b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 11 a,b 12 a Middelloodlijn b Bissectrice 13 a 0, 1 of 3 b Gelijkbenige driehoek

Vergelijkbare documenten
12 a Middelloodlijn. b Bissectrice. 13 a 0, 1 of 3 b Gelijkbenige driehoek. 14 a 4 b 2 c 2. e 1

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE HAVO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO

Noordhoff Uitgevers bv

werkschrift passen en meten

Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren

Symmetrie en oppervlakte

Noordhoff Uitgevers bv

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.

9 6,5 + 4 is ongeveer 11, dus 7 Vlamingen en 4 Walen. 11 abcde

4 ab. 5 a lijnstuk b lijnstuk c halve lijn d lijnstuk. 6 a. 7 a. 8 ac. b 20 mm. 9 a. de Wageningse Methode Antwoorden H10 AFSTANDEN 1

de Wageningse Methode Antwoorden H15 GELIJKVORMIGHEID HAVO 1

Hoofdstuk 4 - Periodieke functies

16 a. b a. b 6a. de Wageningse Methode Antwoorden H21 OPPERVLAKTE HAVO 1

HOOFDSTUK 2 TRANSFORMATIES

K 1 Symmetrische figuren

Voorkennis meetkunde (tweede graad)

15 a De rechthoeken zijn 1 bij 6 lucifers, of 2 bij 5 lucifers, of 3 bij 4 lucifers. Zie figuur: Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE HAVO 21.

Hoofdstuk 5 Oppervlakte uitwerkingen

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

6 A: = 26 m 2 B: = 20 m 2 C:

Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde

7.1 Symmetrie[1] Willem-Jan van der Zanden

Verdieping - De Lijn van Wallace

Thema 1. Meetkunde. Klas Naam: Klas:

5 a 90. b 30 c 10 d. 6 ab. 10 a hoek A = 360 : 3 = 120 hoek B = 360 : 5 = 72 b hoek C = ( ) : 2 = 135

Draaisymmetrie en lijnsymmetrie

de Wageningse Methode Antwoorden H20 COÖRDINATEN VWO 1

5 abd. 6 a A(-3,5) ; B(2,4) ; C(-2,2) ; D(5,0) ; E(0,-3) ; F(-6,-4) ; G(6,-4) b

Blok 7 MK vraag 1: een oplossing voor een ruimtelijk probleem vinden

INHOUDSTABEL. 1. TRANSFORMATIES (fiche 1) SYMMETRIE (fiche 2) MERKWAARDIGE LIJNEN IN EEN DRIEHOEK (fiche 3)...6

de Wageningse Methode Antwoorden H25 RUIMTELIJKE FIGUREN IN HET PLAT VWO 1

4 Meetkunde. Rekenen en wiskunde uitgelegd Kennisbasis voor leerkrachten basisonderwijs. Uitwerkingen van de opgaven bij de basisvaardigheden

d = 8 cm 2 6 A: = 26 m 2 B: = 20 m 2 C: = 18 m 2 D: 20 m 2 E: 26 m 2

4.1 Hoeken en graden [1]

10 Afstanden. rood. even ver van A als van C even ver van A, van C en van E. 10 m. blauw

Thema 16: Symmetrie vmbo-b12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

2. Antwoorden meetkunde

4 A: = 10 B: 4 C: 8 D: 8

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4

9 a met: 100 (a+b) ; zonder: 100 a b b 100 (a+b) = 100 a b. 10 a met: 24 (a b) ; zonder: 24 a + b b 24 (a b) = 24 a + b. 11 a 90 a b 90 + a

BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN

Hoofdstuk 2 Vlakke meetkunde

1. Ik kan vormen en figuren herkennen en gebruiken met bijbehorende wiskundige vaktaal.

Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN

0,6 = 6 / 10 0,36 = 36 / 100 0,05 = 5 /100 2,02 = 2 gehelen en 2 / 100

Hoofdstuk 5 - Meetkundige plaatsen

Thema: Symmetrie vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

7 a. 8 a. de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE HAVO 1

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 15 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Hoofdstuk 21 Oppervlakte 21.0 INTRO

Hoofdstuk 11B - Meetkundig redeneren

de Wageningse Methode Antwoorden H17 PYTHAGORAS VWO 1

Examen VMBO-GL en TL 2008 wiskunde CSE GL en TL tijdvak 1 donderdag 22 mei uur

Uitgevers. Noordhoff. Hoofdstuk 2 Hoeken en symmetrie. Opstap Hoeken. c /D is een rechte hoek. Zo n driehoek heet een gelijkzijdige driehoek.

7 a. 8 a. de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE HAVO 1

7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1]

Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE VWO 4 A: = 10 B: 4 C: 8 D: INTRO

Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE 4 A: = 10 B: 4 C: 8 D: INTRO

H20 COÖRDINATEN de Wageningse Methode 1

Cijfers en letters 1 niveau 1 en 2

Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl I OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter. oppervlakte cirkel = π straal 2

Bij deze PTA-toets hoort een uitwerkbijlage, die behoort bij opdracht 4c. Pagina 1 van 8. Vestiging Westplasmavo

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Antwoorden De juiste ondersteuning

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv

wiskunde CSE GL en TL

WISKUNDE-ESTAFETTE 2012 Uitwerkingen. a b. e f g

Noordhoff Uitgevers bv

Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde

H23 VERBANDEN VWO. d t INTRO. 1 a - b De boven- en ondergrens van de aerobe zone: bij 15 jaar tussen 143 en 175.

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

1 a. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 1 hieronder? b. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 2 hieronder? c. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 3 hieronder?

Symmetrie en oppervlakte

Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

1 Wiskunde, zeker. 1, 2, 3, 5, 6, 7. 8, 10, 11, 12 en 13 eurocent. duimstok Timmerman Hoe lang iets is.

Noordhoff Uitgevers bv

Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

WISKUNDE-ESTAFETTE KUN Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

d x = (3,9) ; (- 2 5 a

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

de Wageningse Methode Antwoorden H23 VERBANDEN VWO 1

10 a A 0, 2 km b B 101, 5,1 km. 11 a A 40, 15 km b B 60, 25 km C 270, 15 km D 138, 20 km. 15 a 65 b a 60 b C. 17 a. c Q

in een driehoek zijn de twee korte zijden samen langer dan de derde zijde

8 a 250; 200; 150 b 100 cm c De hoek is kleiner dan 90. d De afstand is meer dan 100 cm. 9 a ½ 5 12 = 169 b 13, want = 169

1 Middelpunten. Verkennen. Uitleg

Hoofdstuk 10 - Hoeken en afstanden

de Wageningse Methode Antwoorden H5 DE RUIMTE IN 1

Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN 1.0 INTRO

Hoofdstuk 8 - Ruimtefiguren

Vl. M. Nadruk verboden 1

8 A vijfzijdig prisma ; B kubus ; C vierzijdige piramide. 10 b de laatste. 11 a Bijvoorbeeld: c = 6 cm a,b. 13 b

Blok 6B - Vaardigheden

wizprof Veel succes en vooral veel plezier.!! rekenmachine is niet toegestaan je hebt 75 minuten de tijd

j (11,51) k (11,-41) l (11,-1011)

Transcriptie:

1.0 INTRO Hoofdstuk 1 SYMMETRIE 1 a Rechtsoven staat het woord in spiegelschrift Linksonder staat het woord ondersteoven Rechtsonder staat het woord achterstevoren en ondersteoven. lleen de H, I, O en X. c Ik he er geen kunnen vinden., H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c,, D, E, H, I, K, O, X 10 a Vouw het laadje om k duel en prik ij P door het papier en het gaatje is het spiegeleeld van P. Leg de geodriehoek symmetrisch over k (met de 0 op k), zo dat de lange zijde langs P gaat. Het punt aan de andere kant van de 0 is dan het spiegeleeld van P. 2 a Een automoilist ziet het woord dan normaal in zijn (achteruitkijk)spiegel en weet dan dat hij plaats moet maken. 11 a, Y' X a De linkerkant is anders dan de rechterkant. Omdat dat minder saai is? Omdat dat opvalt? Omdat (ijv. ij een huis) het niet praktisch is om het symmetrisch te maken. 4 a De linkerloem past vijf keer op zichzelf als je haar ronddraait, de rechter drie keer. Van de tijger en het lieveheerseestje zijn linker- en rechterkant elkaars spiegeleeld. c De regelmaat ij de vislintworm is dat eenzelfde stukje steeds herhaald wordt. 5 Het logo van Suzuki is draaisymmetrisch, het logo van udi is schuifsymmetrisch (en ook spiegelsymmetrisch), het logo van itroen is spiegelsymmetrisch. 12 a Middelloodlijn issectrice Y 1 a 0, 1 of Gelijkenige driehoek X' 6 1.1 SPIEGELSYMMETRIE 7 0, 2, 1 8 14 a 4 2 c 2 d 0 e 1 f 0 15 a,,c k 9 a m de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo 1

16 20 17 a,,c 21 a M d Twee hoeken van 90 en een hoek van 15. 18 a Plek 2 Die gaan door één punt. 1.2 SHUIFSYMMETRIE 22 S 2 19 a, 24 udi en itroen 25 a de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo 2

6 c Nee 26 7 a (schaal 1 : 2) draaihoek 84 draaihoek 106 2,5 1. DRISYMMETRIE 27 a Je ziet geen verschil als je de kaart een halve slag draait. De kaart zit nooit op de kop; je hoeft hem nooit goed te draaien. 28 180 c stippellijn d De midelloodlijn van. 8 a Een gelijkenige driehoek 50, 50 en 80 Twee c 4 D 29 a keer 120, 240 c 72, 144, 216, 288, 60 4 0 a 12, 0 4, 90 9 a,,c 1 2 a 60 : 10 = 6 60 n a 60 : 12 = 0 In 120 seconden over 60, dus per seconde. 4 a ZW ; ook 15 Ook 200 40 a 72 ; 72 ; 72 ij hoort S, ij hoort R en ij hoort Q. 41 a 180 5 a 1 70 de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo

42 48 M 4 a 49 a Het symmetriepunt In elk geval van orde 2 (maar misschien wel van hogere orde) 50 a Van Suzuki en van udi Elk parallellogram (en dus elke rechthoek, elke ruit en elk vierkant). D 51 a 12 60 ; 120 ; 60 ; 120 44 45 a figuur 1 2 ondersteoven 0 0 niet-ondersteoven 1 2 symmetrie-assen? ja nee nee figuur 4 5 6 ondersteoven 1 2 4 niet-ondersteoven 1 2 4 symmetrie-assen? ja ja ja De orde van draaisymmetrie is gelijk aan het aantal keren dat de figuur niet-ondersteoven in zijn opening past. 46 a lleei De handen zijn indirect congruent. De munten zijn direct congruent. De derde figuren zijn indirect congruent. c Nee dat kan niet, want er zijn 6 vakjes langs de omtrek en 6 is niet deelaar door 5. d Ja dat kan, want 6 is wel deelaar door 6. 1.4 VLKVULLINGEN 52 180 c Midden in de vierkantjes en op de kruispunten van de lijnen. 5 a Drie, van orde 2, en 6. 47a,,c M Twee. de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo 4

OKEROPGVEN 20 1 2 D 5 21 6 5 cm. In de schuine stand is het gevulde deel van het glas hetzelfde als het lege deel. Dus is het glas halfvol. 12 a Symmetrieassen die door (tegenover elkaar liggende) hoekpunten gaan en symmetrieassen die door de middens van (tegenover elkaar liggende) zijden gaan. c Een regelmatige tienhoek heeft twee typen, Een regelmatige elfhoek heeft één type. d ltijd n, ongeacht het even/oneven zijn van n. 16 a, 28 6009 41 a, 90 90 c 90 42 48 42 48 48 48 42 42 c Omdat de pijlen in precies dezelfde richting wijzen, moet zo'n draaiing over 60 zijn, maar dan lijven de pijlen op hun plaats. 19 42 a de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo 5

60, 60, 120, 120 46 49 a Nee, ijvooreeld het Mitsuishi-logo (zie opgave 29) Die is even. 51 a Van orde 2,, 6, 9, 18, 27 (de delers van 54, maar niet 1 en 54). Van orde 5 en 7 (de delers van 5, maar niet 1 en 5). 52 a, 2 6 5 a, de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo 6

EXTR OPGVEN 7 a, schaal 1 : 2 1 a 2 a,,c c eide van orde 2 D 8 a,c d 2 m a 90 (omdat de pijlen een hoek van 90 maken) 9 4 5 orde: 2 9 2 2 2 symm.assen: 0 9 2 0 0 1 6 schaal 1 : 2 a c d de Wageningse Methode ntwoorden H1 SYMMETRIE havo 7