AGP 3a, AB 20150408 Concept VERSLAG Van de besluitvormende vergadering van het Algemeen Bestuur Veiligheidsregio d.d. 12 november 2014, Raadszaal Gemeentehuis Cuijk, Louis Jansenplein 1, 5431 BV Cuijk Aanwezig: mr. dr. A.G.J.M. Rombouts (voorzitter), drs. H.A.G. Hellegers, mr. W.A.G. Hillenaar, mevrouw mr. I.R. Adema, mevr. J. Eugster-van Bergeijk, J. Zwijnenburg-Van der Vliet, A. Walraven, ing. P.M. Maas, P.M.J.H. Bos, mr. J.C.M. Pommer, M. Bakermans, A.M.H. Roolvink, K.W.Th. Van Soest, drs. R.H. Augusteijn, mevr. drs. M.A.H. Moorman, M. Buijs, dr.ir. P. Verlaan MCDm, mevr. drs. K. van Esch, mevr. S. Steendijk, drs. L.H.J. Verheijen, kolonel J. Doense en C.Q. Boot MSM. Afwezig (met bericht van verhindering): Mevr. drs. W.J.L. Buijs-Glaudemans, mevr. M.L.P. Sijbers, drs. J. Hamming, R.J. van de Mortel, mr. B. Nieuwenhuizen en mr. J. Smarius 1. Opening De voorzitter opent de vergadering, heet iedereen van harte welkom, in het bijzonder mevrouw Karin van Esch, directeur Publieke Gezondheid Brabant-Noord & directeur GGD Hart voor Brabant, die vandaag voor het eerst een vergadering van het Algemeen Bestuur van de veiligheidsregio bijwoont. Met het oog op de gemeentelijke herindeling van Maasdonk per 1 januari 2015 neemt de heer Augusteijn vandaag voor het laatst aan de vergadering van het Algemeen Bestuur van de veiligheidsregio deel. Berichten van verhindering zijn ontvangen van mevrouw Buijs-Glaudemans, mevrouw Sijbers en de heren Hamming, Van de Mortel, Nieuwenhuizen en Smarius. 2. Mededelingen 2a. Bestuur 1. Ingekomen stukken Besluit: Het Algemeen Bestuur neemt de ingekomen stukken voor kennisgeving aan. 2. Besluitenlijst vergaderingen Dagelijks Bestuur Veiligheidsregio d.d. 12 juni 2014. Besluit: Het Algemeen Bestuur neemt de besluitenlijst van de vergaderingen van het Dagelijks Bestuur op 12 juni 2014 voor kennisgeving aan. 3. Vergaderplanning 2015 Besluit: Het Algemeen Bestuur stelt de vergaderplanning 2015 vast. 4. Versterken relatie gemeenten veiligheidsregio De voorzitter laat weten dat de Gemeenteraad van s-hertogenbosch heeft gevraagd nadrukkelijker bij het werk van gemeenschappelijke regelingen te worden betrokken. Het Dagelijks Bestuur heeft de gemeentesecretaris van s- Hertogenbosch gevraagd met medewerking van een gemeentelijke ontwikkelgroep gemeentelijke kaders voor het nieuwe Regionaal Beleidsplan Veiligheidsregio Brabant-Noord 2016 2019 te ontwerpen. De heer Pommer is verheugd over dit initiatief en vindt dit een goed voorbeeld voor andere gemeenschappelijke regelingen. 1
De voorzitter geeft aan dat naast de versterking van de rol van de gemeenteraden als opdrachtgevers aan de veiligheidsregio door de burgemeesters en ondersteund door de directie van de veiligheidsregio rekenschap afgelegd dient te worden aan de raden over het door de veiligheidsregio gevoerde beleid en daarbij behaalde resultaten. 2b. Politie Mevrouw Steendijk deelt mee dat mevrouw Dianne van Gammeren is benoemd tot sectorhoofd Dienst Regionaal Operationeel Centrum van de eenheid Oost-Brabant politie. De heer Ad Berkers is interimhoofd Meldkamer Politie. De eenheidsleiding Oost-Brabant politie streeft ernaar eind november 2014 alle functies te hebben ingevuld. Het plaatsingstraject kan mogelijk aanleiding geven tot onrust bij medewerkers, met name als medewerkers andere verwachtingen over hun functie hebben. In het kader van de doorvoering van de nationalisering van de politie zijn onlangs voortgangsrapporten verschenen. De druk uit Den Haag neemt inderdaad toe, ook vanuit de vakbonden. ICT blijft een belangrijk aandachtpunt. Het ziekteverzuim bij de eenheid Oost-Brabant is niet gestegen. Op 1 januari 2015 zullen alle planningssystemen worden omgebouwd naar de basisteams. Mevrouw Eugster- Van Bergeijk is verheugd over het handhaven van de wijkagenten en vraagt of al duidelijkheid is over hun huisvesting. Mevrouw Steendijk laat weten dat Jan van Loosbroek namens de eenheidsleiding alle driehoeksoverleggen zal bezoeken om de plannen te bespreken waar politiehonken en politiehubs zullen worden geconcentreerd. De voorzitter vraagt in hoeverre wijkagenten geconcentreerd zullen worden gehuisvest? Mevrouw Steendijk antwoordt dat wijkagenten in hun eigen gebied actief zullen blijven, doch hun administratieve plaatsing kan wel wijzigen. Mevrouw Adema kan zich vinden in de huisvesting van politiemedewerkers in hubs en honken mits alle randvoorwaarden waaronder ICT en handelingsperspectieven op orde zijn. 2c. Hoofdofficier van Justitie Niet aanwezig, geen mededelingen. 2d. Brandweer De heer Verlaan deelt mee dat op 1 oktober 2014 een reorganisatie bij Brandweer Brabant-Noord is doorgevoerd om beter en tevens doelmatiger nu en in de toekomst in staat te zijn te voldoen aan zowel de opgedragen taken als de vraag naar inzet van de brandweer. 2e. GHOR Mevrouw Van Esch deelt mee dat de heer Ad van Oudheusden per 1 januari 2015 als gemeentesecretaris van Werkendam zal beginnen en daarmee zijn functie als regiodirecteur bij de GGD Hart voor Brabant zal neerleggen. 2f. Rampenbestrijding en crisisbeheersing De heer Verlaan deelt mee dat in het kader van het jaarlijkse programma multidisciplinair opleiden, trainen en oefenen in het laatste kwartaal van 2014 nog enkele opkomstoefeningen zullen worden gehouden. 3. Verslagen 3a. Concept-verslag Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Brabant-Noord d.d. 25 juni 2014 2
Besluit: Het Algemeen Bestuur stelt het verslag van de vergadering op 25 juni 2014 overeenkomstig het voorgelegde concept vast. TER INFORMATIE 4. Coördinatiestructuur Projectorganisatie Locatie Oost-Brabant Landelijke Meldkamerorganisatie Mevrouw Steendijk licht het voorstel toe. Voor de vorming van de locatie Oost-Brabant wordt momenteel een regionaal kwartiermaker geworven, die zal worden geadviseerd door de Bestuurlijke Begeleidingsgroep Projectorganisatie Locatie Oost-Brabant LMO. Namens het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord heeft de heer Hamming zitting in de bestuurlijke begeleidingsgroep. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om kennis te nemen van het besluit van het Dagelijks Bestuur op 17 september 2014 om: 1. Akkoord te gaan met de voorgestelde Bestuurlijke Begeleidingsgroep ten behoeve van de regionale kwartiermaker locatie Oost-Brabant LMO en van de Dagelijkse Besturen van de Veiligheidsregio s Brabant-Zuidoost en Brabant- Noord en van het Dagelijks Bestuur van de Regionale Ambulancevoorziening Brabant-Midden-West-Noord met het oog op de vorming van de locatie Oost-Brabant van de LMO en de transitie van de huidige Gemeenschappelijke Meldkamer Brabant-Zuidoost en het Gemeenschappelijk Meldcentrum Brabant-Noord en de daarin begrepen monodisciplinaire meldkamers politie, brandweer en ambulancezorg naar de locatie Oost-Brabant van de LMO. 2. Namens het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost mevrouw R. Donders-De Leest, burgemeester Geldrop-Mierlo en namens het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord de heer drs. J. Hamming, burgemeester van Heusden als leden van de Bestuurlijke Begeleidingsgroep aan te wijzen. 3. De Algemene Besturen van de Veiligheidsregio s Brabant-Zuidoost, Brabant-Noord en van de Regionale Ambulancevoorziening Brabant-Midden-West-Noord over de besluitvorming ad 1 en 2 te informeren. 5. Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio s De heer Pommer vraagt naar de financiële consequenties voor de veiligheidsregio bij doorvoering van de door het Veiligheidsberaad in afstemming met het ministerie van Veiligheid en Justitie voorgestelde Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio s. De heer Pommer vraagt waarom de veiligheidsregio s niet vooraf betrokken zijn geweest bij het ontwikkelen van deze strategische agenda. Als gevolg van deze werkwijze lijkt de minister van Veiligheid en Justitie door tussenkomst van het Veiligheidsberaad de veiligheidsregio s te overrulen. Hij stelt voor om het Veiligheidsberaad hierop te wijzen. De heer Verlaan antwoordt dat de minister van Veiligheid en Justitie het wettelijke recht heeft om landelijke thema s aan de veiligheidsregio s op te dragen. Hij heeft er echter voor gekozen om drie thema s samen met het Veiligheidsberaad te formuleren. Daarnaast heeft het Veiligheidsberaad ook drie andere thema s gekozen. Overigens behoeft de Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio s de instemming van de veiligheidsregio s. Het Veiligheidsberaad kan deze niet afdwingen. De heer Verheijen merkt op dat het naar zijn oordeel niet toevallig is dat waterveiligheid hoog scoort. Landelijk is dit mede in het kader van het Deltaprogramma een belangrijk fysiek veiligheidsthema. Ook door de Veiligheidsregio Brabant-Noord zal hieraan prioriteit moeten worden toegekend. Mevrouw Adema merkt op dat het accent in het Deltaprogramma moet liggen op de versterking van de eerste (preventie door verbetering van waterkeringen) en tweede laag (ruimtelijke inrichting van gebieden achter dijken ter versterking zelfredzaamheid). De Veiligheidsregio heeft een belangrijke rol in de derde laag (rampenbestrijding). De heer Verlaan merkt op dat een onvoldoende versterking van de eerste en tweede veiligheidslaag er niet toe mag leiden dat het accent dan maar op versterking van de rampenbestrijding moet worden gelegd. De heer Verheijen geeft aan dat in Brabant-Noord reeds noodzakelijke maatregelen in de eerste en tweede veiligheidslaag zijn genomen. Het accent zal daarmee noodzakelijkerwijs bij de derde laag komen te liggen. 3
Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om kennis te nemen van de door het Veiligheidsberaad voorgestelde Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio s als gezamenlijk richting gevend kader en de voorzitter te vragen in het Veiligheidsberaad de bezwaren van het Algemeen Bestuur naar voren te brengen over de wijze van totstandkoming van de strategische agenda en het handhaven van de juiste balans tussen de door de gemeenteraden en door het Veiligheidsberaad in samenwerking met de minister van Veiligheid en Justitie geformuleerde prioriteiten. 6. Passende brandweerzorg bij automatische en PAC-meldingen De heer Verlaan licht het voorstel toe. Bij minder dan 10% van de door de meldkamer van Brandweer Brabant-Noord ontvangen automatische brandmeldingen van het Openbaar Meldsysteem (OMS) en meldingen van particuliere alarmcentrales (PAC s) is daadwerkelijk sprake van brand. Om te voorkomen dat de brandweer nodeloos uitrukt worden automatische en PAC-meldingen in de meldkamer beoordeeld aan de hand van een verificatieprotocol. Hierbij wordt door de meldkamer telefonisch contact gelegd met de objectbeheerder. In de eerste minuut van de beoordelingstijd die voor de afhandeling van dit protocol wordt uitgetrokken wordt door de meldkamer brandweer circa 50% van de loze alarmeringen afgevangen. Bij de circa 1.000 resterende automatische en PAC-meldingen rukt de brandweer toch uit, maar is in de meeste gevallen sprake van loze meldingen. Afgezien van de kosten, inspanningen en arbeidsverzuim van vrijwilligers worden verkeersdeelnemers nodeloos blootgesteld aan het gevaar van brandweervoertuigen welke als voorrangsvoertuigen aan het wegverkeer deelnemen. Indien de beoordelingstijd van de meldkamer brandweer bij automatische en PAC-meldingen tot maximaal 5 minuten wordt verlengd zal naar verwachting het overgrote deel van de loze automatische en PAC-meldingen kunnen worden afgevangen. Echter bij objecten waarbij door toepassing van de verlengde beoordelingstijd de maximale opkomsttijd van 18 minuten dreigt te worden overschreden wordt echter een maximale beoordelingstijd van 1,5 minuut aangehouden. Is na verloop van deze maximale beoordelingstijd er geen enkele aanwijzing voor brand, dan wordt prio 2 uitgerukt door een tankautospuit met een verkennende taak. Met gemeenten kunnen afspraken worden gemaakt over bepaalde objecten met een OMS-aansluiting waarvoor geen verlengde beoordelingstijd zal worden gehanteerd. Om het aantal nodeloze alarmeringen terug te brengen zijn abonnees op het OMS verplicht hun brandinstallatie vakkundig te laten onderhouden, een adequate alarmopvolging inclusief terugkoppeling naar de meldkamer brandweer te hebben en voorts afdoende maatregelen te nemen om gebruikersfouten en verboden gedragingen die het afgaan van rook- en hittemelders tot gevolg hebben te voorkomen. De tariefstelling van het OMS is voorts mede afhankelijk van het aantal OMSmeldingen dat een abonnee op jaarbasis genereert, aldus de heer Verlaan. Mevrouw Zwijnenburg-Van der Vliet vraagt op welke wijze maatwerk wordt geleverd? De heer Verlaan antwoordt dat Brandweer Brabant-Noord daartoe contact opneemt met de betreffende gemeenten. De heer Hillenaar vraagt zich af in hoeverre de beoogde kostenbesparing kan worden geboekt wanneer veel objecten worden uitgesloten van de verlengde beoordelingstijd? Mevrouw Adema merkt op dat burgers zich afvragen waarom de brandweer zo vaak naar bepaalde objecten uitrukt waar kennelijk alleen sprake is van loos alarm. De heer Hillenaar vraagt zich af in hoeverre door middel van boetes loos alarm kan worden teruggedrongen? De heer Verlaan antwoordt dat landelijke ervaringen uitwijzen dat het opleggen van boetes onvoldoende effect heeft op het terugdringen van loze alarmeringen. De heer Maas pleit ervoor abonnees op OMS-aansluitingen en Particuliere Alarmcentrales over de verlengde beoordelingstijd van OMS- en PAC-meldingen te informeren. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om kennis te nemen van de volgende door het Dagelijks Bestuur op 29 oktober 2014 genomen besluiten: 4
1. Als beoordelingsprocedure voor automatische meldingen en PAC meldingen vast te stellen dat deze meldingen beoordeeld worden aan de hand van een door de Regionaal Commandant vast te stellen beoordelingsprotocol. 2. Te bepalen dat de beoordelingsprocedure van kracht wordt uiterlijk 1 januari 2015. 3. De regionaal commandant voor het beoordelingsprotocol voor OMS en PAC meldingen als uitwerkingsrichting te geven: a. de maximale beoordelingstijd van de meldkamer te stellen op 5:00 min; b. indien na het doorlopen van het beoordelingsprotocol geen enkele aanwijzing voor brand is, wordt uitgerukt door een TS met verkennende taak. Vanwege de veiligheid van hulpverleners en overige verkeersgebruikers wordt prio 2 uitgerukt; c. dat voor alle OMS objecten -nu en in de toekomst- waarvoor geldt dat de wettelijke norm van 18:00 minuten voor de opkomsttijd overschreden wordt bij hantering van een maximale beoordelingstijd van 5 minuten, de maximale beoordelingstijd door de Meldkamer gesteld wordt op 1:30 minuut. 4. Als uitgangspunt vast te stellen dat naast de algemene lijn voor het beoordelen van meldingen in het protocol ook ruimte is voor maatwerkafspraken voor specifieke objecten of situaties. 5. Voor kennisgeving aan te nemen dat de Colleges van B&W de mogelijkheid geboden wordt voor het maken van maatwerkafspraken. 6. Voor kennisgeving aan te nemen dat de voorgenomen besparing van 150.000 jaarlijks, voor "geen uitruk niet geverifieerde OMS" (programmabegroting 2014) met dit voorstel met ingang van 1 januari 2015 haalbaar geacht wordt. TER BESLUITVORMING 7. Uitwerking opdrachten bestuursconferentie Uitgereikt worden de ontvangen zienswijzen van colleges en gemeenteraden. De eerste begrotingswijziging 2015 is voor kennisgeving aangenomen door de gemeenteraad van Veghel en het college van Maasdonk. Het college van Bernheze zal op 14 oktober 2014 een voorlopige zienswijze vaststellen. De gemeenteraden van Boekel, Cuijk, Heusden en Mill en Sint Hubert en de colleges van s-hertogenbosch, Boxtel en Landerd stemmen in met eerste begrotingswijziging 2015. Het college van Vught laat weten dat geen zienswijze zal worden ingediend. De heer Pommer verzoekt naar aanleiding van het voorstel en de Notities Wettelijke taakuitvoering Brandweer Brabant- Noord en Bezuinigingen op GHOR-taken helder te communiceren aan welke wettelijke taken we geen uitvoering meer geven. Voorts vraagt hij het Dagelijks Bestuur op een later moment aan te geven wat de consequenties in de praktijk zijn. De heer Verlaan antwoordt dat Brandweer Brabant-Noord op een pragmatische en daarmee zo doelmatig mogelijke wijze invulling geeft aan haar wettelijke taken. In hoofdstuk 5 van de Notitie Wettelijke Taakuitvoering Brandweer Brabant-Noord staat aangegeven voor welke wettelijke taken beargumenteerd wordt afgeweken van de wettelijke vereisten. Er is daarom naar zijn oordeel op zichzelf geen sprake van het niet uitvoeren van wettelijke taken. Mevrouw Zwijnenburg-Van der Vliet refereert aan de zeer verhelderende toelichting die de heer Verlaan onlangs in de gemeenteraad van Haaren heeft gegeven. De gemeenteraad van Haaren ging unaniem akkoord. De contactambtenaren van de adoptiegemeenten en de Financiële Commissie hebben een positief advies over de begrotingswijziging uitgebracht. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om: 1. In de stemmen met de Notitie Wettelijke taakuitvoering Brandweer Brabant-Noord in relatie tot de herallocatie van middelen en bestuurlijk verantwoord afwijken. 2. In te stemmen met de Nota Bezuinigen op GHOR-taken, de inwonerbijdrage wordt hiermee met ingang van 2015 structureel verlaagd met 50.000. Dit is een verlaging met 0,078 van 1,847 naar 1,769 per inwoner. 3. De eerste wijziging van de Programmabegroting 2015 vast te stellen. 5
8. Tweede begrotingswijziging Programmabegroting 2015 Veiligheidsregio Brabant-Noord De contactambtenaren van de adoptiegemeenten en de Financiële Commissie hebben een positief advies over de budgettair neutrale begrotingswijziging uitgebracht. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om de tweede wijziging van Programmabegroting 2015 Brandweer Brabant-Noord vast te stellen. 9. Aanpassing regelgeving Veiligheidsregio Brabant-Noord De contactambtenaren van de adoptiegemeenten en de Financiële Commissie adviseren positief met inachtneming van de volgende kanttekeningen: Tekst tweede lid artikel 9 Financiële Verordening m.b.t. de jaarverantwoording (Dagelijks Bestuur geeft per organisatieonderdeel aan: Wat er bereikt is, wat er voor gedaan is en wat het heeft gekost) eveneens in het tweede lid van artikel 5 (Programmabegroting) op te nemen. (Is gebeurd.) Financiële Commissie adviseert om harmonisering indexering GHOR en Veiligheidsregio in de Veiligheidsdirectie te bespreken en de Reserve realistisch oefenen op maximaal 300.000 te stellen. (Is gebeurd.) Dagelijks Bestuur heeft op 29 oktober 2014 besloten dat GHOR indexcijfers GGD Hart voor Brabant (i.c. Gemeente Tilburg) blijft gebruiken vanwege bedrijfseconomische redenen. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit tot: a. Vaststellen van de Financiële verordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2014. b. Vaststellen van de Controleverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2014. c. Vaststellen van de Regeling budgethouders Brandweer Brabant-Noord 2015. d. Vaststellen van de Nota reserves en voorzieningen Veiligheidsregio Brabant-Noord. e. Opheffen van de reserve Convenantgelden én de reserve Locatie Onafhankelijke Bluswatervoorziening per 31 december 2017 worden opgeheven. f. Uitstel van de opheffing van de reserve verlofuren tot 31 december 2016. (N.B. De geplande restantkosten van 101.000 zoals gemeld in de resultaatbestemming bij de jaarverantwoording 2013 hebben betrekking op de periode 2014-2016 waardoor de reserve niet eind 2014 kan worden opgeheven.) g. Vaststellen van de maximale grootte van de reserve activiteitenbudget vrijwilligers vaststellen op 150.000. h. Vaststellen van de maximale grootte van de reserve realistisch oefenen vaststellen op 300.000. i. Vaststellen van de Nota activabeleid Brandweer Brabant-Noord. j. Kennisname van het Treasurystatuut Brandweer Brabant-Noord (18 lid 1 Financiële Verordening) 10. Actualisatie Regionaal Crisisplan 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord De heer Verheijen merkt op dat dat de watergraaf van Waterschap De Dommel aan het Regionaal Beleidsteam moet worden toegevoegd. Het bestaande convenant waarin het Waterschap Aa en Maas zich mede namens Waterschap De Dommel inzet voor de voorbereiding van de rampenbestrijding en crisisbeheersing binnen de Veiligheidsregio Brabant-Noord voorziet hierin niet. De heer Buijs vraagt of er voldoende capaciteit is om de taken in het crisisplan op het noodzakelijke niveau uit te voeren? De heer Verlaan antwoordt dat het crisisplan een actualisatie betreft van het bestaande crisisplan waarbij met name de nieuwe intergemeentelijke organisatie van bevolkingszorgtaken is uitgewerkt. De beschikbare capaciteit is met inachtneming van al bestaande restricties voor functies waarvoor vrije instroom geldt toereikend. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om het Regionaal Crisisplan 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord vast te stellen. 6
11. Controleprotocol 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord De contactambtenaren van de adoptiegemeenten en de Financiële Commissie brengen een positief advies uit. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit het Controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarrekening 2014 van de Veiligheidsregio Brabant-Noord vast te stellen. 12. Bestuursrapportage 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord De heer Maas stelt voor om reserves alleen bij de vaststelling van de jaarrekening te vormen. Hij vraagt zich af wat de gevolgen zijn als de Reserve egalisatie kapitaallasten materieel nu niet wordt ingesteld? De heer Hellegers antwoordt dat de accountant begin 2014 heeft geadviseerd om de verschillende waarderingsgrondslagen voor materieel die het gevolg zijn van de overdracht per 1 januari 2011 door de 20 gemeenten van het brandweermaterieel aan de veiligheidsregio te egaliseren door middel van het vormen van de voorgestelde reserve. Extra afschrijvingen door afstoting van materieel als gevolg van de bezuinigingen en de kosten van uniformering van materieel kunnen in 2025 uit deze egalisatiereserve worden geput. Daartoe is het noodzakelijk thans en niet medio 2015 bij de jaarrekening 2014 deze reserve in te stellen. Hiermee wordt voorkomen dat gemeenteraden om een extra inwonerbijdrage moeten worden gevraagd om materieel te kunnen vervangen. De contactambtenaren van de adoptiegemeenten en de Financiële Commissie hebben een positief advies uitgebracht. De heer Maas wenst eerst meer informatie te ontvangen en stelt daarom voor pas bij de vaststelling van de Jaarrekening 2014 tot het instellen van de Reserve egalisatie kapitaallasten materieel te besluiten. De voorzitter stelt voor om met begrip voor de behoefte aan aanvullende informatie van de heer Maas nu toch te besluiten over het instellen van de Reserve egalisatie kapitaallasten materieel. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om: Het Algemeen Bestuur wordt voorgesteld als volgt te besluiten: 1. De Bestuursrapportage 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord vast te stellen. 2. Te besluiten tot vorming van de reserve Egalisatie Kapitaallasten Materieel en de opheffing ervan per 31 december 2025. De Brandweer de opdracht geven uiterlijk ultimo 2016 een onderbouwing van het verwachte verloop van deze reserve aan te geven. De heer Maas tekent hierbij aan dat hij tegen het besluit tot vorming van de Reserve Egalisatie Kapitaallasten Materieel is, hierover eerst meer informatie wil en pas bij de vaststelling van de jaarrekening 2015 hierover een besluit wil nemen. 13. Tweede begrotingswijziging 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord De contactambtenaren van de adoptiegemeenten en de Financiële Commissie brengen een positief advies uit. De Financiële Commissie heeft verzocht de volgende verbeteringen in de stukken aan te brengen: Door een fout bij de vaststelling van de Jaarrekening 2013 is de opheffingsdatum van de bestemmingsreserve verlofuren aangepast. De restitutie aan de gemeenten heeft reeds plaatsgevonden. Toegelicht wordt dat de lagere lasten voor opleiden en oefenen geen gevolgen hebben voor de geoefendheid van het brandweerpersoneel. Ook de verlaging van de lasten van het duikteam hebben geen gevolgen voor de uitvoering van de duiktaak. Deze opmerkingen zijn in het voorstel verwerkt. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit tot: 1. Vaststellen van de budgettair neutrale tweede begrotingswijziging 2014 Veiligheidsregio Brabant-Noord. 2. Vaststellen van de aangepaste investeringsplannen van het onderdeel Brandweer voor 2014. 7
14. Rampbestrijdingsplan Gasunie Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om het Rampbestrijdingsplan Compressor- en mengstation Gasunie Ravenstein 2014 vast te stellen. TER BESPREKING 15. Programma bevolkingszorg In verband met de onmogelijkheid voor de heer Smarius om de vergadering bij te wonen licht de heer Verlaan als Directeur Veiligheidsregio het voorstel toe. Het voorstel behelst de organisatie van de gemeentelijke bevolkingszorgtaken in het kader van crisisbeheersing en rampenbestrijding op intergemeentelijke wijze tot uitvoering te brengen conform adviezen van de VNG, Veiligheidsberaad en Landelijk Overleg Gemeentelijke Coördinerende Functionarissen Bevolkingszorg in Brabant-Noord. Eerder in 2013 heeft het Algemeen Bestuur hiertoe de functiestructuur bevolkingszorg vastgesteld, aldus de heer Verlaan. Omdat dit tot dusver geen taak van de veiligheidsregio was zullen de gemeenschappelijke regeling en de programmabegroting moeten worden aangepast met het Programma Bevolkingszorg. Om gezamenlijke uitgaven voor de gezamenlijke gemeenten te kunnen doen dienen gemeentelijke middelen aan de veiligheidsregio te worden overgedragen in de vorm van een inwonerbijdrage voor bevolkingszorgtaken. Op dit moment is in het Programma Brandweer reeds een bedrag van 115.434 voor planvorming, salarissen voor beleidsadvisering gemeentelijke bevolkingszorgtaken en crisiscommunicatie opgenomen. Voorgesteld wordt om dit naar het programma Bevolkingszorg over te hevelen. Hiernaast wordt reeds door gemeenten 21.853 ( 0,034 per inwoner) beschikbaar gesteld voor het Slachtoffer Informatie Systeem. Voorgesteld wordt om ook dit naar het Programma Bevolkingszorg over te hevelen. Sedert 2013 wordt door de gemeenten exclusief s-hertogenbosch jaarlijks 138.109 ( 0,28 per inwoner) beschikbaar gesteld voor opleiding en piket van een beperkt aantal gemeentelijke sleutelfunctionarissen bevolkingszorg. Voorgesteld wordt ook dit naar het Programma Bevolkingszorg over te hevelen. De gemeente s-hertogenbosch bekostigd haar eigen pool voor bevolkingszorgtaken. Voor de overige intergemeentelijk uit te voeren bevolkingszorgtaken waaronder de kosten van de landelijke crisiscommunicatiepool, landelijk beheer en borging van GROOTER en algemene ondersteuningskosten van het Instituut Fysieke Veiligheid is jaarlijks een aanvullend bedrag van 139.646 ( 0,276 per inwoner) structureel gemoeid. Voorgesteld wordt om deze aanvullende gemeentelijke bijdrage voor bevolkingszorgtaken met ingang van 2016 van de gemeenten te vragen. Voor 2015 wordt voorgesteld om de incidentele en structurele kosten ad 272.246 uit het verwachte batig exploitatiesaldo 2014 van de veiligheidsregio te dekken en als dat niet toereikend is uit de Reserve convenantsgelden. In 2011 heeft het Algemeen Bestuur besloten om de Reserve risico- en crisiscommunicatie te vormen en deze te voeden met een eenmalige rijksbijdrage van 124.586 die door de minister van Veiligheid en Justitie aan de veiligheidsregio uit het restant van het rijksbudget voor convenantsgelden is toegekend. Voorgesteld wordt om deze reserve op te heffen. Het restant van deze reserve over te hevelen naar de nieuw te vormen reserve Bevolkingszorg, doch een bedrag van 30.000 hiervan eenmalig in te zetten voor de uitvoering van risicocommunicatie-activiteiten van de veiligheidsregio. Als gevolg van dit voorstel zullen de gemeentelijke bevolkingszorgtaken tegen minder kosten kunnen worden georganiseerd dan het geval zou zijn bij uitvoering door afzonderlijke gemeenten. Mevrouw Adema vraagt zich af van welke taakuitbreiding ten opzichte van de huidige organisatie sprake is? Mevrouw Eugster- Van Bergeijk heeft dezelfde vraag doch realiseert zich dat uitvoering door afzonderlijke gemeenten zelf tot een onvoldoende resultaat zou leiden. De heer Hillenaar is van mening dat met dit voorstel een totaal pakket voor de intergemeentelijke uitvoering van gemeentelijke bevolkingszorgtaken door gemeentelijke medewerkers wordt voorgesteld. 8
Mevrouw Moorman vraagt zich in hoeverre gemeentelijke ambtenaren openbare veiligheid in de toekomst verantwoordelijk worden voor trainingen van GBT-en. De heer Verlaan antwoordt dat ten opzichte van de huidige situatie thans invulling zal worden gegeven aan de taken 8 (Communicatieadviseur Regionaal Operationeel Team) tot en met 14 (Webredacteuren incl Crisis.nl) van het voorstel. De kosten hiervan bedragen 139.646 structureel ( 0,276 per inwoner) De taken 1 (Algemeen Commandant Bevolkingszorg) tot en met 7 (Teamleider Opvang) werden reeds sedert 2013 intergemeentelijk ingevuld en bekostigd. De gemeenten houden eigen verantwoordelijkheid voor de taken 15 (burgemeester/loco) tot 25 (teamleider CRAS). Mevrouw Moorman heeft de indruk dat gemeenten nu zelf hun burgemeester en loco-burgemeester moeten opleiden. De heer Verlaan antwoordt dat de veiligheidsregio zorg draagt voor het opleiden van burgemeesters in hun rollen binnen het GBT en RBT van de hoofdstructuur. Gemeenten zijn echter zelf verantwoordelijk voor algemene opleidingen rampenbestrijding en crisisbeheersing van burgemeesters en loco-burgemeesters zoals deze door het Nederlands Genootschap van Burgemeesters en het Instituut Fysieke Veiligheid worden georganiseerd, aldus de heer Verlaan. De heer Maas heeft behoefte aan trainingen voor burgemeesters en loco-burgemeesters. De heer Verlaan biedt de hulp van de veiligheidsregio aan bij het opleiden, trainen en oefenen van functionarissen die met taken op het gebied van rampenbestrijding en crisisbeheersing zijn belast. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit tot: 1. Instellen van het Programma Bevolkingszorg per 1 januari 2015. 2. De volgende financiering van het Programma Bevolkingszorg, te weten a. Een incidentele bijdrage van de Veiligheidsregio voor de uitvoering en implementatie in 2015 van 272.246. Dekking zal plaatsvinden vanuit het verwachte positieve exploitatieresultaat 2014 als het exploitatieresultaat 2014 niet toereikend zal het restant worden onttrokken uit de Reserve convenantsgelden. b. Een structurele gemeentelijke bijdrage in de gezamenlijke kosten vanaf 2016 van 139.646 (27,6 cent per inwoner). 3. Instellen van de Reserve Bevolkingszorg. 4. Opheffen in 2015 van de bestemmingsreserve Risico- en crisiscommunicatie en het restant hiervan over te hevelen naar de Reserve bevolkingszorg, doch in 2015 eenmalig een bedrag van 30.000 uit de bestemmingsreserve Risico- en crisiscommunicatie inzetten ten behoeve van crisiscommunicatie bij de veiligheidsregio/brandweer. 5. Toevoegen van overschotten respectievelijk onttrekken van tekorten vanuit het programma Bevolkingszorg aan de Reserve Bevolkingszorg. 6. Het stellen van een plafond van 150.000 aan de Reserve Bevolkingszorg. 7. Het voorleggen van deze voorstellen aan de gemeenteraden voor het geven van een zienswijze in samenhang met het concept-beleidskader 2016. 8. Het voorleggen met inachtneming van de ontvangen zienswijzen aan het Algemeen Bestuur van dit voorstel ter finale besluitvorming met een wijziging van de Programmabegroting Veiligheidsregio 2015. 16. Rondvraag De heer Doense laat weten de drie Brabantse veiligheidsregio s op 27 en 28 november 2014 met medewerking van Defensie onder de naam Wake Up 2014 gezamenlijke oefeningen in Vught zullen houden. Op 27 november 2014 wordt het joint CBRN-oefencentrum in Vught geopend. Naast de krijgsmacht zullen hier ook politie, brandweer en GHOR kunnen trainen voor uiteenlopende scenario s. Voorts is aan dit centrum ook een response-eenheid gekoppeld die nationaal inzetbaar is. De 13 e Gemechaniseerde Brigade in Oirschot wordt omgevormd tot de 13 e Lichte Brigade. 9
THEMATISCH GEDEELTE 17. Presentatie over ontwikkelingen in het kader van de infectieziektebestrijding Uitgereikt wordt het voorstel Handelingsperspectief burgemeesters bij Ebola met relevante bijlagen. Mevrouw Van Esch geeft aan dat met dit voorstel door GGD en GHOR een handreiking wordt gedaan in het onverhoopte geval dat gemeenten worden geconfronteerd met Ebola slachtoffers. Besluit: Het Algemeen Bestuur besluit om in geval van een individuele casus van Ebola de burgemeester van de gemeente waar de patiënt woont het gezag zal voeren ter uitvoering van de Wet publieke gezondheid. Jos van der Sande, programmadirecteur Samenlevingsvraagstukken en arts Infectieziektebestrijding verzorgt een presentatie over infectieziektebestrijding. (Bijlage bij dit verslag) 18. Einde vergadering De voorzitter dankt de heer Van der Sande voor zijn presentatie en de deelnemers aan de vergadering voor hun komst en inbreng en sluit de vergadering. Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Brabant-Noord, d.d. 8 april 2015. de voorzitter Veiligheidsregio Brabant-Noord de secretaris Veiligheidsregio Brabant-Noord mr. dr. A.G.J.M. Rombouts dr. ir. P. Verlaan MCDm 10