HOOFDSTUK 2 TRANSFORMATIES

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HOOFDSTUK 2 TRANSFORMATIES"

Transcriptie

1 HOOFDSTUK 2 TRANSFORMATIES Verschuiven, roteren, spiegelen, vergroten/verkleinen zijn manieren om bij een figuur een 'beeldfiguur' te bepalen. Deze manieren noem je 'transformaties'. 2.1 LIJNSPIEGELING EN LIJNSYMMETRIE In bovenstaande afbeeldingen herken je een spiegeling. Gebruik een spiegeltje om het spiegelbeeld te zien. De plaats waar je het spiegeltje zet is de spiegellijn. [Let niet te veel op de details.] Deze afbeeldingen kun je spiegelen zodat het spiegelbeeld samenvalt met het origineel. Je kunt ook zeggen dat de spiegellijn een vouwlijn is waarop je de helften van het figuur precies op elkaar kunt vouwen, daarom noem je de afbeeldingen lijnsymmetrisch. In een lijnsymmetrisch figuur wordt de spiegellijn symmetrieas genoemd. Uitleg en oefenen: Meten en tekenen (havo/vwo 1/2) Lijnsymmetrie Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

2 Opgave 1 Een spiegelbeeld tekenen Teken het spiegelbeeld van onderstaande figuren bij spiegelen in de lijn l. De hoekpunten van de figuren zijn roosterpunten. Je kunt je spiegeltje gebruiken om het spiegelbeeld te zien. Teken de figuren eventueel over elkaar. l l l Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

3 l Opgave 2 Lijnsymmetrie [1] Welke figuren zijn lijnsymmetrisch? Teken de symmetrieassen in de figuren die lijnsymmetrisch zijn. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

4 Opgave 3 Lijnsymmetrie [2] Welke figuren zijn lijnsymmetrisch? Teken de symmetrieassen in de figuren die lijnsymmetrisch zijn. lijnsymmetrisch lijnsymmetrisch lijnsymmetrisch lijnsymmetrisch Opgave 4 Waar staat de spiegel? De figuren zijn elkaars spiegelbeeld. Teken de gebruikte spiegellijnen. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

5 2.2 PUNTSPIEGELING EN PUNTSYMMETRIE In bovenstaande afbeeldingen herken je een dubbele spiegeling. In de tekeningen is er sprake van een spiegeling in een horizontale spiegellijn en in een verticale spiegellijn. De dubbele spiegeling zorgt er voor dat de tekening 'op z'n kop' staat en er een 'middelpunt' in het figuur te zien is. Figuren met zo'n middelpunt noem je puntsymmetrisch. Uitleg en oefenen: Meten en tekenen (havo/vwo 1/2) Puntsymmetrie Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

6 Twee lijnspiegelingen in twee onderling loodrechte spiegellijnen kunnen in één keer getekend worden door middel van een 'puntspiegeling'. l1 M l2 De blauwe driehoek wordt gespiegeld in spiegellijn l1. Het spiegelbeeld is de gele driehoek. De gele driehoek wordt gespiegeld in spiegellijn l2. Het spiegelbeeld is de rode driehoek. Als je de overeenkomstige punten van de blauwe en de rode driehoek met elkaar verbindt, dan gaan de drie verbindingslijnen door het snijpunt van de spiegellijnen l1 en l2, punt M. In deze tekening kun je de tekening van de gele driehoek overslaan om de rode driehoek te tekenen. Je trekt dan de verbindingslijnen door M en je zorgt er voor dat M het midden is van elke verbindingslijn. De rode driehoek is het beeld van de blauwe driehoek bij puntspiegelen in M. M Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

7 Opgave 5 Een spiegelbeeld tekenen bij een puntspiegeling Teken het spiegelbeeld van onderstaande figuren bij spiegelen in punt M. De hoekpunten van de figuren zijn roosterpunten. Zorg er voor dat M telkens het midden is van het verbindingslijnstuk tussen punt en beeldpunt. Teken de figuren eventueel over elkaar. [Het sterretje geeft het punt M aan.] M M M Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

8 Opgave 6 Puntsymmetrie [1] Als een figuur bij puntspiegeling samenvalt met het beeldfiguur [dwz als figuur en beeldfiguur precies op de zelfde plaats getekend worden], dan noem je het figuur puntsymmetrisch. Welke figuren zijn puntsymmetrisch? Teken het symmetriepunt M in de figuren die puntsymmetrisch zijn. [M is het middelpunt van het figuur.] puntsymmetrisch puntsymmetrisch puntsymmetrisch puntsymmetrisch Opgave 7 Puntsymmetrie [2] Welke figuren zijn puntsymmetrisch? Teken het symmetriepunt M in de figuren die puntsymmetrisch zijn. puntsymmetrisch puntsymmetrisch Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

9 Opgave 8 Waar ligt het spiegelpunt? De figuren zijn elkaars spiegelbeeld bij een puntspiegeling. Teken de gebruikte spiegelpunten door minstens twee punten te verbinden met het beeldpunt. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

10 2.3 ROTATIES EN DRAAISYMMETRIE In bovenstaande afbeeldingen herken je een rotatie, een draaiing. Kijk eens naar de verschillende draaiingen in de tekeningen. Is er sprake van draaien over een 'halve slag', 'een derde slag', een...? Waar zit het 'draaipunt' in de tekening? In bovenstaande illustraties sluiten de figuren en de beeldfiguren op elkaar aan. Je kunt je voorstellen dat de maker eerst één zittinkje van de bank gemaakt heeft en hier enkele duplicaten van gemaakt heeft om de bank te maken. Een figuur dat je rond een punt op minstens twee manieren kunt draaien zodat het figuur samenvalt met het beeldfigur noem je draaisymmetrisch. Het aantal verschillende keren dat je kunt draaien is de orde van het figuur. Bij draaisymmetrie denk je aan draaiknoppen. Na een draaiing is de stand van de knop veranderd, maar je ziet geen verschil in het vooraanzicht van de draaiknop. Bij draaien over een halve slag of een hele slag het zelfde aanzicht; draaisymmetrie van de orde 2. Bij draaien over een derde slag, twee derde slag of een hele slag het zelfde aanzicht; draaisymmetrie van de orde 3. Bij draaien over een kwart slag, halve slag, drie kwart slag of een hele slag het zelfde aanzicht; draaisymmetrie van de orde 4. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

11 Bij draaien over een vijfde slag, twee vijfde slag, drie vijfde slag, vier vijfde slag of een hele slag het zelfde aanzicht; draaisymmetrie van de orde 5. Bij draaien over een zesde slag, twee zesde slag, drie zesde slag, vier zesde slag, vijf zesde slag of een hele slag het zelfde aanzicht; draaisymmetrie van de orde 6. Bij draaien... Een draaihoek kun je ook aangeven in graden: derde slag 120 kwart slag 90 twee derde slag 240 halve slag 180 hele slag 360 drie kwart slag 270 hele slag 360 één vijfde slag 72 één zesde slag 60 twee vijfde slag 144 twee zesde slag 120 drie vijfde slag 216 drie zesde slag 180 vier vijfde slag 288 vier zesde slag 240 hele slag 360 vijf zesde slag 300 hele slag 360 Als de draairichting linksom is, dan noem je de draairichting positief, als de draairichting rechtsom is, dan noem je de draairichting negatief. Een figuur draaien over -90 rond een punt M is dus een draaiing over een kwart slag rechtsom. Uitleg en oefenen: Meten en tekenen (havo/vwo 1/2) Draaisymmetrie [niet: voorbeeld 2, opgave 16] Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

12 Opgave 9 Een draaiing tekenen Teken het beeldfiguur van onderstaande figuren bij draaien rond M. De draaihoek staat bij het figuur. De hoekpunten van de figuren zijn roosterpunten. Je kunt een stukje overtrekfiguur gebruiken om te kijken waar het figuur na draaiing getekend moet worden.. Teken de figuren eventueel over elkaar. kwart slag rechtsom kwart slag rechtsom M kwart slag linksom 90 90, 180 M , 180, Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

13 90 90, 180, Opgave 10 Draaisymmetrie [1] Welke figuren zijn draaisymmetrisch? Teken het draaipunt in de figuren die draaisymmetrisch zijn. Schrijf de draaihoeken en de orde van het figuur er onder. draaisymmetrisch, orde 2 180, 360 draaisymmetrisch, orde 4 90, 180, 270, 360 draaisymmetrisch, orde 2 180, 360 draaisymmetrisch, orde 2 180, 360 Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

14 Opgave 11 Draaisymmetrie [2] Welke figuren zijn draaisymmetrisch? Teken het draaipunt in de figuren die draaisymmetrisch zijn. Schrijf de draaihoeken en de orde van het figuur er onder. draaisymmetrisch, orde 3 120, 240, 360 draaisymmetrisch, orde 2 180, 360 draaisymmetrisch, orde 3 120, 240, 360 draaisymmetrisch, orde 4 90, 180, 270, 360 draaisymmetrisch, orde 6 60, 120, 180, 240, 300, 360 Opgave 12 Waar is het draaipunt? De figuren zijn elkaars beeldfiguur bij een rotatie over een kwart slag. Teken het gebruikte draaipunt. N1 M1 N2 D1 M2 D2 past er niet op. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

15 2.4 VERSCHUIVING Een translatie of een verschuiving van een figuur is een verplaatsing in een bepaalde richting en over een bepaalde afstand. Bij een translatie worden alle punten van het figuur in de zelfde richting en over de zelfde afstand verschoven. De richting en de afstand worden aangegeven met een pijltje, een vector genoemd. Als een [door lopend] patroon na verschuiven er het zelfd uitziet als voor het verschuiven, dan wordt het patroon schuifsymmetrisch genoemd. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

16 Opgave 13 Een verschuiving tekenen Teken het beeldfiguur van onderstaande figuren bij verschuiven over de getekende vector V. De hoekpunten van de figuren zijn roosterpunten. Je kunt een stukje overtrekfiguur gebruiken om te kijken waar het figuur na verschuiving getekend moet worden. [Teken de figuren eventueel over elkaar.] V V V1 V2 Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

17 Opgave 14 Een tegelvloertje van driehoeken of vierhoeken 14.1 Teken een tegelvloertje met driehoekige tegels. Leg het vloertje helemaal vol, dwz tot aan de randen, bij de randen de tegels 'afsnijden' en geen ruimte tussen de tegels open laten Teken een tegelvloertje met parallellogram vormige tegels. Leg het vloertje helemaal vol, dwz tot aan de randen, bij de randen de tegels 'afsnijden' en geen ruimte tussen de tegels open laten. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

18 14.3 Teken een tegelvloertje met vlieger vormige tegels. Leg het vloertje helemaal vol, dwz tot aan de randen, bij de randen de tegels 'afsnijden' en geen ruimte tussen de tegels open laten. Uitleg en oefenen: Meten en tekenen (havo/vwo 1/2) Vlakvullingen Opgave 15 Waar is de vector? [1] De figuren zijn elkaars beeldfiguur bij een verschuiving. Teken de gebruikte translatie vector V. w1 w2 V2 V1 u1 u2 Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

19 Opgave 16 Waar is de vector? [2] De patronen zijn schuifsymmetrisch. Teken een toegepaste translatie vector V in het patroon. Verschillende goede antwoorden mogelijk. Het gaat om een voorbeeld van het verbinden van een punt met een beeldpunt. 2.6 GEVARIEERDE OEFENINGEN MET TRANSFORMARIES Opgave 17 Spiegelvlakken in een kubus [1] Je kunt spiegelvlakken in een kubus tekenen die de kubus in twee helften die elkaars spiegelbeeld zijn verdelen. Teken zo veel mogelijk verschillende symmetrievlakken van een kubus. Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

20 Opgave 18 Spiegelvlakken in een kubus [2] Piramide H.ACD [rood]is het spiegelbeeld van piramide F.ACB.[groen] Teken beide piramides en het spiegelvlak in de kubus. Kleur het spiegelvlak.[lichtblauw] Opgave 19 Spiegelvlakken in een balk Teken de symmetrievlakken van een balk. Opgave 20 Draaisymmetrie Welke draaihoeken hebben de draaisymmetrische figuren? Wat is de orde van de draaisymmetrische figuren? draaisymmetrisch, orde 4 90, 180, 270, 360 draaisymmetrisch, orde 3 120, 240, 360 draaisymmetrisch, orde 8 45, 90, 135, 180, 225, 270, 315, 360 Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

21 Opgave 21 Vlaggen Onderzoek de symmetrie van de vlaggen [Let ook op de kleuren.] Lijnsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken de symmetrieas[sen], Puntsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het middelpunt, Draaisymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het draaipunt en noteer de orde:... Lijnsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken de symmetrieas[sen], Puntsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het middelpunt, Draaisymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het draaipunt en noteer de orde:... Lijnsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken de symmetrieas[sen], Puntsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het middelpunt, Draaisymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het draaipunt en noteer de orde:... Lijnsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken de symmetrieas[sen], Puntsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het middelpunt, Draaisymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het draaipunt en noteer de orde: 2 Lijnsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken de symmetrieas[sen], Puntsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het middelpunt, Draaisymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het draaipunt en noteer de orde: 2. Lijnsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken de symmetrieas[sen], Puntsymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het middelpunt, Draaisymmetrisch: ja/nee, indien ja, teken het draaipunt en noteer de orde:... Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

22 Opgave 22 Zeshoeken Opgave 23 Schuifspiegeling Bij een schuifspiegeling wordt een figuur afwisselend verschoven en gespiegeld. V is de vector en l is de spiegellijn. Verschuif de driehoek, spiegel het beeldfiguur, verschuif het beeldfiguur, spiegel het beeldfiguur, verschuif het beeldfiguur, etc Teken de schuifspiegeling V l Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

23 23.2 Teken de schuifspiegeling V l Opgave 24 Een kubus draaien De diagonalen in het bovenvlak snijden in P en de diagonalen in het grondvlak snijden in S. Teken de lijn l door PS. De kubus wordt geroteerd om lijn l. Kleur ABF in het voorvlak.[blauw] Kleur het beeldfiguur van ABF als de kubus rond l gedraaid wordt over 90 [oranje] en als de kubus gedraaid wordt over 180 [rood]. Opgave 25 Het grondvlak van piramide T.ABCD is een vierkant. Punt P is het midden van CT. Kleur BTP.[oranje] Het vlak door TBD is een spiegelvlak van de piramide. Kleur het beeldfiguur van BTP bij spiegelen in het vlak door TBD.[blauw] Werkboek Meetkunde - Cursus Gecijferdheid 5 - Cursusjaar

Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde

Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde Aanzicht Een ruimtelijk figuur kun je van verschillende kanten bekijken, je noemt dat aanzichten. Er zijn 5 aanzichten: Vooraanzicht (van voren).

Nadere informatie

4.1 Hoeken en graden [1]

4.1 Hoeken en graden [1] 4.1 Hoeken en graden [1] Een hoek heeft twee benen (halve lijnen); De twee benen komen samen in het hoekpunt. Een rechte hoek geef je aan met het symbool (Hoek E) Een scherpe hoek is kleiner dan een rechte

Nadere informatie

Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde

Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Erratum Meetkunde Je vindt hier de correcties voor Handig met getallen 4 (ISBN: 978 94 90681 005). Deze correcties zijn ook bedoeld voor het Rekenwerkboek

Nadere informatie

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN een rechte lijn A het punt A a de rechte a een kromme lijn of een kromme een gebroken lijn a A b a B het lijnstuk [AB] evenwijdige rechten a // b een plat oppervlak of een

Nadere informatie

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN een rechte lijn A het punt A a de rechte a een kromme lijn of een kromme een gebroken lijn a A b a B het lijnstuk [AB] evenwijdige rechten a // b een plat oppervlak of een

Nadere informatie

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Hoofdstuk 4: Meetkunde Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde Getallen Assenstelsel Lineair

Nadere informatie

7.1 Symmetrie[1] Willem-Jan van der Zanden

7.1 Symmetrie[1] Willem-Jan van der Zanden 7.1 Symmetrie[1] Al de drie figuren hierboven zijn lijnsymmetrisch; Je kunt ze op één of meerdere manieren dubbelvouwen zodat de ene helft het spiegelbeeld van de andere helft is; De vouwlijn heet de symmetrieas/spiegelas;

Nadere informatie

Draaisymmetrie en lijnsymmetrie

Draaisymmetrie en lijnsymmetrie Uitdager van de maand Draaisymmetrie en lijnsymmetrie Rekenen Wiskunde, Groep 6 Algemeen Titel Draaisymmetrie en lijnsymmetrie Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen Begrijpen wat

Nadere informatie

2. Antwoorden meetkunde

2. Antwoorden meetkunde 2. Antwoorden meetkunde In dit hoofdstuk zijn de antwoorden op de opgaven over Meetkunde opgenomen. Ze zijn kort en bondig per paragraaf gerangschikt. Dat betekent dat de antwoorden geen uitgebreide uitleg

Nadere informatie

Morenaments Ornamenten met symmetrie. Werkblad vooraf met begeleidende tekst en oplossingen

Morenaments Ornamenten met symmetrie. Werkblad vooraf met begeleidende tekst en oplossingen Morenaments Ornamenten met symmetrie Fien Aelter, Liesje Knaepen en Kristien Vanhuyse, studenten SLO wiskunde KU Leuven Werkblad vooraf met begeleidende tekst en oplossingen Dit werklad is een voorbereiding

Nadere informatie

1. Ik kan vormen en figuren herkennen en gebruiken met bijbehorende wiskundige vaktaal.

1. Ik kan vormen en figuren herkennen en gebruiken met bijbehorende wiskundige vaktaal. LEERLIJN WISKUNDE VMBO-BKTG (Leerjaar 1-periode 1) VMBO BKTG LJ1 Vmbo BKTG Periode 1 Wat ga ik leren? Wanneer? Welke inhoud heb ik nodig? Wat ga ik doen om dit te leren? Hoe bewijs ik dat ik dit geleerd

Nadere informatie

Handig met getallen. Kernbegrippen Kennisbasis Meetkunde

Handig met getallen. Kernbegrippen Kennisbasis Meetkunde Handig met getallen Kernbegrippen Kennisbasis Meetkunde Aanzicht Een ruimtelijk figuur kun je van verschillende kanten bekijken, je noemt dat aanzichten. Er zijn 5 aanzichten: Vooraanzicht (van voren).

Nadere informatie

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO 13.0 INTRO 1 a Rechtsoven staat het woord in spiegelschrift Linksonder staat het woord ondersteoven Rechtsonder staat het woord achterstevoren en ondersteoven. Alleen de H, I,

Nadere informatie

Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren

Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren Opdracht 1. Teken in de figuren hieronder alle symmetrieassen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. Opdracht 2. A. Welke

Nadere informatie

K 1 Symmetrische figuren

K 1 Symmetrische figuren K Symmetrische figuren * Spiegel Plaats de spiegel zó, dat je twee gelijke figuren ziet. Plaats de spiegel nu zó op het plaatje, dat je dezelfde figuur precies éénmaal ziet. Lukt dat bij alle plaatjes?

Nadere informatie

Bedoeling: Doelen: Leerplandoelen wiskunde (VVKBaO):

Bedoeling: Doelen: Leerplandoelen wiskunde (VVKBaO): Bedoeling: De leerlingen leren M.C. Escher en zijn werken kennen. Ze ontdekken ook wat regelmatige vlakvulling is en maken kennis met de drie soorten symmetrie die Escher in zijn werken gebruikt. Na het

Nadere informatie

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek. Bij het uitrekenen van een lengte, een oppervlakte of een inhoud moet je altijd het volgende opschrijven: de formule - de tussenstap - het antwoord - de eenheid. 1. rechthoek. Kenmerken: alle hoeken zijn

Nadere informatie

handleiding pagina s 434 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 12: bladzijde Werkboek

handleiding pagina s 434 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 12: bladzijde Werkboek week 13 les 5 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 434 tot 443 nuttige informatie 1 Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina s 374 en 375: vierhoeken pagina 376: eigenschappen van diagonalen in vierhoeken

Nadere informatie

UITWERKINGEN. bij. reader PABMTK14X Gecijferdheid 5, meetkunde:

UITWERKINGEN. bij. reader PABMTK14X Gecijferdheid 5, meetkunde: UITWERKINGEN bij reader PABMTK14X Gecijferdheid 5, meetkunde: Blokkenbouwsels, voor- en zijaanzichten, hoogtekaart Viseren en projecteren Bouwplaten Symmetrie Namen en eigenschappen van figuren Plattegronden

Nadere informatie

Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting

Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting 1 Lijnen en rechten Hoe kunnen lijnen zijn? gebogen of krom gebroken recht We onthouden: Een rechte is een rechte lijn. c a b Een rechte heeft geen begin- en

Nadere informatie

Thema 16: Symmetrie vmbo-b12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema 16: Symmetrie vmbo-b12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 25 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/57003 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van

Nadere informatie

werkschrift passen en meten

werkschrift passen en meten werkschrift passen en meten 1 vierhoeken 2 De vijf in één - puzzel 7 Een puzzel De serie spiegelsymmetrische figuren is volgens een bepaald systeem opgebouwd. Teken de volgende figuren in de reeks. 8 Een

Nadere informatie

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO Hoofdstuk 13 SYMMETRIE VWO 13.0 INTRO 1 a Rechtsoven staat het woord in spiegelschrift Linksonder staat het woord ondersteoven Rechtsonder staat het woord achterstevoren en ondersteoven. Alleen de H, I,

Nadere informatie

0. Warming Up. Opdracht 0.1 Classificeren. Voor iedereen: leg de juiste figuur op de juiste plaats

0. Warming Up. Opdracht 0.1 Classificeren. Voor iedereen: leg de juiste figuur op de juiste plaats 0. Warming Up Opdracht 0.1 Classificeren Voor iedereen: leg de juiste figuur op de juiste plaats Workshops Meetkunde Voorbereiding Kennisbasistoets Rekenen Pagina 1 Opdracht 0.2 Classificeren Nog een keer

Nadere informatie

Antwoorden De juiste ondersteuning

Antwoorden De juiste ondersteuning ntwoorden De juiste ondersteuning a. De straal van de cirkel waarover het beweegt is 5. De maximale hoogte van het is dus 5. Het moet dus dm omhoog. b. Het van het tweede blok beweegt over een cirkel met

Nadere informatie

handleiding pagina s 1005 tot 1015 1 Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 122, 147, 150 en 156 5 Cd-rom

handleiding pagina s 1005 tot 1015 1 Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 122, 147, 150 en 156 5 Cd-rom week 32 les 2 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 1005 tot 1015 nuttige informatie 1 Handleiding 11 Kopieerbladen pagina 812: gelijkvormig / vervormen pagina 813: patronen pagina 814: kubus pagina

Nadere informatie

handleiding pagina s 965 tot Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 117, 123, 129, 140 en Cd-rom

handleiding pagina s 965 tot Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 117, 123, 129, 140 en Cd-rom week 32 les 2 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 95 tot 974 nuttige informatie 1 Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram pagina 754: puzzel geometrische figuren pagina 837: diverse gezichtspunten

Nadere informatie

Stelling 1.5 Geven isometrieën J 1 en J 2 hetzelfde beeld in drie punten die niet op één lijn liggen, dan zijn ze identiek. Bewijs. De isometrie J 1 2

Stelling 1.5 Geven isometrieën J 1 en J 2 hetzelfde beeld in drie punten die niet op één lijn liggen, dan zijn ze identiek. Bewijs. De isometrie J 1 2 Lesbrief 8 Isometrieën 1 Inleiding Een één-éénduidige afbeelding van het vlak op zichzelf heet een transformatie van het vlak. Als T 1 en T 2 transformaties zijn, wordt de transformatie T 1 gevolgd door

Nadere informatie

Thema: Symmetrie vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Symmetrie vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 12 August 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/57114 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

Thema 1. Meetkunde. Klas Naam: Klas:

Thema 1. Meetkunde. Klas Naam: Klas: Thema 1 Meetkunde Klas 1 2010-2011 Naam: Klas: 2 Route Planner...4 Hoe?zo? Hoeken...5 Hoe?zo? Symmetrie...13 Hoe?zo? Symmetrie...14 Hoe?zo? 3 Figuren...16 Basis de Baas 1: Hoeken...21 ff tjekke Hoeken...

Nadere informatie

Gecijferdheid periode D Bijeenkomst 2 Hand-out: Meetkundige begrippen en vormen. Instap. Een opgave uit de oefentoets:

Gecijferdheid periode D Bijeenkomst 2 Hand-out: Meetkundige begrippen en vormen. Instap. Een opgave uit de oefentoets: Gecijferdheid periode D Bijeenkomst 2 Hand-out: Meetkundige begrippen en vormen Instap Een opgave uit de oefentoets: Van welke verpakkingen is de vorm een prisma? A. Pak spaghetti blikje chocomel doosje

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 86 Verdieping Regelmatige figuren 1a e figuur heeft 12 hoekpunten. lke hoek is 150. Ja, ze zijn allemaal 150. d e zijden zijn 2,5 m. e Ja, ze zijn allemaal even lang. 2a en regelmatige driehoek is een

Nadere informatie

INHOUDSTABEL. 1. TRANSFORMATIES (fiche 1) SYMMETRIE (fiche 2) MERKWAARDIGE LIJNEN IN EEN DRIEHOEK (fiche 3)...6

INHOUDSTABEL. 1. TRANSFORMATIES (fiche 1) SYMMETRIE (fiche 2) MERKWAARDIGE LIJNEN IN EEN DRIEHOEK (fiche 3)...6 INHOUDSTBEL 1. TRNSFORMTIES (fiche 1)...3 2. SYMMETRIE (fiche 2)...4 3. MERKWRDIGE LIJNEN IN EEN DRIEHOEK (fiche 3)...6 4. VLKKE FIGUREN: DRIEHOEKEN (fiche 4)...7 5. VLKKE FIGUREN: BIJZONDERE VIERHOEKEN

Nadere informatie

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE HAVO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO

Hoofdstuk 13 SYMMETRIE HAVO. b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 13.0 INTRO Hoofdstuk 13 SYMMETRIE HAVO 13.0 INTRO 1 a Rechtsoven staat het woord in spiegelschrift Linksonder staat het woord ondersteoven Rechtsonder staat het woord achterstevoren en ondersteoven. Alleen de H,

Nadere informatie

Voorkennis meetkunde (tweede graad)

Voorkennis meetkunde (tweede graad) Voorkennis meetkunde (tweede graad) 1. Vlakke meetkunde Lengten van de zijden en grootte van de hoeken van driehoeken en vierhoeken - De som van de hoeken van een driehoek is 180 - Bij een rechthoekige

Nadere informatie

7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1]

7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1] 7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1] Zwaartelijn: Een zwaartelijn in een driehoek is een lijn die gaat door een hoekpunt en het midden van de overstaande zijde. Een driehoek heeft drie zwaartelijnen. De drie

Nadere informatie

12 a Middelloodlijn. b Bissectrice. 13 a 0, 1 of 3 b Gelijkbenige driehoek. 14 a 4 b 2 c 2. e 1

12 a Middelloodlijn. b Bissectrice. 13 a 0, 1 of 3 b Gelijkbenige driehoek. 14 a 4 b 2 c 2. e 1 1.0 INTRO 1 a Rechtsoven staat het woord in spiegelschrift Linksonder staat het woord ondersteoven Rechtsonder staat het woord achterstevoren en ondersteoven. lleen de H, I, O en X. c Ik he er geen kunnen

Nadere informatie

Herhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen

Herhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen Herhalingsles Meetkunde Weeroefeningen HB. MK Kruis aan wat juist is. Deze figuur is een vierhoek, maar geen vierkant. een vierkant, maar geen ruit. een ruit, maar geen vierkant. een vierkant en een ruit.

Nadere informatie

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4 Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4 4.4.1 Basis Lijnen en hoeken 1 Het assenstelsel met genoemde lijnen ziet er als volgt uit: 4 3 2 1 l k -4-3 -2-1 0 1 2 3 4-1 -2-3 n m -4 - Hieruit volgt: a Lijn k en

Nadere informatie

4 Meetkunde. Rekenen en wiskunde uitgelegd Kennisbasis voor leerkrachten basisonderwijs. Uitwerkingen van de opgaven bij de basisvaardigheden

4 Meetkunde. Rekenen en wiskunde uitgelegd Kennisbasis voor leerkrachten basisonderwijs. Uitwerkingen van de opgaven bij de basisvaardigheden Rekenen en wiskunde uitgelegd Kennisbasis voor leerkrachten basisonderwijs Uitwerkingen van de opgaven bij de basisvaardigheden 4 Meetkunde Peter Ale Martine van Schaik u i t g e v e r ij c o u t i n h

Nadere informatie

BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN

BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN Brugpakket 8: Vlakke figuren 1 Vlakke figuren 1.1 Vlakke figuren: Veelhoeken en niet-veelhoeken Een veelhoek is enkel begrensd door rechte lijnen. OEFENING Zet een kruisje

Nadere informatie

INDITHOOFDSTUKgaan jullie kennismaken met het cartesisch assenstelsel.

INDITHOOFDSTUKgaan jullie kennismaken met het cartesisch assenstelsel. Hoofdstuk 5 Het Assenstelsel 5.1 Het Assenstelsel INDITHOOFDSTUKgaan jullie kennismaken met het cartesisch assenstelsel. Dit assenstelsel is een idee van de Franse filosoof en wiskundige René Descartes(1596-1650).

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Spiegelen in lijn en in cirkel. Eigenschappen.

Hoofdstuk 1 Spiegelen in lijn en in cirkel. Eigenschappen. Hoofdstuk 1 Spiegelen in lijn en in cirkel. Eigenschappen. Jakob Steiner (Utzenstorf (kanton Bern), 18 maart 1796 - Bern, 1 april 1863) was een Zwitsers wiskundige. Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste

Nadere informatie

Stap 1: Ga naar Stap 3: Gebruik de pijltjes om te navigeren tussen de bladzijden.

Stap 1: Ga naar   Stap 3: Gebruik de pijltjes om te navigeren tussen de bladzijden. Stap 1: Ga naar www.wiskundewereld.be/bzl-ruimtemeetkunde.html Stap 2: Klik rechts op de witte knop. Stap 3: Gebruik de pijltjes om te navigeren tussen de bladzijden. Stap 4: Links zie je waar je je in

Nadere informatie

Symmetrie ONDER DE LOEP. 1. Inleiding. Inhoud. Symmetrie en groep

Symmetrie ONDER DE LOEP. 1. Inleiding. Inhoud. Symmetrie en groep ONDER DE LOEP Symmetrie Inhoud 1. Inleiding 2. Transformaties, isometrieën en symmetrische figuren a. Enkele vlakke transformaties b. Samenstellen c. Isometrieën d. Symmetrische figuren 3. Rozetpatronen

Nadere informatie

9.1 Spiegelen. bledzijdel26. 3 nt: de ene pasfoto is de linkerhelft twee keer afgedrukt. Bij de andere de rechterhelft twee keer afgedrukt.

9.1 Spiegelen. bledzijdel26. 3 nt: de ene pasfoto is de linkerhelft twee keer afgedrukt. Bij de andere de rechterhelft twee keer afgedrukt. 9.1 Spiegelen bledzijdel26 3 nt: de ene pasfoto is de linkerhelft twee keer afgedrukt. Bij de andere de rechterhelft twee keer afgedrukt. E* E u Kees heeft 3 keer gevouwen b* bladzijde 127 3l u Figur.rraheeft

Nadere informatie

2015 Voorronde Vragenbundel voor het 5 leerjaar

2015 Voorronde Vragenbundel voor het 5 leerjaar Wiskundequiz editie 8 2015 Voorronde Vragenbundel voor de het 5 leerjaar 01. Welke van de volgende rekensommen geeft de grootste uitkomst? (A) 2 x 0 x 1 x 4 (B) 2 + 0 + 1 + 4 (C) 20 x 1 x 4 (D) (2 + 0)

Nadere informatie

Inhoud. 1 Ruimtefiguren 8. 4 Lijnen en hoeken 148. 2 Plaats bepalen 60. 5 Negatieve getallen 198. 3 Rekenen 100

Inhoud. 1 Ruimtefiguren 8. 4 Lijnen en hoeken 148. 2 Plaats bepalen 60. 5 Negatieve getallen 198. 3 Rekenen 100 1 BK deel 1 Voorkennis 1 Aan de slag met wiskunde 6 1 Ruimtefiguren 8 1.1 Wiskundige ruimte guren 10 1.2 Vlakken, ribben en hoekpunten 14 1.3 Kubus en vierkant 17 1.4 Balk en rechthoek 24 1.5 Cilinder

Nadere informatie

uuur , DF en DB met kentallen. b) Laat zien door twee keer de stelling van Pythagoras in een rechthoekige uuur

uuur , DF en DB met kentallen. b) Laat zien door twee keer de stelling van Pythagoras in een rechthoekige uuur 4 Van D naar 3D Verkennen Van D naar 3D Inleiding Verkennen Bekijk de applet. Met de rechter muisknop kun je het assenstelsel om de oorsprong draaien en de fig van alle kanten bekijken. Beantwoord nu de

Nadere informatie

ZESDE KLAS MEETKUNDE

ZESDE KLAS MEETKUNDE ZESDE KLAS MEETKUNDE maandag 1. Het vierkant. Eigenschappen. 2. Vierkanten tekenen met passer en lat vanuit zeshoek 3. Vierkanten tekenen met passer en lat binnen cirkel 4. Vierkanten tekenen met passer

Nadere informatie

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede ronde.

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede ronde. 1 Vlaamse Wiskunde Olympiade 1997-1998: Tweede ronde De tweede ronde bestaat eveneens uit 30 meerkeuzevragen Het quoteringssysteem is hetzelfde als dat voor de eerste ronde, dwz per goed antwoord krijgt

Nadere informatie

Werkblad Cabri Jr. Rotaties

Werkblad Cabri Jr. Rotaties Werkblad Cabri Jr. Rotaties Doel Het onderzoeken van de eigenschappen van een rotatie in het platte vlak, in het bijzonder de relatie tussen origineel en beeld. Inleiding Een rotatie is één van de vier

Nadere informatie

1 Coördinaten in het vlak

1 Coördinaten in het vlak Coördinaten in het vlak Verkennen Meetkunde Coördinaten in het vlak Inleiding Verkennen Beantwoord de vragen bij Verkennen. (Als je er niet uitkomt, ga je gewoon naar de Uitleg, maar bekijk het probleem

Nadere informatie

percent = procent per cent betekent per 100.

percent = procent per cent betekent per 100. Taak na blok 4 les TAAK 5 Naam: Klas: Datum: Klasnummer: Tip! Percenten G/B 4 percent = procent per cent betekent per 00 45 % is 45 per 00 45 van de 00 45 op 00 45 00 00 % is geheel 50 % is de helft 5

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur Wiskunde B Profi (oude stijl) Eamen VW Voorbereidend Wetenschappelijk nderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni 3.30 6.30 uur 20 0 Voor dit eamen zijn maimaal 78 punten te behalen; het eamen bestaat uit 4 vragen.

Nadere informatie

Lijnen van betekenis meetkunde in 2hv

Lijnen van betekenis meetkunde in 2hv Lijnen van betekenis meetkunde in 2hv Docentenhandleiding bij de DWO-module Lijnen van betekenis Deze handleiding bevat tips voor de docent bij het gebruiken van de module Lijnen van betekenis, een module

Nadere informatie

Oefeningen analytische meetkunde

Oefeningen analytische meetkunde Oefeningen analytische meetkunde ) orte herhaling. Zij gegeven twee vectoren P en Q. Bewijs dat de loodrechte projectie P' van P op Q gegeven wordt door: PQQ P'. Q. De cirkel c y 4y wordt gespiegeld om

Nadere informatie

Willem-Jan van der Zanden

Willem-Jan van der Zanden Enkele praktische zaken: Altijd meenemen een schrift met ruitjespapier (1 cm of 0,5 cm) of losse blaadjes in een map. Bij voorkeur een groot schrift (A4); Geodriehoek: Deze kun je kopen in de winkel. Koop

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv V-1a / V-2a e Voorkennis Zie e figuur hieroner. Zie e figuur hieroner. De lijn n en het punt P kunnen ook aan e anere kant van lijn l liggen. Zie e figuur hieroner. P Zie e figuur hieroven. In vierhoek

Nadere informatie

b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 11 a,b 12 a Middelloodlijn b Bissectrice 13 a 0, 1 of 3 b Gelijkbenige driehoek

b A, H, I, M, O, T, U, V, W, X, Y c B, C, D, E, H, I, K, O, X 11 a,b 12 a Middelloodlijn b Bissectrice 13 a 0, 1 of 3 b Gelijkbenige driehoek 1.0 INTRO Hoofdstuk 1 SYMMETRIE 1 a Rechtsoven staat het woord in spiegelschrift Linksonder staat het woord ondersteoven Rechtsonder staat het woord achterstevoren en ondersteoven. lleen de H, I, O en

Nadere informatie

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw) Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw) Meetkunde, Moderne Wiskunde, pagina 1/10 Rechthoekige driehoek In een rechthoekige driehoek is een van de hoeken in 90.

Nadere informatie

TEKENEN. beeldende vorming. Vlakvullingen. hoofdstuk 13: vlakvulling

TEKENEN. beeldende vorming. Vlakvullingen. hoofdstuk 13: vlakvulling Vlakvullingen Tekeningen zoals hierboven heb je vast weleens eerder gezien, bijvoorbeeld op één van de posters in de wiskundelokalen. Het is het werk van Escher.Je kent hem misschien ook wel van de onmogelijke

Nadere informatie

afstanden handleiding inhoudsopgave 1 de grote lijn 2 applets 3 bespreking per paragraaf 4 tijdsplan 5 materialen voor een klassengesprek afstanden

afstanden handleiding inhoudsopgave 1 de grote lijn 2 applets 3 bespreking per paragraaf 4 tijdsplan 5 materialen voor een klassengesprek afstanden inhoudsopgave 1 de grote lijn 2 applets 3 bespreking per paragraaf 4 tijdsplan 5 materialen voor een klassengesprek 1 de grote lijn de zijlijn hoofdlijn Het begrip afstand wordt geïntroduceerd. Tekenen

Nadere informatie

Werkboekje meetkundelessen van het RekenWeb. Dit werkboekje is van.

Werkboekje meetkundelessen van het RekenWeb. Dit werkboekje is van. Werkboekje meetkundelessen van het RekenWeb Dit werkboekje is van. Colofon meetkunst@uu.nl Muiderslot - Welke foto (cijfer) hoort bij welke plek (letter)? Les 1 - Oriëntatie in de ruimte 1 Les 1 - Oriëntatie

Nadere informatie

Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A

Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A Puzzelvierkanten Werkblad 1 Vierkant linksboven Zoek eerst uit hoeveel één hartje waard is. Daarna kun je ook berekenen hoeveel een rondje waard is. Vierkant

Nadere informatie

STEAM: WISKUNDE MET MACHIENTJES DE BOECK I.

STEAM: WISKUNDE MET MACHIENTJES DE BOECK I. STEAM: WISKUNDE MET MACHIENTJES DE BOECK I. 1 VERLOOP Kennismakingsronde Verwachtingen? 2 VERLOOP Inleiding: pantograaf Andere transformatoren Verklaringen Transformatoren namaken in GeoGebra Mogelijke

Nadere informatie

Erik de Bruin werd in 1990 met een worp van 64,46 m tweede bij de Europese kampioenschappen.

Erik de Bruin werd in 1990 met een worp van 64,46 m tweede bij de Europese kampioenschappen. 79 10.0 INTRO Gebieden en afstanden 1 Hiernaast zie je (van bovenaf gezien) het gebied waarbinnen een discuswerper zijn schijf moet gooien. De schaal is 1:1000. a Hoeveel meter is 1 cm op de kaart? Erik

Nadere informatie

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde Overzicht eigenschappen en formules meetkunde xioma s Rechten en hoeken 3 riehoeken 4 Vierhoeken 5 e cirkel 6 Veelhoeken 7 nalytische meetkunde Op de volgende bladzijden vind je de eigenschappen en formules

Nadere informatie

Les 6 Tegeltjes leggen

Les 6 Tegeltjes leggen Les 6 Tegeltjes leggen Kern In deze les maken en onderzoeken de leerlingen patronen vanuit één eenvoudige basistegel. De focus ligt op kenmerken van (regelmatige) patronen, zoals vormen van herhaling,

Nadere informatie

Escher in Het Paleis. Wiskundepakket. Regelmatige vlakvullingen

Escher in Het Paleis. Wiskundepakket. Regelmatige vlakvullingen Escher in Het Paleis Wiskundepakket Regelmatige vlakvullingen Regelmatige vlakvullingen Een regelmatige vlakvulling is een manier om een vlak te vullen doormiddel van een zich steeds herhalend patroon.

Nadere informatie

Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden

Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden Deel 1 Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden 1. Bereken de inhoud van de volgende twee afgeknotte figuren. 2. Hiernaast zie je een afgeknot zeszijdig prisma. Het grondvlak is een regelmatige zeshoek met

Nadere informatie

1 a. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 1 hieronder? b. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 2 hieronder? c. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 3 hieronder?

1 a. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 1 hieronder? b. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 2 hieronder? c. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 3 hieronder? H1 Vlakke figuren 2 BBL 1.1 Eigenschappen van vlakke figuren 1 a. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 1 hieronder? b. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 2 hieronder? c. Hoeveel hoekpunten heeft figuur 3 hieronder?

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv V-1a / 52 V-2a e Voorkennis Zie e figuur hieroner. Zie e figuur hieroner. De lijn n en het punt P kunnen ook aan e anere kant van lijn l liggen. Zie e figuur hieroner. P m l Zie e figuur hieroven. In vierhoek

Nadere informatie

7 Hoeken. Kern 3 Hoeken. 1 Tekenen in roosters. Kern 2 Hoeken meten Kern 3 Hoeken tekenen Kern 4 Kijkhoeken. Kern 1 Tegelvloeren. Kern 3 Oppervlakte

7 Hoeken. Kern 3 Hoeken. 1 Tekenen in roosters. Kern 2 Hoeken meten Kern 3 Hoeken tekenen Kern 4 Kijkhoeken. Kern 1 Tegelvloeren. Kern 3 Oppervlakte 1 Tekenen in roosters Kern 1 Tegelvloeren Kern 2 Oppervlakte Kern 3 Het assenstelsel Kern 4 Rechthoeken 2 Rekenen Kern 1 De rekenmachine Kern 2 Voorrangsregels Kern 3 Afronden Kern 4 Afronden 3 Grafieken

Nadere informatie

Schaduwopgaven Verhoudingen

Schaduwopgaven Verhoudingen Schaduwopgaven Verhoudingen bij 5 Een vierkant wordt verknipt in zeven driehoeken, zoals hiernaast. Het grijze driehoekje gooien we weg. Wat is de verhouding van de oppervlakte van de andere zes? na 10

Nadere informatie

1 Cartesische coördinaten

1 Cartesische coördinaten Cartesische coördinaten Verkennen www.math4all.nl MAThADORE-basic HAVO/VWO 4/5/6 VWO wi-d Analytische Meetkunde Cartesische coördinaten Inleiding Verkennen Beantwoord de vragen bij Verkennen. (Als je er

Nadere informatie

WISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR

WISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR WISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR Getallenkennis: getalbegrip 1. Noteer het getal: 5D 2H 6HD 7t 9d 2. Noteer het getal: MMXVIII Getallenkennis: werken met gegevens 3. Hoeveel maanden

Nadere informatie

Prijsvraag Pythagoras Aad van de Wetering, Driebruggen

Prijsvraag Pythagoras Aad van de Wetering, Driebruggen Prijsvraag Pythagoras 2016-2017 Aad van de Wetering, Driebruggen Pythagons Inleiding In september 2016 schreef Pythagoras een prijsvraag uit over pythagons, figuren bestaande uit een vierkant en twee halve

Nadere informatie

TEKENEN MET EEN DRIELUIK

TEKENEN MET EEN DRIELUIK PERSPECTIEFTEKENEN AFLEVERING 1 Evenwijdige lijnen worden op een foto zelden evenwijdig afgebeeld. Wat zit hier achter? Kunnen we begrijpen wat er op een foto met evenwijdige lijnen gebeurt? Het blijkt

Nadere informatie

Kaart 1: Kubus aanpassen Zet bij Beeld de assen uit en het rooster aan.

Kaart 1: Kubus aanpassen Zet bij Beeld de assen uit en het rooster aan. Kaart 1: Kubus aanpassen Zet bij Beeld de assen uit en het rooster aan. Kies uit het menu Rechte door 2 punten voor lijnstuk tussen twee punten. Klik op een roosterpunt en punt A wordt getekend. Teken

Nadere informatie

Herhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen

Herhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen Herhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen HB1.5 1 Teken de vierhoek die aan de opgesomde eigenschappen voldoet. Geef de best passende naam. eigenschappen teken best passende naam vier gelijke vier rechte

Nadere informatie

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig Vlakke Meetkunde Les 1 Congruentie en gelijkvormig (Deze les sluit aan bij het paragraaf 1 van Vlakke Meetkunde van de Wageningse Methode. Vlakke Meetkunde kun je downloaden vanaf de site van de Open Universiteit.

Nadere informatie

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 4

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 4 Wiskunde Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 4 Paragraaf 4 Het inproduct om hoeken te berekenen Opgave a e hoek is kleiner dan 4, want het dak zelf staat onder een hoek van 45, en de kilgoot loopt schuin

Nadere informatie

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500 WISKUNDE-ESTFETTE 2014 60 Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 00 1 (20 punten) Gegeven zijn drie aan elkaar rakende cirkels met straal 1. Hoe groot is de (donkergrijze) oppervlakte

Nadere informatie

Opgave 1 Bestudeer de Uitleg, pagina 1. Laat zien dat ook voor punten buiten lijnstuk AB maar wel op lijn AB geldt: x + 3y = 5

Opgave 1 Bestudeer de Uitleg, pagina 1. Laat zien dat ook voor punten buiten lijnstuk AB maar wel op lijn AB geldt: x + 3y = 5 2 Vergelijkingen Verkennen Meetkunde Vergelijkingen Inleiding Verkennen Beantwoord de vragen bij Verkennen. Uitleg Meetkunde Vergelijkingen Uitleg Opgave Bestudeer de Uitleg, pagina. Laat zien dat ook

Nadere informatie

oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar

oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar bevat: werkbladen uit de map van Wibbel bij Rekensprong Plus, aansluitend bij de wiskundeopdrachten op de poster; de correctiesleutel bij deze werkbladen. Meer informatie

Nadere informatie

4,7. Praktische-opdracht door een scholier 3588 woorden 2 juni keer beoordeeld

4,7. Praktische-opdracht door een scholier 3588 woorden 2 juni keer beoordeeld Praktische-opdracht door een scholier 3588 woorden 2 juni 2008 4,7 52 keer beoordeeld Vak Wiskunde Inleiding In dit werkstuk gaan wij de wiskundige opbouw en vlakverdeling van een aantal van Escher s kunstwerken

Nadere informatie

handleiding pagina s 687 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram 2 Werkboek 3 Posters

handleiding pagina s 687 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram 2 Werkboek 3 Posters week 22 les 4 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 687 tot 695 nuttige informatie 1 Handleiding 11 Kopieerbladen pagina 444: tangram 12 Huistaken huistaak 14: bladzijde 445 (vierhoeken tekenen)

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren

Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren 141 Eventjes herhalen : Wat is een homothetie? h (o,k) : Een homothetie met centrum o en factor k Het beeld van een punt Z door de homothetie met centrum O en factor

Nadere informatie

Soorten lijnen. Soorten rechten

Soorten lijnen. Soorten rechten Soorten lijnen ik zeg ik teken ik noteer ik weet een punt A A een rechte a a Een rechte heeft geen begin- en eindpunt. een halfrechte [A een halfrechte heeft B] een beginpunt of een eindpunt een lijnstuk

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Inhoud uitwerkingen

Hoofdstuk 6 Inhoud uitwerkingen Kern Prisma en cilinder a De inhoud is G h=,5 = 4,5cm. b Die inhoud is even groot. a De inhoud is G h= ( 4) 8 = 64 cm b Op iedere hoogte geldt dat de doorsnede van het rechte prisma dezelfde oppervlakte

Nadere informatie

Figuur 3 PYTHAGORAS SEPTEMBER 2016

Figuur 3 PYTHAGORAS SEPTEMBER 2016 In het juninummer zagen we hoe we met behulp van de piramidemethode en invarianten ruimtelijke figuren binnenstebuiten kunnen keren. Aan de invarianten stelden we voorwaarden, zoals dat alle vlakken zoveel

Nadere informatie

Op groot blad papier (verticaal of op plat vlak)

Op groot blad papier (verticaal of op plat vlak) OEFENING: TEKENEN IN SYMMETRIE MET BEIDE HANDEN GELIJKTIJDIG Op bord (verticaal) Op groot blad papier (verticaal of op plat vlak) L R L R Ik zie het anders OEFENING: SYMMETRIE L R Oefeningen voor kinderen

Nadere informatie

A. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen

A. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen A. Cooreman Ink ijke xe mp la ar MV 3D volume, constructies en problemen Leerjaar kk Groep 2 Remediëring 1 3 2 3 Naam: D/201/13280/ ISBN 9 7892 18 i.s.m 7 8 Klas: digitaal Legende iconen Leer dit vanbuiten.

Nadere informatie

Bedoeling: Doelen: Leerplandoelen wiskunde (VVKBaO):

Bedoeling: Doelen: Leerplandoelen wiskunde (VVKBaO): Bedoeling: De leerlingen lezen een artikel over Stromae, de bekende Belgische zanger. Ze ontdekken dat hij heel erg van wiskunde houdt. Daarna maken ze kennis met M.C. Escher en zijn kunstwerken. Ze ontdekken

Nadere informatie

handleiding passen en meten

handleiding passen en meten handleiding passen en meten inhoudsopgave inhoudsopgave 2 de grote lijn 3 bespreking per paragraaf 4 Applets 4 1 Vierhoeken 4 2 Met passer en geodriehoek 5 3 Tegelvloertjes 5 4 Onderzoek 5 tijdpad 6 materialen

Nadere informatie

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde . (D)

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde . (D) Junior Wiskunde Olympiade 2006-2007: tweede ronde 9 is gelijk aan (A) 3 (B) 3 (C) 9 (D) 3 9 (E) 2 Het kwadraat van 3+ + 3 is gelijk aan (A) 2 (B) 6 (C) 0 (D) 2 2 (E) 4 3 Welk van volgende figuren is het

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN

Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN 1 / 6 H2 Vlakke figuren Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN 1. Wat moet ik leren? (handboek p. 46-74) 2.1 Herkennen van vlakke figuren In verband met een veelhoek: a) een veelhoek op de juiste wijze benoemen.

Nadere informatie

Afsluitende Opdrachten

Afsluitende Opdrachten Afsluitende Opdrachten A Scheve lijnen We weten hoe we het perspectiefbeeld op het tafereel moeten tekenen van een horizontale lijn. Hoe zit dat als de lijn niet horizontaal is? Daarover gaat deze opdracht.

Nadere informatie

Werkblad Cabri Jr. Translaties

Werkblad Cabri Jr. Translaties Werkblad Cabri Jr. Translaties Doel Kennismaken met het begrip vector en het begrip translatie (verschuiving) en de eigenschappen van een figuur en het beeld daarvan bij een translatie. De vragen vooraf

Nadere informatie