt 5000 W thermisch vermogen aan de koelcel onttrokken. a) Teken in een PV-diagram (druk-volume diagram) de cyclus die de warmtepomp doorloopt. Gebruik pijltjes om duidelijk te maken in welke richting de cyclus doorlopen wordt. Teken ook pijlen om te laten zien waar in de cyclus warmte wordt opgenomen en waar het wordt afgestaan. b) Bereken het voor de warmtepomp benodigde elektrisch vermogen. Hoe groot is het aan de omgeving afgestane thermisch vermogen? c) De eigenaren van de cel krijgen het aanbod om de warmtepomp te vervangen door een exemplaar dat slechts de helft van het onder b) berekende elektrisch vermogen nodig heeft. Neem aan dat alle andere specificaties van de koelcel ongewijzigd blijven. Moeten de eigenaren het aanbod aannemen? Geef kort commentaar. Start nu op pagina 1 van antwoordvel 2 Vraag 3. Bevolkingsgroei De omvang van de wereldbevolking is de afgelopen eeuw exponentieel gegroeid en heeft op dit moment een aantal van 7,4 miljard mensen bereikt. Dit betekent dat de groei van de bevolking beschreven wordt door dn/dt = k 0 N, waarbij N het aantal mensen op aarde voorstelt en k 0 de groeisnelheid. De waarde van de constante k 0 bedroeg 0,0145 per jaar. a) In welk jaar bestond de wereldbevolking uit 2 miljard mensen? b) Neem aan dat de wereldbevolking in de komende eeuw op dezelfde wijze doorgroeit als gedurende de afgelopen eeuw. Door hoeveel mensen wordt de aarde over 100 jaar bewoond? c) Een realistischer beschrijving van de grootte van de wereldbevolking als functie van de tijd wordt gegeven door dn/dt = k 0 (1 N/K) N, waarbij de symbolen dezelfde betekenis hebben als hierboven en K het maximale aantal mensen is dat onder gegeven omstandigheden op aarde kan leven. Neem aan dat k 0 = 0,0145 per jaar. K wordt ook wel de draagkracht van de aarde genoemd. Neem aan dat de draagkracht K gelijk is aan 20 miljard mensen. Wat is de maximale toename van de wereldbevolking per jaar? -2-

Start nu op pagina 3 van antwoordvel 2 Vraag 4. Energiebalans van de Aarde Uit de astronomie is bekend dat de zon gedurende zijn bestaan steeds meer energie is gaan uitzenden. Voor de zonne-constante L(t) als functie van de tijd t geldt de volgende vergelijking: = 1+0,4 1 waarbij L 0 de huidige zonne-constante is en t 0 is de huidige leeftijd van de zon. Ter plekke van de aardbaan is L 0 = 1360 W/m 2. De zon is nu 4,57 miljard jaar oud. De albedo van de aarde is gelijk aan 0,3 en aangenomen mag worden dat deze constant blijft. De constante van Stefan-Boltzmann σ bedraagt 5,67 10-8 J s -1 m -2 K -4. In de toekomst zal de zon dus steeds helderder gaan schijnen. Op een gegeven moment zal de temperatuur op aarde zo hoog worden dat het overgrote deel van het huidige leven op aarde niet langer mogelijk is. Neem aan dat dit punt bereikt wordt als de temperatuur aan de buitenzijde van de atmosfeer van de aarde 30 C is. a) Bereken de waarde van de zonne-constante waarvoor dit punt bereikt wordt. b) Wanneer wordt de onder a) berekende zonne-constante bereikt? Start nu op pagina 1 van antwoordvel 3 Vraag 5. Feedback systemen (tulpenwereld) In de Nederlandse context is een tulpenwereld met witte en zwarte tulpen makkelijker voor te stellen dan een madeliefjeswereld. Neem een denkbeeldige planeet waarop alleen witte en zwarte tulpen kunnen groeien met een albedo van respectievelijk 0,8 en 0,2, terwijl de onbegroeide bodem een albedo heeft van 0,5. De tulpenpopulaties worden beschreven door twee differentiaalvergelijkingen waarin een constante voor de sterfte is opgenomen en een variabele voor de groeisnelheid (g). Deze groeisnelheid hangt als volgt van de temperatuur af: g = 1 0,01 (293 T i ) 2 waarin T i de lokale temperatuur is. a) Bij welke temperatuur groeien de tulpen het snelst? En bij welke temperatuur zal de gehele tulpenpopulatie uitsterven? -3-

Door het opmaken van een energiebalans over de planeet en rekening te houden met uitwisseling van warmte over het oppervlak wordt een gemiddelde oppervlaktetemperatuur bereikt van T gem. Hoewel deze wereld geen atmosfeer kent, noch klimaat of verweringsreacties, varieert de hoeveelheid zonnestraling door astronomische schommelingen. We stellen deze straling gelijk aan 1 als de temperatuur op deze planeet gelijk is aan de temperatuur waarbij de tulpen het best gedijen. Door het systeem te modelleren worden temperatuur en samenstelling van de populatie tulpen afhankelijk van de zonnestraling (luminoscity) gevonden als in onderstaande grafiek. De stippellijn stelt de temperatuur voor in het geval er geen tulpen zouden groeien. b) Stel dat de zonnestraling periodiek varieert tussen 0,8 en 1,2. Ga uit van toenemende stralingsintensiteit van 1 naar 1,2. Beschrijf wat er gebeurt met de tulpenpopulatie en de temperatuur. Is dit een positieve of een negatieve feedback? c) Wat gebeurt er als de zonnestraling na het bereiken van de waarde 1,2 weer afneemt (naar 0,8)? Is dit een positieve of een negatieve feedback? Wat zal de status van de planeet zijn als de zonnestraling blijft fluctueren tussen 0,8 en 1,2? d) Stel dat door onvoorziene omstandigheden de zonnestraling oploopt tot 1,8. Wat zal dan gebeuren? Verklaar de knikken in de temperatuurcurven bij de punten a en b in de grafiek. e) Bij opgave 4b werd berekend wanneer de temperatuur aan de buitenkant van de aardse atmosfeer 30 C zal bereiken. Door het broeikaseffect kan de temperatuur aan het oppervlak veel hoger zijn. Een schatting daarvan wordt in het boek gegeven in een grafiek (zie hiernaast). De eerste 2 miljard jaar zal de temperatuur gestaag toenemen. Daarna zou er ook hier een knik optreden en de temperatuur versneld toenemen. Wat zou een verklaring voor deze knik kunnen zijn? a b EINDE TOETS -4-

Uitwerkingen: 1a - Fysisch-chemische processen (dat zijn absorptie/desorptie reacties en mineraalverweringsreacties). - Fotosynthese - Vulkanisme wordt ook wel genoemd al is deze minder belangrijk Minimaal twee van de drie moeten genoemd worden. Voor de massabalans zie eq. 1.1 in het boek. 1b Fotosynthese is op een gegeven moment uitgevonden. Massabalansen kunnen worden opgemaakt zoals in eq. 1.2 in het boek. 1c Dit zijn verweringsreacties waarbij een silicaat reageert met H 2 O en CO 2 met als reactieproducten nieuwe silicaten of kwarts en carbonaten. Carbonatie-reacties of iets dergelijks is goed, calcinerings-reacties is fout (dat is het omgekeerde). 1d Dit kan door temperatuurverhoging en/of door oppervlaktevergroting. Beide noemen voor een volledig goed antwoord. 1e De reactieproducten hebben een groter volume dan de reactanten waardoor het gesteente geholpen wordt te breken en dus weer meer volume te creëren. De reacties zijn sterk exotherm waardoor hun omgeving wordt opgewarmd zodat minder energie daarvoor nodig is. Door juist zoveel CO 2 toe te voegen dat er precies genoeg warmte wordt vrijgegeven om het gesteente op de optimale temperatuur te houden. 2a De bedoeling is het testen van de vaardigheid om de juiste Carnot cyclus te tekenen (lijkt makkelijk maar ging vorig jaar nog in 70% van de gevallen fout). Een cyclus dus tegen de wijzers van de klok in zoals ook bij de huiswerkopgave moest worden gedaan. 2b Carnotfactor = 0,1678 Q H = Q L + W = Q L + 0.1678 Q H waaruit Q H = 6008 en W = 1008. Kan ook met COP voor koeling (in dit geval iets sneller). 2c De ideale warmtepomp geeft het theoretisch minimale vermogen dat nodig is. Dus niet op ingaan. 3a t= (k 0 ) -1 ln(7,4/2) = 90,2 jaar. Dit betekent dat in 1926, 2 miljard mensen de wereld bevolkten. 3b N=7,4 exp(0,0145*100) = 31,5 miljard -5-

3c De groei is maximaal als N=0.5K. Invullen levert dn/dt = 0,25 K*k 0 = 72,5 miljoen mensen per jaar. 4a Maak een energiebalans op. Er volgt: L(t)(1-0,3) = 4σ(303) 4, waaruit volgt L(t)= 2730 W/m 2 4b Substitutie van dit resultaat in bovenstaande formule en wat omwerken levert: t/t 0 = 1 + 2,5*(1-L 0 /L(t)) = 1 + 2,5*(1-1370/2730) = 2,25 Dit betekent dat t= 2,25 * 4,57 = 10,3 miljard jaar. De zon is dan 10,3 miljard jaar oud. Dit duurt nog 5,7 miljard jaar 5a Als T i = 293, dan is de groeisnelheid maximaal (1), dus de beste groei treedt op bij 20 C. De groeisnelheid wordt 0 als (293 T i ) = ± 10. Dus sterft de populatie uit bij T 10 C en T 30 C. 5b De temperatuur zal constant op 20 C blijven omdat de toenemende zonnestraling wordt gecompenseerd door een toenemende albedo doordat er meer witte tulpen gaan groeien (die hun omgeving koel houden) en minder zwarte (die hun omgeving opwarmen). Het zou warmer moeten worden, maar de witte tulpen zorgen voor verkoeling, dus een negatieve feedback. 5c Er gaan weer meer zwarte tulpen groeien ten koste van de witte en de temperatuur zal constant blijven ondanks de afnemende zonnestraling. Ook dit is dus een negatieve feedback. Bij blijvende fluctuatie tussen 0,8 en 1,2 zal de planeet in een steady-state geraken met een constante temperatuur van 20 C. 5d De tulpenpopulatie zal uitsterven, het feedbacksysteem kan dit niet meer aan. Bij punt a op de temperatuurcurve zijn de zwarte tulpen allemaal dood en kan alleen nog maar gekoeld worden door kale grond met witte tulpen te vullen. Dit levert niet voldoende koeling en de temperatuur loopt op, waardoor ook de groeisnelheid af gaat nemen. Op een bepaald moment wordt de sterfte groter dan de groei, hetgeen te zien is aan een daling van het aantal witte tulpen. Bij punt b wordt 30 C bereikt en is het heel snel afgelopen met de tulpen (er is alleen nog maar sterfte) en de temperatuur schiet naar het evenwicht dat zonder tulpen zou bestaan. 5e In eerste instantie zullen feedback systemen op aarde de temperatuurstijging nog enigszins kunnen temperen, maar op een gegeven moment wordt deze buffer doorbroken (bijvoorbeeld door het afsterven van alle leven) en zal de temperatuur versneld stijgen. -6-