Een klantgerichte bond



Vergelijkbare documenten
JAARPLAN 2016 EEN ZICHTBAAR FUNDAMENT

PROGRAMMA HANDBOOGCONGRES 3

Informatiebrochure voor verenigingen. Doe mee en word in 2013 ook aanbieder van Start Handboogsport!

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM

Sportweetje. Het Katwijkse. sportieve toekomst! naar een. Nieuws, trends en tips voor een gezond en sportief verenigingsleven

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Sportaanbiedersmonitor

Versterking. Visie & plan toekomst sportverenigingen in Nederland Professionalisering Positionering Samenwerking

Jaarplan Keuzes hebben consequenties.

Wat motiveert u in uw werk?

Conclusie. 1. Knelpunten, beleid en verwachtingen. 2. Sterke en minder sterke punten van de JBN. 3. Bekendheid met en beoordeling van projecten

Agendapunt 8.1 Jaarplan 2017

Frisbee Carrière Club voor elke stad, trainers voor elke club, jeugdteam voor elk kind. rafcelis.be

SportAanbiedersMonitor 2012

Startnotitie ontwikkeling visie 2017+

STRATEGISCH PLAN 2018+

Wat kunnen de programma's 'Sport, Bewegen in de Buurt' en 'Veilig Sportklimaat' voor uw vereniging betekenen? Peet Mercus en Jan Minkhorst, NOC*NSF

VERENIGINGSSCAN Resultaten

Visie TZ&PC Proteus TWELLOSE WATERKRACHT ZWEMPLEZIER EN -PRESTATIES VOOR IEDEREEN

Samenvatting F-Scan. Onderzoek naar de effectiviteit en efficiency van de kerntaken binnen NOC*NSF. April 2011

Inhoudsopgave. 2 Danique Beeks Student Advanced Business Creation Stage JH Business Promotions

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Kennisdocument 5: DE CAPACITEIT VAN EEN ORGANISATIE

Onderzoek naar de nieuwe vrijwilliger in de sport in Ommen en Hardenberg. Rapportage 31 mei 2017

Bowling alone without public trust

SV SLIKKERVEER OP NAAR HET 100-JARIG BESTAAN. Beleidsplan

Jaarplan 2015 NWWB. "WIJ" zijn de BOND en een ieder draagt daar aan bij... U toch ook!!!!

Effectief besturen: Onderzoek

Handleiding. Hoe gebruik je deze verenigingsbox?

Kwaliteit van Goed Werkgeverschap

Naar een veiliger sportklimaat

Namens de CDA fractie wil ik u graag het herziene initiatiefvoorstel Jeugdlintjes aanbieden.

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Intern MVO-management. Verbetering van motivatie, performance en integriteit

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting

NIVR Klanttevredenheidsonderzoek (2008)

Concordia Een vitale vereniging blijven... Tijd voor een nieuwe aanpak?

Evaluatie bestuursmodel, eindrapportage.

Kortom: Een schaatsvereniging is er dóór leden en vóór leden. De vereniging is intern gericht, waarbij de leden bepalen wat er gebeurt.

Toelichting Meerjarenbeleidsplan Donderdag 22 juni: 20:00u

Beleidsvisie BCNieuwerkerk

Jaarplan Nederlandse Floorball & Unihockey Bond

Intentieverklaring Eén platform voor dansend Nederland

Wissenraet & Van Spaendonck. Vergelijking resultaatmeting AKK co-innovatie-programma s. Toegevoegde waarde varkensvleesketens

12 Sportbeleidsstukken

Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan. Aan de Waterkant

Adviesopleiding voor Sportprofessionals

Benchmarkmodel. Bedrijf XYZ. eindresultaten klanten beleid. Analyse en leggen verbanden. Kwaliteit Tevredenheid Kosten. Waardering.

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3

Stichting jeugdijshockey Tilburg Trappers

Focusactiviteiten 2016

Clusterbijeenkomst najaar 2013

Beleidsplan 2012 t/m 2016

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid

Het transparanter en overzichtelijker maken van de markt van mobiele data oplossingen

Rapport onderzoek Afgevaardigden

Klantonderzoek: de laatste inzichten!

Algemene ledenvergadering. TiVoC

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak

2. Wat zijn per sector/doelgroep de algemene inzichten ten aanzien van de inhoud van de continuïteitsplannen?

Mijn stappenplan, jouw marketingplan

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!!

Jaarplan Bobslee

Samenvatting afstudeeronderzoek

Besturen met een visie

360 feedback assessment

Samen naar een gezonde omgeving

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid

Samenvatting, conclusies en discussie

Architecture Governance

INLEIDING. Namens het managementteam van de SPGH, Mirjam Diderich. Directeur. Hellendoorn 15 januari 2015

1. De Vereniging - in - Context- Scan Wijk-enquête De Issue-scan en Stakeholder-Krachtenanalyse Talentontwikkeling...

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Lenteopdracht Masterclass Eerstelijns Bestuurders 2019

Functieprofiel: Projectleider Functiecode: 0302

Meerjaren Beleidsplan DIO SAMEN STERK & SPORTIEF. Meerjarenbeleidsplan DIO 30 Druten 1 / 11

Notitie Kwaliteitsbevordering Arbitrage

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.

Gemeente Venlo Verenigingsondersteuning met marketingstrategie. Henri Elbersen Senior consulent verenigingsondersteuning

Stappenplan Social Return on Investment. Onderdeel van de Toolkit maatschappelijke business case ehealth

De NTTB. dat zijn wij SAMEN!

PROJECT VERENIGING VAN DE TOEKOMST KICK OFF MEETING 9 OKTOBER Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging

Samenvatting klanttevredenheidsonderzoek bij Kinderopvang Achtkarspelen

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

DVO op weg naar de top

Onderzoek POD en Sport

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Jaaractieplan sportparticipatie KNBB 2016

DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

Beleidsplan Jaardoelen 2017/18. Wilskracht houdt je in beweging. Beleidsplan

Toelichting Effectenanalyse wijkverpleegkundige niettoewijsbare

Test naam Marktgerichtheidsscan Datum Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige

Resultaten KlantTevredenheidsOnderzoek Alympus Personeelsadvies B.V.

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Raadsvoorstel Sportvisie

Hogere omzet met loyale klanten

Beleidsplan

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Samenvatting uit het Tevredenheidsonderzoek 2012 / 2013

Sjoelen, samen doen! Jaarplan november 2005 Els Haverkort Bondsbestuur.

Transcriptie:

NEDERLANDSE HANDBOOGBOND Een klantgerichte bond Naam: Arno Hovenga Studentnummer: 0845091 Klas: SMM4E Opleiding: Commerciële Economie: SportMarketing & Management Instituut: Hogeschool Rotterdam Studiejaar: 2014-2015

NEDERLANDSE HANDBOOGBOND Een klantgerichte bond Naam: Arno Hovenga Studentnummer: 0845091 Klas: SMM4E Opleiding: Commerciële Economie: SportMarketing & Management Instituut: Hogeschool Rotterdam Studiejaar: 2014-2015 Afstudeerbegeleider: Mevr. Patricia van der Hoeven Afstudeerbedrijf: Nederlandse Handboog Bond Bedrijfsbegeleiders: Dhr. Maurice Wolters Dhr. Paul ten Hag Datum: September, 2014

Voorwoord Geachte lezer, Deze scriptie is geschreven in opdracht van de Nederlandse Handboog Bond. De handboogsport is in Nederland een kleine sport, maar waarin wel internationaal succes geboekt wordt. Het meest aansprekende resultaat van de afgelopen jaren is de vierde plaats van Rick van der Ven tijdens de Olympische Spelen van 2012 in Londen. Het optreden van de jonge Rick van der Ven was mijn eerste kennismaking met de sport. De aanleiding voor deze scriptie is de ambitie van de Nederlandse Handboog Bond om klantgerichter te worden. De twee doelstellingen die daaraan verbonden zijn, hebben betrekking op ledentevredenheid en de sterkte van de verenigingen. Deze doelstellingen worden getoetst en eventuele beleidsveranderingen aangedragen. De benodigde informatie die nodig is geweest voor het beantwoorden van de vragen, komen uit enquêtes met de leden van de bond en de besturen van de aangesloten handboogverenigingen. Ook zijn er interviews gehouden met personen uit de organisatie van de Nederlandse Handboog Bond. Daarnaast zijn andere sportbonden betrokken bij het onderzoek. Ik wil graag de volgende personen bedanken: meneer Ten Hag en meneer Wolters voor de betrokken begeleiding gedurende het gehele traject, mevrouw Van der Hoeven voor de begeleiding vanuit de Hogeschool Rotterdam, alle medewerkers van het bondsbureau voor de steun en informatie tijdens mijn werk, meneer Schaap, mevrouw Stevens en meneer Versteeg voor de interviews en meneer La Riviere en mevrouw Schultz voor de kennis vanuit andere sportbonden. Rosmalen, september 2014 Arno Hovenga

Samenvatting Uit een onderzoek van het Algemeen Dagblad dit voorjaar onder de Nederlandse sportbonden blijkt dat de sportbonden er slecht voorstaan. De inkomsten van de Nederlandse Handboog Bond (NHB) staan onder druk, ondanks de ledenstijging in de afgelopen jaren. Om de ledenstijging vast te houden en als organisatie gezond te blijven, heeft de Nederlandse Handboog Bond zich als doel gesteld om te groeien in kwaliteit, in samenwerking en in bekendheid. Dit dient onder andere bereikt te worden door de leden langer te binden door de tevredenheid van de leden te verhogen en de verenigingen te versterken. Dit rapport doet onderzoek naar de voortgang en eventuele verbeteringen op dit terrein. De Nederlandse Handboog Bond heeft zes criteria opgesteld voor een sterke vereniging: kader, beleid, sportaanbod, organisatie, accommodatie en samenwerken. Naast deze criteria wordt ook gesteld dat een sterke vereniging minimaal 50 leden heeft of een samenwerking met een andere vereniging waardoor dit aantal behaald wordt. Het doel is om in 2016 minimaal 70% van de verenigingen als sterk te typeren. Vooraf aan het onderzoek was onbekend hoe sterk de verenigingen waren. De Nederlandse Handboog Bond heeft daarnaast de ambitie ontwikkeld dat in 2016 minstens 70% van de leden de toegevoegde waarde van de bond waardeert met een 7 op een schaal van 10. Ook is de tevredenheid over de toegevoegde waarde vooraf aan het onderzoek nog niet vastgesteld. Het onderzoek beantwoordt de volgende onderzoeksvraag: Wat is het effect van het huidige beleid van de Nederlandse Handboog Bond met betrekking tot de doelstellingen sterke verenigingen en tevredenheid en in hoeverre dient dit beleid aangepast te worden, zodat het bedieningsconcept beter aansluit bij de wensen van zowel de verenigingen als de schutters? De eisen voor een sterke vereniging zijn uitgewerkt in kritische service factoren (KSF), gebaseerd op het SPLISS-model. De doelstelling met betrekking tot Sterke verenigingen is: Het vergroten van het aantal sterke verenigingen. In 2016 kwalificeert minimaal 70% van de NHB verenigingen zich als sterk. De doelstelling voor tevredenheid is als volgt: In 2016 waardeert minstens 70% van de leden de toegevoegde waarde van de NHB (ledenservice/ondersteuning, opleidingen, competitie, topsport en communicatie) met tenminste een 7 op een schaal van 10. Deze doelstelling is gemeten aan de hand van een tevredenheidsonderzoek onder de leden. Het bedieningsconcept kan in vier onderdelen verdeeld worden: producten, diensten, advies en standpunten. Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden zijn vier deelvragen geformuleerd: 1. Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? 2. Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? 3. Hoe sterk zijn de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond anno 2014 en wat zijn de wensen en behoeften om zich te ontwikkelen tot sterke verenigingen? 4. Wat zijn de ervaringen van de leden met betrekking tot het bedieningsconcept en op welke punten komen de verwachtingen niet overeen met de ervaringen? De deelvragen zijn beantwoord door middel van deskresearch, twee enquêtes en verscheidende interviews. Aan de verenigingsscan, de enquête onder verenigingen, hebben 110 van de 234 verenigingen deelgenomen. Aan de ledenenquête namen 814 van de in totaal 8.739 leden deel. Tijdens het onderzoek zijn er interviews gehouden met drie medewerkers van het bondsbureau, drie (regionale) bestuurders en twee andere sportbonden. Ten eerste wordt de huidige situatie geschetst. Hierbij is het uitgangspunt het bedieningsconcept. Dit is gebaseerd op de interviews met betrokkenen bij de Nederlandse Handboog Bond. Daarom dienen

de uitkomsten beschouwd te worden als aannames, welke bevestigd moeten worden door de enquêtes met de leden en verenigingen. Uit de interviews met betrokkenen blijkt dat het aantal producten en diensten niet uitgebreid hoeft te worden. Aangenomen wordt dat het aanbod beter gecommuniceerd dient te worden; er wordt verwacht dat de leden te weinig op de hoogte zijn van het aanbod. De communicatie van de Nederlandse Handboog Bond naar zijn verenigingen en leden bestaat uit de mediakanalen als de website, de digitale nieuwsbrief, de bondsblad en de social media. De Nederlandse Handboog Bond levert op vragen een advies, maar de informatie daarvoor is niet altijd intern aanwezig. Indien dat het geval is, wordt de informatie extern gezocht. Veel handboogspecifieke kennis is niet aanwezig op het bondsbureau, maar in de commissies. De commissies zijn ondersteunend aan of het bondsbestuur of het bondsbureau. In deze commissies zitten bondsbureaumedewerkers, maar ook rayonbestuurders of onafhankelijke leden. Deze commissies reageren traag en staan ver weg van de leden. De aanname wordt verder gemaakt dat voor sommige leden de bond niet nodig is en dat de bond te ver van de leden af staat. De kritiek is dat de bond er niet voor alle disciplines is en te veel de nadruk legt op topsport. In de benchmark wordt gekeken naar wat er geleerd kan worden van vergelijkbare sportbonden. De gebenchmarkte bonden zijn de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond, de Nederlandse Bowling Federatie en de Nederlandse Triathlon Bond. Uit de vergelijking met de andere bonden blijkt het bondsblad, mits het goed ingevuld wordt, een sterk punt van de Nederlandse Handboog Bond is. Om leden en verenigingen meer te betrekken bij de bond, hebben de andere bonden een mogelijkheid voor leden en verenigingen om inspraak uit te oefenen op het beleid van de bond. Dit door middel van een panel met een afspiegeling van de leden of door regionale bijeenkomsten. De Nederlandse Handboog Bond loopt achter op de gestelde doelen. In 2014 zou 50% van de verenigingen de verenigingsscan moeten invullen en 30% gekwalificeerd zijn als sterk. De respons is blijven steken op 47%, dus onder het doel. Vooral de randvoorwaardelijke eis voor een sterke vereniging van minimaal 50 leden is een struikelblok. Maar 25% van alle verenigingen halen deze eis. Uit de verenigingsscan blijkt dat de verenigingen met meer dan 50 leden hoger scoren, dit is een reden om te blijven streven naar minimaal 50 leden. Belangrijke conclusie uit de wensen en behoeften is dat de verenigingen onbekend zijn met de ondersteuning vanuit de Nederlandse Handboog Bond. De hypotheses uit de interviews worden bevestigd. Dat er behoefte is aan meer aandacht, zichtbaarheid en duidelijkheid vanuit de bond richting de verenigingen over wat de verenigingen kunnen verwachten en wat er aan ondersteuning mogelijk is. De doelstelling met betrekking tot de ledentevredenheid is bijna behaald. Uit de ledenenquête blijkt dat 68% van de leden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond met tenminste een 7 waardeert. Dat is 2% onder het doel van 70% dat behaalt moet zijn in 2016. Barebow, traditioneel en 3D scoren significant lager dan de rest. Deze leden voelen zich achtergesteld; dit werd al aangenomen in de eerder gevoerde enquêtes. Er worden geen concrete producten of diensten gemist in het huidige aanbod, wel zouden de huidige producten en diensten verbeterd kunnen worden. Duidelijkheid en zichtbaarheid zijn daarbij de kernwoorden. Een voorbeeld is de website en met name de structuur ervan. Bij veel leden is er behoefte aan aandacht, aan persoonlijk of direct contact vanuit de bond. Veel leden hebben nog nooit contact gehad met de bond en ze zien het nut van de bond niet. Uit de resultaten komen de volgende aanbevelingen: verbeteren van de huidige communicatie, een online panel opstarten en regiobijeenkomsten organiseren. De huidige communicatie wordt als knelpunt ervaren. Vooral de website is niet duidelijk en overzichtelijk genoeg. Daarom is er al een nieuwe website online, deze dient wel gevonden en geëvalueerd te worden. De Nederlandse Handboog Bond moet een online panel starten, met daarin een afspiegeling van de leden. Dit panel wordt regelmatig naar de mening gevraagd. Doordat het panel werkt als adviserend orgaan, creëert

het panel draagvlak onder de leden voor de beslissingen van de Nederlandse Handboog Bond. Om de verenigingen meer te bezoeken, zonder de verenigingen individueel af te gaan, moet de Nederlandse Handboog Bond regiobijeenkomsten gaan organiseren. Tijdens de bijeenkomsten wordt nieuws vanuit de bond verteld, er wordt ondersteuning aangeboden, het belang van bepaalde documenten als een opleidingsplan wordt toegelicht en er is ruimte voor best practices van handboogverenigingen. Voor de kritische service factoren waarop gemiddeld laag gescoord worden, dienen concrete documenten ontwikkeld te worden. Slecht scorende kritische service factoren Het bestuur neemt jaarlijks deel aan een relevant congres De vereniging beschikt over een beleidsdocument De vereniging beschikt over een wervingsplan voor vrijwilligers De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het bestuur De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het sporttechnisch kader De vereniging beschikt over een wervingsplan voor het sporttechnisch kader Concrete documenten bij de lage kritische service factoren Overzicht relevante congressen voor verenigingsbesturen Stappenplan opstellen beleidsdocument voor handboogverenigingen Voorbeeld wervingsplan voor vrijwilligers Voorbeeld opleidingsplan voor sporttechnisch kader en bestuur Voorbeeld wervingsplan sporttechnisch kader De totale kosten voor deze aanbevelingen worden geschat op 10.341,20 voor het eerste opstartjaar, waarna de jaarlijkse kosten 8.469,69 zullen bedragen. In het gemiddelde scenario levert dat 2% minder afmeldingen per jaar op, namelijk 33 leden minder per jaar. Daarnaast zullen gemiddeld bij 40 verenigingen 5 leden extra aanmelden. Hierdoor zullen de baten starten met 12.815 per jaar en lineair toenemen met dat bedrag. Hierdoor is er een winst in het eerste jaar van 2.473,80.

Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 10

Inhoudsopgave Voorwoord...4 Samenvatting...7 Inhoudsopgave... 11 Inleiding... 13 1. Interne analyse... 15 1.1. 7S-model... 15 1.2. Marketing audit... 16 2. Externe analyse... 17 2.1. Meso-analyse... 17 2.2. Macro-analyse... 18 3. Vraagstelling... 20 3.1. Aanleiding... 20 3.2. Historie vraagstuk... 21 3.3. Doelstelling... 21 3.4. Vraagstelling... 22 4. Theoretisch kader... 23 4.1. Abell-model... 23 4.2. Benchmark... 23 4.3. SPLISS-Model... 24 4.4. Klanttevredenheid... 24 5. Methodologie... 27 5.1. Onderzoeksopzet... 27 5.2. Validiteit en betrouwbaarheid... 29 6. Huidig Bedieningsconcept... 31 6.1. Producten... 31 6.2. Diensten... 32 6.3. Advies... 32 6.4. Standpunten... 33 6.5. Conclusie... 33 7. Benchmark... 35 7.1. Planfase... 35 7.2. Zoekfase... 35 7.3. Observatiefase... 35 7.4. Analysefase... 37 Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 11

7.5. Conclusie... 37 8. Sterke Verenigingen... 38 8.1. Verantwoording verenigingsscan... 38 8.2. Resultaten verenigingsscan... 39 8.3. Wensen en behoeften... 41 8.4. Conclusie... 42 9. Tevredenheid... 43 9.1. Verantwoording enquête... 43 9.2. Resultaten enquête... 43 9.3. Wensen en behoeften... 45 9.4. Conclusie... 46 10. Eindconclusie... 47 10.1. Hoofdconclusie... 47 11. Aanbevelingen... 49 11.1. Strategie... 49 11.2. Nieuwe bedieningsconcept... 50 12. Implementatie... 52 12.1. Marketingmix... 52 12.2. Actieplanning... 56 12.3. Kosten... 60 12.4. baten... 60 12.5. Monitoring... 62 13. Verder onderzoek... 63 13.1. Gedifferentieerd lidmaatschap... 63 13.2. Benchmarking... 63 13.3. Opmerkelijke resultaten... 63 14. Literatuurlijst... 65 Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 12

Inleiding Het gaat slecht met de Nederlandse sportbonden. Ze kampen met dalende ledenaantallen en sponsorinkomsten. 65 procent zit zonder hoofdsponsor, 80 procent heeft recent personeel moeten ontslaan. (AD, 09-04-2014) Uit een onderzoek van het Algemeen Dagblad dit voorjaar onder de Nederlandse sportbonden, blijkt dat de sportbonden er slecht voorstaan. Ook de inkomsten van de Nederlandse Handboog Bond (NHB) staan onder druk, ondanks de ledenstijging in de afgelopen jaren. Om de ledenstijging vast te houden en als organisatie gezond te blijven, heeft de Nederlandse Handboog Bond zich ten doel gesteld om te groeien in kwaliteit, in samenwerking en in bekendheid. Dit dient onder andere bereikt te worden door de leden langer te binden, door de tevredenheid van de leden te verhogen en de verenigingen te versterken. Dit rapport doet onderzoek naar de voortgang en eventuele verbeteringen op dit terrein. De doelstellingen van de Nederlandse Handboog Bond zijn dat in 2016 70% van de verenigingen gekwalificeerd zijn als sterk en dat 70% van de leden de toegevoegde waarde van de bond waarderen met tenminste een 7. De onderzoeksvraag die hieruit afgeleid is, is als volgt: Wat is het effect van het huidige beleid van de Nederlandse Handboog Bond met betrekking tot de doelstellingen Sterke verenigingen en Tevredenheid en in hoeverre dient dit beleid aangepast te worden zodat het bedieningsconcept beter aansluit bij de wensen van zowel de verenigingen als de schutters? Deze onderzoeksvraag zal beantwoord worden aan de hand van de volgende vier deelvragen: 1. Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? 2. Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? 3. Hoe sterk zijn de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond anno 2014 en wat zijn de wensen en behoeften om zich te ontwikkelen tot sterke verenigingen? 4. Wat zijn de ervaringen van de leden met betrekking tot het bedieningsconcept en op welke punten komen de verwachtingen niet overeen met de ervaringen? Onderzoeksmethoden die zijn toegepast in dit onderzoek, zijn onder meer een enquête onder de leden van de Nederlandse Handboog Bond en een enquête onder de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond. Ook zijn er interviews gehouden met medewerkers van de bond en diverse bestuurslagen. Daarnaast zijn er interviews gevoerd met twee andere sportbonden. Allereerst wordt de omgeving van de Nederlandse Handboog Bond zowel intern als extern beschreven. Uit de omgevingsanalyse volgt de vraagstelling. In het hoofdstuk Theoretisch Kader wordt uitgewerkt welke theorie met de vraagstelling samenhangt. De methode van beantwoording van de vraagstelling is te vinden in het hoofdstuk Methodologie, alvorens het onderzoek uitgevoerd wordt. De resultaten van het onderzoek worden geordend aan de hand van de deelvragen. Begonnen wordt met het schetsen van de huidige situatie, waarna deze vergeleken wordt met andere vergelijkbare sportbonden. In de hoofdstukken Sterke Verenigingen en Tevredenheid komen de resultaten van de enquêtes aan bod, in deze hoofdstukken worden ook de doelstellingen gemeten. Uit de resultaten van het onderzoek volgt de eindconclusie, die leidt tot de aanbevelingen. Deze aanbevelingen worden verder organisatorisch en financieel uitgewerkt in de implementatie. Hierna wordt er aandacht besteed aan wat verder onderzocht zou kunnen worden en er wordt afgesloten met de literatuurlijst. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 13

Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 14

1. Interne analyse Aangevangen wordt met een interne analyse van de Nederlandse Handboog Bond. Voor de interne analyse wordt het 7S-model toegepast. Tevens wordt een marketing audit uitgevoerd voor de Nederlandse Handboog Bond om een globaal inzicht te geven in het huidige bedieningsconcept. Binnen de interne analyse van de Nederlandse Handboog Bond zijn de financiële prestaties van ondergeschikt belang, de Nederlandse Handboog Bond is namelijk als non-profit organisatie niet gericht op winst. De Nederlandse Handboog Bond dient wel financieel gezond te zijn. 1.1. 7S-model Het 7S-model (Peters, Waterman, & Pascale, 1980) wordt toegepast om de kwaliteit van de organisatie te toetsen. Dit model is relevant, want het kent concrete toetsbare aspecten, maar ook gevoelsmatige aspecten. De onderdelen van het 7S-Model zijn: Systemen (Systems): Omvat alle procedures/werkwijzen/systemen (werkzaamheden). Gedeelde waarden (Shared values): De algemene bedrijfsopvatting. Strategie (Strategy): De lange termijn doelstellingen en de bijbehorende strategie. Sleutelvaardigheden (Skills): De onderscheidende vaardigheden/competenties van de NHB. Structuur (Structure): De manier waarop de organisatie is georganiseerd. Managementstijl (Style): De wijze van leiderschap en de omgang met het personeel. Personeel (Staff): De medewerkers en alles wat hier bij hoort. De Nederlandse Handboog Bond is als nationale sportbond lid van het NOC*NSF en de internationale handboogsportbond World Archery. De geschiedenis van de handboogsport is uitgewerkt in bijlage 1. De handboogsport is een relatief kleine sport in Nederland. Op dit moment zijn er tegen de 10.000 leden verdeeld over 238 verenigingen (Onze Relaties, 2014). De handboogverenigingen zijn verdeeld over vier rayons. De organisatie wordt aangestuurd vanuit het bondsbureau in Rosmalen. Het bestuur houdt toezicht op het bondsbureau. Indien er nieuwe beleidsvoorstellen zijn, dienen die voorstellen voor goedkeuring door de bondsraad. Het bestuursmodel van de Nederlandse Handboog Bond is weergegeven in bijlage 2. Uit het organogram van het bondsbureau, zie bijlage 3 (NHB-B, 2014), wordt onder meer duidelijk dat er 6,3 FTE werken op het bondsbureau. De medewerkers van het bondsbureau worden gekenmerkt door parttimers. Op het bondsbureau werken namelijk, inclusief de directeur, negen personen, waarvan één fulltime. Het bondsbureau beslaat twee divisies: breedte- en topsport. Beide divisies worden ondersteund door administratie, ledenservice, secretariaat, opleiding, sportparticipatie en communicatie (NHB-C, 2014). De taken van het bondsbureau zijn schematisch weergegeven in bijlage 4 en concreet uitgewerkt in bijlage 5. Zowel het bondsbestuur als het bondsbureau worden ondersteund door diverse commissies. De commissiestructuur is weergegeven in bijlage 6. De aanwezigheid van relevante competenties bij de medewerkers zijn een belangrijke voorwaarde om als organisatie goed te presteren. Bij de Nederlandse Handboog Bond zijn voornamelijk medewerkers aanwezig met ervaring in hun vakgebied. De organisatie beschikt ook over medewerkers die beschikken over vaardigheden in diverse disciplines (NHB-B, 2014). Zo is de heer Ten Hag, directeur van het bondsbureau, voormalig directeur van Nike Europe en heeft de heer Wolters, manager breedtesport, in vele functies sportbonden ondersteund op het gebied van (sport)bestuur-, beleid- en organisatieadvies, projectleiding en interim-management. Mevrouw De Bruin, projectmanager, heeft in het verleden voor diverse andere sportbonden gewerkt en neemt technisch Directeur Ralf van der Rijst - als oud topschaatser - de ervaring van een topsporter mee. Er is dus sprake van een multidisciplinair team met aanzienlijke ervaring op het gebied van werken met en voor sportbonden. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 15

De missie van de Nederlandse Handboog Bond luidt als volgt: De NHB bevordert op actieve wijze de duurzame ontwikkeling van de handboogsport, geeft mensen plezier in de handboogsport en stimuleert daarin alle betrokken/samenwerkende partijen. De NHB is de autoriteit (in de handboogsport) voor competitie, kaderopleiding, accommodatie en topsport. (NHB, 2013). Uit deze missie blijkt dat de NHB de overkoepelende organisatie is van de sport. De bond werkt actief aan groei, maar dit moet op een gezonde manier waarbij de leden van de bond plezier hebben. Om dit doel te bereiken werkt de bond nauw samen met verenigingen en andere partijen. Dat de Nederlandse Handboog Bond de autoriteit is, betekent dat ze over het erkend gezag genieten (NHB, 2013). De organisatiedoelstellingen voor 2016 hebben betrekking op sterkere verenigingen (70% van de verenigingen sterk), ledentevredenheid (70% van de leden waardeert de NHB met een 7), een sportief imago en topsport (structureel in de top 5 bij internationale toernooien voor jeugd en senioren). De waarden van de organisatie zeggen iets over de cultuur. Binnen de NHB heerst een heel informele cultuur, waarbij iedereen gelijk is (NHB, 2013). De opgestelde waarden en normen zijn als volgt: 1. De NHB handelt in openheid en is transparant 2. De NHB borgt sociale veiligheid in de omgeving van mensen 3. De NHB is vraag gestuurd en klantgericht in haar dienstverlening. 1.2. Marketing audit Een marketing audit is een evaluatie van het huidige gevoerde marketing beleid. Welke segmentatie vindt er plaats, welke doelgroepen zijn er geformuleerd en welke positionering vloeit daaruit voort? Allereerst wordt de markt opgedeeld in segmenten. De (potentiële) afnemers worden gegroepeerd op basis van overeenkomstige eigenschappen. Hierdoor kunnen verschillende groepen afnemers effectiever benaderd worden. De segmentatie die de Nederlandse Handboog Bond maakt, is op basis van de rechtspersoon, oftewel is het een persoon of is het een vereniging. Vanuit de verschillende segmenten ontstaan de doelgroepen. Een doelgroep is een groep waarop gericht wordt. De meest aantrekkelijke segmenten vormen de doelgroepen. De focus van de Nederlandse Handboog Bond in de dienstverlening ligt op de doelgroepen actieve leden en actieve verenigingen (NHB, 2013). Dit zijn de afnemersgroepen die bediend worden. De verenigingen zijn verantwoordelijk voor de actieve werving van nieuwe leden. De bond levert materiaal en informatie waar de vereniging gebruik van kan maken. Vanuit de doelgroepen wordt de positionering gekozen. De positionering draait om de perceptie die de organisatie wil creëren in het hoofd van de doelgroep (Verhage, 2011). De Nederlandse Handboog Bond positioneert zich als de autoriteit binnen de handboogsport, met als doel dat mensen de handboogsport met plezier kunnen bedrijven. De positionering komt tot uiting in de marketing mix, welke bestaat uit vier p s, product, promotie, plaats en prijs. Het belangrijkste product van de Nederlandse Handboog Bond zijn de competities. Het voorname doel van de promotie is het realiseren van een sportimago. Dit wordt gepromoot door middel van nationale en internationale (top)sportevenementen, digitale promotieplatforms, geprinte promotie en introductiecursussen. De plaats is het bondsbureau en de prijs is de contributie van 55 euro, welke kostengeörienteerd is. De marktingmix is verder uitgewerkt in bijlage 7. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 16

2. Externe analyse De externe analyse wordt opgesplitst in de meso- en macro-analyse. De meso-omgeving heeft betrekking tot de directe omgeving van de bond, deze omgeving wordt ook als beheersbaar beschouwd. De macro-omgeving heeft wel invloed op het functioneren van de bond, maar de bond kan er geen invloed op uitoefenen. 2.1. Meso-analyse De meso-analyse wordt uitgevoerd aan de hand van een afnemersanalyse, een bedrijfstakanalyse en een concurrentieanalyse. Hierdoor ontstaat een goed beeld van de directe externe omgeving. 2.1.1. Afnemersanalyse Over het hele jaar 2013 zijn er 9542 mensen lid geweest. In tabel 1 is tevens het overzicht van het verschil in aantal aan- en afmeldingen sinds 2009 (Onze Relaties, 2014). Hieruit kan geconcludeerd worden dat er na enkele jaren van neergang weer sprake is van een stijging in het aantal leden. Aandachtspunt wel is dat er ondanks de groei het aantal afmeldingen blijft stijgen. Jaar Leden Aanmeldingen Afmeldingen Netto Procentueel 2013 9542 1893 1632 261 2,74% 2012 9188 1612 1539 73 0,79% 2011 9159 1265 1583-318 -3,47% 2010 9501 1382 1607-225 -2,37% 2009 9684 1521 1565-44 -0,45% Tabel 2.1, ledenaantal (Onze Relaties, 2014) De leeftijdsopbouw van de leden van de Nederlandse Handboog Bond wijkt af ten opzicht van vele andere sportbonden. Het overgrote deel van de Nederlandse sportbonden hebben te maken met het skihelling model, welke in figuur 7 van bijlage 8 te zien is (NOC*NSF-A, 2012). Hier is een piek in de leeftijdsgroep 9-12 jaar. Bij de handboogsport is die piek iets later: bij 12-16 jaar. Daarnaast is er ook nog een stijging bij de leeftijd vanaf 45 jaar. Hierdoor ontstaat een verdeling met twee bulten, zoals te zien is in figuur 9, bijlage 8 (Onze Relaties, 2014). Deze tweede bult kent een veel langzamer verloop, wat erop wijst dat deze leeftijdsgroep langer lid blijft. Tabel 2 in bijlage 9 geeft het aantal leden en verenigingen per regio en rayon aan. Ook kan het gemiddelde aantal leden per vereniging per regio en rayon afgelezen worden (Onze Relaties, 2014). Hieruit kan de conclusie getrokken worden dat er in Zuid-Nederland de meeste verenigingen zijn en dus ook de geografisch kleinere regio s en rayons. Opvallend is dat in dat gebied meer verenigingen zijn, maar niet meer leden. Uit de gemiddelden per vereniging blijkt dat er in Noord- en West-Nederland weliswaar minder verenigingen zijn, maar de verenigingen zijn over het algemeen groter. Tevens blijkt dat de meeste afmeldingen al binnen de eerste twee jaar van de nieuwe lidmaatschappen plaatsvinden. De helft van de afmeldingen vindt zelfs plaats binnen de eerste drie jaar. Figuur 2.1, overzicht rayons en regio s Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 17

2.1.2. Bedrijfstakanalyse De Nederlandse Handboog Bond valt als sportbond in de bedrijfstak georganiseerde sport. De omvang van de georganiseerde sport in Nederland is in 2012 de 75 bonden die onder het NOC*NSF vallen. Onder de bonden vallen 29.000 verenigingen en in totaal zijn 4,84 miljoen sporters lid van een vereniging of bond. Ten opzichte van 2011 was dat een groei van 0,4%, wat staat voor ruim 19.000 extra leden. De groei in 2012 was wel onder gemiddeld, omdat de gemiddelde groei per jaar 1,0% is (NOC*NSF-B, 2012). 2.1.3. Concurrentieanalyse De concurrentieanalyse wordt uitgevoerd aan de hand van de vier concurrentieniveaus (Verhage, 2011): merkenconcurrentie (hetzelfde type product), productconcurrentie (verschillende typen product), generieke concurrentie (alternatieve productgroepen) en behoefteconcurrentie (verschillenden soorten behoeften). Het model is terug te vinden in bijlage 10. Er zijn in Nederland drie concurrenten op merkniveau te onderscheiden, namelijk de stichtingen: Noord Nederlandse Handboog Federatie (NNHF), Gezellig Samenzijn en Handboogsport Midden Brabant. Het aantal aangesloten verenigingen per stichting is: 20 (NNHF, 2014), 26 (Gezellig Samenzijn, 2013) en 28 (Handboogsport Midden Brabant, 2014). Deze organisaties kenmerken zich door een laag contributietarief, gerealiseerd door zonder betaalde krachten te werken. Deze organisaties zijn niet aangesloten bij het NOC*NSF en kennen geen topsporttak. De leden van deze bonden vinden de contributie van de Nederlandse Handboog Bond te hoog. Deze personen vinden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond geen 55 euro per jaar waard (NHB, 2012). Het gaat vaak om schutters die recreatief schieten en het niet als wedstrijdsport beoefenen. Zij maken daarom geen of weinig gebruik van de diensten van de bond. Dit is een discussie omtrent de contributie en de prijsstrategie. Tegelijk met dit onderzoek wordt er door de Nederlandse Handboog Bond onderzocht of gedifferentieerd lidmaatschap mogelijk is, met aparte prijsniveaus voor verschillende type leden (NHB-H, 2014). Omdat de uitslag van het onderzoek naar de mogelijke prijsdifferentiatie nog onbekend is, wordt er in dit onderzoek uitgegaan van een gelijkblijvende prijs. Onder de generieke concurrenten vallen de andere 74 sportbonden in Nederland. Andere sporten zijn andere producten, maar de behoefte sporten blijft gelijk (NOC*NSF, 2014). In plaats van te sporten, zou er ook gekozen worden voor een andere dagbesteding, zoals tuinieren of een film kijken. Deze activiteiten zijn talrijk en vallen onder behoefteconcurrentie. In het verdere onderzoek, bij de benchmark in hoofdstuk 5.1 Onderzoeksopzet, wordt toegelicht dat gebenchmarkt wordt op basis van generieke concurrentie. 2.2. Macro-analyse De macro-analyse wordt uitgevoerd aan de hand van de DESTEP-methode, welke inzicht geeft in de omgeving waar de bond in opereert. Alleen de relevante factoren voor dit vraagstuk worden geanalyseerd (Verhage, 2011). De demografische trends die te herkennen zijn, zijn vergrijzing en ontgroening. In de komende jaren neemt het aantal 65+ ers sterk toe (CBS, 2013). Voor de Nederlandse Handboog Bond is dat een kans, omdat handboogschieten een sport is met een opleving rond de leeftijdscategorie 45+. Deze groep houdt de interesse voor handboogschieten vaak ook lang vast. Dit blijkt uit de afnemersanalyse 2.1.1. Jan Driessen heeft 14 januari jongstleden zijn zorgen geuit over de toekomst van sponsoring in de sport (Driessen, 2013). Grote sponsoren trekken zich terug uit de sport en verplaatsen de focus naar maatschappelijke projecten. Bedrijven verliezen het vertrouwen van de consument en de sponsoren Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 18

hebben geen vanzelfsprekend gezag meer. Daarom wordt er geprefereerd om te investeren in betere service en meer contact. Sponsoren zijn daarom meer op zoek naar duurzame sponsoring. Daarnaast zijn veel sportorganisaties niet meer ontastbaar. Mede door het internet en de daarmee gekomen transparantie komen interne problemen bij sportieve organisaties naar boven. Voorbeelden hiervan zijn onbekwaam bestuur, megasalarissen, doping, matchfixing en omkoping. Vanuit het sociaal culturele aspect is de individualisering van de maatschappij interessant. Vanuit het opkomende hedonisme, dat lijnrecht op het traditionele calvinisme staat, ontstaat de drang naar zelfverrijking en verliest men de interesse naar de omgeving (CBS, 2012). Dit sluit ook aan bij het feit dat juist de individuele sporten aan leden winnen. Aan de andere kant: dit heeft ook als gevolg dat het werven van vrijwilligers lastiger wordt. Aansluitend hierop is consumentisme. Verondersteld wordt dat leden van verenigingen zich steeds meer gaan gedragen als consumenten. Het gevolg hiervan is dat de vereniging steeds makkelijker wordt ingeruild voor een andere vereniging of commerciële sportaanbieder (Bottenburg, 2013). De eigenschappen van een consument als verenigingslid worden geschetst als (Roest, 2013): Onafhankelijk: men wil zelf het moment, de lengte en de inhoud van de activiteit bepalen, waarbij geen rekening gehouden hoeft te worden met de wensen en belangen van anderen. Verantwoordelijkheid: men wil geen verplichtingen hebben om activiteiten als vrijwilligerswerk naast de sportactiviteiten uit te voeren. Sociaal: er is geen behoefte aan contact met andere mensen bij de sportaanbieder; men komt bij de sportaanbieder enkel om te sporten. Kwaliteit: de kwaliteit van het sportaanbod bepaalt of de activiteiten bij een bepaalde sportaanbieder voort wordt gezet. Exit: indien men ontevreden is over de gang van zaken binnen een sportaanbieder of als de sportaanbieder niet aan de verwachtingen voldoet, vertrekt men. Als oplossing hiervoor dient de vereniging de leden ook meer als consument te benaderen en meer in te spelen op de behoeften en wensen van de leden. Er is ook een verhoogde interesse voor de handboog opgemerkt in tv-series en films. Opvallend is dat de tv-serie Arrow gevormd is rond een superheld met een handboog als wapen, maar ook in de Disney/Pixar animatiefilm Brave en in de driedelige verfilming van de boekenserie Hunger Games staat de handboog als wapen centraal. Het gemiddelde kijkcijferaantal van Arrow in Amerika is 3,68 miljoen (Deadline, 2013). De opbrengsten van de films zijn in tabel 2.2 weergegeven. Een wetenschappelijke correlatie tussen deze tv-series en films en de groei van de handboogsport is niet bewezen, maar de internationale groei en het succes van deze tv-series en films is opvallend. Film Brave Hunger Games: Deel 1 Hunger Games: Deel 2 Opbrengsten (miljoen) $ 535,00 $ 691,00 $ 863,00 Tabel 2.2, opbrengsten handboogfilms (Box Office, 2014) Naar aanleiding van de vele excessen op de sportvelden heeft het Ministerie van Veiligheid en Justitie in 2011 de aanzet gegeven tot de ontwikkeling van het actieplan Naar een veiliger sportklimaat. Het actieplan heeft als doel een veiliger sportklimaat te creëren, zodat iedereen met plezier kan sporten zonder gehinderd te worden door intimidatie of geweld. Het NOC*NSF en de sportbonden geven uitvoering aan dit plan, waar tot en met 2016 zeven miljoen per jaar voor beschikbaar gesteld is (Ministerie van VWS, 2011). Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 19

3. Vraagstelling Nadat in het vorige hoofdstuk de omgeving is geschetst, wordt in dit hoofdstuk het vraagstuk ingekaderd. Eerst wordt de aanleiding van het vraagstuk besproken en daarna wordt behandeld wat er al is gedaan aan het vraagstuk. Dit zodat daarna de vraagstelling beschreven kan worden, met de daarbij horende onderzoeksvraag en deelvragen. De betrokken partijen en hun belangen bij het resultaat worden geschetst in een actorenmodel, dat te vinden is in bijlage 13. 3.1. Aanleiding Het NOC*NSF heeft in de Sportagenda 2016 de ambitie uitgesproken om in 2016 een sportparticipatie te realiseren van 75% in Nederland. Dit gaat over een minimum van 12 keer per jaar sporten. Nu ligt de sportparticipatie op 65%. Voor de sportaanbieders zijn drie pijlers gemarkeerd als basisstrategie om lokaal invulling aan te geven. Deze drie elementen zijn: sportaanbod, accommodatie en kader. De Nederlandse Handboog Bond gebruikt de Sportagenda 2016 van het NOC*NSF als leidraad. De Nederlandse Handboog Bond wil groeien in kwaliteit, in samenwerking en in bekendheid. Hierdoor wil de bond meer mensen introduceren in en te blijven binden aan de handboogsport. Hiervoor heeft de Nederlandse Handboog Bond in het meerjarenbeleidsplan vier doelstellingen opgesteld. Deze zijn eerder al voorbij gekomen in hoofdstuk 1.1. 7S-Model. Twee van de vier doelstellingen liggen in elkaars verlengde. Dit zijn namelijk het vergroten van het aantal sterke verenigingen en dat de NHB een klantgerichte bond wil zijn. De vereniging is het startpunt voor nieuwe leden. Sterke verenigingen zijn van essentieel belang voor de bevordering van de handboogsport. De opgestelde criteria zijn gebaseerd op de drie pijlers uit de Sportagenda 2016. Een sterke vereniging kenmerkt zich door zes criteria, die overgenomen zijn uit het meerjarenbeleidsplan 2013-2016: a. Kader: de vereniging heeft haar bestuurlijke kernfuncties competent en evenwichtig ingevuld en het sporttechnisch kader is gediplomeerd. b. Beleid: de doelstellingen en plannen van de vereniging worden jaarlijks vastgesteld en vastgelegd in een beleidsdocument c. Sportaanbod: de vereniging weet leden te binden en verbinden door een passend (vraag gestuurd) sportaanbod. d. Organisatie: de vereniging is organisatorisch op orde en is financieel gezond. e. Accommodatie: de vereniging beschikt over een adequate accommodatie. f. Samenwerken: de vereniging beschikt over een relevant netwerk met: gemeenten, onderwijs, bedrijfsleven en andere verenigingen en weet daar effectief mee samen te werken. Het bestuurlijk kader onderneemt jaarlijks netwerkactiviteiten in het onderwijs, bedrijfsleven en overheid. Naast deze criteria wordt ook gesteld dat een sterke vereniging minimaal 50 leden heeft of een samenwerking met een andere vereniging waardoor dit aantal behaald wordt. Het doel is om in 2016 minimaal 70% van de verenigingen als sterk te typeren. Het is momenteel onbekend hoeveel verenigingen sterk zijn, maar momenteel voldoen 56 van de 238 verenigingen aan het criterium van minimaal 50 leden (Onze Relaties, 2014). Vanuit het opkomende hedonisme en consumentisme uit paragraaf 2.2. Macro-analyse, stellen leden en verenigingen steeds hogere eisen. De Nederlandse Handboog Bond heeft daarom de ambitie ontwikkeld dat in 2016 minstens 70% van de leden de toegevoegde waarde van de bond waardeert met een 7. De volgende activiteiten acht de bond hiervoor nodig: Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 20

a. Verenigingsondersteuning: het bieden van meerwaarde aan de leden door een verenigingsdesk met service pakket dat samengesteld is op basis van vraag en behoefte. b. Opleidingen: de NHB is het kennis en expertise centrum voor opleidingen in de handboogsport (bestuurlijk, arbitrair en sporttechnisch). c. Sport: een toegankelijke landelijke handboogcompetitie (minimaal 3500 sporters), attractieve wedstrijdkalender en competitieve Nederlandse Kampioenschappen met allure. d. Verbinden van alle handboogsporters onder de koepel van de NHB. e. Representatie van de NHB in internationale (handboog)sportfora. f. De NHB organisatie opereert conform de code goed sportbestuur. 3.2. Historie vraagstuk In het meerjarenbeleidsplan zijn doelen gesteld met betrekking tot sterke verenigingen en ledentevredenheid. Tevens zijn er stappen in het beleidsplan opgenomen hoe deze doelen behaald zouden moeten worden. De activiteiten die in de meerjarenbeleidsplan 2013-2016 zijn opgesteld, zijn opgenomen in bijlage 11. De bond heeft zichzelf onder andere ten doel gesteld om in 2013 100 verenigingen te bezoeken voor een intake voor het project besturen met een visie (NHB, 2013). De verenigingsbezoeken vallen onder het programma Veilig Sportklimaat van waaruit een subsidie beschikbaar gesteld is. De bond had een voorstel gedaan voor 100 verenigingsbezoeken, daarvan werden er 60 gehonoreerd. Deze 60 zijn dan ook bezocht in 2013 en niet de 100 uit het meerjarenbeleidsplan. In het najaar van 2012 is een verenigingsscan opgesteld en uitgevoerd. Hier zijn ook knelpunten in geformuleerd. Deze kwamen overeen met de taken die de bond voor zichzelf had gesteld in 2013. Dit was namelijk het beschikbaar stellen van het format voor een commissiereglement en een beleidsplan. Deze zijn nog niet beschikbaar gesteld. De activiteiten die de bond heeft opgesteld in het kader van ledentevredenheid, zijn opgenomen in bijlage 12. Deze punten zijn of worden momenteel geïmplementeerd. Dit zorgt voor een stevigere basis van de handboogsport in Nederland en een fundament voor de organisatie. Beter opgeleide vrijwilligers en medewerkers zorgen voor een bredere professionalisering van de sport. Een betere organisatie van wedstrijden en competitie zorgt ervoor dat de leden beter behouden kunnen worden. 3.3. Doelstelling De doelstellingen van de opdrachtgever en het onderzoek zijn inherent aan elkaar, maar niet identiek. De doelstelling van de opdrachtgever is afgeleid van de plannen en ambities die opgesteld zijn in het meerjarenbeleidsplan 2013-2016. De doelstelling van de Nederlandse Handboog Bond is als volgt: De Nederlandse Handboog Bond wil vanuit een klantgerichte benadering aansluiting vinden in hetgeen de Nederlandse Handboog Bond momenteel aanbiedt (huidige services/producten/diensten) versus de wensen/behoeften van haar leden (verenigingen/leden van deze verenigingen). Het doel van het onderzoek is om te meten welk percentage van de handboogverenigingen sterk is en hoeveel procent van de leden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond met minimaal een 7 beoordeelt. Tevens dienen de wensen en behoeften van de leden in kaart gebracht te worden, teneinde een passend bedieningsconcept te presenteren. De onderzoeksdoelstelling is afgeleid van de doelstelling van de opdrachtgever en is als volgt opgesteld: Medio 2014 de voortgang van de doelen uit het meerjarenbeleidsplan met betrekking tot sterke verenigingen en ledentevredenheid concreet kunnen uitdrukken in cijfers en inzicht krijgen in de wensen en behoeften van de leden ten opzichte van het bedieningsconcept. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 21

3.4. Vraagstelling Het onderzoek en het adviesplan beantwoordt de volgende onderzoeksvraag: Wat is het effect van het huidige beleid van de Nederlandse Handboog Bond met betrekking tot de doelstellingen sterke verenigingen en tevredenheid en in hoeverre dient dit beleid aangepast te worden zodat het bedieningsconcept beter aansluit bij de wensen van zowel de verenigingen als de schutters? De criteria voor een sterke vereniging staan in hoofdstuk 3.1. Aanleiding. De eisen voor een sterke vereniging zijn uitgewerkt in kritische service factoren (KSF), dit is verder uitgewerkt in hoofdstuk 4.3. SPLISS-model. De doelstelling met betrekking tot sterke verenigingen is: Het vergroten van het aantal sterke verenigingen. In 2016 kwalificeert minimaal 70% van de NHB verenigingen zich als sterk. Het begrip tevredenheid wordt uitgelegd aan de hand van het disconfirmatie-model (Oliver, 1980), zie hoofdstuk 4.4. Klanttevredenheid. De doelstelling voor tevredenheid is als volgt: In 2016 waardeert minstens 70% van de leden de Toegevoegde Waarde van de NHB (ledenservice/ondersteuning, opleidingen, competitie, topsport en communicatie) met tenminste een 7. Deze doelstelling is gemeten aan de hand van een tevredenheidsonderzoek onder de leden, welke door de schrijver van dit plan verricht is. Het bedieningsconcept kan in vier onderdelen verdeeld worden: 1. Producten: In welke producten zou de bond moeten voorzien voor haar verenigingen/leden? 2. Diensten: In welke diensten zou de bond moeten voorzien voor haar verenigingen/leden? 3. Advies: Waar moet de bond in kunnen adviseren? 4. Standpunten: Waar moet de bond voor staan? Het huidige en toekomstige bedieningsconcept wordt uitgewerkt via deze vier onderdelen. Door een begrijpelijk bedieningsconcept wordt de toegevoegde waarde van de bond duidelijk. Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden zijn vier deelvragen geformuleerd. Om het huidige beleid te kunnen evalueren, dient dit beleid eerst onderzocht te worden. Het succes van het beleid wordt gemeten aan de voortgang van sterke Verenigingen en tevredenheid. Tevens wordt het beleid gebenchmarkt met andere bonden, worden de wensen en behoeften van de leden en de wensen en behoeften van de verenigingen in kaart gebracht. Dit om naar de gewenste situatie te geraken. 1. Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? 2. Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? 3. Hoe sterk zijn de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond anno 2014 en wat zijn de wensen en behoeften om zich te ontwikkelen tot sterke verenigingen? 4. Wat zijn de ervaringen van de leden met betrekking tot het bedieningsconcept en op welke punten komen de verwachtingen niet overeen met de ervaringen? Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 22

4. Theoretisch kader Het theoretisch kader dient het onderzoek te diagnosticeren en te structureren. Dit wordt gedaan aan de hand van literatuuronderzoek en voor het onderzoek bruikbare modellen. Het theoretisch kader dient als handvat voor het onderzoek. 4.1. Abell-model Naast de bovenstaande literatuur is het Abell-model van toepassing. Het Abell-model is namelijk van toepassing om het bedieningsconcept visueel te maken en de groeimogelijkheden aan te duiden (Abell, 1979). Het Abell-model geeft inzicht in de groeimarkten van de onderneming. Het geeft inzicht in drie componenten: afnemersgroepen, afnemersbehoeften en technologieën. Hierdoor kan de markt van de onderneming worden afgebakend en de groeimogelijkheden uitgebreid met de mogelijke uitbreidingen per component. Door het huidige bedieningsconcept in een Abell-model uit te zetten, wordt er inzicht verworven over de huidige dekking van dit concept. Hiermee kunnen de verwachtingen en ervaringen van de leden en verenigingen afgezet worden tegen het huidige aanbod. Dit model komt terug bij de deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven?, deelvraag 2: Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? en de aanbevelingen. Figuur 4.1, Abell-model 4.2. Benchmark In deelvraag 1 wordt het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond uitgewerkt en uiteengezet in het Abell-model van hoofdstuk 4.1. Dit bedieningsconcept wordt in deelvraag 2 vergeleken met andere sportbonden. In kaart wordt gebracht hoe het bedieningsconcept bij andere sportbonden wordt vormgegeven. Deelvraag 2 is als volgt geformuleerd: Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? Wanneer er gekeken wordt hoe andere sportbonden hun bedieningsconcept vormgeven en wat daar de sterke punten van zijn, is benchmarking van toepassing. Benchmarking kan gedefinieerd worden als: Het systematisch proces om de prestaties te verbeteren door de eigen bedrijfsfuncties, procedures en werkwijzen te vergelijken met die van andere bedrijven, die op het desbetreffende gebied het beste weten te presteren (de benchmarks). (Vries Jr., 2009) Benchmarking bestaat uit vijf fasen (De Vries, jr. & Van Helsdingen, 2009). Deze vijf fasen zijn globaal weergeven in het benchmarkwiel in bijlage 14. De vijf fasen zijn: 1. Planfase (processen en doelen identificeren), 2. Zoekfase (partners zoeken), 3. Observatiefase (onderzoeken), 4. Analysefase (verklaren verschillen) en 5. Implementatie (plannen). Dit model gaat helpen om de benchmark in deelvraag 2 structuur te geven. Hiermee worden de sterke en zwakke punten van het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vergeleken met dat van andere bonden. Hierdoor kan er lering worden getrokken uit de processen van andere sportbonden, wat eventueel ook toepasbaar kan zijn voor de Nederlandse Handboog Bond. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 23

4.3. SPLISS-Model SPLISS staat voor Sport Policy factors Leading to International Sporting Success. Onderzoekers uit Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk hebben onderzoek gedaan naar de relatie tussen topsportbeleid en internationaal sportsucces. Het resultaat is een middel waardoor topsport beleid van diverse landen met elkaar vergeleken kan worden. Elk land heeft een eigen opzet van het topsport beleid, maar om toch tot een vergelijking te komen is er dit SPLISS-model opgesteld. Dit model is opgebouwd uit negen universele pijlers (zie figuur 4.2). Deze pijlers zijn opgedeeld in kritische service factoren per pijler. In totaal zijn er 126 kritische service factoren. Er is onderzoek gedaan naar het topsportbeleid in zes landen. Per Kritische Service Factor kregen de landen één van de vijf volgende scores: Beleidsterrein zeer goed ontwikkeld Goed niveau van ontwikkeling Gemiddeld niveau van ontwikkeling Beperkte ontwikkeling Weinig of geen ontwikkeling Figuur 4.2, SPLISS-model (De Bosscher et al, 2008) De pijlers van het SPLISS-model zijn de opzet voor de beoordeling van de sterke verenigingen in het onderzoek. De inhoud van de pijlers van het SPLIS-model zijn aangepast van nationaal en bondsniveau naar verenigingsniveau. Tevens is de focus van topsport naar voornamelijk breedtesport verplaatst. Het resultaat is dat pijler 4: Talent herkenning en ontwikkeling en pijler 8: Nationale competities teruggebracht zijn naar één enkele kritische service factor. Deze pijlers zijn samengevoegd met pijler 3: Sportaanbod. Pijler 5: Sportieve en post-carrière ondersteuning en pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek worden door gebrek aan relevantie weggelaten. Daarvoor in de plaats is de pijler Samenwerking toegevoegd. Deze pijlers worden opgedeeld in kritische service factoren, net als het SPLISS-model. Tevens worden de verenigingen beoordeeld per pijler, met één van de vijf bovengenoemde scores. Hierdoor is er een structuur in de beoordeling van de verenigingen. De informatie die leidt tot de pijlers en kritische succes factoren komen voort uit de sportagenda 2016 (NOC*NSF, 2013) en het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 (NHB, 2013). Dit model wordt gebruikt om deelvraag 3: Hoe sterk zijn de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond anno 2014 en wat zijn de wensen en behoeften om zich te ontwikkelen tot sterke verenigingen? te beantwoorden. 4.4. Klanttevredenheid Om het onderzoek naar de component van tevredenheid te structureren wordt eerst de definitie van klanttevredenheid vastgesteld. Dit wordt daarna in een model verwerkt. De volgende stap is het bepalen van een model voor het bepalen van de strategie en als laatste is er een model opgenomen om het bedieningsconcept visueel te maken inclusief de groeimogelijkheden. 4.4.1. Definitie klanttevredenheid Allereerst wordt gekeken wat volgens de literatuur de definitie is van klanttevredenheid. Er zijn namelijk veel definities bekend in de literatuur, waarbij de overeenkomst zit in de verwachtingen en de ervaren prestaties van een dienst. Enkele definities voor klanttevredenheid in de literatuur zijn: Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 24

Klanttevredenheid is de beleving van klanten die ontstaat door het vergelijken van de ervaringen van een onderneming met de wensen die men heeft. Als de beleving van de klant niet aan diens wensen voldoet, dan is de klant ontevreden of zeer ontevreden. Is de beleving van de klant gelijk aan de wensen van de klant, dan is hij of zij tevreden. Als de beleving de wensen overtreft, dan is de klant zeer tevreden. (Thomassen, 1998) De uitkomst van een subjectieve evaluatie of het gekozen alternatief (product of dienst) overeenkomt met de verwachting van een subjectief over dat alternatief, of deze overtreft. (Bloemer, 1993) Satisfaction is a person s feeling of pleasure or disappointment resulting from comparing a product s perceived performance (or outcome) in relation to his or her expectations. (Kottler, 1997) Figuur 4.3, Disconfirmatiemodel Oliver Uit deze definities wordt duidelijk dat klanttevredenheid veelal wordt omschreven als het verschil tussen de verwachtingen van voor de aanschaf en na de aanschaf van een product of dienst. Tevredenheid wordt daarom vaak getypeerd als een vergelijkingsproces. Het disconfirmatiemodel (Oliver, 1980) maakt dit schematisch duidelijk (Figuur 4.3). Disconfirmatie betekent dat er een positieve of negatieve afwijking is ontstaan tussen de verwachtingen en prestaties van de dienstverlening. De dimensies waarop de Nederlandse Handboog Bond klanttevredenheid beoogt te behalen, zijn volgens het meerjarenbeleidsplan 2013-2016: verenigingsondersteuning, opleidingen, sport, verbinden, representatie en goed sportbestuur. Voor de Nederlandse Handboog Bond worden zowel de schutters als de verenigingen als klant gezien. Dit model geldt als de basis voor het model voor klanttevredenheid van Thomassen uit 4.4.2. Model Klanttevredenheid 4.4.2. Model Klanttevredenheid Het model van Thomassen sluit het beste aan bij het vraagstuk, te zien in figuur 4.4. Thomassen onderscheidt drie factoren waarop klanten een organisatie afrekenen: de dienst, de service en de prijs (Thomassen, 1994). Volgens Thomassen worden de verwachtingen over deze factoren beïnvloed door de volgende vier aspecten: 1. Persoonlijke behoeften 2. Ervaringen in het verleden 3. Mond-tot-mondreclame 4. Marketing en public relations Figuur 4.4, Klanttevredenheidmodel Thomassen De verwachtingen met betrekking tot de dienst, de service en de prijs worden afgezet tegen de werkelijke ervaringen die de klant meemaakt. Klanttevredenheid is het verschil tussen de verwachtingen en de ervaringen, zoals al vermeld werd in het disconfirmatiemodel van Oliver. Om voor de Nederlandse Handboog Bond tot een hogere tevredenheid te komen, wordt achterhaald wat de verwachtingen van de leden zijn ten opzichte van de punten product en dienst, service en de prijs. Opgemerkt wordt wel dat op het gebied van prijs geen uitspraken gedaan worden, in verband Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 25

met een parallel lopende onderzoek naar gedifferentieerd lidmaatschap. Product, dienst en service komen terug in het bedieningsconcept. 4.4.3. Perceptiemanagement Belangrijke kanttekening die bij de theorie met betrekking tot klanttevredenheid geplaatst moet worden, is dat de theorie uit de jaren 90 vooral gericht is op het verbeteren van de huidige dienstverlening. De Vries en Goud (2003) beschrijven dat er een andere optie is, namelijk het managen van de perceptie. Door de verwachtingen bij te stellen, verandert de subjectieve ervaring van de service. Het risico bestaat dan dat de verwachtingen dan wederom de ervaring overstijgen, wat wederom verbetering van de service en dus investeringen vraagt. De conclusie is dat bij klanttevredenheid gezocht dient te worden naar een evenwicht tussen de verwachtingen en ervaringen van de klant. Dat kan door de kwaliteit van de service te verbeteren of de perceptie van klant te managen. Een combinatie van beide met een balans als gevolg is de middenweg, maar er moet per onderdeel gekeken worden naar de beste oplossingsmethode. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 26

5. Methodologie In dit onderzoek wordt beschreven hoe de eerder besproken deelvragen beantwoord gaan worden. Per deelvraag wordt beargumenteerd, welke vormen van deskresearch en fieldresearch toegepast worden. Ook worden de validiteit en betrouwbaarheid verantwoord. 5.1. Onderzoeksopzet Bij de onderzoeksmethode wordt er onderscheid gemaakt tussen deskresearch en fieldresearch. Het verschil is dat deskresearch gebaseerd is op bestaande kennis en dat fieldresearch gegevens zijn die uit nieuw onderzoek volgen. Fieldresearch kan opgesplitst worden in kwantitatieve en kwalitatief onderzoek. Bij kwantitatief onderzoek is het doel om cijfermatige resultaten te genereren door middel van de kenmerken in de werkelijkheid te meten. Bij kwalitatief onderzoek draait het om de verhalen achter de gegevens. Daarbij gaat men dieper in op de onderzoekseenheden (Verhoeven, 2007). Per deelvraag wordt de onderzoeksopzet behandeld. 1. Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Deskresearch: Het antwoord op deelvraag 1 is onder andere onderbouwd door middel van deskresearch. Het bedieningsconcept is uiteengezet door de analyse van interne beleidsdocumenten als het meerjarenbeleidsplan 2013-2016, het overzicht van de kritische services van de Nederlandse Handboog Bond en de informatie van de website. Hierdoor is er een totaalbeeld van wat de bond aanbiedt. De resultaten gelden als informatie voor de invulling van het Abell-model. Fieldreseach: Om achter de invulling van het bedieningsconcept van de bond te komen, wat eventueel niet gedocumenteerd is, is kwalitatief fieldresearch toegepast. De keuze voor interviews is gemaakt, omdat bij interviews dieper op de onderwerpen ingegaan kon worden dan bij enquêtes. Tevens werd de geïnterviewde niet door anderen beïnvloed, zoals bij bijvoorbeeld een focusgroep (Verhoeven, 2007). De interviews zijn gehouden met Maurice Wolters, manager breedtesport, Petra de Bruin, projectmanager van o.a. verenigingsondersteuning, Paul ten Hag, algemeen directeur, Dirk Schaap, bondsbestuurslid en rayonvoorzitters Felix Versteeg en Renée Stevens. Niet alleen personeelsleden van het bondsbureau werden geïnterviewd. Anders was het risico aanwezig dat de resultaten eenzijdig waren. Om ook een inzicht te krijgen van de blik op de dienstverlening van de Nederlandse Handboog Bond van buiten het bondsbureau, zijn er interviews gehouden met een bestuurslid en met twee rayonbestuurders uit verschillende rayons. Om de verschillende interviews zo goed mogelijk te analyseren en te vergelijken, was er gekozen voor gestructureerde interviews. Bij de interviews is er gewerkt met een spreekschema, met de volgende onderwerpen: producten, diensten, adviesorgaan en standpunten van de Nederlandse Handboog Bond. Deze onderwerpen werden gekozen, omdat dit de onderwerpen zijn van het bedieningsconcept uit hoofdstuk 3.4. Vraagstelling. De interviews werden uitgewerkt in gespreksverslagen, waardoor de informatie geregistreerd werd. De informatie uit de interviews vormen samen met het deskresearch de informatie voor het invullen van het Abell-model. Dit geeft inzicht in het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 27

2. Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? Deskresearch: Door middel van deskresearch worden stappen 1 en 2, de planfase en zoekfase, van het benchmarkwiel (zie hoofdstuk 4.2 Benchmark) uitgewerkt. Deelvraag 1, waar het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond wordt uitgewerkt, werd als input gebruikt voor de planfase. De zoekfase werd begonnen met de analyse van gegevens van het NOC*NSF, zoals de ledentalanalyse en de bondenmonitor (NOC*NSF-B, 2012). Hierbij werd gezocht worden naar vergelijkbare bonden op basis van besturingsmodel, ledentalcategorie en type sport. De bonden de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond, de Nederlandse Bowling Federatie en de Nederlandse Triathlon Bond vertonen de meeste overeenkomsten op het gebied processtructuur met de Nederlandse Handboog Bond. Fieldresearch: Om de andere sportbonden diepgaander te begrijpen, zijn er met de geselecteerde sportbonden uit de zoekfase interviews gevoerd met de managers breedtesport. Deze interviews hebben gediend om de processen en vormgeving van het bedieningsconcept van de geselecteerde sportbond te begrijpen en te analyseren. De interviews waren semigestructureerd, omdat er zo meer ruimte voor spontane kennisoverdracht was. Zo bleef er ruimte voor de inzichten en spontane ideeën van de geïnterviewden. De onderwerpen die naar voren komen, zijn overeenkomstig met de onderwerpen uit deelvraag 1, namelijk de producten, diensten, adviesorgaan en standpunten. De interviews zijn verwerkt, waarna de resultaten zijn geanalyseerd en als sterke en zwakke punten gedocumenteerd. De conclusie is uit de vergelijking tussen de resultaten van deelvraag 1 en de analyse van deelvraag 2 voortgekomen. 3. Hoe sterk zijn de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond anno 2014 en wat zijn de wensen en behoeften om zich te ontwikkelen tot sterke verenigingen? Deskresearch: De beoordeling of een vereniging sterk of niet sterk is, is uitgevoerd aan de hand van de kritische service factoren uit bijlage 15. Deze zijn opgesteld op basis van het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 (NHB, 2013) in combinatie met het SPLISS-model (De Bosscher et al, 2008), genoemd in hoofdstuk 4.3. Zoveel mogelijk kritische service factoren zijn ingevuld aan de hand van interne informatie uit onder andere het ledenadministratiesysteem (Onze Relaties, 2014). Fieldresearch: Om de kritische service factoren te beoordelen, waarbij externe informatie nodig is, is een enquête uitgezet. Deze enquête wordt verder verenigingsscan genoemd. Naast de kritische service factoren werd in de verenigingsscan gevraagd naar de ervaringen en verwachtingen van de verenigingen met betrekking tot de dienstverlening. De verenigingsscan werd online verspreid naar de secretarissen van de 234 aangesloten handboogverenigingen. Na herhaaldelijk aanmoedigen tot invullen is de respons blijven steken op 110 respondenten. Hierdoor is bij een spreiding van 50% en een foutmarge van 5% de gerealiseerde betrouwbaarheid van de verenigingsscan 85%. De resultaten van de verenigingsscan zijn verwerkt met het statistische computerprogramma SPSS. De resultaten bieden inzicht in de kracht van de handboogverenigingen en ook wat de verwachtingen en ervaringen zijn van de verenigingen met betrekking tot de dienstverlening. De verenigingsscan is opgesteld met behulp van alle bondsmedewerkers en is vooraf getest onder twee handboogverenigingen. Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 28

4. Wat zijn de ervaringen van de leden met betrekking tot de dienstverlening en op welke punten komen de verwachtingen niet overeen met de ervaringen? Deskresearch: Via deskresearch is de theorie ten opzichte van tevredenheid uiteengezet. Hiermee wordt duidelijk op welke onderdelen van de dienstverlening van de bond de verwachtingen en de ervaringen overeenkomen of dat de ervaringen de verwachtingen overtreffen of juist te kort komen. Ook blijkt of de leden belang hechten aan dat onderdeel van de dienstverlening. Hieruit volgt de strategie. Fieldresearch: Naast de verenigingsscan in deelvraag 3, is er ook onder de leden een enquête uitgezet. Door middel van deze enquête is de tevredenheid van de leden gepeild. Daarnaast is onderzocht waar aanknopingspunten zijn om het bedieningsconcept te verbeteren. De keuze voor enquêtes is gemaakt, omdat één van de doelen is om een score van de leden te bepalen. Deze score heeft betrekking op de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond. Om een zo breed mogelijk gedragen score te krijgen, werden zoveel mogelijk leden benaderd. Het voordeel van een digitale enquête is dat snel en goedkoop veel mensen benaderd worden. De enquête is verspreid per e-mail. De populatie bevat alle 8.739 leden van de Nederlandse Handboog Bond. Omdat niet van alle leden een e-mailadres beschikbaar is in het ledenadministratiesysteem, zijn de 5.050 leden waarvan het e-mailadres wel bekend is, benaderd. Ter controle van de bruikbaarheid van de enquête is de enquête opgesteld met inbreng van alle bondsmedewerkers en is de enquête voor lancering getest. De enquête is ingevuld door 814 leden. Dit betekent dat met een spreiding van 50% en een foutmarge van 5% de betrouwbaarheid van de resultaten 99% is. De resultaten zijn verwerkt met SPSS. Zo komt er een duidelijk beeld van de ervaringen en verwachtingen van de leden en is significantie getoetst. 5.2. Validiteit en betrouwbaarheid Wetenschappelijk onderzoek dient om geldig te zijn, gebaseerd te zijn op feiten. Het onderzoek moet juist worden uitgevoerd om bruikbaar te zijn, waarbij mogelijke fouten worden vermeden (Verhoeven, 2007). Daarom zijn validiteit en betrouwbaarheid essentieel. 5.2.1. Validiteit Valide, of geldigheid, geeft aan in hoeverre de onderzoeksresultaten geldig of zuiver zijn en/of de mate waarin systematische fouten gemaakt worden (Verhoeven, 2007). Bij de enquêtevragen over de sterkte van de verenigingen, zijn de vragen voornamelijk gericht zijn op feitelijkheden. Hierbij zijn de uitkomsten niet afhankelijk van de mening van respondent. Bij de onderzoeken naar de tevredenheid van de verenigingen en leden is het onderzoek wel onderhevig aan de opinie van de respondent, maar dat is tevens het doel van het onderzoek. Vooraf is er een pilot gedraaid met de enquêtes, om fouten en onduidelijkheden uit het onderzoek te weren. De pilot werd onder twee verenigingen gehouden. De vragen zijn opgesteld aan de hand van de kritische service factoren van een sterke handboogvereniging en de elementen waarop de Nederlandse Handboog Bond de tevredenheid wil verhogen, zodat de resultaten aansluiten op het theoretisch kader en deze goed te analyseren zijn. 5.2.2. Betrouwbaarheid De betrouwbaarheid heeft betrekking op in hoeverre in het onderzoek toevallige fouten voorkomen (Verhoeven, 2007). De betrouwbaarheid van interviews werd verhoogd door vooraf een proefinterview te houden. Het proefinterview heeft gediend om toevallige fouten in het interviewschema te voorkomen. De betrouwbaarheid van de interviews werd ook geborgd door naast de medewerkers van het bondsbureau, tevens een bestuurslid van de Nederlandse Handboog Bond Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 29

en twee rayonbestuurders te interviewen. Op deze manier worden personen uit diverse omgevingen betrokken bij het onderzoek. De betrouwbaarheid van beide enquêtes, de verenigingsscan en de enquête naar de leden, is verhoogd door het aantal respondenten zo hoog mogelijk te krijgen. Dit is deels gerealiseerd door de volledige populatie te benaderen, waarvan een e-mailadres beschikbaar is. Bij de ledenenquête is dit erg goed gelukt: door de erg hoge respons is een betrouwbaarheid van 99% gerealiseerd. Bij de verenigingsscan is de betrouwbaarheid blijven steken op 85%. Daarnaast zijn ook beide enquêtes vooraf getest. Net als bij de interviews hebben de tests voor de enquêtes gediend om de toevallige fouten in de vraagstelling te voorkomen. De betrouwbaarheid van het deskresearch is verhoogd door meerdere bronnen toe te passen. Tevens diende de bron actueel te zijn, de auteur deskundig en onafhankelijk. Om de betrouwbaarheid te borgen, werd gebruik gemaakt met een checklist met de volgende punten: Actueel? Auteur website bekend? Auteur website deskundig? Positieve of negatieve recensies/reacties? Doel van de website? Structuur website Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 30

6. Huidig Bedieningsconcept De eerste deelvraag heeft als doel om de beginsituatie op te helderen. De vraag is als volgt geformuleerd: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het doel is om een helder beeld te ontwikkelen van de huidige invulling en positionering van het bedieningsconcept. Hierdoor kan antwoord gegeven worden op de vraag in hoeverre de huidige invulling van het bedieningsconcept aansluit op de wensen en behoeften van zowel de leden als de verenigingen. Het bedieningsconcept zijn alle services van de Nederlandse Handboog Bond tezamen. Het bedieningsconcept bestaat uit vier services, zoals beschreven in hoofdstuk 3.4: Producten Diensten Advies Standpunten De uitkomsten van de gevoerde interviews, met onder meer een bestuurslid van de Nederlandse Handboog Bond en de directeur van het bondsbureau, samen met de deskresearchbronnen, als het meerjarenbeleidsplan 2013-1016 en het overzicht aan kritische services van de Nederlandse Handboog Bond, hebben geleid tot de beantwoording van deze deelvraag. De resultaten worden visueel weergegeven in een Abell-model. 6.1. Producten Onder producten worden fysieke goederen, die tastbaar zijn, verstaan (Vries Jr., 2009). Tevens zijn producten onvergankelijk, ze kunnen op voorraad zijn. Ook is er bij een product geen interactie nodig met de klant en is een product homogeen. Homogeen wil zeggen dat de eigenschappen van het product altijd gelijk zijn. De producten van de Nederlandse Handboog Bond zijn: Spelden en Awards Bondsblad Promotiemateriaal Lespakketten Spelden en awards zijn spelden of medailles die aangevraagd kunnen worden bij het behalen van een bepaalde score of prestatie. Ondanks de populariteit van de spelden en awards wordt er veel geklaagd over het feit dat er tegenwoordig betaald dient te worden voor de spelden en awards, terwijl de schutters dit als een gift van de bond zien (Stevens, 2014). Als onderdeel van de contributie ontvangen de leden periodiek vier keer per jaar het bondsblad. Alle leden krijgen het bondsblad automatisch thuisgestuurd. In het bondsblad staan wedstrijdverslagen, interviews, fotoverslagen en nieuwsberichten. Voor de verenigingen biedt de bond veel promotiemateriaal in de vorm van folders en brochures. Ook is er voor verenigingen lesmateriaal in de vorm van Start Handboogsport (NHB, 2013). De verenigingen vragen deze materialen enkel beperkt aan bij de bond en de bond levert deze materialen niet actief bij de verenigingen. De lage vraag zou te wijten kunnen zijn aan slechte communicatie, waardoor verenigingen niet op de hoogte zijn wat er beschikbaar is voor hen (Ten Hag; Wolters, 2014). De distributie verloopt vooral via de verenigingen, maar er is een deling te maken in passief en actief. Er wordt gesproken over actief, zodra het initiatief tot distributie de bond ligt bij en passief als het vraag gestuurd gaat. Enkel het bondsblad wordt automatisch verstuurd vanuit de bond naar de leden. Zowel de speldjes en awards als het promotiemateriaal gaat op aanvraag (Ten Hag, 2014). Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 31

Gesteld wordt dat het huidige aanbod van producten niet uitgebreid hoeft te worden. De voorkeur is om juist de taken waar de prioriteiten liggen, te verbeteren (Ten Hag; Wolters; De Bruin; Versteeg; Stevens; Schaap, 2014). Dit dient echter als hypothese, die in de enquêtes bevestigd dient te worden. 6.2. Diensten Het statutaire doel van de Nederlandse Handboog Bond is het faciliteren en bevorderen van de handboogsport in al haar verschijningsvormen in Nederland. Ook dient de bond nationale kampioenschappen te houden en deel te nemen aan internationale wedstrijden (NHB, 2003). De diensten van de Nederlandse Handboog Bond zijn (NHB, 2013): Organisatie van wedstrijdzaken Topsportprogramma Opleidingen Communicatie Verenigingsondersteuning De eerste twee diensten van de Nederlandse Handboog Bond zijn de organisatie van wedstrijden en het topsportprogramma. De Nederlandse Handboog Bond biedt momenteel een uitgebreide wedstrijdkalender, met een uitgebreide diversiteit aan speelsterke, discipline en type boog (Ten Hag; Stevens; Versteeg, 2014). Enkel een kleine groep schutters maakt gebruik van het topsportprogramma, echter alle schutters hebben er profijt van. De topsport is namelijk de vertegenwoordiging van de sport, een belangrijk deel van de promotie. Door de topsport wordt ook een belangrijk deel van de subsidies verdiend (Stevens; Versteeg; Schaap, 2014). De Nederlandse Handboog Bond biedt opleidingen aan in de richtingen van instructeur, trainer, scheidsrechter en besturen (NHB, 2013). Onder communicatie vallen de mediakanalen als website, digitale nieuwsbrief, bondsblad en social media. Via deze kanalen wordt al het nieuws, wedstrijduitslagen, informatie en wedstrijdkalender gecommuniceerd (NHB, 2013). Uit de interviews blijkt dat er vooral een grote wirwar en onduidelijkheid bestaat met betrekking tot de communicatie. Vooral de website wordt vaak genoemd als knelpunt in de communicatie, omdat veel informatie lastig vindbaar is (Ten Hag; Wolters; De Bruin; Versteeg; Stevens; Schaap, 2014). De vijfde dienst is verenigingsondersteuning. Voorlichting en advies gebeurt vanuit het bondsbureau, via de rayons of via een verenigingsondersteuner. De onderwerpen waarop de bond ondersteunend kan zijn, zijn heel divers. De onderwerpen verschillen van de oprichting en opheffing van verenigingen tot alcoholbeleid, van ledenadministratie tot juridische zaken. Verenigingsondersteuning komt voor een deel voort uit het programma Veilig Sport Klimaat (NHB, 2013). Gesteld wordt dat de nadruk vooral moet liggen op een beperkt aantal diensten, die dan wel goed en actueel zijn, dan dat er diensten dienen te worden toegevoegd (Ten Hag; Wolters; De Bruin; Versteeg; Stevens; Schaap, 2014). Door de diensten wellicht iets te beperken, maar wel duidelijk te communiceren, zouden deze diensten effectiever en efficiënter kunnen zijn. Door een gestructureerde dienstverlening wordt de dienstverlening eenduidig en overal hetzelfde (Schaap, 2014). 6.3. Advies Het advies dat de Nederlandse Handboog Bond levert, is het beantwoorden van vragen van leden. De onderwerpen waarover de bond advies levert, hebben betrekking tot (NHB, 2013): Verenigingsondersteuning Verzekeringen Materiaal Tuchtrecht Wedstrijdzaken Topsportbeleid Opleiding Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 32

De Nederlandse Handboog Bond biedt advies op alle handboog gerelateerde onderwerpen. Het belangrijkste is om te zorgen dat het inzichtelijk is voor de leden en verenigingen, waar de informatie te vinden is. Het punt is namelijk, dat veel specifieke kennis niet aanwezig is op het bondsbureau, maar in de commissies. De commissies reageren traag en staan ver weg van de leden (Ten Hag; Versteeg, 2014). Dat komt omdat de commissies maar een paar keer per jaar samen komen. Indien de kennis niet beschikbaar is, dienen de bureaumedewerkers wel te weten naar welke personen de vraagstukken het beste doorgestuurd kunnen worden (Wolters; 2014). De vraag die de bond zichzelf mag stellen, is of de helpdesk op het bondsbureau, over voldoende handboog gerelateerde basiskennis beschikt (Ten Hag, 2014). Door op het bondsbureau zoveel mogelijk vragen af te vangen en door het secretariaat te laten beantwoorden, gaat de verwerking sneller en worden andere afdelingen meer ontzien. Daarbij komt dat als een vraag doorgestuurd wordt, er gecommuniceerd dient te worden wat de procedure is, inclusief mogelijke tijdspanne. Hierdoor blijft de vraagsteller op de hoogte en geïnformeerd (Versteeg, 2014). Aandachtspunt is, dat het bondsbureau actief is, wanneer de leden passief zijn, en andersom. De leden bedrijven de handboogsport als vrijetijdsbesteding in de avond en in het weekend, als het bureau gesloten is. Gevolg is dat voor dringende vragen de bond geen aanspreekpunt heeft (Ten Hag, 2014). 6.4. Standpunten De standpunten van de bond geven aan waar de bond voor staat en wil staan. De standpunten dienen bekend te zijn bij de leden, zodat de leden de standpunten erkennen en herkennen. Als de standpunten niet in de praktijk tot uiting komen en als het ervaren imago van de Nederlandse Handboog Bond bij de leden afwijkt van het imago, dan dient het ervaren imago veranderd te worden bij de leden. De positionering van de bond, waar de bond voor staat, zoals opgenomen in het meerjarenbeleidplan 2013-2016, is (NHB, 2013): De NHB bevordert op actieve wijze de duurzame ontwikkeling van de handboogsport en stimuleert daarin alle betrokken en samenwerkende partijen. De NHB is de autoriteit in de handboogsport voor competitie, kaderopleiding, accommodatie en topsport. Aangenomen wordt dat het faciliteren van de sport voor de leden goed georganiseerd is. Echter blijkt dat de ondersteuning van de verenigingen meer aandacht nodig heeft dan de leden. De gemiddelde handboogvereniging is klein, namelijk gemiddeld 37 leden en heeft hulp nodig om sterk te worden en te groeien (Ten Hag, 2014). De aanname wordt gemaakt dat voor sommige leden de bond niet nodig is en dat de bond te ver van de leden af staat. De kritiek is dat de bond er niet voor alle disciplines is en te veel de nadruk legt op topsport. Een reden zou zijn dat de handboogsport een sport is die goed kan functioneren zonder veel inmenging van een bond. Sinds de verjonging in de bestuursfuncties is vooruitgang zichtbaar. Door naar de leden toe te gaan en de leden aandacht te geven, blijken veel conflicten oplosbaar te zijn door het uit te spreken (Stevens; Versteeg; Schaap, 2014). 6.5. Conclusie De vraag in dit hoofdstuk was wat de vormgeving van het huidige bedieningsconcept is. Uit de interviews en deskresearch blijkt dat er betrekkelijk weinig producten zijn en de nadruk in het bedieningsconcept vooral ligt bij dienstverlening en informeren. De Nederlandse Handboog Bond is dus met name een dienstverlener aan de handboogverenigingen. De algemene conclusie is dat er naar verwachting geen services toegevoegd dienen te worden, maar dat de kwaliteit van de huidige services beter zou kunnen. Dit dient wel te worden bevestigd door de 33

leden en de besturen van de verenigingen. Tevens is de ervaren afstand tussen de leden en de bond nog groot. Hieronder is de huidige invulling van het bedieningsconcept visueel uitgewerkt in een Abell-model, zoals vermeld in hoofdstuk 4.1. De afnemers zijn de doelgroepen die het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond bedient. De behoeften zijn de eigenschappen die bedient worden door het bedieningsconcept. De innovaties zijn de services die binnen het bedieningsconcept vallen. Deze onderdelen zijn uitgewerkt in onderstaand Abell-model (figuur 6.1). figuur 6.1, Abell-model huidig bedieningsconcept 34

7. Benchmark In Nederland worden sportbonden steeds meer gestuurd op samenwerking. Het NOC*NSF stelt: Samenwerking is essentieel, met de eigen leden, maar ook met andere sportbonden, sterke lokale sportaanbieders in andere takken van sport, gemeenten en NOC*NSF (NOC*NSF, 2013). Om die reden wordt in dit hoofdstuk gekeken wat de Nederlandse Handboog Bond kan leren van de andere sportbonden aangesloten aan het NOC*NSF op het gebied van bedieningsconcepten. Dit is een benchmark op generiek concurrentieniveau, omdat de aangeboden sport anders is, maar de behoefte sporten gelijk blijft. Via de stappen van het benchmarkwiel (hoofdstuk 4.2.) wordt de volgende vraag beantwoord: Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? 7.1. Planfase In stap 1 worden de te benchmarken processen geïdentificeerd. Dit zijn de processen die vergeleken worden met de processen van de Nederlandse Handboog Bond. Aan de basis van de benchmark staat het bedieningsconcept, bestaande uit de onderdelen Producten, Diensten, Advies en Standpunten. Bij het bedieningsconcept van de andere bonden worden de sterke punten aangegeven. Hierdoor kan er afstand genomen worden van de handboogsport om te leren van andere sporten. Bij de analyse van de bedieningsconcepten van de andere sportbonden, ligt de focus op de onderdelen die in de onderzoeksvraag centraal staan, namelijk: ledentevredenheid en sterke verenigingen. Het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond is al uitgewerkt in het vorige hoofdstuk. 7.2. Zoekfase Bij de selectie van de te benchmarken sportbonden, wordt gezocht naar de bonden die op basis van de organisatiestructuur het meeste overeenkomen met de organisatiestructuur van de Nederlandse Handboog Bond. De organisatiestructuur van de Nederlandse Handboog Bond in de typologie van het NOC*NSF is als volgt: Besturingsmodel: Organisatiegrootte: Ledencategorie: Type sport: Olympisch-Paralympisch: Toezichthoudend 10+ FTE 5.001-50.000 leden Individueel Ja Voor de benchmark is Olympisch-Paralympisch niet relevant. Organisatiegrootte wordt buiten beschouwing gelaten, omdat de combinatie van grootte 10+ FTE in combinatie met de andere criteria enkel de Nederlandse Handboog Bond oplevert (NOC-NSF, 2014). De sportbonden met de criteria toezichthoudend, 5.001-50.000 leden en individuele sport zijn naast de Nederlandse Handboog Bond: Koninklijke Nederlandse Biljart Bond Nederlandse Bowling Federatie Nederlandse Triathlon Bond 7.3. Observatiefase In deze paragraaf worden de drie bovenstaande sportbonden onderzocht. Het bedieningsconcept wordt uitgewerkt op basis van deskresearch en semigestructureerde interviews met de directeur van de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond en de verenigingsondersteuner van de Nederlandse Bowling Federatie (bijlage 23 en 24). De Nederlandse Triathlon Bond was niet in de mogelijkheid om mee te werken; deze bond wordt daarom kort beschreven aan de hand van deskresearch. 35

7.3.1. Koninklijke Nederlandse Biljart Bond (KNBB) De Koninklijke Nederlandse Biljart Bond heeft in de ledentalanalyse van het NOC*NSF 34.259 leden in 2012 (NOC*NSF-B, 2012). Door het grote aantal van 1.431 verenigingen heeft de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond net als de Nederlandse Handboog Bond veel kleine verenigingen. Gemiddeld heeft een biljartvereniging 24 leden (KNBB, 2010). Het aanbod van de Koninklijke Biljart Bond is weergegeven in een Abell-model. Alle punten in het Abell-model worden in het huidige aanbod gedekt (Bijlage 25). De producten waar het meeste gebruik van gemaakt worden, zijn de software voor ledenadministratie, wedstrijden en toernooien. De Koninklijke Nederlandse Biljart Bond heeft geen bondsblad, maar ze vinden het wel een goed communicatiemiddel. Bij de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond wordt gesteld dat een bondsblad het beste middel is om over de producten, maar ook diensten, te communiceren. Met een bondsblad kom je rechtstreeks en tastbaar bij alle leden binnen. Wel dient de inhoud van het bondsblad goed te zijn. Het beste is om positieve voorbeelden te plaatsen, waardoor de leden de producten verkopen in plaats van de bond. De Koninklijke Nederlandse Biljart Bond heeft, net als de Nederlandse Handboog Bond, te maken met grijze leden. Als antwoord daarop heeft de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond diverse lidmaatschappen, met producten die bij de gebruiker passen. Hierdoor is het ledenaantal gestegen, in 2012 was er een stijging van 17,6% (NOC*NSF-B, 2012). Gesteld wordt dat door het digitale tijdperk het aantal vragen aan de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond is toegenomen. Als middel hiervoor is op de website een helpdesk met de meest voorkomende vragen. Staat de vraag er niet tussen, kan de vraag ingediend worden, waarbij de vraag direct bij de juiste persoon komt en de vraagsteller een bevestiging ontvangt. De Koninklijke Nederlandse Biljart Bond staat ervoor dat de diverse disciplines elkaar dienen te versterken. Hierdoor ontstaat er meer draagvlak en toegevoegde waarde. Een voorbeeld is een product voor recreatieve poolers, de poolcard. Hier wordt door veel poolers gebruik van gemaakt. Voor de andere disciplines voegt dit ook waarde toe, omdat dit extra geld oplevert. 7.3.2. Nederlandse Bowling Federatie (NBF) De Nederlandse Bowling Federatie heeft 15.109 leden en 120 verenigingen (NOC*NSF-B, 2012). De gemiddelde bowlingvereniging heeft 126 leden. De Nederlandse Bowling Federatie werkt samen binnen het cluster van sportbonden in Veenendaal met de Nederlandse Toer Fiets Unie, Nederlandse Onderwater Bond en de Koninklijke Nederlandse Dam Bond. Het Abell-model in bijlage 26 geeft het bedieningsconcept van de Nederlandse Bowling Federatie weer. Van de producten en diensten van de Nederlandse Bowling Federatie worden de website, de ledenadministratie en het bondsbureau het hoogste gewaardeerd. Zodra een nieuw product beschikbaar is, zoals bijvoorbeeld nieuwe folders, is er in het begin veel vraag naar. Om leden meer te betrekken en hen vaker naar hun mening te vragen, wil de Nederlandse Bowling Federatie een panel voor bowlers inrichten. Hierdoor wordt de invloed van de leden op het NBF-beleid en het aanbod aan diensten en producten vergroot. De Nederlandse Bowling Federatie neemt hiervoor de andere bonden uit het sportcluster, die hier al mee werken, als voorbeeld. Het panel is een afspiegeling van de leden en geven een aantal keer per jaar hun mening via een enquête. Het panel reageert snel en positief en de deelnemers aan het panel zijn blij dat ze hun mening kunnen geven. 7.3.3. Nederlandse Triathlon Bond (NTB) Er zijn in 2012 17.100 triatleten verbonden aan de Nederlandse Triathlon Bond. In totaal zijn er 108 verenigingen, waardoor er gemiddeld 158 leden per vereniging zijn (NOC*NSF-B, 2012). 36

Alle leden hebben inspraak in het beleid tijdens de regiobijeenkomsten. Twee keer per jaar is er een regiobijeenkomst, waarbij alle leden en verenigingen welkom zijn. De bijeenkomst in het voorjaar is op drie wisselende locaties in het land en de bijeenkomst in het najaar is tijdens het congres. 7.4. Analysefase In deze stap worden de verschillen geanalyseerd en de sterke punten benoemd. Het eerste grote verschil met de andere bonden zit in de contributie. Het lidmaatschap van de Nederlandse Handboog Bond is het duurste van deze vier bonden, zie bijlage 27. De andere drie onderzochte bonden hebben gedifferentieerd lidmaatschap, waarbij recreatieve sporters voor een lager tarief lid kunnen worden. Reden voor het duurdere Nederlandse Handboog Bond lidmaatschap zou de Olympische topsporttak kunnen zijn. Wat als sterk punt van de Nederlandse Handboog Bond aangemerkt kan worden, is het bondsblad, mits het goed ingevuld wordt. Om het advies efficiënter en klantvriendelijker te verwerken, kan de helpdesk van de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond als voorbeeld gebruikt worden. Bij de helpdesk worden de meest voorkomende vragen al online beantwoord, eventuele onbeantwoorde vragen komen automatisch bij de desbetreffende persoon terecht en de vraagsteller krijgt bericht dat de vraag in behandeling is. Om klantgerichter te opereren en de leden en verenigingen meer gevoel van invloed te geven, kan er een voorbeeld genomen worden aan de Nederlandse Bowling Federatie en de Nederlandse Triathlon Bond. Zowel bij de Nederlandse Bowling Federatie als de Nederlandse Triathlon Bond hebben de leden namelijk inspraak in het beleid van de bonden. Bij de Nederlandse Bowling Federatie door middel van een ingericht panel, waarbij een afspiegeling van de leden, een aantal keer per jaar, hun mening mogen geven. Bij de Nederlandse Triathlon Bond kan ieder lid of vereniging invloed uitoefenen op het beleid tijdens de regiobijeenkomsten, die tweemaal per jaar plaatsvinden. 7.5. Conclusie Uit dit hoofdstuk blijkt dat de Nederlandse Handboog Bond volgens de organisatiekenmerken geformuleerd door het NOC*NSF de meeste overeenkomsten kent met de volgende bonden: Koninklijke Nederlandse Biljart Bond Nederlandse Bowling Federatie Nederlandse Triathlon Bond Het blijkt dat de Nederlandse Handboog Bond relatief duur is. Ook hebben de andere bonden een gedifferentieerd lidmaatschap, waardoor recreatieve sporters een laag contributiebedrag hoeven te betalen. Volgens de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond hebben diverse lidmaatschappen, met een passend aanbod, geleid tot een hoger ledental. Om advies klantvriendelijker te verwerken, is een online helpdesk een optie. Om leden en verenigingen meer te betrekken bij de bond, heeft de Nederlandse Bowling Federatie, net als de Nederlandse Triathlon Bond, een mogelijkheid voor leden en verenigingen om inspraak uit te oefenen op het beleid van de bond. Dit door middel van een panel met een afspiegeling van de leden of door regionale bijeenkomsten. Kortom, de sterke punten van vergelijkbare sportbonden zijn: Gedifferentieerd lidmaatschap Digitale Helpdesk Ledenpanel Regionale bijeenkomsten 37

8. Sterke Verenigingen De doelstelling van de Nederlandse Handboog Bond is dat in 2016 70% van de verenigingen gekwalificeerd is als sterk. Afgeleid van de doelstelling is de volgende deelvraag opgesteld: Hoe sterk zijn de verenigingen van de Nederlandse Handboog Bond anno 2014 en wat zijn de wensen en behoeften om zich te ontwikkelen tot sterke verenigingen? De handboogverenigingen worden gekwalificeerd aan de hand van de in paragraaf 3.4. Vraagstelling opgestelde kritische service factoren. De randvoorwaarde voor een sterke vereniging is een minimum van 50 leden. De subdoelstellingen voor 2014 zijn dat: 50% van de verenigingen de verenigingsscan ingevuld heeft 30% van de verenigingen voldoet aan de criteria voor sterke verenigingen De verenigingsscan staat uitgewerkt in hoofdstuk 5.1. Onderzoeksopzet. In dit hoofdstuk wordt eerst de verenigingsscan verantwoord. Daarna worden de resultaten geanalyseerd en verwerkt tot conclusies. 8.1. Verantwoording verenigingsscan De verenigingsscan is verspreid naar Verdeling deelgenomen verenigingen over populatie de secretarissen van de verenigingen. naar aantal leden Van de 110 ingevulde verenigingsscans, hebben 100 150 of grote verenigingen hun verenigingsnummer ingevuld. Het totaal aantal gereageerde verenigingen is hiermee 47%. Deze 100 verenigingen kunnen 100-150 50-100 minder dan 50 daarom worden geanalyseerd op 0 50 100 sterkte. Door middel van het Respons Populatie 150 200 verenigingsnummer kunnen de antwoorden gekoppeld aan een figuur 8.1, Verdeling deelgenomen verenigingen over populatie naar aantal leden verenigingen en aan de informatie uit de administratie van de Nederlandse Handboog Bond. Wat opvalt bij de verdeling van de deelgenomen verenigingen op aantal leden, is dat blijkt dat de grotere verenigingen vaker de enquête invullen dan de kleine verenigingen. Dit is te zien in figuur 8.1. Verdeling deelgenomen vereniging over rayons rayon 1 rayon 2 rayon 3 rayon 4 0 20 40 60 80 respons populatie figuur 8.2, Verdeling deelgenomen verenigingen over rayons Bij de verdeling naar rayons, blijkt dat het aantal respondenten uit rayon 2 minder vertegenwoordigt is. Waar het in rayons 1, 3 en 4 rond de 50% respons is, is het aantal deelgenomen verenigingen in rayon 2 maar 24%. Dit is zichtbaar in figuur 8.2. In paragraaf 2.1.1. Afnemersanalyse is een kaart van Nederland te vinden waarop de rayons zijn weergegeven. 38

8.2. Resultaten verenigingsscan Ten eerste wordt de voortgang gemeten op het gebied van sterke verenigingen. Hierna worden de zes pijlers toegelicht om daarna de wensen en behoeften te benoemen. 8.2.1. Sterke verenigingen De randvoorwaardelijke eis voor een sterke vereniging is de eis van tenminste 50 leden. Van het totaal van verenigingen voldoet maar 56 van de 238 verenigingen aan deze eis. Dat is net iets minder dan 25%. Gesteld kan worden dat op basis van de randvoorwaarde het doel van de Nederlandse Handboog Bond dat 30% van de verenigingen in 2014 sterk zijn, niet gehaald is. Gebaseerd op het SPLISS-model uit hoofdstuk 4.3., worden de verenigingen beoordeeld op Kritische Service Factoren. Per factor krijgt de vereniging een score van 1 tot en met 5. De scores betekenen: 1. Weinig of geen ontwikkeling 2. Beperkte ontwikkeling 3. Gemiddeld niveau van ontwikkeling 4. Goed niveau van ontwikkeling 5. Beleidsterrein zeer goed ontwikkeld De scores worden bepaald aan de hand van de antwoorden op de vragen uit de verenigingsscan, te vinden in bijlage 28 en de informatie uit het ledenadministratieprogramma "Onze Relaties. De verantwoording voor de scores is te vinden in bijlage 30 en de uitwerking in bijlage 31 en 32. De hoogste gemiddelde score is 4,4/5 van de vereniging Amicitia. De gemiddelde score van alle verenigingen is 3,2/5. Dit wil zeggen dat het gemiddelde van de verenigingen, los van het aantal leden, op een gemiddeld niveau van ontwikkeling van een sterke vereniging is. Hoe meer leden een vereniging heeft, hoe hoger de gemiddelde score van de vereniging is. Het blijkt dat de verenigingen met meer dan 50 leden aanzienlijk hoger scoren dan de verenigingen met minder dan 50 leden. Dat is te zien in de figuur 8.3. In figuur 8.4 is te zien dat bijna 60% van de verenigingen gemiddeld tussen een gemiddeld en een goed niveau van ontwikkeling scoort. Indien de minimale score voor een sterke vereniging bepaald wordt op 3,5/5, dan wordt het doel van de bond dat 30% van de verenigingen sterk is, behaald. Verder is opmerkelijk dat de gemiddelde score in rayon 4, het rayon met gemiddeld de kleinste verenigingen, gemiddeld het hoogste scoort, ruim hoger dan de rayons 1 en 2, waar de verenigingen gemiddeld groter zijn. 50< 40-49 30-39 20-29 0-19 Gemiddelde score naar aantal leden 0 1 2 3 4 5 4-5 3-4 2-3 1-2 0-1 Aantal verenigingen per score 0 20 40 60 80 figuur 8.3, Gemiddelde score naar aantal leden figuur 8.4, Aantal verenigingen per score Kortom, van de 234 aangesloten verenigingen bij de Nederlandse Handboog Bond voldoet maar circa 25% aan de randvoorwaardelijke eis voor een sterke vereniging van minimaal 50 leden. De leden scoren op de Kritische Service Factoren gemiddeld een 3 uit 5, wat betekent dat de verenigingen op gemiddeld niveau zijn van ontwikkeling. Tevens blijkt dat de verenigingen met minimaal 50 leden gemiddeld 0,5 punt hoger scoren dan de verenigingen met minder dan 50 leden. 39

8.2.2. Financiën De vereniging moet financieel op orde zijn. Indien een vereniging niet in staat is om financieel overeind te blijven, kan de vereniging niet voort blijven bestaan. De afgelopen drie jaar had maar 13% van de verenigingen een tekort op de begroting. 10% van de verenigingen verwacht de komende drie jaar nog een tekort te hebben. Dat geeft aan dat de meeste verenigingen goed tot zeer goed zijn ontwikkeld. Van de verenigingen geeft 14% aan dat ze geen begroting of jaarrekening opstellen. Zorgelijk hiervan is dat deze verenigingen dus geen inzicht hebben in hun financiële situatie. Van de inkomsten van de verenigingen komt 50% voort uit de contributies, wat ledenbinding voor de verenigingen erg belangrijk maakt. De dienstverlening van de Nederlandse Handboog Bond op het gebied van financiën wordt door de verenigingen slecht beoordeeld met gemiddeld een 5,6. 8.2.3. Organisatie en Structuur Binnen een gemiddelde bestuur van een vereniging beoordeelt de helft zichzelf competent. Slechts 18 van de 100 verenigingsbesturen heeft het afgelopen jaar een relevant congres bijgewoond, los van het handboogcongres. De verenigingen die een congres bezocht hebben, scoren op de totale beoordeling gemiddeld een 3,6/5. Dat is een halve punt hoger dan de verenigingen die dat niet gedaan hebben. De score die de Nederlandse Handboog Bond krijgt voor ondersteuning van het bestuurlijk kader is gemiddeld een 6,3. Maar een kleine meerderheid van de verenigingen beschikt over een beleidsdocument. Een beleidsdocument is een beleidsplan, een jaarplan of een activiteitenplan. Van de verenigingen beschikt namelijk 40% niet over een beleidsdocument. Uit onderzoek blijkt dat verenigingen zonder beleidsdocument gemiddeld een halve punt lager scoren bij de algemene beoordeling, namelijk 3,5/5 om 3,0/5. Een wervingsplan voor vrijwilligers ontbreekt bij 80% van de verenigingen. Het ontbreken van een wervingsplan voor vrijwilligers heeft als gevolg dat de totale beoordeling gemiddeld met 0,7 lager uitvalt dan als er wel een wervingsplan aanwezig is. Het verschil is 3,7/5 om 3,2/5. Net als de beoordeling van de ondersteuning van het bestuur wordt de ondersteuning op het gebied van beleid met een 6,3 beoordeeld. Negatief valt op dat verenigingen zelden beschikken over een opleidingsplan voor het sporttechnisch of bestuurlijk kader. Verenigingen die wel een opleidingsplan voor het bestuur of het sporttechnisch kader hebben, scoren over het algemeen 0,5 hoger op de criteria voor een sterke vereniging. Waar de gemiddelde score zonder 3,2/5 is, scoren de verenigingen met opleidingsplan gemiddeld 3,7/5. 95% van de verenigingen heeft geen opleidingsplan voor het bestuur. 8.2.4. Sportaanbod Leden binden en behouden is belangrijk voor een vereniging. De reden daarvoor komt uit pijler 1: Financiën, waar al is benoemd dat de verenigingen afhankelijk zijn van contributie-inkomsten. Het sportaanbod heeft betrekking tot wat de vereniging haar leden en potentiële leden aanbiedt aan sportieve diensten. Voorbeelden van sportieve diensten zijn diverse disciplines als indoor, outdoor, 3D, veld of 25m1p, trainingen, wedstrijden en clinics. De meerderheid (60%) van de verenigingen geeft aan in te spelen op de wensen en behoeften van potentiële leden. Bijna alle verenigingen (80%) speelt naar eigen zeggen in op de behoeften van de huidige leden. De bondsondersteuning op het gebied van wedstrijdsport wordt relatief goed beoordeeld. De gemiddelde score is een 6,8. De opmerkingen die volgen hebben met name betrekking tot de wedstrijden zelf en minder tot de ondersteuning van de verenigingen. Een voorbeeld is: Goede reglementen en controle daarop. Een competitie welke interessant is voor de deelnemers. 40

8.2.5. Trainingsfaciliteiten Onder de trainingsfaciliteiten van de handboogverenigingen worden de accommodaties verstaan. Een accommodatie is van belang om sporters te kunnen faciliteren in hun sport. Van de pijlers is deze de meest ontwikkelde. Zo ontbreekt het maar bij 7,5% van de verenigingen aan het bezit of huur van een accommodatie en zijn de accommodaties allemaal primair geschikt voor de sport. Nog geen 20% van de accommodaties is in een horecagelegenheid. Binnen de handboogwereld komen accommodaties, direct aangrenzend aan een café geregeld voor. Dit wordt als negatief bestempeld. De ondersteuning op accommodatiegebied krijgt een gemiddelde beoordeling van een 6,2. Een bruikbare en concrete opmerking is: Een duidelijk reglement opstellen waarin precies wordt aangegeven hoe groot een accommodatie ten minste moet zijn om er wedstrijden te kunnen organiseren. Andere opmerkingen zijn wat betreft de accommodaties: Weet niet of dit nodig is? De club voorziet geheel in eigen ondersteuning en Geen ervaring mee, meer informatie richting verenigingen. Hieruit blijkt de onbekendheid vanuit de verenigingen met betrekking tot de ondersteuning die geboden kan worden. 8.2.6. Trainersbepaling en trainersontwikkeling De ontwikkeling van de sport is afhankelijk van de kwantiteit en kwaliteit van het sporttechnisch kader. Op het gebied van het wervingsplan voor technisch kader is meer aandacht nodig, zo blijkt uit de enquêtes. Een derde van de vereniging heeft een wervingsplan voor sporttechnisch kader, met als gevolg dat de verenigingen zonder wervingsplan gemiddeld 3,2/5 scoren en de verenigingen met een wervingsplan gemiddeld 3,7/5. Gemiddeld is de helft van de trainers, scheidsrechters en instructeurs is gediplomeerd. De ondersteuning op het gebied van technisch kader is de score redelijk, namelijk een 6,6. Gesteld wordt dat er verbeteringen mogelijk zijn in de voorlichting. Dat blijkt uit de opmerkingen: meer info en juiste communicatie. Over de inhoud komt de opmerking: De nieuwe opleidingsrichting is een verbetering, maar er kan nog veel verbeterd worden. Ook is een opgeleid technisch kader lastig voor kleine verenigingen. Meerdere opmerkingen worden gesteld in de trant van: Het is moeilijk om in een kleine club steeds gemotiveerde mensen te vinden die zoiets willen doen. 8.2.7. Samenwerken Samenwerking leidt tot nieuwe kansen. Voorbeelden van nieuwe kansen zijn kwaliteitsimpulsen, extra financiële winst en mogelijkheden voor extra vrijwilligers. Door samen te werken met andere (handboog)verenigingen, bedrijven, onderwijs en overheid, kan de vereniging risico s en verantwoordelijkheden delen en kansen generen. Een kleine minderheid van 45% van de verenigingen heeft een samenwerking. Wel kan gesteld worden dat als er sprake is van een samenwerking, deze in de meeste gevallen relevant en vaak ook effectief is. Van de samenwerking is in de ogen van de verenigingen namelijk 4,2/5 relevant en de effectiviteit 3,5/5. De gemiddelde beoordeling van de ondersteuning op het gebied van samenwerken scoort de Nederlandse Handboog Bond een 6,0. Er is een vereniging die opmerkt dat de inmenging van de Nederlandse Handboog Bond samenwerking tussen handboogverenigingen heeft bemoeilijkt: De verenigingen meer vrijheid geven, zoals vroeger toen de verenigingen een onderlinge competitie hadden op hun trainingsavonden maar deze later door de regio werd verboden. Een andere vereniging heeft juist behoefte aan meer inzicht naar de mogelijkheden: We zouden graag meer inzicht hebben in welke partijen beschikbaar zijn voor samenwerking. Zowel nationaal als regionaal. 8.3. Wensen en behoeften Uit de wensen en behoeften komen per onderwerp dezelfde reacties terug. De verenigingen hebben geen zicht op wat de bond voor hen kan betekenen en wat de bond voor hen doet. Ook komt 41

regelmatig terug dat de verenigingen geen behoefte hebben aan inmenging vanuit de bond. Het blijkt dat de hypotheses uit de interviews uit deelvraag 1, het huidige bedieningsconcept, overeenkomen met de situatie. Deze hypotheses zijn dat veel verenigingen onbekend zijn met het aanbod aan producten en diensten van de bond, dat de afstand met de bond door de verenigingen als groot wordt ervaren en dat de communicatie geacht wordt beter te moeten. Verder wordt opgemerkt dat de communicatie beter moet, er moet meer overleg gepleegd en informatie verstrekt worden met de verenigingsbesturen. Vooral de kleinere verenigingen hebben het gevoel dat er niet naar hen geluisterd wordt. Ook komt terug dat de bond er enkel zou zijn voor topsport, breedtesport achtergesteld wordt en er behoefte is aan duidelijkheid en eenduidigheid. 8.4. Conclusie De Nederlandse Handboog Bond loopt achter op de gestelde doelen. In 2014 zou 50% van de verenigingen de verenigingsscan moeten invoeren en 30% gekwalificeerd zijn als sterk. De respons is blijven steken op 47%, dus onder doel. Vooral de randvoorwaardelijke eis voor een sterke vereniging van minimaal 50 leden is een struikelblok. Maar 25% van alle verenigingen halen deze eis. Wel blijkt dat de verenigingen met 50 leden of meer aanzienlijk hoger scoren dan de vereniging onder deze eis. Hieruit blijkt dat de randvoorwaardelijke eis van tenminste minimaal 50 leden nut heeft. Gemiddeld scoren de verenigingen een 3,2 uit 5. Dit betekent dat de gemiddelde vereniging op een gemiddeld niveau van ontwikkeling is. De kritische service factoren die extra aandacht behoeven in verband met score van lager dan 2,5 zijn: Het bestuur neemt jaarlijks deel aan een relevant congres (1,8) De vereniging beschikt over een beleidsdocument (2,3) De vereniging beschikt over een wervingsplan voor vrijwilligers (1,7) De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het bestuur (1,2) De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het sporttechnisch kader (1,8) De vereniging beschikt over een wervingsplan voor het sporttechnisch kader (2,4) Uit onderzoek blijkt dat de verenigingen die op deze kritische service factoren goed scoren, ook een halve punt hoger scoren op de algemene beoordeling. Hieruit blijkt dat het beschikken over deze activiteiten of documenten aanzienlijk bijdraagt aan de beoordeling. Belangrijke conclusie uit de wensen en behoeften is dat de verenigingen onbekend zijn met de ondersteuning vanuit de Nederlandse Handboog Bond of dat er juist geen behoefte is in inmenging vanuit de bond. De hypotheses uit deelvraag 1, het huidige bedieningsconcept, worden bevestigd dat er behoefte is aan meer aandacht, zichtbaarheid en duidelijkheid vanuit de bond richting de verenigingen over wat de verenigingen kunnen verwachten en wat er aan ondersteuning mogelijk is. 42

9. Tevredenheid In dit hoofdstuk wordt de vraagzijde van het bedieningsconcept geanalyseerd, vanuit het standpunt van de leden. De doelstelling die de Nederlandse Handboog Bond zichzelf gesteld heeft, is dat in 2016 70% van de leden, de toegevoegde waarde van de bond met minstens een 7 waarderen. De vraag wordt beantwoord door de analyse van de ledenenquête. Aan de hand van de antwoorden op de open en gesloten vragen worden de ervaringen en verwachtingen van de leden geanalyseerd. Dit om de score op klanttevredenheid te achterhalen. Dit gebeurt aan de hand van het disconfirmatiemodel (Oliver, 1980) uit paragraaf 4.5.1. Definitie Klanttevredenheid. 9.1. Verantwoording enquête De ledenenquête kent als populatie de 8.739 schutters die lid zijn van de Nederlandse Handboog Bond. In totaal zijn er 814 enquêtes ingevuld. De spreiding van de enquête komt overeen met het totale ledenbestand van de bond. Dit blijkt uit de leeftijdsverdeling (figuur 9.1 en 9.2), de spreiding in man/vrouw (figuur 9.3) en spreiding per rayon (figuur 9.4). figuur 9.1, Leeftijdsverdeling leden figuur 9.2, Leeftijdsverdeling ledenenquête 100 50 0 Spreiding man/vrouw Man Vrouw Ledenbestand Respondenten Enquête 40 30 20 10 0 Speiding leden per rayon RAYON 1 RAYON 2 RAYON 3 RAYON 4 Ledenbestand Respondenten Enquête figuur 9.3, Spreiding man/vrouw figuur 9.4, Spreiding leden per rayon 9.2. Resultaten enquête De resultaten die de enquête heeft opgeleverd, zijn opgedeeld in onderwerpen. Per onderwerp is een score bekend. Per onderwerp wordt de score ook verklaard. De onderwerpen zijn: algemeen, wedstrijden, opleidingen, communicatie en verbinding. Deze onderwerpen zijn opgesteld door de Nederlandse Handboog Bond in het meerjarenbeleidsplan 2013-2016. Hierna worden de wensen en behoeften van de leden achterhaald. 43

9.2.1. Algemeen Uit de enquête blijkt dat de score van de Nederlandse Handboog Bond momenteel nipt onder de doelstelling ligt. De doelstelling is dat in 2016 70% van de leden de toegevoegde waarde van de bond met tenminste een 7 beoordeelt. De waardering van de bond door de leden is namelijk gemiddeld een 6,9. Van alle leden geeft 68% het algemene beleid van de Nederlandse Handboog Bond een 7 of hoger. Er is geen aantoonbaar verband tussen de waardering van de bond in zijn geheel op basis van de criteria van man/vrouw, rayon of recreatief/wedstrijdschutter. Wel blijkt er een correlatie te zijn bij de schutters met de volgende type bogen: Recurve (69% van de leden) Barebow (12% van de leden) Traditioneel (13% van de leden) figuur 9.5, Barebow. Boog zonder vizier figuur 9.6, Traditioneel figuur 9.7, Recurve. Boog met vizier Deze verschillen blijken naast een correlatie, ook een significant verschil aan te tonen. Daarom wordt onderzocht wat de scores zijn van de schutters met deze type bogen. Hieruit blijk dat: Recurveschutters waarderen de bond hoger dan de andere schutters, namelijk met een 7,0 De barebow of traditionele schutters waarderen de bond lager, namelijk met een 6,4. Als de waardering wordt geanalyseerd op basis van schietdiscipline, is er ten opzichte van het gemiddelde enkel een opvallend verschil merkbaar bij de discipline 3D: 3D schutters, 24% van de leden, waarderen de Nederlandse Handboog Bond met een 6,4. 9.2.2. Wedstrijden De wedstrijden worden gemiddeld beoordeeld als goed. De bondscompetitie scoort gemiddeld een 6,9 en 71% waardeert de bondscompetitie met minimaal een 7. De A- en B-status wedstrijden krijgen een waardering met een 7,0 en 70% waardeert deze wedstrijden met tenminste een 7. 9.2.3. Opleidingen De opleidingen van de Nederlandse Handboog Bond worden gewaardeerd met een gemiddelde van 6,7. Maar 61% van de deelnemers aan de opleidingen geeft voor de opleidingen een 7 of hoger. Dit is ruim onder de doelstelling. De opvallende resultaten met betrekking tot opleidingen zijn: Handboogtrainer A, de opleiding bestaat niet meer. De opleiding wordt bovengemiddeld beoordeeld met gemiddeld een 7. Handboogtrainer 2, de opleiding wordt slecht beoordeeld met gemiddeld een 6,2. Sportief Coachen (VSK), de opleiding krijgt gemiddeld een 5,5. Echter, maar twee deelnemers hebben deze opleiding beoordeeld, dus deze waardering is niet significant. 44

De Handboogtrainer 2 opleiding is een opleiding voor assistent trainer. Uit het onderzoek blijkt geen specifieke verklaring voor de lage waardering. Deze opleiding scoort laag op zowel inhoud, organisatie als op nazorg. Uit de commentaren blijkt dat vooral de eerste Handboogtrainer 2 opleidingen onder de maat waren. De leden vermoeden dat de huidige opleidingen verbeterd zijn. Ook geeft men aan dat de opleidingen niet overeenkomen met de verwachtingen. 9.2.4. Communicatie De communicatie van de Nederlandse Handboog Bond scoort een 6,5. 58% van de leden waardeert de communicatie vanuit de bond met tenminste een 7. De groepen die de bond in zijn algemeen beter of slechter waarderen, reageren hetzelfde op het gebied van communicatie: Recurveboog schutters waarderen de communicatie met een 6,6 bovengemiddeld De barebow, traditionele en 3D schutters waarderen de communicatie onder gemiddeld tussen de 6,2 en 6,3. Op de communicatiekanalen is vrij weinig aan te merken. Nog geen 10% vindt de invulling van of het bondsblad of de nieuwsbrief of social media niet goed. 17% van de leden vinden de huidige website niet informatief. Veel gehoorde kritiek gaat over de vindbaarheid van informatie op de website. Er is behoefte aan meer duidelijkheid en structuur op de website. Andere opmerkingen met betrekking tot de communicatie is dat de frequentie hoger moet, omdat de informatie momenteel regelmatig achterhaald is. 9.2.5. Verbinding Verbinding is voor veel leden een onbekend begrip en hebben hier ook een beperkte mening over. De verbinding wordt door de schutters het laagst gewaardeerd, de verbinding krijgt van de leden een 6,2. Mogelijke oplossingen die aangedragen worden zijn: Aandacht voor de diverse disciplines Verhogen van het persoonlijke contact door onder andere verenigingen meer te bezoeken Betere communicatie 9.3. Wensen en behoeften Bij de boogtypen is de recurveboog het meest vertegenwoordigd met afgerond 70%. Bij de disciplines is indoor met 80% het meest vertegenwoordigd. Ook de disciplines 25m1p en outdoor zijn aanmerkelijk groot met ieder ruim 30%. Schutters kunnen ook meerdere disciplines schieten. Binnen de bond zijn de disciplines veld en 3D met de bijbehorende klassiekere bogen als traditioneel, hout en barebow een minderheid. Gevolg is dat in de ogen van deze schutters, deze disciplines minder ondersteund worden. De meest 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% Onderwerpen met de hoogste prioriteit gemaakte opmerking is, is dat ze meer aandacht willen. Hiernaast zijn de onderwerpen met de hoogste prioriteit zichtbaar. De onderwerpen, die de leden de hoogste prioriteit geven, zijn verenigingsondersteuning en wedstrijden/competities. Communicatie is de derde prioriteit. figuur 9.8, Onderwerpen met de hoogste prioriteit 45

Zoals al bij communicatie is vermeld, is er behoefte aan een website die duidelijk is en structuur heeft. Zoals opgemerkt in 9.2.5. Verbinding, willen de kleine disciplines aandacht en erkenning. Ook is er vraag naar directer en persoonlijker contact. Kritiek is er op de afstand tussen de bond en haar leden. Meer dan de helft van de leden vindt het aanbod aan producten en diensten dekkend, maar het huidige aanbod kan wel kwalitatief beter. De leden wensen wel meer advies over technische handboogzaken. Dat kan variëren van fysieke cursussen en clinics tot uitleg via video s en meer technische informatie op de website. Momenteel ontbreekt informatie over materiaal helemaal op website. Ook wensen leden informatie over handboogwinkels. Hierin wisselt het tussen onafhankelijk advies of juist een collectieve korting. Men geeft geen specifieke onderwerpen aan voor extra advies, de leden vinden dat de bond alle handbooggerelateerde vragen van leden moet kunnen beantwoorden. Ook moet de bond de verenigingen ondersteunen, indien de verenigingen dat nodig hebben. 9.4. Conclusie De waarderingen op de diverse onderdelen zijn als volgt: Cijfer percentage min. 7 Nederlandse Handboog Bond in zijn geheel 6,9 68% Wedstrijden 6,9/7,0 71%/70% Opleidingen 6,7 61% Communicatie 6,5 58% Verbinding 6,2 45% De conclusie is dat de bond in zijn geheel dicht bij de doelstelling van een ledenwaardering van minimaal een 7 door 70% van de leden aan zit. Indien er tot 2016 een kleine stijging is, wordt het doel behaald. De groep waar de meeste winst te behalen valt zijn de boogtypen barebow en traditioneel. De discipline met de meeste groeipotentie is 3D. Deze groepen scoren significant lager dan de rest. De onderwerpen die voor de leden de hoogste prioriteit zijn, zijn verenigingsondersteuning, wedstrijden en competities en in mindere mate de communicatie. Er worden geen concrete producten of diensten gemist in het huidige aanbod, wel zouden de huidige producten en diensten verbeterd kunnen worden. Duidelijkheid en zichtbaarheid zijn daarbij de kernwoorden. Een voorbeeld is de website waarbij de structuur tekortschiet. Bij veel leden is er behoefte aan aandacht, aan persoonlijk of direct contact vanuit de bond. Veel leden hebben nog nooit contact gehad met de bond en zijn niet op de hoogte van het nut van de bond. Dit is vooral sprake bij de bogen en disciplines die als minderheid gelden, namelijk barebow, traditioneel en 3D. Op gebied van advies is er behoefte aan meer clinics of informatiedeling op technisch of materiaal gebied. Een voorbeeld is een verbindende rol tussen handboogwinkels en de leden. 9.4.1. Perceptie Zoals in paragraaf 4.5.3. Perceptiemanagement aangestipt werd, moet bij de disconfirmatie worden rekening gehouden met of de verwachtingen van de klanten, in dit geval de leden, haalbaar zijn. Veel leden hebben behoefte aan persoonlijk contact en vinden dat bondsmedewerkers vaker verenigingen moeten bezoeken. Het is met de beperkte mankracht en financiële middelen niet mogelijk jaarlijks alle verenigingen te bezoeken en alle leden te spreken. Wel kan de communicatie persoonlijker. Tevens dient de Nederlandse Handboog Bond duidelijk te communiceren dat de bond aandacht heeft voor iedereen, maar dat het niet in staat is om alle verenigingen fysiek te bezoeken. Een ander voorbeeld heeft betrekking op de opleidingen. Leden die in het verleden de Handboogtrainer 2 opleiding hebben gevolgd, hebben hier slechte ervaringen mee. De opleiding kan momenteel wel sterk verbeterd zijn, maar de ervaringen van de vorige cursisten blijft. 46

10. Eindconclusie In dit hoofdstuk staat de ambitie van de Nederlandse Handboog Bond centraal. De Nederlandse Handboog Bond heeft in het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 de ambitie geformuleerd om een klantgerichtere bond te zijn. De centrale vraagstelling is: Wat is het effect van het huidige beleid van de Nederlandse Handboog Bond met betrekking tot de doelstellingen Sterke verenigingen en Tevredenheid en in hoeverre dient dit beleid aangepast te worden zodat het bedieningsconcept beter aansluit bij de wensen van zowel de verenigingen als de schutters? Om deze vraagstelling te beantwoorden, zijn er eerst vier deelvragen beantwoord. Deze deelvragen hebben betrekking op de huidige situatie, het effect van het huidige beleid en de verbeterpunten. De vragen zijn beantwoord door een combinatie van deskresearch en fieldresearch. Uit de resultaten en analyses is de volgende conclusie gekomen. 10.1. Hoofdconclusie In deze paragraaf wordt door middel van de deelconclusies uit de vorige hoofdstukken antwoord gegeven op de vraagstelling. Eerst wordt het effect van het huidige beleid herhaald en daarna worden de verbeterpunten benoemt. 10.1.1. Effect beleid Nederlandse Handboog Bond Het effect van het beleid van de Nederlandse Handboog Bond wordt opgedeeld op twee onderwerpen, namelijk sterke verenigingen en ledentevredenheid. Van de verenigingen behaald 25% de randvoorwaarde van minimaal 50 leden. Het doel voor 2014 is dat 30% van de vereniging voldoen aan de criteria van sterke verenigingen. Tweederde van de verenigingen is in 2014 op een gemiddeld niveau van ontwikkeling op de criteria voor een sterke vereniging, dat wil zeggen een score van tenminste 3/5. Echter is enkel 10% van de verenigingen op een goed niveau van ontwikkeling, namelijk een score van tenminste 4/5. Voor 2016 is de ambitie dat maar liefst 70% van de verenigingen moeten voldoen aan de criteria van een sterke verenigingen. Daarvoor moet tenminste 2% van de minder ontwikkelde verenigingen groeien naar een gemiddeld niveau van ontwikkeling. Maar om de ambitie hoog te houden, zou overwogen dienen te worden om te streven naar 25% verenigingen op een goed niveau van ontwikkeling. Het doel dat in 2016 70% van de leden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond met minimaal een 7 waardeert, is in 2014 al bijna bereikt. In 2014 waardeert 68% van de leden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond met minimaal een 7. Indien de bond dit vasthoudt en een 2% stijging kan realiseren, is dit doel behaald. Er zou overwogen kunnen worden of deze doelstelling ambitieus genoeg is. Met nog 2 jaar te gaan zou overwogen kunnen worden de doelstelling bij te stellen naar een waardering van de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond door 75% van de leden. Hieruit blijkt dat de strategie van het huidige beleid goed is. De leden zijn tevreden en de verenigingen zijn op de goede weg. Uit het onderzoek blijkt dat de leden en de verenigingsbesturen niet vinden dat het aanbod van de Nederlandse Handboog Bond uitgebreid dient te worden. Wel zijn zwakke plekken in het beleid vooral de communicatie. Daarnaast zijn de schutters van de discipline 3D en boogtype traditioneel en barebow ontevreden. Zij voelen zich achtergesteld. Wat betreft de sterkte van de verenigingen, zit de zwakte vooral in de kleine verenigingen met minder dan 50 leden. Aangenomen mag worden dat leden van een sterke verenigingen ook meer tevreden zijn. 47

10.1.2. Verbeterpunten beleid Nederlandse Handboog Bond Operationeel zijn de verbeterpunten in het huidige bedieningsconcept de volgende punten: Verbinding tussen de NHB en de leden De afstand tussen de leden en de bond wordt te groot ervaren. Dit blijkt uit de interviews uit deelvraag 1 en uit de enquêtes met de leden en de verenigingen uit deelvraag 3 en 4. Verbinding is het onderwerp dat de leden het minst waarderen, dit onderwerp scoort een 6,2. De leden vinden dat de Nederlandse Handboog Bond meer zichtbaar moet zijn. De schutters met het boogtype Traditioneel en Barebow en de discipline 3D voelen zich achtergesteld. Juist deze groep vraagt om extra aandacht van de bond. Deze afstand wordt mede vergroot doordat de communicatie als knelpunt wordt ervaren door de leden en verenigingsbesturen. Zichtbaarheid producten en diensten Communicatie wordt door de leden als derde prioriteit genoemd, echter de huidige communicatie wordt relatief laag gewaardeerd met een 6,5. In het verlengde van de grote afstand tussen de leden en de bond dient de communicatie verbeterd te worden. Door een eenzijdigere communicatie tussen de Nederlandse Handboog Bond en haar leden en verenigingen worden de producten en diensten van de Nederlandse Handboog Bond meer zichtbaar en wordt het bekend waarin de bond kan adviseren en waar de bond voor staat. Door een effectieve communicatie zal ook de afstand tussen de leden en de bond kleiner ervaren worden. Vindbaarheid informatie Uit de ledenenquête blijkt dat er vanuit de leden vraag is naar een eenvoudigere communicatie en met name met betrekking tot de website. Zowel de leden als de verenigingen geven aan dat informatie op de huidige website lastig vindbaar is. Daarnaast mist de website technische handboog informatie. Hiermee bedoelen de leden informatie over bogen en techniek, maar ook handboogwinkels. Handboogtrainer 2 Binnen de opleidingen dient er vooral de focus gericht te worden op de opleiding tot Handboogtrainer 2. Deze opleiding kreeg van de deelnemers een aanzienlijk lager cijfer dan de andere opleidingen. De oude opleiding tot Handboogtrainer A dient als voorbeeld te gelden, deze opleiding werd juist aanzienlijk hoger beoordeeld dan de andere opleidingen. Gerichtere verenigingsondersteuning Om de verenigingen sterker te maken, moet de ondersteuning beter. De onderdelen van de verenigingsondersteuning, die lager gewaardeerd worden dan de andere onderdelen, zijn financiën met een 5,6, samenwerken met een 6,0 en communicatie met een 6,1. De lage waardering voor financiën komt voort uit de relatief hoge contributie en het gebrek aan zichtbare ondersteuning. De scores van de verenigingen op het gebied van financiën geven aan dat 85% van de verenigingen financieel gezond is. Naast de lage waardering voor het onderdeel samenwerken, geeft ook maar 45% van de verenigingen aan over een samenwerking met gemeenten, onderwijs, bedrijfsleven of andere verenigingen te beschikken. Dit is in het verlengde van de reacties van de leden op het onderdeel verbinding. De reacties hebben betrekking tot onbekendheid en onzichtbaarheid van de bond. De onderwerpen die voor verbetering vatbaar zijn, zijn: het hebben van een beleidsdocument, het jaarlijks bezoeken van een relevant congres (buiten het handboogcongres), het hebben van een wervingsplan voor vrijwilligers/sporttechnisch kader en het hebben van een opleidingsplan voor het bestuur/sporttechnisch kader. De onvrede met betrekking tot de hoogte van de contributie en het ontbreken van een recreatief tarief wordt in verband met het parallel lopende onderzoek niet in dit onderzoek opgenomen. 48

11. Aanbevelingen De aanbevelingen komen voort uit de nieuwe innovaties uit figuur 11.2. Dit zijn namelijk de innovaties die moeten dienen om de doelen voor 2016 van de Nederlandse Handboog Bond te bereiken. Deze doelen zijn dat 70% van de verenigingen sterk zijn en 70% van de leden tevreden zijn over de toegevoegde waarde van de bond. Om het bedieningsconcept beter aan te laten sluiten op de wensen en behoeften van de leden en verenigingen dienen er niet meer producten of diensten toegevoegd te worden. Het gaat vooral om de uitvoering van het bedieningsconcept. Deze aanbevelingen worden later uitgewerkt in hoofdstuk 12. Implementatie. 11.1. Strategie In deze paragraaf wordt de conclusie van hoofdstuk 10 omgezet in een strategie voor de Nederlandse Handboog Bond. De strategie zal bepaald worden aan de hand van eerst de strategieën van Ansoff (figuur 11.1) en daarna vertaald naar het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond met het Abell-model (figuur 4.1, Hoofdstuk 4.1). 11.1.1. Ansoff-model Het Ansoff-model is een strategische matrix dat gebruikt wordt bij de formulering van strategieën. Bij het Ansoff-model is de keuze voor een strategie afhankelijk van twee factoren, een bestaand of nieuw product en een bestaande of nieuwe markt. Afhankelijk van deze factoren wordt er gekozen voor: marktpenetratie, productontwikkeling, marktontwikkeling of diversificatie. De doelgroep van de Nederlandse Handboog Bond bij de gestelde doelstellingen zijn de huidige leden en huidige verenigingen. Aangezien de markt dus niet veranderd, is de strategie of marktpenetratie of productontwikkeling. Bij een verbetering van een huidig onderdeel van het bedieningsconcept zal er daarom de strategie van marktpenetratie worden gehanteerd. Hierbij is het doel om met het huidige product een groter deel van de leden en verenigingen te bereiken. Bij de nieuwe producten wordt productontwikkeling toegepast. figuur 11.1, Ansoff-model 11.1.2. Abell-model Het Abell-model geeft een duidelijke afbakening van het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond. Het geeft aan met welke producten en technologieën de bond actief is en op welke doelgroep ze inspelen (Abell, 1979). Het toekomstige bedieningsconcept is in figuur 11.2 visueel gemaakt in een nieuw Abell-model. In dit model worden de blauwe punten in het huidige bedieningsconcept gedekt, zoals in de conclusie van deelvraag 1 ook weergegeven is. De rode onderwerpen zijn momenteel onderdeel van het bedieningsconcept, maar dienen verbeterd te worden. De groene onderwerpen dienen toegevoegd te worden. 49

Uit het onderzoek blijkt dat de website en de communicatie verbetering nodig hebben. Aan een nieuwe website wordt al gewerkt. Deze innovatie, zoals dat in de Abell-theorie genoemd wordt, staat in directe verbinding met de behoefte van de leden en verenigingen naar betere informatie. Een betere communicatie heeft betrekking tot de behoefte naar aandacht. De behoeften aandacht en inspraak worden bediend door de nieuwe innovaties: regiobijeenkomst en panel. figuur 11.2, Abell model toekomstig bedieningsconcept 11.2. Nieuwe bedieningsconcept De onderdelen die verbeterd of toegevoegd dienen te worden aan het nieuwe bedieningsconcept worden verder uitgewerkt in deze paragraaf. 11.2.1. Panel Om de afstand tussen de leden en de Nederlandse Handboog Bond te verkleinen en de verbinding te verbeteren, zou de Nederlandse Handboog Bond een voorbeeld moeten nemen aan de Nederlandse Bowling Federatie. De Nederlandse Handboog Bond zou net als de Nederlandse Bowling Federatie een online panel moeten starten, met daarin een afspiegeling van de leden. Dit panel wordt regelmatig naar de mening gevraagd. Doordat het panel werkt als adviserend orgaan, creëert het panel draagvlak onder de leden voor de beslissingen van de Nederlandse Handboog Bond. Tevens wordt er aandacht besteed aan de diverse groepen handboogleden. De uitwerking hiervan is te vinden in hoofdstuk 12, Implementatie aanbevelingen 11.2.2. Regiobijeenkomst Door jaarlijks in elk rayon of elke regio een bijeenkomst te houden waarbij alle verenigingsbesturen welkom zijn, kan de bond ook aanzetten tot meer verbinding en samenwerking tussen de verenigingen en de Nederlandse Handboog Bond. Dit is naar voorbeeld van de Nederlandse Triathlon Bond. De Nederlandse Triathlon Bond organiseert jaarlijks twee regiobijeenkomst, waar iedereen welkom is. Er dient de komende jaren meer gestimuleerd te worden tot samenwerking tussen verenigingen. Onder samenwerken wordt niet direct fuseren verstaan, wel wordt gestuurd dat de verenigingen door samenwerking elkaar kunnen versterken. Tijdens de regiobijeenkomst dient benadrukt te worden wat het belang is van het hebben van een beleidsdocument, opleidingsplan, wervingsplan of het bezoeken van een handbooggerelateerd congres. De verenigingen worden geholpen met de opzet van één van de documenten of het verwijzen naar de locatie, waar die informatie te vinden is. Deze ondersteuning komt voornamelijk vanuit de verenigingsondersteuners, maar ook het inzetten van experts vanuit bijvoorbeeld het NOC*NSF. 50

Vooral het hebben van een beleidsdocument is belangrijk. Dit bevordert de continuïteit van de vereniging doordat hierin de doelen, middelen en een tijdspad in worden omschreven. Door actief met de toekomst bezig zijn, kan worden voorkomen dat men achter de ontwikkelingen aan loopt. Dit leidt namelijk vaak tot ad hoc beslissingen. 11.2.3. Communicatie De Nederlandse Handboog Bond communiceert met haar leden en verenigingen door middel van de communicatiemiddelen: website, nieuwsbrief en bondsblad. Momenteel wordt er al gewerkt aan een nieuwe website, zoals beschreven in deelvraag 1. Hierbij wordt gewerkt aan de vindbaarheid van informatie. Vooral het uitklapmenu moet de gebruiksvriendelijkheid van de website verbeteren. Tevens dient er een sectie te komen met technische informatie, want de leden hebben behoefte aan sporttechnische informatie over type bogen en trainingen. Daarnaast wordt een platform of een forum, in de website geïntegreerd, waarbij de leden elkaar kunnen helpen met de diverse vragen. Dit is tevens bevorderlijk voor de verbinding. Binnen de communicatie wordt niet actief ingezet op sociale media, dit omdat maar 24% geïnteresseerd is communicatie via dit medium (figuur 11.3). 80% 60% 40% 20% Via welk medium ben je geïnteresseerd in communicatie vanuit de NHB? 0% Website Nieuwsbrief Bondsblad Brief(post) Sociale Media Anders, namelijk figuur 11.3, Populariteit verschillende media voor communicatie onder de leden van de NHB 51

12. Implementatie Om de aanbevelingen uit hoofdstuk 11. Aanbevelingen uit te voeren, wordt in dit hoofdstuk het implementatieplan uitgewerkt. De strategie die daarbij wordt toegepast is als volgt: Het bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond actief onder de aandacht brengen bij de leden en de verenigingen, door een gerichte communicatie. Deze strategie wordt uitgewerkt met behulp van de marketingmix. De marketingmix is de meest toegepaste model bij het implementeren van een strategie (Vries Jr., 2009). Met deze marketingmix kan de Nederlandse Handboog Bond de strategie direct implementeren in de organisatie. Tevens wordt in dit hoofdstuk de implementatie organisatorisch en financieel uitgewerkt. 12.1. Marketingmix De marketingmix bestaat binnen de dienstenmarketing uit 6 p s (Vries Jr., 2009). Deze 6 p s zijn: product, plaats, prijs, promotie, personeel en proces. Binnen de implementatie worden de p s van proces en personeel buiten beschouwing gelaten. Deze p s spelen geen rol van betekenis in de implementatie, aangezien deze p s niet worden aangepast. De invulling van de vier overige p s is hieronder weergegeven. Product Plaats Prijs Promotie 1.Panel 4.Digitaal 6.Gratis 7.Website 2.Regiobijeenkomst 5.Regio s 8.Bondsblad 3.Verenigingsondersteuning 9.Nieuwsbrief 12.1.1. Product De p van product geeft aan welke producten de organisatie levert (Vries Jr., 2009). Bij de producten worden eerst de features uitgewerkt, waarna de benefits worden behandeld. De features van een product zijn de kenmerken van het product, de eigenschappen. De benefits zijn de voordelen voor de klant, de leden of verenigingen (Vries Jr., 2009). Het panel en de regiobijeenkomst zijn nieuwe diensten voor de bestaande leden en verenigingen en gelden als innovaties. Verenigingsondersteuning is al aanwezig in het huidige bedieningsconcept, maar dient verbeterd te worden. 1. Panel De Nederlandse Handboog Bond moet in 2014 een online panel gaan opzetten, waarin een afspiegeling van de leden vertegenwoordigd is. De eigenschappen van het panel zijn dat in dit online panel 100 leden vertegenwoordigd zullen zijn, met een representatieve samenstelling van het totaal aantal leden. Om een representatief panel te creëren, dient rekening gehouden te worden met de spreiding over de vier rayons, de verhouding man/vrouw, de leeftijdsopbouw en de discipline. De leden worden vier keer per jaar ondervraagd door middel van stellingen. De stellingen worden digitaal afgenomen met het online enquêteprogramma SurveyGizmo. De panelleden worden per mail verzocht binnen een week, op een voor hen gewenst tijdstip, de stellingen te beantwoorden. De onderwerpen waarover de stellingen gaan, variëren van willekeurige onderwerpen als communicatie, wedstrijden tot beleidszaken als normen en waarden en alcoholbeleid. Het panel heeft vooral een toetsend karakter, maar is ook adviserend. Door deze peilingen van de mening van het panel zijn de wensen en behoeften in beeld. Hierdoor kan het beleid van de Nederlandse Handboog Bond regelmatig worden geëvalueerd en eventueel bijgestuurd worden. De benefits van het panel zijn dat de leden het gevoel te geven dat de leden meer aandacht krijgen en meer inspraak hebben. Met andere woorden, er wordt draagvlak 52

gecreëerd. Vooral de leden uit de kleinere disciplines dienen het gevoel te krijgen dat ook de mening van hen belangrijk is voor de Nederlandse Handboog Bond. Het panel is een nieuwe dienst en is daarom in de Product Levens Cyclus (de fase waarin een product verkeerd) in de introductiefase. Hierbij draait het om het creëren van vraag bij de leden (Vries Jr., 2009). Als innovatie dient er bij het panel rekening gehouden te worden met het adoptieproces, dat wil zeggen dat het geaccepteerd dient te worden door de leden (Vries Jr., 2009). Mogelijke problemen die dienen te worden vermeden, zijn dat er bewustzijn dient te worden gecreëerd, net als interesse. De leden dienen het panel te kunnen evalueren en uiteindelijk deel te nemen aan het panel. Het panel wordt in de organisatie van de Nederlandse Handboog Bond ondergebracht bij de manager breedtesport. Afhankelijk van de richting van de stellingen worden andere afdelingen erbij betrokken. Het programma SurveyGizmo is al in gebruik door de Nederlandse Handboog Bond. Omdat het al in gebruik is zullen er geen extra kosten gemaakt worden. Naar verwachting is de tijd die nodig is om het panel op te zetten, totaal 20 uur. Per raadpleging van het panel, vier keer per jaar, zullen 20 uur nodig zijn voor het opstellen en analyseren van de stellingen. 2. Regiobijeenkomst Om de verenigingen meer te bezoeken, zonder de verenigingen individueel af te gaan, moet de Nederlandse Handboog Bond regiobijeenkomsten gaan organiseren. Door de bestuursleden van de handboogverenigingen bij elkaar te brengen, kan de verenigingsondersteuner meer verenigingen tegelijk bezoeken en ondersteunen. Tevens komen de verenigingen hierdoor elkaar tegen en kunnen ze van elkaar leren. Per rayon worden twee bijeenkomsten georganiseerd, waarbij de verenigingen uit twee regio s worden uitgenodigd. Aan het bezoeken van de bijeenkomsten zijn voor de verenigingen geen kosten verbonden en door deze in de regio s te organiseren blijven de reistijd en kosten laag. Dit moet, naast de argumentatie dat de verenigingen hier de bijeenkomsten ter bevordering zijn van de verenigingen, de verenigingen motiveren daadwerkelijk te gaan. De verenigingen worden uitgenodigd om vrijwillig deze bijeenkomsten te bezoeken. Dit maakt dat er geen barrières ontstaan doordat het verplicht is.tijdens de bijeenkomsten wordt nieuws vanuit de bond medegedeeld, ondersteuning aangeboden, het belang van bepaalde documenten als een opleidingsplan toegelicht en er is ruimte voor best practices van handboogverenigingen. Door de verenigingen samen te brengen, te verbinden en te benadrukken wat de toegevoegde waarde kan zijn van een samenwerking, wordt samenwerken tussen verenigingen gestimuleerd. De voordelen zijn dat de Nederlandse Handboog Bond op deze manier de verbinding tussen de bond en de verenigingen verbetert. Hierdoor wordt de afstand tussen de verenigingen en de bond kleiner ervaren. Ook worden de verenigingen onderling meer met elkaar verbonden. Op dit podium kan de Nederlandse Handboog Bond het beste meerdere verenigingen ondersteuning bieden en oplossingen aandragen. Het doel is om de verenigingen te versterken. Voor de regiobijeenkomsten geldt hetzelfde als voor het panel, wat betreft dat het een nieuw product is en een innovatie is. De regiobijeenkomst is ook in de introductiefase van de Product Levens Cyclus (Vries Jr., 2009) en dient rekening te houden met het adoptieproces. Dit gebeurt door eerst het bewustzijn te creëren bij de leden door de communicatie. Daarna dient er interesse gewekt te worden. Door de resultaten te communiceren kunnen de leden evalueren dat de regiobijeenkomsten nut hebben en doordat er geen verplichtingen aan verbonden worden wordt ook de adoptie verhoogd. De regiobijeenkomsten worden onderdeel van verenigingsondersteuning, onder de verantwoordelijkheid van de projectmanager van de Nederlandse Handboog Bond. De bijeenkomsten dienen georganiseerd te worden in samenwerking met de verenigingsondersteuners, dit zijn vijf 53

handboogsporters die hiervoor de benodigde bagage hebben meegekregen. De verenigingsondersteuners zijn niet in dienst bij de Nederlandse Handboog Bond, maar krijgen wel een vergoeding vanuit de bond. Bij de regiobijeenkomsten zullen ook de vier rayons betrokken worden. De tijd die dit kost wordt geschat op 20 uur per regiobijeenkomst, op basis van een bijeenkomst per tweetal regio s, dus acht bijeenkomsten per jaar. Het organiseren van de bijeenkomsten neemt ook organisatiekosten met zich mee. Dit zijn kosten als catering, aankleding en folders. Verenigingsondersteuning Verenigingsondersteuning vanuit de Nederlandse Handboog Bond bestaat al. Maar om het doel van 70% sterke verenigingen in 2016 te behalen, dient deze verenigingsondersteuning verbeterd te worden. Momenteel is de ondersteuning en informatieverstrekking vanuit de bond richting de verenigingsbesturen passief. Los van de gesubsidieerde intake gesprekken, (zie hoofdstuk 3.2. Historie Vraagstuk), worden nu de verenigingsbesturen geacht op eigen initiatief te zoeken naar de mogelijkheden van ondersteuning. De Nederlandse Handboog Bond dient echter actief de verenigingen te moeten informeren en oplossingen aan te reiken. Dit onder meer door de bovenstaande regiobijeenkomsten, maar ook door middel van de andere communicatiekanalen als de nieuwsbrief. De communicatie komt in de p van promotie ter sprake. Voor de kritische service factoren waarop gemiddeld laag gescoord worden, zie de conclusie van hoofdstuk 8. Sterke Verenigingen, dienen concrete documenten ontwikkeld te worden. Concrete documenten die de Nederlandse Handboog Bond hierbij dient te ontwikkelen zijn: Overzicht relevante congressen voor verenigingsbesturen Stappenplan opstellen beleidsdocument voor handboogverenigingen Voorbeeld wervingsplan voor vrijwilligers Voorbeeld opleidingsplan voor sporttechnisch kader en bestuur Voorbeeld wervingsplan sporttechnisch kader Deze documenten dienen beschikbaar te worden gesteld, in combinatie met een goede onderbouwing van het nut voor de verenigingen van het hebben van deze documenten. De beste opties daarvoor zijn best practices, voorbeelden van het succesvol toepassen van bijvoorbeeld een beleidsdocument of een opleidingsplan door andere handboogverenigingen. De benefits voor de verenigingen zijn dat door een betere, proactieve ondersteuning de vereniging sterker kan worden. De communicatie over de verenigingsondersteuning wordt behandeld bij de p van promotie. Verenigingsondersteuning valt onder de verantwoordelijkheid van de projectmanager verenigingsondersteuning van de Nederlandse Handboog Bond. De kosten zitten vooral in het opstellen van de documenten. Gemiddeld zal elk document 16 uur werk kosten. 12.1.2. Plaats Bij de plaats staat Waar centraal, de wijze van distributie (Vries Jr., 2009). De bovenstaande producten worden op diverse plaatsen verstrekt aan de leden en verenigingen. Digitaal Digitaal zijn er veel mogelijkheden. De website is een belangrijke plaats om producten en informatie te verstrekken. De inschrijving voor het panel zal online plaatsvinden op de website. De enquêtes van het panel worden digitaal verstuurd. Dit zal gebeuren met het online enquêteprogramma SurveyGizmo. Dit programma wordt momenteel al gebruikt door de Nederlandse Handboog Bond bij enquêtes en inschrijvingen voor wedstrijden en competities. 54

Daarnaast worden de documenten, de agenda s en de notulen van de regiobijeenkomsten online via de website beschikbaar gesteld. Hierdoor kunnen de aanwezigen de informatie teruglezen en dit bevordert de transparantie. Regio s De regiobijeenkomsten vinden plaats in de 16 regio s. Per bijeenkomst zal er een organiserende vereniging gezocht moeten worden. Deze vereniging dient een grote vergaderruimte te hebben en goed bereikbaar te zijn voor alle verenigingen in de regio. Het uitzoeken van een geschikte vereniging dient te worden gedaan door de rayons, echter blijft de verantwoordelijkheid bij de projectmanager van de Nederlandse Handboog Bond. Door de rayons hiervoor te gebruiken, kan een gedeelte van het werk uitbesteed worden en de rayons meer betrokken. 12.1.3. Prijs De prijs is wat de klant, de leden en de verenigingsbesturen, moet betalen voor de producten (Vries Jr., 2009). De nieuwe producten hebben als doel om de verenigingen te versterken en de leden meer tevreden te maken over de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond. Het doel van de Nederlandse Handboog Bond is niet om geld te verdienen, maar om de leden en verenigingen te dienen. Om de participatie en het resultaat zo hoog mogelijk te krijgen, zal er geen financiële bijdrage gevraagd worden voor deze specifieke diensten. Tevens dient er rekening gehouden te worden met de kosten voor de leden en verenigingsbestuurders. Door deze kosten laag te houden, is de kans op adoptie van onder andere het panel en de regiobijeenkomsten door respectievelijk de leden en de verenigingsbesturen het grootst. Voorbeeld is dat de locatie voor de regiobijeenkomst zo dicht mogelijk bij de verenigingen georganiseerd dient te worden. 12.1.4. Promotie De producten en diensten van de Nederlandse Handboog Bond dienen bekend te zijn bij de leden en verenigingen. De p van promotie communiceert de voorgaande drie p s met de leden en verenigingsbesturen (Vries Jr., 2009). Uit het onderzoek blijkt dat de communicatie een veelvoorkomend knelpunt is. Zo blijkt uit de interviews met personeelsleden van de Nederlandse Handboog Bond dat de communicatie over het aanbod een belangrijk pijnpunt is. Dit wordt bevestigd door de leden en de verenigingen in de ledenenquête en de verenigingsscan. De onderdelen van de promotie zijn: website, bondsblad en nieuwsbrief. Website De website is het startpunt waar veel leden beginnen met het zoeken naar informatie. Dit blijkt ook uit het feit dat gemiddeld per maand er 6.500 unieke bezoekers zijn op de website. De statistische gegevens op de website worden geëvalueerd aan de hand van Google Analytics. Uit de ledenenquête blijkt dat 67% van de leden is geïnteresseerd in communicatie via de website. Hier dient de informatie duidelijk en gestructureerd weergegeven te worden. Momenteel is een vernieuwde versie van de website online. Hierbij is vooral de structuur van de website verbeterd. Dit zal echter gecommuniceerd dienen te worden naar de leden en in de praktijk moet blijken of de leden de nieuwe website ook als een verbetering ervaren. Ondanks dat de website goed bezocht, dient er blijvend rekening gehouden te worden met Google Adwords, om de vindbaarheid te blijven garanderen. Momenteel vind 42% van de leden de website informatief. Het doel is dat in 2015 60% van de leden de website informatief vinden. Dit moet tussentijds worden gemonitord door middel van het panel en in 2015 door een nieuwe ledenenquête. Om in te spelen op de behoefte van de leden dient de Nederlandse Handboog Bond een sectie toe te voegen aan de website met technische handbooginformatie over trainingen en bogen. Dit zal de toegevoegde waarde van de website verhogen. Op de website komt een pagina om aan te melden 55

voor het panel. Tevens worden de regiobijeenkomsten toegevoegd aan de agenda, net als dat de documenten, agenda s en notulen op de website beschikbaar gesteld worden. De tijd die hiervoor staat, totaal 20 uur, wordt verwerkt in de uren van de medewerker marketing en communicatie. Bondsblad Het bondsblad is een tastbaar magazine dat vier keer per jaar naar alle leden verstuurd wordt. Het bondsblad is daarmee het middel om rechtstreek bij de leden binnen te komen. 91% van de leden geeft aan het bondsblad graag te ontvangen en te lezen. De effectiefste wijze om te communiceren over het aanbod van producten van de Nederlandse Handboog Bond, is door het publiceren van positieve ervaringen van leden en verenigingen. Het bondsblad wordt gebruikt voor de pre- en postconsumerschap. Pre- en postconsumerschap is zijn de fases vooraf en na afloop van de koop (Vries Jr., 2009). Vooraf (preconsumerschap) zal in het bondsblad gecommuniceerd worden over het bestaan van het panel en opgeroepen worden tot aanmelding voor het panel. Ook zal in het bondsblad achteraf verslag worden gedaan van het panel (postconsumerschap). Hetzelfde geldt voor de regiobijeenkomst, vooraf worden de regiobijeenkomsten aangekondigd in het bondblad en na afloop wordt er een verslag van gepubliceerd. Aangezien invulling geven aan het bondsblad binnen de reguliere werkzaamheden van de medewerker marketing en communicatie vallen, worden de uren die hiervoor benodigd zijn niet als extra kosten meegenomen. Nieuwsbrief De nieuwsbrief wordt per e-mail naar de leden of verenigingen verstuurd. De nieuwsbrief is een middel om de leden of verenigingen te benaderen over een specifiek en actueel onderwerp. In tegenstelling tot het bondsblad dient men zich aan te melden voor de nieuwsbrief. Bij de aanmelding van een nieuw lid, dient deze direct geïnformeerd te worden over het bestaan van de nieuwsbrief en het voordeel van het aanmelden voor de nieuwsbrief benadrukt te worden. De nieuwsbrief heeft geen vaste periodieke zending, waardoor deze naar een bepaalde groep verstuurd worden. Door middel van de nieuwsbrief worden de betreffende verenigingen in de regio geïnformeerd over de regiobijeenkomst. In deze nieuwsbrief worden de plaats, tijd en inhoud van de regiobijeenkomst gecommuniceerd. De inhoud van de nieuwsbrief kan daarnaast gevuld worden met best practices van sterke verenigingen of een stappenplan om een beleidsdocument in te voeren. De inhoud voor de nieuwsbrief komt van projectmanager verenigingsondersteuning gecombineerd met de betreffende rayon waar de regio in valt. De kosten in tijd hiervoor zijn meegenomen bij de organisatie van de regiobijeenkomsten, zie 12.1.1. De nieuwsbrief wordt verstuurd door de medewerker marketing en communicatie, de uren hiervoor vallen binnen zijn reguliere werkzaamheden. Ook de kosten voor het verzenden van de nieuwsbrief, vallen onder het abonnement voor het verzenden van de nieuwsbrief van de Nederlandse Handboog Bond dat reeds in gebruik is. 12.2. Actieplanning In deze paragraaf worden de negen punten uit paragraaf 12.1. uitgewerkt naar een activiteitenplanning. Hierin wordt overzichtelijk weergegeven wat de Nederlandse Handboog Bond moet ondernemen om de marketingmix te implementeren. Er wordt per aanbeveling beschreven wie de verantwoordelijken zijn en wanneer het moet gebeuren. 12.2.1. Panel In de eerste tabel staat de actieplanning voor 2014 en 2015 voor het panel. Na 2016 kan de planning van 2015 herhaald worden. 56

Maand Actiepunten Verantwoordelijken tijd sep-14 opzetten Panel Manager Breedtesport 5 uur In bondsblad 3 informeren over panel Aanmeldpagina aanmaken op de website Medewerker Marketing & Communicatie Medewerker Marketing & Communicatie 4 uur 2 uur okt-14 opzetten Panel Manager Breedtesport 5 uur nov-14 opzetten Panel Manager Breedtesport 5 uur dec-14 opzetten Panel Manager Breedtesport 5 uur jan-15 Opstellen stellingen Manager Breedtesport 8 uur feb-15 Stellingen uitzetten Manager Breedtesport 4 uur mrt-15 Resultaten stellingen analyseren Manager Breedtesport 8 uur Resultaten communiceren dmv bondsblad Medewerker Marketing & Communicatie 3 uur apr-15 Opstellen stellingen Manager Breedtesport 8 uur mei-15 Stellingen uitzetten Manager Breedtesport 4 uur jun-15 Resultaten stellingen analyseren Manager Breedtesport 8 uur Resultaten communiceren dmv bondsblad Medewerker Marketing & Communicatie 3 uur jul-15 Opstellen stellingen Manager Breedtesport 8 uur aug-15 Stellingen uitzetten Manager Breedtesport 4 uur sep-15 Resultaten stellingen analyseren Manager Breedtesport 8 uur Resultaten communiceren dmv bondsblad Medewerker Marketing & Communicatie 3 uur okt-15 Opstellen stellingen Manager Breedtesport 8 uur nov-15 Stellingen uitzetten Manager Breedtesport 4 uur dec-15 Resultaten stellingen analyseren Manager Breedtesport 8 uur Resultaten communiceren dmv bondsblad Medewerker Marketing & Communicatie 3 uur 12.2.2. Regiobijeenkomst In deze tabel zijn de acties uitgewerkt voor de regiobijeenkomsten. Hierin zijn ook de op te stellen documenten voor de verenigingsondersteuning opgenomen. Maand Actiepunten Verantwoordelijken tijd sep-14 okt-14 Opstellen documenten verenigingsondersteuning Manager Breedtesport 20 uur Opstellen documenten verenigingsondersteuning Manager Breedtesport 20 uur 57

nov-14 dec-14 jan-15 feb-15 mrt-15 Opstellen documenten verenigingsondersteuning Manager Breedtesport 20 uur opzetten bijeenkomst -Contact leggen rayon 1 -inhoud bijeenkomst bepalen -locatie bijeenkomst bepalen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur Opstellen documenten verenigingsondersteuning Manager Breedtesport 20 uur Dmv nieuwsbrief verenigingen uitnodigen bijeenkomst en aanwezigheid documenten communiceren In bondsblad regiobijeenkomsten promoten Bijeenkomst regio 1&2 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen Bijeenkomst regio 3&4 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen opzetten bijeenkomst -Contact leggen rayon 2 -inhoud bijeenkomst bepalen -locatie bijeenkomst bepalen Dmv nieuwsbrief verenigingen uitnodigen bijeenkomst en aanwezigheid documenten communiceren Medewerker Marketing & Communicatie Medewerker Marketing & Communicatie verenigingsondersteuning + Rayon verenigingsondersteuning + Rayon verenigingsondersteuning + Rayon Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur 2 uur 20 uur 20 uur 20 uur 2 uur Verslag vorige bijeenkomsten Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur apr-15 Bijeenkomst regio 5&6 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur mei-15 Bijeenkomst regio 7&8 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur jun-15 opzetten bijeenkomst -Contact leggen rayon 3 -inhoud bijeenkomst bepalen -locatie bijeenkomst bepalen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur 58

Dmv nieuwsbrief verenigingen uitnodigen bijeenkomst en aanwezigheid documenten communiceren Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur Verslag vorige bijeenkomsten Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur jul-15 Bijeenkomst regio 9&10 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur aug-15 Bijeenkomst regio 5&6 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur opzetten bijeenkomst -Contact leggen rayon 4 -inhoud bijeenkomst bepalen -locatie bijeenkomst bepalen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur sep-15 Dmv nieuwsbrief verenigingen uitnodigen bijeenkomst en aanwezigheid documenten communiceren Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur Verslag vorige bijeenkomsten Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur okt-15 Bijeenkomst regio 13&14 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur nov-15 Bijeenkomst regio 15&16 -Voorbereiden -uitvoeren -Documenten verenigingsondersteuning onder de aandacht brengen verenigingsondersteuning + Rayon 20 uur dec-15 Verslag vorige bijeenkomsten Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur 12.2.3. Communicatie Los van de communicatiemiddelen die betrekking hebben op de vorige onderwerpen, is er al een hoop verbeterd aan de communicatie. De nieuwe website is al online, waardoor de activiteiten met betrekking tot dit onderdeel klein zijn. 59

Maand Actiepunten Verantwoordelijken tijd sep-14 Verbeteringen website communiceren via website en nieuwsbrief Medewerker Marketing & Communicatie 8 uur jun-15 Evalueren verbeteringen website Medewerker Marketing & Communicatie 2 uur 12.3. Kosten De activiteiten uit paragraaf 12.2 kosten geld. In deze paragraaf worden deze kosten per jaar uiteengezet. Tevens worden de baten samengevat. De uitwerking van de kosten zijn uitgewerkt in bijlage 35. Aanbeveling Toelichting kosten Geschatte Kosten Jaar 1 Geschatte Kosten v.a. Jaar 2 Panel Personeelskosten SurveyGizmo 1.788,90 1.343,00 Regiobijeenkomst Personeelskosten Verenigingsondersteuner Accommodatie Praktische organisatie 8.442,15 7.099,15 Communicatie Personeelskosten 110,15 27,54 Totaal Kosten 10.341,20 8.469,69 Indien de Nederlandse Handboog Bond de volledige marketingmix invoert, zijn de kosten geschat op 10.341,20. De baten voor de Nederlandse Handboog Bond zijn niet in een financiële waarde uit te drukken. Daarvoor wordt er gekeken naar de doelstellingen, namelijk dat in 2016 70% van de leden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond waardeert met tenminste een 7 en dat in 2016 70% van de verenigingen gekwalificeerd zijn als sterk. 12.4. baten De doelen van de Nederlandse Handboog Bond zijn niet direct op financieel gebied, maar om klantgerichter te worden in de perceptie van de leden. De opbrengsten van de implementatie van de bovengenoemde aanbevelingen zijn ook niet direct in financiële bedragen uit te drukken. Maar er zijn wel degelijk baten te benoemen, naast waardering en tevredenheid, die in financiële baten uit te drukken zijn. Daarom worden er in dit hoofdstuk meerdere scenario s uitgewerkt, aan de hand van de vooraf gestelde doelstellingen met betrekking tot ledentevredenheid en sterkere verenigingen, waarbij er door een verhoging van het aantal leden meer contributiegelden vergaard worden. Scenario 1 In het eerste scenario wordt aangenomen dat indien de aanbevelingen geïmplementeerd worden, de doelstellingen precies gehaald worden. Dat betekend dat 2% meer van de leden de toegevoegde waarde van de Nederlandse Handboog Bond waarderen met tenminste een 7. Hierdoor zullen de afmeldingen van het aantal leden per jaar tevens met 2% afnemen ten opzichte van 2013. Dit resulteert in 33 minder afmeldingen en minder afname in contributie-inkomsten. Indien het doel met 60

betrekking tot sterkere verenigingen wordt behaald, wordt aangenomen dat het aantal leden van 40 verenigingen met gemiddeld 5 leden per jaar toeneemt. Dit zal als gevolg hebben dat het aantal leden van de Nederlandse Handboog Bond in totaal met 200 leden toeneemt. Dat heeft de volgende baten als gevolg: Onderdeel Toelichting Baten Geschatte Baten Opbrengsten verhoging ledentevredenheid afname afmeldingen met 33 leden 1.815,00 Opbrengsten sterkere verenigingen Toename leden verenigingen met in totaal 200 leden 11.000,00 Totale baten 12.815,00 Met een geschatte totale baten van 12.815 wordt er al vanaf het eerste jaar een winst gerealiseerd. Omdat het aantal leden blijft toenemen en de contributie een jaarlijkse inkomst is, zullen de baten per jaar lineair stijgen. Dit blijkt uit de volgende tabel: Onderdeel jaar 1 Jaar 2 jaar 3 Totale baten 12.815,00 25.630,00 38.445,00 Totale kosten 10.341,20 8.469,69 8.469,69 Totale winst 2.473,80 17.160,31 29.975,31 Scenario 2 In het tweede scenario wordt ervan uitgegaan dat de doelstellingen niet gehaald worden en dat de baten 10% onder de baten van scenario 1 uitkomen. Dat heeft de volgende inkomsten tot gevolg: Onderdeel Toelichting Baten Geschatte Baten Opbrengsten verhoging ledentevredenheid afname afmeldingen met 30 leden 163,35 Opbrengsten sterkere verenigingen Toename leden verenigingen met in totaal 180 leden 9.900,00 Totale baten 10.063,35 Hieruit blijkt dat de baten ruim 2.500 lager uitvallen dan in het eerste scenario. Het heeft als gevolg dat het eerste jaar een verlies gemaakt wordt en pas in de jaren erop, als de eenmalige opstartkosten niet meer gemaakt hoeven te worden, er een winst gerealiseerd wordt. Onderdeel jaar 1 Jaar 2 jaar 3 Totale baten 10.063,35 20.126,70 30.190,05 Totale kosten 10.341,20 8.469,69 8.469,69 Totale winst -277,85 11.657,01 21.720,36 61

Scenario 3 In het derde scenario wordt ervanuit gegaan dat de aanbevelingen bijzonder goed uitwerken en de resultaten 10% hoger uitvallen dan het eerste scenario. Dat heeft de volgende gevolgen voor de baten: Onderdeel Toelichting Baten Geschatte Baten Opbrengsten verhoging ledentevredenheid afname afmeldingen met 36 leden 1.980,00 Opbrengsten sterkere verenigingen Toename leden verenigingen met in totaal 220 leden 12.100,00 Totale baten 14.080,00 Doordat de baten daardoor boven de 14.000 uitkomen, wordt er vanaf jaar 1 al een aantrekkelijke winst geboekt die in de jaren erna alleen maar hoger wordt. Onderdeel jaar 1 Jaar 2 jaar 3 Totale baten 14.080,00 28.160,00 42.240,00 Totale kosten 10.341,20 8.469,69 8.469,69 Totale winst 3.738,80 19.690,31 33.770,31 12.5. Monitoring De Nederlandse Handboog Bond zal de voortgang van dit plan moeten monitoren. Uiteraard behoren de uitkomsten van het panel en de reacties op de regiobijeenkomsten meegenomen te worden om de activiteiten bij te sturen. Daarvoor zal over een jaar, medio 2015, een nieuwe effectmeting uitgevoerd moeten worden. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij de manager breedtesport meneer Wolters. Deze effectmeting dient op gelijke wijze te worden toegepast als de enquêtes in dit rapport. Hierdoor kunnen de resultaten van voor en na de implementatie van de aanbevelingen worden vergeleken. Op basis van het effect van het beleid kan er opnieuw geëvalueerd of het beleid op operationeel niveau bijgestuurd moet worden. De effectmeting is in twee onderdelen te onderscheiden. Aan de ene kant is er de ledenenquête. Deze is uitgewerkt via het online enquêteprogramma SurveyGizmo en de enquête is via de e-mailadressen uit de database verspreid. De sterkte van de verenigingen is gemeten door de secretarissen van de verenigingen een e-mail te sturen met daarin een link naar de enquête, wederom uitgezet door middel van SurveyGizmo. Aan de hand van het opgegeven verenigingsnummer kan de informatie gekoppeld worden aan een vereniging. Uit de database Onze Relaties valt informatie te halen als het aantal leden, aantal bestuursleden inclusief functie en verdeling per leeftijd en geslacht en het aantal trainers. De andere informatie dient uit de enquête te komen. De waardering per kritische service factor wordt bepaald aan de hand van bijlage 30. 62

13. Verder onderzoek Onderzoek levert nieuwe kennis, maar levert ook nieuwe vragen op. Onderzoek is daarom nooit af. In dit hoofdstuk komen onderwerpen aan de orde, waarvan overwogen dient te worden dit ook te onderzoeken. 13.1. Gedifferentieerd lidmaatschap In hoofdstuk 2 is al benoemd dat er binnen de Nederlandse Handboog Bond de vraag behandeld wordt of de bond gedifferentieerd lidmaatschap moet toepassen. Momenteel is er één enkel contributietarief voor de leden. Uit de ledenenquête blijkt dat dit voor leden als te hoog wordt ervaren, dit zijn de leden die enkel recreatief sporter zijn en niet deelnemen aan de wedstrijden. Ook in de interviews komt al naar voren dat er meer leden zich zouden aanmelden voor een lager tarief. Bij de benchmark kwam naar voren dat de Nederlandse Handboog Bond vrij conservatief is, er zijn nog weinig sportbonden met één enkel contributietarief. De Koninklijke Nederlandse Biljart Bond gaf aan dat zij na de invoering van de gedifferentieerde tarieven aanzienlijk in aantal leden zijn gegroeid. Op basis van de resultaten uit dit onderzoek kan de mogelijke invoering van een gedifferentieerd lidmaatschap bij de Nederlandse Handboog Bond worden aanbevolen. Dit dient echter tevens te worden bevestigd door het al lopende onderzoek naar gedifferentieerd lidmaatschap. 13.2. Benchmarking In dit onderzoek is een benchmark toegepast met betrekking tot andere sportbonden, zie hoofdstuk 7. In verband met de tijdsplanning konden er maar drie andere sportbonden geanalyseerd worden, dit waren de Nederlandse Bowling Federatie, de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond en de Nederlandse Triathlon Federatie. Deze benchmark heeft hele relevante en nuttige informatie opgeleverd. Op basis hiervan zou er overwogen moeten worden om op structurele basis de trends en ontwikkelingen bij de andere sportbonden te blijven onderzoeken. 13.3. Opmerkelijke resultaten Uit de enquêtes kwamen ook opvallend lage resultaten. Deze resultaten zijn niet significant voor het globale beleid, maar kunnen wel waardevolle informatie geven voor de organisatie. Dit kunnen de extreem lage cijfers zijn, maar ook de opmerkelijk positieve reacties. Door contact op te nemen met de opmerkelijk negatieve reacties, krijgen deze mensen de aandacht. Kennelijk zijn deze leden wel betrokken, want ze willen hun mening nog wel delen. Deze reactie dienen als klacht beschouwd te worden. Door deze ontevredenheid weg te nemen, kan deze ontevredenheid omslaan naar tevredenheid. Hierdoor zal het lid waarschijnlijk behouden blijven en er de mogelijkheid is voor positieve mond-tot-mondreclame. Er zou overwogen kunnen worden hier een actieve dissatisfactiemanagement voor te ontwikkelen met betrekking tot de opmerkelijk negatieve resultaten (Vries Jr., 2009). De opmerkelijk positieve reacties, zouden kunnen leiden tot superpromoters (Vogelaar, 2009). Deze leden zijn erg positief over de Nederlandse Handboog Bond. Indien deze leden juist worden ingezet, kunnen deze leden de negatieve reacties van andere leden wegnemen. Deze positieve leden zouden actief betrokken kunnen worden binnen de organisatie van de Nederlandse Handboog Bond. 63

64

14. Literatuurlijst Abell. (1979). Product-Markt technologie, Business Definition Model. Bloemer, J. (1993). Loyaliteit en tevredenheid; een studie naar de relatie tussen. Bottenburg, M. v. (2013, 3 12). 5 vragen aan Maarten van Bottenburg. Opgehaald van SportknowhowXL: http://www.sportknowhowxl.nl/vragen-aan/7936 Box Office. (2014, 3 6). Movie Statistics. Opgehaald van Box Office: http://www.boxoffice.com/ Box Office Mojo-A. (2014, 3 6). Brave. Opgehaald van Box Office Mojo: http://boxofficemojo.com/movies/?id=bearandthebow.htm Box Office Mojo-B. (2014, 3 6). The Hunger Games. Opgehaald van Box Office Mojo: http://boxofficemojo.com/movies/?id=bearandthebow.htm Box Office Mojo-C. (2014, 3 6). Catching Fire. Opgehaald van Box Office Mojo: http://boxofficemojo.com/movies/?id=catchingfire.htm CBS. (2012, 11 8). Waardenverandering in Nederland: resultaten van de SOCON-enquête 1980-2011. Opgehaald van cbs: http://www.cbs.nl/nl- NL/menu/themas/bevolking/publicaties/bevolkingstrends/archief/2012/2012-btwaardenverandering-art.htm CBS. (2013). Bevolkingspiramide. Opgehaald van cbs: http://www.cbs.nl/nl- NL/menu/themas/bevolking/cijfers/extra/piramide-fx.htm De Bosscher et al. (2008). The global Sporting Arms Race. An international comparative study on sports policy factors leading to international sporting success. Aachen: Meyer & Meyer. De Vries, W., & Goud, A. (2003). Strategische dienstverlening. Noordhoff Uitgevers. Deadline. (2013, 5 23). Full 2012-2013 TV Season Series Rankings. Opgehaald van Deadline: http://www.deadline.com/2013/05/tv-season-series-rankings-2013-full-list/ Driessen, J. (2013, 11 6). 'Mist sport de maatschappelijke sponsorboot?'. Opgehaald van Marketingtribune: http://www.marketingtribune.nl/sponsoring/nieuws/2014/01/mist-sportde-maatschappelijke-sponsorboot/index.xml Gastelaars, M. (1997). 'Human Service' In Veelvoud. SWP. Gezellig Samenzijn. (2013, 12 3). Adreslijst verenigingen aangesloten bij Handboogbond "Gezellig Samenzijn". Opgehaald van gezellig samenzijn: http://www.gezelligsamenzijn.nl/lijsten/adres-verenigingen-gs.pdf Gilmour, J., & Beilin, R. (2006). Stakeholder mapping for effective risk assessment and communication. Handboogsport Midden Brabant. (2014, 3 31). VERENIGINGEN MIDDEN BRABANT. Opgehaald van Handboogsport midden brabant: http://www.handboogsportmiddenbrabant.nl/hbsmiddenbrabant/index.php/verenigingenmidden-brabant KNAU. (2013). Jaarplan 2013. Papendal: NHB. 65

KNBB. (2010). Meerjarenbeleidsplan 2010-2016. Nieuwegein: KNBB. KNBSB. (2013). Integraal Beleidsplan 2013-2016. Nieuwegein: KNBSB. KNHB. (2009). Meerjarenbeleidsplan 2009-2015. Nieuwegein: KNHB. KNHB. (2012). Strategie KNHB 2020. Nieuwegein: KNHB. KNHB. (2014, 4 22). Hockeycorner. Opgehaald van Hockeycorner: hockeycorner.nl KNLTB. (2009). Meerjarenbeleidsplan 2009-2013. Amersfoort: KNLTB. Kottler. (1997). Ministerie van VWS. (2011, 4 22). Actieplan Naar een veiliger sportklimaat. Opgehaald van Rijksoverheid: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-enpublicaties/notas/2011/04/22/actieplan-naar-een-veiliger-sportklimaat.html NHB. (2003). Statuten NHB. Rosmalen: NHB. NHB. (2003). Statuten NHB. Rosmalen: NHB. NHB. (2012, 10 26). Voordelen van lidmaatschap NHB. Opgehaald van Handboogsport: http://www.handboogsport.nl/nieuws/14/algemeen/voordelen-lidmaatschap-nhb/ NHB. (2013). Kritische Services. Rosmalen: NHB. NHB. (2013). Meerjarenbeleidsplan 2013-2016. Rosmalen: NHB. NHB. (2013). Meerjarenbeleidsplan 2013-2016. Rosmalen: NHB. NHB. (2014, 4 29). Topsport. Opgehaald van Handboogsport: http://www.handboogsport.nl/topsport/ NHB-A. (2014, 2 10). Taken NHB. Opgehaald van Handboogsport: www.handboogsport.nl/nhb/takennhb/ NHB-B. (2014). NHB Organisatie en Bestuur. Rosmalen: NHB. NHB-C. (2014, 2 10). Medewerkers. Opgehaald van Handboogsport: www.handboogsport.nl/nhb/medewerkers/ NHB-D. (2014, 2 10). Ledenwerving. Opgehaald van Handboogsport: http://www.handboogsport.nl/service/verenigingsondersteuning/ledenwerving/ NHB-E. (2014, 10 2). Start handboogsport. Opgehaald van starthandboogsport: starthandboogsport.nl NHB-F. (2014, 2 10). Hoogte contributie 2013 bekend. Opgehaald van Handboogsport: http://www.handboogsport.nl/nieuws/12/verenigingen/hoogte-bondscontributie-2013- bekend/ NHB-G. (2014). Waar gaat ons contributiegeld naar toe? Handboogsport nummer 1, 31. NHB-H. (2014). Adviesnotitie lidmaatschapsvormen en prijsdifferentiatie NHB. NHV. (2013). Meerjarenbeleidsplan 2013-2016. Oosterbeek: NHV. NKBV. (2013). Meerjarenbeleidsplan 2013-2016. Woerden: NKBV. 66

NNHF. (2014, 3 31). Over de NNHF. Opgehaald van NNHF: http://www.nnhf.nl/ NOC*NSF. (2013). Sportagenda 2016. Papendal: NOC*NSF. NOC*NSF. (2014, 3 31). Ledenlijst. Opgehaald van NOC*NSF: http://www.nocnsf.nl/cms/showpage.aspx?id=181 NOC*NSF-A. (2012). Sportersmonitor. Opgehaald van nocnsf: www.nocnsf.nl/sportersmonitor NOC*NSF-B. (2012). Ledentalrapportage. Papendal: NOC*NSF. NOC-NSF. (2014, 5 19). Bondenmonitor 1.1. Papendal. NTTB. (2010). Meerjarenbeleidsplan Nederlandse Tafeltennis Bond 2010-2016. Zoetermeer: NTTB. Oliver, R. L. (1980). A cognitive model for the antecedents and consequences of satisfaction. Journal of Marketing Research-17, 460-469. Onze Relaties. (2014, 2 10). Opgehaald van Ledenadministratie: www.onzerelaties.nl Peters, T., Waterman, R., & Pascale, R. (1980). Zeven-S model. Roest, j. v. (2013). De conceptualisering van de sportconsument. Dag van het sportonderzoek. Thomassen, J.-P. (1994). Klanttevredenheid, de succesfactor voor elke organisatie. Rotterdam: Stichting Kwaliteitsdienst. Thomassen, J.-P. (1998). Waardering door klanten. Deventer: Samsom/INK. Tracy, & Wiersema. (1995). The Discipline of Market Leaders. Addison-Wesley. Trouw. (1998, 10 1). Trouw. Opgehaald van NOC-NSF-brengt-kleine-sportbonden-in-het-nauw: http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/archief/archief/article/detail/2640001/1998/10/01/noc- NSF-brengt-kleine-sportbonden-in-het-nauw.dhtml Verhage, P. D. (2011). Grondslagen van de marketing. Noordhoff Uitgevers B.V. Verhoeven, N. (2007). Wat is onderzoek. Boom Onderwijs. Vogelaar, R. (2009). Superpromoter. Rotterdam: Van Duuren Management. Vries Jr., W. d. (2009). Dienstenmarketingmanagement. Groningen: Noordhoff Uitgevers B.V. World Archery. (2014, 2 10). WA Boek 2: Evenementen. Opgehaald van Handboogsport: http://www.handboogsport.nl/wedstrijdsport/reglementen/ 67

NEDERLANDSE HANDBOOGBOND Een klantgerichte bond BIJLAGENBOEK Naam: Arno Hovenga Studentnummer: 0845091 Klas: SMM4E Opleiding: Commerciële Economie: SportMarketing & Management Instituut: Hogeschool Rotterdam Studiejaar: 2014-2015 68

69

NEDERLANDSE HANDBOOGBOND Een klantgerichte bond BIJLAGENBOEK Naam: Arno Hovenga Studentnummer: 0845091 Klas: SMM4E Opleiding: Commerciële Economie: SportMarketing & Management Instituut: Hogeschool Rotterdam Studiejaar: 2014-2015 Afstudeerbegeleider: Mevr. Patricia van der Hoeven Afstudeerbedrijf: Nederlandse Handboog Bond Bedrijfsbegeleiders: Dhr. Maurice Wolters Dhr. Paul ten Hag Datum: September, 2014 70

71

Inhoudsopgave 1. Geschiedenis Handboogsport... 74 2. Bestuursmodel NHB... 75 3. Organogram Bondsbureau... 76 4. Taken bondsbureau schematisch... 77 5. Taken NHB... 78 6. Commissiestructuur... 79 7. Marketingmix NHB... 80 8. Verschil leeftijdsopbouw Sportbonden en NHB... 82 9. Ledenopbouw... 83 10. 4 Concurrentieniveaus... 84 11. Activiteiten De Sterke Vereniging 2016... 85 12. Activiteiten Ledentevredenheid 2016... 86 13. Actorenmodel... 87 14. Benchmarkwiel... 89 15. Kritische Service Factoren... 90 16. Interview Paul ten Hag... 93 17. Maurice Wolters... 98 18. Petra de Bruin... 101 19. Felix Versteeg... 105 20. Renée Stevens... 109 21. Dirk Schaap... 113 22. Abell Model NHB Huidige situatie... 117 23. Willem La Riviere... 118 24. Anne Schulze... 122 25. Abell Model KNBB... 126 26. Abell Model NBF... 127 27. Contributie... 128 28. Verenigingsscan... 129 29. Gemiddelde Score Onderwerpen Beleidsdocument... 142 30. Toelichting scores Kritische Service Factoren... 143 31. Gemiddelde Scores Kritische Service Factoren... 147 32. Scores Kritische Service Factoren per Vereniging... 150 33. Ledenenquête... 155 34. Resultaten Ledenenquête... 168 35. Toelichting kosten... 179 72

73

1. Geschiedenis Handboogsport De Nederlandse Handboog Bond is één van de 73 bonden die aangesloten zijn bij het NOC*NSF. Een sportbond is een organisatie waarbij sporters aangesloten zijn, in dit geval de handboogschutters. De bond stamt uit het jaar 1922. De handboog kent een lange geschiedenis. Er zijn al bewijzen gevonden dat de handboog rond 100.000 v. Chr. gebruikt werd voor de jacht. Ook als wapen is de handboog gebruikt, de eerste tekenen van de handboog als onderdeel van oorlogsvoering zijn 10.000 jaar oude rotstekeningen. Sindsdien heeft de handboog in vele vormen deel uitgemaakt van de geschiedenis, van de Hettieten tot de Mongolen. Tevens komt de handboog voor in godsverering. Een voorbeeld van een god met betrekking tot de handboog is Assyrische godin Ištar, de godin van vruchtbaarheid en seksualiteit. Een ander voorbeeld is de Romeinse god Cupido, welke in de westerse wereld nog een rol van betekenis heeft. Door de intrede van het vuurwapen is de rol van de handboog in de jacht en de oorlogsvoering sterk beperkt. Daarnaast bleef het wel bestaan als vrijetijdsbesteding. Vanaf de 19 de eeuw beleefde de handboog een opleving binnen de sociëteiten van de elite. Dit was het begin van de recreatieve handboogsport. De eerste tekenen van structuur ontstonden vanaf 1849, als koning Willem III een handboogwedstrijd organiseert. De koning was zelf handboogschutter en laat een wedstrijdreglement opstellen. Hierin werden onder andere opgenomen: de volgorde van schieten, de afstand tot het doel, het aantal pijlen, de punten, het te gebruiken materiaal, en regels voor de geldigheid van een schot. De koning organiseerde later in 1951 nogmaals een landelijke wedstrijd, maar de organisatie wordt te duur. Hij gaf de verantwoordelijkheid aan de verenigingen. Door de bemoeienis van de koning moderniseerde de sport en kwamen er meer verenigingen bij. Op de tweede moderne Olympische Spelen in 1900 was handboogschieten voor het eerst Olympisch. Maar er is meer behoefte aan regulering. Onder andere als gevolg van het Nederlandse succes op de Olympische Spelen van 1920, namelijk goud voor de Nederlandse ploeg op het onderdeel 28 meter vast doel, ontstond in 1922 de Algemene Nederlandsche Bond van Handboogschutterijen. Dit was ook het begin van een competitie. De internationale handboogbond, de FITA, werd in 1931 opgericht. Dit gebeurde nog zonder de bijkomstigheid van Nederland. In de oorlog worden alle bonden door de Duitsers gedwongen tot een fusie. Het schieten kon doorgaan onder de naam Nederlandse Bond van Handboogschutterijen (NBvH). In 1973 wordt de naam gewijzigd in Nederlandse Handboog Bond (N.H.B.). Deze bond sluit zich aan bij het NOC*NSF en richt zich voornamelijk op de internationale disciplines. Een jaar eerder, op de Olympische Spelen van 1972 wordt de handboogsport sinds 1920 weer ingevoerd. Enkel de compound discipline is Olympisch. 1 1 http://www.handboogsport.nl/nhb/geschiedenis/van-rotstekening-tot-schutterij/ 10-02-2014 74

2. Bestuursmodel NHB Figuur 1, bestuursmodel Nederlandse Handboog Bond 75

3. Organogram Bondsbureau Figuur 2, Organogram bondsbestuur 76

4. Taken bondsbureau schematisch Figuur 3, Taken bondsbureau schematisch 77

5. Taken NHB De taken van de NHB voor de verenigingen en besturen: Algemeen: Ondersteuning naar De sterke vereniging (De vereniging is het fundament van het Nederlandse handboogbestel) Landelijk beleid (Ontwikkelen, Communiceren, Ondersteunen) Centrale ledenadministratie (Mutaties, Facturering, Ledenpassen) Centrale registraties (Resultaten, Records, Awards) Centrale regelingen (Verzekeringen, Ecotaks, Buma/Sena) NHB Acadamy (Sporttechnisch, Arbitrage, Bestuurlijk) Uitdagende competities (Alle niveaus, Wedstrijdkalender) Ondersteunen bij organisatie van wedstrijden Organiseren NK s, in alle disciplines Support (Financieel, Accommodaties, Materialen, Informatie, Advies) Jaarlijks NHB congres Introductiecursussen bij verenigingen (Start Handboogsport) De taken van de NHB voor de sporter: Algemeen: Op weg naar een klantgerichte bond Uitdagende wedstrijden/competities (Alle Niveaus) Verzorgen wedstrijduitslagen Prestatiespelden Awards Talentherkenning + ontwikkeling Opleiding (Sporttechnisch, Arbitrage, Bestuurlijk) Verzekeringen (Aansprakelijkheid, Ongevallen NHB website NHB bondsblad Digitale nieuwsbrief De taken van de NHB voor de sport: Algemeen: Duurzame ontwikkeling + Promotie Handboogsport Creëren saamhorigheid: één bond Stimuleren + faciliteren groei handboogsport Handboogsport voor iedereen toegankelijk maken + houden Netwerk + lobby met nationale, regionale, lokale overheid Connecties en samenwerken met bedrijfsleven Samenwerken met maatschappelijke partners (Onderwijs, Zorg) Collectieve belangenbehartiging (Internationaal, Nationaal) Uitdragen lange termijn beleid Bewaken van de authenticiteit (Historie, Archivering) Vernieuwen waar gevraagd 78

6. Commissiestructuur Figuur 4, Commissiestructuur 79

7. Marketingmix NHB De marketingmix bestaat uit de vier p s (Verhage, 2011). De vier p s zijn: product, promotie, plaats en prijs. De invulling van de vier p s staat hieronder beschreven. Product De services die de Nederlandse Handboog Bond biedt, is het product. Het product kan opgedeeld worden in het kernproduct en het aanvullende product (Verhage, 2011). Bij de kernproducten die de Nederlandse Handboog Bond aanbiedt aan haar klanten, de verenigingen en leden van de verenigingen, is de organisatie van competities het meest voor de hand liggende. Onder de aanvullende producten vallen bijvoorbeeld opleidingen en bijscholing op het gebied van onder andere bestuur, handboogtraining en wedstrijdleiding. Een lid van de Nederlandse Handboog Bond is automatisch WA verzekerd en heeft toegang tot andere verzekeringen. Dit is een voorbeeld van de collectieve kortingen die de bond aanbiedt voor haar leden. Specifiek voor de verenigingen, biedt de bond nog verenigingsondersteuning, inspraak en toegang tot de aanwezige communicatiekanalen (NHB-A, 2014). Voorbeelden van de aanwezige communicatiekanalen zijn social media, de website en de nieuwsbrief. Promotie De doelstellingen die geformuleerd zijn voor de promotie zijn (NHB, 2013): 1. Imago en profileringselementen sport alsmede sociale verbindend staan centraal in de communicatie. 2. Promotie van de handboogsport middels (top)sport en breedtesportevenementen. 3. De NHB benut in de communicatie in toenemende mate de mogelijkheden van moderne media als internet en social media. De boodschap die de Nederlandse Handboog Bond voornamelijk wil communiceren is dat handboogsport niet een onderdeel is van een activiteit binnen een horecagelegenheid. Doordat handboogschieten vaak onderdeel is van survivalactiviteiten mist de beeldvorming in de maatschappij dat handboogschieten een sportprofiel heeft, vindt de Nederlandse Handboog Bond. De bond wil juist dat de handboogsport een sport profiel krijgt, met een imago met alle sportrituelen van dien als georganiseerde trainingen, een sporttechnisch programma, sportkleding, deelname aan competities en wedstijden en reglementen (NHB, 2013). De media die gebruikt worden voor de promotie zijn nationale en internationale (top)sportevenementen, digitale promotieplatforms, geprinte promotie en introductiecursussen. Onderstaand worden deze vier promotie-instrumenten nader toegelicht. Onder de evenementenvallen de organisatie van topsportevenementen zoals reeds in 2012 het Europees kampioenschap outdoor in Amsterdam. Een ander voorbeeld is het jaarlijkse Nederlands kampioenschap. Een methode om meer aandacht te krijgen voor de NK s is om deze te houden op iconische locaties, zo worden de finales van het NK outdoor 2014 op het marktplein van Weert geschoten. De digitale platforms zijn de website, social media en een tweemaandelijkse digitale nieuwsbrief naar de leden. Geprinte platforms, oftewel offline media, zijn folders en brochures. Daarnaast wordt er vier keer er een bondsblad naar de leden gestuurd. Een introductiecursus die de Nederlandse Handboog Bond aanbiedt, is het programma: Start Handboogsport. Dit programma bevat een introductiecursus van acht lessen. Aan het einde van de 80

cursus is iemand in staat om zelfstandig te schieten bij de vereniging. Voor verenigingen bevat dit programma promotiemateriaal en de inhoud aan de hand van leskaarten. Dit zorgt voor een programma met vaste lesinhoud en structuur. Ook zijn er pakketten voor het basisonderwijs, waardoor de leerlingen met makkelijke oefenvormen in aanraking kunnen komen met de handboogsport (NHB- D, 2014). Ook wordt er gezocht naar samenwerkingen tussen revalidatiecentra/zorginstellingen en verenigingen. De handboogsport is uitermate geschikt voor mindervalide mensen en deze kunnen ook deelnemen in het reguliere wedstrijdprogramma. De introductiecursus van acht lessen richt zich daarom ook op deze doelgroep (NHB-E, 2014). Plaats Het merendeel van de dienstverlening van de Nederlandse Handboog Bond gaat op afstand. Vanuit het bondsbureau worden de processen als verenigingsondersteuning, commissies en competities aangestuurd. De opleidingen worden georganiseerd op diverse plaatsen in het land, bij een handboogvereniging die haar accommodatie ter beschikking stelt. Het bondsbureau is tevens elke werkdag telefonisch en per mail bereikbaar om de vragen te beantwoorden en advies te geven. Prijs De prijs van de bondscontributie was in 2013 gesteld op 55 euro (NHB-F, 2014). Als een schutter lid wordt van een vereniging, dan is hij of zij ook automatisch lid van de bond. Deelname aan competities of wedstrijden is vaak gratis. De prijsstrategie die de Nederlandse Handboog Bond toepast is kostengeörienteerd met break-even uitgangspunt. Dat wil zeggen dat de prijs op basis van de kosten is, waarbij de inkomsten en de kosten gelijk zijn (Verhage, 2011). Dit komt voort uit de het principe dat de bond niet erop gericht is om winst te maken. Van de 55 euro aan contributie wordt 40 euro besteed aan breedtesport, de andere 15 wordt toegekend aan topsport. Het bedrag van 40 euro aan breedtesport wordt verder onderverdeeld in 18 euro personeelskosten, 2 euro opleidingen, 3 euro communicatie, 5 euro rayonondersteuning, 6 euro organisatiekosten en 7 euro wedstrijden & competities (NHB-G, 2014). Figuur 5, Verdeling contributie Figuur 6, Verdeling contributie breedtesport 81

8. Verschil leeftijdsopbouw Sportbonden en NHB Figuur 7, Verdeling leden sportbonden Nederland Figuur 8, Verdeling leden Nederlandse Handboog Bond 82

9. Ledenopbouw Rayon regio Leden Ledengroei verenigingen totaal per vereniging absoluut % 1 101 Regio 01 Noord Holland 22 1357 62 110 8,1% 102 Regio 02 Midden Nederland 13 829 64 3 0,4% 103 Regio 03 Noord Nederland 10 246 25 13 5,3% 104 Regio 04 Oost Nederland 13 465 36 41 8,8% totaal 58 2897 50 167 5,8% 2 105 Regio 05 Zuid Holland 14 1067 76 51 4,8% Regio 06 Zeeland/West 106 Brabant 13 443 34 54 12,2% 107 Regio 07 Breda e.o. 13 443 34 40 9,0% 108 Regio 08 Midden Brabant 15 372 25 2 0,5% totaal 55 2325 42 147 6,3% 3 109 Regio 09 Den Bosch e.o. 16 370 23 27 7,3% 110 Regio 10 Oost Brabant 11 443 40-6 -1,4% 111 Regio 11 Dommelland 14 381 27 27 7,1% 112 Regio 12 Eindhoven e.o. 12 592 49 36 6,1% totaal 53 1786 34 84 4,7% 4 113 Regio 13 De Peel 21 495 24-19 -3,8% 114 Regio 14 Noord Limburg 16 382 24-13 -3,4% 115 Regio 15 Weert/Roermond 12 335 28-7 -2,1% 116 Regio 16 Zuid Limburg 18 487 27 8 1,6% 67 1699 25-31 -1,8% Totaal 233 8707 37 367 4,2% Tabel 1, Overzicht ledenaantal per regio en groei (Onze Relaties, 2014) 83

10. 4 Concurrentieniveaus Figuur 9, 4 concurrentieniveaus 84

11. Activiteiten De Sterke Vereniging 2016 Jaarlijkse activiteiten: Activiteiten 2013: Activiteiten 2014: Activiteiten 2015: Uitvoeren van een meting sterke verenigingen en opstellen en delen van best practises rondom de knelpunten. Kennisbijeenkomsten in het land (lokaal)over thema s die betrekking hebben op sterke verenigingen met de voorzitters en secretarissen. Organiseren van een jaarlijks handboogcongres door de NHB (kennisdeling). Elke vereniging organiseert een opendag/contactdag met onderwijs en kent tevens een relatiemoment /relatiedag. Ontwikkelen van een bestuurlijk leertraject door de NHB (onderdeel VSK) Ontwikkelen, opstellen en eerste afname verenigingsscan / knelpuntanalyse a-f Beschikbaar stellen van een format voor een commissiereglement aan verenigingen Beschikbaar stellen van een format voor een beleids(jaar)plan voor de vereniging. Ronde door het land teneinde in gesprek te gaan met (clusters van) bestuurders van verenigingen. In deze gesprekken wordt het MeerJarenBeleidsPlan van de bond besproken, en wordt deze naast de visie, sterkte/zwakte analyse en doelstellingen van de verenigingen gelegd. In 2014 wordt per rayon een verantwoordelijke aangewezen voor de metingen voor sterke lokale verenigingen. De best practises worden gedeeld in regionale bijeenkomsten. In 2015 wordt een publicatie van de scans over de afgelopen jaren gepubliceerd waarin de werkwijze van de afgelopen jaren benoemd staat. 85

12. Activiteiten Ledentevredenheid 2016 Activiteiten die de Nederlandse Handboog Bond op voorhand heeft geregeld: Beheren en uitbreiden van een faciliteitennetwerk (doorverwijsfunctie naar expertise en ondersteuning) Afsluiten en actualiseren van collectieve regelingen en faciliteiten Uitvoeren van een jaarlijkse behoefte-inventarisatie onder verenigingen (onderdeel/in combinatie met de verenigingsscan sterke verenigingen ) Ontwikkelen van een (leden)database met cijfermatige achtergronden en kennis MijnNHB ontwikkelen waarin de ledenadministratie is opgenomen Beschikbaarheid van een Vertrouwens Contact Persoon Met betrekking tot opleidingen, wedstrijden en competities zijn de volgende activiteiten gepland: Opstellen en uitdragen van een visie op opleiden (2013) Aanbieden van opleidingen en modules, na- en bijscholingen Verwerven en opleiden van een (breder) corps van competente docenten (2013-2014) Beheren en uitbreiden van een netwerk van specifieke (opleidings)expertise Implementeren van de Kwalificatie Structuur Sport (KSS) over alle opleidingen en modules (2013) Instellen van een (online)platform voor docenten ten behoeve van kennisdeling (2013) Instellen van een (online)platform voor bestuurders ten behoeve van kennisdeling (2013) De beschikbare opleidingsmogelijkheden overzichtelijk aanbieden(2013) Werkgroep instelling visie competitie en wedstrijdkalender (2012/2013) Visie ontwikkeling gevraagd in 2012/2013 zodat competitie en wedstrijdkalender per seizoen 2014 vernieuwd zijn 86

13. Actorenmodel In het actorenmodel wordt beschreven welke partijen er betrokken zijn of belang hebben bij het onderzoek. De actoren, oftewel stakeholders, worden uitgewerkt aan de hand van een model (Gilmour & Beilin, 2006). Hierbij dienen de actoren eerst geïdentificeerd te worden, waarna ze geanalyseerd worden. Het resultaat zal gevisualiseerd worden in een overzicht in figuur 3.1. Nederlandse Handboog Bond: (Groot belang, grote betrokkenheid) De Nederlandse Handboog Bond is de opdrachtgever. Het onderzoek zal inzicht geven in de voortgang van de bond met betrekking tot twee van de ambities geformuleerd in het meerjarenbeleidsplan, namelijk dat 70% van de verenigingen als sterk getypeerd kunnen worden en dat 70% van de leden de toegevoegde waarde van de bond met minimaal een 7 beoordeelt (NHB, 2013). NOC*NSF: (Redelijk belang, lage betrokkenheid) Het NOC*NSF heeft in de sportagenda 2016 onder andere verhoging van de sportparticipatie door verder ontwikkelde sportaanbieders als doel gesteld. De sportagenda 2016 geldt als basis voor het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 van de Nederlandse Handboog Bond (NOC*NSF, 2013). Het belang van het NOC*NSF is dus dat de resultaten van het onderzoek een hogere sportparticipatie kan opleveren. Het NOC*NSF onderhoudt de contacten met de bonden, maar ook met de politiek. Zo staat het NOC*NSF als partner in contact met het Ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Ministerie voor Veiligheid en Justitie. Handboogverenigingen: (Groot belang, grote betrokkenheid) De betrokkenheid van de verenigingen ten opzichte van het onderzoek is groot, de verenigingen zijn namelijk een onderzoekseenheid. Het is in het belang van de handboogverenigingen dat de service en producten en diensten van de bond meer gericht is op de vraag van verenigingen. De vereniging is het eerste contactpunt voor leden en potentiële leden. Ook zijn de verenigingen in contact met de bond, waarbij de bond alle verenigingen bundelt. De verenigingen staan ook het meeste in contact met het lokale onderwijs, bedrijfsleven en overheid. Leden: (Groot belang, grote betrokkenheid) Een beter georganiseerde vereniging, met beter opgeleide trainers, meer keuze aan sportaanbod en een adequatere accommodatie, zou het schietplezier van de leden moeten verhogen (NOC*NSF, 2013). Ook een vraaggerichtere aanpak van de bond op onder andere opleidingen en wedstrijden/competities dient de tevredenheid van de leden te verhogen. De macht van een enkel lid is minder dan dat van een vereniging, omdat er relatief minder verenigingen zijn dan leden. De leden staan in directe verbinding met de vereniging, daarnaast kunnen ze altijd contact opnemen met de Nederlandse Handboog Bond voor producten, diensten of service. Ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport: (Laag belang, lage betrokkenheid) Met het oog op een vitalere maatschappij is het Ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport betrokken bij de ambitie van het NOC*NSF om de sportparticipatie te verhogen (NOC*NSF, 2013). Er is daarom wel een positieve houding, maar verder blijft de betrokkenheid en het belang van het ministerie zeer beperkt. Ministerie voor Veiligheid en Justitie: (Laag belang, lage betrokkenheid) Het aanpakken van de excessen in de sport was de reden voor de aanzet voor het plan voor een Veiliger Sport Klimaat (Ministerie van VWS, 2011). Omdat Besturen met een Visie onderdeel uitmaakt van Veiliger Sport Klimaat en gericht is op het verbeteren van de organisatie en het kader, behoort dit 87

ministerie wel tot de stakeholders. Het Ministerie voor Veiligheid en Justitie heeft relaties met het NOC*NSF en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Lokaal onderwijs: (Laag belang, lage betrokkenheid) Eén van de criteria voor een sterke vereniging is gesteld dat de verenigingen moet gaan beschikken over een relevant lokaal netwerk. Het onderwijs kan daar een krachtige rol in nemen. Tijdens de sportlessen op school kunnen veel jongeren bereikt worden voor door middel van een introductiecursus. Jongeren zijn een kansrijke doelgroep omdat ze gemakkelijk via school bereikbaar zijn, tevens zijn Jongeren ook de grootste groep die lid zijn van een (handboog)vereniging. Dit blijkt uit figuur 2.1 en 2.2 die te vinden zijn in hoofdstuk 2.1.1. Afnemersanalyse. Lokaal bedrijfsleven: (Laag belang, lage betrokkenheid) Het lokale bedrijfsleven is ook een relevante partner in een lokaal netwerk. Samenwerking is gewenst omdat het bedrijfsleven in staat is om financiering te faciliteren, in de vorm van giften en/of sponsoring. Door deze acties kan het bedrijfsleven een maatschappelijk betrokken gezicht tonen in de lokale samenleving. Andere activeringsopties zijn een handboogintroductie als personeelsuitje of naamsbekendheid. Lokale overheid: (Laag belang, lage betrokkenheid) De laatste mogelijke partner binnen een regionaal netwerk is de lokale overheid. Dit zijn vooral de gemeenten. Gemeenten bepalen de subsidies en beheren accommodaties. Ook zijn gemeenten verantwoordelijk voor de verhoging van de sportparticipatie. Door intensiever samen te werken met de lokale overheden kunnen de gezamenlijke doelen bereikt worden. Andere Sportbonden: (Laag belang, lage betrokkenheid) Andere sportbonden zullen niet betrokken zijn bij het onderzoek, net als dat andere sportbonden er geen belang bij hebben. Wel kan er lering getrokken worden uit het beleid van andere sportbonden. Van vergelijkbare sportbonden en hun beleid op het gebied van de bediening van hun leden. De Nederlandse Handboog Bond staat via het NOC*NSF in verbinding met de andere sportbonden. Hieronder is het actorenmodel te zien in figuur 3.1. In dit model zijn alle eerder genoemde actoren weergegeven. Tevens zijn de verbindingen tussen de diverse actoren weergegeven. Figuur 10, Actorenmodel 88

14. Benchmarkwiel Figuur 11, Benchmarkwiel 89

15. Kritische Service Factoren Pilaar 1: Financiën KSF 1.1 KSF 1.2 De vereniging is financieel gezond De jaarrekening wordt jaarlijks opgemaakt, vastgesteld door een accountant en geaccordeerd door de algemene ledenvergadering De vereniging heeft de afgelopen drie jaar geen tekort gehad op de begroting Pilaar 2: Organisatie & Structuur De vereniging heeft haar bestuurlijke kernfuncties competent en evenwichtig ingevuld KSF 2.1A Het bestuur is competent* KSF 2.1B het bestuur beschikt over alle kernfuncties** KSF 2.1C KSF 2.2 KSF 2.3 KSF 2.4 Het bestuur is evenwichtig ingevuld naar leeftijd en man/vrouw verhouding Het bestuur neemt jaarlijks deel aan een relevant congres (afgezien van het handboog congres De vereniging heeft een sporttechnisch kader dat gediplomeerd is De vereniging beschikt over voldoende trainers en scheidsrechters Het sporttechnisch kader*** is gediplomeerd De vereniging beschikt over een wervingsplan voor het sporttechnisch KSF 2.5 kader De doelstellingen en plannen van de vereniging worden jaarlijks vastgesteld en vastgelegd in een beleidsdocument De vereniging beschikt over beleidsdocument m.b.t. de volgende KSF 2.6 onderwerpen KSF 2.6A Doelstellingen en plannen KSF 2.6B Missie en visie KSF 2.6C Leden: ledenprofielen en potentiële leden/doelgroep bepaling KSF 2.6D Sporttechnisch beleid KSF 2.6E Accommodatiebeleid KSF 2.6F Beschrijving van de geplande jaaractiviteiten KSF 2.6G Beleid en acties gebied van PR/sport/club promotie en communicatie KSF 2.6H Jaarrekening/begroting KSF 2.7 KSF 2.8 KSF 2.9 KSF 2.10 De vereniging beschikt over een wervingsplan voor vrijwilligers De vereniging is organisatorisch op orde De vereniging beschikt over actuele statuten De vereniging beschikt over een actueel huishoudelijk reglement De vereniging beschikt over een commissiereglement met de taken en verantwoordelijkheden van commissieleden 90

KSF 2.11 De vereniging beschikt over een rooster van aan- en aftreden voor bestuurders KSF 2.12 De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het bestuur De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het sporttechnisch KSF 2.13 kader * Competent = het beroep en/of opleiding van het bestuurslid sluit aan op de functie, het bestuurslid al ervaring heeft met de bestuursfunctie en/of cursus/scholing heeft gehad voor de bestuursfunctie. ** Kernfuncties = voorzitter, secretaris, penningmeester en communicatie Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1 KSF 3.2 KSF 3.3 KSF 3.4 De vereniging weet leden te binden en verbinden door een passend (vraag gestuurd) sportaanbod De vereniging speelt in op de specifieke (sport)behoeftes van de huidige leden De vereniging speelt in op de specifieke (sport)behoeftes van potentiële leden De vereniging is bekend met het traject van talentherkenning Indien een jonge handboogsporter talent toont, weet de vereniging de vervolg stappen het talent kan volgen De vereniging helpt mee met de organisatie van wedstrijden of competities De vereniging organiseert op de accommodatie bondscompetities of A- en B-status wedstrijden Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1 KSF 4.2 KSF 4.3 De vereniging beschikt over een adequate accommodatie De vereniging beschikt over een accommodatie in eigen beheer of huur van de gemeente De accommodatie is primair geschikt voor de sport en de jeugdige sporters De accommodatie is niet in een horecagelegenheid Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling KSF 5.1 KSF 5.2 KSF 5.3 De vereniging heeft een sporttechnisch kader dat gediplomeerd is De vereniging beschikt over voldoende trainers en scheidsrechters Het sporttechnisch kader*** is gediplomeerd De vereniging beschikt over een wervingsplan voor het sporttechnisch kader *** Sporttechnisch kader = Trainers, coaches, arbitrage 91

Pilaar 6: Samenwerken De vereniging beschikt over een relevant netwerk met gemeenten en/of onderwijs en/of bedrijfsleven en/of verenigingen en weet daar effectief mee samen te werken. KSF 6.1 De vereniging beschikt over een netwerk met gemeenten en/of onderwijs en/of bedrijfsleven en/of verenigingen KSF 6.2 De samenwerking in KSF 5.1 is relevant KSF 6.3 Er wordt effectief samengewerkt binnen de samenwerking in KSF 5.1 Randvoorwaarde: Kritische omvang De vereniging heeft (mogelijk in een samenwerkingsverband met andere verengingen) minimaal 50 leden RV A De vereniging heeft minimaal 50 leden RV B De vereniging heeft in een samenwerkingsverband tussen verenigingen minimaal 50 leden 92

16. Interview Paul ten Hag Paul Ten Hag Datum: 24 april 2014 Tijdstip: 14u00-15u00 Plaats: Rosmalen Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Paul ten Hag Korte introductie Algemeen Directeur NHB We kennen elkaar natuurlijk al, dus we hoeven ons niet meer voor te stellen. Nee. Het interview zal ongeveer een uur duren. Is goed. Bepaalde zaken zijn uiteraard al besproken, maar die worden in dit interview toch gevraagd om het officieel als bewijs te kunnen gebruiken in het onderzoek en tevens ter bevestiging. Is goed. Ter herhaling, dit interview heeft betrekking op deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept helder te formuleren. Zo kan er antwoord worden gegeven op de vraag of de wensen en behoeften van de leden en verenigingen in het bedieningsconcept ontbreken, of dat onbekend is dat het aangeboden wordt. Of dat de verwachtingen te hoog zijn. De leden betalen 55 euro contributie en zien dat als een schenking. Er dient constant uitgelegd te worden wat de NHB biedt. Blijkbaar zien de leden de meerwaarde van het lidmaatschap niet. En wat versta je ook alweer onder bedieningsconcept? Alle services die de bond aan haar leden, de schutters, en verenigingen biedt. Goed dat je steeds de splitsing maakt tussen schutters en verenigingen. Ik maak ook altijd duidelijk of ik de schutters of de verenigingen bedoel met de term leden. Producten 1. De eerste vragen zullen gaan over de producten. In welke producten vindt u dat de bond voorziet voor de schutters? Met producten bedoel je tastbare zaken, is het niet? Er is naar mijn idee namelijk een vaag verschil wanneer er iets een product is, of een dienst/service. Qua tastbare producten doet de NHB veel te weinig. Er is veel meer aandacht voor vereist. De spelden en awards zijn tastbare producten en zijn heel populair. De leden klagen alleen dat ze te duur zijn. Misschien moet daar beter over gecommuniceerd worden. Het bondsblad kan ook als product gezien worden. 93

2. In welke producten voorziet de bond voor de verenigingen? Dat zijn er ook niet veel. Het promotiemateriaal dat er beschikbaar is, is een product. Dat is goede kwaliteit, mooie flyers. Er is zelfs de optie om de verenigingsnaam erop te zetten. Er is alleen veel te weinig vraag naar. Daar zou meer en beter over gecommuniceerd moeten worden. Ook zijn er lespakketten voor scholen. Maar daar is ook weinig vraag naar, omdat het waarschijnlijk onbekend is. We moeten er misschien mee stoppen, of de kwaliteit verhogen. 3. Hoe worden de producten geleverd aan de verenigingen/leden? Veelal per post. Maar het gaat veelal passief, dat wil zeggen dat het op aanvraag gaat. Het bondsblad heeft bijvoorbeeld actieve distributie. Het bondsblad wordt vanuit het initiatief van de NHB verstuurd. 4. Hoe communiceert de bond over de producten? De communicatie is te beperkt. Het gaat vooral via de website, nieuwsbrief en bondsblad. Maar het gebeurt nog te weinig, te passief. Er worden zelden producten aangeboden. Daardoor zullen veel leden onbekend zijn met het aanbod. 5. Wat zou u willen toevoegen aan het aanbod van producten? Ik zie ons als een brancheorganisatie, zoals bijvoorbeeld de ANWB. Wat de ANWB dan te ver in doorslaat, slaan wij te ver door aan de andere kant. De ANWB biedt alles aan, van verzekeringen, autospullen en wandelproducten. De NHB biedt helemaal niks aan. Als de NHB besloot ook meer producten commercieel te verkopen, dient dat wel handboog gerelateerd te zijn. Ik verwacht dat schutters te nuchter zijn om een pen of mok te kopen met het NHB logo erop. Wat wel goede opties zouden zijn, zijn bijvoorbeeld pijlenkokers, kapmessen, releases, veldflessen of kleding. Diensten 6. Welke diensten vindt u dat de bond aanbiedt aan de schutters? Het belangrijkste en beste is dan de wedstrijdkalender. Op de wedstrijdenkalender is er voor ieder wat wils een wedstrijd te vinden. Ik verwacht dat veel schutters wedstrijden schieten, zo n 50%. Op twee staan de opleidingen. Daar wordt door 1% gebruik van gemaakt. Maar het aanbod en de kwaliteit wordt steeds beter. Daarna komt de communicatie via de website, social media en de nieuwsbrief. De communicatie wordt sinds de komst van Harm (Van der Hoff, medewerker marketing en communicatie) duidelijk beter en met name de social media. Daarnaast zijn er collectieve secundaire verzekeringen voor alle leden, die inbegrepen zijn bij de contributie. Het topsportprogramma wordt gezien als promotie van de sport. Alleen ervaren de leden het als geld kostend. De voordelen van topsport dienen beter gecommuniceerd te worden naar de leden. 7. Wat zijn de diensten die de bond levert aan de verenigingen? Bovenaan staat de ledenadministratie. Via het programma Onze Relaties kunnen de verenigingen alle gegevens opslaan en informatie opvragen. De functionaliteiten worden dit jaar nog verder uitgebreid. Aangenomen wordt dat de verenigingen veel gebruik maken van de functionaliteiten van Onze Relaties. De bondspassen worden automatisch uit het administratieprogramma geproduceerd. De passen kunnen gezien worden als een product, maar ik zie het vooral als een service. Alle leden hebben een bondspas. Op drie komt de competitie. Veel verenigingen organiseren regionaal wedstrijden. Om op de wedstrijdkalender te komen, dient de vereniging wel aan voorwaarden van bijvoorbeeld accommodatie te voldoen. Zodra een wedstijd onder de auspiciën van de NHB valt, krijgt de vereniging ook de volledige ondersteuning voor de organisatie. 94

Daarnaast zijn er nog services als advies op gebied van bijvoorbeeld accommodatie en juridische zaken. De opleidingen kunnen als service gezien worden. De verenigingen maken gebruik van de opgeleide trainers en er zijn opleidingen om het kader te verbeteren. Ook het jaarlijkse handboogcongres is een dienst. Het samenstellen van de introductiepakketten is ook nog een dienst. Ook maakt zo n 50% van de verenigingen gebruik van de collectieve regelingen als de ECO taks, Buma en Sena. 8. Wat doet de bond in het kader van verenigingsondersteuning? De bovenstaande diensten en services kunnen als verenigingsondersteuning bestempeld worden. 9. Hoe communiceert de bond over de diensten van de NHB? Hiervoor geldt hetzelfde als voor de producten. De promotie van de sport vinden de leden niet interessant. Ook kan de communicatie veel beter. Vaak is de afname van de diensten te beperkt, omdat de bekendheid te laag is. De diensten dienen actiever gecommuniceerd te worden. 10. Wat mist er nog in het aanbod van diensten? Er moet niet meer worden toegevoegd. Vooral wat we doen, moeten we beter doen. We moeten de kwaliteit verhogen en de communicatie verbeteren. a. Worden de leden betrokken bij de vormgeving van het aanbod van producten en diensten? De leden worden er te weinig bij betrokken. Er zitten wel vertegenwoordigers in de commissies, maar die zitten daar onafhankelijk van de verenigingen in. Ook is de afstand tussen de commissies en de leden te groot. Jouw enquêtes dienen om de leden te betrekken. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NHB aan de schutters en de verenigingen. 11. Waarin adviseert de bond de schutters? Passief beantwoordt het bondsbureau de vragen van de leden. Dit kan omdat ze de antwoorden niet kunnen vinden op de website of dat de website niet praktisch genoeg is. Er wordt momenteel al eraan gewerkt om de website toegankelijker en vindbaarder te maken. Veel antwoorden moeten komen vanuit de commissies, omdat het bondsbureau te weinig handboogspecifieke kennis heeft. De commissies staan echter ver van de leden af. Verder biedt de bond advies in juridische zaken en verzekeringen. De hoeveelheid vragen van leden valt tegen, maar als er vragen komen moeten die vaak doorverbonden worden omdat het bureau de kennis niet paraat heeft. Ook is de informatie op de website vaak overgenomen van andere websites. 12. Waar adviseert de bond de verenigingen in? Dat is in zaken als juridisch, collectieve regelingen, materiaal, promotie, accommodatie en dergelijke. Ook mist het bondsbureau hiervoor vaak de deskundigheid, welke wel aanwezig is in de commissies. Ook voor het advies geldt dat het veelal passief is. Zodra er vragen komen, wordt er gezocht naar het antwoord. Er wordt niet, of te weinig, actief gezocht naar onderwerpen waar de verenigingen vraag naar hebben. Daarnaast is het de vraag of het aanbod wellicht op de verkeerde uren is. Verenigingsbestuurders werken vaak overdag en hebben vragen in de avond of in het weekend. De bondsmedewerkers werken ook overdag en zijn vrij in de avonduren en het weekend. De vraag is of de vragen spoed hebben. Financiële vragen kunnen best een dag later beantwoord worden, scheidsrechters kunnen vooraf 95

geregeld worden. Maar als er in het weekend door een afwezige scheidsrechter een scheidsrechter te kort is, is er geen aanspreekpunt vanuit de bond. 13. Hoe communiceert de bond over waar ze in kunnen adviseren? De communicatie is veelal passief, te afwachtend. Dat zou veel actiever kunnen. Daarnaast is het lastig dat niet iedereen van de leden digitaal is, dat maakt het lastig communiceren. 14. Waar zou de bond meer in kunnen adviseren? De bond zou verenigingen actiever kunnen ondersteunen op gebieden als beleid, groei en financiën. De verenigingen hebben juist veel hulp nodig, omdat ze veelal klein zijn. Niet alleen roepen dat verenigingen samenwerking in de regio moeten zoeken, maar ook vertellen hoe en ze daar mee helpen. Er is meer deskundigheid nodig over hoe je een vereniging kan leiden. 15. Reageert de bond adequaat genoeg op vragen van leden? Nee, het is verschillend. Wel op kantoortijden, maar er is geen vangnet/aanspreekpunt in de weekenden. Standpunten 16. Wat is de huidige positionering van de NHB? De positionering is tweeledig. 1. Is het helpen van de sport, het faciliteren ervan. Het mogelijk maken van de sport voor de schutters. Die positionering is passend en goed uitgewerkt. 2. De bond is er om de verenigingen sterker te maken en te laten groeien en financieel gezond te houden. Deze positionering past wel, maar komt slecht tot uiting. De bond mist de deskundigheid in de verenigingsondersteuning. 17. Wat zijn de huidige standpunten? De kernwaarden uit het meerjarenbeleidsplan, zijn te globaal. Die kunnen voor elk merk gelden. Dat zijn: Openheid en transparantie Sociale veiligheid Vraaggestuurd en klantgericht Een extern bedrijf heeft de volgende kernwaarden opgesteld, maar ik vind het vooral kernmerken: Precisie Toewijding Balans Natuur Harmonie Intensiteit Technologie Elegantie Coördinatie Concentratie Ik vind dat de sport herkend moet zijn als enkel de kernwaarden bekend zijn. Het is het DNA van het merk. De NHB staat voor herwaardering van het verleden door modernisering. Daarom heb ik de volgende kernwaarden opgesteld: Laagdrempelig en toegankelijk Transparant, open houding en eerlijk Traditie en gezelligheid Maatschappelijk en sociaal Authentiek en ook vernieuwend Verbindende organisatie structuur Rijnlandse instelling: iedereen doet mee Meedoen én winnen zijn belangrijk Een sport voor alle leeftijden Aandacht voor jong talent Opleiding, ontwikkeling en begeleiding in sport & kader Focus op technologie 96

18. Sluiten de standpunten voldoende aan bij de positionering? Bij positionering 1 wel, 2 niet. Het is vooral gericht om het de schutter naar het zin te maken. 19. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk? Met betrekking tot de schutters wel, bij de verenigingen minder. De communicatie binnen de organisatie, tussen de rayons, bondsbestuur, bondsraad en commissies, is niet goed. Het is veel te passief, niet transparant. Men weet niet wat de voortgang van de anderen is. 20. Zou u de standpunten of positionering willen veranderen? Ik zou positionering 1 handhaven, maar standpunt 2 moet aan gewerkt worden. Vooral de kleine verenigingen dienen beter ondersteund te worden. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 97

17. Maurice Wolters Maurice Wolters Datum: 24 april 2014 Tijdstip: 13u30-14u30 Plaats: Rosmalen Manager breedtesport NHB Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Maurice Wolters Korte introductie We kennen elkaar natuurlijk al, dus een uitgebreide kennismaking is niet nodig. Kun u kort uw functie binnen de NHB uitleggen? Sinds 1 januari ben ik manager breedtesport binnen de NHB Het interview zal ongeveer een uur duren. Is goed. Bepaalde zaken zijn uiteraard al besproken, maar die worden in dit interview toch gevraagd om het officieel als bewijs te kunnen gebruiken in het onderzoek en tevens ter bevestiging. Is goed. Ter herhaling, dit interview heeft betrekking op deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept helder te formuleren. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag of de wensen en behoeften van de leden en verenigingen in het bedieningsconcept ontbreken, of dat onbekend is dat het aangeboden wordt. Je weet dat ik ook pas kort in dienst ben hier, dus ik weet niet of ik op alles een antwoord weet Producten 1. De eerste vragen zullen gaan over de producten. In welke producten vindt u dat de bond voorziet voor de schutters? Ik ben van mening dat het verschil tussen producten en diensten verwisselbaar is. Een product kan een dienst zijn en andersom. Daarom moet jij maar de verschillen aanbrengen. Producten en diensten die de bond biedt, zijn bijvoorbeeld de telefonische bereikbaarheid van de bond, waar ze vragen kunnen stellen. Andere zaken zijn de verzekeringen van de bond, maar ook folders en brochures, het bondsblad, opleidingen. Dan is er voor een kleine groep het topsportprogramma. 2. In welke producten voorziet de bond voor de verenigingen? Voor verenigingen heb je het programma Veilig Sportklimaat (VSK) met modules als Sportief Coachen en Sportief Besturen. Vanuit het programma van VSK komt ook de verenigingsondersteuning met de accountmanagement. Daarbij gaan verenigingsondersteuners naar de verenigingen om na te gaan op welke punten ondersteuning nodig is. Dan kunnen verenigingen nog gebruik maken van Start Handboogsport, dat is een introductieprogramma voor verenigingen. Hier maken alleen nog maar 20 verenigingen gebruik van. 98

Ook vallen de opleidingen hieronder, het promotiemateriaal, modules aan en afmelden van leden en de facturatie van het ledenadministratiesysteem Onze Relaties en verzekeringen. Of er van deze services gebruik wordt gemaakt, hopen we onder andere te weten te komen via de verenigingen. 3. Hoe worden de producten geleverd aan de verenigingen/leden? Het wordt met name gericht op verenigingen of distributie via de verenigingen. 4. Hoe communiceert de bond over de producten? Via de gebruikelijke mediakanalen. Via de website, via nieuwsbrieven die dan wel aan een specifieke doelgroep gericht zijn of algemeen van aard zijn, via de mail en via de rayons. Het is vooral een wirwar van communicatie, waardoor er voor de leden te weinig zicht is op en te weinig bekendheid is van alle diensten. 5. Wat zou u willen toevoegen aan het aanbod van producten? We willen voor verenigingen voorbeelden van commissiereglementen en beleidsplannen ontwikkelen, deze zijn mede onderdeel van het VSK. Belangrijk is vooral dat de verenigingsondersteuning wordt geboden op de punten waar de verenigingen mee zitten, kortom vraaggericht. Dat is ten gunste van en de leden, en de verenigingen. Er moet vanuit de leden en verenigingen een top 3 à 5 prioriteiten komen, waar aan gewerkt wordt en in uitgeblonken wordt. Het mag allemaal iets vraaggerichter. Het is een kleine organisatie, waardoor je niet alles goed kan doen. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden. Er moeten minder producten en diensten komen, maar wat je doet, moet goed zijn. Landelijk moeten er minder bestuurlijke lagen zijn, maar meer uitvoerende lagen. Momenteel zijn er teveel lagen bezig met strategische zaken, terwijl er meer uitgevoerd zou moeten worden via de lokale rayons. De leden worden beperkt betrokken bij de vormgeving van het aanbod aan producten en diensten. Diensten Nu gaan we over op de diensten. De diensten zijn besproken tegelijk met de producten. Waardoor er verder gegaan wordt met advies. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NHB aan de schutters en de verenigingen. 6. Waarin adviseert de bond de schutters? De schutters kunnen bellen met vragen over wedstrijden, ledenadministratie en dergelijke. 7. Waar adviseert de bond de verenigingen in? In theorie zou de bond in alles vanuit het handboek van het NOC*NSF kunnen adviseren, maar dat is veel te groot. De NHB kan bijvoorbeeld niet altijd advies geven over wettelijke zaken, er is geen jurist in dienst. De bond kan wel de vragen wel doorsluizen naar de personen die het wel weten, naar deskundigen. Op het gebied van handboogspecifieke zaken, met betrekking tot opleidingen, competities en topsport, zou de bond wel over de kennis moeten beschikken. Als de bond de kennis niet paraat heeft, is de bond de bemiddelaar. 8. Hoe communiceert de bond over waar ze in kunnen adviseren? 99

De bond communiceert er te weinig over. De website is hoofdzakelijk het kanaal. De communicatie is vaak niet herkenbaar en eenmalig. 9. Waar zou de bond meer in kunnen adviseren? Dat moet blijken uit de enquête. Het moet vooral vraaggericht advies zijn, en niet aanbod gestuurd. De vraag is of de bond advies moet kunnen geven over bijvoorbeeld handboogmateriaal, of dat het voldoende is als het inzichtelijk is waar de informatie te vinden is. 10. Reageert de bond adequaat genoeg op vragen van leden? Daar ben ik te kort voor in dienst. Wat ik hoor, is dat het wel adequaat of direct gebeurd. Standpunten 11. Wat is de huidige positionering van de NHB? Daarbij verwijs ik naar het meerjarenbeleidsplan: Samen, Sterk, Groei. En dan met name voor de verenigingen. Ik vind dat een goede positionering. De verenigingen zijn statutair gezien de leden. Maar er moet ook gekeken worden naar de individuele schutters, zowel de huidige als de potentiële. Zo houd je een mogelijkheid om ook de schutters goed te bedienen. 12. Wat zijn de huidige standpunten? Zijn mij niet bekend. Ik zou willen zeggen: Samen, Open, Innovatief, Klantgericht. 13. Sluiten de standpunten voldoende aan bij de positionering? Nog niet voldoende 14. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk? Nee. We zouden bijvoorbeeld de titel van het meerjarenbeleidsplan of de kernwaarden kunnen gebruiken in de uitingen. Zo wordt het meer herhaald en wordt het bij de leden ook meer bekend waar de bond voor staat. 15. Zou u de standpunten of positionering willen veranderen? Ik zou het bovengenoemde meenemen, en aan de bekendheid ervan werken. Ook worden de leden te weinig betrokken. Er zou meer input gevraagd kunnen worden. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 100

18. Petra de Bruin Petra De Bruin Datum: 30 april 2014 Tijdstip: 13u30-14u00 Plaats: Delft Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Petra de Bruin Korte introductie Projectmanager, o.a. Verenigingsondersteuning We kennen elkaar natuurlijk al, dus we hoeven ons niet meer voor te stellen. Nee. Bepaalde zaken zijn uiteraard al besproken, maar die worden in dit interview toch gevraagd om het officieel als bewijs te kunnen gebruiken in het onderzoek en tevens ter bevestiging. Is goed. Mijn onderzoek gaat over de ambitie uit het meerjarenbeleidsplan om klantgerichter te worden. Mijn onderzoek gaat specifiek over de twee doelen met betrekking tot het versterken van verenigingen en de ledentevredenheid. De enquêtes die u voorbij heeft zien komen, zijn daar onder andere onderdeel van. Dit interview heeft betrekking op deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het bedieningsconcept is de term die ik gebruik voor alles services, dus alles wat de bond voor haar leden doet. Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept helder te formuleren. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag of de wensen en behoeften van de leden en verenigingen in het bedieningsconcept ontbreken, of dat onbekend is dat het aangeboden wordt. Ik heb het bedieningsconcept verdeeld in 4 services: Producten, de tastbare zaken Diensten, de niet tastbare zaken Advies, waarin de bond kan informeren Standpunten, waar de bond voor staat. Producten 1. De eerste vragen zullen gaan over de producten. In welke producten vindt u dat de bond voorziet voor de schutters? Daaronder vallen de folders, flyers en andere promotiematerialen. Maar ook de ondersteuning in de vorm van vrijwilligers en professionals, kortom mankracht. Er is materiaal, zoals bijvoorbeeld de Hitmiss pakketten. Er zijn opleidingen, verzekeringen en uiteraard de wedstrijden en competitie. Ook is er het ledenadministratiesysteem Onze Relaties en de communicatie. Wordt er voldoende gebruik van gemaakt? Nog te weinig, dat komt omdat het niet helder wordt weggezet. Als wij een product hebben, dan wordt dat niet voldoende gepromoot. 2. In welke producten voorziet de bond voor de verenigingen? 101

Dat is verwerkt in mijn antwoord op vraag 1. Het zijn producten voor de leden, individueel en als vereniging. 3. Hoe worden de producten geleverd aan de verenigingen/leden? Vooral op vraag, maar het wordt ook wel gepromoot. Maar dat is nog niet effectief genoeg. 4. Hoe communiceert de bond over de producten? Nog te diffuus. Als wij bijvoorbeeld een hele stapel folders hebben liggen, dan wordt er niet gecommuniceerd wat er is, voor wie het is, hoe men eraan kan komen, of het geld kost. De leden weten te weinig wat er is en wat er mogelijk is. 5. Wat zou u willen toevoegen aan het aanbod van producten? Vooral meer ondersteuning van de leden in de breedte. Meer kennis, advies en mankracht voor de leden. Diensten Nu gaan we over op de diensten. 6. Welke diensten vindt u dat de bond aanbiedt aan de schutters? Belangenbehartiging en pleitbezorging. Daaronder vallen zaken als (inter)nationale vertegenwoordiging, sponsorgelden binnenhalen, onderhandelen namens het collectief, voor collectieve regelingen, de promotie van de sport. Alles wat de bond namens de leden doet. 7. Wat zijn de diensten die de bond levert aan de verenigingen? Zie vraag 6. 8. Wat is de inhoud van de verenigingsondersteuning? Er zijn momenteel twee verenigingsondersteuners actief, die op basis van subsidies 12 uur aan verenigingsbezoeken mogen besteden. Vanwege dit lage aantal is voor 2014 de inzet om per rayon twee regiobijeenkomsten te organiseren. Tijdens deze bezoeken wordt er informatie aangeboden en de dialoog aangegaan over wat er goed gaat en wat er niet goed gaat. Daarnaast is het bondsbureau voor verenigingen altijd telefonisch en per mail bereikbaar voor advies. Ook is de bond er om namens de verenigingen op te treden als collectief. Hier kan de bond verder in gaan, door meer collectieve regelingen pogen te treffen. Ook is er hulp met betrekking tot bijvoorbeeld accommodaties of hulp bij een conflict met de gemeente. 9. Hoe communiceert de bond over de diensten van de NHB? De diensten worden door de bond nog minder uitgedragen dan de producten. Vaak worden de diensten verondersteld als bekend. Gevolg is da de leden te weinig bekend zijn met wat de bond voor hen betekent of kan betekenen. 10. Wat mist er nog in het aanbod van diensten? Vooral de huidige diensten uitbreiden en uitdiepen. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NHB aan de schutters en de verenigingen. 11. Waarin adviseert de bond de schutters? 102

Wat we niet doen, is adviseren over handboogmateriaal of techniek. Ook bieden we weinig informatie over de verenigingen. Momenteel is dat alleen een kaart met alle verenigingen en adresgegevens, wel met link naar de websites. Advies ontbreekt eigenlijk bijna helemaal. Bellen de leden voor vragen? Zelden, de bond is vaak voor leden te ver. 12. Waar adviseert de bond de verenigingen in? Er is wel informatie, over sponsoring, Verklaring Omtrent Gedrag enzo, maar het is heel erg versnipperd. Bellen de verenigingen met vragen naar de bond? Regelmatig, met vragen over accommodaties, fotorechten, leden wervingen/behouden, boekhoudingsprogramma s. Weet het bondsbureau ook de antwoorden op de vragen, is er deskundigheid genoeg? Er wordt zeker wel een inspanning geleverd om de antwoorden te vinden. Deskundigheid is niet per se nodig, als er maar wel bekend is, waar de vraag eventueel naartoe gestuurd moet worden. 13. Hoe communiceert de bond over waar ze in kunnen adviseren? Via de site, nieuwsbrief en andere communicatiekanalen. Het wordt wel geprobeerd. Op de site is het wel uitgebreid, maar naar het schijnt lastig navigeren. 14. Waar zou de bond meer in kunnen adviseren? Dat zou kunnen op gebied van: Materiaal/techniek Promotie Samenwerking Wet en regelgeving Accommodaties Beleid, alcohol bijvoorbeeld. Er is vanuit de bond geen standpunt over het te voeren alcoholbeleid, nog een specifiek product of advies. jeugd Kortom, alles wat een vereniging of schutter raakt. Belangrijk is ook dat er eigenlijk al helemaal geen advies is voor potentiële leden. 15. Reageert de bond adequaat genoeg op vragen van leden? Wat ik over mezelf kan zeggen, denk ik dat ik dat vrij goed doe. We kregen als bond zijnde wel veel opmerkingen hierover, maar dat neemt wel af. Dat komt omdat de bereikbaarheid van het bureau vergroot is. Standpunten 16. Wat is de huidige positionering van de NHB? Waar staat de bond voor? De bond moet zich duidelijker opstellen als de autoriteit op het gebied van handboogsport. Dat is momenteel niet duidelijk. Dat komt mede doordat er meerdere bonden zijn, niet alle handboogschutters lid zijn (grijze leden) en er disciplines zijn waar de bond niks voor doet. Ook zijn er combinatieverenigingen waar de bond geen aanbod voor heeft. 103

De Nederlandse Handboog Bond neemt op veel onderwerpen geen standpunt in, met als gevolg dat er onbekendheid en geen eenduidig beleid ontstaat. Een voorbeeld is dat er geen ondersteuning is voor een Nederlands team in de veld discipline, maar ze worden wel geholpen bij de uitzending en krijgen voor dat toernooi NHB kleding. Ook is de bestuurslaag regio s verdwenen, maar bestaan nog wel voor de organisatie van wedstrijden. Ook ontstaat hierdoor onduidelijkheid. 17. Wat zijn de huidige standpunten? Zoals bovenstaand, neemt de bond op bepaalde punten geen standpunt in. De kernwaarden van de bond zijn: De bond is er voor zijn leden De bond is een betrouwbare partner De bond is er ter ondersteuning van zijn leden en actief als belangenbehartiger 18. Sluiten de standpunten voldoende aan bij de positionering? Iedereen doet zijn best, maar er zijn weinig reacties op het resultaat. 19. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk? De Nederlandse Handboog Bond is opgericht vanuit de leden, waarbij de leden de bond het mandaat hebben gegeven om de leden te vertegenwoordigen. Dat de oprichting ooit vanuit de leden is gekomen, is voor veel leden vervaagd, de leden zijn vergeten dat zij de bond hebben opgericht. Er is een wij-zij beleving ontstaan, terwijl dit een uniform wij gevoel zou moeten zijn. Waar is deze afstand door ontstaan? Er zijn in het verleden zaken fout gegaan. Het probleem is dat slechte ervaringen veel langer blijven hangen en lastiger om te buigen dan goede ervaringen. 20. Zou u de standpunten of positionering willen veranderen? Jawel, maar weet niet hoe. Worden de leden betrokken bij de formulering van de positionering en standpunten? Nee, dat zou zeker meer kunnen. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 104

19. Felix Versteeg Felix Versteeg voorzitter rayon 3 Datum: 24 april 2014 Tijdstip: 15u30-16u30 Plaats: Rosmalen Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Felix Versteeg Korte introductie Zullen we beginnen met het voorstellen? Ik ben Arno Hovenga en ik ben bezig met mijn afstuderen. Ik studeer Commerciële Economie, met als specialisatie SportMarketing & Management aan de Hogeschool Rotterdam. Ik wil graag bij een sportbond afstuderen. Zelf doe ik niet aan handboogschieten, maar sinds mijn aanraking met de sport tijdens de Olympische Spelen in Londen, ben ik enthousiast geraakt. Mijn onderzoek gaat over de ambitie uit het meerjarenbeleidsplan om klantgerichter te worden. Mijn onderzoek gaat specifiek over de twee doelen met betrekking tot het versterken van verenigingen en de ledentevredenheid. De enquêtes die u voorbij heeft zien komen, zijn daar onder andere onderdeel van. Dit interview heeft betrekking op deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept helder te formuleren. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag of de wensen en behoeften van de leden en verenigingen in het bedieningsconcept ontbreken, of dat onbekend is dat het aangeboden wordt. Kunt u zich voorstellen? Ik ben Felix Versteeg en ik schiet inmiddels 32 jaar. Ik ben 13 jaar trainer op mijn club en 2,5 jaar voorzitter van rayon 3. Dat is gekomen, omdat ik om mij heen zag, dat het beter moest. En dan ben ik niet iemand die langs de lijn blijft staan en soms wat gaat roepen. Nee, ik ga in het midden staan en ga de dialoog aan. Ik pak het op en probeer er inhoud aan te geven. Zo heb ik ook meegewerkt aan het meerjarenbeleidsplan, op die manier heb ik bij kunnen dragen aan het strategische beleid van de bond en daar concrete activiteiten kunnen verbinden. Als laatste ben ik onderdeel van de commissie organisatieontwikkeling. Producten 1. De eerste vragen zullen gaan over de producten. In welke producten vindt u dat de bond voorziet voor de schutters? (producten en diensten, verenigingen en schutters door elkaar) Niemand weet exact welke producten en diensten er aangeboden worden. -NK s, competities, rayonwedstrijden, bondscompetitie, regiowedstrijden. 60%/70% van de leden neemt deel aan de wedstrijden, schat ik. -ECO taks/buma/stemra, wordt goed gebruik van gemaakt, want daar kunnen verenigingen geld terug krijgen. -Het ledenbestand, maar dat zien de leden niet -Opleidingen. Wordt te weinig gebruik van gemaakt, want de leden zien vooral de kosten die ze ervoor moeten maken. -verenigingsondersteuning 105

-Sportief Besturen -Het onderhoud met het NOC*NSF en World Archery. Leden hebben er geen benul van wat het nut ervan is voor hen. -verzekeringen -het jeugdvolgsysteem met de CTO s. De leden weten vaak wel wat er is, maar niet waar het is 2. In welke producten voorziet de bond voor de verenigingen? Zie vraag 1 3. Hoe worden de producten geleverd aan de verenigingen/leden? Wisselend, soms direct en soms indirect. 4. Hoe communiceert de bond over de producten? Via het bondsblad en via de digitale kanalen als de website, nieuwsbrief en sociale media. Het is effectief, maar het is de vraag hoeveel het gelezen en gezien wordt. Zo zullen de invullers van de enquête betrokkener zijn bij hun sport dan zij die de enquête niet invullen. 5. Wat zou u willen toevoegen aan het aanbod van producten? Verzekeringen met betrekking tot de aansprakelijkheid van verenigingsbesturen. De website kan beter. De mensen gaan er wel naartoe, maar veel mensen zien niet alles. Diensten Nu gaan we over op de diensten. 6. Welke diensten vindt u dat de bond aanbiedt aan de schutters? De uitslagen kunnen bijvoorbeeld wel mooier, maar je bent ook daarbij wel erg afhankelijk van de vrijwilligers. Verder, zie vraag 1. 7. Wat zijn de diensten die de bond levert aan de verenigingen? Er is voor de verenigingen veel promotiemateriaal, maar veel verenigingen weten dat niet of zijn er niet mee bezig. 8. Wat doet de bond in het kader van verenigingsondersteuning? Zie vraag 1. 9. Hoe communiceert de bond over de diensten van de NHB? Zie vraag 3. 10. Wat mist er nog in het aanbod van diensten? Niets, er is voldoende. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NHB aan de schutters en de verenigingen. 11. Waarin adviseert de bond de schutters? Sportdiscipline Tuchtrecht/reglementen Doping 106

Sportiviteit en respect Aanspreekpunt bij wedstrijden Topsportbeleid Verenigingscontactpersoon 12. Waar adviseert de bond de verenigingen in? Zie vraag 11. 13. Hoe communiceert de bond over waar ze in kunnen adviseren? 90% van de leden weten niet waarin de bond adviseert. De communicatie gaat via de mediakanalen. Misschien dat nieuwsbrieven rondom een thema aanslaat? 14. Waar zou de bond meer in kunnen adviseren? Niet meer, misschien wel beter. Ik ben niet op de hoogte van de kwaliteit. 15. Reageert de bond adequaat genoeg op vragen van leden? De vragen komen per mail in een info-mailbox, waarvandaan de vragen worden verzonden naar de relevante vakgebieden. Er wordt dan echter geen mail naar het lid gestuurd dat de vraag in behandeling is. De vraag blijft dan wel eens lang liggen, omdat het bij de verkeerde persoon is terecht gekomen, of dat de vraag bij een commissie is neergelegd, die maar een paar keer bijeen komt. De leden zijn daar niet van op de hoogte en denken genegeerd te worden. Standpunten 16. Wat is de huidige positionering van de NHB? Dat de bond er is voor al haar leden en disciplines. De bond staat voor goed burgerschap en houdt rekening met iedereen. De bond is open, dat is nog niet altijd zo, maar het gebeurt steeds meer. Vroeger was de bond erg gesloten en ervaarde de afstand tussen de leden en de bond erg groot. Men sprak over daar in Rosmalen. Er is al veel verbeterd, maar zo n cultuuromslag duurt lang. Bij de rayonvergadering met de leden zat het bestuur altijd tegenover de leden, met een grote afstand. Daarom heb ik de vorige keer besloten de opstelling te veranderen en tussen de leden te gaan zitten. De leden vonden het fantastisch. We moeten het meer samen met de bond gaan doen, zodat iedereen zich er thuis voelt en er een veilige sociale cultuur ontstaat. Wij moeten ons daarvoor dienstbaar opstellen. 17. Wat zijn de huidige standpunten? Zie vraag 16. 18. Sluiten de standpunten voldoende aan bij de positionering? Het gebeurt steeds meer. 19. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk? Steeds meer. Ik merk ook dat er meer verjonging in het bestuurlijke kader van verenigingen. Ook zijn er pas drie belangrijke functies in een korte tijd veranderd binnen de bond, namelijk de Algemeen Directeur, de Technisch Directeur en de voorzitter. De bestuurders dragen de kernwaarden uit. 20. Zijn de leden bekend met de positionering en de standpunten? De leden kennen het meerjarenbeleidsplan niet. Ze kennen de standpunten en positionering niet. 107

Maar als we het uit blijven stralen, heeft het effect. De rayons zijn daarbij belangrijk. Zoek de mensen op, want de verenigingen zijn vaak vooral op zichzelf gericht en niet gericht op de omgeving. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 108

20. Renée Stevens Renée Stevens Voorzitter rayon 2 Datum: 27 april 2014 Tijdstip: 12u45-13u20 Plaats: Delft Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Renée Stevens Korte introductie Ik zal mijzelf kort voorstellen. Dit is voor mij de eerste keer dat ik bij een handboogvereniging kom. Ik heb namelijk geen handboogachtergrond. Ik studeer SportMarketing & Management aan de Hogeschool Rotterdam en zit nu in mijn laatste jaar. Mijn voorkeur als afstudeerscriptie lag bij een sportbond, het liefst een kleinschalige die wel Olympisch succes boekt. Sinds de Olympische Spelen van Londen 2012 was ik aanraking gekomen met de sport door Rick van der Ven, zo ben ik bij de NHB gekomen. Mijn onderzoek gaat over de ambitie uit het meerjarenbeleidsplan om klantgerichter te worden. Mijn onderzoek gaat specifiek over de twee doelen met betrekking tot het versterken van verenigingen en de ledentevredenheid. De enquêtes die u voorbij heeft zien komen, zijn daar onder andere onderdeel van. Dit interview heeft betrekking op deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het bedieningsconcept is de term die ik gebruik voor alle services, dus alles wat de bond voor haar leden doet. Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept helder te formuleren. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag of de wensen en behoeften van de leden en verenigingen in het bedieningsconcept ontbreken, of dat onbekend is dat het aangeboden wordt. Kunt u zich voorstellen? Ik ben Renée Stevens en al sinds 2000 handboogschutter. Ik heb alle niveaus doorlopen, tot en met het Nederlands team. Ik heb alle disciplines geschoten en ben tevens scheidsrechter en wedstrijdleider. Sinds mei 2013 ben ik nu voorzitter van rayon 2. Dit is een groot rayon met vooral grote verenigingen, met tevens veel vragen. Ik ben nu al 6 jaar bestuurslid bij de vereniging Frederik Hendrik, waarbij ik de wedstrijdzaken regel. Daarvoor ben ik voorzitter geweest van HKS Zoetermeer. Als laatste doe ik ook verenigingsondersteuning. Ik heb het bedieningsconcept verdeeld in 4 services: Producten, de tastbare zaken Diensten, de niet tastbare zaken Advies, waarin de bond kan informeren Standpunten, waar de bond voor staat. Producten 109

1. De eerste vragen zullen gaan over de producten. In welke producten vindt u dat de bond voorziet voor de schutters? Concrete producten zouden dan zijn: Opleidingen Speldjes, leden klagen dat het proces te lang duurt en dat ervoor betaald moet worden. Dat is namelijk niet altijd zo geweest. 2. In welke producten voorziet de bond voor de verenigingen? Dat zijn: Administratie (Onze Relaties). Hieronder vallen onder meer de ledenregistratie en facturatie. Dit werkt perfect. De opleidingen De verenigingsondersteuning Vragen Statuten. Ook promotie? Ja, dat ook. Wordt er gebruik gemaakt van de producten? Weten de leden de producten te vinden? Wisselend. Ze weten niet altijd wat er is. De website is daar mede schuldig aan. De leden weten niet altijd wat er allemaal is en kunnen dat niet snel en eenvoudig vinden op de website. 3. Hoe worden de producten geleverd aan de verenigingen/leden? Met name via de secretaris van de vereniging. Dan ben je afhankelijk van de persoon op die functie. 4. Hoe communiceert de bond over de producten? Dat gaat nog niet goed genoeg. Het bondsblad, dat is pas nieuw leven in geblazen en wordt zeer gewaardeerd. Ook vertellen wij tijdens de gesprekken van verenigingsondersteuning wat er mogelijk is. Dan zie je de verenigingsbesturen vaak verbijsterd kijken over wat er allemaal geboden wordt. Ook bij normale persoonlijke contacten wordt er verteld wat het aanbod is. 5. Wat zou u willen toevoegen aan het aanbod van producten? Er is momenteel voldoende. Er zouden sneller updates mogen op de bestaande producten. Vaak zijn het verouderde producten, die onderhoud of vernieuwing nodig hebben. Worden de leden (voldoende) betrokken bij de vormgeving van het aanbod aan diensten? Nee, het is altijd dezelfde kleine groep of kring, die geraadpleegd wordt. Hierdoor is het altijd hetzelfde. Diensten Nu gaan we over op de diensten. 6. Welke diensten vindt u dat de bond aanbiedt aan de schutters? Beetje vergelijkbaar met producten: Ledenadministratie Wedstrijdkalender Scheidsrechters Opleidingen Bijhouden Records Versturen Speldjes 110

7. Wat zijn de diensten die de bond levert aan de verenigingen? Regelingen als BUMA/STEMRA Verenigingsondersteuning Opleidingen Beantwoorden van vragen Statuten Formulieren Hulp bij regelen KVK, statuten, huishoudelijk reglement. Wordt van het bovenstaande gebruik gemaakt? Er wordt steeds meer gebruik van gemaakt. Er komen nu ook steeds meer vragen binnen op het rayon. 8. Hoe communiceert de bond over de diensten van de NHB? Terugkomend is dat de site beter moet. Het valt of staat bij de communicatie en vindbaarheid. Ook zijn er klachten dat het aanmelden bij wedstrijden niet altijd even makkelijk verloopt. 9. Wat mist er nog in het aanbod van diensten? Niets. Wederom weer updaten. Ook is er duidelijke communicatie noodzakelijk. Vooruitgang is dat er nu ook op de website ruimte komt voor specifieke rayonpagina s. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NHB aan de schutters en de verenigingen. 10. Waarin adviseert de bond de schutters? Schutters zien de bond niet als een plek waar ze vragen stellen. Daarvoor vinden ze de bond te ver weg. Ze zullen die vragen eerder bij de vereniging stellen of desnoods het rayon. 11. Waar adviseert de bond de verenigingen in? Er is vooral goed advies voor nieuwe verenigingen, al is dat afhankelijk van wie die informatie biedt. Dat is sowieso belangrijk, dat de vragen bij de juiste personen komen. Het gaat al veel beter sinds Paul ten Hag directeur is. Binnen het bondsbureau is er wellicht nog wel te weinig handboogkennis aanwezig. Dat is niet zo heel erg, maar het is ook de verhouding en hoe personen het oppakken. 12. Hoe communiceert de bond over waar ze in kunnen adviseren? Geen idee. Wel een voorbeeld van vragen bij verkeerd persoon. Er was een nieuwe vereniging, die van de vorige manager breedtesport moeite had de juiste antwoorden te krijgen. 13. Waar zou de bond meer in kunnen adviseren? Eerst zou de bond de eigen zaken op orde kunnen hebben. Zo is de website een terugkerend probleem, maar die is al onder constructie. Daarnaast de reglementen van de bond en de structuur. De rayons, de regio, de verenigingen, de statuten, het huishoudelijk reglement is allemaal veel te oubollig. Eerst moet de basis goed zijn voordat je verder kan bouwen. Zijn er vragen waar de bond het antwoord niet op heeft? Het is meer dat er dan een antwoord komt met betrekking tot een nieuw lang traject, als dat er een commissie weer nieuw leven ingeroepen moet worden. 111

14. Reageert de bond adequaat genoeg op vragen van leden? Ja, alleen is de beslisstructuur veel te lang. Standpunten Het laatste deel, de standpunten 15. Wat is de huidige positionering van de NHB? Waar staat de bond voor? Volgens de leden, vooral voor de topsport. Zij vinden dat de breedtesport tekort gedaan wordt. Het is vooral de perceptie dat die jongens op hun kosten de wereld over reizen. In werkelijkheid speelt de topsport een belangrijke rol in de vertegenwoordiging van de sport en het binnenhalen van subsidies. Zo werd in het vorige bondsblad de verdeling van de contributie uitgelegd, de reacties daarop waren heel erg positief. Wat vindt u zelf van de positionering? Ik zie verandering. Vooral het enthousiasme van Paul (ten Hag, directeur) is erg aanstekelijk. Mensen krijgen het gevoel dat ze weer meetellen. Voorbeeld: Bij een vereniging in Vlissingen zat veel oud zeer en dachten dat de afstand veel te ver werd ervaren. Een kwestie van perceptie en ook met betrekking tot de vorige directeur. Dat heb ik Paul verteld. Paul heeft daarom een afspraak met de vereniging gemaakt en het uitgesproken. Dat werd enorm gewaardeerd. 16. Wat zijn de huidige standpunten? Uitdragen van de sport en opleiden van de jeugd Anticiperen op nieuwe stromingen Topsport 17. Sluiten de standpunten voldoende aan bij de positionering? Het gaat vooruit. Zo is er de pilot met de nieuwe RTC s, onder leiding van de nieuwe Technisch Directeur, die heel erg goed verloopt. Er zijn verschillende nieuwe, jongere mensen in de organisatie, met nieuwe verfrissende ideeën. 18. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk? Vooral communiceren is erg belangrijk. De juiste mensen bij de juiste zaken. Zijn de leden bekend met de standpunten en positionering? Geen idee. Ze zien de website en lezen het bondsblad, maar verder weet ik niet. 19. Zou u de standpunten of positionering willen veranderen? Vooral duidelijkheid is belangrijk. Worden de leden betrokken bij de formulering van de standpunten of positionering? Nee, het is wederom dezelfde kleine kring van personen. Nieuwe mensen raadplegen kan wel een keer nuttig zijn. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 112

21. Dirk Schaap Dirk Schaap Datum: 28 april 2014 Tijdstip: 15u30-16u00 Plaats: Delft bestuurslid Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Dirk Schaap Korte introductie Ik zal mijzelf kort voorstellen. Ik studeer SportMarketing & Management aan de Hogeschool Rotterdam en zit nu in mijn laatste jaar. Mijn voorkeur als afstudeerscriptie lag bij een sportbond, het liefst een kleinschalige die wel Olympisch succes boekt. Sinds de Olympische Spelen van Londen 2012 was ik aanraking gekomen met de sport door Rick van der Ven, zo ben ik bij de NHB gekomen. Mijn onderzoek gaat over de ambitie uit het meerjarenbeleidsplan om klantgerichter te worden. Mijn onderzoek gaat specifiek over de twee doelen met betrekking tot het versterken van verenigingen en de ledentevredenheid. De enquêtes die u voorbij heeft zien komen, zijn daar onder andere onderdeel van. Dit interview heeft betrekking op deelvraag 1: Hoe is het huidige bedieningsconcept van de Nederlandse Handboog Bond vormgegeven? Het bedieningsconcept is de term die ik gebruik voor alle services, dus alles wat de bond voor haar leden doet. Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept helder te formuleren. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag of de wensen en behoeften van de leden en verenigingen in het bedieningsconcept ontbreken, of dat onbekend is dat het aangeboden wordt. Kunt u zich voorstellen? Ik ben Dirk Schaap. Ik ben nu al ongeveer 12 à 13 jaar lid schutter en ik ben ook trainer. Ik zit nu al 3 jaar in het bestuur, waar ik de wedstrijdzaken regel. Daarvoor ben ik bestuurslid geweest bij mijn vereniging en ben ik ook voorzitter geweest. Mijn zoon is ook onderdeel geweest van het topsportprogramma. Ik heb het bedieningsconcept verdeeld in 4 services: Producten, de tastbare zaken Diensten, de niet tastbare zaken Advies, waarin de bond kan informeren Standpunten, waar de bond voor staat. Producten 1. De eerste vragen zullen gaan over de producten. In welke producten vindt u dat de bond voorziet voor de schutters? Daaronder vallen administratie en registratie van onder andere de speldjes. Ook het aanmelden voor wedstrijden en voor een deel opleidingen. Opleidingen vallen naar mijn mening onder verenigingen, omdat verenigingen gebruik maken van de trainers, scheidsrechters en bestuurders. 2. In welke producten voorziet de bond voor de verenigingen? Dat zijn dus de opleidingen, maar ook ondersteunende vragen beantwoorden als informatie over subsidies, over gemeenten, over het rijk, over energie, over regelingen als BUMA en Stemra. 113

Ook promotie? Ja, ook de promotie. Maar die promotie is sport algemeen, zoals de folders om neer te leggen. Wordt er gebruik gemaakt van de producten? Weten de leden de producten te vinden? Te weinig. De schutters hebben vaak geen idee wat er is. Voor veel leden staat de bond ook te ver van hen af. 3. Hoe worden de producten geleverd aan de verenigingen/leden? Geen idee. 4. Hoe communiceert de bond over de producten? Via de website en de mail. De website wordt bijvoorbeeld wel gevonden, maar dan moet er goed gezocht worden. De producten zijn niet helder te vinden op de website. 5. Wat zou u willen toevoegen aan het aanbod van producten? Ik zou zo snel niet weten wat er mist. Worden de leden (voldoende) betrokken bij de vormgeving van het aanbod aan diensten? Dat kan anders. Je ziet als lid heel weinig van wat er werkelijk gebeurd. Diensten Nu gaan we over op de diensten. 6. Welke diensten vindt u dat de bond aanbiedt aan de schutters? Eigenlijk weer hetzelfde als daarnet. Dus zie vraag 1. 7. Wat zijn de diensten die de bond levert aan de verenigingen? Zie vraag 2. 8. Wat is de inhoud van de verenigingsondersteuning? Het is alweer lang geleden dat ik daarmee in aanraking kwam. Hulp bij wettelijke vraagstelling en veiligheid en dergelijke. 9. Hoe communiceert de bond over de diensten van de NHB? Zie vraag 4. 10. Wat mist er nog in het aanbod van diensten? Er mist niet zo zeer iets, maar het zou anders kunnen. Zoals het aanmelden voor wedstrijden, de registratie van de resultaten, de ondersteuning van de uitvoeringen en de scores. Er zou meer geparticipeerd moeten worden om dezelfde structuren te krijgen binnen de producten en diensten binnen de bond. Er moet eenduidigheid gecreëerd moeten worden. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NHB aan de schutters en de verenigingen. 11. Waarin adviseert de bond de schutters? Weet ik niet, heb ik als lid ook nooit zo opgemerkt. 12. Waar adviseert de bond de verenigingen in? Informatie over warming-up, veiligheid, seksuele intimidatie, privacy, zeg maar alles over hoe je om moet gaan met leden. 114

13. Hoe communiceert de bond over waar ze in kunnen adviseren? Geen idee. De leden weten het niet of willen het niet weten. Wat bedoelt u met dat ze het niet willen weten? Er is nog veel oud zeer. Ze zien de bond nog als ver statuut, die de leden hun wil oplegt. 14. Waar zou de bond meer in kunnen adviseren? Niet meer, maar het uitbouwen van het huidige advies naar verenigingen. De NHB moet de verenigingen helpen om de leden te behouden. Dit kan door betere trainers op te leiden, om het zo de leden naar het zin te maken. De bond moet zich erop richten om de verenigingen sterker te maken, om zo in de wensen van de schutters te voorzien. Zoals het ook in het meerjarenbeleidsplan is omschreven. 15. Reageert de bond adequaat genoeg op vragen van leden? Wisselend. Het gaat al enorm voorruit, al zullen de leden dat moeilijk toegeven in verband met het oud zeer van vroeger. Hoe zou het oud zeer volgens u weggenomen kunnen worden? Uiteraard duurt dat lang, maar we moeten de leden blijvend aandacht geven. De leden willen graag bevestiging. Standpunten 16. Wat is de huidige positionering van de NHB? Waar staat de bond voor? Ik denk dat de bond ervoor moet zorgen dat de sport mogelijk is voor de breedtesport en de topsport en voor jong en oud. Wat vindt u zelf van de positionering? Heerlijk. Het is een prachtige sport, die ontwikkeld is in de breedte en goede resultaten haalt met de topsporters. 17. Wat zijn de huidige standpunten? De handboogschutters zijn erg op zichzelf en lokaal gericht. Voor een gemiddelde sporter zijn er voldoende sportmogelijkheden op de vereniging zelf. Men kan daar pijltjes schieten, trainen en clubwedstrijden schieten. Verder is het binnen onze sport weinig competitief. Er is maar een groep van maximaal 200 personen, die je tegenkomt bij de landelijke wedstrijden. Wat zou de bond daaraan kunnen doen? Wellicht aanpassing in bijvoorbeeld de wedstrijdopzet. En voor iemand die enkel maar lokaal gericht is op de club, is er eigenlijk geen bond nodig in hun ogen. Denkt u dat deze leden helemaal zonder de NHB en de topsport tak zouden kunnen? Zonder de bond verlies je de aansluiting en de subsidies. Dan blijft er enkel maar een lokale hobbyclub over waar weinig aandacht voor zal zijn. Wat zouden volgens u dan concrete kernwaarden voor de NHB kunnen zijn? Dat de handboogsport als een volwaardige sport gezien moet worden en niet als een spelletje. 18. Sluiten de standpunten voldoende aan bij de positionering? Ja, dat sluit wel op elkaar aan. 19. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk? 115

Het klantgericht zijn kan zeker nog beter. Zijn de leden bekend met de standpunten en positionering? Nee, zeker niet bekend. Ze zullen ook het meerjarenbeleidsplan niet lezen. Is het dan noodzakelijk dat de leden het meerjarenbeleidsplan lezen? Zouden de leden de positionering en standpunten niet moeten herkennen aan de hand van wat de bond uitstraalt? Ja, daar heb je gelijk in. Maar ik denk dat het dan vooral op het regionale niveau gezocht moet worden. In de rayons, lokaal, daar moet het uitgedragen worden. 20. Zou u de standpunten of positionering willen veranderen? Nee, maat het mag inderdaad meer uitgedragen worden. Het zou in elke nieuwsbrief meer naar voren mogen komen, zoals bijvoorbeeld de folder (die op tafel ligt), waar in de rode draad de positionering wel verwerkt is. Worden de leden betrokken bij de formulering van de standpunten of positionering? Ja, die worden wel betrokken. Zoals bij het schrijven van het meerjarenbeleidsplan. Daar waren bestuurders, vertegenwoordigers van verenigingen en leden bij betrokken. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 116

22. Abell Model NHB Huidige situatie Figuur 7.1, Abell model NHB 117

23. Willem La Riviere Willem La Riviere Datum: 23 mei 2014 Tijdstip: 10u00-11u00 Plaats: Nieuwegein Directeur Koninklijke Nederlandse Biljart Bond Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Willem La Riviere Korte introductie Ik zal mijzelf kort voorstellen. Ik studeer SportMarketing & Management aan de Hogeschool Rotterdam en zit nu in mijn laatste jaar. Ik studeer momenteel af bij de Nederlandse Handboog Bond. Mijn onderzoek gaat over de ambitie uit het meerjarenbeleidsplan om klantgerichter te worden. Mijn onderzoek gaat specifiek over de twee doelen met betrekking tot het versterken van verenigingen en de ledentevredenheid. Dit interview heeft betrekking op deelvraag 2: Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? Het bedieningsconcept is de term die ik gebruik voor alle services, dus alles wat de bond voor haar leden doet. Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept van de KNBB formuleren en de sterke punten te benoemen. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag wat de NHB van de KNBB zou kunnen leren. Ik heb het bedieningsconcept verdeeld in 4 services: Producten, de tastbare zaken Diensten, de niet tastbare zaken Advies, waarin de bond kan informeren Standpunten, waar de bond voor staat Kunt u zich kort voorstellen? Ik ben Willem La Riviere. Ik ben al zeven jaar in dienst bij de KNBB, waarvan de laatste vier jaar als directeur. Daarvoor was ik manager breedtesport. Ik speel al 20 jaar en heb in het verleden onder andere een vereniging geleid, ben opgeleid tot trainer, heb een bedrijf in de biljartsport en heb een boek geschreven over biljarten. Hiervoor was ik werkzaam bij het CNV. De KNBB is in principe vijf bonden in één. Er zijn vier disciplines met aparte besturen. Naast de disciplines is er de koepel. Deze koepel staat statutair los van de sporten, wat voor de KNBB mogelijk maakt om innovatief en daadkrachtiger te opereren. Prestatie algemeen 1. Heeft de KNBB inzicht in de tevredenheid van haar leden en verenigingen? Nee. Het is al een tijd geleden dat er een onderzoek is geweest naar de tevredenheid. 2. Heeft u als biljartbond inzicht in de sterkte van de verenigingen? Er zijn bij de KNBB geen criteria opgesteld over wat een sterke vereniging is. Wel is er vanuit de bond voor de verenigingen ondersteuning. De verenigingen kunnen alles vragen, over juridische zaken, accommodaties, reglementen en software/ict. Wij proberen om de vragen zelf te beantwoorden, zo nodig schakelen wij de juiste expertise in. 118

Producten Onder producten worden de concrete tastbare zaken verstaan. 3. Op de website staan alle producten van de KNBB voor haar biljarters en verenigingen. Kunt u aangeven of er van deze producten gebruik wordt gemaakt? Voornamelijk wordt er gebruik gemaakt van de software. Software voor toernooien, wedstrijden en administratie. Een voorbeeld is de ledenadministratie. Vroeger deed de bond dat voor de verenigingen, dat was heel veel werk. Vanaf 2007 laten wij de verenigingen de ledenadministratie digitaal regelen. In 2007, toen digitaal nog niet zo vanzelfsprekend was als nu, regelde 60% van de verenigingen de ledenadministratie online. Een hoog percentage, als je de gemiddelde leeftijd van de biljarters in acht neemt. In 2014 regelt al 90% van de verenigingen de ledenadministratie digitaal. Hierdoor zijn er op het bondsbureau minder mensen nodig om de ledenadministratie te regelen. Er wordt van de producten gebruik gemaakt, als er een duidelijk voordeel in gezien wordt door de leden of de verenigingen. Om de waarde van het lidmaatschap in te vullen, zou er niet gezocht moeten naar extra producten. In deze tijd, waarbij men enkel wil betalen waar men gebruik van maakt, moet je verschillende lidmaatschappen aanbieden. Aan de diverse lidmaatschappen moet je de producten koppelen die bij de gebruiker passen. U heeft het over gedifferentieerd lidmaatschap. Kunt u aangeven of het aantal leden gestegen is na de invoering van een lager contributieniveau? Ja, dat is gestegen. 4. Zijn de producten bekend bij de verenigingen en de biljarters? Nee, ze weten vaak niet wat we doen. Daarin ligt het vooral in de communicatie. Wij hebben als KNBB geen bondsblad. Wij merken dat de nieuwsbrieven niet meer aanslaan. Men klikt die zo weg. Een bondsblad is tastbaar, dat kan een meerwaarde zijn. Je moet wel uitkijken dat je niet gaat vertellen wat je allemaal doet. Beter is om voorbeelden van positieve ervaringen te plaatsen. Laat je eigen leden en verenigingen je producten verkopen. 5. Hoe communiceert de KNBB over haar producten? De digitale platforms. Voorbeelden zijn de nieuwsbrief, online platforms als biljart.tv waarop filmpjes en wedstrijden staan. Ook de websites en de social media. De KNBB mist een goed communicatiemiddel. Zoals gesteld in de vorige vraag is, mist de nieuwsbrief het juiste effect. Met bijvoorbeeld een magazine, een bondsblad, kom je rechtstreeks en tastbaar binnen bij de leden. 6. Worden de leden betrokken bij de samenstelling van het aanbod aan producten? Bij bijvoorbeeld snooker, een individuele sport zonder verenigingen, is er rechtstreeks invloed bij de Algemene Leden Vergadering. Bij de verenigingsdisciplines, is er een heel erg getrapte organisatie met veel lagen: de leden, de verenigingen, de districten enz. Daarnaast worden er direct bij de leden onderzoeken uitgevoerd over concrete producten. Als laatste zijn er de commissies, die ondersteuning bieden bij het beleid. Door de koepelorganisatie naast de sportdisciplines, kan de bond veel meer marktonderzoek onder consumenten uitvoeren. Een voorbeeld hiervan is hoe de recreatieve spelers te binden zijn. Tevens is er vanuit de koepel contact met onder andere de brancheorganisatie van de accommodaties. De biljartverenigingen zijn erg afhankelijk van de accommodaties, omdat ze die vaak niet in eigen 119

beheer hebben. Wij als bond bieden als collectief de brancheorganisatie inkoopvoordelen en kennis. Een voorbeeld van wat wij via deze brancheorganisatie aanbieden, is de poolcard. Met deze kaart hebben recreatieve poolers, die ongeveer 12 keer per jaar in een particulier poolcentrum spelen, korting. Deze kaart kost voor de poolers 5 euro en ze hoeven enkel hun emailadres op te geven. Via dit e-mailadres krijgen ze een mailpromotie, hierin wordt een spaarsysteem geïntroduceerd. Via dit spaarsysteem krijgen de spelers voor elke keer dat ze poolen punten. Om deel te nemen aan het spaarsysteem, moeten ze alle NAW-gegevens invoeren. Bij het accepteren van de voorwaarden, worden deze poolers automatisch, zonder extra kosten, basislid van de KNBB. Ook zijn we altijd op zoek naar nieuwe spelvormen. Het nieuwste voorbeeld is het vijfbal. Dat is een biljartvorm met een laag instapniveau. Diensten Nu gaan we over op de diensten. Dit zijn de abstracte services van de KNBB. 7. Kunt u aangeven of er veel gebruik wordt gemaakt van de diensten van de KNBB? Hiervoor geldt hetzelfde als voor de producten. De diensten zijn bijvoorbeeld vertegenwoordiging, gehandicaptensport en topsport. Hierbij zien de leden en verenigingen geen directe meerwaarde. Ze vinden zelfs dat er naar topsport bijvoorbeeld teveel geld gaat. 8. Zijn de verenigingen en leden bekend met de diensten van de KNBB? Nee, die zijn niet bekend. Een bond doet feitelijk al 100 jaar hetzelfde. Hierbij ligt eigenlijk altijd al de focus op topsport. Breedtesport voelt zich achtergesteld en misschien gaat er wel onevenredig veel geld naar topsport. Er moet gezorgd worden dat het geld dat naar topsport gaat, zich terugverdient. Dit kan onder andere door topsporters in te zetten bij activiteiten. 9. Hoe communiceert de bond over haar diensten? Hetzelfde verhaal als bij producten Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de KNBB aan de leden en de verenigingen. 10. Waarin adviseert de KNBB de leden en verenigingen? Zoals eerder vermeldt, eigenlijk alle actuele vraagstukken en ondersteuning. Wij trachten de vele mails terug te dringen. Door het mobiele tijdperk sturen mensen veel makkelijker een e-mail. Vroeger was de behoefte om een brief te schrijven al weg op het moment dat de brief geschreven wordt. Als oplossing voor de vele vragen hebben we op de website een helpdesk gemaakt. In deze helpdesk zijn alle veelvoorkomende vragen opgenomen. Indien dat niet is, kan men via een menu de vraag alsnog naar ons sturen. Via een onderwerp komt deze vraag direct bij de desbetreffende persoon en krijgt de vraagsteller een bevestiging dat de vraag verstuurd is. Er komen nog steeds vragen die beantwoord konden worden via de helpdesk. Wij beantwoorden deze vraag, waarbij er ook opgemerkt wordt dat het tevens via de helpdesk kon. Bellen de leden vaak voor vragen, of wordt de afstand tussen de leden en de KNBB daarvoor als te groot ervaren? Door het mobiele tijdperk sturen de leden steeds makkelijker een vraag direct naar de bond dan via tussenliggende lagen als de verenigingen. 120

Standpunten 11. Wat is de huidige positionering van de KNBB? Waar staat de KNBB voor? Vanuit de missie is de KNBB er voor alle biljart organisaties, vormen en mensen. Een bond zal echter meer van een bond naar een brancheorganisatie gaan. Hierbij moet de bond functioneel zijn, met goede producten. Kortom, de bond moet een meerwaarde bieden. 12. Binnen de biljartbond zijn er meerdere disciplines, waarvan carambole met 80% ruim de meerderheid heeft. Voelen de andere disciplines zich achtergesteld? Bij de KNBB is het juist andersom. De carambolers vinden namelijk dat de kleine disciplines het geld opmaken. Echter heerst momenteel wel meer het idee dat de verschillende disciplines elkaar versterken. Er is meer draagvlak en begrip voor het wederzijds belang. Ook hier is weer de toegevoegde waarde belangrijk. Je moet het begrip voor de waarde weten te versterken. Wilt u verder nog iets toevoegen? Wat de KNBB niet heeft en de NHB wel, is dat handboogschieten Olympisch is. Een Olympische sport is zo n meerwaarde. WK s en EK s interesseert bijna niemand, maar zodra het op de Olympische Spelen komt, wordt het ineens in heel Nederland gehypet. Als je een kanshebber hebt, die je vanaf een jaar voor de spelen goed in de markt zet en goed presteert op de Spelen, ben je spekkoper. Je kan dan van een jaar van te voren tot een jaar daarna storytelling toepassen. Je moet wel zorgen dat je voor alle recreatieve handboogsporters daarna een goed en laagdrempelig product hebt. Een goed voorbeeld is het Barney-effect. Nadat Raymond van Barneveld zo goed ging darten, wilde iedereen darten. De dartsbond had alleen geen profijt hiervan. Er werden wel veel dartborden verkocht. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 121

24. Anne Schulze Anne Schulze Datum: 22 mei 2014 Tijdstip: 10u00-11u00 Plaats: Telefonisch Verenigingsondersteuner sportcluster Veenendaal (oa Nederlandse Bowling Federatie) Dikke tekst = Arno Hovenga Normale tekst = Anne Schulze Korte introductie Ik zal mijzelf kort voorstellen. Ik studeer SportMarketing & Management aan de Hogeschool Rotterdam en zit nu in mijn laatste jaar. Ik studeer momenteel af bij de Nederlandse Handboog Bond. Mijn onderzoek gaat over de ambitie uit het meerjarenbeleidsplan om klantgerichter te worden. Mijn onderzoek gaat specifiek over de twee doelen met betrekking tot het versterken van verenigingen en de ledentevredenheid. Dit interview heeft betrekking op deelvraag 2: Wat zijn de sterke punten van de bedieningsconcepten van andere sportbonden? Het bedieningsconcept is de term die ik gebruik voor alles services, dus alles wat de bond voor haar leden doet. Het doel van het interview is om de huidige invulling van het bedieningsconcept van de NBF formuleren en de sterke punten te benoemen. Zo kan er antwoord gegeven op de vraag wat de Nederlandse Handboog Bond van de Nederlandse Bowling Federatie zou kunnen leren. Ik heb het bedieningsconcept verdeeld in 4 services: Producten, de tastbare zaken Diensten, de niet tastbare zaken Advies, waarin de bond kan informeren Standpunten, waar de bond voor staat Kunt u zich kort voorstellen? Ik ben Anne Schulze. Ik werk als verenigingsondersteuner voor het sportcluster Veenendaal. Dit cluster bevat de Nederlandse Toerfiets Unie, Nederlandse Onderwater Bond, Koninklijke Nederlandse Dam Bond en dus de Nederlandse Bowling Federatie. In deze functie bied ik de verenigingen op maat ondersteuning en begeleid ik de verenigingen onder andere met het opstellen van beleid en een visie. Ook geef ik clinics met betrekking tot onderwerpen als ledenwerving, sportaanbod en communicatie. Prestatie algemeen 1. Heeft de Nederlandse Bowling Federatie inzicht in de tevredenheid van haar leden en verenigingen? Vorig jaar is er door de NBF een verenigingsmonitor gehouden, waaraan 77 van de 126 verenigingen aan mee hebben gedaan. Uit de resultaten weet de bowling federatie dat de verenigingen de website, de ledenadministratie en het bondsbureau het hoogste waarderen. Uit de ergenissenmeter onder 670 bowlers over de wedstrijden, blijkt dat 86% zich wel eens ergert tijdens wedstrijden. 2. Heeft u als bowlingfederatie inzicht in de sterkte van de verenigingen? 122

Uit de verenigingsmonitor kan veel informatie gehaald worden. Deze informatie heeft enkel nog geen verdieping naar specifiek verenigingsniveau. Er kunnen dus wel uitspraken gedaan worden over alle verenigingen, maar niet over welke verenigingen sterk zijn. Uit de verenigingsmonitor blijkt onder meer: Producten Een kwart van de verenigingen ziet de toekomst (zeer) zonnig in en meer dan 80% omschrijft zichzelf als financieel (zeer) gezond. Van bijna driekwart van de verenigingen is het aantal leden de afgelopen jaren (sterk) gedaald. Bijna de helft van de verenigingen geeft aan genoeg vrijwilligers te hebben. De rest zegt een tekort te hebben binnen het bestuur, de wedstrijdleiding en bij de organisatie van activiteiten. De meeste verenigingen hebben ledenwerving, ledenbehoud, activiteiten voor leden en sfeer/cultuur binnen de club als speerpunten genoemd. Bijna 20% van de clubs werkt samen met andere bowlingverenigingen. Meer dan 80% van de verenigingen maakt nog geen gebruik van de ondersteuningsmogelijkheden van de NBF. Van de producten en diensten van de NBF worden de website en de ledenadministratie het hoogste gewaardeerd. Ook over de medewerkers van het bondsbureau zijn veel respondenten (zeer) tevreden. Onder producten worden de concrete tastbare zaken verstaan. 3. Op de website staan alle producten van de NBF voor haar bowlers en verenigingen. Kunt u aangeven of er van deze producten gebruik wordt gemaakt? Exacte cijfers heb ik niet. Wel hebben wij nu net een nieuwe folder voor verenigingen. Hierbij kunnen de verenigingen zelf de tekst personaliseren. Deze zijn nieuw en er is nu veel vraag naar. Opleidingen zijn uiteraard belangrijk, maar binnen de bowlingwereld zijn trainers niet vanzelfsprekend. We kijken daarom ook naar een verkorte opleiding, die beter zou passen bij de vraag. Uit de verenigingsmonitor bleek ook dat 80% geen gebruik maakt van de ondersteuningsmogelijkheden. 4. Zijn de producten bekend bij de verenigingen en de bowlers? Vaak zijn de belangrijkste producten wel bekend. De kernproducten zijn dan de competities en de opleidingen. Binnen de competities is er bijvoorbeeld een relatief kleine landelijke competitie, maar bij de regionale wedstrijden op de verenigingen ondersteunt de NBF door middel van scoringssystemen en dergelijke. 5. Hoe communiceert de NBF over haar producten? Via de website, de nieuwsbrief, via de social media en ook via de contactmomenten. Live contactmomenten zijn bijvoorbeeld de Algemene Leden Vergadering, bijeenkomsten, werkgroepen en workshops. Tijdens deze live contactmomenten worden de producten en diensten ook altijd belicht, net als bij een-op-een-momenten. De bijeenkomsten zijn met onder andere de wedstrijdleiders, bestuurders en trainers. Deze bijeenkomsten zijn niet wekelijks, maar twee keer per jaar ongeveer. 6. Worden de leden betrokken bij de samenstelling van het aanbod aan producten? Steeds meer. De visie is om bij het doorontwikkelen van de producten de leden te betrekken. De verenigingsmonitor is hier een voorbeeld van een uitwerking hiervan. Daarnaast worden er na evenementen en andere contactmomenten een enquête gehouden over hoe het gegaan is en over de verbetermogelijkheden. 123

7. Zijn er nog producten die u aan het aanbod zou willen toevoegen? Niet iets concreets. Wel vind ik dat door het toenemende consumentisme, waardoor de leden steeds meer vragen om een meerwaarde, er meer aanbod moet komen gericht op de leden die feitelijk weinig behoefte hebben aan een bond. De bowlers die enkel de clubcompetitie spelen, nemen niet deel aan de door de bowling federatie georganiseerde competitie of opleidingen. Voor deze leden zou ik meer concrete producten willen aanbieden, zoals betere scoreverwerking. Diensten Nu gaan we over op de diensten. Dit zijn de abstracte services van de NBF. 8. Kunt u aangeven of er veel gebruik wordt gemaakt van de diensten van de NBF? Kan jij beter uitleggen wat jij verstaat onder diensten? Onder diensten versta ik de abstracte services van de NBF. Dit zijn zaken als vertegenwoordiging, inspraak, promotie enz. Voorbeelden zijn dat de NBF het contact houdt met de landelijke koepel voor commerciële bowling centra. Dit is voor de bowlingverenigingen essentieel, omdat bijna alle verenigingen in onderhuur zijn bij een bowlingcentrum. Hierin kan de bowlingfederatie veel betekenen, door als koepel op te treden. Hiervoor is een grote achterban nodig. De verenigingen en leden zijn dit niet direct, die waarderen de concrete uitkomsten meer, zoals kortingen en evenementen. 9. Zijn de verenigingen en diensten bekend met de diensten van de NBF? Nee, omdat het voor de meesten niet doorslaggevend is. Ze zien het niet of hebben het niet door. 10. Hoe communiceert de bond over haar diensten? Dat kan zeker meer en beter. Het is vaak wel lastig, want zoals het overleg met de bowlingcentra is een lang traject. Er is wel verenigingsondersteuning, maar de verenigingen hebben niet door waarin er ondersteuning is. Onder ondersteuning valt bijvoorbeeld ook de nieuwe folder. Door de diensten concreter te maken, weten de verenigingen en leden meer wat ze eraan hebben. 11. Er zijn binnen de NBF mogelijkheden voor de leden en de verenigingen tot inspraak. Zo ja, wordt hier gebruik van gemaakt en zijn de personen die hiervan gebruik maken verschillend? Er wordt niet massaal gebruik van gemaakt. Het is vaak wel een selecte groep. Deze groep wisselt wel, sommige verenigingen komen erbij, zodra er op een bepaald punt positieve of negatieve reacties komen. Er is wel een vaste kern van betrokken personen, die je vaak terug ziet. De momenten van inspraak zijn vooral tijdens de ALV, maar de meningen die we horen tijdens de eenop-een-gesprekken, nemen we ook mee. Al wordt het beleid uiteraard niet aangepast op basis van de visie van een enkeling. Advies Vanaf nu gaat het over het advies van de NBF aan de bowlers en de verenigingen. 12. Waarin adviseert de NBF de bowlers en bowlingverenigingen? Dat is heel divers. Het verschilt van de wedstrijden en evenementenkalender tot opleidingen, g- bowlen en verenigingsondersteuning. Daarbij geldt ook dat elk onderdeel weer heel breed is. Bellen de leden vaak voor vragen of wordt de afstand tussen de leden en de NBF daarvoor als te groot ervaren? 124

Soms is die afstand wel te groot ja. het is regelmatig bij de bowlers of verenigingen onbekend wat er mogelijk is. 13. In het meerjarenbeleidsplan is aangegeven dat de NBF over een platform beschikt, waar kennis en ervaringen gedeeld kunnen worden. Hoe werkt dat in de praktijk? Daarvan ben ik niet op de hoogte, misschien dat het op de planning staat voor in de toekomst. Standpunten 14. Wat is de huidige positionering van de NBF? Waar staat de NBF voor? De NBF is een dienstverlener, die de wensen en behoeften van haar leden vervult. 15. Komen de positionering en standpunten tot uiting in de praktijk, zijn de leden bekend met de positionering? Dat hoop ik wel. De bowling federatie is er voor haar leden. Soms is de afstand wel te groot, waardoor de leden denken dat de federatie er enkel voor henzelf is en niet voor haar leden. 16. In het meerjarenbeleidsplan wordt ook gesproken over een panel met invloed. Is dat er al? Dat is er nog niet. Er zijn wel al ledenpanels bij de KNTU en de NOB. Deze ledenpanels bestaan uit betrokken leden, die een afspiegeling zijn van alle leden. Dit zijn geen bestuurders, zoals bijvoorbeeld de commissies. Deze leden worden twee tot acht keer per jaar ondervraagd naar hun mening, afhankelijk van het profiel. 17. Wat zijn de ervaringen met dit panel? Er komen vaak snelle reacties en men is positief. De deelnemers zijn blij dat ze hun mening mogen geven. Het is niet bekend of de rest van de achterban bekend is met het feit dat ze vertegenwoordigd worden door een ledenpanel. 18. De laatste vraag. Tevens uit het meerjarenbeleidsplan blijkt dat de verenigingen dienen te segmenteert te worden. Wordt dit al gedaan? Dit wordt nog niet gedaan. De bedoeling is dat de verenigingen op basis van de verenigingsmonitor op kracht worden gesegmenteerd. Ook de bowlers moeten gesegmenteerd kunnen worden op basis van belevening, uitgavenpatroon of speelervaring. Het voordeel is dat er gerichter producten en ondersteuning geboden kan worden. Het nadeel is wel dat er een hokjescultuur kan ontstaan en dat leden of verenigingen zich buitengesloten voelen. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal u een verslag van het interview per mail toesturen. 125

25. Abell Model KNBB Figuur 8.1, Abell model KNBB 126

26. Abell Model NBF Figuur 8.2, Abell model NBF 127

27. Contributie Dit zijn de verschillen in contributieniveaus per sportbond uit de benchmark, uitgaande van het seniorenlidmaatschap. Nederlandse Handboog Bond Lidmaatschap 55,- Nederlandse Triathlon Bond Basislidmaatschap zonder vereniging 47,- i.c.m. een vereniging 32,- Atletenlidmaatschap (i.c.m. basis) 23,50 Aspirantenlidmaatschap (max 1 jaar) 11,75 Koninklijke Nederlandse Biljart Bond Carambole Recreatief 5,- Avondcompetitie 28,- Dagcompetitie 13,- Avond en dagcompetitie 36,- Pool Basis lid 5,- Recreatief lid 20,- Volledig lid 40,- Snooker Recreatief lid 10,- Volledig lid 32,50 Driebanden Recreatief lid 10,- Volledig lid 40,- Nederlandse Bowling Federatie Sportpas (recreatief) 28,75 Sportpas + (volledig) 42,55 128

28. Verenigingsscan INTRO Het versterken van haar verenigingen is de basis van de handboogsportstrategie, zoals beschreven in het meerjarenbeleidsplan 2013-2016, Samen Sterker Groei 2016. De vereniging is de bron voor kennismaking en verbinding. Om de doelstellingen te kunnen realiseren houdt de NHB deze verenigingsscan. Hiermee wordt de voortgang gemonitord en de verenigingsbehoeften geïnventariseerd. Hierdoor kan een betere en gerichtere dienstverlening geboden worden. De verenigingsscan is al eerder uitgezet onder de verenigingen in 2012. Deze verenigingsscan is deels aangepast, de strekking is gelijk gebleven. Om sommige vragen te beantwoorden kan navraag bij andere leden of het inzien van documenten noodzakelijk zijn. Ik vraag je hiervoor de tijd te willen nemen, zodat je de vragen juist kunt beantwoorden. De vragenlijst kun je tussentijds opslaan door bovenaan de pagina op 'vragenlijst opslaan' te drukken en jouw mailadres in te vullen. Er wordt zorgvuldig met de gegevens omgegaan. Alleen de NHB kan per vereniging de gegevens uit de verenigingsanalyse inzien. Verder worden de gegevens gerapporteerd in een onderzoeksverslag. In dit verslag blijft je vereniging anoniem. Rosmalen, voorjaar 2014, Nederlandse Handboog Bond, Paul ten Hag Algemeen Directeur 129

DE VERENIGING: GEGEVENS & LEDEN 1) Wat is jullie verenigingsnummer?* 2) Hoeveel leden zijn er lid van jullie vereniging? 3) Hoe schatten jullie de verhouding in type leden? Aantal recreatieve leden (schieten alleen op eigen club, doen niet mee aan wedstrijden) Aantal semi-recreatieve leden (schieten op eigen club, en nemen deel aan bondscompetitie) Aantal wedstrijdleden (nemen deel aan A- en B-status wedstrijden) 4) Is er een wachtlijst voor leden? ( ) Ja ( ) Nee 5) Hoeveel leden staan er op de wachtlijst? 6) Waarom hebben jullie een wachtlijst voor leden? ( ) Tekort aan bestuurlijk kader ( ) Tekort aan trainers en/of coaches ( ) Tekort aan ruimte ( ) Anders: DE VERENIGING: BESTUUR 7) Uit hoeveel leden bestaat het bestuur? ( ) 1 ( ) 2 ( ) 3 ( ) 4 ( ) 5 ( ) 6 ( ) 7 ( ) 8 8) Zijn er vacatures binnen het verenigingsbestuur? ( ) Ja, namelijk: ( ) Nee 9) Is er een bestuurslid die zich bezig houdt met de communicatie van de vereniging? ( ) Ja ( ) Nee 130

10) Hoeveel bestuursleden hebben een beroep en/of opleiding die aansluit op de functie, of hebben al ervaring met de bestuursfunctie en/of hebben een cursus/scholing gehad voor de bestuursfunctie? ( ) 1 ( ) 5 ( ) 2 ( ) 6 ( ) 3 ( ) 7 ( ) 4 ( ) 8 11) Zijn er bestuursleden die de module "Besturen met een Visie" of "Sportief Besturen" hebben gevolgd? ( ) Ja ( ) Nee 12) Beschikt de vereniging over een opleiding/scholingsplan voor de bestuursleden? ( ) Ja ( ) Nee 13) Beschikt de vereniging over een rooster van aan- en aftreden voor bestuurders? ( ) Ja ( ) Nee 14) Zijn er leden van het bestuur het afgelopen jaar naar een relevant congres geweest? (buiten het handboogcongres) ( ) Ja ( ) Nee 15) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van ondersteuning van het verenigingsbestuur? 1 [ ] 10 16) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van ondersteuning aan het verenigingsbestuur? DE VERENIGING: BELEID 17) Beschikt de vereniging over een beleidsplan en/of een jaarplan/activiteitenplan? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Beleidsplan [ ] Jaarplan/activiteitenplan [ ] geen 131

18) Welk van de volgende onderwerpen bevat het beleidsplan en/of jaarplan/activiteitenplan betrekking? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Missie en visie van de vereniging [ ] Competitie [ ] Vrijwilligers [ ] Ledenprofielen en potentiële leden/doelgroep bepaling [ ] beleid met betrekking tot trainers en scheidsrechters [ ] Financiën [ ] Accommodatiebeleid [ ] Scholing/opleidingen [ ] Jeugd [ ] Beschrijving van de geplande jaaractiviteiten [ ] Communicatie en PR [ ] Anders: 19) Is er een begroting en/of jaarrekening beschikbaar? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Begroting [ ] Jaarrekening [ ] Geen 20) De jaarrekening: Meerdere antwoorden zijn mogelijk [ ] wordt jaarlijks opgemaakt [ ] wordt opgesteld door een accountant [ ] wordt geaccordeerd door de algemene ledenvergadering [ ] Geen van bovenstaande 21) Wordt er gevraagd naar een verklaring omtrent gedrag (VOG) voor bestuursleden en andere kaderleden? ( ) Ja ( ) Nee 22) Is er beleid met betrekking tot alcohol? ( ) Ja ( ) Nee 132

23) Is er een gedragscode voor de trainers en coaches? ( ) Ja ( ) Nee 24) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van beleid? 1 [ ] 10 25) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van beleid? DE VERENIGING: FINANCIEN 26) Hoe zou je de financiële situatie van de vereniging het beste kunnen beschrijven? ( ) Zeer gezond ( ) Gezond ( ) Redelijk ( ) Minder gezond ( ) Reden tot zorg 27) Heeft de vereniging de afgelopen 3 jaar een tekort gehad op de begroting? ( ) Ja ( ) Nee 28) Verwachten jullie de komende 3 jaar een tekort op de begroting? ( ) Ja ( ) Nee 29) Hoe is de verdeling van de inkomsten in procenten? Contributie Sponsoring Subsidies Extra (commerciële) activiteiten Horeca inkomsten Andere inkomsten 30) Wat is de hoogte van de contributie per jaar, exclusief de bondscontributie, voor volwassen leden? 133

31) Wat is de hoogte van de contributie per jaar, exclusief de bondscontributie, voor jeugdleden? 32) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van financiën? 1 [ ] 10 33) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van financiën? DE VERENIGING: SPORTTECHNISCH KADER 34) Hoeveel trainers/instructeurs/scheidsrechters zijn er actief binnen jullie vereniging? Handboogtrainer A Handboogtrainer B Handboogtrainer 2 Handboogtrainer 3 Handboogtrainer 4 Handbooginstructeur 1 Handbooginstructeur 2 Scheidsrechter 3 Scheidsrechter 4 Niet gediplomeerd trainer 35) Hoeveel gediplomeerde trainers/instructeurs/scheidsrechters zouden jullie erbij willen hebben? Handboogtrainer 2 Handboogtrainer 3 Handboogtrainer 4 Handbooginstructeur 1 Handbooginstructeur 2 Scheidsrechter 3 Scheidsrechter 4 36) Zijn er trainers die de module "Sportief Coachen" vanuit het programma "Veilig Sportklimaat" hebben gevolgd? ( ) Ja ( ) Nee 37) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van sporttechnisch kader? 1 [ ] 10 134

38) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van sporttechnisch kader? DE VERENIGING: SPORT 39) Waar bestaat het sportaanbod van de vereniging uit? Meer antwoorden mogelijk [ ] Indoor [ ] Outdoor [ ] Veld [ ] 25m1p [ ] 3D [ ] Anders, namelijk: [ ] Anders, namelijk: 40) Kunnen jullie aangeven welk sportaanbod vertegenwoordigd is voor de verschillende leden binnen jullie vereniging? 41) Organiseren jullie bondscompetities en/of A- of B-status wedstrijden? ( ) Ja ( ) Nee 42) Waarom organiseren jullie geen bondscompetities en/of A- of B-status wedstrijden? ( ) Te weinig vrijwilligers ( ) Te weinig kennis ( ) Kost te veel geld ( ) Geen geschikte accommodatie ( ) Anders: 43) Vanaf welke leeftijd kan je lid worden van jullie vereniging? 135

44) Speelt de vereniging in op de specifieke (sport)behoeftes van de huidige leden? ( ) Ja ( ) Nee 45) Speelt de vereniging in op de specifieke (sport)behoeftes van potentiële leden? ( ) Ja ( ) Nee 46) Hebben jullie een introductiecursus? ( ) Ja ( ) Nee 47) Hoeveel lessen bevat de introductiecursus? 48) Wat is de prijs van een introductiecursus? 49) Indien er een jonge handboogsporter er duidelijk boven uitsteekt op het gebied van scoren, is er binnen jullie vereniging bekend welke route dit talent kan volgen? ( ) Ja ( ) Nee 50) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van wedstrijdsport? 1 [ ] 10 51) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van wedstrijdsport? DE VERENIGING: ORGANISATIE 52) Wanneer zijn de statuten voor het laatst aangepast? 53) Wat was de reden voor de aanpassing? 54) Beschikt de vereniging over een huishoudelijk reglement? ( ) Ja ( ) Nee 136

55) Wanneer is het huishoudelijk reglement voor het laatst aangepast? 56) Wat was de reden voor de aanpassing? 57) Beschikt de vereniging over een vastgesteld commissiereglement waarin de taken en verantwoordelijkheden van commissieleden benoemd staan? ( ) Ja ( ) Nee 58) Beschikt de vereniging over een wervingsplan voor vrijwilligers? ( ) Ja ( ) Nee 59) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van organisatieondersteuning? 1 [ ] 10 60) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van organisatieondersteuning? DE VERENIGING: ACCOMMODATIE 61) Beschikt de vereniging over een accommodatie? ( ) Eigendom ( ) Huur ( ) Combinatie eigendom/huur ( ) Geen 62) Hoeveel banen bevat de accommodatie? Indien jullie niet over een binnen of buitenaccomodatie beschikken, kunnen jullie het vak blanco laten. Binnenbanen Buitenbanen 63) Deelt de vereniging de accommodatie met andere partijen? ( ) Ja ( ) Nee 137

64) Met welke partijen delen jullie de accommodatie? 65) Bevindt de accommodatie zich in een horecagelegenheid? ( ) Ja ( ) Nee 66) Is de accommodatie geschikt voor aangepast sporten? ( ) Ja ( ) Nee 67) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van accommodatieondersteuning? 1 [ ] 10 68) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van accommodatie-ondersteuning? DE VERENIGING: SAMENWERKEN 69) Werkt de vereniging samen met een andere partij? partijen zoals (handboog)verenigingen, gemeenten, bedrijven, scholen of zorginstellingen ( ) Ja ( ) Nee 70) Met welke van de onderstaande organisaties heeft de vereniging het afgelopen jaar samengewerkt? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Andere handboog verenigingen [ ] Verenigingen van andere sporten [ ] Lokale gemeente [ ] Scholen [ ] Bedrijven [ ] Zorginstellingen [ ] Anders: 138

71) Is er sprake van structurele samenwerking met deze organisatie(s)? ( ) Ja ( ) Nee 72) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van stimulering tot samenwerken? 1 [ ] 10 73) Wat kan eventueel verbeterd worden in de ondersteuning van de NHB op het gebied van stimulering tot samenwerken? DE NHB: COMMUNICATIE 74) Heeft jullie vereniging behoefte aan meer ondersteuning op gebied van communicatie? ( ) Ja, namelijk: ( ) Nee 75) Zijn er wensen op gebied van ondersteuning of promotiematerialen? ( ) Posters/Flyers ( ) Materiaal clinics ( ) Brochures ( ) Ondersteuning verenigingswebsite ( ) Anders: 76) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB op het gebied van communicatie? 1 [ ] 10 77) Wat kan eventueel verbeterd worden in de dienstverlening van de NHB op het gebied van communicatie? DE NHB: ONZE RELATIES 78) Hoe beoordelen jullie ons ledenadministratieprogramma "Onze Relaties"? 1 [ ] 10 139

79) Wat vinden jullie van het onderdeel 'ledenadministratie' in "Onze Relaties"? (aan- en afmelden leden, wijzigingen) ( ) Goed, omdat: ( ) Kan beter, omdat: ( ) Geen mening 80) Wat vinden jullie van het onderdeel 'overzicht van de facturen' in "Onze Relaties"? ( ) Goed, omdat: ( ) Kan beter, omdat: ( ) Geen mening 81) Wat vinden jullie van de rolverdelingen binnen "Onze Relaties"? ( ) Goed, omdat: ( ) Kan beter, omdat: ( ) Geen mening 82) De NHB heeft als wens dat alle e-mailadressen in "Onze Relaties" up-to-date zijn. Wanneer hebben jullie voor het laatst de e-mailadressen van de leden bijgewerkt? 83) Momenteel wordt gewerkt aan nieuwe functionaliteiten voor "Onze Relaties". Welke van de volgende functionaliteiten spreken je aan? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Webmail voor versturen en opslaan van mail van leden en overige relaties. [ ] Document store (voor het opslaan van documenten) [ ] Boekhouding (Financiële administratie, balans, winst- en verliesrekening) [ ] Facturen (Aanmaken, versturen per mail, administratie betaald of open) [ ] Meer rapportages specifiek voor verenigingen [ ] Meerdere rollen (Bijv. Voor personen die slechts gegevens mogen inzien, toegang tot de financiële administratie [ ] Voor minderjarige leden mogelijkheid om contact gegevens ouders vast te leggen [ ] Vrije velden om zelf in te vullen [ ] Groepen van relaties als donateurs en vrijwilligers 84) Medio 2014 worden deze functionaliteiten getest in een testversie. Zouden jullie daar aan deel willen nemen? ( ) Ja ( ) Nee 85) Wat zou beter kunnen aan "Onze Relaties"? 140

NHB: DIENSTVERLENING 86) Wat is het belangrijkste dat verbeterd kan worden aan de huidige dienstverlening? 87) Welke onderwerpen binnen dienstverlening hebben voor jullie de hoogste prioriteit? 88) Hoe beoordelen jullie de huidige dienstverlening van de NHB in het algemeen? 1 [ ] 10 EINDE Dit waren alle vragen. Voor een overzicht van uw antwoorden kunt u hieronder uw emailadres invullen. Druk op 'submit' om de gegevens op te slaan en te versturen. Tevens kunt u hieronder nog vragen of opmerkingen plaatsen. 89) Willen jullie een overzicht van de vragenlijst met jouw antwoorden vul dan hier jouw emailadres in 90) Mogen wij jullie eventueel benaderen naar aanleiding van de enquête? ( ) Ja ( ) Nee 91) Hebben jullie verder vanuit de vereniging nog vragen of opmerkingen? BEDANKT! Bedankt voor het invullen van de verenigingsscan. Jullie respons is erg belangrijk voor ons. De onderzoeksresultaten worden medio 2014 teruggekoppeld via diverse media (bondsblad/nieuwsbrief). Alleen de resultaten van de totale respons worden teruggekoppeld, niet herleidbaar tot verenigingsniveau. 141

29. Gemiddelde Score Onderwerpen Beleidsdocument 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Gem. score: Beleidsdocument bevat de volgende onderwerpen Figuur 9.10, gemiddelde score onderwerpen beleidsdocument 142

30. Toelichting scores Kritische Service Factoren De nieuwe informatie uit de enquête en de bestaande informatie uit Onze Relaties zullen gecombineerd worden om de 100 verenigingen van de enquête te scoren. Er zijn 26 Kritische Service Factoren opgesteld op basis van het meerjarenbeleidsplan van de Nederlandse Handboog Bond, gebaseerd op het SPLISS model. De 100 deelgenomen verenigingen krijgen een score van 1 tot 5, waarbij: 6. Weinig of geen ontwikkeling 7. Beperkte ontwikkeling 8. Gemiddeld niveau van ontwikkeling 9. Goed niveau van ontwikkeling 10. Beleidsterrein zeer goed ontwikkeld KSF 1.1 De jaarrekening wordt jaarlijks opgemaakt, vastgesteld door een accountant en geaccordeerd door de algemene ledenvergadering 1. Er is geen jaarrekening 2. De jaarrekening voldoet aan 0 van de 3 eisen, jaarlijks opmaken, vaststellen door een accountant en accorderen door de ALV 3. De jaarrekening voldoet aan 1 van de 3 eisen, jaarlijks opmaken, vaststellen door een accountant en accorderen door de ALV 4. De jaarrekening voldoet aan 2 van de 3 eisen, jaarlijks opmaken, vaststellen door een accountant en accorderen door de ALV 5. De jaarrekening voldoet aan 3 van de 3 eisen, jaarlijks opmaken, vaststellen door een accountant en accorderen door de ALV KSF 2.1A Het bestuur is competent Een bestuurslid is competent als het beroep en/of opleiding van het bestuurslid aansluit op de functie, het bestuurslid al ervaring heeft met de bestuursfunctie en/of cursus/scholing heeft gehad voor de bestuursfunctie. 1. Geen van de bestuursleden is competent 2. Minder dan de helft van de bestuursleden zijn competent 3. De helft van de bestuursleden is competent 4. De meerderheid van de bestuursleden is competent 5. Alle bestuursleden zijn competent KSF 2.1B Het bestuur beschikt over alle kernfuncties De kernfuncties van het bestuur, zoals door de Nederlandse Handboog Boog zijn omschreven, zijn voorzitter, secretaris, penningmeester en communicatie. 1. Geen van de kernfuncties zijn aanwezig 2. Eén van de kernfuncties is aanwezig 3. Twee van de kernfuncties zijn aanwezig 4. Drie van de kernfuncties zijn aanwezig 5. Alle vier de kernfuncties zijn aanwezig KSF 2.1C Het bestuur is evenwichtig ingevuld naar leeftijd en man/vrouw verhouding 1. Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is minder dan 10 jaar en er zijn enkel mannen of enkel vrouwen aanwezig in het bestuur 143

2. Het leeftijdsverschil is tussen 10 en 20 jaar en er zijn enkel mannen of enkel vrouwen aanwezig in het bestuur Of Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is minder dan 10 jaar en er is tenminste een man én een vrouw vertegenwoordigd in het bestuur 3. Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is 20 en 30 jaar en er zijn enkel mannen of enkel vrouwen aanwezig in het bestuur Of Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is tussen de 10 en 20 jaar en er is tenminste een man én een vrouw vertegenwoordigd in het bestuur 4. Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is tenminste 30 jaar en er zijn enkel mannen of enkel vrouwen aanwezig in het bestuur Of Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is tussen de 20 en 30 jaar en er is tenminste een man én een vrouw vertegenwoordigd in het bestuur 5. Het leeftijdsverschil tussen de bestuursleden is tenminste 30 jaar en er is zowel een man als een vrouw vertegenwoordigd in het bestuur KSF 2.3 De vereniging beschikt over beleidsdocument m.b.t. de onderstaande onderwerpen 1. De vereniging beschikt niet over een beleidsdocument 3. De vereniging beschikt over een beleidsplan of een jaar/activiteitenplan 5. De vereniging beschikt over zowel een beleidsplan als een jaar/activiteitenplan Deze Kritische Service Factor is opgedeeld in meerdere Kritische Service Factoren. Deze onderwerpen zijn: KSF 2.3A Doelstellingen en plannen KSF 2.3B Missie en visie KSF 2.3C Ledenprofielen en potentiële leden/doelgroepbepaling KSF 2.3D Sporttechnisch beleid KSF 2.3E Accommodatiebeleid KSF 2.3F Beschrijving van de geplande jaaractiviteiten KSF 2.3G Beleid en acties op het gebied van PR/Sport/club promotie en communicatie KSF 2.3H Jaarrekening/begroting Voor al deze onderwerpen geldt: 1. Het onderwerp is niet aanwezig in het beleidsdocument 5. Het onderwerp is aanwezig in het beleidsdocument KSF 2.5 De vereniging beschikt over actuele statuten 1. De vereniging beschikt niet over statuten of de statuten zijn voor 1974 voor het laatst gewijzigd 2. De statuten van de vereniging zijn tussen 1975 en 1984 voor het laatst gewijzigd 3. De statuten van de vereniging zijn tussen 1985 en 1994 voor het laatst gewijzigd 4. De statuten van de vereniging zijn tussen 1995 en 2004 voor het laatst gewijzigd 5. De statuten van de vereniging zijn tussen 2005 en 2014 voor het laatst gewijzigd KSF 2.6 De vereniging beschikt over een actueel Huishoudelijk Reglement 1. De vereniging beschikt niet over een Huishoudelijk Reglement of het Huishoudelijk Reglement is voor 1974 voor het laatst gewijzigd 2. Het Huishoudelijk Reglement van de vereniging is tussen 1975 en 1984 voor het laatst gewijzigd 144

3. Het Huishoudelijk Reglement van de vereniging is tussen 1985 en 1994 voor het laatst gewijzigd 4. Het Huishoudelijk Reglement van de vereniging is tussen 1995 en 2004 voor het laatst gewijzigd 5. Het Huishoudelijk Reglement van de vereniging is tussen 2005 en 2014 voor het laatst gewijzigd KSF 5.1 De vereniging beschikt over voldoende trainers en scheidsrechters 1. De vereniging beschikt niet over trainers, instructeurs of scheidsrechters 2. De vereniging beschikt over of trainer(s), of instructeur(s), of scheidsrechter(s) 3. De vereniging beschikt over twee van drie typen van het technisch kader: trainer(s), instructeur(s), scheidsrechter(s) of over handboogtrainer(s) 3 of 4 4. De vereniging beschikt over zowel trainer(s), instructeur(s) en scheidsrechter(s) Of over twee van drie typen van het technisch kader: trainer(s), instructeur(s), scheidsrechter(s) waarbij er handboogtrainer(s) 3 of 4 aanwezig zijn 5. De vereniging beschikt over trainer(s), instructeur(s) en scheidsrechter(s) waarbij er handboogtrainer(s) 3 of 4 aanwezig zijn KSF 5.2 Het sporttechnisch kader is gediplomeerd Het sporttechnisch kader van de vereniging bestaat uit trainers, instructeurs en scheidsrechters 1. Er zijn geen gediplomeerde trainers, instructeurs en scheidsrechters aanwezig 2. De minderheid van het sporttechnisch kader is gediplomeerd 3. De helft van het sporttechnisch kader is gediplomeerd 4. De meerderheid van het sporttechnisch kader is gediplomeerd 5. Het volledige sporttechnisch kader is gediplomeerd KSF 6.2 De samenwerking van KSF 6.1 heeft nut 1. Er is geen samenwerking 2. Er is samenwerking, maar daar wordt niet relevant mee samengewerkt 3. Er is een samenwerking met een andere sportvereniging 4. Er is een samenwerking met gemeente, onderwijs, bedrijven 5. Er is een samenwerking met andere handboogverenigingen RV A De vereniging heeft minimaal 50 leden 1. Er zijn minder dan 19 leden lid van de vereniging 2. Er zijn 20-29 leden lid van de vereniging 3. Er zijn 30-39 leden lid van de vereniging 4. Er zijn 40-49 leden lid van de vereniging 5. Er zijn minimaal 50 leden lid van de vereniging 145

Bij alle onderstaande Kritische Service Factoren zijn er maar twee antwoordopties, namelijk ontkennend of bevestigend. Voor deze Kritische Service Factoren geldt: 1. Binnen de verenging wordt niet in deze Kritische Service Factor voorzien 5. Binnen de verenging wordt in deze Kritische Service Factor voorzien KSF 1.2 De vereniging heeft de afgelopen drie jaar geen tekort gehad op de begroting KSF 2.2 Het bestuur neemt elk jaar deel aan een relevant congres (afgezien van het handboog congres) KSF 2.4 De vereniging beschikt over een wervingsplan voor vrijwilligers KSF 2.7 De vereniging beschikt over een commissiereglement met de taken en verantwoordelijkheden van commissieleden KSF 2.8 De vereniging beschikt over een rooster van aan- en aftreden voor bestuurders KSF 2.9 De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het bestuur KSF 2.10 De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het sporttechnisch kader KSF 3.1 De vereniging speelt in op de specifieke (sport)behoeftes van de huidige leden KSF 3.2 De vereniging speelt in op de specifieke (sport)behoeftes van de potentiële lede KSF 3.3 Indien een jonge handboogsporter talent toont, weet de vereniging welke vervolgstappen het talent kan volgen KSF 3.4 De vereniging organiseert op de accommodatie bondscompetitie of A- en B-status wedstrijden KSF 4.1 gemeente KSF 4.2 KSF 4.3 KSF 5.3 De vereniging beschikt over een accommodatie in eigen beheer of huur van de De accommodatie is primair geschikt voor de sport en de jeugdige sporters De accommodatie is niet in een horecagelegenheid De vereniging beschikt over een wervingsplan voor het sporttechnisch kader KSF 6.1 De vereniging beschikt over een netwerk met gemeenten en/of onderwijs en/of bedrijfsleven en/of verenigingen KSF 6.3 Er wordt effectief samengewerkt binnen de samenwerking 146

31. Gemiddelde Scores Kritische Service Factoren Pilaar 1: Financiën De vereniging is financieel gezond KSF 1.1 KSF 1.2 De jaarrekening wordt jaarlijks opgemaakt, vastgesteld door een accountant en geaccordeerd door de algemene ledenvergadering De vereniging heeft de afgelopen drie jaar geen tekort gehad op de begroting 2,9 4,4 Pilaar 2: Organisatie & Structuur De vereniging heeft haar bestuurlijke kernfuncties competent en evenwichtig ingevuld KSF Het bestuur is competent* 3,4 2.1A KSF 2.1B het bestuur beschikt over alle kernfuncties** 4,5 KSF 2.1C KSF 2.2 Het bestuur is evenwichtig ingevuld naar leeftijd en man/vrouw verhouding Het bestuur neemt jaarlijks deel aan een relevant congres (afgezien van het handboog congres) De doelstellingen en plannen van de vereniging worden jaarlijks vastgesteld en vastgelegd in een beleidsdocument KSF 2.3 De vereniging beschikt over beleidsdocument m.b.t. de volgende onderwerpen 2,3 KSF 2.3A Doelstellingen en plannen 5,0 KSF 2.3B Missie en visie 3,0 KSF 2.3C Leden: ledenprofielen en potentiële leden/doelgroep bepaling 1,6 KSF 2.3D Sporttechnisch beleid 2,5 KSF 2.3E Accommodatiebeleid 3,3 KSF 2.3F Beschrijving van de geplande jaaractiviteiten 3,0 KSF 2.3G Beleid en acties gebied van PR/sport/club promotie en communicatie 2,0 KSF 2.3H Jaarrekening/begroting 4,0 KSF 2.4 De vereniging beschikt over een wervingsplan voor vrijwilligers 1,7 De vereniging is organisatorisch op orde KSF 2.5 De vereniging beschikt over actuele statuten 3,7 KSF 2.6 De vereniging beschikt over een actueel huishoudelijk reglement 3,9 2,9 1,8 KSF 2.7 De vereniging beschikt over een commissiereglement met de taken en verantwoordelijkheden van commissieleden 2,5 147

KSF 2.8 De vereniging beschikt over een rooster van aan- en aftreden voor bestuurders 4,5 KSF 2.9 De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het bestuur 1,2 KSF 2.10 De vereniging beschikt over een opleidingsplan voor het sporttechnisch kader 1,8 * Competent = het beroep en/of opleiding van het bestuurslid sluit aan op de functie, het bestuurslid al ervaring heeft met de bestuursfunctie en/of cursus/scholing heeft gehad voor de bestuursfunctie. ** Kernfuncties = voorzitter, secretaris, penningmeester en communicatie Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1 KSF 3.2 KSF 3.3 KSF 3.4 De vereniging weet leden te binden en verbinden door een passend (vraag gestuurd) sportaanbod De vereniging speelt in op de specifieke (sport)behoeftes van de huidige leden De vereniging speelt in op de specifieke (sport)behoeftes van potentiële leden De vereniging is bekend met het traject van talentherkenning Indien een jonge handboogsporter talent toont, weet de vereniging de vervolgstappen het talent kan volgen De vereniging helpt mee met de organisatie van wedstrijden of competities De vereniging organiseert op de accommodatie bondscompetities of A- en B-status wedstrijden 4,3 3,4 4,1 3,5 Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1 KSF 4.2 De vereniging beschikt over een adequate accommodatie De vereniging beschikt over een accommodatie in eigen beheer of huur van de gemeente De accommodatie is primair geschikt voor de sport en de jeugdige sporters KSF 4.3 De accommodatie is niet in een horecagelegenheid 4,3 4,7 4,7 Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling De vereniging heeft een sporttechnisch kader dat gediplomeerd is KSF 5.1 De vereniging beschikt over voldoende trainers en scheidsrechters 2,9 KSF 5.2 Het sporttechnisch kader*** is gediplomeerd 3,2 KSF 5.3 De vereniging beschikt over een wervingsplan voor het sporttechnisch kader *** Sporttechnisch kader = Trainers, coaches, arbitrage 2,4 148

Pilaar 6: Samenwerken KSF 6.1 De vereniging beschikt over een relevant netwerk met gemeenten en/of onderwijs en/of bedrijfsleven en/of verenigingen en weet daar effectief mee samen te werken. De vereniging beschikt over een netwerk met gemeenten en/of onderwijs en/of bedrijfsleven en/of verenigingen KSF 6.2 De samenwerking in KSF 6.1 is relevant 4,2 KSF 6.3 Er wordt effectief samengewerkt binnen de samenwerking in KSF 6.1 3,5 2,8 Randvoorwaarde: Kritische omvang De vereniging heeft (mogelijk in een samenwerkingsverband met andere verengingen) minimaal 50 leden RV A De vereniging heeft minimaal 50 leden 3,0 RV B De vereniging heeft in een samenwerkingsverband tussen verenigingen minimaal 50 leden Onbekend 149

32. Scores Kritische Service Factoren per Vereniging Pilaar 1: Financiën KSF 1.1 4 4 3 2 4 1 3 4 3 3 4 2 3 4 2 2 2 3 4 4 3 1 1 3 1 4 KSF 1.2 5 5 5 5 5 1 5 5 5? 5 5 5 5 5 1 5 5 1 5 5 5 5 5? 1 Pilaar 2: Organisatie & Structuur KSF 2.1A 4?? 5 4 2? 2 4 5 5 4 4 4 2 3 2 4 2 2 3 3 3 2? 5 KSF 2.1B 5 4 5 4 3 5 5 4 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 4 4 4 3 5 4 5 KSF 2.1C 3 4 3 5 5 4 4 4 1 1 3 2 2 3 2 3 4 2 2 2 4 1 1 4 3 3 KSF 2.2 5 1 1 1 5 1 1 1 1 1 1 1 1 1 5 5 1 1 1 5 1 1 1 5? 1 KSF 2.3 5 1 3 1 3 1 3 3 3 3 3 1 3 3 1 1 3 1 1 3 5 3 1 3 1 1 KSF 2.3A 5 NVT 5 NVT 5 NVT 5 5 5 5 5 NVT 5 5 NVT NVT 5 NVT NVT 5 5 5 NVT 5 NVT NVT N KSF 2.3B 1 NVT 1 NVT 5 NVT 1 5 5 1 1 NVT 5 1 NVT 5 1 NVT NVT 1 5 1 NVT 1 NVT NVT N KSF 2.3C 1 NVT 1 NVT 5 NVT 1 1 1 1 1 NVT 1 1 NVT 1 1 NVT NVT 1 5 1 NVT 1 NVT NVT N KSF 2.3D 5 NVT 1 NVT 1 NVT 1 1 1 1 1 NVT 1 1 NVT 5 1 NVT NVT 5 5 1 NVT 5 NVT NVT N KSF 2.3E 5 NVT 1 NVT 5 NVT 1 1 5 5 1 NVT 1 5 NVT 1 5 NVT NVT 1 5 5 NVT 5 NVT NVT N KSF 2.3F 1 NVT 5 NVT 5 NVT 1 5 5 1 5 NVT 5 5 NVT 1 1 NVT NVT 1 5 5 NVT 5 NVT NVT N KSF 2.3G 1 NVT 1 NVT 1 NVT 1 1 1 1 1 NVT 1 1 NVT 1 1 NVT NVT 1 5 1 NVT 5 NVT NVT N KSF 2.3H 1 NVT 1 NVT 5 NVT 1 1 5 5 1 NVT 5 5 NVT 1 5 NVT NVT 5 5 5 NVT 5 NVT NVT N KSF 2.4 1 NVT 1 NVT 1 NVT 1 1 1? 1 NVT 1 1 NVT 1 1 NVT NVT 5 1 1 NVT 1 NVT NVT N KSF 2.5 3? 5? 5 5????? 3 2 5 5 5 5 4? 4 4 5? 5? 3 KSF 2.6 5? 1 2 5 5 2 2 2? 2 1 1 5 4 2? 4? 5 5 5? 5? 5 KSF 2.7 1? 5? 5 1 1 5 5? 1 1 1 1 5 1 1 1? 1 1 1? 1? 1 KSF 2.8 5 5 1 5 5 5 5 5 5 1 5 5 5 1 5 5 5 5 5 5 5 5 1 5? 5 KSF 2.9 1 1 1 1 1 1 1 5 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1? 1 KSF 2.10 5? 1? 1? 1 1 1 1 1 1 1 1? 5 1 1? 1 5 1? 1?? Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1 5? 5 5 5 5 1 5 1? 5 5 5 5 5 5 5 5? 5 5 5? 5? 5 KSF 3.2 1? 5 5 5 5 1 5 1? 5 5 1 5 5 5 1 5? 1 5 5? 5? 1 KSF 3.3 5? 5 5 5 1 5 5 1? 1 5 1 5 5 5 5 5? 5 5 5? 5 5 5 KSF 3.4 5? 1 5 5 1 5 5 1? 1 5 1 5 1 1 1 5? 1 5 5? 5 5 1 Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1 5? 5 1 5 5 5 5 5? 5 5 5 5 5 5 5 5? 5 5 5? 5 5 5 KSF 4.2 5? 5 1 5 5 5 5 5? 5 5 5 5 5 5 5 5? 5 5 5? 5 5 5 KSF 4.3 5? 5? 1? 1 5 1? 5 5 1 5 5 1 5 5? 5 5 5? 5 5 5 Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling KSF 5.1 4?? 2 3 4 3 4 3? 1 3 1 3? 3 2 1? 4 3 3? 3? 3 KSF 5.2 5?? 1 2 2 3 4 3? 1 5 1 3? 3 1 1? 3 1 5? 3? 3 KSF 5.3 5? 1? 1? 1 1 1 1 1? 1 1? 5 1?? 5 5 1? 5?? Pilaar 6: Samenwerken KSF 6.1 5? 1 1 1 5 1 5 1? 5 5? 5 1 1 5 1? 1 5 1? 1 1 1 KSF 6.2 5? NVT NVT NVT 2 NVT 5 NVT? 5 5? 4 NVT NVT 4 NVT? NVT 4 NVT? NVT NVT NVT KSF 6.3 5? NVT NVT NVT 5 NVT 5 NVT? 5 5? 5 NVT NVT 5 NVT? NVT 5 NVT? NVT NVT NVT Randvoorwaarde: Kritische omvang RV A 5 5 1 1 5 2 3 5 1 3 2 4 1 3 1 4 3 5 1 5 5 3 3 5 5 4 Sint Sebast iaan HKS Zoeterm eer E.M.M. Wouwse Geest Oude Plantage Des Tyds Doelen Heerlijkh eid Wet's Zonen Sint Sebastia an Vriendsc hap Amicitia Buiten Verwach Landman ting s Unie Unie L'Union Boxtel Volhardi ng Vrolijke Schutters Eikels Worden Eiken Nimrod Sint Sebastia an Prinsenb eek L Arc Doele Concordi a Welvare n Landman s Eendrach t Ons Genoege n Vrienden kring 1897 Doele Willem III Staddijk Sint Anton Vereniging 1004 1006 1012 1013 1016 1022 1027 1034 1036 1039 1041 1045 1053 1054 1056 1057 1061 1065 1066 1072 1075 1079 1081 1087 1088 1090 1 150

Vereniging 1075 1079 1081 1087 1088 1090 1091 1092 1093 1094 1098 1099 1100 1102 1107 1110 1122 1135 1136 1137 Doele Concordi a Welvare n Landman s Eendrach t Ons Genoege n Vrienden kring 1897 Doele Willem III Staddijk Sint Antonius Beatrix Bosjager s Concordi a Ogio Eindhove Ontspan n ning Pilaar 1: Financiën KSF 1.1 3 1 1 3 1 4 3 3 1 3 4 4 3 2 1 4? 4 2 4 KSF 1.2 5 5 5 5? 1 5 1? 5 1 5 1 5 5 5? 5 5 5 Pilaar 2: Organisatie & Structuur KSF 2.1A 3 3 3 2? 5 2 5? 2 5 4 5 2 4 2? 2 3 4 KSF 2.1B 4 4 3 5 4 5 5 5 4 4 4 4 4 5 5 5 3 5 4 5 KSF 2.1C 4 1 1 4 3 3 5 4 2 4 4 2 3 4 2 4 4 3 3 2 KSF 2.2 1 1 1 5? 1 5 1 1 1 1? 1 1 5 1? 1 1 1 KSF 2.3 5 3 1 3 1 1 1 1 1 1 3 1 1 1 3 1? 3 3 3 KSF 2.3A 5 5 NVT 5 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 5 NVT NVT NVT 5 NVT? 5 5 5 KSF 2.3B 5 1 NVT 1 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 5 NVT NVT NVT 5 NVT NVT 1 1 1 KSF 2.3C 5 1 NVT 1 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 1 NVT NVT NVT 1 NVT NVT 1 1 1 KSF 2.3D 5 1 NVT 5 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 1 NVT NVT NVT 5 NVT NVT 5 1 1 KSF 2.3E 5 5 NVT 5 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 1 NVT NVT NVT 5 NVT NVT 5 5 1 KSF 2.3F 5 5 NVT 5 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 5 NVT NVT NVT 1 NVT NVT 1 1 5 KSF 2.3G 5 1 NVT 5 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 5 NVT NVT NVT 5 NVT NVT 1 1 1 KSF 2.3H 5 5 NVT 5 NVT NVT NVT NVT NVT NVT 5 NVT NVT NVT 1 NVT NVT 5 5 5 KSF 2.4 1 1 NVT 1 NVT NVT NVT NVT NVT NVT? NVT NVT NVT 1 NVT NVT 1 1 1 KSF 2.5 4 5? 5? 3??? 1? 2 2 5 5 3? 5 2 5 KSF 2.6 5 5? 5? 5 5?? 1? 5 2 5 5 4? 5 5 5 KSF 2.7 1 1? 1? 1 1?? 1? 1 1 1 1 5? 1 5 5 KSF 2.8 5 5 1 5? 5 5 5 5 5 1 5 5 5 5 5? 5 5 5 KSF 2.9 1 1 1 1? 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1? 1 1 1 KSF 2.10 5 1? 1?????? 5??? 1?? 1 5 1 Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1 5 5? 5? 5 5?? 5? 5 1 5 5 1? 5 5 5 KSF 3.2 5 5? 5? 1 5?? 1? 1 1 5 5 1? 1 1 5 KSF 3.3 5 5? 5 5 5 5?? 5? 5 5 5 1 5? 5? 5 KSF 3.4 5 5? 5 5 1 1?? 5? 5 1 5 2 5? 5 5 5 Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1 5 5? 5 5 5 5?? 5? 5 1 5 5 5? 5 5 5 KSF 4.2 5 5? 5 5 5 5?? 5? 5 1 5 5 5? 5 5 5 KSF 4.3 5 5? 5 5 5 5?? 5? 1? 5 5 5? 5 5 5 Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling KSF 5.1 3 3? 3? 3 2?? 2 4 4 2 2 3 3? 5 4 3 KSF 5.2 1 5? 3? 3 1?? 5 4 3 5 3 3 3? 4 3 3 KSF 5.3 5 1? 5?????? 1?? 1 5?? 5 1 1 Pilaar 6: Samenwerken KSF 6.1 5 1? 1 1 1 5?? 1? 1 1 5 1 1? 5 1 5 KSF 6.2 4 NVT? NVT NVT NVT 5?? NVT? NVT NVT 5 NVT NVT? 5 NVT 5 KSF 6.3 5 NVT? NVT NVT NVT 1?? NVT? NVT NVT 1 NVT NVT? 5 NVT 5 Randvoorwaarde: Kritische omvang RV A 5 3 3 5 5 4 2 2 4 3 5 4 2 3 5 5 2 3 4 1 RV B???????????????????? Pieter Breugel Rozenjag ers V.Z.O.D. Zeelst Willem Tell Rozenjac ht Haagse Rozenkn op Houts Welvare n Krijgsma n Soranus 151

Vereniging 1139 1140 1142 1144 1146 1151 1153 1156 1159 1164 1165 1178 1179 1185 1186 1191 1193 1194 1198 1204 Prins Bernard Recht Strijd In Door Zee Vrede Sint Willibror Batavier dus en Sint Joris Ons Genoege n Sint Sebastia an Willem Tell Indianen Nimrod Vriendsc hap en Strijd Wilhelmi na Alpenjag ers Amicitia 1893 Eendrach t St Sebastia an Sint Lindenhe Romeine Willem Hubertus uvel n Tell 1885 Pilaar 1: Financiën KSF 1.1 4 3 4 4?? 4 1 1 3 1? 4 3 3 4 2 3 4 2 KSF 1.2 5 5 5 5? 5 5 5 5 5 5? 5 5 5 5 5? 5 1 Pilaar 2: Organisatie & Structuur KSF 2.1A 3 4 4 4 1 3 2 2 2 4 4? 4 5 3 2 3 2 2 3 KSF 2.1B 4 4 5 5 4 5 4 4 3 4 4 4 4 5 5 4 5 5 5 5 KSF 2.1C 3 3 4 5 3 4 3 5 1 3 2 3 5 4 5 1 4 2 2 4 KSF 2.2 1 1 1 1 1 1 5 1 1 1 1? 1 5 1 1 5 1 5 1 KSF 2.3 3 3 5 3? 1 3 1 1 3 1? 5 1 3 3 3 3 3 3 KSF 2.3A 5 5 5 5? NVT 5 NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT 5 5 5 5 5 5 KSF 2.3B 1 1 5 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT 5 1 5 5 1 5 KSF 2.3C 1 1 1 1 NVT NVT 1 NVT NVT 5 NVT NVT 1 NVT 5 1 1 1 1 1 KSF 2.3D 1 1 1 5 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT 5 1 1 1 1 1 KSF 2.3E 1 1 1 5 NVT NVT 1 NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT 5 5 1 1 5 5 KSF 2.3F 1 5 1 5 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT 5 1 1 5 5 1 KSF 2.3G 1 1 5 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT 5 1 1 1 1 5 KSF 2.3H 5 5 5 5 NVT NVT 1 NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT 5 5 1 5 1 5 KSF 2.4 1 1 5 1 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT 5 NVT 5 1 5? 1 1 KSF 2.5? 4 5 5???? 5 1 3? 4? 5 3 5? 5 3 KSF 2.6 2 4 5 5?? 3 3 5 2 3? 2 5 5 5 5? 5 5 KSF 2.7 1 5 5 1?? 5 1 1 5 5? 5 1 5 5 5? 1 5 KSF 2.8 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5? 5 5 5 5 5 5 5 5 KSF 2.9 1 1 1 1 1 1 5 1 1 1 1? 1 1 1 1 1 1 1 1 KSF 2.10 1 1 5 1??? 1? 1???? 1 1 5 1 1 1 Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1 5 5 5 5? 1 5 1 1 5 1? 5 5 5 5 5? 5 5 KSF 3.2 5 1 5 1? 1 1 1 1 5 1? 5 5 5 5 5? 5 1 KSF 3.3 5 5 5 5? 1 5 5 5 5 1? 5 5 5 5 5 5 5 5 KSF 3.4 5 5 5 5? 1 1 1 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1 5 5 5 5?? 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 KSF 4.2 5 5 5 5?? 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 KSF 4.3 5 5 5 5?? 5 5 5 5 1 5 5 1 5 5 1 5 5 5 Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling KSF 5.1 2 4 3 4??? 3 1 1 3? 3 4 4 2 4? 4 3 KSF 5.2 3 4 3 4??? 3 1 5 2? 2 4 4 1 4? 5 2 KSF 5.3 1 1 1 5?? 1?? 1?? 1? 5 1 1 1 1 1 Pilaar 6: Samenwerken KSF 6.1 1 1 5 5?? 5 1 1 5 1 1 5 1 5 1 5 1 5 1 KSF 6.2 NVT NVT 5 5?? 2 NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT 4 NVT 4 NVT 3 NVT KSF 6.3 NVT NVT 5 1?? 1 NVT NVT 5 NVT NVT 1 NVT 5 NVT 1 NVT 1 NVT Randvoorwaarde: Kritische omvang RV A 1 2 5 5 1 1 5 1 1 2 1 4 5 4 5 5 2 2 1 5 RV B???????????????????? 152

Batavier en DHSZOD Heusden Rozenjac ht Willem Vlierden Tell Centaur Asten Sportclu b Maratho n ABC Taxus Assumbu rg Concordi a Eilandsch utters Saense Handboo g Skutters HBV Voltreffe rs VZOS Santpoor t-noord Waert Waterlan dschutte Sagittari rs Trefpunt us Pilaar 1: Financiën KSF 1.1 2 1 3 3 1 1 4 4? 3 4 3 1 4 4 1 4 4 4 5 KSF 1.2 5 5 5 5 1? 5 5? 5 1 5 5 5 1 5 5 5 5 5 Pilaar 2: Organisatie & Structuur KSF 2.1A 5 4 4 5 3? 4 3? 4 4 5 3 3 4 5 2? 5? KSF 2.1B 5 5 5 5 5 3 5 4 4 5 5 5 5 5 5 2 5 4 5 5 KSF 2.1C 2 1 2 1 5 1 3 1 4 4 4 1 4 4 3 1 2 1 4 4 KSF 2.2 1 1 1 1 1? 5 1?? 1 1 5 5 1 1 1 1 1 1 KSF 2.3 3 1 3 1 1 1 5 3? 3 3 3 5 5 1 1 3 1 5 3 KSF 2.3A 5 NVT 5 NVT NVT NVT 5 5? 5 5 5 5 5 NVT NVT 5 NVT 5 5 KSF 2.3B 1 NVT 5 NVT NVT NVT 5 1 NVT 1 5 5 5 5 NVT NVT 5 NVT 5 1 KSF 2.3C 1 NVT 1 NVT NVT NVT 1 1 NVT 1 1 1 1 1 NVT NVT 5 NVT 1 1 KSF 2.3D 1 NVT 1 NVT NVT NVT 5 5 NVT 1 5 1 5 5 NVT NVT 1 NVT 5 1 KSF 2.3E 5 NVT 5 NVT NVT NVT 1 1 NVT 1 1 5 5 5 NVT NVT 5 NVT 5 1 KSF 2.3F 1 NVT 1 NVT NVT NVT 5 1 NVT 5 1 5 5 5 NVT NVT 1 NVT 5 5 KSF 2.3G 1 NVT 1 NVT NVT NVT 1 1 NVT 1 1 5 1 5 NVT NVT 5 NVT 5 1 KSF 2.3H 1 NVT 5 NVT NVT NVT 5 5 NVT 5 5 5 5 5 NVT NVT 5 NVT 5 1 KSF 2.4 1 NVT 1 NVT NVT NVT 1 1 NVT 1 5? 5 5 NVT NVT 1 NVT 1 1 KSF 2.5 4? 1 1 3? 2 5?? 2? 2 5 5 1 1 4 5? KSF 2.6 5? 4 1 5? 5 5? 2 3? 5 5 5 1 5 4 4 5 KSF 2.7 1 1 1 1 1? 1 1? 5 5? 1 5? 1 1 5 5 1 KSF 2.8 5 5 5 5 5? 5 5? 5 5 5 5 5 5 1 5 5 5 5 KSF 2.9 1 1 1 1 1? 1 1? 1 5 1 1 1 1 1 1 1 1 1 KSF 2.10 1? 1??? 1 1? 1 1 1 5 1?? 1? 5 1 Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1 5 5 5 5 5? 5 5? 5 5? 1 5? 5 1 1 5 5 KSF 3.2 5 5 5 1 5? 1 1? 5 5? 1 1? 5 1 5 5 5 KSF 3.3 5 1 5 5 1 5 1 5? 5 5? 1 5? 5 1 5 1 5 KSF 3.4 5 5 5 1 5 1 5 1? 5 5? 1 1 5 1 5 5 1 5 Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1 5? 5? 5 5 5 5? 5 5? 5 5? 1 5 5 5 5 KSF 4.2 5? 5? 5 5 5 5? 5 5? 5 5? 1 5 5 5 5 KSF 4.3 5? 5? 5 5 1 5? 5 5? 5??? 5 1 5 5 Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling KSF 5.1 3? 3 1 2? 3 4? 5 2? 2 3? 3 3 3 3 3 KSF 5.2 2? 2 1 5? 3 4? 5 4? 3 5? 3 4 3 3 3 KSF 5.3 1? 1??? 5 5? 1 5 1 5 5?? 1? 5 1 Pilaar 6: Samenwerken KSF 6.1 1? 1? 1 5 1 5? 5 5? 5 1? 5 5 5 1 5 KSF 6.2 NVT? NVT? NVT 2 NVT 3? 3 5? 5 NVT? 5 2 4 NVT 5 KSF 6.3 NVT? NVT? NVT 1 NVT 1? 5 1? 5 NVT? 5 5 5 NVT 5 Randvoorwaarde: Kritische omvang RV A 1 1 1 1 1 4 5 5 5 3 5 4 5 5 5 1 3 1 5 5 RV B???????????????????? ISV De Vrijbuite rs Sint Sebastia an Gouden Treffer Vereniging 1214 1216 1221 1225 1226 1227 1230 1236 1239 1240 1244 1246 1247 1248 1249 1252 1254 1255 1258 1261 153

Vereniging 1268 1274 1283 1285 1289 1294 1296 1308 1312 1319 1322 1329 1342 1349 1364 1373 1384 1391 1392 Prins Hockeda Vrije Bernhard m Schutter Pijlsnel HBV Midden Limburg Romeine n Lingeboo g Lauwerkr ans ell HBS Almere Target Aalsmee Roger r Ascham Pilaar 1: Financiën KSF 1.1? 3 3? 3 3 2 3 4 3 3 4 5 1 1 1 4 1 1 KSF 1.2? 5 5? 5 5 5 5 1 5 5 1 5 5 5 5 5 5 5 Pilaar 2: Organisatie & Structuur KSF 2.1A 5 3 3 2 3 3 3 5 4 4 3 2 3 4 5? 4 3 5 KSF 2.1B 5 4 4 5 3 5 4 4 4 5 5 5 5 4 3 5 5 5 4 KSF 2.1C 2 2 1 4 1 2 1 4 5 2 2 3 4 2 2 2 3 2 1 KSF 2.2 1 1 1 1 1 5 1 1 5 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 KSF 2.3? 1 3? 1 3 1 1 1 3 1 3 3 3 3 1 3 1 1 KSF 2.3A? NVT 5? NVT 5 NVT NVT NVT 5 NVT 5 5 5 5 NVT 5 NVT NVT KSF 2.3B NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT NVT NVT 5 NVT 1 5 1 5 NVT 5 NVT NVT KSF 2.3C NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT NVT 1 NVT 1 5 1 5 NVT 1 NVT NVT KSF 2.3D NVT NVT 5 NVT NVT 1 NVT NVT NVT 5 NVT 1 5 1 1 NVT 5 NVT NVT KSF 2.3E NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT NVT NVT 5 NVT 1 5 1 5 NVT 1 NVT NVT KSF 2.3F NVT NVT 1 NVT NVT 5 NVT NVT NVT 1 NVT 5 5 5 1 NVT 1 NVT NVT KSF 2.3G NVT NVT 1 NVT NVT 5 NVT NVT NVT 1 NVT 1 5 1 5 NVT 1 NVT NVT KSF 2.3H NVT NVT 5 NVT NVT 5 NVT NVT NVT 1 NVT 5 5 1 5 NVT 5 NVT NVT KSF 2.4 NVT NVT 1 NVT NVT 1 NVT NVT NVT 5 NVT 1 1 1 1 NVT? NVT NVT KSF 2.5???? 2 1 4? 3 4?? 3 5 1 5? 5 5 KSF 2.6? 2?? 5 5 4 2 3 5 1 2 5? 5 5? 5 5 KSF 2.7???? 1 5 1? 5 5 1 1 5 5 1 1? 1 1 KSF 2.8 5 5 5 1 5 5 5 5 5 5 1 1 5 5 5 1 5 1 5 KSF 2.9 1 1 1 1 1 1 1 1 5 1 1? 1 1 1 1 1 1 1 KSF 2.10?? 1?? 1?? 1 1? 1 5 1 1? 1?? Pilaar 3: Sportaanbod KSF 3.1? 1?? 5 1 5 5 5 5 5 5 5 5 1 5? 5 5 KSF 3.2???? 5 1 5 5 5 5 1 1 5 1 1 5? 5 5 KSF 3.3? 5?? 5 5 5 5 5 5 5 1 5 1 1 1? 1 1 KSF 3.4? 1?? 1 5 1 1 5 5 1 5 5 1 1 1? 1 1 Pilaar 4: Trainingsfaciliteiten KSF 4.1? 5?? 5 5 5? 5 5 1 5 5 1 5 1? 5 5 KSF 4.2? 5?? 5 5 5? 5 5 1 5 5 1 5 1? 5 5 KSF 4.3? 5?? 1 1 5? 5 5? 5 5? 5?? 5 5 Pilaar 5: Trainersbepaling en trainersontwikkeling KSF 5.1? 3??? 2? 2 4 3? 4 3 4 2??? 2 KSF 5.2? 4??? 3? 5 5 3? 4 3 5 5??? 5 KSF 5.3?? 5?? 1??? 5? 1 5 1 1? 5?? Pilaar 6: Samenwerken KSF 6.1? 1?? 5 1 1? 5 1 1 1 1 5 5 1? 1 5 KSF 6.2? NVT?? 5 NVT NVT? 5 NVT NVT NVT NVT 5 4 NVT? NVT 3 KSF 6.3? NVT?? 1 NVT NVT? 5 NVT NVT NVT NVT 1 5 NVT? NVT 1 Randvoorwaarde: Kritische omvang RV A 5 4 1 4 1 2 1 2 5 5 1 3 5 3 2 1 2 1 1 RV B??????????????????? Doelgeri cht Grenssch utters A.C.E. X- Clusive ESH Da Vinci Faule Truppe Triskelio n Eemschu tters Wedstrij d HV The Archery Club 154

33. Ledenenquête INTRO In het meerjarenbeleidsplan 2013-2016: Samen, Sterker, Groei 2016 heeft de NHB aangeven de ambitie te hebben een klantgerichtere bond te willen zijn. Dit houdt in dat de NHB haar dienstverlening beter wil laten aansluiten bij de wensen en behoeften van haar leden, door een vraaggestuurder en klantgerichter aanbod. Om inzicht te krijgen in die wensen en behoeften van haar leden, is deze enquête opgesteld. De vragen gaan over jouw tevredenheid over diverse onderdelen van jouw lidmaatschap. Denk niet te lang na; wat het eerst in je opkomt, geeft vaak het best passende antwoord. De enquête zal ongeveer 15 minuten van uw tijd in beslag nemen. De vragenlijst kun je tussentijds opslaan door bovenaan de pagina op 'vragenlijst opslaan' te drukken en jouw mailadres in te vullen. Er wordt zorgvuldig met de gegevens omgegaan en de resultaten worden anoniem en vertrouwelijk behandeld. Rosmalen, voorjaar 2014, Nederlandse Handboog Bond, Paul ten Hag Algemeen Directeur Voor vragen en/of opmerkingen omtrent dit onderzoek en deze enquête, ben je van harte welkom op volgend e-mailadres: stage@handboogsport.nl. Onder de invullers worden meerdere prijzen verloot. Hoofdprijs is een handboog-trainingsweekend voor 2 personen op het Olympic Training Centre Papendal, inclusief overnachting. (zie: www.papendal.nl/handboog) 155

DE LEDEN: SPORT 1) Wat is je geslacht* ( ) Man ( ) Vrouw 2) Wat is jouw geboortejaar?* 3) Onder welk rayon val je?* Rayon 1: Regio 01 Noord Holland, Regio 02 Midden Nederland, Regio 03 Noord Nederland, Regio 04 Oost Nederland Rayon 2: Regio 05 Zuid Holland, Regio 06 Zeeland/West Brabant, Regio 07 Breda e.o., Regio 08 Midden Brabant Rayon 3: Regio 09 Den Bosch e.o., Regio 10 Oost Brabant, Regio 11 Dommelland, Regio 12 Eindhoven e.o. Rayon 4: Regio 13 De Peel, Regio 14 Noord Limburg, Regio 15 Weert/Roermond, Regio 16 Zuid Limburg ( ) Rayon 1 ( ) Rayon 2 ( ) Rayon 3 ( ) Rayon 4 4) Met welk type boog schiet je?* Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Recurve [ ] Compound [ ] Barebow [ ] Hout [ ] Traditioneel [ ] Anders, namelijk: [ ] Geen 5) Welke discipline schiet je? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Indoor [ ] Outdoor [ ] 25m1p [ ] Veld 156

[ ] 3D [ ] Anders, namelijk: [ ] Geen 6) In welke categorie val je? ( ) Recreatief schutter (alleen clubniveau) ( ) Semi-recreatief (clubniveau en bondscompetitie) ( ) Competitie/wedstrijdschutter (clubniveau, bondscompetitie en A- en B-status wedstrijden) ( ) Geen 7) Waarom neem je niet deel aan de bondscompetitie of A- en B-status wedstrijden? 8) Welke selectieprocedure bij Nederlandse outdoor wedstrijden heeft jouw voorkeur? ( ) FITA/1440 Ronde ( ) 70m/50m Ronde ( ) Geen voorkeur 9) Hoeveel A- en B-status wedstrijden schiet je gemiddeld per jaar? ( ) 1-5 wedstrijden ( ) 6-10 wedstrijden ( ) 11-15 wedstrijden ( ) 16 of meer wedstrijden 10) Graag antwoord op de volgende stellingen Stelling Helemaal oneens Oneens Neutraal Eens Helemaal eens 1. Ik kan mij eenvoudig aanmelden voor wedstrijden ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 157

2. Ik vind dat de wedstrijden vlot en soepel verlopen 3. Ik vind dat in het aanbod van wedstrijden voldoende diversiteit is in disciplines 4. Het aanbieden van een grotere diversiteit aan disciplines gaat ten koste van de kwaliteit van de organisatie 5. Ik vind dat er te veel wedstrijden georganiseerd worden 6. Ik vind dat er te weinig wedstrijden georganiseerd worden 7. Ik vind dat de scheidsrechters tijdens wedstrijden eerlijk en eenduidig handelen 8. Ik vind de reglementen ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 158

helder en eenduidig 9. Ik vind dat de reglementen te vaak veranderen 10. Ik vind dat er teveel regels zijn 11. Ik vind dat de uitslagen snel bekend zijn 12. Ik vind dat de uitslagen eerlijk zijn 13. Ik vind dat het versturen van de spelden snel gaat 14. Ik vind dat er voldoende informatie rond de wedstrijden beschikbaar is ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 11) Welke van de bovenstaande stellingen heeft voor jou de meeste nadruk? ( ) 1 ( ) 2 ( ) 3 ( ) 4 ( ) 5 ( ) 6 ( ) 7 ( ) 8 ( ) 9 ( ) 10 ( ) 11 ( ) 12 ( ) 13 ( ) 14 12) Hoe tevreden ben je over de bondscompetitie? 1 [ ] 10 159

13) Hoe tevreden ben je over de A- en B-status wedstrijden? 1 [ ] 10 14) Wat kan volgens jou verbeterd worden aan de wedstrijden of competities? DE LEDEN: OPLEIDINGEN 15) Heb je al een keer deelgenomen aan een opleiding van de NHB? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Ja, namelijk een trainersopleiding [ ] Ja, namelijk een scheidsrechter- en officialsopleiding [ ] Ja, namelijk een bestuurdersopleiding [ ] Nee 16) Ben je van plan deel te nemen aan een NHB opleiding? ( ) Ja ( ) Nee 17) Graag antwoord op de volgende stellingen Stelling Helemaal oneens Oneens Neutraal Eens Helemaal eens Er is voldoende informatie beschikbaar over de opleidingen van de NHB op de website Er zijn te veel opleidingen van de NHB ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 160

Er zijn te weinig opleidingen van de NHB ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 18) Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Handboogtrainer A [ ] Handboogtrainer B [ ] Handboogtrainer 2 Assistent Trainer [ ] Handboogtrainer 3 Modern & Talentvol [ ] Handboogtrainer 3 voor (ex)-topsporters [ ] Bijscholing van handboogtrainer A naar Handboogtrainer 3 [ ] Sportief Coachen (onderdeel VSK) 19) Van welke scheidsrechter- en officialsopleiding heb je gebruik gemaakt? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Baancommissaris - SR/01 of SR/02 [ ] Verenigingsscheidsrechter SR/03 [ ] Bondsscheidsrechter SR/04 20) Van welke bestuurdersopleiding (VSK) heb je gebruik gemaakt? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Sportief Coachen [ ] Sportief Besturen [ ] Besturen met een visie 21) Graag antwoord op de volgende stellingen Stelling Helemaal oneens Oneens Neutraal Eens Helemaal eens 1. Ik kan mij eenvoudig aanmelden voor de opleiding ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 161

2. Ik ben tevreden over de inhoud van de opleiding 3. Ik vind dat de opleiding goed georganiseerd is 4. Ik ben tevreden met de nazorg (diploma toezending of uitreiking) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 22) Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? 1 [ ] 10 23) Wat kan verbeterd worden aan de opleidingen van de NHB? DE LEDEN: COMMUNICATIE 24) Via welk medium ben je geïnteresseerd in communicatie vanuit de NHB? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Website [ ] Nieuwsbrief [ ] Bondsblad [ ] Brief(post) [ ] Social media [ ] Anders, namelijk: 25) Welke vorm van social media heeft jouw voorkeur? Meerdere antwoorden mogelijk [ ] Facebook [ ] Twitter [ ] Instagram [ ] Pinterest [ ] LinkedIn Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 162

[ ] Google+ [ ] Anders, namelijk: 26) Graag antwoord op de volgende stellingen Stelling Helemaal oneens Oneens Neutraal Eens Helemaal eens 1. Ik vind de huidige website informatief 2. Ik vind de inhoud van het bondsblad goed 3. Ik vind de inhoud van de nieuwsbrief goed 4. Ik vind de huidige invulling van de social media van de NHB goed ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 27) Welke onderwerpen op de website hebben voor jou de hoogste prioriteit? 28) Wat mis je op de website? Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 163

29) Wil je graag het bondsblad blijven ontvangen? ( ) Ja ( ) Nee 30) Hoe zou je het bondsblad willen ontvangen? ( ) Print ( ) Digitaal ( ) Print en digitaal 32) Over welk soort wedstrijd lees je het liefst in het bondsblad. ( ) 25m1pijl ( ) Indoor FITA ( ) Outdoor FITA ( ) Veld ( ) 3D ( ) Geen voorkeur 33) Over welke boogsoort lees je het liefst in het bondsblad? ( ) Recurve ( ) Compound ( ) Barebow ( ) Hout/Traditioneel ( ) Geen voorkeur 34) Wat vind je van de communicatie via Twitter? ( ) Ik zou graag meer berichten willen van de NHB via Twitter ( ) De hoeveelheid berichten via Twitter zijn precies goed ( ) Ik zou graag minder berichten willen van de NHB via Twitter ( ) Ik heb Twitter maar volg de NHB niet via Twitter ( ) Ik heb geen Twitter 35) Wat vind je van de communicatie via Facebook? ( ) Ik zou graag meer berichten willen van de NHB via Facebook ( ) De hoeveelheid berichten via Facebook zijn precies goed Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 164

( ) Ik zou graag minder berichten willen van de NHB via Facebook ( ) Ik heb Facebook maar volg de NHB niet via Facebook ( ) Ik heb geen Facebook 36) Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? 1 [ ] 10 37) Wat kan verbeterd worden aan de communicatie? 38) Hoe tevreden ben je over de manier waarop de NHB de leden met elkaar probeert te verbinden? 1 [ ] 10 39) Wat kan verbeterd worden aan de manier waarop de NHB haar leden probeert te verbinden? DE NHB: ALGEMEEN 40) Op welk van de volgende onderwerpen moet de NHB het meeste concentreren? ( ) Wedstrijden en competities ( ) Communicatie ( ) Opleidingen ( ) Topsport ( ) Verenigingsondersteuning ( ) Anders, namelijk:: 41) Graag antwoord op de volgende stellingen Stelling Helemaal oneens Oneens Neutraal Eens Helemaal eens Ik vind dat de NHB een duurzaamheidsplan moet ontwikkelen ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 165

Ik vind dat de NHB een MVO plan moet hebben (MVO=Maatschappelijk verantwoord ondernemen) 1. Ik vind dat de bureaumedewerkers beschikken over voldoende specifieke handboogkennis 2. Ik ben tevreden over de bereikbaarheid per telefoon 3. Ik ben tevreden over de bereikbaarheid per mail 4. Ik ben tevreden over de bereikbaarheid bij ontmoeting 5. Mijn vragen worden adequaat beantwoord ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) 42) Waar zou je de NHB voor moeten kunnen bellen? 43) Waar zou de NHB jou in moeten kunnen adviseren? 44) Welke extra producten zou de NHB moeten aanbieden? 45) Welke extra services zou de NHB moeten aanbieden? Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 166

Afrondende vragen 46) Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? 1 [ ] 10 47) Heb je naar aanleiding van de enquête nog vragen en/of opmerkingen? 48) Mogen wij jou eventueel benaderen naar aanleiding van de enquête? ( ) Ja ( ) Nee 49) Wil je in aanmerking komen voor de prijzen? ( ) Ja ( ) Nee 50) Wat is jouw bondsnummer? (niet verplicht!) 51) Om de prijzen te kunnen uitreiken, hebben we jouw gegevens nodig. Zou je daarom jouw bondsnummer willen invullen? Let wel, de enquêtegegevens worden nog steeds vertrouwelijk behandeld! BEDANKT! Bedankt voor het invullen van de enquête. Jouw respons is erg belangrijk voor ons. De onderzoeksresultaten zijn medio 2014 bekend en worden teruggekoppeld via diverse media (bondsblad/nieuwsbrief). Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 167

34. Resultaten Ledenenquête Resultaten SPSS Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 168

Correlatie Waardering algemeen, Type boog Correlatie Waardering algemeen, discipline Significantie Waardering Algemeen, Recurve/Barebow/Traditioneel/3D ANOVA Sum of Squares df Mean Square F Sig. Recurve:Met welk type boog schiet je? Barebow:Met welk type boog schiet je? Traditioneel:Met welk type boog schiet je? 3D:Welke discipline schiet je? Between Groups 4,674 9,519 2,655,005 Within Groups 112,464 575,196 Total 117,138 584 Between Groups 2,184 9,243 2,348,013 Within Groups 59,440 575,103 Total 61,624 584 Between Groups 1,369 9,152 1,550,127 Within Groups 56,409 575,098 Total 57,778 584 Between Groups 5,960 9,662 3,730,000 Within Groups 102,084 575,178 Total 108,044 584 Gemiddelde waardering beleid NHB, a.d.h.v. type boog/discipline Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? * 3D:Welke discipline schiet je? Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? 3D:Welke discipline schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,94 442 1,172 Checked 6,64 143 1,746 Total 6,87 585 1,340 Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 169

Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? * Traditioneel:Met welk type boog schiet je? Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? Traditioneel:Met welk type boog schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,92 520 1,314 Checked 6,45 65 1,479 Total 6,87 585 1,340 Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? * Barebow:Met welk type boog schiet je? Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? Barebow:Met welk type boog schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,93 515 1,265 Checked 6,43 70 1,749 Total 6,87 585 1,340 Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? * Recurve:Met welk type boog schiet je? Hoe tevreden ben je over de NHB als geheel? Recurve:Met welk type boog schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,52 162 1,521 Checked 7,00 423 1,240 Total 6,87 585 1,340 Correlatie Waardering Algemeen, man/vrouw, type schutter, Rayon Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 170

Correlatie tussen waardering opleidingen en type opleiding Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 171

Significantie waardering opleiding en type opleiding Waardering van opleidingen door HBT A, 2 en Sportief Coachen Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? * Handboogtrainer A:Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? Handboogtrainer A:Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,28 58 1,735 Checked 7,03 39 1,224 Total 6,58 97 1,587 Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 172

Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? * Handboogtrainer 2 â Assistent Trainer:Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? Handboogtrainer 2 â Assistent Trainer:Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,94 48 1,192 Checked 6,22 49 1,840 Total 6,58 97 1,587 Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? * Sportief Coachen (onderdeel VSK):Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Hoe tevreden ben jij in het algemeen over de opleidingen? Sportief Coachen (onderdeel VSK):Van welke trainersopleiding heb je gebruik gemaakt? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,54 87 1,598 Checked 6,90 10 1,524 Total 6,58 97 1,587 Correlatie waardering communicatie op boogtype Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 173

Correlatie waardering communicatie op discipline Significantie op recurve, barebow, traditioneel en 3D ANOVA Sum of Squares df Mean Square F Sig. Recurve:Met welk type boog schiet je? Barebow:Met welk type boog schiet je? Traditioneel:Met welk type boog schiet je? 3D:Welke discipline schiet je? Between Groups 2,089 9,232 1,120,346 Within Groups 144,890 699,207 Total 146,979 708 Between Groups 1,379 9,153 1,474,154 Within Groups 72,669 699,104 Total 74,048 708 Between Groups 1,338 9,149 1,386,190 Within Groups 74,986 699,107 Total 76,324 708 Between Groups 3,251 9,361 1,957,042 Within Groups 129,059 699,185 Total 132,310 708 Waardering communicatie op recurve, barebow, traditioneel en 3D Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? * Recurve:Met welk type boog schiet je? Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? Recurve:Met welk type boog schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,37 208 1,462 Checked 6,61 501 1,350 Total 6,54 709 1,387 Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 174

Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? * Barebow:Met welk type boog schiet je? Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? Barebow:Met welk type boog schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,58 625 1,361 Checked 6,24 84 1,542 Total 6,54 709 1,387 Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? * Traditioneel:Met welk type boog schiet je? Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? Traditioneel:Met welk type boog schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,59 622 1,382 Checked 6,23 87 1,387 Total 6,54 709 1,387 Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? * 3D:Welke discipline schiet je? Hoe tevreden ben je over de huidige communicatie van de NHB? 3D:Welke discipline schiet je? Mean N Std. Deviation Unchecked 6,62 533 1,306 Checked 6,30 176 1,588 Total 6,54 709 1,387 Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 175

Nederlandse Handboogbond - Een klantgerichte bond Arno Hovenga 176