Demografische transitie hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vergelijkbare documenten
Heel veel mensen hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Diversiteit hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Emigratie hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Emigratie hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bevolkingsontwikkeling China vmbo-kgt34

Polen in Nederland hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Trade not aid hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Armoede in Nederland hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

De grachtengordel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Ontwikkelingssamenwerking hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Kenmerken ontwikkelingslanden vmbo-kgt34

Spreken - Feedback hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bevolkingsontwikkeling vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Feodalisme hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

De eerste spoorlijn hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Reis door Europa vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Migratie in China vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Arm en rijk - Kenmerken van ontwikkelingslanden

Arm en rijk in China hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Verspreiding Christendom - HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Ruimte voor de rivier vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Opwarming van de aarde hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Stedelijke burgerij hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Samenwerking hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Emigratie hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Duurzaamheid hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Europese Unie vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Menstruatie vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Koopkracht en inflatie vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Verspreiding Christendom hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Klimaten hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Nederland waterland hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Extra: Broodje gezond hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Overal Nederlanders vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Zuidoost Brazilië vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Staatsvorming hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vaardigheden - Enquête HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Economie en welvaart vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Ontwikkelingssamenwerking hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Discussie en debat HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Samenwerking hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Trade not aid hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Feedback HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Wonen - Eerste steden Middeleeuwen. VO-content StudioVO. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Buurtvoorzieningen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

De patriotten hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Geld en economie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Godenrijk hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Feodalisme hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Overal Nederlanders vmbo12

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Jij bent mijn ster HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Griekse beschaving hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Extra: Brandwonden hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Budgetteren vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bloedtransfusie hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Arm en rijk in China vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Markten en steden hv123

Zelfstandig naamwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Wereldplaats hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Verzet in de oorlog vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Hindoeïsme: kastenstelsel vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Soorten bronnen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Verzet tegen kinderarbeid hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Aanwijzend voornaamwoord hv12

Aanbod van arbeid vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Geld en economie vmbo-b34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Aardbevingen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Wereldgodsdiensten* hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Som- en verschilgrafiek

Reizen en Vakantie - Vakantie vroeger en nu

Rebus maken. Marjolijn Feddema. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Kenmerken ontwikkelingslanden vmbo-b34

Polen in Nederland vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

De Germaanse cultuur hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Kerk en staat hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Het eerste schrift hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Budgetteren vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Cultuur en identiteit hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Rampjaar 1672 hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Jongetje of meisje? vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Handel met het buitenland vmbo-b34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Erosie en verwering hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Gouden eeuw hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Nader bekeken vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Arm en rijk - kenmerken van ontwikkelingslanden

Liefde is hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Tekort of overschot vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 2 t/m 8

Jongetje of meisje? hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Arm en rijk hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Woordenschat - Samenstellingen hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Politieke stromingen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Jodendom - B KGT 1 2. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

Auteur VO-content Laatst gewijzigd 04 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/63718 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.

Inhoudsopgave Vooraf Leerdoelen Eindproduct-Beoordeling Werkwijze Aan de slag Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5 Stap 6 Begrippenlijst Demografische transitie Over dit lesmateriaal Pagina 1

Vooraf Leerdoelen In 1800 woonden er ongeveer een miljard mensen op aarde, begin 20e eeuw twee miljard, in 1959 drie miljard, in 1999 zes miljard en in 2011 zeven miljard. Het is in de 20e eeuw erg snel gegaan, die groei van de wereldbevolking. De vraag die in deze opdracht aan de orde komt is of die groei ook in deze eeuw doorzet. Aan het eind van deze opdracht kun je: uitleggen en verklaren dat de groei van de wereldbevolking de afgelopen tientallen jaren is afgenomen. uitleggen aan de hand van vier voorbeeldlanden dat de groei niet overal even groot is. ook verklaren waarom dat zo is. uitleggen dat de ontwikkeling in de Nederlandse bevolkingsgroei ook te zien is in andere landen. je eigen mening over de groei van de wereldbevolking in deze eeuw weergeven. Eindproduct-Beoordeling Pagina 2

Eindproduct Als eindproduct van deze opdracht maak je samen met een of twee klasgenoten een grafiek met toelichting om aan te geven of de wereldbevolking volgens jou blijft groeien tot 2100 en zo ja, hoe snel. Daarna bespreek je met je leerkracht en de klas jouw verwachting van de groei. In dit eindproduct laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald. Beoordeling Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent. Bij de beoordeling let jullie docent op: de inhoud: Is de grafiek duidelijk? Is de toelichting bij de grafiek helder en bondig en bevat die geen onjuistheden? de vorm: zijn de grafiek en de toelichting bij de grafiek met zorg gemaakt? taalfouten: bevat de toelichting bij de grafiek niet te veel taalfouten? Werkwijze Activiteiten Stap Groepsgrootte Activiteit Stap 1 Alleen Informatie lezen en vragen over de omvang van de bevolking beantwoorden. Stap 2 Alleen Vragen over Marokko beantwoorden. Stap 3 Alleen Video bekijken en vragen over China beantwoorden. Stap 4 Alleen Vragen over India beantwoorden. Stap 5 Alleen Toets Demografische transitie maken. Stap 6 Samen Grafiek maken met daarbij een toelichting om aan te geven of de wereldbevolking volgens jullie zal blijven groeien. Benodigdheden ruitjespapier voor de grafiek en gewoon papier een pen Pagina 3

een potlood Tijd Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig. Pagina 4

Aan de slag Stap 1 Natuurlijke groei of krimp van de bevolking. Bestudeer uit de Kennisbank het onderdeel over de omvang van de bevolking. KB: Omvang bevolking De situatie in Nederland Tot in de eerste helft van de 20e eeuw was er veel armoede in Nederland. Armoede heeft zijn weerslag op eten en gezondheidszorg. Het gevolg is dat de sterfte hoog is, vooral onder kinderen. Hoge kindersterfte heeft een hoog geboortecijfer tot gevolg. Kinderen zijn immers ook een oudedagsvoorziening. Als de leefomstandigheden, de gezondheidszorg en hygiëne verbeteren, dan zie je het sterftecijfer afnemen. Het geboortecijfer bleef nog hoog zodat er een groot geboorteoverschot ontstond en dus ook een forse natuurlijke bevolkingsgroei. Vanaf 1970 ging het geboortecijfer sterk omlaag. Waren eerst gezinnen van vier, vijf of meer kinderen heel normaal, na 1970 hadden veel gezinnen maar twee kinderen. Hierdoor werd het geboorteoverschot kleiner, waardoor de natuurlijke bevolkingsgroei af nam. Een groot kindertal was niet langer nodig als voorziening voor de oude dag sinds Nederland een algemeen ouderenpensioen kent (Algemene Ouderdomswet, AOW). Heel belangrijk in deze ontwikkeling is geweest de beschikbaarheid van anticonceptie. Door de uitvinding van de pil was het mogelijk zwangerschap te plannen en zelf te bepalen of en hoeveel kinderen je wilt. Op de website van het Centraal Bureau voor de Statistiek kun je de bevolkingspiramiden van Nederland zien. In een overzichtelijke grafiek wordt de ontwikkeling vanaf 1950 weergegeven én de verwachtingen tot het jaar 2060. Vragen: 1. Waarom vertoont de bevolkingspiramide van Nederland (2013) rond het midden een uitstulping? 2. Het brede deel in het midden schuift langzaam omhoog en wordt tegelijkertijd smaller. Omschrijf de ontwikkeling van de Nederlandse bevolking tussen 2013 en 2060. Pagina 5

Stap 2 Marokko Voor 1983 was in Marokko het geboortecijfer hoog, al was het vanaf 1965 dalend. Ook het sterftecijfer was hoog. In die periode leefde maar een kleine groep mensen in welvaart. Armoede kwam op grote schaal voor, vooral in krottenwijken bij grote steden en in plattelandsgebieden in het zuiden, waar de bodem niet zo vruchtbaar is. Waar veel armoede is, is ook de sterfte hoog, vooral onder kinderen. Bij een hoge kindersterfte zie je doorgaans een hoog geboortecijfer. Ook in Marokko waren mensen op hun oude dag afhankelijk van de ondersteuning door hun kinderen. Na 1983 ging de sterfte omlaag, vooral onder kinderen. Dat kwam op de eerste plaats door de toenemende welvaart in het land. Daardoor kwam goede gezondheidszorg en goed eten beschikbaar voor meer mensen.?het was in de tweede plaats het gevolg van een betere aanpak door de Marokkaanse regering van de kindersterfte. Zo kregen steeds meer vrouwen tijdens een bevalling hulp van een goede verloskundige waardoor er minder kinderen en moeders stierven tijdens of kort na de bevalling. Ook werden na 1983 steeds meer Marokkaanse kinderen ingeënt tegen ziekten als difterie en kinderverlamming. Na 1983 daalde ook het geboortecijfer. Toenemende welvaart doet de behoefte aan kinderen afnemen. Blijkbaar is een groot kindertal minder noodzakelijk. Vraag Hoe kun je aan de bevolkingspiramide van Marokko zien dat de kindersterfte in dat land na 1983 lager was dan ervoor? Pagina 6

Stap 3 China Tot 1978 was China een land met een hoog sterftecijfer en een nog hoger geboortecijfer. De bevolking groeide in hoog tempo, vooral na de Tweede Wereldoorlog, toen het sterftecijfer sterk terugliep. Na 1979 nam de natuurlijke groei van de Chinese bevolking af vanwege afname van het geboortecijfer. In dat jaar startte China onder de toenmalige leider Deng Xiaoping met de roemruchte één-kindpolitiek. Het is een streng beleid om de groei van de Chinese bevolking af te remmen en zo laag mogelijk te houden. Echtparen in stedelijke gebieden mogen van de regering maar één kind nemen. Wie nog een tweede kind wil, krijgt een boete en moet flink betalen aan de overheid. Boeren op het platteland mogen een tweede kind nemen als het eerste een meisje is of een lichamelijke beperking heeft. In 2013 werd dit beleid soepeler. Volgens de Chinese regering zou China na de eeuwwisseling 1,6 of misschien wel 1,7 miljard inwoners hebben gehad in plaats van 1,3 miljard als er geen één-kind-politiek is geweest. Of dat waar is, valt moeilijk te zeggen, want de natuurlijke groei van de Chinese bevolking is na 1978 ook afgenomen door de toename van welvaart. Welvaart doet de natuurlijke bevolkingsgroei op dezelfde Pagina 7

manier afnemen als in Nederland en Marokko. De toename van de welvaart in China is te danken aan hervormingen die de machthebbers doorvoerden in de Chinese economie. De een-kind-politiek heeft, naast vergrijzing, nog een gevolg: een tekort aan vrouwen. Het tekort is ontstaan omdat toekomstige ouders een voorkeur hebben voor zoons boven dochters. Veel aanstaande moeders ondergaan een abortus zodra ze weten dat ze zwanger zijn van een meisje. In China worden gemiddeld 1200 jongens geboren op elke 1000 meisjes. In sommige regio s ligt deze geslachtsverhouding zelfs op 1,35 (1350 jongens op 1000 meisjes). Ter vergelijking: in Europa ligt de geslachtsverhouding op 1.05. De scheve verhouding maakt het voor Chinese mannen moeilijk om een vrouwelijke levenspartner te vinden. Vraag Waarom mogen de meeste echtparen in China binnenkort twee kinderen nemen in plaats van één? Stap 4 Pagina 8

India India heeft een hoog sterftecijfer en ook het geboortecijfer is hoog. De bevolkingspiramide heeft ook echt de vorm van een piramide. In India leeft een kleine maar snel groeiende groep in welvaart, maar de armoede is wijdverbreid, vooral in het noordoosten van het land. Waar veel armoede is, is ook de sterfte hoog, vooral onder kinderen. En dat heeft weer een hoog geboortecijfer tot gevolg. Om de bevolkingsgroei in India af te remmen voert de overheid campagne om mensen ertoe te brengen minder kinderen te nemen. Niet alleen krijgen mensen voorlichting over hoe ze zwangerschap kunnen voorkomen, ook krijgen ze toegang tot de pil en andere voorbehoedsmiddelen. Begin jaren 70 stimuleerde de regering sterilisatie van mannen (onvruchtbaar maken), maar dat stuitte op grote weerstand onder de bevolking, zodat er weinig van terecht kwam. De overheidscampagnes bereiken niet de gehele bevolking want analfabetisme is wijdverbreid. Naast de genoemde campagnes probeert de Indiase regering de kindersterfte aan te pakken. Grootschalige inentingscampagnes tegen polio en tuberculose hebben effect. Tussen 1990 en 2012 is het aantal kinderen dat sterft voor ze vijf jaar oud zijn gehalveerd. Het land is sinds begin 2014 officieel poliovrij. Net als China heeft India een scheve geslachtsverhouding van 1.07. Op elke 1000 meisjes worden 1070 jongens geboren, iets meer dan in Europa, waar 1050 jongens worden geboren op 1000 meisjes. Voor een deel is de geslachtsverhouding toe te schrijven aan het feit dat veel mensen liever zoons dan dochters hebben. Bovendien krijgen zoons vaak betere zorg dan dochters. Daardoor heb je als pasgeboren jongetje in India meer kans om tenminste vijf jaar te worden dan als pasgeboren meisje. Een overgang die zich in het ene land na het andere voltrekt De natuurlijke groei van de bevolking vertoont in steeds meer landen dezelfde ontwikkeling als in Nederland. Naarmate de welvaart toeneemt zie je de geboorte- en sterftecijfers na verloop van tijd dalen. Die overgang van hoge geboorte- en sterftecijfers naar lage heet demografische transitie. Zo n transitie gaat niet ineens maar kent een aantal fasen. Pagina 9

?Eerst neemt het sterftecijfer af, maar blijft het geboortecijfer hoog. Daarna neemt het geboortecijfer ook af. Eerst minder snel dan het aantal sterfgevallen maar uiteindelijk is een situatie mogelijk waar zelfs sprake is van krimp. Het aantal geboorten is dan lager dan het aantal sterfgevallen, waardoor de bevolking in omvang afneemt. Nu al heeft de demografische transitie de groei van de wereldbevolking doen afnemen. In het begin van de zestiger jaren groeide de wereldbevolking met 2,2%, in 2009 nog maar met 1,1%. Vraag Zet de verschillende bevolkingspiramides van deze opdracht in de juiste volgorde en breng zo de verschillende fases in het transitieproces in beeld: Bevolkingspiramide in Stap op plaats 1 Bevolkingspiramide in Stap op plaats 2 Bevolkingspiramide in Stap op plaats 3 Bevolkingspiramide in Stap op plaats 4 Pagina 10

Stap 5 Toets Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Demografische transitie'. De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen. Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score. Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien. De score wordt opgenomen in het volgsysteem. Klik op de knop 'Start' om te beginnen: Demografische transitie kn.nu/xq1b8 1 Welke van deze factoren heeft geen invloed op verandering van de omvang van de bevolking in een land? a. Geboortecijfer b. Demografische ligging c. Immigratie d. Emigratie 2 Wat betekent demografische transitie? a. Verbetering van leefomstandigheden van bepaalde bevolkingsgroepen in landen met een hoog geboortecijfer. b. Overgang van hoog sterftecijfer en geboortecijfer naar een laag sterftecijfer en geboortecijfer. c. Overgang van laag sterftecijfer en geboortecijfer naar een hoog sterftecijfer en geboortecijfer. Pagina 11

3 Van welk land is dit de bevolkingspiramide? a. Nederland b. Brazilië c. Egypte 4 In West-Europa begon de demografische transitie na 1750. Dit had verschillende oorzaken. Welk antwoord is niet juist? a. De komst van voorbehoedsmiddelen. b. Het verbeteren van hygiëne en de gezondheidszorg. c. Toename van de invloed van de kerk. 5 Waarom zou je emigreren naar Zweden? Waarom verkiezen Nederlanders en Belgen dit Scandinavische land boven Frankrijk, Canada of Noorwegen, om maar enkele andere populaire emigratielanden te noemen? Hieronder volgen een aantal redenen: Rust en ruimte Minder stress Goedkoop wonen Tolerantie Stilte Frisse lucht De natuur Pagina 12

Zijn bovenstaande punten om te verhuizen naar Zweden pushfactoren of pullfactoren? a. Pushfactoren b. Pullfactoren 6 Nederland is te streng bij.... Zo gaat de inkomenseis verder dan de EU-richtlijn, concludeert het college voor de Rechten van de Mens. 'Er zijn voorbeelden van iemand die 20 euro te weinig verdient.' Arne Doornebal (30) uit Amsterdam verdiende zelfs 6 euro te weinig om vrouw en kinderen uit Oeganda te laten overkomen Welk woord hoort op de stippellijn? a. Gezinsvorming b. Gezinshereniging 7 De afbeelding hierboven laat de bevolkingsopbouw van Duitsland in 1997 en 2050 zien. Over deze bevolkingsdiagrammen worden drie beweringen gedaan. Bewering 1: Duitsland is tussen 1997 en 2050 steeds meer vergrijsd. Bewering 2: Het geringe aantal 50- tot en met 54-jarigen in het bevolkingsdiagram van 1997 is Pagina 13

veroorzaakt door de Tweede Wereldoorlog. Bewering 3: Tussen 1997 en 2050 is er een toename van de natuurlijke bevolkingsgroei zichtbaar in Duitsland. Welk van de bovenstaande beweringen is niet juist? a. Bewering 1 is niet juist b. Bewering 2 is niet juist c. Bewering 3 is niet juist 8 De afbeelding laat de migratie van Oost-Duitsland naar West-Duitsland tussen 1950 en 2003 zien. In de periode 1962? 1989 migreerden veel minder mensen van Oost-Duitsland naar WestDuitsland dan in de periode ervoor en erna. Wat is hiervoor de reden geweest? a. In die periode was Oost-Duitsland in herstel. Dit kwam de economie en welvaart ten goede. Mensen migreerden hierdoor minder naar West- Duitsland. b. Vanaf begin jaren zestig was de werkgelegenheid in Oost-Duitsland goed, waardoor er minder mensen migreerden naar West-Duitsland. c. De grens tussen Oost-Duitsland en West-Duitsland was afgesloten, waardoor minder mensen migreerden naar West-Duitsland. d. Vanaf die periode werden Oost-en West-Duitsland tot één land herenigd. Dit maakte een einde aan de migratie. Stap 6 Pagina 14

Eindproduct Hoe zal het verder gaan met de groei van de wereldbevolking? Zal de groei van de wereldbevolking verder afnemen tot nul en zal de wereldbevolking daarna krimpen? Blijft de wereldbevolking almaar groeien? Hoeveel mensen zullen de aarde bevolken in 2020, 2030, 2040 en daarna? Hoe groot is de wereldbevolking op zijn hoogtepunt? Jullie hebben gezien waarom de bevolking van sommige landen snel groeit en in andere langzaam. Jullie hebben ook gezien waarom, tot nu toe, in steeds meer landen de groei van de bevolking afneemt. Aan de hand van deze kennis stellen jullie een verwachting op voor de omvang van de wereldbevolking tussen nu en 2100. Jullie maken een grafiek om die verwachting weer te geven. Bij die grafiek schrijven jullie een toelichting om aan te geven hoe je tot je voorspelling bent gekomen. Hou daarbij geen rekening met wereldrampen zoals een atoomoorlog of een wereldwijde epidemie.?een hulpmiddel dat jullie kunnen gebruiken is www.google.com/publicdata, een website met statistieken. Op die website kun je het volgende nagaan: Hoe hoog waren de sterfte- en geboortecijfers vanaf 1965 in de vier landen die in deze les behandeld zijn en wereldwijd. Hoe lang leefden de mensen gemiddeld vanaf 1965 in de vier landen die in deze les zijn behandeld en wereldwijd. Klik in het bovenste menu op Gezondheid en selecteer geboortecijfer ongeclassificeerd, sterftecijfer of levensverwachting. Selecteer dan in het onderste menu het land dat je wilt hebben. Klaar? Laat de grafiek met de toelichting beoordelen door jullie docent. Pagina 15

Begrippenlijst Demografische transitie Natuurlijke bevolkingsgroei Het aantal geboorten min het aantal sterfgevallen, oftewel het saldo van het aantal geboorten en sterftegevallen. Geboortecijfer Het aantal geboortes per 1.000 inwoners. Sterftecijfer Het aantal sterfgevallen per 1.000 inwoners. Geboorteoverschot Wanneer er meer mensen worden geboren dan er sterven. Berekend over een jaar. Sterfteoverschot Wanneer er meer mensen sterven dan er worden geboren. Berekend over een jaar. Migratie(stroom) Het verhuizen van het ene naar het andere gebied binnen een land (binnenlandse migratie) of van het ene naar het andere land (buitenlandse migratie). Immigratie Iemand komt een land of gebied binnen. Emigratie Iemand vertrekt uit een land of een gebied. Gezinshereniging Hiervan is sprake wanneer een persoon zijn of haar partner (en/of kinderen) laat overkomen naar het vestigingsland. Demografische transitie Veranderingen in het aantal geboortes en het aantal sterfgevallen over een langere periode. Vestigingsfactor Positieve reden om naar een gebied te verhuizen (ook wel pullfactor genoemd). Vertrekfactor Negatieve reden om uit een gebied te vertrekken (ook wel pushfactor genoemd). Leeftijdsopbouw De verdeling van de bevolking in cohorten (leeftijdsgroepen van meestal 5 jaren). Bevolkingspiramide Een overzicht van de leeftijdsopbouw van de bevolking verdeeld in mannen en vrouwen. Vergrijzing Het percentage 65-plussers in een land of gebied. Pagina 16

Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 04 May 2016 om 12:26 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau HAVO 3; VWO 3; Leerinhoud en Bevolkingskenmerken; Aardrijkskunde; Groei van de wereldbevolking; doelen Bevolking en ruimte; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Trefwoorden rearrangeerbare Pagina 17