NB: onderstaande tekst is geen letterlijke transscriptie van de uitgesproken tekst, maar bevat wel de kernboodschap
1. Introductie. Tijdens mijn verhaal ziet u op het scherm murals uit Heerlen. Dat zijn schilderingen en graffiti-werken op muren in de stad, vooral in het centrum. Kunstwerken in de openbare ruimte, toegankelijk voor iedereen. 2. Inleiding. Vóór de koffiepauze was de wetenschap aan het woord, ná de pauze is het tijd voor de harde werkelijkheid in de regio s, gemeenten en wijken. Als u van mij een klaagzang uit de krimpprovincies verwacht, moet ik u teleurstellen, of geruststellen.. We kennen in de krimpregio s onze problemen en kansen, we zitten vol ideeën hoe we daarop moeten inspelen. We vragen geen extra geld. We zijn allang blij als het Rijk ophoudt met het nemen van maatregelen, die onze aanpak van de krimp onmogelijk maken. We zouden al heel tevreden zijn, als op rijksniveau het besef doordrong, dat groeiregio s en krimpregio s vragen om een regionaal gedifferentieerd beleid. En niet de eenheidsworst aan regelgeving, die ons nu wordt voorgeschoteld. En die vooral is gebaseerd op de uitdagingen zoals die in Den Haag worden beleefd door de beleidsmakers. Ik ga eerst in op de behoefte aan woningen in Limburg, en hoe wij werken aan voldoende woningen van de juiste kwaliteit op de juiste plek. Daarna vertel ik, wat wij van het Rijk verwachten. 3. Behoefte aan goedkope en middel dure huurwoningen. Limburg heeft grote tekorten aan sociale en middel dure huurwoningen.
Ik wil meteen een hardnekkig misverstand uit de weg ruimen, namelijk dat er in regio s met een krimpende bevolking geen woningtekorten zouden bestaan. Ja, er zijn overschotten in de koopsector. Dat blijkt uit de hoge leegstand en relatief lage prijzen in die sector. De krimp komt vooral tot uiting in de koopsector. U bent allemaal van harte welkom in Limburg, om er een woning te kopen. Maar naast overschotten in de koopsector zijn er grote tekorten in de huursector. Ik verzin dit niet, enkele recente onderzoeken van ABF-research bevestigen dit beeld. Limburgse huurders zijn gemiddeld 40% van hun inkomen kwijt aan woonlasten. De dure scheefheid dat is het aandeel huurders dat in verhouding tot hun inkomen te hoge woonlasten heeft is sinds 2009 meer dan verdubbeld tot (van 10 naar 20%). Het aandeel huurders dat te goedkoop woont is afgenomen (van 24 naar 15%). De huurders in Limburg zijn over het algemeen financieel slechter af dan in de rest van Nederland. (bron BZK: WoON2015). Deze ontwikkelingen passen in mijn beeld, dat er in Limburg een groot en naar de toekomst toenemend tekort is aan betaalbare huurwoningen. Overigens ook aan middeldure huurwoningen. Je lost deze tekorten niet op door uit de top van het sociale segment te verkopen aan beleggers. Je voegt zo geen huurwoning toe, je verhoogt alleen de maandhuren. Met het gevaar dat deze woningen na verloop van tijd worden uitgepond. Dat is precies de verkeerde weg. We hebben hier heel slechte ervaringen mee. In mijn analyse zie ik de volgende oplossing. Níet door massaal nieuwe huurwoningen gaan bouwen. Wél door overtollige koopwoningen in te zetten als huurwoning, al dan niet met hulp van onze woningcorporaties. We hebben daarvoor in Limburg het ontzorgingsarrangement ontwikkeld, waarbij corporaties de verhuur en het beheer van leegstaande koopwoningen op zich nemen. Verder zetten wij in op verbouw van zorgcomplexen, monumenten, en andere gebouwen tot huurappartementen. De meest snelle en effectieve maatregel is de voorgenomen sloop van sociale huurwoningen waar mogelijk uit te stellen. Dit pakket van samenhangende maatregelen noemen wij Limburgs Maatwerk. Het volgt het principe van de Ladder voor duurzame verstedelijking eerst gebruik maken van wat er al staat, voordat je nieuwe gebieden gaat volbouwen. Maar dan moet het kabinet dit
wel mogelijk maken, en daar wringt de schoen. Voordat ik inga op wat we van kabinet en Kamer verwachten, even een tussendoortje. Tussendoortje In het rapport Groei en krimp, voor de pauze toegelicht, wordt naast allerlei verstandige dingen, beweerd dat in de afgelopen decennia de helft van de woningen zouden zijn gebouwd op plekken in krimpgebieden waar geen vraag was. Ik ben geen econoom, maar dit komt mij toch wat al te simplistisch voor. Waar hadden we al die Limburgers moeten laten, die decennialang in die woningen gewoond hebben en nóg wonen?. Volgens de normen van economen wonen zij in woningen, die nooit gebouwd hadden mogen worden, omdat de marktwaarde per m2 ten tijde van de bouw lager was dan de bouwkosten?? Gelukkig investeren we ook wel eens om maatschappelijke redenen in woningbouw, waarop op korte termijn een onrendabele top zit, juist omdat we het maatschappelijk rendement belangrijker vinden dan het economisch rendement. En ik zou dat graag zo houden. 4. Wat vragen wij van Den Haag? Hoe kan Den Haag ons helpen om onze beleidsmaatregelen effectief te maken, zodat we onze eigen boontjes kunnen doppen? We vragen geen extra geld, boven de gelden die via het provinciefonds en gemeentefonds worden toegekend aan de krimpregio s. Onze belangrijkste vraag aan Den Haag is: stop met het nemen en voorbereiden van maatregelen, die ons beleid in de regio in de wielen rijden. Ik noem twee voorbeelden: 1. De verhuurderheffing. De verhuurderheffing is een belastingmaatregel om de staatskas te vullen. Die heffing had er nooit mogen komen. Ze is onrechtvaardig, want zij legt indirect een lastenverzwaring op aan een groot deel van de huurders. En dan nog met name die, welke zijn aangewezen op een goedkope huurwoning. De verhuurderheffing heeft
sinds haar invoering geleid tot enorme huurprijsstijgingen, tot een stop op de nieuwbouw van sociale huurwoningen, en tot een afname van het aanbod aan goedkope huurwoningen. Dit als gevolg van huurprijsstijging, verkoop aan particulieren en vooral buitenlandse beleggers. Ik verwijs verder naar het rapport van de Rijksuniversiteit Groningen. Ik daag de PvdA (als huidige coalitiepartij) uit haar sociaaldemocratische beginselen serieus te nemen en deze onzalige maatregel, die negatief uitwerkt op huurders met lage inkomen ook een deel van haar achterban te gaan verwerpen. Maar als afschaffen geen haalbare kaart zou blijken, is een second best maatregel een algehele, landelijke, ongeclausuleerde vrijstelling van verhuurderheffing bij aankoop van overtollig particulier bezit door corporaties en particuliere beleggers: omzetting dus van koopwoningen in huurwoningen beneden de liberalisatiegrens. Ongeclausuleerd, dus geen beperking tot complexen, waar corporaties al bezit hebben, geen beperking van de vrijstelling tot vijf jaar. We hebben in Zuid- Limburg diverse uitgewerkte businesscases klaar liggen, voor aankoop van appartementencomplexen en voor aankoop van individuele eengezinswoningen. De verhuurderheffing is hier de bottleneck. Vrijstelling kost geen geld. Want als de projecten niet doorgaan vanwege de verhuurderheffing, komt er ook geen geld binnen in de staatskas. De heffing werkt hier dus als een ontmoediging voor de krimpregio s om hun problemen zelf aan te pakken. 2. De inperking in de nieuwe Omgevingswet van de mogelijkheden tot fondsvorming Volgens de recente huishoudensprognose van het CBS moet er tot 2030 woonruimte worden gecreëerd voor meer dan een half miljoen huishoudens. Deze groei doet zich vooral voor in de Randstad en in grote steden in een ring om de Randstad. Dit open perspectief om daar via de ontwikkeling van woningbouwlocaties opbrengsten te genereren, die kunnen worden ingezet voor de realisatie van de woningbouwopgave. Zo n verdienmodel hebben de krimpgebieden niet. In Zuid-Limburg zijn daarom diverse vormen fondsvorming in ontwikkeling, die de herstructureringsopgave mogelijk moeten maken. Omdat het vooral gaat om aanpak
van de bestaande bebouwde omgeving, valt er weinig te verdienen, en moet er geld bij. In de Parkstad Limburg wordt dit fonds gevuld met gelden uit de gemeentelijke decentralisatie-uitkering, aangevuld met provinciale cofinanciering. Onmisbaar in deze opzet is een bijdrage in dit fonds vanuit nieuwe bouwinitiatieven voor ruimtelijke ontwikkelingen. Zo n bijdrage vindt zijn juridische grondslag in de huidige wet Ruimtelijke ordening. En laat nou net deze mogelijkheid geschrapt worden in de wetsvoorstellen voor de nieuwe Omgevingswet. Ook hier geldt dus: rijk, neem geen maatregelen die onze regionale aanpak van de krimp onderuit halen. Regionale differentiatie van het rijksbeleid is nodig. Ik rond af. Gelet op de tweedeling van Nederland in groeigebieden en gebieden met stagnatie of krimp is een uniform nationaal woningmarkt beleid niet meer geëigend. Momenteel hebben we een uniform beleid, met slechts hier en daar wat regionaal pleisters plakken waar de problemen te groot zijn (bijvoorbeeld de korting op de verhuurderheffing, of toestaan van realisering van woonruimte tot 40m2 boven de liberalisatiegrens in Amsterdam en Utrecht). Stagnerende of krimpende regio s vergen andere regels en normen, en andere verdienmodellen dan groeiende regio s. Het is hoog tijd voor regionale differentiatie van het rijksbeleid.